Meppel - Oosterboer
Bestemmingsplan - Meppel
Vastgesteld op 17-02-2011 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 aanbouw
een gebouw dat ten behoeve van de bestemming:
- a. als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw;
- b. en met dat hoofdgebouw in directe verbinding staat;
- c. in massa ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
1.2 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de planregels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
1.3 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
1.4 aan huis verbonden bedrijf
het beroepsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid door middel van handwerk, waarvan de omvang in een woning met bijbehorende gebouwen past en waarbij de woonfunctie blijft behouden.
1.5 aan huis verbonden beroep
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende gebouwen, met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend.
1.6 afwijking van de bouwregels en/of van de gebruiksregels
een afwijking als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder c van de Wet ruimtelijke ordening.
1.7 archeologische waarde
de waarde die van belang is voor de archeologie en voor de kennis van de beschavingsgeschiedenis.
1.8 ander bouwwerk
een bouwwerk, geen gebouw zijnde.
1.9 antennedrager
antennemast of andere constructie, bedoeld voor de bevestiging van een antenne.
1.10 antenne installatie
installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een techniekkast opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie.
1.11 archeologisch deskundige
de gemeentelijke (beleids)archeoloog of een andere door het college van Burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van de archeologie.
1.12 archeologisch waardevol gebied
een gebied met daaraan toegekende archeologische waarde vanwege kennis en wetenschap van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten uit het verleden.
1.13 bebouwing
één of meer gebouwen en/of andere bouwwerken.
1.14 bebouwingspercentage
een op de planverbeelding of in de planregels aangegeven percentage dat de grootte aangeeft van het deel van een bouwperceel dat maximaal mag worden bebouwd.
1.15 bedrijfsgebouw
een gebouw, dat dient voor de uitoefening van bedrijvigheid.
1.16 bedrijfswoning
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor één huishouden waarvan de huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is.
1.17 beperkt kwetsbaar object
een object waarvoor ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen een richtwaarde voor het risico dan wel een risicoafstand is bepaald, die in acht genomen moet worden.
1.18 bergbezinkbassin
een ondergronds bassin voor het doorvoeren en bufferen van rioolwater.
1.19 beroeps- c.q. bedrijfsvloeroppervlakte
de totale (bruto) vloeroppervlakte van de ruimte die wordt gebruikt voor een beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis, een (dienstverlenend) bedrijf en/of een dienstverlenende instelling, inclusief opslag- en administratieruimten en dergelijke.
1.20 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak.
1.21 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het IMRO/GML-bestand: "NL.IMRO.0119.Oosterboer-BPC2" met bijbehorende regels,toelichting en bijlagen.
1.22 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
1.23 bijgebouw
een gebouw dat ten behoeve van de bestemming:
- a. als afzonderlijke ruimte of gebouw is gebouwd aan of bij een hoofdgebouw;
- b. en niet in directe verbinding staat met het hoofdgebouw;
- c. en in massa ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
1.24 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
1.25 bouwgrens
de grens van een bouwvlak die niet door bebouwing mag worden overschreden, met uitzondering van overschrijdingen die op grond van deze planregels zijn toegestaan.
1.26 bouwlaag
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder.
1.27 bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
1.28 bouwperceelgrens
de grens van een bouwperceel.
1.29 bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en andere bouwwerken zijn toegelaten.
1.30 bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
1.31 cultuurgrond
grasland en akkerbouwgronden.
1.32 daghorecabedrijf
een horecabedrijf dat is gericht op het hoofdzakelijk overdag verstrekken van dranken en etenswaren aan bezoekers van andere functies, zoals theehuisjes, ijssalons, dagcafés en horecabedrijven van vergelijkbare aard en openingstijden.
1.33 dagrecreatie
recreatie in de open lucht, niet zijnde verblijfsrecreatie of een dagrecreatieve voorziening.
1.34 dagrecreatieve voorziening
voorzieningen ten behoeve van activiteiten als wandelen, fietsen, vissen, zwemmen, kanoën en natuurobservatie in de vorm van bijvoorbeeld aanlegsteigers, picknickplaatsen, observatiepunten, informatieborden en banken.
1.35 dak
iedere bovenbeëindiging van een gebouw of overkapping.
1.36 detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
1.37 dienstverlening
het verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden.
1.38 erf
het binnen de (woon)bestemming gelegen gedeelte van het bouwperceel, met uitzondering van het binnen het bouwvlak gelegen gedeelte van het bouwperceel.
1.39 erf- en terreinafscheiding
een bouwwerk, dat geen gebouw is en dat dient als scheiding tussen 2 of meer erven of terreinen, zoals muren, schuttingen, hekwerken of bouwwerken van vergelijkbare aard en omvang.
1.40 erker
een kleine grondgebonden uitbouw van maximaal één bouwlaag aan een voor- of zijgevel van een hoofdgebouw die in overwegende mate (minimaal 70%) een transparante uitstraling heeft.
1.41 erotisch getinte vermaakfunctie
een vermaaksfunctie, welke is gericht op het doen plaatsvinden van voorstellingen en/of vertoningen van porno-erotische aard, waaronder begrepen een seksbioscoop, een seksclub en een seksautomatenhal.
1.42 gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
1.43 geluidsgevoelige gebouwen
gebouwen welke dienen ter bewoning of ten behoeve van een andere geluidgevoelige functie als bedoeld in de Wet geluidhinder c.q. het Besluit geluidhinder.
1.44 geluidzoneringsplichtige inrichtingen
een inrichting, waarbij volgens de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een geluidszone moet worden vastgesteld.
1.45 hippisch centrum
manege met hoofdzakelijk een maatschappelijke zorgfunctie, waaronder ook een kinderboerderij en speelvoorzieningen worden begrepen.
1.46 hoofdgebouw
een gebouw dat, zowel in ruimtelijk als functioneel opzicht, als het belangrijkste bouwwerk op een perceel kan worden aangemerkt.
1.47 horecabedrijf
een bedrijf waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies wordt verstrekt, en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie.
1.48 horecabedrijf categorie 1
een complementair horecabedrijf dat is gericht op het hoofdzakelijk overdag bereiden en verstrekken van (niet of licht alcoholhoudende) dranken en eenvoudige etenswaren aan bezoekers van andere functies, met name functies als centrumvoorzieningen en dagrecreatie, zoals een automatiek, broodjeszaak, cafetaria, croissanterie, koffiebar, lunchroom, ijssalon, petit - restaurant, snackbar, snack - kiosk, tearoom, traiteur, en/of een naar de aard en invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen horecabedrijf.
1.49 horecabedrijf categorie 2
een horecabedrijf met een in het algemeen hoge bezoekersfrequentie gedurende de avond, dat is gericht op het bereiden en verstrekken van maaltijden en/of (alcoholische) dranken, zoals een bar, (grand)café, eetcafé, restaurant, café-restaurant en/of naar aard en de invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen horecabedrijf, al dan niet in combinatie met logiesverstrekking of een zalencentrum.
1.50 horecabedrijf categorie 3
een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het verstrekken van nachtverblijf met als nevenactiviteiten het verstrekken van maaltijden of (alcoholische) dranken voor gebruik ter plaatse. Daaronder wordt begrepen: hotel, pension en overige logiesverstrekking.
1.51 horecabedrijf categorie 4
een horecabedrijf dat is gericht op het 's avonds en/of 's nachts verstrekken van (alcoholische) dranken en waar tevens gelegenheid wordt geboden tot dansen of vergelijkbaar vermaak, zoals een bar-/dancing, discotheek, nachtclub en/of een naar de aard en invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen horecabedrijf.
1.52 inrichting
elke bedrijfsactiviteit, of overige activiteiten van bedrijfsmatige omvang, die binnen ruimtelijke grenzen wordt verricht.
1.53 kantoor
een gebouw dat dient voor de uitoefening van administratieve werkzaamheden en werkzaamheden die verband houden met het doen functioneren van (semi) overheidsinstellingen, het bankwezen, en naar de aard daarmee gelijk te stellen instellingen.
1.54 kunstwerk
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voor civieltechnische en/of infrastructurele doeleinden, zoals een brug, een dam, een duiker, een tunnel, een via- of aquaduct of een sluis, dan wel een daarmee gelijk te stellen voorziening.
1.55 kwetsbaar object
een object waarvoor ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen, een grenswaarde voor het risico dan wel een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden.
1.56 maatschappelijke voorzieningen
educatieve, informatieve, levensbeschouwelijke, medische, sociaal-medische, sociaal-culturele voorzieningen, zorg- en welzijnsvoorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, als ook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen.
1.57 manege
een voorziening met een publieksgericht karakter, waar gelegenheid wordt geboden tot het berijden en verzorgen van paarden en/of pony's (waaronder begrepen het stallen, het lesgeven, de verhuur, het dresseren en trainen, alsmede het organiseren van wedstrijden en/of andere hippische evenementen) eventueel in combinatie met daaraan gerelateerde en ondergeschikte detailhandel.
1.58 nutsvoorzieningen
een voorziening ten behoeve van de telecommunicatie en de gas-, water-, en elektriciteitsdistributie, alsmede soortgelijke voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval worden begrepen transformatorhuisjes, pompstations, gemalen, telefooncellen en zendmasten.
1.59 omgevingsvergunning
een vergunning als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
1.60 omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden
een vergunning als bedoeld in artikel 3.3 onder a van de Wet ruimtelijke ordening.
1.61 onderkomen
een voor verblijf geschikt bouwwerk, waaronder begrepen al dan niet aan zijn bestemming onttrokken voer- of vaartuig, ark, caravan, woon- of stacaravan, voor zover geen gebouw zijnde, alsmede een tent.
1.62 opslag
het bewaren van goederen, materialen en stoffen, al dan niet in combinatie met de productie, bewerking, verwerking, handel en/of activiteiten van administratieve aard.
1.63 overkapping
elk bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat een overdekte ruimte vormt zonder dan wel met ten hoogste 1 wand.
1.64 paardenhouderij
een bedrijf dat gericht is op zowel paardenfokkerij als paardenstalling.
1.65 paardenstalling
het houden van paarden en pony's ten behoeve van verhuur en eigen gebruik, alsmede het bieden van gelegenheid aan derden om hun paarden en pony's in pension te stallen en te weiden; onder paardenstalling worden geen maneges verstaan.
1.66 peil
- a. voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de kruin van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
- b. voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld;
- c. indien in, op, of over het water wordt gebouwd: de hoogte van de bovenkant van de beschoeiing.
1.67 pension
het tegen betaling bieden – in een door hoofdbewoner zelf bewoonde woning – van logies- en ontbijtgelegenheid voor langere of kortere tijd, een en ander zonder vermaaksfunctie.
1.68 periodiek evenement
een evenement dat in min of meer dezelfde vorm met een zekere regelmaat (bijvoorbeeld wekelijks, maandelijks of (half)jaarlijks) wordt gehouden.
1.69 plan
het bestemmingsplan 'Meppel - Oosterboer' van de gemeente Meppel, met het kenmerk NL.IMRO.0119.Oosterboer-BPC2.
1.70 productiegebonden detailhandel
detailhandel in goederen die ter plaatse worden vervaardigd, gerepareerd en/of toegepast in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de productiefunctie.
1.71 prostitutie
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen voor of met een ander tegen vergoeding.
1.72 recreatiewoning, stacaravan
een gebouw, uitsluitend bestemd om, overwegend in het zomerseizoen, te dienen als recreatief woonverblijf voor een persoon, gezin of andere groep van personen, die daar geen hoofdwoonverblijf hebben.
1.73 risicovolle inrichting
een inrichting bij welke ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen een grenswaarde, richtwaarde voor het risico dan wel een risico - afstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten.
1.74 seksinrichting
de voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichtingen wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, een erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar.
1.75 Staat van Bedrijfsactiviteiten
een als bijlage bij deze regels behorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst van bedrijven en instellingen;
1.76 straat- en bebouwingsbeeld
de waarde van het gebied in stedenbouwkundige zin door de mate van samenhang in aanwezige bebouwing, daarbij in het bijzonder gelet op een goede verhouding tussen bouwmassa en open ruimte, een goede hoogte- en breedteverhouding tussen de bebouwing onderling en de samenhang in bouwvorm en ligging tussen bebouwing die ruimtelijk op elkaar georiënteerd is.
1.77 uitbouw
een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw zonder fysieke scheiding, welk gebouw door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in massa ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
1.78 verbeelding
de analoge en digitale voorstelling van de in het bestemmingsplan opgenomen digitale ruimtelijke informatie.
1.79 verblijfsrecreatie
recreatief nachtverblijf, waarbij overnacht wordt in kampeermiddelen en/of recreatieverblijven.
1.80 voorgevel
de naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die door de ligging, de situatie ter plaatse en/of de indeling van het gebouw als voorgevel moet worden aangemerkt.
1.81 voorkeursgrenswaarde
de maximale waarde voor de geluidbelasting, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder c.q. het Besluit grenswaarden binnen zones rond industrieterreinen, het Besluit grenswaarden binnen zones langs wegen en/of Besluit geluidhinder spoorwegen.
1.82 winkel
een gebouw, dat een ruimte omvat, welke door zijn indeling kennelijk bedoeld is te worden gebruikt voor de detailhandel.
1.83 woning
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.
1.84 wooncentrum
een accommodatie met bijbehorende voorzieningen voor de huisvesting van personen die bij hun normale, dagelijkse functioneren, huishoudelijke, sociale, sociaal-medische en/of medische begeleiding en/of verzorging behoeven, zoals bejaarden of gehandicapten.
1.85 woonhuis
een gebouw dat één woning omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden.
1.86 woonwagen
een wagen, die voortdurend of nagenoeg voortdurend als woning wordt gebruikt of daartoe is bestemd (indien aan een woonwagen voorzieningen zijn getroffen ten gevolge waarvan deze niet langer wordt voortbewogen, blijft een wagen als woonwagen aangemerkt.
1.87 (woonwagen-) standplaats
een kavel, bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten.
1.88 zorgwoning
Een gebouw of zelfstandig gedeelte van een gebouw dat bedoeld is voor de huisvesting van personen die niet zelfstandig kunnen wonen en die geestelijk en/of lichamelijk verzorging behoeven. Verzorging kan voortdurend of nagenoeg voortdurend plaatsvinden en in het gebouw kan afzonderlijke ruimte ten behoeve van verzorging aanwezig zijn.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.1 bouwhoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een ander bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
2.2 dakhelling
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
2.3 goothoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
2.4 inhoud van een bouwwerk
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
2.5 lengte, breedte en diepte van een gebouw
tussen (de lijnen, getrokken door) de buitenkant van de gevels en/of het hart van de scheidingsmuren.
2.6 oppervlakte van een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch
3.1 Bestemmingsomschrijving
3.2 Bouwregels
Artikel 4 Bedrijf
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'opslag' uitsluitend opslagdoeleinden;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - gemeente opslag' uitsluitend een gemeente-opslag;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' uitsluitend nutsvoorzieningen;
met daaraan ondergeschikt:
- d. parkeervoorzieningen;
- e. groenvoorzieningen;
- f. wegen, straten en paden;
- g. nutsvoorzieningen;
- h. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
met de daarbij behorende:
- i. tuinen, erven en terreinen;
- j. andere bouwwerken.
4.2 Bouwregels
4.3 Specifieke gebruiksregels
4.4 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 5 Gemengd
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. detailhandel;
- b. dienstverlening;
- c. horecabedrijven in categorie 1;
met daaraan ondergeschikt:
- d. parkeervoorzieningen;
- e. groenvoorzieningen;
- f. speelvoorzieningen;
- g. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
- h. wegen, straten en paden;
- i. nutsvoorzieningen;
met de daarbij behorende:
- j. tuinen, erven en terreinen;
- k. andere bouwwerken.
5.2 Bouwregels
5.3 Nadere eisen
Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:
- a. een goede woonsituatie;
- b. de verkeersveiligheid;
- c. de sociale veiligheid;
- d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
5.4 Specifieke gebruiksregels
Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend:
- a. het gebruik of doen laten gebruiken van de gebouwen zoals genoemd onder lid 5.2.1 onder a voor doeleinden van zelfstandige bewoning;
Artikel 6 Groen
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. groenvoorzieningen, bermen en beplanting;
- b. parken en plantsoenen;
- c. weidegronden ten behoeve van een kinderboerderij ter plaatse van de aanduiding 'kinderboerderij';
met daaraan ondergeschikt:
- d. parkeervoorzieningen;
- e. speelvoorzieningen;
- f. dagrecreatieve voorzieningen;
- g. water, waterlopen en waterhuishoudkundige voorzieningen;
- h. wegen, straten en paden;
- i. nutsvoorzieningen;
- j. bergbezinkbassin;
- k. kunstwerken;
met de daarbij behorende:
- l. andere bouwwerken.
6.2 Bouwregels
Artikel 7 Maatschappelijk
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. educatieve en informatieve voorzieningen;
- b. levensbeschouwelijke voorzieningen;
- c. medische en sociaal-medische voorzieningen;
- d. zorg- en welzijnsvoorzieningen;
- e. kinderopvang;
- f. speelvoorzieningen;
- g. een hippisch centrum ter plaatse van de aanduiding 'manege';
- h. zorgwoningen of een zorgcomplex ter plaatse van de aanduiding 'zorgwoning';
- i. een kantoor ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' met dien verstande dat het vloeroppervlak ten behoeve van deze functie maximaal 1.300 m2 bedraagt;
- j. een woonzorgcentrum ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk-1';
- k. een dierenartspraktijk ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk-2';
- l. een bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' met dien verstande dat ten hoogste het aantal bedrijfswoningen is toegestaan zoals ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' is aangegeven;
met daaraan ondergeschikt:
- m. ondergeschikte horecavoorzieningen ten behoeve van de bestemming;
- n. parkeervoorzieningen;
- o. groenvoorzieningen;
- p. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
- q. wegen, straten en paden;
- r. nutsvoorzieningen;
met de daarbij behorende:
- s. tuinen, erven en terreinen;
- t. andere bouwwerken.
7.2 Bouwregels
7.3 Nadere eisen
Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:
- a. een goede woonsituatie;
- b. de verkeersveiligheid;
- c. de sociale veiligheid;
- d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
7.4 Specifieke gebruiksregels
Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend:
- a. het gebruik of doen laten gebruiken van de aan-, uit- en bijgebouwen en overkappingen zoals genoemd in artikel 7.2.1 onder b voor doeleinden van zelfstandige bewoning;
- b. het gebruik of doen laten gebruiken van de gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel.
Artikel 8 Recreatie
8.1 Bestemmingsomschrijving
8.2 Bouwregels
8.3 Nadere eisen
Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:
- a. een goede woonsituatie;
- b. de verkeersveiligheid;
- c. de sociale veiligheid;
- d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
8.4 Specifieke gebruiksregels
Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend:
- a. het gebruik of doen laten gebruiken van de gebouwen zoals genoemd in artikel 3.2.1. onder a voor doeleinden van zelfstandige bewoning;
- b. het gebruik of doen laten gebruiken van de gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel.
Artikel 9 Tuin
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. tuinen behorende bij de op de aangrenzende gronden behorende hoofdgebouwen;
met daaraan ondergeschikt:
- b. groenvoorzieningen;
- c. parkeervoorzieningen;
- d. speelvoorzieningen;
- e. wegen, straten en paden;
- f. nutsvoorzieningen;
- g. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
met de daarbij behorende:
- h. erven en verhardingen;
- i. andere bouwwerken.
9.2 Bouwregels
9.3 Specifieke gebruiksregels
Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend:
- a. het gebruik of doen laten gebruiken van de gronden ten behoeve van detailhandel.
Artikel 10 Verkeer
10.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wegen;
- b. fiets- en voetpaden;
met daaraan ondergeschikt:
- c. parkeervoorzieningen;
- d. kunstwerken;
- e. nutsvoorzieningen;
- f. dagrecreatieve voorzieningen;
- g. groenvoorzieningen;
- h. water, waterlopen en waterhuishoudkundige voorzieningen;
- i. bergbezinkbassin;
met de daarbij behorende:
- j. andere bouwwerken.
10.2 Bouwregels
10.3 Specifieke gebruiksregels
Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend:
- a. het gebruik of doen laten gebruiken van de gronden ten behoeve van detailhandel.
Artikel 11 Verkeer - Verblijfsgebied
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. (woon)straten en pleinen;
- b. parkeervoorzieningen;
- c. fiets- en voetpaden;
met daaraan ondergeschikt:
- d. groenvoorzieningen;
- e. speelvoorzieningen;
- f. water, waterlopen en waterhuishoudkundige voorzieningen;
- g. nutsvoorzieningen;
- h. dagrecreatieve voorzieningen;
- i. bergbezinkbassin;
- j. incidentele evenementen;
- k. erven en terreinen;
- l. kunstwerken;
- m. terrassen;
met de daarbij behorende:
- n. andere bouwwerken.
11.2 Bouwregels
11.3 Nadere eisen
Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:
- a. een goede woonsituatie;
- b. de verkeersveiligheid;
- c. de sociale veiligheid.
Artikel 12 Water
12.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
- b. waterberging;
- c. waterhuishouding;
- d. waterlopen;
met daaraan ondergeschikte:
- e. groenvoorzieningen;
- f. dagrecreatieve voorzieningen;
- g. speelvoorzieningen;
- h. kunstwerken;
met de daarbij behorende:
- i. andere bouwwerken.
12.2 Bouwregels
Artikel 13 Wonen
13.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'woonwagenstandplaats' uitsluitend een woonwagenstandplaats;
met daaraan ondergeschikt:
- c. aan huis verbonden beroepen, tot ten hoogste 30% van het vloeroppervlak tot een maximum van 45 m2;
- d. groenvoorzieningen;
- e. parkeervoorzieningen;
- f. speelvoorzieningen;
- g. wegen, straten en paden;
- h. nutsvoorzieningen;
- i. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
met de daarbij behorende:
- j. tuinen, erven en verhardingen;
- k. andere bouwwerken.
13.2 Bouwregels
13.3 Nadere eisen
Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:
- a. een goede woonsituatie;
- b. de verkeersveiligheid;
- c. de sociale veiligheid;
- d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
13.4 Afwijking bouwregels
13.5 Specifieke gebruiksregels
Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend:
- a. het gebruik of doen laten gebruiken van vrijstaande bijgebouwen voor doeleinden van zelfstandige bewoning;
- b. het gebruik of doen laten gebruiken van de gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel, met dien verstande dat detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit van een beroep of bedrijf aan huis is toegestaan.
13.6 Afwijking van de gebruiksregels
13.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 14 Leiding - Hoogspanningsverbinding
14.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:
- a. een bovengrondse hoogspanningsverbinding ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - hoogspanningsverbinding';
- b. het beheer en onderhoud van de verbinding;
- c. de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de leiding;
met bijbehorende:
- d. andere bouwwerken.
14.2 Bouwregels
14.3 Afwijking van de bouwregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.2 voor het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen, mits advies is verkregen van de leidingbeheerder.
14.4 Omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden
Artikel 15 Waarde - Archeologie 1
15.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de archeologische waarden en verwachting.
15.2 Bouwregels
Op of in deze gronden mogen geen bouwwerken worden gebouwd, tenzij het betreft:
- a. bouwwerken ten behoeve van archeologisch onderzoek en bouwwerken met een oppervlakte kleiner dan 500 m2 ten behoeve van andere daar voorkomende bestemming(en).
15.3 Afwijking van de bouwregels
15.4 Specifieke gebruiksregel
Onder met het bestemmingsplan strijdig gebruik wordt in ieder geval begrepen, het handelen in strijd met de Monumentenwet 1988.
15.5 Omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden
Artikel 16 Waarde - Archeologie 2
16.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de archeologische waarden en verwachting.
16.2 Bouwregels
Op of in deze gronden mogen geen bouwwerken worden gebouwd, tenzij het betreft:
- a. bouwwerken ten behoeve van archeologisch onderzoek en bouwwerken met een oppervlakte kleiner dan 1.000 m2 ten behoeve van andere daar voorkomende bestemming(en).
16.3 Afwijking van de bouwregels
16.4 Specifieke gebruiksregel
Onder met het bestemmingsplan strijdig gebruik wordt in ieder geval begrepen, het handelen in strijd met de Monumentenwet 1988.
16.5 Omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 17 Anti-dubbeltelbepaling
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 18 Algemene Bouwregels
18.1
In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand zijn gekomen meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.
18.2
In die gevallen dat de bestaande afstand tot enige op de verbeelding aangegeven lijn van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand zijn gekomen minder bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven, geldt die afstand in afwijking daarvan als minimaal toegestaan.
18.3
In die gevallen dat een bestaand bebouwingspercentage, dat in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand is gekomen, meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven, geldt dat bebouwingspercentage in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.
18.4
Ondergronds bouwen:
- a. Op plaatsen waar hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen en bijgebouwen zijn of gelijktijdig worden gebouwd, mag eveneens ondergronds worden gebouwd, met dien verstande dat direct aansluitend ook in- dan wel uitritten ten behoeve van de ondergrondsebouwwerken mogen worden gebouwd.
- b. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken op andere locaties dan genoemd onder a, mits hierdoor de in het gebied aanwezige waarden niet onevenredig worden aangetast.
Artikel 19 Algemene Gebruiksregels
Tot een gebruik in strijd met alle bestemmingen wordt in ieder geval begrepen:
- a. het gebruik of doen laten gebruiken van gronden als stort- en/of opslagplaats van grond en/of afval, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud;
- b. het gebruik of doen laten gebruiken van gronden als stallings- en/of opslagplaats van één of meer aan het gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud;
- c. het gebruik of doen laten gebruiken van gronden en bouwwerken voor een seksinrichting dan wel ten behoeve van prostitutie;
- d. het gebruik of doen laten gebruiken van gronden voor het oprichten van een verkooppunt van motorbrandstoffen.
Artikel 20 Algemene Aanduidingsregels
20.1 Geluidzone - spoor
Artikel 21 Algemene Afwijkingsregels
21.1
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
- a. in het plan genoemde goothoogten, bouwhoogten, oppervlakte- en inhoudsmaten, percentages en afstandseisen, waarbij een overschrijding is toegestaan tot maximaal 10% van de goothoogten, bouwhoogten, oppervlakte- en inhoudsmaten, percentages en afstandseisen;
- b. de regels en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, waarbij een overschrijding is toegestaan tot maximaal 2,50 m, en deze noodzakelijk is in verband met de uitmeting van het terrein of uit een oogpunt van doelmatig gebruik van de gronden en/of de bebouwing;
- c. de regels en toestaan dat de bouwhoogte van andere bouwwerken wordt vergroot tot maximaal 10,00 m.
21.2
Afwijking als bedoeld in artikel 21.1 kan slechts worden toegepast, mits:
- a. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
- b. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen niet onevenredig worden geschaad.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 22 Overgangsrecht
22.1 Overgangsrecht bouwwerken
22.2 Overgangsrecht gebruik
Artikel 23 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Meppel - Oosterboer.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 17 februari 2011.
De voorzitter, De griffier,
_______________ _______________
Bijlage 1 Staat Van Bedrijfsactiviteiten
Staat van Bedrijfsactiviteiten (categorie 1) | ||||
SBI-code | SBI-code 2008 | Nr. | Omschrijving | Cat. |
22 | 58 | - | Uitgeverijen, drukkerijen en reproductie van opgenomen media | |
221 | 581 | Uitgeverijen (kantoren) | 1 | |
2223 | 1814 | A | Grafische afwerking | 1 |
223 | 182 | Reproductiebedrijven opgenomen media | 1 | |
36 | 31 | - | Vervaardiging van meubels en overige goederen n.e.g. | |
361 | 9524 | 2 | Meubelstoffeerderijen b.o. < 200 m2 | 1 |
50 | 45, 47 | - | Handel/reparatie van auto's, motorfietsen; benzineservicestations | |
5020.4 | 45204 | B | Autobeklederijen | 1 |
51 | 46 | - | Groothandel en handelsbemiddeling | |
511 | 461 | Handelsbemiddeling (kantoren) | 1 | |
61, 62 | 50, 51 | - | Vervoer over water / door de lucht | |
61, 62 | 50, 51 | A | Vervoersbedrijven (uitsluitend kantoren) | 1 |
63 | 52 | - | Dienstverlening t.b.v. het vervoer | |
6322, 6323 | 5222 | Overige dienstverlening t.b.v. vervoer (kantoren) | 1 | |
633 | 791 | Reisorganisaties | 1 | |
634 | 5229 | Expediteurs, cargadoors (kantoren) | 1 | |
64 | 53 | - | Post en telecommunicatie | |
642 | 61 | A | Telecommunicatiebedrijven | 1 |
65, 66, 67 | 64, 65, 66 | - | Financiële instellingen en verzekeringswezen | |
65, 66, 67 | 64, 65, 66 | A | Banken, verzekeringsbedrijven, beurzen | 1 |
70 | 41, 68 | - | Verhuur van en handel in onroerend goed | |
70 | 41, 68 | A | Verhuur van en handel in onroerend goed | 1 |
72 | 62 | - | Computerservice- en informatietechnologie | |
72 | 62 | A | Computerservice- en informatietechnologie-bureau's e.d. | 1 |
73 | 72 | - | Speur- en ontwikkelingswerk | |
732 | 722 | Maatschappij- en geesteswetenschappelijk onderzoek | 1 | |
74 | 63, 69tm71, 73, 74, 77, 78, 80tm82 | - | Overige zakelijke dienstverlening | |
74 | 63, 69tm71, 73, 74, 77, 78, 80tm82 | A | Overige zakelijke dienstverlening: kantoren | 1 |
7484.4 | 82992 | Veilingen voor huisraad, kunst e.d. | 1 | |
85 | 86 | - | Gezondheids- en welzijnszorg | |
8512, 8513 | 8621, 8622, 8623 | Artsenpraktijken, klinieken en dagverblijven | 1 | |
8514, 8515 | 8691, 8692 | Consultatiebureaus | 1 | |
91 | 94 | - | Diverse organisaties | |
9111 | 941, 942 | Bedrijfs- en werknemersorganisaties (kantoren) | 1 | |
92 | 59 | - | Cultuur, sport en recreatie | |
9251, 9252 | 9101, 9102 | Bibliotheken, musea, ateliers, e.d. | 1 | |
93 | 96 | - | Overige dienstverlening | |
9301.3 | 96013 | B | Wasserettes, wassalons | 1 |
9302 | 9602 | Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten | 1 | |
9303 | 9603 | 0 | Begrafenisondernemingen: | |
9305 | 9609 | B | Persoonlijke dienstverlening n.e.g. | 1 |
Bijlage 1 Akoestisch Onderzoek
Bijlage 1 Akoestisch onderzoek
Bijlage 2 Luchtkwaliteitsonderzoeken
Bijlage 2 Luchtkwaliteitsonderzoeken
Bijlage 3 Watertoetsdocument
Bijlage 4 Inspraak- En Vooroverlegreacties
Bijlage 4 Inspraak- en vooroverlegreacties