Chw bestemmingsplan Deventer, stad en dorpen deel B
Bestemmingsplan - gemeente Deventer
Vastgesteld op 01-07-2020 - deels onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan
het Chw bestemmingsplan Deventer, stad en dorpen deel Bmet identificatienummer NL.IMRO.0150.Chw001B-VG01 van de gemeente Deventer;
1.2 bestemmingsplan
de geometrische bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
1.3 aanbouw
een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van, maar een functionele eenheid vormt met het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
1.4 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.5 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
1.6 afhaalcentrum
het bedrijfsmatig leveren van goederen voor gebruik, verbruik of aanwending overwegend anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, zonder koop/ verkoop ter plaatse en zonder uitstalling ten verkoop; koop/ verkoop en uitstalling vinden elders plaats, bijv. via internet;
1.7 agrarisch bedrijf
een ter plaatse functionerend deeltijd, reëel of volwaardig agrarisch bedrijf, gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren, nader te onderscheiden in de volgende productietakken:
- a. akker- en vollegrondstuinbouw: de teelt van gewassen op open grond, daaronder niet begrepen sier-, fruit- en boomkwekerij;
- b. grondgebonden veehouderij: het houden van melk- en ander vee (nagenoeg) geheel op open grond, waaronder tevens een paardenfokkerij wordt verstaan;
- c. intensieve veehouderij: een agrarisch bedrijf of een deel daarvan met ten minste 250 m² bedrijfsoppervlakte dat wordt gebruikt voor veehouderij volgens de Wet milieubeheer en waar geen melkrundvee, schapen, paarden, of dieren 'biologisch' worden gehouden en waar geen dieren worden gehouden uitsluitend of in hoofdzaak ten behoeve van natuurbeheer;
- d. glastuinbouw: de teelt van gewassen (nagenoeg) geheel met behulp van kassen;
- e. sierteelt en boomkwekerij: de teelt van tuin- en potplanten en/of bomen in open grond, in potten of in containers, al dan niet met behulp van kassen en al dan niet gecombineerd met de handel in deze gewassen;
- f. fruitteelt: de teelt van fruit op open grond;
- g. intensieve kwekerij: de teelt van gewassen of dieren (anders dan bij wijze van intensieve veehouderij) (nagenoeg) zonder gebruik te maken van daglicht.
1.8 agrarisch loonbedrijf
een bedrijf dat uitsluitend of overwegend gericht is op het verlenen van diensten aan agrarische bedrijven met behulp van landbouwwerktuigen en landbouwapparatuur of op het verrichten van werkzaamheden op het gebied van grondverzet en cultuurtechniek, voor zover deze werkzaamheden in het buitengebied plaatsvinden;
1.9 ambachtelijk bedrijf
een bedrijf dat geheel of overwegend gericht is op het door middel van handwerk vervaardigen, bewerken of herstellen van goederen, alsook het verkopen en/of leveren, als ondergeschikte activiteit, van goederen die verband houden met het ambacht;
1.10 asielzoekerscentrum
een centrum voor de opvang en tijdelijke huisvesting van asielzoekers;
1.11 autobedrijf
bedrijf, gericht op de reparatie en detailhandel in auto's en motorfietsen en bijbehorende onderdelen en accessoires, maar waar geen fabricage van auto's en motorfietsen zelf plaatsvindt;
1.12 autoreparatiebedrijf
bedrijf, gericht op de reparatie van auto's en motorfietsen en de detailhandel in bijbehorende onderdelen en accessoires, maar waar geen fabricage van of detailhandel in auto's en motorfietsen zelf plaatsvindt;
1.13 bebouwing
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
1.14 bebouwingspercentage
een in de planregels aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van de nader in de planregels omschreven gronden aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd;
1.15 Bed and Breakfast-voorziening
een aan de woonfunctie ondergeschikte toeristisch-recreatieve voorziening, gericht op het bieden van de mogelijkheid tot overnachting en het serveren van ontbijt. Hieronder wordt niet verstaan overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden en/of arbeid of permanente kamerverhuur;
1.16 bedrijfsvloeroppervlakte
de gezamenlijke vloeroppervlakte van verkoopruimten, magazijnen, bergingen, kantoren en overige ruimten aangewend voor de bedrijfsuitoefening van het desbetreffende bedrijf;
1.17 bedrijfswoning
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon of personen, wiens huisvesting daar, gelet op de toegelaten functie van het gebouw of het terrein, noodzakelijk is;
1.18 beperkt kwetsbaar object
- a. verspreid liggende woningen, woonschepen en woonwagens van derden met een dichtheid van maximaal 2 woningen, woonschepen of woonwagens per hectare;
- b. bedrijfswoningen van derden;
- c. kantoorgebouwen, voorzover zij niet vallen onder het begrip kwetsbaar object;
- d. hotels en restaurants, voorzover zij niet vallen onder het begrip kwetsbaar object;
- e. winkels, voorzover zij niet vallen onder het begrip kwetsbaar object;
- f. sporthallen, sportterreinen, zwembaden en speeltuinen;
- g. kampeerterreinen en andere terreinen bestemd voor recreatieve doeleinden, voorzover zij niet vallen onder het begrip kwetsbaar object;
- h. bedrijfsgebouwen, voorzover zij niet vallen onder het begrip kwetsbaar object;
- i. objecten die met de onder a tot en met f en h genoemde gelijkgesteld kunnen worden uit hoofde van de gemiddelde tijd per dag gedurende welke personen daar verblijven, het aantal personen dat daarin doorgaans aanwezig is en de mogelijkheden voor zelfredzaamheid bij een ongeval, voorzover die objecten geen kwetsbare objecten zijn;
- j. objecten met een hoge infrastructurele waarde zoals een telefoon- of elektriciteitscentrale of een gebouw met vluchtleidingsapparatuur, voorzover die objecten wegens de aard van de gevaarlijke stoffen die bij een ongeval kunnen vrijkomen, bescherming verdienen tegen de gevolgen van dat ongeval;
- k. overige beperkt kwetsbare objecten genoemd in artikel 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
1.19 beroep of bedrijf aan huis
een beroep of bedrijf dat in of bij een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;
1.20 beschermd stadsgezicht
stadsgezicht dat als zodanig ingevolge artikel 35 van de Monumentenwet 1988 is aangewezen, met ingang van de datum van publicatie van die aanwijzing in de Nederlandse Staatscourant;
1.21 bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen en dakvorm
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen en dakvorm van een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, waarbij het voorgaande niet van toepassing is op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan;
1.22 bestaand gebruik
gebruik van grond(en) en (een) bouwwerk(en) zoals dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan bestaat of rechtens mag bestaan, waarbij het voorgaande niet van toepassing is op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan;
1.23 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak;
1.24 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde toegelaten functie;
1.25 Bevi inrichting
bedrijf zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
1.26 bevoegd gezag
bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ten aanzien van een al verleende omgevingsvergunning;
1.27 bijbehorende voorzieningen
wegen, voet- en fietspaden, verkeersvoorzieningen, groenvoorzieningen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, civiele kunstwerken, water, geluidbeperkende voorzieningen;
1.28 bijgebouw
een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in zowel functioneel als architectonisch opzicht ondergeschikt is aan en ten dienste staat van het hoofdgebouw;
1.29 binnentuin
een tuin omsloten door bebouwing en die door de situering, de omvang en de ligging als ruimtelijk en/of cultuurhistorisch van belang beschouwd kan worden;
1.30 bodembedreigende werken / activiteiten
activiteiten en/of werken als gevolg waarvan sprake is (of kan zijn geweest) van bodembelasting en waarvan deze bodembelasting kan (of heeft kunnen) leiden tot een aantasting van de bodemkwaliteit. Onder bodembedreigende werken worden in elk geval begrepen boorputten, grond- en funderingswerken, gebouwen in de zin van de Woningwet, (water- en spoor-)wegen, parkeergelegenheden voor motorvoertuigen, kampeerterreinen, kampementen, recreatiecentra, leidingen, voorzieningen voor de inzameling en het transport van afvalwater, installaties, opslagreservoirs, begraafplaatsen en terreinen voor de uitstrooiing van as;
1.31 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
1.32 bouwgrens
de grens van een bouwvlak;
1.33 bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
1.34 bouwperceelgrens
de grens van een bouwperceel;
1.35 bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
1.36 bouwwerk
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
1.37 bouwwijze
de wijze van bouwen van een hoofdgebouw, waarbij:
- a. onder aaneengebouwd wordt verstaan een hoofdgebouw, dat deel uitmaakt van een blok van meer dan twee hoofdgebouwen en/of andere functies, waarvan het hoofdgebouw aan het op het aangrenzende bouwperceel gelegen hoofdgebouw is gebouwd;
- b. onder twee-aaneen wordt verstaan een hoofdgebouw, dat deel uitmaakt van een blok van maximaal twee direct aaneengebouwde hoofdgebouwen (twee-onder-één-kap);
- c. onder vrijstaand wordt verstaan een hoofdgebouw, waarvan het hoofdgebouw niet aan een op een aangrenzend bouwperceel gelegen gebouw is aangebouwd;
1.38 brutovloeroppervlakte (bvo)
de gezamenlijke vloeroppervlakte van alle tot het gebouw behorende binnenruimten, gemeten op vloerniveau langs de buitenomtrek van de (buitenste) opgaande scheidingsconstructie, die de desbetreffende ruimte(n) omhullen.
Tot de bvo van een gebouw worden gerekend de oppervlakte van een trapgat, een liftschacht en leidingschacht op elk vloerniveau. De oppervlakte van een vrijstaande uitwendige kolom, indien deze groter is dan 0,5 m².
De oppervlakte van buitenruimten zoals loggia's, balkons, niet gesloten galerijen, dakterrassen en dergelijke worden niet tot de bvo van een gebouw gerekend.
1.39 Campus Gasfabriek
een agglomeratie van samenhangende activiteiten waarin innovatie leidt tot nieuwe producten, groei van ondernemingen en werkgelegenheid.
De campus richt zich op het huisvesten van innovatieve startende bedrijven en / of innovatieve bedrijfsonderdelen en daarmee samenhangende ondersteunende bedrijven en opleidingsactiviteiten.
Hieronder wordt mede verstaan het bieden van ontmoeting door evenementen en bijeenkomsten.
Kantoren mogen uitsluitend ondersteunend zijn aan de ter plaatse gevestigde bedrijven en activiteiten
1.40 cultuurhistorische waarde
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis heeft gemaakt van dat bouwwerk of dat gebied in verband met ouderdom en/of historische gaafheid.
1.41 dak
iedere bovenbeëindiging van een bouwwerk;
1.42 detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en/of leveren van goederen aan personen die deze goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
1.43 dienstverlening
het bedrijfsmatig verrichten van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen;
1.44 drinkwaterbedrijf
een bedrijf uitsluitend of mede bestemd tot:
- a. openbare drinkwatervoorziening door productie van water en/of levering van drinkwater aan consumenten of andere afnemers, of
- b. levering van drinkwater aan een bedrijf of bedrijven als bedoeld onder a.
1.45 duurzame energie
vormen van hernieuwbare energie die verkregen worden uit andere dan fossiele brandstoffen (zoals aardgas). Hieronder wordt onder andere begrepen energie die uit wind, stromend water, zonnestraling en aardwarmte wordt verkregen, maar ook energie die vrijkomt bij verwerking van afval (vooral verbranding) of biomassa. Het gaat om energie waarbij, door het gebruik ervan, het leefmilieu en de mogelijkheden voor toekomstige generaties niet worden benadeeld;
1.46 duurzame energievoorziening
een voorziening die het mogelijk maakt om een gebouw te voorzien van duurzame energie;
1.47 economisch cluster Havenkwartier
bedrijfsmatige activiteiten op het gebied van mode, grafisch ontwerp, gaming, architectuur, marketing en/of nieuwe media; de niet- dagelijkse artikelensector, dan wel creatieve en experimentele bedrijvigheid in de hoofdsectoren:
- a. kunsten;
- b. (nieuwe) media en entertainment, zoals gaming;
- c. creatieve zakelijke dienstverlening, zoals architectuur en marketing;
- d. ambachtelijke bedrijvigheid voor zover artistieke vaardigheden en unieke inhoud voorop staan, zoals mode en grafisch ontwerp;
1.48 eerste bouwlaag
de bouwlaag op de begane grond;
1.49 erf
een al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een gebouw, en in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw;
1.50 erotisch getinte vermaaksfunctie
een vermaaksfunctie, welke is gericht op het doen plaatsvinden van voorstellingen en/of vertoningen van porno-erotische aard, waaronder begrepen een seksbioscoop, een seksclub en een seksautomatenhal;
1.51 evenement
een publieke activiteit met een tijdelijk, plaatsgebonden en van het reguliere gebruik afwijkend karakter, plaatsvindend in de openlucht, binnen gebouwen of in tijdelijke onderkomens en in het algemeen bedoeld ter ontspanning en/of vermaak, waaronder begrepen commerciële, culturele, religieuze, recreatieve en/of sportieve of daarmee gelijk te stellen activiteiten zoals markten, braderieën, beurzen, kermissen, festiviteiten, wedstrijden, bijeenkomsten, festivals, en dergelijke, al dan niet in combinatie met ondergeschikte horeca;
1.52 extensieve dagrecreatie
niet-gemotoriseerde recreatieve activiteiten, zoals wandelen, fietsen, skaten, paardrijden, vissen, zwemmen, natuurobservatie en natuurspeelplaatsen;
1.53 gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.54 geluidbelasting
de geluidbelasting vanwege een weg of een spoorweg;
1.55 geluidgevoelige functies
in een gebouw of op een terrein aanwezige functies die maken dat een gebouw of terrein als geluidgevoelig object wordt aangemerkt;
1.56 geluidgevoelige objecten
gebouwen welke dienen ter bewoning of andere geluidgevoelige gebouwen of terreinen, zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
1.57 geluidzoneringsplichtige inrichting
een inrichting, bij welke ingevolge de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een geluidzone moet worden vastgesteld;
1.58 gemeentewerf
een terrein waarop opslag, stalling of arbeid plaats vindt ten behoeve van het beheer en onderhoud van de openbare ruimte;
1.59 gevellijn
de in een bouwvlak als zodanig aangegeven bouwgrens;
1.60 gezondheidscampus
een locatie waar verschillende zorgfuncties en zorggerelateerde functies een plek hebben, waaronder (para)medische en gezondheidsbevorderende voorzieningen, een zorghotel, een apotheek, een kenniscentrum, onderwijsvoorzieningen, een healthcenter, voorzieningen en bedrijven op het gebied van wellness en sport, overnachtings- en verblijfsruimten voor personeel en familie van patiënten en (dienstverlenende) bedrijven op het gebied van zorg, alsmede ondersteunende en/of ondergeschikte zorgfuncties die onderdeel uitmaken van de zorgketen, zoals kantoorvoorzieningen, gemeenschappelijke ruimten, horeca, detailhandel en kinderdagopvang;
1.61 groepsrisico
De kans per jaar dat een groep personen van een bepaalde grootte (bijvoorbeeld 10, 100 of 1000 personen) tegelijk slachtoffer wordt van een ongeval met gevaarlijke stoffen. Het groepsrisico is daarmee een maat voor de maatschappelijke ontwrichting die ontstaat door een ongeval met gevaarlijke stoffen;
1.62 groothandel
een bedrijf dat is gericht op het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan wederverkopers, dan wel aan instellingen of personen ter aanwending in een andere bedrijfsactiviteit;
1.63 grootschalige detailhandel
detailhandelsvestiging met doorgaans een minimale bedrijfsvloeroppervlakte van 750 m2 tot 1.000 m2, waarvoor vestiging buiten een winkelconcentratiegebied is toegelaten en waarvoor branchebeperkingen op basis van het grootschalige detailhandelsbeleid kunnen gelden;
1.64 horeca
het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en etenswaren voor gebruik ter plaatse en/of het bedrijfsmatig verstrekken van logies, al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;
1.65 horecavloeroppervlakte
de oppervlakte van de ruimte binnen een horecabedrijf, die wordt gebruikt voor de verstrekking van dranken, etenswaren of logies, exclusief toilet-, keuken-, entree-, opslag- en administratieruimten en dergelijke;
1.66 hoofdgebouw
een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige toegelaten functie van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die toegelaten functie het belangrijkst is;
1.67 hotelappartement
een deel van een gebouw dat uitsluitend bedoeld is om gebruikt te worden door een huishouden of daarmee gelijk te stellen groep van personen, dat het hoofdverblijf elders heeft;
1.68 individueel aaneen gebouwd
een (hoofd)gebouw op een zodanige wijze aaneen gebouwd dat er sprake is van visueel zelfstandige bebouwing, tot uitdrukking komend in het onderling verschil in goothoogte, dakvorm en/of gevelbelijning;
1.69 industriële restwarmte
energie in de vorm van warmte die vrijkomt bij energieomzetting bij industriële processen en welke in dit proces niet wordt benut voor hergebruik;
1.70 kantoor
een ruimte die dient voor de uitoefening van administratieve, boekhoudkundige c.q. financiële, organisatorische en/of zakelijke dienstverlening - niet zijnde detailhandel - waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, waaronder congres- en vergaderaccommodaties (uitgezonderd de daarvoor uitgesloten locaties);
1.71 kap
een dak met een nok en een zekere helling;
1.72 kassen
bouwwerken van glas of ander lichtdoorlatend materiaal (ten behoeve van de agrarische bedrijfsvoering) met een hoogte van 1,5 m of meer, trek-, tunnel-, schaduw-, boog- en gaaskassen daaronder begrepen;
1.73 kringloopbedrijf
een bedrijf waar de activiteiten bestaan uit het inzamelen, selecteren, sorteren en repareren van tweedehands goederen die vervolgens weer te koop worden aangeboden. Aan een kringloopbedrijf worden goederen 'om niet' aangeboden.
1.74 kwetsbaar object
- a. woningen, woonschepen en woonwagens met een dichtheid van meer dan 2 per hectare, uitgezonderd bedrijfswoningen;
- b. gebouwen bestemd voor het verblijf, al dan niet gedurende een gedeelte van de dag, van minderjarigen, ouderen, zieken of gehandicapten, zoals:
- 1. ziekenhuizen, bejaardenhuizen en verpleeghuizen;
- 2. scholen, of
- 3. gebouwen of gedeelten daarvan, bestemd voor dagopvang van minderjarigen;
- c. gebouwen waarin doorgaans grote aantallen personen gedurende een groot gedeelte van de dag aanwezig zijn, waartoe in ieder geval behoren:
- 1. kantoorgebouwen en hotels met een brutovloeroppervlakte van meer dan 1500 m² per gebouw, of
- 2. complexen waarin meer dan 5 winkels zijn gevestigd en waarvan de gezamenlijke brutovloeroppervlakte meer dan 1000 m² bedraagt en winkels met een totaal brutovloeroppervlakte van meer dan 2000 m² per winkel, voorzover in die complexen of in die winkels een supermarkt, hypermarkt of warenhuis is gevestigd of een winkel die vergelijkbare aantallen bezoekers trekt;
- d. kampeer- en andere recreatieterreinen bestemd voor het verblijf van meer dan 50 personen gedurende meerdere aaneengesloten dagen;
- e. overige kwetsbare objecten genoemd in artikel 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
1.75 landgoed
functionele eenheid, bestaande uit bos en overige natuur, waarop één of meer landhuizen met een karakteristieke verschijningsvorm zijn gesitueerd;
1.76 landhuis
een woning met een karakteristieke verschijningsvorm al of niet met bijbehorende bouwenwerken, tuinen, parken, lanen en wateren, onderdeel uitmakend van een landgoed;
1.77 landschapswaarde
de aan een gebied toegekende waarde met betrekking tot het waarneembare deel van de aardoppervlakte, die wordt bepaald door de herkenbaarheid van gebiedskenmerken en de identiteit van de onderlinge samenhang tussen levende en niet-levende natuur;
1.78 leefomgeving Havenkwartier
een stedelijke leefomgeving met een onconventionele en patroondoorbrekende mix van wonen, werken en cultuur;
1.79 Leisure Holterweg
een publieksgerichte commerciële voorziening ten behoeve van cultuur en ontspanning, vrijetijdsbesteding en sport, niet zijnde detailhandel, een bioscoop of een casino, al dan niet in combinatie met ondergeschikte horeca;
1.80 ligplaats
een plaats in het water, al dan niet aangevuld met een op de oever aanwezig terrein of een gedeelte daarvan, dat ingericht is voor het afmeren van een vaartuig;
1.81 manege
een complex met stallen, rijhal(len), buitenbak, stapmolen, en overige voorzieningen ten behoeve van de ruitersport;
1.82 natuurwaarde
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de aanwezige flora en fauna;
1.83 onderbouw
het doorlopende gedeelte van een gebouw, begrensd door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen, dat geheel of grotendeels is gelegen beneden het peil;
1.84 onderkomen
een voor verblijf geschikt, al dan niet aan zijn toegelaten functie onttrokken, vaar- of voertuig, ark of caravan, voorzover dat/die niet als een bouwwerk is aan te merken, alsook een tent;
1.85 overig bouwwerk
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
1.86 overige seksinrichtingen
seksinrichtingen, zoals clubprostitutie (seksclubs, privéhuizen) en erotische massagesalons en naar de aard daarmee gelijk te stellen seksinrichtingen;
1.87 overkapping
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat een overdekte ruimte vormt zonder dan wel met ten hoogste één wand;
1.88 reclameborden
losse sandwich- of andere borden, waarop met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding, in welke vorm dan ook, handelsreclame wordt gemaakt;
1.89 reclamevlaggen
vlaggen en wimpels, waarop met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding, in welke vorm dan ook, handelsreclame wordt gemaakt.
1.90 recreatieruimte 't Weterman
ruimte voor het houden van activiteiten van de bewoners op 't Weterman. Deze activiteiten kunnen in elk geval zijn: het vieren van eigen verjaardagen en jubilea en het organiseren van sociale activiteiten zoals kaarten, bingo e.d., voor de bewoners van 't Weterman;
1.91 paardenfokkerij
een agrarisch bedrijf dat uitsluitend is gericht op het fokken van paarden, de verkoop van gefokte paarden en het houden van paarden ten behoeve van de fokkerij;
1.92 paardenhouderij
een gebruiksgericht bedrijf dat is gericht op het houden, stallen en/of africhten van paarden, alsmede de handel in paarden met daaraan ondergeschikte functies behorende bij een paardenhouderij;
1.93 pand
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is;
1.94 peil
- a. voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang;
- b. voor een bouwwerk op een perceel waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de hoogte van het aansluitende afgewerkte terrein ter hoogte van die hoofdingang, waarbij plaatselijke, niet bij het verdere verloop van het terrein passende, ophogingen of verdiepingen aan de voet van het bouwwerk, anders dan noodzakelijk voor de bouw daarvan, buiten beschouwing blijven;
- c. voor een bouwwerk drijvend op het water: de waterspiegel;
- d. voor een bouwwerk in of over het water, geen drijvend bouwwerk zijnde: de hoogte van het terrein ter plaatse van het punt dat het meest nabij ligt aan waar het water grenst aan het vasteland;
1.95 plaatsgebonden risico
risico op een plaats buiten een inrichting, uitgedrukt als de kans per jaar dat een persoon die onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijke stof, gevaarlijke afvalstof of bestrijdingsmiddel betrokken is;
1.96 prostitutie
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen betaling;
1.97 raamprostitutie
een seksinrichting met één of meer ramen van waarachter prostitutie plaatsvindt;
1.98 risicobron
een plaats of situatie waar risico’s kunnen ontstaan.
1.99 schadelijke stof
onder schadelijke stoffen worden in elk geval begrepen aardolie en aardolieproducten, afvalstoffen, IBC-bouwstoffen, meststoffen als bedoeld in de Meststoffenwet, gewasbeschermingsmiddelen en biociden. Een uitgebreid overzicht van welke stoffen als schadelijk worden aangemerkt staat in de provinciale verordening;
1.100 seksautomatenhal
een seksinrichting waarin hoofdzakelijk erotisch-pornografische voorstellingen worden gegeven met behulp van automaten;
1.101 seksbioscoop
een seksinrichting waarin hoofdzakelijk erotisch-pornografische voorstellingen worden gegeven door middel van audiovisuele apparatuur;
1.102 seksinrichting
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan een seksbioscoop of sekstheater, een seksautomatenhal, prostitutie, waaronder tevens begrepen een parenclub en een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
1.103 sekstheater
een seksinrichting waarin hoofdzakelijk erotisch-pornografische voorstellingen worden gegeven door middel van live-shows;
1.104 sociale koopwoning
een koopwoning als bedoeld in artikel 1.1.1 eerste lid sub e van het Besluit ruimtelijke ordening, zoals nader omschreven in artikel 1 sub b van de verordening doelgroepen sociale woningbouw, en dat de subcategorieën sociale koopwoning laag en sociale koopwoning hoog omvat;
1.105 sociale koopwoning hoog
een sociale koopwoning met een koopprijs vrij op naam van EUR 174.000,00 tot maximaal EUR 200.000,00;
1.106 sociale koopwoning laag
een sociale koopwoning met een koopprijs vrij op naam tot EUR 174.000,00;
1.107 sociale woningbouw
het geheel van sociale huurwoningen en sociale koopwoningen;
1.108 verordening doelgroepen sociale woningbouw
De verordening als bedoeld in artikel 1.1.1 sub d en sub e van het Besluit ruimtelijke ordening, welke verordening door de raad van de gemeente Deventer is vastgesteld op 7 juli 2010 en in werking is getreden op 15 juli 2010, zoals deze luidt op het moment van de terinzage legging van het ontwerp van dit plan.
1.109 traditionele kapvorm
een kap, niet zijnde een plat dak, zoals een zadeldak, schilddak, mansardedak, tentdak, etc., al dan niet afgeknot;
1.110 tussenlid
een bouwwerk dat een verbinding tussen twee gebouwen vormt, dat ook voor mensen toegankelijk mag zijn;
1.111 uitbouw
een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw onderscheiden kan worden van, maar een functionele eenheid vormt met het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
1.112 uitstallingen
alle losse voorwerpen, die op of boven de weg, al dan niet voor of aan een winkel-, horeca- of ander bedrijfspand, worden of zijn geplaatst ter versiering, ter verfraaiing of anderszins, en waarmee kennelijk beoogd wordt het commerciële belang van een bedrijf te dienen; onder uitstallingen vallen in ieder geval: verkoopartikelen, waren, plantenbakken, speeltoestellen, reclameborden, reclamevlaggen en andere losse reclamevoorwerpen. Onder uitstallingen worden niet begrepen: terrassen.
1.113 volkstuin
grond waarop voor particulier gebruik op recreatieve wijze voedings- en siergewassen worden geteeld;
1.114 voorgevel
de naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt;
1.115 vrachtwagenparkeerplaats
een afsluitbaar parkeerterrein, al dan niet behorend bij een bedrijfsvestiging, voor het beroepsgoederenvervoer waar vrachtwagens kunnen worden gestald en waar de chauffeurs kunnen verblijven, al dan niet met gebouwde sanitaire en overige voorzieningen;
1.116 weg
weg als bedoeld in artikel 1, eerste artikel onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
1.117 Wet ruimtelijke ordening
Wet van 1 juli 2008 (Stb. 2006, 566) houdende vaststelling van nieuwe planregels omtrent de ruimtelijke ordening, zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
1.118 wijziging
een wijziging als bedoeld in artikel 3.6 lid 1 sub a van de Wet ruimtelijke ordening;
1.119 wonen, in gestapelde vorm
een gebouw, dat uit meerdere geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen (appartementen) bestaat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid kan worden beschouwd;
1.120 woning/wooneenheid
een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de huisvesting van personen;
1.121 woonschip
een voor bewoning bestemd vaartuig of ander drijvend object;
1.122 woonschepenligplaats
een plaats in het water, al dan niet aangevuld met een op de oever aanwezig terrein of een gedeelte daarvan, dat ingericht is voor het afmeren van een woonschip;
1.123 woonwagen
voor bewoning bestemd gebouw dat is geplaatst op een woonwagenstandplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst;
1.124 woonwagenstandplaats
een kavel, bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten;
1.125 zorginstelling
een instelling waarvan de bewoners voortdurende verzorging of verpleging nodig hebben en waar verschillende zorgfuncties en zorggerelateerde functies alsmede ondersteunende functies, zoals kantoorvoorzieningen, horeca en detailhandel, een plek hebben;
1.126 zorgwoning
een woning voor de huisvesting van bepaalde categorieën van de bevolking, zoals ouderen, jongeren, of mensen met een beperking, waarbij de mate en de vorm van de geboden zorg en ondersteuning aan de bewoners dusdanig is dat niet langer gesproken kan worden van zelfstandige bewoning, maar die gezien de maatschappelijke ontwikkelingen en hun geringe ruimtelijke impact wel aanvaardbaar zijn in de woonomgeving.
Artikel 2 Wijze Van Meten
2.1 de afstand tot de zijdelingse bouwperceelgrens:
tussen de zijdelingse grenzen van een bouwperceel en een bepaald punt van het op dat bouwperceel voorkomend (hoofd)gebouw, waar die afstand het kortst is.
2.2 de bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
2.3 de diepte van een aan- of uitbouw:
de diepte van een aan- of uitbouw wordt loodrecht vanaf de gevel van het hoofdgebouw, waaraan de aan- of uitbouw wordt gebouwd, gemeten.
2.4 de dakhelling:
de helling van het dakvlak, gemeten ten opzichte van het horizontale vlak.
2.5 de goothoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
2.6 de inhoud van een bouwwerk:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
2.7 de oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
2.8 de hoogte van een windturbine:
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine.
Hoofdstuk 2 Functieregels
Artikel 3 Aannemersbedrijf
3.1 Toegelaten functies
- a. een aannemersbedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen
Artikel 4 Agrarisch
4.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Agrarisch is toegelaten:
- a. grondgebruik ten dienste van de uitoefening van een agrarisch bedrijf zoals genoemd in artikel 1.7 onder a, b, e, f en g;
- b. het weiden van vee en het verbouwen van gewassen anders dan in het kader van de uitoefening van een agrarisch bedrijf, met dien verstande dat volkstuincomplexen niet zijn toegelaten;
- c. extensieve dagrecreatie;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 5 Agrarisch Loonbedrijf
5.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Agrarisch loonbedrijf is toegelaten:
- a. een agrarisch loonbedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen
Artikel 6 Agrarisch Met Waarden - Landschapswaarden
6.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Agrarisch met waarden - landschapswaarden is toegelaten:
- a. grondgebruik ten dienste van de uitoefening van een agrarisch bedrijf zoals genoemd in artikel 1.7 onder a, b, e, f en g;
- b. het weiden van vee en het verbouwen van gewassen anders dan in het kader van de uitoefening van een agrarisch bedrijf, met dien verstande dat volkstuincomplexen niet zijn toegelaten;
- c. behoud, versterking en ontwikkeling van de landschapswaarde van de gronden, zoals deze tot uitdrukking komt in het reliëf, de kleinschaligheid, de openheid en de beplantingselementen (houtsingels en houtwallen);
- d. extensieve dagrecreatie;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 7 Agrarisch Met Waarden - Natuur-en Landschapswaarden
7.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Agrarisch met waarden - natuur-en landschapswaarden is toegelaten:
- a. grondgebruik ten dienste van de uitoefening van een agrarisch bedrijf zoals genoemd in artikel 1.7 onder a, b en g;
- b. het weiden van vee en het verbouwen van gewassen anders dan in het kader van de uitoefening van een agrarisch bedrijf, met dien verstande dat volkstuincomplexen niet zijn toegelaten;
- c. behoud, versterking en ontwikkeling van de landschapswaarde en/of natuurwaarde van de gronden, zoals deze tot uitdrukking komt in het reliëf, de kleinschaligheid, de openheid, de beplantingselementen (houtsingels en houtwallen), kwelgebieden, bijzondere graslanden en/of met deze biotopen samenhangende fauna;
- d. extensieve dagrecreatie;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 8 Ambachtelijk Bedrijf
8.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Ambachtelijk bedrijf is toegelaten:
- a. een ambachtelijk bedrijf (zoals opgenomen in Bijlage 3 Staat van ambachtelijkebedrijfsactiviteiten);
met de daarbij behorende voorzieningen.
8.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 9 Ambachtelijk Bedrijf - Begane Grond
9.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Ambachtelijk bedrijf - begane grond is toegelaten:
- a. een ambachtelijk bedrijf (zoals opgenomen in Bijlage 3 Staat van ambachtelijkebedrijfsactiviteiten);
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen.
9.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 10 Ambachtelijk Bedrijf - Begane Grond Afwijking
10.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Ambachtelijk bedrijf - begane grond afwijking is toegelaten:
- a. een ambachtelijk bedrijf (zoals opgenomen in Bijlage 3 Staat van ambachtelijkebedrijfsactiviteiten), uitsluitend indien een omgevingsvergunning is verleend zoals bedoeld in 10.2.1;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen.
10.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 11 Ambachtelijk Bedrijf - Begane Grond En Kelder
11.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Ambachtelijk bedrijf - begane grond en kelder is toegelaten:
- a. een ambachtelijk bedrijf (zoals opgenomen in Bijlage 3 Staat van ambachtelijkebedrijfsactiviteiten);
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw).
met de daarbij behorende voorzieningen.
11.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 12 Ambachtelijk Bedrijf - Begane Grond En Kelder Afwijking
12.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Ambachtelijk bedrijf - begane grond en kelder afwijking is toegelaten:
- a. een ambachtelijk bedrijf (zoals opgenomen in Bijlage 3 Staat van ambachtelijkebedrijfsactiviteiten), uitsluitend indien een omgevingsvergunning is verleend zoals bedoeld in 12.2.1;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw).
met de daarbij behorende voorzieningen.
12.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 13 Asielzoekerscentrum
13.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Asielzoekerscentrum is toegelaten:
- a. een asielzoekerscentrum;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 14 Atelier
14.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Atelier is toegelaten:
- a. een atielier;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 15 Autobedrijf
15.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Autobedrijf is toegelaten:
- a. een autobedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
15.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 16 Autoreparatiebedrijf
16.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Autoreparatiebedrijf is toegelaten:
- a. een autoreparatiebedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 17 Autosloperij
17.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Autosloperij is toegelaten:
- a. een autosloperij;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 18 Bakkersbedrijf - Begane Grond
18.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bakkersbedrijf - begane grond is toegelaten:
- a. een bakkersbedrijf;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 19 Bedrijf - Categorie 1
19.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijf - categorie 1 is toegelaten:
- a. bedrijven van milieu-categorie 1 (zoals opgenomen in Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten);
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. detailhandelsbedrijven, tenzij middels een specifieke functie anders is aangegeven;
- b. Bevi inrichtingen, behoudens de bestaande, zodanige bedrijven met de bestaande functie Risicobron;
Artikel 20 Bedrijf - Categorie 1 Afwijking
20.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijf - categorie 1 afwijking is toegelaten:
- a. bedrijven van milieucategorie 1 (zoals opgenomen in Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten) en kleinschalige kantoorvestigingen, uitsluitend indien een omgevingsvergunning is verleend zoals bedoeld in 20.2.1;
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. detailhandelsbedrijven, tenzij middels een specifieke functie anders is aangegeven;
- b. Bevi inrichtingen, behoudens de bestaande, zodanige bedrijven met de bestaande functie Risicobron;
20.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 21 Bedrijf - Categorie 2
21.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijf - categorie 2 is toegelaten:
- a. bedrijven van milieu-categorie 1 of 2 (zoals opgenomen in Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten);
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. detailhandelsbedrijven, tenzij middels een specifieke functie anders is aangegeven;
- b. Bevi inrichtingen, behoudens de bestaande, zodanige bedrijven met de bestaande functie Risicobron;
21.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 22 Bedrijf - Categorie 2 Begane Grond
22.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijf - categorie 2 begane grond is toegelaten:
- a. bedrijven van milieu-categorie 1 of 2, (zoals opgenomen in Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten);
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. detailhandelsbedrijven, tenzij middels een specifieke functie anders is aangegeven;
- b. Bevi inrichtingen, behoudens de bestaande, zodanige bedrijven met de bestaande functie Risicobron;
22.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 23 Bedrijf - Havenkwartier (A)
23.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijf - Havenkwartier (A) is toegelaten:
- a. bedrijven in categorie A (zoals opgenomen in Bijlage 4 Staat van bedrijfsactiviteiten Havenkwartier);
met de daarbij behorende voorzieningen.
23.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 24 Bedrijf - Havenkwartier (Abc)
24.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijf - Havenkwartier (ABC) is toegelaten:
- a. bedrijven in categorie A, B of C (zoals opgenomen in Bijlage 4 Staat van bedrijfsactiviteitenHavenkwartier);
met de daarbij behorende voorzieningen.
24.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 25 Bedrijf - Verblijf En Stalling
25.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijf - verblijf en stalling is toegelaten:
a. mobiele verblijfsvoorzieningen en stalling voor kermis- en andere soortgelijke attracties;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 26 Bedrijfswoning
26.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijfswoning is toegelaten:
- a. één bedrijfswoning van maximaal 750 m3, tenzij middels de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' anders is aangeduid;
- 1. al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 27 Bedrijventerrein - Categorie 2
27.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijventerrein - categorie 2 is toegelaten:
- a. bedrijven van milieu-categorie 1 of 2 (zoals opgenomen in Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten) waaronder mede wordt begrepen:
- 1. kantoren behorende bij en gebonden aan bedrijven:
- bij elk bedrijf tot een brutovloeroppervlakte van ten hoogste 30% van de brutovloeroppervlakte van het betreffende bedrijf, met een maximum van 1500 m²,
- bij bedrijven waar de bestaande brutovloeroppervlakte meer bedraagt dan 1500 m², tot maximaal de bestaande brutovloeroppervlakte;
- 1. kantoren behorende bij en gebonden aan bedrijven:
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. detailhandelsbedrijven, tenzij middels een specifieke functie anders is aangegeven;
- b. bedrijven die krachtens artikel 2.1, lid 3, van het Besluit omgevingsrecht jo Bijlage 1 onder D van het Besluit omgevingsrecht zijn aangewezen als inrichtingen die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken;
- c. bedrijven, behoudens de bestaande, waarbij in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 2 Staatvan bedrijfsactiviteiten voor het aspect "geur" een afstandsmaat van meer dan 100 m is aangegeven;
- d. inrichtingen die zijn genoemd in onderdelen C en D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage;
- e. Bevi inrichtingen, behoudens de bestaande, zodanige bedrijven met de bestaande functie Risicobron;
- f. kwetsbare objecten met de daarbij behorende voorzieningen;
- g. opslag buiten bouwwerken, voorzover die gronden zijn gelegen binnen een afstand van 5 m tot wegen met bijbehorende paden en bermen;
- h. opslag, buiten bouwwerken, anders dan bedoeld onder g, met een vanaf peil gemeten hoogte die meer bedraagt dan de bouwhoogte van het hoogste bij het betreffende bedrijf behorende gebouw, en ieder geval meer dan 10 m.
27.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 28 Bedrijventerrein - Categorie 3.1
28.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijventerrein - categorie 3.1 is toegelaten:
- a. bedrijven van milieu-categorie 1, 2 of 3.1 (zoals opgenomen in Bijlage 2 Staat vanbedrijfsactiviteiten) waaronder mede wordt begrepen:
- 1. kantoren behorende bij en gebonden aan bedrijven:
- bij elk bedrijf tot een brutovloeroppervlakte van ten hoogste 30% van de brutovloeroppervlakte van het betreffende bedrijf, met een maximum van 1500 m²,
- bij bedrijven waar de bestaande brutovloeroppervlakte meer bedraagt dan 1500 m², tot maximaal de bestaande brutovloeroppervlakte;
- 1. kantoren behorende bij en gebonden aan bedrijven:
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. detailhandelsbedrijven, tenzij middels een specifieke functie anders is aangegeven;
- b. bedrijven die krachtens artikel 2.1, lid 3, van het Besluit omgevingsrecht jo Bijlage 1 onder D van het Besluit omgevingsrecht zijn aangewezen als inrichtingen die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken;
- c. bedrijven, behoudens de bestaande, waarbij in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 2 Staatvan bedrijfsactiviteiten voor het aspect "geur" een afstandsmaat van meer dan 100 m is aangegeven;
- d. inrichtingen die zijn genoemd in onderdelen C en D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage;
- e. Bevi inrichtingen, behoudens de bestaande, zodanige bedrijven met de bestaande functie Risicobron;
- f. kwetsbare objecten met de daarbij behorende voorzieningen;
- g. opslag buiten bouwwerken, voorzover die gronden zijn gelegen binnen een afstand van 5 m tot wegen met bijbehorende paden en bermen;
- h. opslag, buiten bouwwerken, anders dan bedoeld onder g, met een vanaf peil gemeten hoogte die meer bedraagt dan de bouwhoogte van het hoogste bij het betreffende bedrijf behorende gebouw, en ieder geval meer dan 10 m.
28.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 29 Bedrijventerrein - Categorie 3.2
29.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijventerrein - categorie 3.2 is toegelaten:
- a. bedrijven van milieu-categorie 1, 2, 3.1 of 3.2 (zoals opgenomen in Bijlage 2 Staat vanbedrijfsactiviteiten) waaronder mede wordt begrepen:
- 1. kantoren behorende bij en gebonden aan bedrijven:
- bij elk bedrijf tot een brutovloeroppervlakte van ten hoogste 30% van de brutovloeroppervlakte van het betreffende bedrijf, met een maximum van 1500 m²,
- bij bedrijven waar de bestaande brutovloeroppervlakte meer bedraagt dan 1500 m², tot maximaal de bestaande brutovloeroppervlakte;
- 1. kantoren behorende bij en gebonden aan bedrijven:
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. detailhandelsbedrijven, tenzij middels een specifieke functie anders is aangegeven;
- b. bedrijven die krachtens artikel 2.1, lid 3, van het Besluit omgevingsrecht jo Bijlage 1 onder D van het Besluit omgevingsrecht zijn aangewezen als inrichtingen die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken;
- c. bedrijven, behoudens de bestaande, waarbij in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 2 Staatvan bedrijfsactiviteiten voor het aspect "geur" een afstandsmaat van meer dan 100 m is aangegeven;
- d. inrichtingen die zijn genoemd in onderdelen C en D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage;
- e. Bevi inrichtingen, behoudens de bestaande, zodanige bedrijven met de bestaande functie Risicobron;
- f. kwetsbare objecten met de daarbij behorende voorzieningen;
- g. opslag buiten bouwwerken, voorzover die gronden zijn gelegen binnen een afstand van 5 m tot wegen met bijbehorende paden en bermen;
- h. opslag, buiten bouwwerken, anders dan bedoeld onder g, met een vanaf peil gemeten hoogte die meer bedraagt dan de bouwhoogte van het hoogste bij het betreffende bedrijf behorende gebouw, en ieder geval meer dan 10 m.
29.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 30 Bedrijventerrein - Categorie 4.1
30.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijventerrein - categorie 4.1 is toegelaten:
De voor 'Bedrijventerrein - categorie 4.1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. bedrijven van milieu-categorie 1, 2, 3.1, 3.2 of 4.1 (zoals opgenomen in Bijlage 2 Staat vanbedrijfsactiviteiten) waaronder mede wordt begrepen:
- 1. kantoren behorende bij en gebonden aan bedrijven:
- bij elk bedrijf tot een brutovloeroppervlakte van ten hoogste 30% van de brutovloeroppervlakte van het betreffende bedrijf, met een maximum van 1500 m²,
- bij bedrijven waar de bestaande brutovloeroppervlakte meer bedraagt dan 1500 m², tot maximaal de bestaande brutovloeroppervlakte;
- 1. kantoren behorende bij en gebonden aan bedrijven:
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. detailhandelsbedrijven, tenzij middels een specifieke functie anders is aangegeven;
- b. bedrijven, behoudens de bestaande, waarbij in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 2 Staatvan bedrijfsactiviteiten voor het aspect "geur" een afstandsmaat van meer dan 100 m is aangegeven;
- c. inrichtingen die zijn genoemd in onderdelen C en D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage;
- d. Bevi inrichtingen, behoudens de bestaande, zodanige bedrijven met de bestaande functie Risicobron;
- e. kwetsbare objecten met de daarbij behorende voorzieningen;
- f. opslag buiten bouwwerken, voorzover die gronden zijn gelegen binnen een afstand van 5 m tot wegen met bijbehorende paden en bermen;
- g. opslag, buiten bouwwerken, anders dan bedoeld onder f, met een vanaf peil gemeten hoogte die meer bedraagt dan de bouwhoogte van het hoogste bij het betreffende bedrijf behorende gebouw, en ieder geval meer dan 10 m.
30.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 31 Bedrijventerrein - Categorie 4.2
31.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijventerrein - categorie 4.2 is toegelaten:
- a. bedrijven van milieu-categorie 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1 en 4.2 (zoals opgenomen Bijlage 2 Staat vanbedrijfsactiviteiten) waaronder mede wordt begrepen:
- 1. kantoren behorende bij en gebonden aan bedrijven:
- bij elk bedrijf tot een brutovloeroppervlakte van ten hoogste 30% van de brutovloeroppervlakte van het betreffende bedrijf, met een maximum van 1500 m²,
- bij bedrijven waar de bestaande brutovloeroppervlakte meer bedraagt dan 1500 m², tot maximaal de bestaande brutovloeroppervlakte;
- 1. kantoren behorende bij en gebonden aan bedrijven:
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. detailhandelsbedrijven, tenzij middels een specifieke functie anders is aangegeven;
- b. bedrijven, behoudens de bestaande, waarbij in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 2 Staatvan bedrijfsactiviteiten voor het aspect "geur" een afstandsmaat van meer dan 100 m is aangegeven;
- c. inrichtingen die zijn genoemd in onderdelen C en D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage;
- d. Bevi inrichtingen, behoudens de bestaande, zodanige bedrijven met de bestaande functie Risicobron;
- e. kwetsbare objecten met de daarbij behorende voorzieningen.
- f. opslag buiten bouwwerken, voorzover die gronden zijn gelegen binnen een afstand van 5 m tot wegen met bijbehorende paden en bermen;
- g. opslag, buiten bouwwerken, anders dan bedoeld onder f, met een vanaf peil gemeten hoogte die meer bedraagt dan de bouwhoogte van het hoogste bij het betreffende bedrijf behorende gebouw, en ieder geval meer dan 10 m.
31.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 32 Bedrijventerrein - Categorie 5.1
32.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bedrijventerrein - categorie 5.1 is toegelaten:
- a. bedrijven van milieu-categorie 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1, 4.2 of 5.1 (zoals opgenomen in Bijlage 2 Staatvan bedrijfsactiviteiten) waaronder mede wordt begrepen:
- 1. kantoren behorende bij en gebonden aan bedrijven:
- bij elk bedrijf tot een brutovloeroppervlakte van ten hoogste 30% van de brutovloeroppervlakte van het betreffende bedrijf, met een maximum van 1500 m²,
- bij bedrijven waar de bestaande brutovloeroppervlakte meer bedraagt dan 1500 m², tot maximaal de bestaande brutovloeroppervlakte;
- 1. kantoren behorende bij en gebonden aan bedrijven:
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. detailhandelsbedrijven, tenzij middels een specifieke functie anders is aangegeven;
- b. bedrijven, behoudens de bestaande, waarbij in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 2 Staatvan bedrijfsactiviteiten voor het aspect "geur" een afstandsmaat van meer dan 100 m is aangegeven;
- c. inrichtingen die zijn genoemd in onderdelen C en D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage;
- d. Bevi inrichtingen, behoudens de bestaande, zodanige bedrijven met de bestaande functie Risicobron;
- e. kwetsbare objecten met de daarbij behorende voorzieningen;
- f. opslag buiten bouwwerken, voorzover die gronden zijn gelegen binnen een afstand van 5 m tot wegen met bijbehorende paden en bermen;
- g. opslag, buiten bouwwerken, anders dan bedoeld onder f, met een vanaf peil gemeten hoogte die meer bedraagt dan de bouwhoogte van het hoogste bij het betreffende bedrijf behorende gebouw, en ieder geval meer dan 10 m.
32.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 33 Begraafplaats
33.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Begraafplaats is toegelaten:
- a. de lijkbezorging;
- b. de instandhouding van graven;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 34 Beroepsonderwijs
34.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Beroepsonderwijs is toegelaten:
- a. een praktijkschool voor technisch beroepsonderwijs voor de sectoren bouw, metaal, elektro- en installatietechniek;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 35 Bestaand Bedrijf
35.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bestaand bedrijf is toegelaten:
- a. bedrijven, zoals die op het moment van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan rechtsgeldig aanwezig zijn;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 36 Bierbrouwerij
36.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bierbrouwerij is toegelaten:
- a. een micro bierbrouwerij
- 1. met ondergeschikte detailhandel;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 37 Biljartcentrum
37.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Biljartcentrum is toegelaten:
- a. een biljartcentrum;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 38 Bosbouwbedrijf
38.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bosbouwbedrijf is toegelaten:
- a. een bosbouwbedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 39 Bouwbedrijf
39.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bouwbedrijf is toegelaten:
- a. een bouwbedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 40 Bouwmarkt
40.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Bouwmarkt is toegelaten:
- a. een bouwmarkt;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 41 Campus Gasfabriek
41.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Campus Gasfabriek is toegelaten:
- a. bedrijven en activiteiten ten dienste van de Campus Gasfabriek;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 42 Cateringbedrijf
42.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Cateringbedrijf is toegelaten:
- a. een cateringbedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 43 Chemische Fabriek Categorie 5.2
43.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Chemische fabriek categorie 5.2 is toegelaten:
- a. een chemisch bedrijf in milieucategorie 5.2;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 44 Crematorium
44.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Crematorium is toegelaten:
- a. een crematorium;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 45 Cultuur En Ontspanning
45.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Cultuur en ontspanning is toegelaten:
- a. voorzieningen of activiteiten ten behoeve van cultuur en ontspanning, (zoals een (openlucht) bioscoop, een bowlingbaan, een creativiteitscentrum, een museum, een muziekschool, een (openlucht) theater, een muziektheater, een sauna, een wellness, speelterreinen/ speelplaatsen en/ of een naar de aard daarmee gelijk te stellen voorziening) met bijbehorende ondersteunende kantoorruimten;
- 1. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - muziekkoepel' is alleen een muziekkoepel toegestaan.
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 46 Cultuur En Ontspanning - Begane Grond
46.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Cultuur en ontspanning - begane grond is toegelaten:
- a. voorzieningen of activiteiten ten behoeve van cultuur en ontspanning, (zoals een (openlucht) bioscoop, een bowlingbaan, een creativiteitscentrum, een museum, een muziekschool, een (openlucht) theater, een muziektheater, een sauna, een wellness, speelterreinen/ speelplaatsen en/ of een naar de aard daarmee gelijk te stellen voorziening) met bijbehorende ondersteunende kantoorruimten;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 47 Cultuur En Ontspanning - Havenkwartier
47.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Cultuur en ontspanning - Havenkwartier is toegelaten:
- a. voorzieningen of activiteiten ten behoeve van cultuur en ontspanning, zoals een creativiteitscentrum, een museum, een muziekschool, een muziektheater, een theater.
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. bioscopen, bowlingbanen, casino's en/of sauna's.
Artikel 48 Cultuur En Ontspanning - Holterweg
48.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Cultuur en ontspanning - Holterweg is toegelaten:
- a. bedrijven, instellingen en/ of voorzieningen ten behoeve van Leisure Holterweg;
- 1. ondersteunende kantoren en vergaderruimten zijn toegestaan;
- 2. voldaan moet worden aan een afstand van minimaal 50 meter van het gebouw tot de dichtstbijzijnde gevel van een geluidgevoelige functie en een maximale geluidbelasting op de meest nabije gevel van een geluidgevoelige functie van 50 dB(a);
- b. evenementen/evenementenhallen en feestzalen met ondergeschikte horeca;
- 1. voldaan moet worden aan een afstand van minimaal 50 meter van het gebouw tot de dichtstbijzijnde gevel van een geluidgevoelige functie en een maximale geluidbelasting op de meest nabije gevel van een geluidgevoelige functie van 50 dB(a);
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. bioscopen en/of casino's.
48.2 Specifieke gebruiksregels
Artikel 49 Detailhandel
49.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Detailhandel is toegelaten:
- a. detailhandel;
- 1. ter plaatse van de aanduiding 'maximum vloeroppervlakte; bvo (m2)' met de waarde 15.000 m2 mag de totale brutovloeroppervlakte van de functies Detailhandel, Dienstverlening en Horeca -2b (zoals bedoeld in artikel 49.1, 58.1 en 83.1) niet meer bedragen dan 15.000m2, met dien verstande dat expeditie- en techniekruimten hiertoe niet mee worden gerekend;
- 2. ter plaatse van de aanduiding 'maximum vloeroppervlakte (m2)' met de waarde 100 m2 mag de brutovloeroppervlakte ten behoeve van de functie Detailhandel (zoals bedoeld in artikel 49.1) maximaal 100 m2 bedragen.
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 50 Detailhandel - Begane Grond
50.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Detailhandel - begane grond is toegelaten:
- a. detailhandel;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 51 Detailhandel - Begane Grond En Kelder
51.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Detailhandel - begane grond en kelder is toegelaten:
- a. detailhandel;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw).
- 2. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bedrijven' zijn ten hoogste 3 detailhandelsvestigingen toegestaan met ieder een maximale oppervlakte van 150 m2;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 52 Detailhandel - Bijzonder Concept
52.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Detailhandel - bijzonder concept is toegelaten:
- a. één detailhandelsbedrijf
- 1. waarbij minimaal 70% van de totale winkelvloeroppervlakte dient te bestaan uit een of meer van de volgende branches:
- wonen en woninginrichting, gericht op in en om de woning;
- planten en dieren;
- doe-het-zelf-artikelen;
- sportartikelen, gericht op outdoor;
- fietsen en bijbehorende artikelen;
- bruin- en witgoed. Voor deze branche geldt dat ter plaatse van de functie 'Detailhandel -grootschalig PDV' en 'Detailhandel - bijzonder concept' samen, een brutovloeroppervlakte van maximaal 3.500 m² is toegestaan;
- 2. maximaal 30% van de totale winkelvloeroppervlakte mag bestaan uit maximaal vier andere branches dan zoals bepaald in 52.1 onder a.1;
- per branche geldt een maximum winkelvloeroppervlakte van 500 m².
- 1. waarbij minimaal 70% van de totale winkelvloeroppervlakte dient te bestaan uit een of meer van de volgende branches:
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 53 Detailhandel - Grootschalig
53.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Detailhandel - grootschalig is toegelaten:
- a. grootschalige detailhandel waarbij het volgende van toepassing is:
- 1. het bedrijfsvloeroppervlakte per grootschalige detailhandelsvestiging mag niet minder dan 1.000 m2 bedragen;
- 2. het totale bedrijfsvloeroppervlakte van de grootschalige detailhandel mag niet meer bedragen dan 15.500 m2;
- 3. in afwijking van het bepaalde onder 1 zijn maximaal drie grootschalige detailhandelsvestigingen toegestaan met een bedrijfsvloeroppervlakte van niet minder dan 700 m2;
- 4. onverminderd het hiervoor bepaalde mag het totale bedrijfsvloeroppervlakte in de branche supermarkt niet meer bedragen dan 3.500 m2.
met de daarbij behorende voorzieningen.
53.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 54 Detailhandel - Grootschalig Pdv
54.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Detailhandel - grootschalig PDV is toegelaten:
- a. grootschalige detailhandelsbedrijven waarbij het volgende van toepassing is:
- 1. de bruto vloeroppervlakte per grootschalige detailhandelsvestiging mag niet minder dan 750 m2 bedragen;
- 2. uitsluitend grootschalige detailhandelsbedrijven in de volgende branches zijn toegestaan:
- wonen en woninginrichting, gericht op in en om de woning;
- planten en dieren;
- doe-het-zelf-artikelen;
- sportartikelen, gericht op outdoor;
- fietsen en bijbehorende artikelen;
- bruin- en witgoed. Voor deze branche geldt dat ter plaatse van de functie 'Detailhandel -grootschalig PDV' en 'Detailhandel - bijzonder concept' samen, een bruto vloeroppervlakte van maximaal 3.500 m² is toegestaan;
- b. afhaalcentra met een bruto vloeroppervlakte van meer dan 500 m² en met een koop/ verkoop en uitstallingsruimte ter plaatse, voor de hiervoor genoemde branches;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 55 Detailhandel - Havenkwartier
55.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Detailhandel - Havenkwartier is toegelaten:
- a. detailhandel;
- 1. de brutovloeroppervlakte van de functie detailhandel bedraagt maximaal 500 m² per bouwperceel;
met de daarbij behorende voorzieningen.
55.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 56 Detailhandel - In Ter Plaatse Vervaardigde Goederen
56.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Detailhandel - in ter plaatse vervaardigde goederen is toegelaten:
- a. detailhandel in ter plaatse vervaardigde goederen;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 57 Detailhandel - Volumineus
57.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Detailhandel - volumineus is toegelaten:
- a. detailhandel in volumineuze goederen (zoals auto's, boten, caravans, keukens, badkamers, rolluiken, tuinartikelen e.d. met showrooms), uitgezonderd bouwmarkten;
- b. groothandel, gericht op de zakelijke markt, maar waarbij ook verkoop aan particulieren plaatsvindt en waarvoor elders in Deventer binnen de detailhandelsstructuur geen ruimte is of inpassing niet mogelijk is;
- c. afhaalcentra met een bruto vloeroppervlakte van maximaal 500 m² en met een koop/ verkoop en uitstallingsruimte tot 100m² ter plaatse, uitsluitend op gronden met de functie 'Detailhandel -volumineus' langs de Hanzeweg;
met dien verstande dat de hier bedoelde detailhandels- en andere vestigingen zijn georiënteerd op de weg waarlangs de desbetreffende functie 'Detailhandel - volumineus' gelegen is.
met de daarbij behorende voorzieningen.
57.2 Afwijken van de toegelaten functie
Artikel 58 Dienstverlening
58.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Dienstverlening is toegelaten:
- a. dienstverlening;
- 1. ter plaatse van de aanduiding 'maximum vloeroppervlakte; bvo (m2)' met de waarde 15.000 m2 mag de totale brutovloeroppervlakte van de functies Detailhandel, Dienstverlening en Horeca -2b (zoals bedoeld in artikel 49.1, 58.1 en 83.1) niet meer bedragen dan 15.000m2, met dien verstande dat expeditie- en techniekruimten hiertoe niet mee worden gerekend;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 59 Dienstverlening - Afwijking
59.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Dienstverlening - afwijking is toegelaten:
- a. dienstverlening, uitsluitend indien een omgevingsvergunning is verleend zoals bedoeld in 59.2;
met de daarbij behorende voorzieningen.
59.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 60 Dienstverlening - Begane Grond
60.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Dienstverlening - begane grond is toegelaten:
- a. dienstverlening;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 61 Dienstverlening - Begane Grond En Kelder
61.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Dienstverlening - begane grond en kelder is toegelaten:
- a. dienstverlening;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 62 Dienstverlening - Faciliterend
62.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Dienstverlening - faciliterend is toegelaten:
- a. dienstverlening;
- 1. uitsluitend faciliterend aan de op het bedrijventerrein gevestigde bedrijven.
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 63 Dienstverlening - Havenkwartier
63.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Dienstverlening - Havenkwartier is toegelaten:
- a. dienstverlening;
- 1. de bruto vloeroppervlakte van de functies Dienstverlening - Havenkwartier en/of Kantoor -Havenkwartier bedraagt gezamenlijk maximaal 1.500 m² per bouwperceel, met dien verstande dat bij een bruto vloeroppervlakte vanaf 500 m² deze functies uitsluitend ten dienste staan van het economisch cluster Havenkwartier;
met de daarbij behorende voorzieningen.
63.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 64 Dienstverlening - Verdieping
64.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Dienstverlening - verdieping is toegelaten:
- a. dienstverlening;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de verdieping (vanaf de tweede bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 65 Dierpreparatiebedrijf
65.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Dierpreparatiebedrijf is toegelaten:
- a. een dierpreparatiebedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 66 Drinkwaterbedrijf
66.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Drinkwaterbedrijf is toegelaten:
- a. een drinkwaterbedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 67 Drukkerij Categorie 3.2
67.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Drukkerij categorie 3.2 is toegelaten:
- a. een (diep)drukkerij in milieucategorie 3.2;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 68 Elektronicareparatiebedrijf
68.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Elektronicareparatiebedrijf is toegelaten:
- a. een elektronicareparatiebedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 69 Fietswerkplaats Havenkwartier
69.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Fietswerkplaats Havenkwartier is toegelaten:
- a. een fietswerkplaats met bijbehorende fietsenwinkel;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 70 Garagebox
70.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Garagebox is toegelaten:
- a. garageboxen, ten behoeve van de stalling van motorvoertuigen en de opslag van huisraad;
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. detailhandel;
- b. de uitoefening van enige vorm van handel en/of bedrijf;
- c. een werkplaats.
Artikel 71 Gemeentewerf
71.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Gemeentewerf is toegelaten:
- a. een gemeentewerf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 72 Groen
72.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Groen is toegelaten:
- a. een park en/of plantsoen;
- b. overige groenvoorzieningen, bermen en beplanting;
- c. voet- en rijwielpaden, verhardingen;
- d. in- en uitritten;
- e. speelvoorzieningen, waaronder begrepen (jeugd- en jongeren)ontmoetingsplaatsen;
- f. waterlopen en waterpartijen, met de daarbij behorende bruggen, steigers, dammen, duikers, kades, taluds, beschoeiingen, faunapassages e.d.;
- g. voorzieningen ten behoeve van waterberging, bijv. wadi's;
- h. nutsvoorzieningen, waaronder ook begrepen voorzieningen ten behoeve van (de opwekking van) duurzame energie;
- i. geluidwerende voorzieningen;
- j. kunstwerken;
- k. kunstobjecten;
- l. parkeervoorzieningen, uitsluitend conform het gestelde in artikel 72.2.1;
- m. volkstuinen, moestuinen en/of schooltuinen, uitsluitend conform het gestelde in artikel 72.2.1;
- n. ter plaatse van de aanduiding 'houtwal', uitsluitend het beheer, herstel en de instandhouding van de houtwal;
- o. ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding 'monumentaal hekwerk', behoud van het bestaande monumentaal hekwerk.
met de daarbij behorende voorzieningen.
72.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 73 Grondverzetbedrijf
73.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Grondverzetbedrijf is toegelaten:
- a. een grondverzetbedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 74 Groothandel In Afval En Schroot
74.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Groothandel in afval en schroot is toegelaten:
- a. een groothandel in afval en schroot;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 75 Groothandel In Hout En Bouwmaterialen
75.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Groothandel in hout en bouwmaterialen is toegelaten:
- a. een groothandel in hout en bouwmaterialen, waarbij ook ondergeschikte verkoop aan particulieren plaatsvindt;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 76 Groothandel In Vrachtwagens
76.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Groothandel in vrachtwagens is toegelaten:
- a. een groothandel in vrachtwagens inclusief import en reparatie in milieucategorie 3.2;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 77 Horeca - 1a
77.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 1a is toegelaten:
- a. één horecabedrijf in de categorie 1a, 1b of 2a, (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten), tenzij middels de aanduiding 'maximum aantal bedrijven' anders is aangeduid;
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 78 Horeca - 1a Begane Grond En Kelder
78.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 1a begane grond en kelder is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 1a, 1b, 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw);
- 2. met dien verstande dat in de kelder geen zelfstandig horecabedrijf mag worden gevestigd.
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 79 Horeca - 1b
79.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 1b is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 1b, 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 80 Horeca - 2a
80.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 2a is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- b. bijbehorende voorzieningen, waaronder terrassen,
- c. in afwijking van het bepaalde onder b zijn ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van horeca - terras uitgesloten" terrassen niet toegestaan.
Artikel 81 Horeca - 2a Begane Grond
81.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 2a begane grond is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag);
- 2. ter plaatse van de aanduiding 'maximum vloeroppervlakte (m2)' met de waarde 700 m2 mag de vloeroppervlakte ten behoeve van de functie Horeca - 2a begane grond maximaal 700 m2 bedragen;
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 82 Horeca - 2a Begane Grond En Kelder
82.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 2a begane grond en kelder is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw).
- 2. met dien verstande dat in de kelder geen zelfstandig horecabedrijf mag worden gevestigd.
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 83 Horeca - 2b
83.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 2b is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. ter plaatse van de aanduiding 'maximum vloeroppervlakte; bvo (m2)' met de waarde 15.000 m2 mag de totale brutovloeroppervlakte van de functies Detailhandel, Dienstverlening en Horeca -2b (zoals bedoeld in artikel 49.1, 58.1 en 83.1) niet meer bedragen dan 15.000 m2, met dien verstande dat expeditie- en techniekruimten hiertoe niet mee worden gerekend;
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 84 Horeca - 2b Begane Grond
84.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 2b begane grond is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 85 Horeca - 2b Begane Grond En Kelder
85.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 2b begane grond en kelder is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw);
- 2. met dien verstande dat in de kelder geen zelfstandig horecabedrijf mag worden gevestigd.
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 86 Horeca - 2b Faciliterend
86.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 2b faciliterend is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. uitsluitend faciliterend aan de op het bedrijventerrein gevestigde bedrijven;
- 2. ter plaatse van de functie Campus Gasfabriek dient de horeca faciliterend te zijn aan de bij de Campus Gasfabriek behorende bedrijven en activiteiten.
- 3. er zijn geen kwetsbare objecten toegelaten;
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 87 Horeca - 3a
87.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 3a is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 88 Horeca - 3a Begane Grond
88.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 3a begane grond is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 89 Horeca - 3a Begane Grond En Kelder
89.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 3a begane grond en kelder is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw);
- 2. met dien verstande dat in de kelder geen zelfstandig horecabedrijf mag worden gevestigd.
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 90 Horeca - 3b
90.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 3b is toegelaten:
- a. horeca in de categorie 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat van horeca-activiteiten);
- 1. de horecavloeroppervlakte mag niet meer bedragen dan 15% van de bedrijfsvloeroppervlakte van de andere op deze locatie toegelaten functies;
- 2. er is geen aparte toegang voor het horecagedeelte;
- 3. het exploiteren van een terras is niet toegelaten.
met de daarbij behorende voorzieningen.
90.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 91 Horeca - 3b Begane Grond En Kelder
91.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 3b begane grond en kelder is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat van horeca-activiteiten);
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw);
- 2. de horecavloeroppervlakte mag niet meer bedragen dan 15% van de bedrijfsvloeroppervlakte van de andere op deze locatie toegelaten functies;
- 3. er is geen aparte toegang voor het horecagedeelte;
- 4. het exploiteren van een terras is niet toegelaten;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 92 Horeca - Hotelappartementen
92.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - hotelappartementen is toegelaten:
- a. maximaal 2 hotelappartementen;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 93 Horecagebied - 01
93.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horecagebied - 01 is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 1b, 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. er zijn maximaal 35 horecabedrijven toegestaan;
- indien er sprake is van een uitbreiding van een bestaand horecabedrijf met een naastgelegen pand (horizontaal) wordt deze uitbreiding tot een uitbreiding van het aantal horecabedrijven gerekend.
- 2. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw);
- met dien verstande dat in de kelder geen zelfstandig horecabedrijf mag worden gevestigd;
- 1. er zijn maximaal 35 horecabedrijven toegestaan;
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
93.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 94 Horecagebied - 02
94.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horecagebied - 02 is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. er zijn maximaal 16 horecabedrijven toegestaan;
- indien er sprake is van een uitbreiding van een bestaand horecabedrijf met een naastgelegen pand (horizontaal) wordt deze uitbreiding tot een uitbreiding van het aantal horecabedrijven gerekend.
- 2. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw);
- 3. met dien verstande dat in de kelder geen zelfstandig horecabedrijf mag worden gevestigd.
- 1. er zijn maximaal 16 horecabedrijven toegestaan;
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 95 Horecagebied - 03
95.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horecagebied - 03 is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. er is geen maximum aantal horecabedrijven bepaald;
- 2. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw);
- 3. met dien verstande dat in de kelder geen zelfstandig horecabedrijf mag worden gevestigd.
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 96 Horecagebied - 04
96.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horecagebied - 04 is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. er zijn maximaal 6 horecabedrijven toegestaan;
- 2. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw);
- 3. met dien verstande dat in de kelder geen zelfstandig horecabedrijf mag worden gevestigd.
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 97 Horecagebied - 05
97.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horecagebied - 05 is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. er zijn maximaal 7 horecabedrijven toegestaan;
- 2. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw);
- 3. met dien verstande dat in de kelder geen zelfstandig horecabedrijf mag worden gevestigd.
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 98 Horecagebied - 06
98.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horecagebied - 06 is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. er zijn maximaal 6 horecabedrijven toegestaan;
- 2. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw);
- 3. met dien verstande dat in de kelder geen zelfstandig horecabedrijf mag worden gevestigd.
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 99 Horecagebied - 07
99.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horecagebied - 07 is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. er zijn maximaal 5 horecabedrijven toegestaan;
- 2. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw);
- 3. met dien verstande dat in de kelder geen zelfstandig horecabedrijf mag worden gevestigd.
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 100 Horecagebied - 08
100.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horecagebied - 08 is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. er is geen maximum aantal horecabedrijven bepaald;
- 2. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw);
- 3. met dien verstande dat in de kelder geen zelfstandig horecabedrijf mag worden gevestigd.
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 101 Horecagebied - 09
101.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horecagebied - 09 is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2a, 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. er zijn maximaal 3 horecabedrijven toegestaan.
- 2. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 102 Horecagebied - 10
102.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horecagebied - 10 is toegelaten:
- a. horecabedrijven in categorie 2a en/of 2b (zoals beschreven in Bijlage 5 Staat vanhoreca-activiteiten);
- 1. er is maximaal 1 horecabedrijf in categorie 2a toegestaan;
- 2. er is maximaal 1 horecabedrijf in categorie 2b toegestaan.
- 3. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
Artikel 103 Hoveniersbedrijf
103.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Hoveniersbedrijf is toegelaten:
- a. een hoveniersbedrijf in milieucategorie 3.1;
- 1. met ondergeschikte detailhandel, waaronder in elk geval begrepen kerstbomenverkoop en vuurwerkverkoop.
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 104 Installatiebedrijf
104.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Installatiebedrijf is toegelaten:
- a. een installatiebedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 105 Kantoor
105.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Kantoor is toegelaten:
- a. een kantoor;
- 1. ter plaatse van de aanduiding 'maximum vloeroppervlakte; bvo (m2)' met de waarde 600 m2 mag de totale brutovloeroppervlakte van de functie Kantoor niet meer bedragen dan 600 m2;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 106 Kantoor - Bedrijventerrein
106.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Kantoor - bedrijventerrein is toegelaten:
- a. een kantoor
- 1. met dien verstaande dat, in afwijking van het bepaalde in 1.70, congres- en vergaderaccommodaties niet toegelaten zijn;
Artikel 107 Kantoor - Begane Grond
107.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Kantoor - begane grond is toegelaten:
- a. een kantoor;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag);
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 108 Kantoor - Begane Grond En Kelder
108.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Kantoor - begane grond en kelder is toegelaten:
- a. een kantoor;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 109 Kantoor - Havenkwartier
109.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Kantoor - Havenkwartier is toegelaten:
- a. een kantoor;
- 1. de brutovloeroppervlakte van de functies Dienstverlening - Havenkwartier en/of Kantoor -Havenkwartier bedraagt gezamenlijk maximaal 1.500 m² per bouwperceel, met dien verstande dat bij een gezamenlijk brutovloeroppervlakte vanaf 500 m² deze functies uitsluitend ten dienste staan van het economisch cluster Havenkwartier;
met de daarbij behorende voorzieningen.
109.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 110 Kantoor - Verdieping
110.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Kantoor - verdieping is toegelaten:
- a. een kantoor;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de verdieping (tweede en hogere bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 111 Kapsalon - Begane Grond En Kelder
111.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Kapsalon - begane grond en kelder is toegelaten:
- a. een kapsalon;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 112 Kinderboerderij
112.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Kinderboerderij is toegelaten:
- a. een kinderboerderij;
- b. een dierenweide met hokken, stallen en schuilgelegenheden;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 113 Koffiebranderij
113.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Koffiebranderij is toegelaten:
- a. een koffiebranderij in milieucategorie 5.1;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 114 Kookstudio
114.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Kookstudio is toegelaten:
- a. een kookstudio;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 115 Kringloopbedrijf
115.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Kringloopbedrijf is toegelaten:
- a. een kringloopbedrijf, waaronder mede wordt begrepen:
- 1. kantoren bij en gebonden aan het kringloopbedrijf;
- 2. detailhandel bij en gebonden aan het kringloopbedrijf;
- 3. ondersteunende horeca bij en gebonden aan het kringloopbedrijf, waarbij de oppervlakte voor de functie horeca niet meer mag bedragen dan 15% van het bedrijfsvloeroppervlak van het kringloopbedrijf met een maximum van 80 m2;
- 4. met dien verstande dat de brutovloeroppervlakte van de kantoren niet meer mag bedragen dan 1.499 m2;
- 5. met dien verstande dat de brutovloeroppervlakte van de detailhandel en horeca samen niet meer mag bedragen dan 1.999 m2.
met de daarbij behorende voorzieningen.
niet toegelaten zijn:
- a. opslag buiten bouwwerken, voorzover die gronden zijn gelegen binnen een afstand van 5 m tot wegen met bijbehorende paden en bermen;
- b. opslag, buiten bouwwerken, anders dan bedoeld onder a, met een vanaf peil gemeten hoogte die meer bedraagt dan de bouwhoogte van het hoogste bij het betreffende bedrijf behorende gebouw, en ieder geval meer dan 10 m.
Artikel 116 Kwekerij
116.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Kwekerij is toegelaten:
- a. een kwekerij;
- 1. met ondergeschikte detailhandel;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 117 Landbouwmechanisatiebedrijf
117.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Landbouwmechanisatiebedrijf is toegelaten:
- a. een landbouwmechanisatiebedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 118 Maatschappelijk
118.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Maatschappelijk is toegelaten:
- a. maatschappelijke voorzieningen, ten behoeve van:
- 1. welzijn;
- 2. gezondheidszorg;
- 3. religie, levensbeschouwelijke voorzieningen;
- 4. openbare dienstverlening;
- 5. onderwijs, educatieve voorzieningen;
- 6. jeugd-/kinderopvang;
- 7. openbare speelterreinen/speelplaatsen;
- 8. verenigingsleven;
- 9. sociaal-culturele voorzieningen;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 119 Maatschappelijk - Begane Grond
119.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Maatschappelijk - begane grond is toegelaten:
- a. maatschappelijke voorzieningen, alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag), ten behoeve van:
- 1. welzijn;
- 2. gezondheidszorg;
- 3. religie, levensbeschouwelijke voorzieningen;
- 4. openbare dienstverlening;
- 5. onderwijs, educatieve voorzieningen;
- 6. jeugd-/kinderopvang;
- 7. openbare speelterreinen/speelplaatsen;
- 8. verenigingsleven;
- 9. sociaal-culturele voorzieningen;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'maximum vloeroppervlakte bvo (m2)' met de waarde 200 m2 mag de brutovloeroppervlakte ten behoeve van de functie Maatschappelijk (zoals bedoeld in artikel 119.1 onder a) maximaal 200 m2 bedragen.
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 120 Maatschappelijk - Brinkgreven
120.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Maatschappelijk - Brinkgreven is toegelaten:
- a. een zorginstelling;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - gezondheidscampus': een gezondheidscampus;
- c. behoud en herstel van karakteristieke bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek';
met de daarbij behorende voorzieningen.
120.2 Specifieke gebruiksregels
- a. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - gezondheidscampus' dient te worden voorzien in voldoende parkeerplaatsen voor de gezondheidscampus, met dien verstande dat:
- 1. parkeren op maaiveldniveau uitsluitend is toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein', met dien verstande dat de parkeerplaatsen verdiept dienen te worden aangelegd;
- 2. op maaiveldniveau maximaal 140 (verdiept gelegen) parkeerplaatsen zijn toegestaan.
- b. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - vestibule' dient te worden voorzien in voldoende parkeerplaatsen voor de functies binnen deze aanduiding, met dien verstande dat:
- 1. op maaiveldniveau maximaal 10 parkeerplaatsen zijn toegestaan;
- 2. maximaal 50 parkeerplaatsen die benodigd zijn voor de functies binnen de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - vestibule' mogen worden aangelegd ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - gezondheidscampus';
- c. Ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein uitgesloten' is parkeren niet toegelaten.
120.3 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 121 Maatschappelijk - Verdieping
121.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Maatschappelijk - verdieping is toegelaten:
- a. maatschappelijke voorzieningen, alleen toegestaan op de verdieping (tweede en hogere bouwlaag), ten behoeve van:
- 1. welzijn;
- 2. gezondheidszorg;
- 3. religie, levensbeschouwelijke voorzieningen;
- 4. openbare dienstverlening;
- 5. onderwijs, educatieve voorzieningen;
- 6. jeugd-/kinderopvang;
- 7. openbare speelterreinen/speelplaatsen;
- 8. verenigingsleven;
- 9. sociaal-culturele voorzieningen;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 122 Manege
122.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Manege is toegelaten:
- a. een manege;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 123 Meubelwerkplaats Havenkwartier
123.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Meubelwerkplaats Havenkwartier is toegelaten:
- a. een meubelwerkplaats met daarbijbehorende meubelwinkel;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 124 Museum
124.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Museum is toegelaten:
- a. een museum;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 125 Natuur
125.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Natuur is toegelaten:
- a. behoud, herstel en ontwikkeling van natuur- en landschapswaarden;
- b. extensieve dagrecreatie;
- c. houtoogst;
- d. water;
- e. ter plaatse van de aanduiding;
- 1. 'agrarisch': tevens agrarisch medegebruik;
- 2. 'recreatie uitgesloten': is in afwijking van het bepaalde in 125.1 onder b geen extensievedagrecreatie toegestaan;
met de bijbehorende voorzieningen.
Artikel 126 Nutsvoorziening
126.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Nutsvoorziening is toegelaten:
- a. nutsvoorzieningen;
met bijbehorende voorzieningen.
Artikel 127 Opslag
127.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Opslag is toegelaten:
- a. opslag;
met bijbehorende voorzieningen.
Artikel 128 Organische Chemische Grondstoffenfabriek
128.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Organische chemische grondstoffenfabriek is toegelaten:
- a. een organische chemische grondstoffenfabriek, niet vallend onder "post-Seveso-richtlijn";
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 129 Pinautomaat
129.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Pinautomaat is toegelaten:
- a. een pinautomaat;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 130 Postkantoor
130.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Postkantoor is toegelaten:
- a. een postkantoor;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 131 Railverkeer
131.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Railverkeer is toegelaten:
- a. spoorwegen, met daarbij behorende spoorwegovergangen, bruggen, viaducten, tunnels, hellingen, taluds en soortgelijke voorzieningen;
- b. wegen, voet- en fietspaden, verhardingen;
- c. verblijfsvoorzieningen, waaronder pleinen en perrons;
- d. groenvoorzieningen, bermen en beplanting;
- e. waterlopen en waterpartijen, met de daarbij behorende bruggen, steigers, dammen, duikers, kades, taluds, beschoeiingen, faunapassages e.d.;
- f. voorzieningen ten behoeve van waterberging, bijv. wadi's;
- g. nutsvoorzieningen, waaronder ook begrepen voorzieningen ten behoeve van de opwekking van duurzame energie;
- h. geluidwerende voorzieningen;
- i. kunstwerken;
- j. kunstobjecten;
- k. parkeervoorzieningen;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 132 Recreatieruimte 'T Weterman
132.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Recreatieruimte 't Weterman is toegelaten:
- a. recreatieruimte 't Weterman;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 133 Restaurant
133.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Restaurant is toegelaten:
- a. een restaurant;
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen.
133.2 Specifieke gebruiksregels
Artikel 134 Rioolwaterzuivering
134.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Rioolwaterzuivering is toegelaten:
- a. een rioolwaterzuivering;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 135 Risicobron
135.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Risicobron is toegelaten:
- a. een risicobron;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 136 Schildersbedrijf
136.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Schildersbedrijf is toegelaten:
- a. een schildersbedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 137 Schoenmaker - Begane Grond En Kelder
137.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Schoenmaker - begane grond en kelder is toegelaten:
- a. een schoenmaker;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 138 Seksinrichting - Erotische Massagesalon
138.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Seksinrichting - erotische massagesalon is toegelaten:
- a. een erotische massagesalon;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 139 Seksinrichting - Raamprostitutie Begane Grond
139.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Seksinrichting - raamprostitutie begane grond is toegelaten:
- a. raamprostitutie;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag);
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 140 Seksinrichting - Seksbioscoop
140.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Seksinrichting - seksbioscoop is toegelaten:
- a. een seksbioscoop;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 141 Seksinrichting - Verdieping
141.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Seksinrichting - verdieping is toegelaten:
- a. een seksinrichting;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de verdieping (tweede en hogere bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 142 Skatepark - Havenkwartier
142.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Skatepark - Havenkwartier is toegelaten:
- a. een skatepark;
- 1. met hieraan gerelateerde detailhandel, met dien verstande dat de oppervlakte van de aan de skatepark gerelateerde detailhandel niet meer mag bedragen dan 200 m2;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 143 Sluis
143.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Sluis is toegelaten:
- a. een sluis;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 144 Smederij
144.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Smederij is toegelaten:
- a. een smederij;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 145 Speelautomatenhal
145.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Speelautomatenhal is toegelaten:
- a. één speelautomatenhal;
- 1. de totale oppervlakte van de functie Speelautomatenhal mag niet meer bedragen dan 850 m2;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 146 Speeltuin
146.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Speeltuin is toegelaten:
- a. speelvoorzieningen;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 147 Sport
147.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Sport is toegelaten:
- a. sportvoorzieningen;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 148 Sport - Begane Grond
148.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Sport - begane grond is toegelaten:
- a. sportvoorzieningen;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 149 Sport - Begane Grond En Kelder
149.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Sport - begane grond en kelder is toegelaten:
- a. sportvoorzieningen;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de begane grond (eerste bouwlaag) en in de kelder (onderbouw).
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 150 Sport - Faciliterend
150.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Sport - faciliterend is toegelaten:
- a. sportvoorzieningen;
- 1. uitsluitend faciliterend aan de op het bedrijventerrein gevestigde bedrijven;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 151 Sport - Havenkwartier
151.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Sport - Havenkwartier is toegelaten:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'trampolinepark' een trampolinepark;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'indoor skihal' een indoor skihal;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'sportcentrum' een sportstudio, waaronder wordt verstaan fysiotherapie met sport onder begeleiding;
met bijbehorende voorzieningen.
Artikel 152 Sport - Verdieping
152.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Sport - verdieping is toegelaten:
- a. sportvoorzieningen;
- 1. deze functie is alleen toegestaan op de verdieping (tweede en hogere bouwlaag).
met de daarbij behorende voorzieningen
Artikel 153 Stadion
153.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Stadion is toegelaten:
- a. een stadion;
- b. kantoren als ondergeschikte functie aan de hoofdactiviteit;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 154 Timmerwerkfabriek
154.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Timmerwerkfabriek is toegelaten:
- a. een timmerwerkfabriek, inclusief zagerij, in milieucategorie 3.2;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 155 Transformatorstation
155.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Transformatorstation is toegelaten:
- a. een transformatorstation;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 156 Transportbedrijf
156.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Transportbedrijf is toegelaten:
- a. een transportbedrijf;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 157 Tuincentrum
157.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Tuincentrum is toegelaten:
- a. een tuincentrum;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 158 Tuincentrum - 1
158.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Tuincentrum - 1 is toegelaten:
- a. een tuincentrum;
met de daarbij behorende voorzieningen.
158.2 Specifieke gebruiksregels
Artikel 159 Uitvaartcentrum
159.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Uitvaartcentrum is toegelaten:
- a. een uitvaartcentrum;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 160 Veilinghuis
160.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Veilinghuis is toegelaten:
- a. een veilinghuis;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 161 Verkeer
161.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Verkeer is toegelaten:
- a. wegen en (woon)straten, met daarbij behorende bruggen, viaducten, tunnels, hellingen, taluds en soortgelijke voorzieningen;
- b. in afwijking van het bepaalde onder a is ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer – onverharde weg' uitsluitend een onverharde weg toegestaan;
- c. voet- en fietspaden, verhardingen;
- d. behoud van het bestaande tracé en profilering van de historische landwegen ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek';
- e. verblijfsvoorzieningen, waaronder pleinen;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - uitbouw' zijn uitbouwen aan aangrenzende gebouwen toegestaan, waarbij tevens de functies van de aangrenzende gebouwen zijn toegestaan;
- g. parkeervoorzieningen;
- h. in afwijking van het bepaalde onder g is ter plaatse van de aanduiding 'uitgesloten' parkeren op maaiveld niet toegelaten;
- i. groenvoorzieningen, bermen en beplanting;
- j. speelvoorzieningen, waaronder begrepen (jeugd- en jongeren)ontmoetingsplaatsen;
- k. waterlopen en waterpartijen, met de daarbij behorende bruggen, steigers, dammen, duikers, kades, taluds, beschoeiingen, faunapassages e.d.;
- l. voorzieningen ten behoeve van waterberging, bijv. wadi's;
- m. nutsvoorzieningen, waaronder ook begrepen voorzieningen ten behoeve (van de opwekking) van duurzame energie;
- n. geluidwerende voorzieningen;
- o. kunstwerken;
- p. kunstobjecten;
- q. standplaatsen en warenmarkten;
- r. terrassen;
- s. ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding 'monumentaal hekwerk', behoud van het bestaande monumentaal hekwerk;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 162 Verkooppunt Motorbrandstoffen Met Lpg
162.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Verkooppunt motorbrandstoffen met LPG is toegelaten:
- a. een verkooppunt motorbrandstoffen met LPG;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 163 Verkooppunt Motorbrandstoffen Zonder Lpg
163.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Verkooppunt motorbrandstoffen zonder LPG is toegelaten:
- a. een verkooppunt motorbrandstoffen zonder LPG;
met de daarbij behorende voorzieningen.
163.2 Specifieke gebruiksregels
Artikel 164 Volkstuin
164.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Volkstuin is toegelaten:
- a. volkstuinen;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 165 Vrachtwagenparkeerplaats
165.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Vrachtwagenparkeerplaats is toegelaten:
- a. vrachtwagenparkeerplaats;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 166 Vuiloverslagstation Met Puinbreker
166.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Vuiloverslagstation met puinbreker is toegelaten:
- a. een vuiloverslagstation met puinbreker in milieucategorie 4.2;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 167 Wasmiddelenfabriek
167.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Wasmiddelenfabriek is toegelaten:
- a. een fabriek ten behoeve van was- en schoonmaakmiddelen, suikerwerken en aanverwante producten met de daarbij behorende kantoren;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 168 Water
168.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Water is toegelaten:
- a. kanalen, sloten, meren, plassen, vijvers en poelen en daarmee gelijk te stellen waterlopen, watergangen en/of waterpartijen, de waterhuishouding, waterafvoer en/of waterberging;
- b. oeverstroken en (schouw)paden;
- c. nutsvoorzieningen;
- d. extensieve dagrecreatie;
- e. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding
- 1. 'karakteristiek': het behoud van het bestaande tracé en de profilering van de historische watergangen en/of waterpartijen;
- 2. 'specifieke bouwaanduiding – balkon': balkons van de aangrenzende woningen;
- 3. 'ligplaats': voorzieningen ten behoeve van het afmeren van vaartuigen voor de beroepsscheepvaart;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 169 Waterschapsdepot
169.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Waterschapsdepot is toegelaten:
- a. een waterschapsdepot;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 170 Wellness
170.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Wellness is toegelaten:
- a. een wellnessvoorziening;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 171 Windturbine
171.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Windturbine is toegelaten:
- a. windturbines voor de opwekking en de levering van windenergie;
met daarbij behorende voorzieningen, waaronder in elk geval begrepen:
- a. kraanopstelplaatsen;
- b. inkoopstations ten behoeve van de levering van elektriciteit aan het openbare net.
Artikel 172 Wonen
172.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Wonen is toegelaten:
- a. het wonen, in niet gestapelde vorm;
- 1. al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
- b. zorgwoningen, uitsluitend indien omgevingsvergunning is verleend zoals bedoeld in artikel 172.2.1 onder b.;
met dien verstande dat:
- c. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' het aantal wooneenheden niet meer mag bedragen dan is aangeduid;
- d. in afwijking van het bepaalde in 172 onder c. mag, uitsluitend indien omgevingsvergunning is verleend zoals bedoeld in artikel 172.2.1 onder b., het maximum aantal wooneenheden ter plaatse van Bouwregel-40 worden verhoogd;
met de daarbij behorende voorzieningen.
172.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 173 Wonen - Afwijking
173.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Wonen - afwijking is toegelaten:
- a. het wonen, in niet gestapelde vorm en/of in gestapelde vorm, uitsluitend indien een omgevingsvergunning is verleend zoals bedoeld in 173.2.1 onder a;
- 1. al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
- b. zorgwoningen, uitsluitend indien omgevingsvergunning is verleend zoals bedoeld in artikel 173.2.1 onder b.;
met de daarbij behorende voorzieningen.
173.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 174 Wonen - Eikendal
174.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Wonen - Eikendal is toegelaten:
- a. vrijstaande woningen en twee-aaneen gebouwde woningen, in niet gestapelde vorm;
- 1. al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
- 2. ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld', zijn tevens woningen in gestapelde vorm toegestaan;
- 3. het totaal aantal wooneenheden binnen de functie Wonen - Eikendal mag niet meer bedragen dan 50 met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' het aantal wooneenheden niet meer mag bedragen dan is aangeduid;
- b. zorgwoningen, uitsluitend indien omgevingsvergunning is verleend zoals bedoeld in artikel 174.2;
- c. woonstraten
- d. verblijfsvoorzieningen, waaronder pleinen;
- e. voet- en rijwielpaden;
- f. groenvoorzieningen;
- g. speelvoorzieningen, waaronder begrepen (jeugd- en jongeren) ontmoetingsplaatsen;
- h. parkeervoorzieningen;
- i. tuinen en erven;
- j. paden;
- k. watergangen en andere waterpartijen;
- l. kunstwerken.
met de daarbij behorende voorzieningen.
174.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 175 Wonen - Gestapeld
175.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Wonen - gestapeld is toegelaten:
- a. het wonen, in gestapelde vorm;
- 1. al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
- b. zorgwoningen, uitsluitend indien omgevingsvergunning is verleend zoals bedoeld in artikel 175.2.1;
met dien verstande dat:
- c. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' het aantal wooneenheden niet meer mag bedragen dan is aangeduid;
met de daarbij behorende voorzieningen
175.2 Afwijking van de toegelaten functies
Artikel 176 Wonen - Landhuis
176.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Wonen - landhuis is toegelaten:
- a. de instandhouding van landgoederen met landhuizen en bijbehorende gebouwen en terreinen;
- b. het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de natuurwaarden, landschapswaarden en/of cultuurhistorische waarden in de vorm van landschapselementen, buitenplaatsen en parkinrichting, vijver en waterpartijen en het lanenstelsel;
met de daarbij behorende voorzieningen.
176.2 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
- a. buitenopslag is uitsluitend binnen het bouwvlak toegestaan met dien verstande dat de totale stapelhoogte ten hoogste 4 m bedraagt.
Artikel 177 Wonen - Looërmark
177.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Wonen - Looërmark is toegelaten:
- a. het wonen, in niet gestapelde vorm;
- 1. al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
- b. zorgwoningen, uitsluitend conform het gestelde in artikel 177.2.1;
- c. behoud van het bosachtige karakter van het gebied;
met dien verstande dat:
- d. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' het aantal wooneenheden niet meer mag bedragen dan is aangeduid;
met de daarbij behorende voorzieningen.
177.2 Afwijking van de toegelaten functies
Artikel 178 Wonen - Steenbrugge
178.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Wonen - Steenbrugge is toegelaten:
- a. het wonen, in niet gestapelde vorm;
- 1. al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
- 2. het totaal aantal wooneenheden binnen de functie Wonen - Steenbrugge mag niet meer bedragen dan 410;
- b. zorgwoningen, in niet gestapelde vorm;
- c. maatschappelijke voorzieningen zoals een huisarts, een fysiotherapiepraktijk, een tandartsenpraktijk of een kinderdagverblijf;
- d. horecabedrijven in categorie 3a of 3b, zoals opgenomen in Bijlage 5 Staat van horeca-activiteiten;
- e. volkstuinen, moestuinen en schoolwerktuinen;
- f. voorzieningen ten behoeve van (de opwekking van) duurzame energie;
- g. wegen;
- h. paden;
- i. parkeervoorzieningen;
- j. verblijfsgebieden;
- k. groenvoorzieningen;
- l. water;
met de daarbij behorende voorzieningen.
178.2 Specifieke gebruiksregels
178.3 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 179 Wonen - Verdieping
179.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Wonen - verdieping is toegelaten:
- a. het wonen;
- 1. al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
- 2. deze functie is alleen toegestaan op de verdieping (tweede en hogere bouwlaag);
- 3. trapopgangen en bergingen zijn tevens toegestaan op de begane grond;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 180 Wonen - Wechelerweg
180.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Wonen - Wechelerweg is toegelaten:
- a. het wonen, in niet gestapelde vorm;
- 1. al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - voormalige bedrijfsbebouwing' voormalige bedrijfsbebouwing;
- c. bij deze toegelaten functie behorende voorzieningen;
met daaraan ondergeschikt:
- d. de in onderstaande tabel 'Nevenfuncties die bij recht zijn toegestaan'vermelde toegestane nevenfuncties;
- e. bed and breakfast;
Tabel: 'Nevenfuncties die bij recht zijn toegestaan'
nevenfunctie | maximaal aantal m² | ||
gronden in gebruik voor nevenfunctie | bestaande bebouwing in gebruik voor nevenfunctie | ||
verkoop-aan-huis van streekeigen agrarische producten | - | 100 m² | |
inpandige opslag en stalling | - | 500 m² | |
ambachtelijke be- en verwerking van agrarische producten (kaasmakerij, imkerij, riet- en vlechtwerk, klompenmakerij) | - | 200 m² | |
kano-, boot- of fietsenverhuur | - | 100 m² | |
horecabedrijven die in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 5 Staat van horeca-activiteiten zijn aangeduid als categorie 3a of 3b; | - | 100 m² |
180.2 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
- a. bij een combinatie van nevenfuncties mag de bebouwingsoppervlakte ten behoeve van de activiteiten niet meer bedragen dan 50% van de totale oppervlakte aan gebouwen met een maximum van 850 m² en mag er niet meer dan 5.000 m² aan onbebouwde gronden in gebruik worden genomen;
- b. bed & breakfast is uitsluitend toegestaan in de woning;
- c. het aantal slaapplaatsen ten behoeve van bed & breakfast bedraagt ten hoogste 4;
- d. nevenfuncties zijn uitsluitend toegestaan binnen bestaande bebouwing;
- e. de vloeroppervlakte ten behoeve van kleinschalige beroepen- en bedrijven-aan-huis bedraagt ten hoogste 35% van de maximaal toegestane bebouwing met een maximum van 100 m²; in het kader van deze kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten is geen detailhandel toegestaan.
Artikel 181 Woonschepenligplaats
181.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Woonschepenligplaats is toegelaten:
- a. het afmeren van een woonschip;
- 1. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' mag het aantal woonschepen niet meer bedragen dan is aangeduid;
- 2. al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
met de daarbij behorende voorzieningen zoals tuinen en erven.
Artikel 182 Woonwagenstandplaats
182.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Woonwagenstandplaats is toegelaten:
- a. woonwagenstandplaatsen, met dien verstande dat:
- 1. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' mag het aantal woonwagenstandplaatsen niet meer bedragen dan is aangeduid;
- 2. al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 183 Ziekenhuis
183.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Ziekenhuis is toegelaten:
- a. een ziekenhuis;
met de daarbij behorende voorzieningen.
Hoofdstuk 3 Bouwregels
Artikel 184 Bouwregel-01
184.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-01' gelden de volgende regels:
184.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 185 Bouwregel-02
185.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-02' gelden de volgende regels:
185.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 186 Bouwregel-03
186.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-03' gelden de volgende regels:
186.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 187 Bouwregel-04
187.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-04' gelden de volgende regels:
Artikel 188 Bouwregel-05
188.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-05' gelden de volgende regels:
188.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 189 Bouwregel-06
189.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-06' gelden de volgende regels:
189.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 190 Bouwregel-07
190.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-07' gelden de volgende regels:
190.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 191 Bouwregel-08
191.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-08' gelden de volgende regels:
191.2 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan:
- a. de situering van terreinverlichting en andere lichtuitstralende elementen teneinde hinderlijke lichtuitstraling c.q. negatieve beïnvloeding van dieren te voorkomen.
Artikel 192 Bouwregel-09
192.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-09' gelden de volgende regels:
Artikel 193 Bouwregel-10
193.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-10' gelden de volgende regels:
Artikel 194 Bouwregel-11
194.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-11' gelden de volgende regels:
194.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 195 Bouwregel-12
195.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-12' gelden de volgende regels:
Artikel 196 Bouwregel-13
196.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-13' gelden de volgende regels:
196.2 Nadere eisen
196.3 Afwijken van de bouwregels
Artikel 197 Bouwregel-14
197.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-14' gelden de volgende regels:
Artikel 198 Bouwregel-15
198.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-15' gelden de volgende regels:
198.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 199 Bouwregel-16
199.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-16' gelden de volgende regels:
199.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 200 Bouwregel-17
200.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-17' gelden de volgende regels:
200.2 Afwijken van de bouwregels
200.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen:
- a. aan de plaatsing van de bouwwerken en de inrichting van de omliggende gronden indien zij een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 200.2.1 willen verlenen.
Artikel 201 Bouwregel-18
201.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-18' gelden de volgende regels:
- a. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak en ten dienste van de toegelaten functie worden gebouwd;
- b. bijgebouwen mogen uitsluitend achter de voorgevel gebouwd worden;
- c. de afstand tussen de woning en het bijgebouw bedraagt ten hoogste 20 m;
- d. verder geldt het volgende:
max. aantal per bouwvlak | max. inhoud | max. oppervlakte | max. goothoogte | max. bouwhoogte | dakhelling | ||||||
woningen (inclusief aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen) | één | 750 m³ | - | 4,5 m | 10 m | 20°/55° | |||||
overige bijgebouwen en overkappingen per woning | - | - | 100 m² | 3 m | 6 m | 20°/55° | |||||
gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - voormalige bedrijfsbebouwing' m.u.v. de woning | - | bestaand** | bestaand** | bestaand** | bestaand** | bestaand** | |||||
lichtmasten ten behoeve van paardenbakken | - | - | - | - | 6 m | - | |||||
erf- of terreinafscheidingen: - voor de voorgevel - overige plaatsen | - | - | - | - | 1 m 2 m | - | |||||
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | - | - | - | 3 m | - |
- = Niet van toepassing.
* = Niet van toepassing voor platte, ondergeschikte bouwdelen.
** = Zoals legaal aanwezig op het moment van tervisielegging van het ontwerpbestemmingsplan.
met dien verstande dat:
- e. voor de reeds bestaande bijgebouwen en overkappingen boven de 100 m² het volgende geldt:
- 1. het uitbreiden van bestaande bebouwing is in geen geval toegestaan;
- 2. nieuwbouw is in geen geval toegestaan;
- 3. het gebruik van kassen, anders dan hobbykassen is in geen geval toegestaan;
- 4. van het bepaalde onder 2 kan eenmalig worden afgeweken indien bebouwing boven de 100 m², niet zijnde de woning, wordt gesaneerd, met dien verstande dat de oppervlakte van de nieuw op te richten bebouwing ten hoogste 50% mag bedragen van de oppervlakte van de bebouwing die wordt afgebroken met een maximum van 250 m²;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - voormalige bedrijfsbebouwing' het volgende geldt:
- 1. het uitbreiden van bestaande bebouwing, niet zijnde de (voormalige bedrijfs)woning, is in geen geval toegestaan;
- 2. nieuwbouw van gebouwen, uitgezonderd de (voormalige bedrijfs)woning, is in geen geval toegestaan;
- 3. nieuwbouw van de (voormalige bedrijfs)woning is uitsluitend toegestaan mits de nieuwbouw plaatsvindt op of binnen de bestaande funderingen;
- 4. het gebruik van kassen is in geen geval toegestaan;
- 5. van het bepaalde onder 2 kan eenmalig worden afgeweken indien alle bebouwing, niet zijnde de woning, wordt gesaneerd, met dien verstande dat de oppervlakte van de nieuw op te richten bebouwing ten hoogste 50% mag bedragen van de oppervlakte van de bebouwing die wordt afgebroken met een maximum van 250 m².
201.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 202 Bouwregel-19
202.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-19' gelden de volgende regels:
Artikel 203 Bouwregel-20
203.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-20' gelden de volgende regels:
Artikel 204 Bouwregel-21
204.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-21' gelden de volgende regels:
204.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 205 Bouwregel-22
205.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-22' gelden de volgende regels:
Artikel 206 Bouwregel-23
206.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-23' gelden de volgende regels:
Artikel 207 Bouwregel-24
207.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-24' gelden de volgende regels:
Artikel 208 Bouwregel-25
208.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-25' gelden de volgende regels:
208.2 Afwijken van de bouwregels
208.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan:
- a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde en de inrichting van de betreffende gronden, indien zij een omgevingsvergunning voor de realisatie van volkstuinen, moestuinen en/of schooltuinen als bedoeld in artikel 72.2.1 onder b willen verlenen.
Artikel 209 Bouwregel-26
209.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-26' gelden de volgende regels:
Artikel 210 Bouwregel-27
210.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-27' gelden de volgende regels:
Artikel 211 Bouwregel-28
211.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-28' gelden de volgende regels:
Artikel 212 Bouwregel-29
212.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-29' gelden de volgende regels:
212.2 Nadere eisen
212.3 Afwijken van de bouwregels
212.4 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
212.5 Wijzigen van de bouwhoogte
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door op de gronden bedoeld in lid 212.1 een bouwhoogte tot maximaal 60 meter toe te staan, mits
- a. per geval de permanente noodzaak voor de bedrijfsvoering van het betreffende bedrijf is aangetoond;
- b. de bouwlocatie aan een weg of aan het water is gesitueerd;
- c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- d. het straat- en bebouwingsbeeld;
- e. de verkeersveiligheid;
- f. de sociale veiligheid;
- g. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- h. de parkeersituatie.
Artikel 213 Bouwregel-30
213.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-30' gelden de volgende regels:
Artikel 214 Bouwregel-31
214.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-31' gelden de volgende regels:
Artikel 215 Bouwregel-32
215.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-32' gelden de volgende regels:
215.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 216 Bouwregel-33
216.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-33' gelden de volgende regels:
216.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 217 Bouwregel-34
217.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-34' gelden de volgende regels:
Artikel 218 Bouwregel-35
218.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-35' gelden de volgende regels:
Artikel 219 Bouwregel-36
219.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-36' gelden de volgende regels:
219.2 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de situering van de bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' teneinde de bebouwing in een compacte eenheid te situeren, voor zover dit noodzakelijk is te achten voor een cultuurhistorisch en stedenbouwkundig aanvaardbare en verantwoorde inpassing in de omgeving.
219.3 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
Artikel 220 Bouwregel-37
220.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-37' gelden de volgende regels:
Artikel 221 Bouwregel-38
221.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-38' gelden de volgende regels:
221.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 222 Bouwregel-39
222.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-39' gelden de volgende regels:
222.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 223 Bouwregel-40
223.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-40' gelden de volgende regels:
223.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 224 Bouwregel-41
224.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-41' gelden de volgende regels:
224.2 Nadere eisen
224.3 Afwijken van de bouwregels
Hoofdstuk 4 Voorlopige Regels
Artikel 225 Parkeergarage - Voorlopig
225.1 Toegelaten voorlopige functies
Ter plaatse van de functie Parkeergarage - voorlopig is toegelaten:
- a. een parkeergarage;
met de daarbij behorende voorzieningen
225.2 Voorlopige bouwregels
Ter plaatse van functie Parkeergarage - voorlopig gelden de volgende bouwregels:
225.3 Geldigheidstermijn van de voorlopige regels
De termijn waarvoor de voorlopige functie en bouwregels gelden, eindigt op 24 juni 2023.
225.4 Wijzigingsbevoegdheid voorlopige regels
225.5 Toegelaten definitieve functies
Ter plaatse van de functie Parkeergarage - voorlopig is toegelaten:
- a. 'Verkeer';
- 1. na afloop van de geldigheidstermijn als bedoeld in 225.3.
225.6 Definitieve bouwregels
Ter plaatse van functie Parkeergarage - voorlopig gelden de volgende bouwregels:
- a. Bouwregel-26
- 1. na afloop van de geldigheidstermijn als bedoeld in 225.3.
225.7 Wijzigingsbevoegdheid definitieve regels
Artikel 226 Studentenhuisvesting - Voorlopig
226.1 Toegelaten voorlopige functies
Ter plaatse van de functie Studentenhuisvesting - voorlopig is toegelaten:
- a. studentenwoningen, in gestapelde vorm, ten behoeve van het huisvesten van studenten;
- 1. het totaal aantal wooneenheden mag niet meer bedragen dan 89;
met de daarbij behorende voorzieningen.
226.2 Voorlopige bouwregels
Ter plaatse van functie Studentenhuisvesting - voorlopig gelden de volgende bouwregels:
226.3 Geldigheidstermijn van de voorlopige regels
De termijn waarvoor de voorlopige functie en bouwregels gelden, eindigt op 1 februari 2027.
226.4 Toegelaten definitieve functies
Ter plaatse van de functie Studentenhuisvesting - voorlopig is toegelaten:
- a. Maatschappelijk en/of Kantoor;
- 1. deze functies zijn toegelaten binnen het bouwvlak;
- 2. na afloop van de geldigheidstermijn als bedoeld in 226.3.
- b. 'Verkeer';
- 1. deze functie is toegelaten buiten het bouwvlak;
- 2. na afloop van de geldigheidstermijn als bedoeld in 226.3.
226.5 Definitieve bouwregels
Ter plaatse van functie Studentenhuisvesting - voorlopig gelden de volgende bouwregels, na afloop van de geldigheidstermijn als bedoeld in 226.3:
Hoofdstuk 5 Uitwerkingsgebieden
Artikel 227 Wonen Uit Te Werken - Eikendal
227.1 Bestemmingsomschrijving
Ter plaatse van de functie Wonen uit te werken - Eikendal is toegelaten:
- a. woningen;
- 1. al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep of bedrijf conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
- b. zorgwoningen;
met de daarbij behorende tuinen en erven;
tevens zijn toegelaten:
- c. woonstraten en paden;
- d. openbare nutsvoorzieningen;
- e. groenvoorzieningen;
- f. bermen en beplanting;
- g. paden;
- h. parkeervoorzieningen;
- i. speelvoorzieningen;
- j. waterlopen en waterbergingen.
227.2 Uitwerkingsregels
Burgemeester en wethouders werken artikel 227.1 uit in één of meerdere uitwerkingsplan(nen) met inachtneming van de volgende regels:
- a. Voor het inrichten van het gebied gelden de volgende bepalingen:
- 1. het aantal te bouwen woningen mag niet meer dan 70 bedragen;
- 2. de oppervlakte van een bouwperceel dient minimaal 1.500 m² te bedragen;
- 3. de ontsluiting van het gebied zal geschieden aan de zijde van de Boxbergerweg;
- 4. centraal in het plangebied wordt een groenstructuur aangelegd met een minimale breedte van 20 m;
- 5. bestaande bebouwing, boomgroepen en andere waardevolle landschappelijke elementen worden zoveel mogelijk gespaard en geïntegreerd;
- 6. in verband met mogelijke milieuhinder van de manege mogen binnen een afstand van 100 meter vanaf de grens van het bouwvlak van de manage geen woningen worden gebouwd, tenzij voor vaststelling van het uitwerkingsplan:
- de manege niet meer in bedrijf is en de milieuvergunning is ingetrokken, of;
- op enige andere wijze wordt aangetoond dat de manege geen hinder voor de nieuw te bouwen woningen binnen de hindercirkel zal opleveren.
- b. Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
- 1. als hoofdgebouw mogen uitsluitend woningen worden gebouwd;
- 2. de oppervlakte van een hoofdgebouw mag niet minder dan 80 m² en niet meer dan 300 m² bedragen;
- 3. de bouwhoogte van een hoofdgebouw mag niet meer dan 11 m bedragen;
- 4. de goothoogte van een hoofdgebouw mag niet meer dan 7 m bedragen;
- 5. in verband met de wettelijke voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) geluidbelasting door verkeerslawaai dient de afstand van een hoofdgebouw ten opzichte van de as van de meest nabijgelegen rijstrook voor:
- de Randerstraat minimaal 16 meter te bedragen;
- de Boxbergerweg minimaal 14 meter te bedragen.
- c. Voor het bouwen van aan- en uitbouwen en bijgebouwen gelden de volgende bepalingen:
- 1. de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen en bijgebouwen per hoofdgebouw mag niet meer dan 150 m² bedragen;
- 2. de bouwhoogte van een aan- of uitbouw of bijgebouw mag niet meer dan 5 bedragen.
227.3 Bouwregels
Ter plaatse van functie Wonen uit te werken - Eikendal gelden de volgende bouwregels:
- a. indien en zolang een uitwerkingsplan als bedoeld in artikel 227.2 nog niet van kracht is geworden, mag op de in artikel 227.1 bedoelde gronden niet worden gebouwd.
227.4 Afwijken van de bouwregels
Artikel 228 Wonen Uit Te Werken - Rivierenwijk
228.1 Bestemmingsomschrijving
Ter plaatse van de functie Wonen uit te werken - Rivierenwijk is toegelaten:
- a. woningen;
- 1. al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep of bedrijf conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4;
- b. zorgwoningen;
met de daarbij behorende tuinen en erven;
tevens zijn toegelaten:
- c. volkstuinen, moestuinen en schoolwerktuinen;
- d. groenvoorzieningen in de vorm van parken, groenstroken en speelvoorzieningen;
- e. verkeersvoorzieningen in de vorm van wegen, voet- en rijwielpaden, inritten, parkeer- en ontsluitingsvoorzieningen.
228.2 Uitwerkingsregels
Burgemeester en wethouders werken artikel 228.1 uit in één of meerdere uitwerkingsplan(nen) met inachtneming van de volgende regels:
- a. op de tot 'Wonen uit te werken - Rivierenwijk' bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken die ten dienste staan van de toegelaten functies;
- b. het aantal te realiseren woningen mag niet meer bedragen dan 44, waarvan niet meer dan 24 gestapelde woningen zijn;
- c. de goot- en bouwhoogte van een hoofdgebouw mogen niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum goothoogte (m), maximum bouwhoogte (m)' is aangeduid;
- d. gestapelde woningen mogen uitsluitend worden opgericht ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld';
- e. uitwerking vindt plaats op basis van een door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld verkavelingsplan;
- f. de voorkeursgrenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder dan wel de vastgestelde hogere grenswaarde mag niet worden overschreden.
228.3 Bouwregels
Ter plaatse van functie Wonen uit te werken - Rivierenwijk gelden de volgende bouwregels:
- a. indien en zolang een uitwerkingsplan als bedoeld in artikel 228.2 nog niet van kracht is geworden, mag op de in artikel 228.1 bedoelde gronden niet worden gebouwd.
228.4 Afwijken van de bouwregels
Artikel 229 Wonen Uit Te Werken - Steenbrugge
229.1 Bestemmingsomschrijving
Ter plaatse van de functie Wonen uit te werken - Steenbrugge is toegelaten:
- a. woningen, al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep of bedrijf conform het gestelde in artikel 284.3 en kleinschalige kinderopvang conform het gestelde in artikel 284.4; ;
- b. zorgwoningen;
met de daarbij behorende tuinen en erven;
tevens zijn toegelaten:
- c. maatschappelijke voorzieningen zoals een huisarts, een fysiotherapiepraktijk, een tandartsenpraktijk of een kinderdagverblijf;
- d. horecabedrijven die in de van deze regels deel uitmakende bijlage Staat van Horeca-activiteiten zijn aangeduid als categorie 3a of 3b;
- e. wegen;
- f. paden;
- g. verblijfsgebieden
- h. volkstuinen, moestuinen en schoolwerktuinen;
- i. groenvoorzieningen en
- j. water.
229.2 Uitwerkingsregels
Burgemeester en wethouders werken artikel 229.1 uit in één of meerdere uitwerkingsplan(nen) met inachtneming van de volgende regels:
- a. het aantal te realiseren woningen in het gebied Steenbrugge dient in overeenstemming te zijn met het provinciaal en gemeentelijk woningbouwprogramma en mag in elk geval niet meer bedragen dan 1200. Het gebied Steenbrugge omvat de gronden binnen de toegelaten functie Wonen uit tewerken - Steenbrugge, alsmede de gronden waarvoor reeds een uitwerkingsplan van kracht is geworden;
- b. aan de uitwerkingsplannen dient een door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld (voorlopig ontwerp) stedenbouwkundig plan ten grondslag te liggen;
- c. in het plangebied mag niet minder dan 30% en niet meer dan 45% van de woningen worden gebouwd als sociale woningbouw;
- d. in het plangebied mag, met inachtneming van het bepaalde onder sub c, niet minder dan 10% en niet meer dan 25% van de woningen worden gebouwd als sociale huurwoning;
- e. in het plangebied mag, met inachtneming van het bepaalde onder sub c, niet meer dan 25% van de woningen worden gebouwd als woning in de categorie sociale koop hoog;
- f. in het plangebied mag, met inachtneming van het bepaalde onder sub c, niet meer dan 25% van de woningen worden gebouwd als woning in de categorie sociale koop laag;
- g. in het plangebied mag niet minder dan 10% van de woningen worden gebouwd in particulier opdrachtgeverschap;
- h. de maximale goot- en bouwhoogte van woningen in niet-gestapelde vorm bedragen respectievelijk 10 m en 14 m;
- i. de maximale bouwhoogte van woningen in gestapelde vorm bedraagt 20 m;
- j. voorzien moet worden in voldoende parkeergelegenheid voor de te realiseren woningen, waarbij uitgangspunt is dat minimaal 1 parkeerplaats per woning wordt gerealiseerd;
- k. de ontsluiting voor autoverkeer zal geschieden aan de zijde van de Raalterweg en de Karel de Grotelaan. De Wechelerweg zal niet in directe autoverbinding met het plangebied komen te staan, met uitzondering dat een busverbinding mogelijk is;
- l. in noord-zuidelijke richting dient een waterverbinding tussen de Borgelerleide en de Zandwetering gehandhaafd te blijven;
- m. de voorkeursgrenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder dan wel de vóór de vaststelling van het plan verleende hogere grenswaarde mag niet worden overschreden;
- n. zoals bepaald in artikel 272 en artikel 273 mogen binnen gebiedsaanduidingen 'milieuzone -geurzone 1' en 'milieuzone - geurzone 2' geen geurgevoelige objecten worden gebouwd.
229.3 Bouwregels
Ter plaatse van functie Wonen uit te werken - Steenbrugge gelden de volgende bouwregels:
- a. indien en zolang een uitwerkingsplan als bedoeld in artikel 229.2 nog niet van kracht is geworden, mag op de in artikel 229.1 bedoelde gronden niet worden gebouwd.
229.4 Afwijken van de bouwregels
Hoofdstuk 6 Wijzigingsgebieden
Artikel 230 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 01
230.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 01' het bouwvlak uit te breiden, met dien verstande dat:
- a. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- b. geen hogere parkeerdruk op het openbaar gebied ontstaat;
- c. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van de verkeersveiligheid;
- d. tevens dienen bij het plan de aspecten hittestress en klimaatadaptatie in voldoende mate te zijn betrokken.
Artikel 231 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 02
231.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 02' de ter plaatse toegelaten functies 'Autobedrijf', 'Verkooppunt motorbrandstoffen zonder LPG' en 'Detailhandel' te wijzigen in de functie 'Wonen', met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- a. de betreffende bedrijfsactiviteiten dienen volledig te zijn beëindigd;
- b. de ter plaatse geldende bouwregels dienen te worden gehandhaafd;
- c. er dient voldaan te worden aan alle geldende milieukwaliteiteisen;
- d. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 2. de verkeersveiligheid;
- 3. de milieusituatie;
- 4. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- 5. de parkeersituatie;
- 6. de sociale veiligheid;
- e. tevens dienen bij het plan de aspecten hittestress en klimaatadaptatie in voldoende mate te zijn betrokken.
Artikel 232 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 03
232.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 03' de ter plaatse toegelaten functie 'Kantoor' te wijzigen in de functie 'Wonen' en de ter plaatse geldende 'Bouwregel-07' te wijzigen in 'Bouwregel-16', met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- a. de woningen als vrijstaand of twee onder een kap uitgevoerd dienen te worden;
- b. er dient voldaan te worden aan alle geldende milieukwaliteiteisen;
- c. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 2. de verkeersveiligheid;
- 3. de milieusituatie;
- 4. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- 5. de parkeersituatie;
- 6. de sociale veiligheid.
- d. tevens dienen bij het plan de aspecten hittestress en klimaatadaptatie in voldoende mate te zijn betrokken.
Artikel 233 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 04
233.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 04' de ter plaatse toegelaten functies 'Maatschappelijk', 'Sport' en 'Horeca - 3b' te wijzigen in de functie 'Wonen' en af te wijken van de geldende bouwregels met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- a. er mogen niet meer dan 2 vrijstaande woningen worden gebouwd;
- b. de goothoogte van de woningen mag niet meer dan 6 m bedragen;
- c. de bouwhoogte van de woningen mag niet meer dan 10 m bedragen;
- d. de woningen moeten worden voorzien van een kap;
- e. de voorgevel van de woningen moet in één lijn staan met de voorgevels van de bestaande woningen aan de Dorpsstraat;
- f. de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens dient voor het hoofdgebouw minimaal 2 m te bedragen en voor de aan-, uit- of bijgebouwen minimaal 1 m;
- g. aan-, uit- en bijgebouwen dienen op een afstand van minimaal 5 m achter de voorgevelrooilijn opgericht mogen worden;
- h. het bebouwingspercentage van het bouwperceel mag niet meer bedragen dan 60%;
- i. er dient voldaan te worden aan alle geldende milieukwaliteiteisen;
- j. er mag geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 2. de verkeersveiligheid;
- 3. de milieusituatie;
- 4. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- 5. de parkeersituatie;
- 6. de sociale veiligheid.
- k. tevens dienen bij het plan de aspecten hittestress en klimaatadaptatie in voldoende mate te zijn betrokken.
Artikel 234 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 05
234.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 05' de toegelaten functie 'Agrarisch loonbedrijf' te wijzigen in de functie 'Wonen' en af te wijken van de geldende bouwregels met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- a. het maximum aantal woningen mag niet meer bedragen dan 1 bedragen;
- b. de goothoogte van de woning mag niet meer dan 6 m bedragen;
- c. de bouwhoogte van de woning mag niet meer dan 10 m bedragen;
- d. de afstand van de voorgevel van de woning tot de erfgrens mag niet minder dan 10 m bedragen;
- e. de zijdelingse vrije ruimte mag aan beide zijde niet minder dan 3 m bedragen;
- f. de diepte van de woning mag niet meer dan 12 m bedragen;
- g. voor het oprichten van aan-, uit- en bijgebouwen is artikel 199.1.3 van toepassing, met dien verstande dat de aan-, uit- en bijgebouwen op een afstand van minimaal 3 m achter de voorgevelrooilijn opgericht mogen worden;
- h. voor het oprichten van bouwwerken, geen gebouwen zijnde is artikel 199.1.4 van toepassing;
- i. het bebouwingspercentage per bouwperceel mag niet meer bedragen dan 60%;
- j. er dient voldaan te worden aan alle geldende milieukwaliteiteisen;
- k. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 2. de verkeersveiligheid;
- 3. de milieusituatie;
- 4. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- 5. de parkeersituatie;
- 6. de sociale veiligheid.
- l. tevens dienen bij het plan de aspecten hittestress en klimaatadaptatie in voldoende mate te zijn betrokken.
Artikel 235 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 06
235.1 Bevoegdheid
De gemeenteraad is bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 06' de toegelaten functie 'Groen' te wijzigen in de functie 'Sport', met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- a. de noodzaak tot realiseren van een additionele sportaccommodatie, danwel de verplaatsing van een bestaande sportaccommodatie dient vast te staan;
- b. het bebouwingspercentage van de gronden waarop deze wijzigingsbevoegdheid van toepassing is mag niet meer bedragen dan 5%;
- c. er dient voldaan te worden aan alle geldende milieukwaliteiteisen;
- d. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van;
- 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 2. de verkeersveiligheid;
- 3. de milieusituatie;
- 4. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- 5. de parkeersituatie;
- 6. de sociale veiligheid.
- e. tevens dienen bij het plan de aspecten hittestress en klimaatadaptatie in voldoende mate te zijn betrokken.
Artikel 236 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 07
236.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 07' de toegelaten functie 'Kantoor' te wijzigen in de functie 'Wonen - gestapeld, met inachtneming van de volgende voorwaarden: '
- a. de ter plaatse geldende bouwregels dienen te worden gehandhaafd;
- b. er dient voldaan te worden aan alle geldende milieukwaliteiteisen
- c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 2. de verkeersveiligheid;
- 3. de milieusituatie;
- 4. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- 5. de parkeersituatie;
- 6. de sociale veiligheid.
- d. tevens dienen bij het plan de aspecten hittestress en klimaatadaptatie in voldoende mate te zijn betrokken.
Artikel 237 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 08
237.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 08' de toegelaten functie 'Bestaand bedrijf' en/of de toegelaten functie 'Water' te verwijderen en de functies 'Cultuur en ontspanning - Havenkwartier', 'Detailhandel - Havenkwartier', 'Dienstverlening - Havenkwartier' 'Kantoor - Havenkwartier', 'Maatschappelijk' 'Horeca - 2b', 'Wonen' en/of 'Wonen - gestapeld' toe te voegen en de ter plaatse geldende Bouwregel-07 of Bouwregel-23 te wijzigen in Bouwregel-36 mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
- a. de bedrijfsactiviteiten zijn definitief beëindigd;
- b. de bodemkwaliteit is of wordt zodanig gemaakt, dat woonbebouwing kan worden toegestaan;
- c. op geen van de gevels van woningen, na voltooiing van de bouw, de geluidbelasting een overschrijding inhoudt van de ter plaatse maximaal toegestane grenswaarden krachtens de Wet geluidhinder, tenzij de woonbebouwing is of wordt voorzien van dove gevels, in welk geval geen beperkingen uit hoofde van de Wet geluidhinder van toepassing zijn;
- d. voldaan wordt aan de normen met betrekking tot externe veiligheid;
- e. de wijziging er niet toe leidt dat in onvoldoende mate is voorzien in ruimte ten behoeve van het parkeren of stallen van auto's;
- f. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer dan 16 m bedragen met een incidenteel bebouwingsaccent van 60 m.
- g. de toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid ertoe leidt dat:
- 1. de gronden die direct grenzen aan de toegelaten functie 'Water' worden bestemd en ingericht als een openbare kade;
- h. tevens dienen bij het plan de aspecten hittestress en klimaatadaptatie in voldoende mate te zijn betrokken.
Artikel 238 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 10
238.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 10' de toegelaten functies 'Bestaand bedrijf' en 'Bedrijventerrein - categorie 3.1' of Bedrijventerrein - categorie 3.2 te verwijderen en de functies 'Bedrijf -Havenkwartier (ABC)', 'Bedrijf - categorie 1', 'Cultuur en ontspanning - Havenkwartier', 'Detailhandel -Havenkwartier','Dienstverlening - Havenkwartier' 'Kantoor - Havenkwartier', 'Maatschappelijk' 'Horeca -2b' en/of 'Bedrijfswoning' toe te laten en de ter plaatse geldende Bouwregel-29 te wijzigen in Bouwregel-36 mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
- a. de bedrijfsactiviteiten zijn definitief beëindigd;
- b. de bodemkwaliteit is of wordt zodanig gemaakt, dat woonbebouwing kan worden toegestaan;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting' wordt voorzien in een ontsluitingsroute;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - kade' worden de gronden bestemd en ingericht als openbare kade;
- e. op geen van de gevels van de bedrijfswoningen, na voltooiing van de bouw, de geluidbelasting een overschrijding inhoudt van de ter plaatse maximaal toegestane grenswaarden krachtens de Wet geluidhinder, tenzij de woonbebouwing is of wordt voorzien van dove gevels, in welk geval geen beperkingen uit hoofde van de Wet geluidhinder van toepassing zijn;
- f. voor de gronden met de toegelaten functie 'Bedrijventerrein' de afstanden in acht worden genomen conform Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten, met dien verstande dat de afstanden uit de richtafstandenlijst met één afstandsstap worden verminderd;
- g. er wordt voldaan aan de normen met betrekking tot externe veiligheid;
- h. de wijziging leidt er niet toe dat in onvoldoende mate is voorzien in ruimte ten behoeve van het parkeren of stallen van auto's;
- i. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 16 m, met langs de Industrieweg een bebouwingsaccent van 24 m;
- j. de als 'karakteristiek' aangeduide panden worden gehandhaafd;
- 1. tenzij is aangetoond dat handhaving redelijkerwijs niet kan worden geëist gezien de bouwkundige en/of gebruikstechnische staat in verhouding tot de kosten van waardedaling en renovatie; een verzoek om een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk dient daartoe vergezeld te gaan van een deskundigenrapport dat ingaat op de bouwkundige en/of gebruikstechnische staat van het pand in relatie tot de economische waarde(daling) en de kosten van renovatie; voorts dient gelijktijdig een omgevingsvergunning te zijn aangevraagd voor het oprichten van vervangende bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' die aantoonbaar in overeenstemming is met een cultuurhistorisch en stedenbouwkundig aanvaardbare en verantwoorde inpassing in de omgeving.
- 2. met betrekking tot het gestelde onder 1. winnen burgemeester en wethouders onafhankelijk cultuurhistorisch advies in alvorens omtrent de aanvraag om een omgevingsvergunning voor het slopen te beslissen.
- 3. met betrekking tot het gestelde onder 1. kunnen burgemeester en wethouders de verplichting opleggen tot het stellen van financiële zekerheid met betrekking tot de uitvoering van de omgevingsvergunning voor het oprichten van vervangende bebouwing (bankgarantie).
- k. tevens dienen bij het plan de aspecten hittestress en klimaatadaptatie in voldoende mate te zijn betrokken.
Artikel 239 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 11
239.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 11' de ter plaatse toegelaten functie 'Uitvaartcentrum' te wijzigen in de functie 'Water' en de ter plaatse geldende Bouwregel-05 te wijzigen in Bouwregel-23 met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- a. er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van:
- 1. de verkeersveiligheid;
- 2. de milieusituatie;
- 3. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
- b. tevens dienen bij het plan de aspecten hittestress en klimaatadaptatie in voldoende mate te zijn betrokken.
Artikel 240 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 12
240.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 12' de ter plaatse toegelaten functies 'Ziekenhuis' en 'Bedrijfswoning' te wijzigen in de functie 'Wonen' met in achtneming van de volgende voorwaarden:
- a. de functie 'Wonen' voorziet in maximaal 6 grondgebonden woningen;
- b. de ter plaatse geldende bouwregels dienen te worden gehandhaafd;
- c. tevens dienen bij het plan de aspecten hittestress en klimaatadaptatie in voldoende mate te zijn betrokken.
Artikel 241 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 13
241.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 13' de ter plaatse toegelaten functie 'Vrachtwagenparkeerplaats' geheel of gedeeltelijk te wijzigingen in de functie 'Horeca - 2b' en de ter plaatse geldende Bouwregel-26 te wijzigen in Bouwregel-29.
Artikel 242 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 14
242.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigingen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 14' de ter plaatse toegelaten functie 'Agrarisch' te wijzigen in de functie 'Bedrijventerrein - categorie 3.1' en de ter plaatse geldende Bouwregel-14 te wijzigen in Bouwregel-29 met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- a. er is komen vast te staan dat op de gronden met de toegelaten functie 'Agrarisch' geen agrarische bedrijvigheid meer wordt uitgeoefend;
- b. tevens dienen bij het plan de aspecten hittestress en klimaatadaptatie in voldoende mate te zijn betrokken.
Artikel 243 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 15
243.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien de behoefte daaraan is aangetoond, het bestemmingsplan ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 15' te wijzigen zodanig dat ter plaatse van de toegelaten functie 'Detailhandel - bijzonder concept' meer dan vier andere branches dan bedoeld in artikel 52.1 onder b zijn toegestaan en de winkelvloeroppervlakte per branche op een hoger maximum wordt bepaald dan 500 m².
Artikel 244 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 16
244.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding ' wetgevingszone - wijzigingsgebied 16' de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - gebouwen uitgesloten' in omvang te verkleinen of geheel te verwijderen, wanneer en voor zover ter plaatse van die aanduiding de noodzakelijkheid langer ontbreekt om gebouwen uit te sluiten.
Hoofdstuk 7 Dubbelbestemmingen
Artikel 245 Leiding - Gas
245.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Gas aanwezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende toegelaten functie(s) mede bestemd voor:
- a. een gasleiding;
met de daarbij behorende
- b. belemmeringenstrook;
- c. voorzieningen.
245.2 Bouwregels
245.3 Afwijken van de bouwregels
245.4 Specifieke gebruiksregels
245.5 Afwijken van de gebruiksregels
245.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 246 Leiding - Hoogspanningsverbinding
246.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende toegelaten functie(s), mede bestemd voor:
- a. een hoogspanningsverbinding;
met de daarbij behorende
- b. belemmeringenstrook;
- c. voorzieningen.
246.2 Bouwregels
246.3 Afwijken van de bouwregels
246.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 247 Waarde - Archeologie - 2
247.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie - 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de op en/of in deze gronden voorkomende archeologische verwachtingswaarden.
247.2 Bouwregels
247.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
247.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de bestemmingsvlakken van de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 2' naar ligging te verschuiven of naar omvang te vergroten of te verkleinen en in voorkomend geval uit het plan te verwijderen, indien als gevolg van een nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van gronden al dan niet behoudenswaardig zijn, niet langer aanwezig zijn of juist wel aanwezig blijken te zijn.
Artikel 248 Waarde - Archeologie - 3
248.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie - 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de op en/of in deze gronden voorkomende archeologische verwachtingswaarden.
248.2 Bouwregels
248.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
248.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de bestemmingsvlakken van de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 3' naar ligging te verschuiven of naar omvang te vergroten of te verkleinen en in voorkomend geval uit het plan te verwijderen, indien als gevolg van een nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van gronden al dan niet behoudenswaardig zijn, niet langer aanwezig zijn of juist wel aanwezig blijken te zijn.
Artikel 249 Waarde - Archeologie - 4
249.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie - 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de op en/of in deze gronden voorkomende archeologische verwachtingswaarden.
249.2 Bouwregels
249.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
249.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de bestemmingsvlakken van de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 4' naar ligging te verschuiven of naar omvang te vergroten of te verkleinen en in voorkomend geval uit het plan te verwijderen, indien als gevolg van een nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van gronden al dan niet behoudenswaardig zijn, niet langer aanwezig zijn of juist wel aanwezig blijken te zijn.
Artikel 250 Waarde - Archeologie - 5
250.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie - 5' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de op en/of in deze gronden voorkomende archeologische verwachtingswaarden.
250.2 Bouwregels
250.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
250.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de bestemmingsvlakken van de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 5' naar ligging te verschuiven of naar omvang te vergroten of te verkleinen en in voorkomend geval uit het plan te verwijderen, indien als gevolg van een nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van gronden al dan niet behoudenswaardig zijn, niet langer aanwezig zijn of juist wel aanwezig blijken te zijn.
Artikel 251 Waarde - Archeologie - 6
251.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie - 6' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de op en/of in deze gronden voorkomende archeologische verwachtingswaarden.
251.2 Bouwregels
251.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
251.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de bestemmingsvlakken van de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 6' naar ligging te verschuiven of naar omvang te vergroten of te verkleinen en in voorkomend geval uit het plan te verwijderen, indien als gevolg van een nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van gronden al dan niet behoudenswaardig zijn, niet langer aanwezig zijn of juist wel aanwezig blijken te zijn.
Artikel 252 Waarde - Archeologie - 7
252.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie - 7' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de op en/of in deze gronden voorkomende archeologische verwachtingswaarden.
252.2 Bouwregels
252.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
252.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de bestemmingsvlakken van de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 7' naar ligging te verschuiven of naar omvang te vergroten of te verkleinen en in voorkomend geval uit het plan te verwijderen, indien als gevolg van een nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van gronden al dan niet behoudenswaardig zijn, niet langer aanwezig zijn of juist wel aanwezig blijken te zijn.
Artikel 253 Waarde - Beschermd Dorpsgezicht
253.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functies, mede bestemd voor:
- a. het behoud en het herstel van de cultuurhistorische en monumentale waarden, (zoals beschreven in Bijlage 6 Beschrijving Beschermde dorpsgezichten);
253.2 Bouwregels
253.3 Afwijken van de bouwregels
253.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 254 Waarde - Beschermd Stadsgezicht
254.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Beschermd stadsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functies, mede bestemd voor het behoud, herstel en het versterken van de cultuurhistorische en monumentale waarden van het gebied en zijn bebouwing (zoals beschreven in Bijlage 7 Beschrijving Beschermd stadsgezicht).
254.2 Algemene regels
254.3 Bouwregels
Onverminderd de andere op deze locatie voorkomende bouwregels, zoals opgenomen in hoofdstuk 3, 4, 5, 7, 8 en 9, gelden voor het bouwen van gebouwen de volgende regels:
254.4 Afwijken van de bouwregels
254.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 255 Waarde - Groeiplaats Boom
255.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Groeiplaats boom' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor:
- a. de bescherming en het behoud van bomen (of locaties waar deze wenselijk zijn) die beeld- en sfeerbepalend zijn.
255.2 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
255.3 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Groeiplaats boom':
- a. geheel of gedeeltelijk te doen vervallen indien:
- 1. bescherming van de betreffende beeld- en sfeerbepalende boom (of de locatie daarvan) niet langer noodzakelijk is, omdat:
- de boom niet meer aanwezig is;
- de levensverwachting van de betreffende monumentale boom minder dan 10 jaar bedraagt;
- het (historisch) ruimtelijk beeld zodanig is gewijzigd dat de groeiplaats niet langer onderdeel van uit maakt van dit beeld;
- zwaarwegende maatschappelijke belangen dit vergen.
- 1. bescherming van de betreffende beeld- en sfeerbepalende boom (of de locatie daarvan) niet langer noodzakelijk is, omdat:
b. toe te voegen voor bomen in het plangebied die als beeld- en sfeerbepalend zijn aan te merken.
Artikel 256 Waarde - Natuur
256.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Natuur' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming en behoud van landschappelijke en natuurlijke waarden.
256.2 Bouwregels
Onverminderd de andere op deze locatie voorkomende bouwregels, zoals opgenomen in hoofdstuk 3, 4, 5, 7, 8 en 9, geldt dat gebouwen niet dieper mogen worden gebouwd dan de hoogste grondwaterstand.
256.3 Afwijken van de bouwregels
256.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 257 Waarde - Waardevolle Binnentuin
257.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Waarde - Waardevolle binnentuin aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functies, mede bestemd voor:
- a. het behoud en het herstel van de cultuurhistorische en monumentale waarden van deze binnentuinen en -terreinen
In afwijking van bepaalde in de overige toegelaten functies en bouwregels gelden de volgende regels:
- a. waardevolle binnentuinen/ binnenterreinen mogen niet worden verkleind;
- b. (semi) openbare parkeervoorzieningen en fietsenstalling al dan niet ten behoeve van de ter plaatse toegelaten functies zijn niet toegelaten indien geparkeerd wordt op maaiveld.
257.2 Bouwregels
In afwijking van het bepaalde in de andere op deze locatie voorkomende bouwregels, zoals opgenomen in hoofdstuk 3, 4, 5, 7, 8 en 9, mag op de gronden zoals bedoeld in artikel 257.1 niet worden gebouwd.
257.3 Afwijkingsbevoegdheid
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 257.2 in die zin dat gebouwen mogen worden gebouwd mits:
- a. de oppervlakte van een gebouw ten hoogste 20 m² bedraagt en;
- b. de bouwhoogte van een gebouw ten hoogste 4 m bedraagt.
257.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden
Artikel 258 Waarde - Waterwingebied
258.1 Bestemmingsomschrijving
De gronden ter plaatse van de dubbelbestemming 'Waarde - Waterwingebied' zijn, behalve voor de daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming van de bodem- en de (grond)waterkwaliteit ten behoeve van de drinkwatervoorziening.
258.2 Bouwregels
Onverminderd de andere op deze locatie voorkomende bouwregels, zoals opgenomen in hoofdstuk 3, 4, 5, 7, 8 en 9, zijn bouwwerken ten behoeve van de drinkwatervoorziening toegestaan.
258.3 Specifieke gebruiksregels
Artikel 259 Waterstaat - Waterbergingsgebied
259.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waterstaat - Waterbergingsgebied' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor:
- a. de waterberging;
met de daarbij behorende
- b. voorzieningen.
259.2 Bouwregels
259.3 Afwijken van de bouwregels
259.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de bestemmingsvlakken van de dubbelbestemming 'Waterstaat - Waterbergingsgebied' naar ligging te verschuiven of naar omvang te vergroten of te verkleinen, mits vooraf advies is uitgebracht door de desbetreffende waterstaatsbeheerder, waaruit blijkt dat daartegen uit hoofde van de bescherming van de waterstaatskundige functies geen bezwaar bestaat.
Artikel 260 Waterstaat - Waterkering
260.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor:
- a. een hoofdwaterkering;
en de daarbij behorende:
- b. voorzieningen.
260.2 Bouwregels
260.3 Afwijken van de bouwregels
Met omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in sublid 260.2.1 in die zin dat de in de andere op deze locatie geldende bouwregels, zoals opgenomen in hoofdstuk 3, 4, 5, 7, 8 en 9, genoemde bouwwerken worden gebouwd, mits het belang van de waterkering van overwegend belang in voldoende mate is gewaarborgd. Hieromtrent wordt vooraf advies ingewonnen van de beheerder van de betreffende waterkering.
260.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 261 Waterstaat - Waterstaatkundige Functie
261.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waterstaat - Waterstaatkundige functie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor:
- a. afvoer van hoog oppervlaktewater, sediment en ijs,
- b. waterhuishouding,
- c. vergroting van de afvoercapaciteit.
261.2 Bouwregels
261.3 Afwijken van de bouwregels
261.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Hoofdstuk 8 Gebiedsaanduidingen
Artikel 262 Aanlegstelsel Agrarisch Met Waarden
262.1 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 263 Aanlegstelsel Natuur
263.1 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 264 Beplantingsplan Oude Oxersteeg
264.1 voorwaardelijke verplichting
- a. Tot een met de functie strijdig gebruik wordt in elk geval gerekend het gebruik van en het in gebruik laten nemen van nieuwe gebouwen overeenkomstig de Artikel 172 toegelaten functie zonder de aanleg en instandhouding van de beplanting conform Bijlage 10 Beplantingsplan Oude Oxersteeg, teneinde te komen tot een goede inpassing;
- b. In afwijking van het bepaalde onder a mogen van nieuwe gebouwen overeenkomstig de in Artikel172 toegelaten functie worden gebruikt onder de voorwaarde dat binnen één jaar na het tijdstip van onherroepelijk worden van de omgevingsvergunning voor nieuwe gebouwen uitvoering wordt gegeven aan de aanleg en instandhouding van de beplanting conform Bijlage 10 BeplantingsplanOude Oxersteeg, teneinde te komen tot een goede inpassing.
264.2 Afwijken van de voorwaardelijke verplichting
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 264.1, indien in plaats van de landschapsmaatregelen zoals opgenomen in Bijlage 10 Beplantingsplan Oude Oxersteeg, andere landschapsmaatregelen worden getroffen, met dien verstande dat:
- a. de landschapsmaatregelen minimaal gelijk zijn aan de maatregelen in Bijlage 10 BeplantingsplanOude Oxersteeg, en voorzien in een minimaal gelijk beschermingsniveau van de landschappelijke waarden waarvoor de in Bijlage 10 genoemde landschapsmaatregelen zijn bepaald;
- b. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in de omgeving aanwezige functies en waarden.
Artikel 265 Doelgroepen Woningbouw Landsherenlaan
265.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de aanduiding 'doelgroepen woningbouw Landsherenlaan' gelden, in aanvulling op het bepaalde in Hoofdstuk 2 en 3 de volgende regel:
- a. niet minder dan 20% van de woningen mag worden gebouwd als sociale koopwoning.
Artikel 266 Doelgroepen Woningbouw Spijkvoorderenk
266.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de aanduiding 'doelgroepen woningbouw Spijkvoorderenk' gelden, in aanvulling op het bepaalde in Hoofdstuk 2 en 3 de volgende regels:
- a. niet minder dan 20% en niet meer dan 40% van de woningen mag worden gebouwd in particulier opdrachtgeverschap.
- b. niet minder dan 30% en niet meer dan 60% van de woningen mag worden gebouwd als sociale woningbouw, met dien verstande dat:
- 1. niet minder dan 15% en niet meer dan 30% van de woningen mag worden gebouwd als sociale huurwoning.
- 2. niet meer dan 25% van de woningen mag worden gebouwd als woning in de categorie sociale koop hoog.
- 3. niet meer dan 25% van de woningen mag worden gebouwd als woning in de categorie sociale koop laag.
Artikel 267 Evenementenlocatie
267.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding evenementenlocatie is, naast de andere daar toegelaten functies, toegelaten:
- a. evenementen
Artikel 268 Evenementenlocatie De Scheg
268.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding evenementenlocatie De Scheg is, naast de andere daar toegelaten functies, toegelaten:
- a. evenementen, waarbij de volgende regels van toepassing zijn:
Soort evenement | Tijdsduur | Aantal keer per jaar | Maximaal bezoekers- aantal | Locatie | maximaal geluidsniveau op gevel van geluidgevoelige objecten | ||||||
sport gerelateerde evenementen | dag, avond en nachtperiode tot 24.00 uur | onbeperkt | 5.000 | in de sporthallen, in het zwembad, op de schaatsbaan | nb | ||||||
kleine niet-sport gerelateerde evenementen | dag, avond en nachtperiode tot 01.00 uur (muziekgeluid tot 23:00 uur) | 5 keer | 2.000 | in de sporthallen | 61 dB(A) (dagperiode) 64 dB(A) (avondperiode) 36 (dB(A) (nachtperiode) | ||||||
grote niet-sport gerelateerde evenementen | dag, avond en nachtperiode tot 24.00 uur | 12 keer | 5.000 | in de sporthallen, in het zwembad, op de schaatsbaan | 56 dB(A) (avond) |
Artikel 269 Evenementenlocatie Loo
269.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding evenementenlocatie Loo is, naast de andere daar toegelaten functies, toegelaten:
- a. evenementen, waarbij:
- 1. het aantal evenementen ten hoogste 2 per jaar bedraagt;
- 2. de evenementen duren ten hoogste 5 dagen;
- 3. de evenementen gericht zijn op een groot publiek, met betrekking tot kunst, sport, ontspanning en/of cultuur.
Artikel 270 Evenementenlocatie Roland Holstlaan
270.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding evenementenlocatie Roland Holstlaan is, naast de andere daar toegelaten functies, toegelaten:
- a. evenementen;
- 1. het gebruik van het evenemententerrein mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van de woonsituatie, de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en de parkeersituatie.
- 2. verder geldt het volgende:
Soort evenement | Maximum aantal evenementendagen (exclusief op- en afbouwdagen en exclusief pauzedagen) per jaar | Maximaal aantal bezoekers per dag | Maximale duur evenement per etmaal | Maximaal langtijdgemiddeld beoordelings- niveau (LAr,LT) op gevels van woningen | Maximaal langtijdgemiddeld beoordelings- niveau (LAr,LT) op winterdijk | ||||
Groot | 1 | > 10.000 | 8 uur | 65 dB(A) | 55 dB(A) | ||||
Middelgroot | 2 | 10.000 | 8 uur | 65 dB(A) | 55 dB(A) | ||||
Middelgroot | 10 | 10.000 | 12 uur | 51 dB(A) | 55 dB(A) | ||||
Klein (inclusief paaskermis) | 30 | 5.000 | 12 uur | 51 dB(A) | 45 dB(A) 51 dB(A) paaskermis |
3. in aanvulling op het bepaalde in 270 onder 2 mag het verschil tussen de gemeten dB(C) waarde en de gemeten dB(A) waarde op maximaal 25 meter afstand van de luidsprekers maximaal 15 dB(A) bedragen.
270.2 Bouwregels
- a. Ter plaatse van de aanduiding 'evenementenlocatie Roland Holstlaan' gelden de volgende regels:
Artikel 271 Geluidzone - Industrie
271.1 Aanduidingsregels
Ter plaatse van de aanduiding geluidzone - industrie zijn de gronden, naast de andere voor die gronden toegelaten functies, tevens bestemd voor het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting op nieuwe geluidgevoelige bebouwing als gevolg van industrielawaai en mede bestemd voor de bescherming en instandhouding van de geluidsruimte in verband met de nabijheid van een inrichting als bedoeld in artikel 41 van de Wet geluidhinder.
271.2 Bouwregels
Ter plaatse van de aanduiding geluidzone - industrie is de bouw van geluidgevoelige bebouwing als bedoeld in de Wet geluidhinder uitsluitend toegestaan indien de geluidbelasting vanwege het industrieterrein op de gevels van deze geluidgevoelige bebouwing niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde.
Artikel 272 Milieuzone - Geurzone 1
272.1 Gebruiksregels
Ter plaatse van de aanduiding milieuzone - geurzone 1 is de oprichting van geurgevoelige objecten niet toegelaten.
Artikel 273 Milieuzone - Geurzone 2
273.1 Gebruiksregels
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - geurzone 2' is de oprichting van geurgevoelige objecten niet toegelaten,
273.2 Afwijken van de gebruiksregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 273.1 voor het toestaan van geurgevoelige objecten die op grond van de ter plaatse geldende functieregels zijn toegelaten, voor zover de nabij gelegen agrarische bedrijven daardoor niet extra in hun bedrijfsvoering worden belemmerd.
Artikel 274 Milieuzone - Grondwaterbeschermingsgebied
274.1 Aanduidingsomschrijving
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' zijn, behalve voor de daar voorkomende toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming van de kwaliteit van het grondwater in verband met de drinkwatervoorziening, met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
274.2 Verbod
Het is ter plaatse ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' verboden om:
- a. een inrichting behorende tot milieucategorie 3.1 of hoger op te richten, met uitzondering van een inrichting van het betrokken drinkwaterbedrijf voor zover de inrichting noodzakelijk is voor de waterwinning;
- b. schadelijke stoffen te hebben, te gebruiken, te vervoeren of op of in de bodem te brengen, waarvan degene die die handeling verricht, weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat ze, op of in de bodem gebracht of gerakend, de bodem verontreinigen of kunnen verontreinigen.
- c. een bodembedreigend werk op of in de bodem op te richten, tot stand te brengen, aan te leggen, te hebben of te gebruiken, als daarmee schadelijke stoffen in de bodem worden of kunnen worden verspreid of geloosd dan wel de beschermende werking van bodemlagen wordt aangetast of kan worden aangetast;
- d. grond of baggerspecie toe te passen waarvan de kwaliteit de achtergrondwaarde overschrijdt;
- e. handelingen te verrichten waardoor direct of indirect warmte aan de bodem of het grondwater wordt onttrokken of toegevoegd. Hieronder wordt in ieder geval begrepen het oprichten, in exploitatie nemen of hebben van een bodemenergiesysteem;
- f. de grond dieper te roeren dan 2 meter onder het maaiveld;
- g. activiteiten die naar aard en omvang vergelijkbaar met de activiteiten als genoemd in sub a t/m f uit te voeren.
274.3 Uitzonderingen
Het verbod zoals genoemd in artikel 274.2 geldt niet als aantoonbaar kan worden voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in de Omgevingsverordening Overijssel en advies is ingewonnen bij het verantwoordelijke drinkwaterbedrijf.
274.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de aanduiding 'milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' naar ligging te verschuiven of naar omvang te vergroten of te verkleinen, mits vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen van de desbetreffende beheerder van het grondwaterbeschermingsgebied waaruit blijkt dat daartegen uit hoofde van de bescherming van de waterwinning functies geen bezwaar bestaat.
Artikel 275 Milieuzone - Intrekgebied
275.1 Aanduidingsomschrijving
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - intrekgebied' zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming van de kwaliteit van het grondwater in verband met de drinkwatervoorziening, met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
275.2 Verbod
Het is ter plaatse ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - intrekgebied' verboden om:
- a. een inrichting behorende tot milieucategorie 3.1 of hoger op te richten, met uitzondering van een inrichting van het betrokken drinkwaterbedrijf voor zover de inrichting noodzakelijk is voor de waterwinning;
- b. schadelijke stoffen te hebben, te gebruiken, te vervoeren of op of in de bodem te brengen, waarvan degene die die handeling verricht, weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat ze, op of in de bodem gebracht of gerakend, de bodem verontreinigen of kunnen verontreinigen.
- c. een bodembedreigend werk op of in de bodem op te richten, tot stand te brengen, aan te leggen, te hebben of te gebruiken, als daarmee schadelijke stoffen in de bodem worden of kunnen worden verspreid of geloosd dan wel de beschermende werking van bodemlagen wordt aangetast of kan worden aangetast.
- d. grond of baggerspecie toe te passen waarvan de kwaliteit de achtergrondwaarde overschrijdt;
- e. handelingen te verrichten waardoor direct of indirect warmte aan de bodem of het grondwater wordt onttrokken of toegevoegd. Hieronder wordt in ieder geval begrepen het oprichten, in exploitatie nemen of hebben van een bodemenergiesysteem;
- f. de grond dieper te roeren dan 2 meter onder het maaiveld;
- g. activiteiten die naar aard en omvang vergelijkbaar met de activiteiten als genoemd in sub a t/m f uit te voeren.
275.3 Uitzonderingen
Het verbod zoals genoemd in artikel 274.2 geldt niet als aantoonbaar kan worden voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in de Omgevingsverordening Overijssel en advies is ingewonnen bij het verantwoordelijke drinkwaterbedrijf.
275.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de aanduiding 'milieuzone - intrekgebied' naar ligging te verschuiven of naar omvang te vergroten of te verkleinen, mits vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen van de desbetreffende beheerder van het intrekgebied waaruit blijkt dat daartegen uit hoofde van de bescherming van de waterwinning functies geen bezwaar bestaat.
Artikel 276 Uitstallingen
276.1 Uitstallingsverbod
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding uitstallingen is het verboden om uitstallingen op of boven de weg te plaatsen of aanwezig te hebben.
276.2 Uitzonderingen
Het verbod zoals genoemd onder 1 geldt niet:
- a. voor andere uitstallingen dan reclameborden of reclamevlaggen, met dien verstande dat:
- 1. deze niet hoger zijn dan 2 meter
- 2. deze geplaatst worden of zijn binnen 0.60 meter vanaf de gevel van het winkel- of bedrijfspand waarop de uitstalling betrekking heeft.
- b. voor reclameobjecten, die bevestigd worden of zijn aan een winkel of bedrijfspand, met dien verstande dat:
- 1. deze voorwerpen uitsluitend tijdens de openingsuren van het bedrijf aan het pand bevestigd zijn,
- 2. niet verder uitsteken dan 0.30 meter vanaf de gevel,
- 3. gezamenlijk geen grotere oppervlakte hebben dan 0.80 m², voor zover deze bestaan uit reclamevoorwerpen;
- 4. niet in strijd zijn met redelijke eisen van welstand,
- 5. niet hoger hangen dan 3.50 meter boven de weg, maar in ieder geval niet hoger dan de grens tussen de begane grond en de eerste verdieping.
- c. op dagen en tijden dat en voor zover door het college op grond van artikel 2:24, tweede lid, APV vergunning is verleend aan een winkeliersvereniging voor het houden van een braderie.
- d. met dien verstande dat voor de winkelgebieden Boxbergerweg en Rielerweg tevens geldt dat te allen tijde een vrije beloopbare trottoirruimte dient over te blijven van 1,20 meter.
Artikel 277 Veiligheidszone - Gasontvangststation
277.1 Aanduidingsomschrijving
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - gasontvangststation' zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming van het verblijfsklimaat in verband met het gasontvangststation.
277.2 Gebruiksregels
In afwijking van het bepaalde bij de daar toegelaten functie(s) gelden op de in artikel 277.1 bedoelde gronden de volgende regels:
- a. binnen de veiligheidszone - gasontvangststation zijn geen nieuwe kwetsbare objecten toegestaan;
- b. binnen een zone van 4 meter vanaf de Risicobron zijn tevens geen nieuwe beperkt kwetsbare objecten toegestaan;
277.3 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door:
- a. het verwijderen van de aanduiding 'veiligheidszone - gasontvangststation' indien kan worden aangetoond dat het gebruik van de gronden en opstallen ten behoeve van een gasontvangstation is beëindigd en de eventueel aanwezige milieuvergunning is ingetrokken, mits het verblijfsklimaat van de aangrenzende gronden niet verslechtert.
Artikel 278 Veiligheidszone - Munitie
278.1 Aanduidingsomschrijving
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - munitie' zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming van het verblijfsklimaat in verband met de opslag van munitie.
278.2 Gebruiksregels
In afwijking van het bepaalde bij de daar toegelaten functie(s) zijn op de in artikel 278 bedoelde gronden geen nieuwe kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten toegestaan.
278.3 Afwijken van de gebruiksregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 278.2 voor het toestaan van nieuwe beperkt kwetsbare objecten, mits ter plaatse een aanvaardbaar verblijfsklimaat kan worden gerealiseerd.
278.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door:
- a. het verwijderen van de aanduiding 'veiligheidszone - munitie' indien kan worden aangetoond dat er geen dan wel minder dan 10.000 patronen worden opgeslagen, of dat het gebruik van de gronden en opstallen ten behoeve van een schietvereniging is beëindigd en de eventueel aanwezige milieuvergunning is ingetrokken, mits het verblijfsklimaat van de aangrenzende gronden niet verslechtert.
Artikel 279 Vrijwaringszone - Dijk
279.1 Aanduidingsomschrijving
Gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - dijk' zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor: voor de bescherming, de versterking, het beheer en het onderhoud van de dijk of het waterstaatswerk, met de bijbehorende voorzieningen, zoals bermen, schouwpaden en beschoeiing.
279.2 Bouwregels
In afwijking van het bepaalde in de overige op deze locatie geldende bouwregels, zoals opgenomen in hoofdstuk 3, 4, 5, 7, 8 en 9, mag op de gronden zoals bedoeld in lid 279.1 niet worden gebouwd.
279.3 Afwijken van de bouwregels
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 279.2 voor het oprichten van bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden liggende andere toegelaten functie(s), mits:
- a. het belang van het waterstaatswerk van overwegend belang in voldoende mate is gewaarborgd;
- b. advies is gevraagd aan de beheerder van de dijk of het waterstaatswerk.
279.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden
Artikel 280 Vrijwaringszone - Waterstaatswerk
280.1 Aanduidingsomschrijving
Gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - waterstaatswerk' zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor: voor de bescherming, de versterking, het beheer en het onderhoud van de dijk of het waterstaatswerk, met de bijbehorende voorzieningen, zoals bermen, schouwpaden en beschoeiing.
280.2 Bouwregels
In afwijking van het bepaalde in de overige op deze locatie geldende bouwregels, zoals opgenomen in hoofdstuk 3, 4, 5, 7, 8 en 9, mag op de gronden zoals bedoeld in lid 280.1 niet worden gebouwd.
280.3 Afwijkingsbevoegdheid
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 280.2 voor het oprichten van bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden liggende andere toegelaten functie(s), mits:
- a. het belang van het waterstaatswerk van overwegend belang in voldoende mate is gewaarborgd;
- b. advies is gevraagd aan de beheerder van het waterstaatswerk.
280.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden
Artikel 281 Wonen - Havenkwartier
281.1 Toegelaten functies
In aanvulling op de in de overige functieregels opgenomen regels, geldt ter plaatse van de aanduiding wonen - Havenkwartier het volgende:
- a. per bouwperceel dient ten minste 50% van de bruto vloeroppervlakte voor de functie Wonen of Wonen - gestapeld te worden gebruikt, met dien verstande dat tussen het woongebruik en het gebruik van de overige op het bouwperceel aanwezige functies een directe en persoonlijke relatie dient te bestaan;
Hoofdstuk 9 Algemene Regels
Artikel 282 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 283 Algemene Bouwregels
283.1 Bestaande afstanden en maten
- a. In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud of afstand van bouwwerken, die rechtens tot stand zijn gekomen, minder dan wel meer bedraagt dan in of krachtens het bepaalde in Hoofdstuk 3 Bouwregels van deze regels is voorgeschreven respectievelijk toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud of afstand in afwijking daarvan als minimaal voorgeschreven respectievelijk maximaal toegestaan.
283.2 Bestaande stoepen, opgangen, loopbruggen, trappen, balkons, galerijen
- a. In die gevallen dat bestaande (semi-)particuliere stoepen en opgangen rechtens gebouwd zijn, mogen deze in stand blijven, gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- b. In die gevallen dat bestaande loopbruggen tussen gebouwen, trappen, balkons, galerijen en dergelijke bouwonderdelen ten behoeve van de tot Wonen of Wonen - gestapeld bestemde woningen rechtens gebouwd zijn, mogen deze in stand blijven, gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd.
Artikel 284 Algemene Gebruiksregels
284.1 Bestaand gebruik stoepen, opgangen, loopbruggen, trappen, balkons, galerijen
- a. In die gevallen dat bestaande (semi-)particuliere stoepen en opgangen rechtens gebruikt mogen worden ten behoeve van de aansluitende functies, mag dit gebruik voortgezet worden.
- b. In die gevallen dat bestaande loopbruggen tussen gebouwen, trappen, balkons, galerijen en dergelijke bouwonderdelen ten behoeve van de tot Wonen of Wonen - gestapeld bestemde woningen rechtens gebruikt mogen worden, mag dit gebruik voortgezet worden.
284.2 Strijdig gebruik
- a. Er is sprake van strijdig gebruik indien gronden en bouwwerken anders worden gebruikt dan bepaald in de ter plaatse toegelaten functie(s);
- b. Tot een strijdig gebruik, strijdig met de toegelaten functie(s), wordt in ieder geval gerekend:
- 1. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting, met uitzondering van de gronden en bouwwerken binnen de toegelaten functies Seksinrichting - verdieping, Seksinrichting - erotische massagesalon, Seksinrichting - raamprostitutie begane grond en Seksinrichting - seksbioscoop.
- 2. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een Speelautomatenhal, met uitzondering van de gronden en bouwwerken binnen de toegelaten functie Speelautomatenhal.
- 3. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een Kinderboerderij, met uitzondering van de gronden en bouwwerken binnen de toegelaten functie Kinderboerderij.
- 4. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een verkooppunt motorbrandstof, met uitzondering van gronden met de toegelaten functies Verkooppunt motorbrandstoffen met LPG en Verkooppunt motorbrandstoffen zonder LPG.
- 5. het gebruik van onbebouwde gronden als stand- of ligplaats van onderkomens, en als opslag-, stort- of bergplaats van machines, voer- en vaartuigen en andere al of niet afgedankte stoffen, voorwerpen en producten, tenzij dit gebruik verband houdt met het op de toegelaten functie(s) gerichte beheer van de gronden;
- 6. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel waarbij geen sprake is van incidenteel, in beperkte mate, en voortvloeiend uit en ondergeschikt aan de overige op het perceel toegelaten activiteiten, met uitzondering van gronden waarbij middels een specifieke functie detailhandel is toegelaten;
- 7. het gebruik van bijgebouwen ten behoeve van bewoning;
284.3 Beroep of bedrijf aan huis
Gebruik van ruimten binnen een woning (i.c. hoofdgebouw, aanbouwen, uitbouwen en/of bijgebouwen) ten behoeve van een beroep of bedrijf aan huis wordt overeenkomstig de toegelaten functie(s) aangemerkt, voor zover dit gebruik ondergeschikt blijft aan de woonfunctie en mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
- a. het gebruik dient qua aard, milieubelasting en uitstraling te passen in een woonomgeving;
- b. alleen beroepen of bedrijven zijn toegestaan die in de van deze planregels deel uitmakende Bijlage1 Staat van beroeps- of bedrijfsactiviteiten aan huis zijn aangeduid als milieucategorie 1, of beroepen en bedrijven die gezien de gevolgen daarvan voor de omgeving redelijkerwijs met deze bedrijven kunnen worden gelijkgesteld;
- c. het gebruik mag geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer en geen nadelige toename van de parkeerbehoefte hebben;
- d. maximaal 35% van de vloeroppervlakte van de woning (met inbegrip van de gerealiseerde aan- en uitbouwen en bijgebouwen), tot ten hoogste (en in totaal) 50 m2 mag worden gebruikt voor het aan huis verbonden beroep of bedrijf;
- e. er mag geen detailhandel of groothandel plaatsvinden;
- f. er mag geen horeca plaatsvinden, waarbij in afwijking hiervan een Bed and Breakfast-voorziening mag worden gerealiseerd mits:
- 1. de toeristisch recreatieve overnachtingsmogelijkheid niet als zelfstandige wooneenheid functioneert (de realisatie van een aparte kookgelegenheid is niet toegelaten);
- 2. het authentieke uiterlijk of de verschijningsvorm van de woning wordt gehandhaafd;
- 3. het maximaal aantal bedden ten dienste van de Bed and Breakfast-voorziening niet meer dan 4 bedraagt.
- g. er mag geen seksinrichting worden opgericht;
- h. het beroep of bedrijf dient door een bewoner van de woning te worden uitgeoefend.
284.4 Kleinschalige kinderopvang
284.5 Voorwaardelijke verplichting parkeren auto's en fietsen, laden en lossen
Artikel 285 Algemene Afwijkingsregels
285.1 Algemene afwijkingsregels
Met omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
- a. de gegeven maten, afmetingen en percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages;
- b. de functie- en/of bouwregels in die zin dat het beloop of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of -intensiteit daartoe aanleiding geven;
- c. de functie- en/of bouwregels in die zin dat bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft.
285.2 Toevoegen bedrijfswoningen
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - ontheffingsgebied 3' kan met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 26 en worden toestaan dat binnen elke 'wetgevingszone - ontheffingsgebied 3', één bedrijfswoning van maximaal 750 m3 mag worden gebouwd voor zover de nabij gelegen agrarische bedrijven daardoor niet extra in hun bedrijfsvoering worden belemmerd.
Artikel 286 Algemene Wijzigingsregels
286.1 Wijziging bestemmings- en bouwvlakken
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de situering en de vorm van de aangegeven bestemmingsvlak en bouwvlakken worden gewijzigd dan wel nieuwe bouwvlakken worden aangegeven, mits:
- a. de geluidbelasting van geluidgevoelige objecten niet hoger mag zijn dan de daarvoor geldende voorkeurgrenswaarde, of een vastgestelde hogere grenswaarde;
- b. er dient te zijn voldaan aan alle geldende milieukwaliteitseisen;
- c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. de cultuurhistorische en monumentale waarden van het beschermd stadsgezicht, zoals beschreven in Bijlage 7;
- 2. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 3. de woonsituatie;
- 4. de verkeersveiligheid;
- 5. de parkeersituatie;
- 6. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- 7. de sociale veiligheid.
286.2 Wijziging categorieën en aantallen horecabedrijven
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de in Artikel 93 Horecagebied -01, Artikel 94 Horecagebied - 02, Artikel 95 Horecagebied - 03, Artikel 96 Horecagebied - 04, Artikel97 Horecagebied - 05, Artikel 98 Horecagebied - 06, Artikel 99 Horecagebied - 07, Artikel 100Horecagebied - 08, Artikel 101 Horecagebied - 09 en/of Artikel 102 Horecagebied - 10 opgenomen categorieën en aantallen horecabedrijven worden gewijzigd, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:
- a. de cultuurhistorische en monumentale waarden van het beschermd stadsgezicht, zoals beschreven in Bijlage 7;
- b. de woonsituatie;
- c. de milieusituatie;
- d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.
286.3 Wijziging toevoeging, uitbreiding en verplaatsing Bevi inrichtingen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien de behoefte blijkt te bestaan aan de vestiging, uitbreiding, aanpassing of verplaatsing van een Bevi inrichting, het plan te wijzigen zodanig dat:
- a. één of meer functies "Risicobron" worden toegevoegd, uitgebreid, van vorm veranderd of verplaatst met dien verstande dat er bij de risicobron een bijbehorende 10-6 PR contour ontstaat, dan wel wordt uitgebreid, van vorm veranderd of verplaatst;
met inachtneming van de volgende bepalingen:
- 1. binnen de bij de op de verbeelding aangegeven risicobron behorende 10-6 PR contour mogen geen kwetsbare objecten aanwezig zijn;
- 2. indien ter plaatse van 10-6 PR contour nog geen kwetsbare objecten aanwezig zijn, maar deze krachtens het plan wel zijn toegestaan, mag het wijzigen slechts geschieden, indien de rechthebbenden en gebruikers van die gronden hebben ingestemd met de beperkingen van hun rechten en gebruiksmogelijkheden die voortvloeien uit het feit dat ze binnen de veiligheidszone komen te liggen.
286.4 Wijziging verkleining en verwijdering Bevi inrichtingen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen zodanig dat:
- a. de functie "Risicobron" wordt verkleind of als zodanig uit het plan wordt verwijderd
met inachtneming van de volgende bepaling:
- 1. het wijzigen mag uitsluitend geschieden, indien, met instemming van de exploitant van het betreffende bedrijf, het bedrijf in mindere mate of in het geheel niet meer kan worden aangemerkt als een inrichting die in belangrijke mate een verhoging van de veiligheidsrisico's kan veroorzaken vanwege risicobronnen die buiten de perceelsgrens van de betreffende bedrijfslocatie een plaatsgebonden risico veroorzaken van meer dan 10-6 per jaar;
286.5 Wijziging vestiging horeca categorie 1
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien en voorzover behoefte blijkt te bestaan aan het vestigen van een horecabedrijf in categorie 1, als bedoeld in Bijlage 5 Staat van horeca-activiteiten, de functie Horeca - 1a toe te voegen aan de gronden met de toegelaten functie(s), Bedrijventerrein -categorie 2,Bedrijventerrein - categorie 3.1, Bedrijventerrein - categorie 3.2, Bedrijventerrein - categorie4.1, Bedrijventerrein - categorie 4.2 dan wel Bedrijventerrein - categorie 5.1 met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. de vestiging dient aan een hoofdontsluiting te worden gesitueerd;
- b. het parkeren dient op eigen terrein te geschieden;
- c. de vestiging dient in principe in een vrijstaand gebouw te worden gesitueerd;
- d. het vrijstaande gebouw dient buiten een bij de op de verbeelding aangegeven risicobron behorende 10-6 PR contour gesitueerd te worden;
- e. de ter plaatse geldende bouwregels blijven van toepassing.
Hoofdstuk 10 Overgangs- En Slotregels
Artikel 287 Overgangsrecht
287.1 Overgangsrecht bouwwerken
287.2 Overgangsrecht ten aanzien van het gebruik
Artikel 288 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als 'Regels van het Chw bestemmingsplan Deventer, stad en dorpen deel B'
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Chw Deventer Stad En Dorpen, Herstelbesluit
1.1.1 Inleiding
Het Chw bestemmingsplan Deventer, stad en dorpen, plandelen A, B, C en D zijn op 1 juli 2020 door de gementeraad vastgesteld. Tegen de plandelen A, B en C is beroep ingesteld. Tegen plandeel D is geen beroep ingesteld, dit plandeel is dan ook per xxx onherroepelijk in werking getreden.
1.1.2 Plandeel A
Op 7 juli 2021 heeft de Raad van State (RvS) een tussenuitspraak gedaan op het Chw bestemmingsplan Deventer, stad en dorpen, plandeel A.
Tegen dit bestemmingsplan heeft een aanwonende van het evenemententerrein Roland Holstlaan beroep ingediend tegen de manier waarop het evenemententerrein in het bestemmingsplan was opgenomen.
In de uitspraak komt naar voren dat de RvS het beroep van de bewoners op een aantal punten niet overneemt (in juridische woorden: dit beroep faalt). Op enkele punten volgt de RvS het beroep van appellant (dit beroep slaagt).
Het gaat hierbij om een tussenuitspraak, wat betekent dat de gemeenteraad in de gelegenheid wordt gesteld om het onderdeel waarop het beroep slaagt te herstellen. Na herstel zal een definitieve uitspraak volgen.
Op onderstaande punten volgt de RvS het verweer van de gemeenteraad (beroep faalt):
- 1. Uitbreiding gebruiksfunctie agrarische gronden tbv extensieve dagrecreatie
In het beroepsschrift wordt aangevoerd dat het gebruik van de gronden voor extensieve dagrecreatie het woon- en leefklimaat aantast, vanwege overlast uit het verleden door het vliegen met drones en het rijden met radiografisch bestuurbare auto's.
De gemeenteraad heeft gesteld dat het bieden van mogelijkheden voor extensieve dagrecreatie aansluit bij de ambities van de gemeente Deventer. Verder veroorzaakt extensieve dagrecreatie geen overlast. Drones en bestuurbare auto's vallen niet binnen de begripsomschrijving van extensieve dagrecreatie aangezien enkel niet-gemotoriseerde activiteiten zijn toegestaan. De functie extensieve dagrecreatie kan ongewijzigd in het bestemmingsplan opgenomen blijven.
- 2. Voorwaardelijke verplichting voor een hekwerk
Appellant verzoekt om het opnemen van een voorwaardelijke verplichting om een hekwerk rond het terrein te verplichten. Omdat de functie extensieve dagrecreatie op deze locatie niet zal leiden tot overlast is er geen reden om een voorwaardelijke verplichting voor een hekwerk in het bestreden plan op te nemen. Ook omdat bij illegale activiteiten op het evenemententerrein een verzoek tot handhaving kan worden ingediend. Het gaat daarom volgens de gemeenteraad te ver om een voorwaardelijke verplichting voor een hekwerk in de planregels op te nemen. De RvS oordeelt dat de raad in redelijkheid kunnen afzien van het opnemen van een voorwaardelijke verplichting ten aanzien van een hekwerk om het evenemententerrein.
- 3. extra regels omtrent de podiumopstelling en geluidsystemen evenementenlocatie
Appellant verzoekt om extra regels in het bestemmingsplan op te nemen omtrent de podiumopstelling en geluidsystemen. Het bestemmingsplan leent zich echter niet om voorschriften aan de geluidapparatuur te stellen, maar dergelijke voorschriften kunnen in de evenementenvergunning worden opgenomen.
Op onderstaande punten volgt de RvS het beroep van appellant (beroep slaagt):
- 4. Maximum aantal bezoekers evenementenlocatie
De planregels bevatten geen beperkingen met betrekking tot het maximum aantal bezoekers voor grote evenementen. Bij een groot evenement mogen meer dan 10.000 bezoekers aanwezig zijn. Niet is onderbouwd wat het maximum aantal bezoekers is. Hierdoor is sprake van een onzorgvuldige onderbouwing.
- 5. Tijdsduur evenement
De eindtijd van een evenement niet is bepaald. De maximale tijdsduur in dagen is voor evenementen wel vastgelegd in de planregels. Maar door het gebrek aan een eindtijd, kan een evenement tot in de nachtelijke uren plaatsvinden. Dit is niet onderbouwd. In het convenant van juli 2019 is opgenomen dat het op- en afbouwen van evenementen zoveel mogelijk tussen 8:00 en 24:00 uur plaats dient te vinden. In het bestemmingsplan moet onderbouwd worden welke eindtijden toegestaan zijn.
- 6. Op- en afbouwwerkzaamheden
Op- en afbouwwerkzaamheden en pauze-dagen zijn niet vastgelegd in de planregels. In het bestemmingsplan moet een maximaal aantal op- en afbouwdagen met maximale geluidbelasting worden bepaald, waarbij rekening wordt houden met omwonenden en mogelijke geluidshinder als gevolg van deze werkzaamheden.
- 7. Meldingsplicht
De raad moet nagaan of het noodzakelijk is dat organisatoren van evenementen in bepaalde gevallen van tevoren een geluidsonderzoek overleggen, opdat duidelijk is dat het te houden evenement kan voldoen aan de in de planregels opgenomen maximale geluidsbelasting voor evenementen. Zo nodig zou dit dan in het bestemmingsplan moeten worden gewaarborgd.
Vervolg:
De gemeenteraad is opdragen om binnen 20 weken na verzending van deze uitspraak:
in de planregels een maximum te stellen aan het aantal bezoekers voor een groot evenement;
te motiveren of de eindtijden voor evenementen moeten worden gewaarborgd in de planregels en daarover een regeling in de planregels op te nemen;
te waarborgen wat de maximale duur en de maximale geluidsbelasting is bij op- en afbouwactiviteiten voor evenementen;
na te gaan of het noodzakelijk is dat organisatoren van evenementen in bepaalde gevallen van tevoren een geluidsonderzoek overleggen, opdat duidelijk is dat het te houden evenement kan voldoen aan de in de planregels opgenomen maximale geluidsbelasting voor evenementen en dit zo nodig in de planregels te waarborgen
1.1.3 Plandeel B
Op 7 juli 2021 heeft de Raad van State (RvS) een tussenuitspraak gedaan op het Chw bestemmingsplan Deventer, stad en dorpen, plandeel B.
Tegen dit bestemmingsplan hebben enkele omwonenden van DAVO beroep ingediend over de manier waarop het bedrijf DAVO in het bestemmingsplan was opgenomen.
In de uitspraak komt naar voren dat de RvS het beroep van de bewoners op drie punten niet overneemt (in juridische woorden: dit beroep faalt). Op 1 punt volgt de RvS het beroep van appellant (dit beroep slaagt).
Het gaat hierbij om een tussenuitspraak, wat betekent dat de gemeenteraad in de gelegenheid wordt gesteld om het onderdeel waarop het beroep slaagt te herstellen. Na herstel zal een definitieve uitspraak volgen.
Op onderstaande punten volgt de RvS het verweer van de gemeenteraad:
- 1. De openingstijden van Horeca
De bewoners voeren aan dat in het akoestisch onderzoek andere openingstijden worden gehanteerd dan zijn opgenomen in de omgevingsvergunning. De Raad van State oordeelt dat openingstijden niet in het bestemmingsplan opgenomen hoeven te worden en dat de tijden die in de terrasvergunning zijn opgenomen voldoen aan de bepalingen uit de APV. De openingstijden zijn dan ook op een juiste manier geregeld.
Staat van bedrijfsactiviteiten
De bewoners wijzen op de 'Staat van bedrijfsactiviteiten' behorend bij het bestemmingsplan. Hierin is een “c” (continue) opgenomen bij de onderdelen logies en maaltijdverstrekking en bierbrouwerij. In de staat van bedrijfsactiviteiten van het voorgaande bestemmingsplan was de “c” niet opgenomen. De “c” betekent dat bij de desbetreffende milieubelastende activiteiten de voor geluid bepalende activiteiten continue (dag en nacht) in bedrijf kunnen zijn.
De letter "c" maakt het dus niet mogelijk dat er activiteiten en evenementen in de avond- en nachturen kunnen worden georganiseerd. Het is enkel een indicatie dat het gaat om een continue bedrijf. Bij het bepalen van de richtafstand is dus rekening gehouden met deze omstandigheid.
De afstand van de activiteit tot de dichtstbijzijnde woningen voldoet aan de in de lijst opgenomen richtafstanden, waarmee er vanuit kan worden gegaan dat er hiermee een goed woon- en leefklimaat zal zijn.
Richtafstanden horeca
De Raad van State heeft vastgesteld dat de gronden van de Sluisstraat 6, waarop de bestemmingen "Horeca - 2a" en "Bierbrouwerij" zijn toegekend, zijn gesitueerd in een gemengd gebied, zoals bedoeld in de VNG-brochure. In de VNG-brochure geldt voor een café of bar een richtstand van 10 m voor geluid. Omdat er sprake is van een gemengd gebied mag de richtafstand met één afstandstap worden verlaagd. Dan geldt een richtafstand van 0 m. De dichtstbijzijnde woning van [appellant] en anderen is gesitueerd op ongeveer 45 m. Aan deze richtafstand wordt dus voldaan.
Op het onderdeel Oppervlakte bestemmingen Horeca slaagt het betoog van bewoners.
Gebleken is dat de bestemmingen "Horeca - 2a" en "Bierbrouwerij" aan een grotere oppervlakte zijn toegekend dan wat is vergund op grond van de bouwtekeningen van de omgevingsvergunning uit 2015 en de terrasvergunning uit 2016. Daarbij komt dat uit het akoestisch onderzoek volgt dat ten noorden van het voorziene pand van Davo Deventer een parkeergelegenheid wordt gerealiseerd, die wordt ontsloten op de Emmastraat en dat ten zuiden van het pand een terras voor Davo Deventer wordt gerealiseerd. Gebleken is dat in het bestemmingsplan aan de gronden ten noorden van het pand van Davo Deventer ook de bestemmingen "Horeca - 2a" en "Bierbrouwerij" zijn toegekend. De RvS overweegt dat de gemeenteraad niet inzichtelijk heeft gemaakt wat de ruimtelijke effecten zijn van de uitbreiding van de bestemmingen "Horeca - 2a" en "Bierbrouwerij" op de gronden.
Vervolg:
De gemeenteraad is opdragen om binnen 20 weken na verzending van deze uitspraak, te onderbouwen waarom aan een groter deel van de gronden van de Sluisstraat 6 dan is vergund op grond van de omgevingsvergunning van 4 november 2015 en de terrasvergunning van 20 juli 2016 de bestemmingen "Horeca - 2a" en "Bierbrouwerij" zijn toegekend en daarbij inzichtelijk te maken dat bij het toekennen van deze bestemmingen rekening is gehouden met de ruimtelijke effecten op de omgeving en zo nodig een andere planregeling te treffen die een aanvaardbaar woon- en leefklimaat ter plaatse van de woningen van appellanten waarborgt.
1.1.4 Plandeel C
Op 7 juli 2021 heeft de Raad van State (RvS) een tussenuitspraak gedaan op het Chw bestemmingsplan Deventer, stad en dorpen, plandeel C.
Tegen dit bestemmingsplan heeft de eigenaar van het winkelcentrum Colmschate beroep ingediend tegen een aantal functies en maatvoeringen zoals deze in het bestemmingsplan zijn opgenomen.
In het verweerschrift van de gemeente hebben we al aangegeven een aantal beroepsgronden te herkennen, er is sprake van een aantal onbewuste fouten op de verbeelding.
In de uitspraak komt dan ook naar voren dat de RvS het beroep op een aantal punten overneemt. Op enkele punten volgt de RvS het beroep van appellant niet.
Het gaat hierbij om een tussenuitspraak, wat betekent dat de gemeenteraad in de gelegenheid wordt gesteld om het onderdeel waarop het beroep slaagt te herstellen. Na herstel zal een definitieve uitspraak volgen.
De uitspraak van de Raad van State luidt hiermee als volgt:
De gemeenteraad zal binnen 20 weken na verzending van de uitspraak de volgende aanpassingen in het bestemmingsplan moeten verwerken:
- 2. aan de gronden van blok 1c van het winkelcentrum een detailhandelsbestemming toe te kennen voor zowel de begane grond als de verdieping;
- 3. een passende planregeling opnemen voor een detailhandel ondersteunende functie op de verdiepingen van de gronden van blok 1e van het winkelcentrum;
- 4. aan de gronden van blok 4 van het winkelcentrum een detailhandelsbestemming toe te kennen voor zowel de begane grond als de verdieping;
- 5. aan de gronden van het winkelcentrum tussen blok 4 en blok 1b en tussen blok 1a en blok 2c toegekende functieaanduidingen "maximum bouwhoogte (m) = 11" en "maximum goothoogte (m) = 11" te schrappen.
1.2 Maatschappelijke Opgaven En De Omgevingswet
Onze samenleving verandert in rap tempo. Wat er op ons afkomt, blijft deels een verrassing. Toch willen we ons voorbereiden op de veranderende maatschappelijke vragen die we zien ontstaan. En hoe kunnen we onze stad en het buitengebied aanpassen op die vragen. Initiatieven uit de samenleving gaan een veel grotere rol spelen bij het herontwikkelen van de fysieke leefomgeving. De focus van de gemeente verschuift daarbij van 'Wat mag waar?' naar 'Wat willen we en hoe krijgen we dat voor elkaar?'.
Dat raakt veel beleidsvelden binnen de fysieke leefomgeving. Van ons vraagt het de komende jaren een andere houding en een andere manier van werken. En datzelfde geldt voor partijen in de samenleving. In dit maatschappelijk samenspel is het de uitdaging om als gemeente de juiste balans te vinden tussen 'ruimte geven' en 'strak sturen'.
De huidige wetgeving sluit niet voldoende aan op deze bewegingen. Daarom komt er nieuwe wetgeving: de Omgevingswet. Deze wet stelt de continue zorg voor de kwaliteit van de fysieke leefomgeving centraal. Behalve bescherming biedt de wet ook ruimte voor ontwikkeling.
Wat zijn de voordelen?
- 6. de Omgevingswet vergroot het gebruiksgemak van het omgevingsrecht;
- 7. de besluitvorming over projecten in de fysieke leefomgeving versnellen en verbeteren;
- 8. de wet zorgt voor samenhangende benadering van de fysieke leefomgeving in beleid, besluitvorming en regelgeving;
- 9. er is meer bestuurlijke afwegingsruimte om actief en flexibel op ruimtelijke initiatieven te kunnen inspelen.
Een nieuw instrument onder de Omgevingswet is het omgevingsplan. Het omgevingsplan geeft alle regels met betrekking tot onze fysieke leefomgeving weer. Het geeft verder vorm aan de hoofdlijnen uit de Omgevingsvisie; het is de juridische vertaling. Het omgevingsplan komt in de plaats van het bestemmingsplan, maar ook worden zoveel mogelijk bepalingen over de fysieke leefomgeving uit verschillende verordeningen in het omgevingsplan geïntegreerd. Het is een digitaal plan en omvat het gehele grondgebied. Anders dan nu bij bestemmingsplannen is er straks maar één omgevingsplan voor de gemeente.
1.3 Bestemmingsplan 'Deventer, Stad En Dorpen', Een Bestemmingsplan Met Verbrede Reikwijdte
De gemeente Deventer doet vooruitlopend op de komst van de wet mee met een landelijk experiment onder de Crisis- en herstelwet om vast te oefenen met het instrument omgevingsplan. Daarom stellen we nu een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte op voor het stedelijk gebied, zodat we ervaring opdoen voor het later vormgeven van een 'echt' omgevingsplan. De Crisis- en herstelwet kan nog niet de mogelijkheden bieden die de Omgevingswet straks voor het omgevingsplan open stelt. Het bestemmingsplan 'Deventer, Stad en Dorpen' blijft een bestemmingsplan onder de huidige regelgeving. Later maken we samen met het bestaande bestemmingsplan voor het gehele buitengebied één omgevingsplan voor ons hele grondgebied.
1.4 Nota Van Uitgangspunten
Eind 2017 hebben we een nota van uitganspunten voor dit bestemmingsplan vastgesteld. In deze nota van uitgangspunten (zie Bijlage 1 Nota van uitgangspunten Bestemmingsplan Deventer, stad endorpen) staan de belangrijkste elementen en richtingen voor de ontwikkeling van het bestemmingsplan en de verordening Fysieke Leefomgeving. Onze opgave is de zorg en het beheer van de fysieke leefomgeving en het bieden van ontwikkelruimte.
Met het bestemmingsplan 'Deventer, Stad en Dorpen' en de verordening Fysieke Leefomgeving gaat Deventer in ieder geval op de volgende punten voorsorteren op het Omgevingsplan:
- Een duidelijke afstemming en samenhang met de Omgevingsvisie;
- Waar mogelijk worden regels flexibel met ruimte voor ontwikkeling opgesteld;
- Verdere integratie met andere regels en beleid over de fysieke leefomgeving;
- Gebiedsgerichte benaderingen via gestandaardiseerde (functie)regels (geen bestemmingen meer);
- Verder ontwikkelen digitale dienstverlening: betere toegang, beheer en hergebruik van gegevens;
- Vergunningsplichten alleen indien dit een duidelijke meerwaarde heeft.
De Omgevingsvisie en het bestemmingsplan 'Deventer, Stad en Dorpen' hebben een samenhang. De visie geeft vooral de ambities in de fysieke leefomgeving weer en het bestemmingsplan vertaalt dit waar nodig in regels. Uitgangspunt is dat het voorliggende bestemmingsplan geen grote nieuwe ontwikkelingen bevat. Deze ontwikkelingen hebben hun eigen proces, waardoor er de juiste aandacht voor kan zijn. Daarnaast zijn niet alle nieuwe beleidskeuzes uit de Omgevingsvisie doorvertaald in dit plan. Dit komt door het deels parallelle proces van opstelling en besluitvorming tussen de visie en het plan. Het plan zal zich na vaststelling verder doorontwikkelen, waarbij dan onder andere de beleidskeuzes uit de omgevingsvisie zullen worden verwerkt .
Bij het actualiseren van onze bestemmingsplannen is de afgelopen jaren op veel beleidsonderwerpen en thema's flexibiliteit ingebouwd en gedereguleerd waar mogelijk. Deze lijn wordt met het bestemmingsplan 'Deventer, Stad en Dorpen' doorgezet en waar mogelijk nog verder uitgebouwd.
Daarbij willen we de lijn van standaardisering en uniformering van de regels van de bestemmingsplannen doorzetten. Ook worden de te hanteren beleidsuitgangspunten herbevestigd. Het bestemmingsplan is hiermee voornamelijk conserverend van aard.
Verder zetten we in op digitale publieke dienstverlening; een betere toegang, beheer en het hergebruik van gegevens.
In Bijlage 2 Specifieke uitgangspunten NvU en BP is een overzicht opgenomen van de specifieke uitgangspunten en de vertaling in het bestemmingsplan.
Hoofdstuk 2 Planbeschrijving
2.1 Inleiding
Voor het grootste deel van het plangebied geldt dat er weinig ontwikkelingen plaatsvinden. Het gaat in dit bestemmingsplan om het vastleggen van een statische situatie.
Echter zijn er ook een aantal locaties waar nog wel ontwikkelingen plaatsvinden. Dit zijn ontwikkelingen zoals nieuwbouw, herstructurering, functieverandering of inbreiding. Voor een aantal van deze ontwikkellocaties is reeds een onherroepelijk bestemmingsplan van kracht. In het Chw bestemmingsplan 'Deventer, stad en dorpen' zijn deze ontwikkelmogelijkheden overgenomen zonder deze te wijzigen. De planbeschrijving van de ontwikkelingen, zoals opgenomen in de betreffende bestemmingsplannen, zijn als bijlagen bij deze toelichting opgenomen.
Het gaat om de ontwikkellocaties:
- Havenkwartier
- Leisurestrook Holterweg
- Steenbrugge
- Spijkvoorderenk (De Vijfde Hoek)
- Eikendal
In paragraaf 2.2 tot en met 2.6 wordt kort op elke ontwikkellocatie ingegaan.
Voor een aantal andere ontwikkellocaties geldt dat er nog geen onherroepelijk bestemmingsplan van kracht is op het moment van het vaststellen van het Chw bestemmingsplan 'Deventer, stad en dorpen'. Voor deze ontwikkellocaties geldt dat deze buiten de begrenzing van het Chw bestemmingsplan zijn gelaten. Het gaat hierbij om de locaties Tuinen van Zandweerd, Geertruidentuin, Auping, Bedrijvenpark A1 en een aantal kleinere ontwikkellocaties (o.a. inbreidingslocaties voor woningbouw). Bij een eerstvolgende herziening van het Chw bestemmingsplan 'Deventer, stad en dorpen' worden deze locaties, indien onherroepelijk, alsnog opgenomen in het plangebied (consolideren).
Verder zijn er een aantal locaties waar wel ontwikkelingen in voorbereiding zijn, maar welke niet concreet genoeg zijn om mee te nemen in het plan (bijvoorbeeld Sluiskwartier, ontwikkeling Zuivelfabriek en andere inbreidingslocaties voor woningbouw). Voor deze ontwikkelingen is nog geen bestemmingsplan in voorbereiding. Voor deze locaties is de bestaande planologische situatie overgenomen. Zodra de ontwikkeling concreet wordt, zal er hiervoor een nieuw bestemmingsplan in procedure gebracht worden.
Tot slot zijn er enkele locaties waarvoor wel een onherroepelijk bestemmingsplan van kracht is, maar welke toch niet zijn meegenomen in de begrenzing van het Chw bestemmingsplan. Het gaat om de locatie Bathmense enk fase III en woningbouw Loo. Deze locaties zijn ontwikkelingen die het bestemmingsplan Buitengebied hebben gewijzigd.
2.2 Havenkwartier
Het Havenkwartier is het gebied in Deventer waar ruimte is voor inspiratie, ambities en ontwikkeling. Het gebied wordt getransformeerd van een industrieterrein waar wordt gewerkt naar een levendige en eigenzinnige stadswijk en de daarbij behorende menging van functies. Dit alles met respect en behoud van de bestaande rechten en mogelijkheden van de aanwezige ondernemers en bewoners van het gebied.
In juni 2009 is voor de ontwikkeling van het gebied het ontwikkelscenario 'Vlaams model' gekozen. Dit model ging uit van het inzetten op maximaal behoud en hergebruik van gebouwen en een mix van functies in het gebied. In het 'Vlaams model' schept de gemeente de voorwaarden voor een organische ontwikkeling van het gebied, waarbij wonen, werken en cultuur, zowel fysiek als functioneel, met elkaar worden gemengd. Het industriële karakter van het gebied fungeert daarbij zowel als setting als decor. Het bestaande industriële erfgoed wordt herbestemd en opengesteld voor broedplaatsontwikkeling. Zo blijft ook de historische ontwikkeling van handel en nijverheid in Deventer zichtbaar en levend.
Vervolgens is het ontwikkelscenario uitgewerkt tot het Ontwikkelingsplan Havenkwartier 'Ruimte voor ideeën'. Deze visie is vervolgens vertaald in het bestemmingsplan Havenkwartier (vastgesteld 13 juni 2012). Het bestemmingsplan Havenkwartier is in dit Chw bestemmingsplan 'Deventer, stad en dorpen' één op één overgenomen. De onderstaandde visie en ambities voor het gebied blijven dan ook van kracht.
Om het gebied blijvend als de Deventer' broedplaats voor wonen, werken en cultuur te laten fungeren is functiemenging voorwaardenscheppend. Ook is in het bestemmingsplan Havenkwartier opgenomen dat gebied in principe alles kan en mag, als dat maar niet leidt tot louter alledaagse concepten. Dat betekent dat door elkaar en naast elkaar bedrijvigheid, wonen, cultuur en ontspanning, detailhandel, dienstverlening en horeca mogelijk is. Aan die waaier van gebruiksmogelijkheden stelt het bestemmingsplan zo weinig mogelijk belemmeringen.
Anderzijds bevat het plan wel de noodzakelijke toevoegingen om te voorkomen dat bepaalde functies toch te veel gaan neigen naar de gangbare stedelijke concepten of te dominant, respectievelijk te sfeerbepalend worden in het Havenkwartier. In de planregels is opgenomen dat de functie detailhandel in het algemeen, en de functies dienstverlening en kantoor vanaf een bruto vloeroppervlak van 500 m² of meer, uitsluitend mogen gebruikt voor het zogenaamde 'economisch cluster'. Dit economisch clusterHavenkwartier is in de begripsbepalingen gedefinieerd.
Ook andere dan deze activiteiten zijn toegelaten, maar dan uitsluitend via een afwijkingsbevoegdheid. Het criterium voor toepassing van deze bevoegdheid is dat de activiteit voldoet aan wat het plan verstaat onder de 'leefomgeving Havenkwartier'. Dat begrip is omschreven als 'een stedelijke leefomgeving met een onconventionele en patroondoorbrekende mix van wonen, werken en cultuur'. Onconventioneel wil zeggen dat de functionele mix van het Havenkwartier volstrekt ongewoon is, want ongebruikelijk en experimenteel. Bovendien is ze vooruitstrevend en vernieuwend.
Bij toepassing van de afwijkingsbevoegdheid valt op voorhand niet aan te geven wat exact onder 'leefomgeving Havenkwartier Deventer' moet worden verstaan. Hier moet het bevoegd gezag teruggrijpen op het Ontwikkelingsplan. Dat plan vormt immers de stedenbouwkundige en programmatische onderlegger van het bestemmingsplan.
Het bestemmingsplan geeft daarnaast bescherming aan het concept voor het Havenkwartier, doordat het de openbare ruimte aan de Scheepvaartkade geheel betrekt in het gemengde concept. Dat gemengde programma is daarnaast 'uitgerold' over het water van de eerste havenarm. Daaraan is namelijk niet alleen een functie voor het scheepvaartverkeer toegekend, maar ook de mogelijkheid voor het afmeren van schepen waarop culturele en maatschappelijke activiteiten plaats mogen vinden.
Tenslotte is op de gronden waarop sprake is van gevestigde rechten, zo nodig een wijzigingsbevoegdheid gelegd die inhoudt dat de gronden op termijn mee kunnen draaien in het programma voor het Havenkwartier. Ter voorkoming dat die gronden in hun gebruiksfuncties verder afwijken van het gewenste eindbeeld, is daaraan een maatbestemming gegeven die is afgestemd op respectering van de bestaande rechten.
De gebruikers van het Havenkwartier krijgen een heel bijzonder woon- en leefgebied tot hun beschikking. Het is een gebied dat functiemenging plus tot uitgangspunt heeft. Een gebied dat getypeerd wordt door termen als 'stoer wonen', 'vrijplaats' en 'havenatmosfeer'. Wie zich daarin als werker en/of bewoner vestigt, weet én accepteert dat in dat bijzondere woon- en leefgebied nu juist de charme van het gebied schuilt. De blijvende bescherming van dat bijzondere karakter van het Havenkwartier was het hoofddoel van het bestemmingsplan Havenkwartier en is ook in dit Chw bestemmingsplan overgenomen.
Voor een uitgebreidere beschrijving van de bestaande en gewenste situatie wordt verwezen naar de Bijlage 4 Planbeschrijving Havenkwartier bij deze toelichting.
Luchtfoto 2019 (Geoweb) met in het rood het plangebied Havenkwartier
2.3 Leisurestrook Holterweg
De gemeente Deventer wil haar positie als boeiende be-leefstad in de regio verder uitbouwen en het terrein ten westen van het sport- en belevingscentrum De Scheg ontwikkelen. Aansluitend bij De Scheg wordt ingezet op een slimme clustering van een programma met cultuur, ontspanning en sport, zodat er synergie ontstaat tussen de verschillende functies en tussen de Holterwegzone en de binnenstad van Deventer. De Schegzone kan zo uitgroeien tot een onderscheidende strip voor cultuur en ontspanning, die meer is dan de optelsom van de afzonderlijke voorzieningen. De leisure-strip wordt hiermee een wezenlijk onderdeel van het toeristisch recreatieve product Deventer.
Voor de invulling van het plangebied en de wijze waarop dit wordt gerealiseerd is op 8 juli 2016 het 'Ontwikkelingsperspectief Leisure-strip Deventer' vastgesteld. Het ontwikkelingsperspectief bevat een beschrijving van de gemeentelijke ambities over wat er gerealiseerd dient te worden en op welke wijze de gemeente dit wil bereiken. Hiervoor is geen afgerond bouwplan opgesteld, waarin is bepaald hoe het gebied wordt ingericht en hoe het eruit gaat zien. Het betreft dan ook een vraag-gestuurde ontwikkeling waarmee het plangebied stap voor stap in ontwikkeling wordt gebracht. De leisure-strip is daarmee het resultaat van een samenspel tussen gemeente en partijen die bereid zijn in het gebied te investeren.
Wel stelt de gemeente voor de ontwikkeling van de leisure-strip een aantal randvoorwaarden. De voorzieningen zijn aanvullend op het bestaande aanbod van recreatieve voorzieningen. Daarbij moet het gaan om een zichtbare en duurzame ontwikkeling, waarbij rekening wordt gehouden met klimaatbestendig ontwikkelen en duurzame mobiliteit. Tevens levert de ontwikkeling werkgelegenheid op. Om te waarborgen dat het gebied wordt ingevuld met grootschalige voorzieningen wordt uitgegaan van een minimum bedrijfsvloeroppervlakte van 1.000 m².
Aangezien het plangebied geheel onbebouwd was en voor het grootste een groenbestemming had is voor de ontwikkeling van de Leisure-strook een bestemmingsplan opgesteld. Dit bestemmingsplan is in het Chw bestemmingsplan 'Deventer, stad en dorpen' één op één overgenomen, zodat de ambities voor het gebied, maar ook de randvoorwaarden voor ontwikkelingen behouden blijven.
Voor een uitgebreidere planbeschrijving wordt verwezen naar de Bijlage 5 PlanbeschrijvingLeisurestrook Holterweg bij deze toelichting.
Luchtfoto 2019 (Geoweb) met in het rood het plangebied Leisurestrook Holterweg
2.4 Steenbrugge
Met de ontwikkeling van Steenbrugge wordt beoogd een kwalitatief hoogwaardig woongebied te realiseren.
De gemeente Deventer heeft de woningbouwlocatie Steenbrugge al in 1993 in haar gemeentelijk structuurplan 'Deventer Visie' opgenomen en aangewezen als woningbouwlocatie na het gereedkomen van De Vijfhoek. Ook in het structuurplan van de gemeente Deventer - Structuurplan Deventer 2025 (2004) - wordt Steenbrugge als nieuwe woningbouwlocatie ná De Vijfhoek genoemd.
De Structuurschets Steenbrugge (vastgesteld september 2005) beschrijft de randvoorwaarden en uitgangspunten voor de ontwikkeling van de nieuwe wijk, de filosofie die ten grondslag ligt aan de ontwikkeling van het stedenbouwkundige ontwerp en de voorwaarden en organisatie voor realisatie.
Steenbrugge wordt een stadsdeel waar het landschap voelbaar aanwezig is en de stad nabij. Het aanwezige landschap bepaalt het beeld en de opzet van de wijk. Met het landschap rondom Steenbrugge worden directe relaties en verbindingen gemaakt door kleinschalige ingrepen in de wijk. Zo ontstaat er een netwerk tussen de woonwijk en het landschap. Het landschappelijk en ruimtelijk netwerk bestaat uit bijzondere wegen en plekken. Binnen het netwerk van de openbare ruimte, wegen en het watersysteem zijn drie woonbuurten te onderscheiden. De woonbuurten verschillen in opzet, openbare ruimte en verkavelingstypologie.
In het Masterplan Steenbrugge (vastgesteld december 2006) wordt het ruimtelijk-functioneel- programmatisch ontwikkelingskader aangegeven voor de planontwikkeling van Steenbrugge. Op deze locatie is in het Masterplan ruimte voorzien voor circa 1400 woningen. De ontwikkeling van Steenbrugge wordt projectmatig ter hand genomen. De organisatie en procedure zijn beschreven in het Plan van Aanpak Steenbrugge. Het Masterplan bouwt verder op de Structuurschets Steenbrugge en zo vormen zij samen de basis voor het in 2010 vastgestelde bestemmingsplan.
In december 2008 is het Masterplan Modellenstudie Steenbrugge-Zandweteringpark vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. In het masterplan zijn drie modellen ontwikkeld waar uiteindelijk één model uit gekozen is. Het gekozen model heeft klimaatneutrale ontwikkelingsmogelijkheden als uitgangspunt met daarbij zoveel mogelijk financiële optimalisatie. Deze keuze is als aanvulling op het Masterplan 2006 door de gemeenteraad vastgesteld in november 2009.
In juli 2010 is het bestemmingsplan Steenbrugge vastgesteld. Dit bestemmingsplan betreft voor de woningbouwlocatie een globaal moederplan met een uitwerkingsplicht. In de bestemming 'Woongebied - uit te werken' zijn uitwerkingsregels opgenomen waarmee rekening moet worden gehouden bij het ontwikkelen van het woongebied:
Burgemeester en wethouders werken artikel 7.1 uit in één of meerdere uitwerkingsplan(nen) met inachtneming van de volgende regels: a. het aantal te realiseren woningen binnen het plangebied dient in overeenstemming te zijn met het provinciaal en gemeentelijk woningbouwprogramma en mag in elk geval niet meer bedragen dan 1200; b. aan de uitwerkingsplannen dient een door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld (voorlopig ontwerp) stedenbouwkundig plan ten grondslag te liggen; c. In het plangebied mag niet minder dan 30% en niet meer dan 45% van de woningen worden gebouwd als sociale woningbouw; d. In het plangebied mag, met inachtneming van het bepaalde onder sub c, niet minder dan 10% en niet meer dan 25% van de woningen worden gebouwd als sociale huurwoning; e. In het plangebied mag, met inachtneming van het bepaalde onder sub c, niet meer dan 25% van de woningen worden gebouwd als woning in de categorie sociale koop hoog; f. In het plangebied mag, met inachtneming van het bepaalde onder sub c, niet meer dan 25% van de woningen worden gebouwd als woning in de categorie sociale koop laag; g. in het plangebied mag niet minder dan 10% van de woningen worden gebouwd in particulier opdrachtgeverschap; h. De maximale goot- en bouwhoogte van woningen in niet-gestapelde vorm bedragen respectievelijk 10 m en 14 m; i. De maximale bouwhoogte van woningen in gestapelde vorm bedraagt 20 m; j. Voorzien moet worden in voldoende parkeergelegenheid voor de te realiseren woningen, waarbij uitgangspunt is dat minimaal 1 parkeerplaats per woning wordt gerealiseerd; k. De ontsluiting voor autoverkeer zal geschieden aan de zijde van de Raalterweg en de Karel de Grotelaan. De Wechelerweg zal niet in directe autoverbinding met het plangebied komen te staan, met uitzondering dat een busverbinding mogelijk is; l.. In noord-zuidelijke richting dient een waterverbinding tussen de Borgelerleide en de Zandwetering gehandhaafd te blijven; m. De voorkeursgrenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder dan wel de vóór de vaststelling van het plan verleende hogere grenswaarde mag niet worden overschreden; n. Zoals bepaald in artikel 14 Algemene aanduidingsregels mogen binnen de geur- en geluidszones geen geur- of geluidsgevoelige objecten worden gebouwd; |
In 2016 is het eerste uitwerkingsplan 'Steenbrugge, uitwerking Steenbrugge Dorp' vastgesteld. In dit uitwerkingsplan is een deel van het uit te werken woongebied nader uitgewerkt. Deze eerste fase heeft betrekking op het middengebied van Steenbrugge, het Steenbrugge Dorp. In deze fase worden circa 400 woningen gerealiseerd.
Het moederplan Steenbrugge en het eerste uitwerkingsplan 'Steenbrugge, uitwerking Steenbrugge Dorp' zijn in het voorliggende Chw bestemmingsplan 'Deventer, stad en dorpen' opgenomen. De plan- en uitwerkingsregels zijn zoveel als mogelijk overgenomen.
Voor een uitgebreidere planbeschrijving wordt verwezen naar de Bijlage 6 Planbeschrijving Steenbrugge bij deze toelichting.
Luchtfoto 2019 (Geoweb) met in het rood het plangebied Steenbrugge
2.5 Eikendal
De planontwikkeling van Villapark Eikendal is in 2003 begonnen. Na planvorming van enkele jaren heeft in 2007 de gemeenteraad het bestemmingsplan 'Eikendal' vastgesteld. In 2009 is gestart met de verkoop van kavels in Eikendal. De ontwikkelingssnelheid van Eikendal heeft tot nu toe een ander verloop gehad dan beoogd. De ervaring van de afgelopen jaren heeft geleerd dat de vertaling van de ambities voor Eikendal in stringente en gedetailleerde regels op gespannen voet staan met de vraag van consumenten om individuele woonwensen te realiseren. Daarnaast blijkt de vraag naar de grote kavels zoals die vastgelegd zijn in de verkaveling zeer beperkt te zijn.
De gemeenteraad heeft in 2012 en 2013 over de planontwikkeling van Eikendal gesproken, uiteindelijk zijn door de gemeenteraad in juni 2013 een aantal uitgangspunten vastgesteld voor de zogenaamde herijking van Eikendal.
De gemeenteraad heeft de duidelijke wens uitgesproken het karakter van een groen villapark te willen handhaven. Het herziene stedenbouwkundige plan voor Eikendal bouwt daarom expliciet voort op belangrijke principes en ambitie van het "oorspronkelijke" plan. We vertalen deze met name in het deel ten zuiden van het park in een nieuwe stedenbouwkundige en vooral flexibele hoofdopzet. Met dit stedenbouwkundig totaalplan leggen we de ruimtelijke kwaliteit en samenhang van Eikendal vast.
Kern van de herijking is dat voor het gedeelte ten noorden van het parkbos de al ingezette koers en de verkaveling in essentie ongewijzigd blijft. Wel is er de wens om meer flexibiliteit in de bouw- en gebruiksmogelijkheden te creëren. De strakke verkavelingsstructuur vastgelegd in individuele bouwvlakken is losgelaten en daarvoor in de plaats zijn woongebieden gekomen met een maximum aantal wooneenheden en een minimale perceelsoppervlakte.
Voor het gedeelte ten zuiden van het parkbos zijn de uitgangspunten bijgesteld en zijn kleinere kavels mogelijk gemaakt. Hier is een ondergrens van ca. 800 m2 kaveloppervlak voor vrijstaande woningen en voor twee-onder-één-kap woningen is dit ca. 600 m2. Aan de oppervlakte is geen bovengrens verbonden, wel willen we er voor zorgen dat woonconsumenten met een vraag naar grotere kavels met name in het noordelijke deel van Eikendal een plek kunnen vinden.
Voor het westelijke gedeelte van Eikendal-Zuid zijn de bijgestelde uitgangspunten verwerkt in een globale woonbestemming voor 28 woningen (woongebied) en voor het oostelijke deel in een uit-te-werken bestemming voor maximaal 50 woningen. In 2017 is dit gebied uitgewerkt middels het uitwerkingsplan 'Eikendal 2014, eerste uitwerking'.
In voorliggend Chw bestemmingsplan zijn de bestemmingsplannen Eikendal 2014 en Eikendal 2014, eerste uitwerking met hun globale en gebiedsspecifieke regels overgenomen. Voor het westelijke gedeelte van Eikendal-Zuid, dat inmiddels geheel is ontwikkeld en bebouwd, is de globale woonbestemming 'Woongebied' omgezet in een gedetailleerdere woonbestemming, conform de gemeentelijke standaard.
Het realiseren van een woongebied in het gebied zoals op onderstaande afbeelding aangeduid als fase 2 zal binnen afzienbare periode waarschijnlijk niet aan de orde zijn. Dit gebied kan op termijn mogelijk nog wel een zoekgebied voor de ontwikkeling van woningen worden, om die reden is de uit-te-werken bestemming conform het moederplan Eikendal overgenomen.
Schematische faseverdeling Eikendal
Voor een uitgebreidere planbeschrijving wordt verwezen naar de Bijlage 7 Planbeschrijving Eikendal bij deze toelichting.
Luchtfoto 2019 (Geoweb) met in het rood het plangebied Eikendal
2.6 Spijkvoorderenk (Vijfde Hoek)
De gemeenteraad van Deventer heeft op 27 oktober 2010 het bestemmingsplan 'Spijkvoorderenk' vastgesteld. Hierna zijn er een viertal partiële herzieningen van het bestemmingsplan van kracht geworden, onder andere om beter te kunnen voldoen aan de vraag van de markt.
Vanwege meerdere eigenaren in het plangebied is voor de locatie ook een exploitatieplan opgesteld. Een exploitatieplan dient jaarlijks herzien te worden. In het exploitatieplan wordt verwezen naar het geldende bestemmingsplan. Nu Spijkvoorderenk binnen de begrenzing van het voorliggende Chw bestemmingsplan 'Deventer, stad en dorpen' valt, moet ook het exploitatieplan herzien worden. Bij dit Chw bestemmingsplan zal dan ook de 9e herziening van het exploitatieplan Spijkvoorderenk worden vastgesteld, waarbij uitsluitend de verwijzing naar het betreffende bestemmingsplan is aangepast.
Het gebied Spijkvoorderenk is het laatste puzzelstuk van de wijk De Vijfhoek in Deventer. Met de aanleg van de buurt Spijkvoorderenk, ook wel de Vijfde hoek genoemd, wordt de wijk De Vijfhoek gecomplementeerd.
In het plangebied is het de bedoeling circa 350 woningen te realiseren. Ongeveer 75% van deze woningen wordt projectmatig ontwikkeld, de overige circa 25% wordt door de toekomstige bewoners zelf ontwikkeld (het zogenaamde particulier opdrachtgeverschap). Inmiddels is een groot deel van de wijk gerealiseerd. Met name in het zuidoostelijk deel van het plangebied zijn nog diverse kavels te ontwikkelen, evenals een deel van het noordwesten van het plangebied.
In het plangebied Spijkvoorderenk is ook een schoollocatie opgenomen. Door een grotere toename van het aantal kinderen in De Vijfhoek dan eerder geprognosticeerd was, was er behoefte aan een nieuwe school. In 2009 is daarvoor eerste een tijdelijk school gerealiseerd. Inmiddels is de nieuwe school reeds een aantal jaar ingebruik.
Door het behoud van landschappelijke elementen, de verweving van de buurt met de ruimtelijke structuur van De Vijfhoek en door in te zetten op een mooie maar ook rustige architectuur in een groene woonomgeving ontstaat een wijk met allure waar bewoners met veel plezier kunnen wonen. Met Spijkvoorderenk voegt de gemeente Deventer een waardig slotakkoord toe aan De Vijfhoek.
De gebiedsspecifieke bouwregels uit het bestemmingsplan 'Spijkvoorderenk' en de vier herzieningen zijn één op één overgenomen in het voorliggende Chw bestemmingsplan 'Deventer, stad en dorpen'. Nu de wijk nog niet geheel is ontwikkeld is er voor gekozen de bouwregels nog niet te standadiseren naar de gemeentelijk standaard. Op deze wijze blijven de bouwmogelijkheden voor de toekomstige bewoners gelijk ten opzichte van de reeds gerealiseerde woningen. Op het moment dat het gehele plangebied is ontwikkeld en alle woningen zijn gebouwd, kunnen in een herziening van het Chw bestemmingsplan de bouwregels mogelijk alsnog worden gestandadiseerd conform de gemeentelijke standaard.
Voor een uitgebreidere planbeschrijving wordt verwezen naar de Bijlage 8 PlanbeschrijvingSpijkvoorderenk bij deze toelichting.
Luchtfoto 2019 (Geoweb) met in het rood het plangebied Spijkvoorderenk
Hoofdstuk 3 Planopzet En Juridische Aspecten
3.1 Plansystematiek En Indeling
3.1.1 Wettelijk kader
Dit bestemmingsplan wordt opgesteld op basis van de Crisis- en herstelwet.
De gemeente Deventer is in de 8e tranche van de Crisis en herstelwet opgenomen, waarbij de mogelijkheid is geboden om te kunnen gaan experimenteren met het opstellen van een bestemmingsplan met een bredere reikwijdte voor het gehele (gemeentelijke) grondgebied. Van toepassing zijn de artikelen 7c en 7g van het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet.
De voor Deventer relevante aspecten uit het betreffende artikel 7g luiden als volgt:
Artikel 7g
- 1. De voor het grondgebied van een gemeente vastgestelde bestemmingsplannen gelden als één bestemmingsplan.
- 2. Artikel 7c is op een gehele of gedeeltelijke herziening van het bestemmingsplan, bedoeld in het eerste lid, van overeenkomstige toepassing.
- 3. Een bestemmingsplan voor een gedeelte van het grondgebied van een gemeente dat na het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit onherroepelijk wordt, maakt vanaf het tijdstip waarop dit bestemmingsplan onherroepelijk is geworden deel uit van het bestemmingsplan, bedoeld in het eerste lid.
- 4. Dit artikel is van toepassing op de gemeenten:
- a. [...];
- b. Deventer;
- c. [...];
- 5. Van de in dit artikel bedoelde bevoegdheid kan gebruik worden gemaakt:
- a. voor de in het vierde lid, onderdelen a tot en met f, genoemde gemeenten: tot 20 september 2019;*
- b. [...].
* Inmiddels is artikel 7g van het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet in de achttiende tranche als volgt gewijzigd: “Van de in dit artikel bedoelde bevoegdheid tot het vaststellen van een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte kan tot 1 januari 2024 gebruik worden gemaakt mits het ontwerp van deze plannen ter inzage is gelegd voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet.”
De voor Deventer relevante aspecten uit het betreffende artikel 7c luiden als volgt:
Artikel 7c
- 1. In aanvulling op artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening kunnen in het bestemmingsplan ook regels worden gesteld, die strekken ten behoeve van het:
- a. bereiken en in stand houden van een veilige en gezonde fysieke leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit, en
- b. doelmatig beheren, gebruiken en ontwikkelen van de fysieke leefomgeving ter vervulling van maatschappelijke functies.
- 2. In afwijking van artikel 3.1, tweede lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt de bestemming van gronden, met inbegrip van de met het oog daarop gestelde regels, binnen een periode van twintig jaar opnieuw vastgesteld. Artikel 3.1, derde tot en met vijfde lid, van de Wet ruimtelijke ordening is niet van toepassing.
- 3. In afwijking van artikel 3.2 van de Wet ruimtelijke ordening geldt een voorlopige bestemming voor een termijn van ten hoogste tien jaar.
- 4. Het bestemmingsplan kan de door het gemeentebestuur gestelde regels als bedoeld in artikel 108 van de Gemeentewet bevatten die geheel of gedeeltelijk betrekking hebben op de fysieke leefomgeving.
- 5. De regels in het bestemmingsplan kunnen voorts inhouden een verbod om zonder voorafgaande melding aan burgemeester en wethouders een daarbij aangewezen activiteit te verrichten.
- 6. In het bestemmingsplan kunnen tevens regels worden gesteld waarvan de uitleg bij de uitoefening van een bij die regels aan te geven bevoegdheid afhankelijk wordt gesteld van beleidsregels. Daarbij kan worden bepaald dat de beleidsregels worden vastgesteld door de raad of door burgemeester en wethouders.
- 7. Als de regels, bedoeld in het zesde lid, betrekking hebben op het uiterlijk van bouwwerken en bij de toepassing een interpretatie behoeven, stelt de raad de criteria vast die worden toegepast bij de beoordeling van het uiterlijk van een bouwwerk waarop de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit betrekking heeft. Deze criteria zijn zoveel mogelijk toegesneden op de onderscheiden bouwwerken. In afwijking van artikel 12b van de Woningwet wordt het advies van de welstandscommissie dan wel de stadsbouwmeester slechts op die criteria gebaseerd.
- 8. Voor de in het experiment betrokken bestemmingsplannen geldt dat indien daarin onbenutte bouw- of gebruiksmogelijkheden worden wegbestemd, de planschade in ieder geval als voorzienbaar in de zin van artikel 6.3, aanhef en onder a, van de Wet ruimtelijke ordening wordt aangemerkt, indien:
- a. deze herziening ten minste drie jaar voor de vaststelling van het bestemmingsplan is aangekondigd;
- b. van de voorgenomen herziening kennis is gegeven aan de eigenaren in het gebied, en
- c. gedurende deze termijn de mogelijkheid bestond de bouw- of gebruiksmogelijkheden te realiseren.
- 9. Bij de voorbereiding, vormgeving, inrichting en beschikbaarstelling van het bestemmingsplan kan worden afgeweken van:
- a. de volgende artikelen van het Besluit ruimtelijke ordening:
- 1.2.1, tweede lid, en 1.2.1a, onderdeel a, onder de voorwaarde dat het ontwerp van het bestemmingplan of het vastgestelde bestemmingsplan elektronisch op een algemeen toegankelijke wijze beschikbaar wordt gesteld en blijft op een door de raad te bepalen internetadres. In dat geval bevat de landelijke voorziening, bedoeld in artikel 1.2.1, tweede lid, een verwijzing naar dit internetadres;
- 3.1.6, eerste lid, onder f, en vijfde lid, onder c;
- b. de bij de ministeriële regeling, bedoeld in artikel 1.2.6 van het Besluit ruimtelijke ordening, gestelde regels of nadere regels.
- c. hoofdstuk VIIIa van de Wet geluidhinder, met dien verstande dat:
- in afwijking van afdeling 1 van dat hoofdstuk een besluit als bedoeld in artikel 110a van die wet deel kan uitmaken van het bestemmingsplan, en dat
- in afwijking van afdeling 2 van dat hoofdstuk de mate van detail van de ten behoeve van de vaststelling van de geluidbelasting te verrichten akoestische onderzoeken kan worden afgestemd op het detailniveau en de fase van voorbereiding van het bestemmingsplan;
- d. artikel 5.4 van het Besluit geluidhinder, met dien verstande dat:
- een besluit als bedoeld in artikel 110a van de Wet geluidhinder deel kan uitmaken van het bestemmingsplan en
- de mate van detail van de ten behoeve van de vaststelling van de geluidbelasting te verrichten akoestische onderzoeken kan worden afgestemd op het detailniveau en de fase van voorbereiding van het bestemmingsplan.
- a. de volgende artikelen van het Besluit ruimtelijke ordening:
- 10. Bij de vaststelling van het bestemmingsplan kan de raad besluiten af te wijken van artikel 6.12, eerste en derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening, met dien verstande dat een exploitatieplan door burgemeester en wethouders kan worden vastgesteld bij een omgevingsvergunning voor het bouwen.
- 11. Indien toepassing wordt gegeven aan het tiende lid, geldt dat:
- a. artikel 6.12, tweede lid, van de Wet ruimtelijke ordening van toepassing is op de omgevingsvergunning voor het bouwen;
- b. in afwijking van artikel 6.14, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening, afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is op de voorbereiding van het exploitatieplan;
- c. daarvoor in het bestemmingsplan een of meer exploitatiegebieden worden aangewezen;
- d. in aanvulling op artikel 2.10, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de omgevingsvergunning voor het bouwen kan worden geweigerd als de exploitatieopzet als bedoeld in artikel 6.13, eerste lid, onder c, van de Wet ruimtelijke ordening, een tekort bevat, dat niet is gedekt;
- e. als de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt geweigerd, de exploitatieopzet als bedoeld in onderdeel d, deel uitmaakt van dat besluit.
- 12. Artikel 8.42b van de Wet milieubeheer en artikel 2.19 van het Activiteitenbesluit milieubeheer zijn op het bestemmingsplan van overeenkomstige toepassing.
- 13. De raad kan de bevoegdheid tot het vaststellen van delen van het bestemmingsplan delegeren aan burgemeester en wethouders.
- 14. In aanvulling op artikel 3.6, eerste lid, onder c, van de Wet ruimtelijke ordening kan bij het bestemmingsplan worden bepaald dat het met het oog op de regels bedoeld in het eerste lid verboden is zonder omgevingsvergunning, gronden of bouwwerken te gebruiken voor een daarbij aangegeven activiteit, als de activiteit niet in strijd is met het bestemmingsplan. Voor toepassing van deze bepaling in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt deze vergunning aangemerkt als een vergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van die wet. De vergunning wordt verleend als wordt voldaan aan de daartoe in het bestemmingsplan gestelde voorwaarden.
- 15. In afwijking van artikel 2.8, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht juncto artikel 3.2, aanhef en onderdeel b, van de Regeling omgevingsrecht verstrekt de aanvrager in of bij de aanvraag om een vergunning voor het gebruiken van gronden of bouwwerken, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c, van die wet, gegevens en bescheiden over de gevolgen van het beoogde gebruik voor de fysieke leefomgeving.
- 16. In afwijking van artikel 2.12, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht kan een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van die wet worden verleend als de activiteit niet in strijd is met de regels, bedoeld in het eerste lid.
- 17. Dit artikel is van toepassing op de volgende plangebieden:
- a. [...]
- 18. Van de in dit artikel bedoelde bevoegdheid tot het vaststellen van bestemmingsplannen met verbrede reikwijdte kan gebruik worden gemaakt:
- a. [...]
3.1.2 Verbrede reikwijdte en planinhoud
Verbrede reikwijdte binnen een consoliderend bestemmingsplan
Het bestemmingsplan betreft een experiment op grond van de Crisis en herstelwet en heeft een verbrede reikwijdte. Deze verbreding van reikwijdte is in het voorliggende bestemmingsplan nog enigszins bescheiden.
De winst in dit bestemmingsplan zit niet zozeer in het verbreden van de reikwijdte, maar in het samenvoegen van de verschillende regelingen van alle vigerende bestemmingsplannen, uitwerkingsplannen, wijzigingsplannen en omgevingsvergunningen (projectbesluiten) tot één actueel bestemmingsplan met dezelfde regeling voor vergelijkbare functies en/of bouwwerken.
De verbreding is te vinden in het afwijken van de standaard voor vergelijkbare bestemmingsplannen (SVBP). Door het zogenaamde stapelen van functies, in plaats van gemengde bestemmingen, wordt het voor een burger en de professional duidelijker welke functies op een locatie zijn toegelaten.
Uitgangspunt bij het opstellen van het bestemmingsplan is dat nieuwe ontwikkelingen in principe niet worden meegenomen. Nieuwe ontwikkelingen zijn ontwikkelingen waarvoor het nodig is om een planologische procedure te doorlopen.
In het plangebied gelden op dit moment meer dan 100 (bestemmings)plannen. Zie voor een totaal overzicht van de op dit moment geldende plannen Bijlage 3 Overzicht plannen binnen plangebied. Deze plannen zijn vastgesteld in de periode vanaf 2009 tot heden. In deze 10 jaar tijd is beleid vernieuwd. Door de samenvoeging van deze plannen wordt al het geldende beleid van toepassing op het hele plangebied.
Planinhoud
In het bestemmingsplan zijn, ten opzichte van de huidige plannen, ook enkele veranderingen doorgevoerd, waar hieronder nader op in wordt gegaan.
- a. Combineren van maatschappelijke voorzieningen en sport
Iedereen, met of zonder beperking, moet op een gezonde en actieve wijze naar vermogen kunnen meedoen in de Deventer samenleving. Een voorbeeld is dat sport wordt ingezet om andere (maatschappelijke) doelen te realiseren. Het bestemmingsplan mag in deze ontwikkeling geen beperking zijn. Om die reden is ervoor gekozen om in alle (planologisch) bestaande maatschappelijke voorzieningen ook sportvoorzieningen mogelijk te maken én andersom. Feitelijk vindt deze combinatie van functies ook al plaats, denk aan de kinderopvang bij de voetbalvereniging en de judovereniging in het Kultuurhus. Door deze mogelijkheden in het bestemmingsplan nu ook vast te leggen wordt een planologische belemmering tot het uitvoeren van een maatschappelijke doelstelling weggenomen.
- b. Mogelijkheden voor opwekken duurzame energie
Deventer is in 2030 klimaat- en energieneutraal. Om deze ambitie waar te kunnen maken zijn er diverse projecten en ideeën in ontwikkeling. Ook het bestemmingsplan kan voor een deel een bijdrage leveren aan het realiseren van deze ambitie. Er zijn meerdere manieren om bijvoorbeeld het gebruik van duurzame energie op te nemen in het plan. In de gebieden Steenbrugge en Leisurezone Holterweg is dit opgenomen in de huidige bestemmingsplannen door het opnemen van een voorwaardelijke verplichting. Nieuwbouw dient hier voorzien te worden van een duurzame energievoorziening.
Het plangebied betreft echter voornamelijk bestaande bouw. Het is niet mogelijk om hier een verplichting op te nemen met betrekking tot duurzame energie. Wat wel mogelijk is, is het niet onmogelijk maken om voorzieningen te bouwen ten behoeve van duurzame energie. Dit gaat om het wegnemen van belemmeringen. Om dit te realiseren is in het bestemmingsplan in de functies Verkeer en Groen de mogelijkheid opgenomen om nutsvoorzieningen op te richten (dit was eerder ook al mogelijk), en dat hieronder ook voorzieningen voor het opwekken van duurzame energie worden verstaan. In de praktijk betekent dit dat in de openbare ruimte bijvoorbeeld zonnepanelen zijn toegelaten (denk aan het bouwen van zonnepanelen op parkeerterreinen, in bermen etcetera). Op deze voorzieningen zijn de bestaande bouwregels van toepassing, wat betekent dat de effecten op de ruimte in principe niet anders hoeven te zijn dan in de huidige situatie.
- c. Eetbare stad
In Deventer zijn een aantal locaties waar mensen elkaar kunnen ontmoeten en voedsel kunnen verbouwen. Deze locaties zijn waardevol voor de sociale samenhang en de cohesie in buurten. Het verbouwen van voedsel is echter planologisch gezien niet op alle locaties toegelaten. Alleen indien er een agrarische of een volkstuin functie in het bestemmingsplan staat, mag er voedsel verbouwd worden. In dit bestemmingsplan is geprobeerd deze belemmering weg te nemen. Aan de functie Groen is toegevoegd dat volkstuinen, moestuinen en/of schooltuinen toegelaten zijn, echter wel nadat hiervoor een omgevingsvergunning is verleend. Door het opnemen van deze vergunningsplicht kan de gemeente nog wel sturen op de locaties waar men deze initiatieven wil uitvoeren. Om te voorkomen dat er ongewenste bouwwerken ontstaan waardoor een verrommelde openbare ruimte ontstaat, is in de bouwregels bepaald dat ten dienste van de functie volkstuinen, moestuinen en/of schooltuinen niet mag worden gebouwd.
- d. Verbreding functies centrum Bathmen
In de dorpscentra van Diepenveen, Schalkhaar en zelfs Lettele en Okkenbroek zijn de percelen met een centrumfunctie in de huidige bestemmingsplannen breed bestemd met diverse functies. In het centrum van Bathmen kennen de percelen echter uitsluitend enkelvoudige functies. Als een winkel aanwezig is, is dit in het huidige bestemmingsplan bestemd als detailhandel. Andere functies zijn niet toegelaten.
In dit Chw bestemmingsplan is het nu ook voor het centrum van Bathmen mogelijk gemaakt bepaalde functies onderling uit te wisselen. Dit betekent dat er geen planologische procedures nodig zijn als een woning omgezet wordt naar winkel of andersom. De bouwregels blijven zoals bestaand, wat betekent dat de verruiming geen mogelijkheden biedt voor het uitbreiden of wijzigen van bebouwing, alle functies dienen binnen de bestaande bebouwing gevestigd te blijven. Indien dit niet mogelijk is, dient een aparte planologische procedure doorlopen te worden. Op deze wijze wordt de bestaande bebouwingsstructuur van dorpcentrum niet aangetast, ondanks dat meer flexibiliteit in gebruiksmogelijkheden wordt gecreëerd.
- e. Combineren van wonen en zorg
De grens tussen wonen en verzorgd wonen vervaagd. Steeds meer zorginstellingen hebben ook mogelijkheden tot regulier wonen (voorbeeld: studenten in verzorgingshuizen, partners zonder zorgvraag die bij partners met zorgvraag wonen, aanleunwoningen etc.). Ook in reguliere woningen wordt zorg aangeboden in diverse vormen, van ambulante zorg tot 24 uurs zorg.
In het verleden werd in de bestemmingsplannen een scherp onderscheid gemaakt tussen maatschappelijke instellingen (24-uurs zorg) en woningen. Deze functies waren niet uitwisselbaar. In dit plan is ervoor gekozen om bij de grote zorginstellingen, zowel maatschappelijke voorzieningen mogelijk te maken alsmede regulier wonen. Hiermee wordt ingespeeld op de bovengenoemde trend.
In regulieren woningen is het eveneens mogelijk om zorgwoningen te realiseren, echter zal hiervoor een omgevingsvergunning verleend moeten worden. Dit is afgestemd met onder andere de beleidsmedewerkers uit het Sociaal Domein. Het uitgangspunt is een ongedeelde samenleving waarin voor alle mensen ongeacht hun zorgvraag plek is. Sommige type zorgwoningen vragen echter meer van hun woonomgeving dan andere. Om de druk op het woon- en leefklimaat gelijkmatig te kunnen verdelen over de diverse wijken en buurten is het wenselijk middels een vergunningsplicht te kunnen sturen op de vestiging van de diverse zorgaanbieders.
- f. Aanpassing in regels Beschermd Stadsgezicht
In de binnenstad gelden aanvullende regels ter bescherming van het beschermd stadsgezicht. Deze regels waren in het bestemmingsplan Binnenstad opgenomen. De regels waren niet altijd even duidelijk omschreven. In dit Chw bestemmingsplan zijn de regels in combinatie met de aanduidingen op de verbeelding verduidelijkt, waardoor toetsing van de regels makkelijker wordt.
Nieuw in het Beschermd stadsgezicht is de aanduiding voor het beschermen van een aantal bijzondere ensembles. Deze ensembles betreffen meerdere panden die tezamen een belangrijke cultuurhistorische waarde hebben. Deze locaties zijn in dit bestemmingsplan aangeduid en hebben een bijbehorende planregel gekregen, die dient ter bescherming van de waarden van de betreffende gevelwanden.
- g. Begrenzing beschermde dorpsgezichten
Op meerdere locaties zijn beschermde dorpsgezichten aanwezig. Deze zijn in het verleden bij de digitalisering van de bestemmingsplannen opgenomen, waarbij de begrenzing over is genomen vanuit een tekstuele beschrijving. Deze begrenzing was echter niet op alle locaties de juiste. In dit plan is alsnog de juiste begrenzing opgenomen. Dit heeft tot gevolg dat op enkele locaties bijvoorbeeld een weg of groenstrook die eerder buiten de begrenzing viel, er nu binnen ligt.
- h. Gezondheid
Gezondheid is een van de thema's waar in de Omgevingswet aandacht aan wordt besteed. In dit bestemmingsplan is geen specifieke regeling opgenomen ten behoeve van het thema gezondheid. Dit betekent echter niet dat er geen rekening gehouden is met gezondheid.
In tegendeel, gezondheid is al jaren onderdeel van een goede ruimtelijke ordening. Zo wordt bij ontwikkelingen onderzocht of er gevolgen zijn voor een goed woon- een leefklimaat. De aspecten geluidhinder, externe veiligheid, bodemkwaliteit, geurhinder zijn maar een paar voorbeelden waaraan getoetst wordt. Als een van deze aspecten niet voldoet, kan er sprake zijn van een onvoldoende woon- of leefklimaat, wat gevolgen kan hebben voor de gezondheid van de bewoners van het gebied.
Een ander voorbeeld is de hiervoor genoemde combinatie van de functies Maatschappelijk en Sport. Door deze combinatie is het makkelijker om sporten op meerdere locaties mogelijk te maken, waardoor ook beweging in de wijken kan worden gestimuleerd. Een sportvoorziening kan altijd dichtbij zijn.
- i. Afstemming met Verordening fysieke leefomgeving
Het voorliggende Chw bestemmingsplan'Deventer, stad en dorpen' is tegelijk met de 'Verordening fysieke leefomgeving' opgesteld. Dit heeft het mogelijk gemaakt om beide producten op elkaar af te stemmen. Dit heeft erin geresulteerd de regels uit de APV over uitstallingen op de weg en ligplaatsen van woonboten opgenomen zijn in het bestemmingsplan en niet langer in de verordening.
3.2 Artikelgewijze Plantoelichting
In dit Chw bestemmingsplan zijn de regels voor de bestemmingen gekoppeld aan vlakken op de verbeelding. Hierbij is niet de standaard indeling van de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP2012) aangehouden, maar is gekozen voor een andere indeling. De regels zijn direct gekoppeld aan vlakken op de digitale verbeelding. Door in de digitale verbeelding van het plan te klikken op een locatie is hierdoor meteen duidelijk welke regels van toepassing zijn. De vlakken zijn onderverdeeld in de volgende hoofdstukken:
- Hoofdstuk 1 Inleidende regels
- Hoofdstuk 2 Functieregels
- Hoofdstuk 3 Bouwregels
- Hoofdstuk 4 Voorlopige regels
- Hoofdstuk 5 Uitwerkingsgebieden
- Hoofdstuk 6 Wijzigingsgebieden
- Hoofdstuk 7 Dubbelbestemmingen
- Hoofdstuk 8 Gebiedsaanduidingen
- Hoofdstuk 9 Algemene regels
- Hoofdstuk 10 Overgangs- en slotregels
De Bijlagen bij de regels zijn niet gekoppeld aan de verbeelding, maar zijn gekoppeld aan artikelen in de regels.
Hieronder is per hoofdstuk omschreven wat de regels zijn en zijn de uitgangspunten voor die regels benoemd.
3.2.1 Inleidende regels
Hoofdstuk 1 Inleidende regels:
Hoofdstuk 1 bevat de inleidende regels. Deze regels beogen een eenduidige interpretatie en toepassing van de overige, meer inhoudelijke regels en van de verbeelding te waarborgen. Hierin zijn twee artikelen opgenomen: Artikel 1 Begrippen en Artikel 2 Wijze van meten. Deze regels dienen ter verduidelijking van de in de andere regels opgenomen begrippen en op welke manier gemeten dient te worden.
De artikelen 1 en 2 bevatten begripsomschrijvingen respectievelijk planregels omtrent de wijze van meten. Het voert te ver om hier uitgebreid bij alle begrippen stil te staan, maar wel verdienen enkele voor de dagelijkse gebruikspraktijk belangrijke begrippen aandacht. Het betreft hier met name de begrippen bestemmingsvlak, bouwvlak en bouwperceel. Tevens wordt ingegaan op de definitie van woning.
bestemmingsvlak
Een bestemmingsvlak is een op de verbeelding aangegeven vlak met eenzelfde bestemming. De bij een bestemming behorende planregels gelden afzonderlijk voor elk bestemmingsvlak met die bestemming.
bouwvlak
In de bestemmingsvlakken is op de verbeelding een bouwvlak aangegeven. Een bouwvlak is een op de analoge en digitale verbeelding aangegeven vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid waarop gebouwen zijn toegestaan. Hoofdregel is dat buiten het bouwvlak geen gebouwen mogen worden opgericht, doch uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Uitzondering hierop is dat bijgebouwen, aanbouwen en uitbouwen ook geplaatst mogen worden binnen de aanduiding 'bijgebouwen'.
woning/wooneenheid
Een woning is gedefinieerd als 'een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de huisvesting van personen'. Deze definitie wordt gehanteerd omdat steeds meer verschillende vormen van samenleven in een woning plaatsvinden die niet behoren tot het traditionele (al dan niet één persoons-) huishouden. Hierbij kan gedacht worden aan woongroepen, begeleid zelfstandig wonen, kamerbewoning e.d.
3.2.2 Functieregels
Hoofdstuk 2 Functieregels bevat de planregels in verband met de bepalingen met betrekking tot de toegelaten functies, oftewel, waar mag je de locatie voor gebruiken. Per op de verbeelding aangegeven functie bevat dit hoofdstuk planregels, welke specifiek voor die functie gelden. In dit hoofdstuk zijn Artikel 3 tot en met Artikel 183 opgenomen.
Hierna volgt een korte toelichting en beschrijving van de verschillende functieregels in dit bestemmingsplan per hoofdgroep.
3.2.3 Bouwregels
Hoofdstuk 3 Bouwregels bevat de planregels in verband met de bepalingen met betrekking tot het bouwen. De bouwregels geven een antwoord op de vraag wat op de locatie gebouwd mag worden met bijbehorende maatvoering. Het betreft Artikel 184 tot en met Artikel 223, genummerd als Bouwregel-01 tot en met Bouwregel-40.
Voorheen waren de functionele regels en de bouwregels opgenomen in één bestemming. Doordat in dit bestemmingsplan de keuze is gemaakt om de functies op locaties te 'stapelen', is er geen sprake meer van een gemengde bestemming. Aangezien op een locatie wel meerdere functies aanwezig kunnen zijn, maar niet meerdere bouwregels, is ervoor gekozen om de bouwregels in aparte regels op te nemen.
3.2.4 Voorlopige regels
In Hoofdstuk 4 Voorlopige regels zijn de functies opgenomen met een tijdelijk karakter. Het betreft Artikel 225 Parkeergarage - voorlopig en Artikel 226 Studentenhuisvesting - voorlopig. Voor beide regels is een voorlopige en een definitieve functie opgenomen. Na de opgenomen einddatum van de voorlopige functie, zal automatisch de definitieve functie geldend zijn.
In Artikel 225 Parkeergarage - voorlopig is een voorlopige bestemming opgenomen ten behoeve van de Brinkgarage. Voor deze parkeergarage is een omgevingsvergunning verleend waarin is opgenomen dat de garage in stand mag blijven tot 24 juni 2023. Ten tijde van het opstellen van dit bestemmingsplan is nog geen duidelijkheid over het voortbestaan van de parkeergarage. Om die reden is de bestaande situatie vastgelegd, waarbij ook de instandhoudingstermijn is overgenomen. Na het verstrijken van deze termijn zal de bestemming automatisch overgaan in de definitieve functie Verkeer met de daarbij behorende Bouwregel-26.
In Artikel 226 Studentenhuisvesting - voorlopig is een voorlopige bestemming opgenomen ten behoeve van de gerealiseerde Studentenhuisvesting aan het Teugseplein. Voor deze studentenwoningen is een omgevingsvergunning verleend, waarin is opgenomen dat de studentenwoningen mogen worden gebruikt tot 1 februari 2027. Na het verstrijken van deze termijn zal de bestemming automatisch overgaan in de definitieve functies Maatschappelijk en/of Kantoor binnen het bouwvlak en Verkeer buiten het bouwvlak, met de daarbij behorende bouwregels. Deze definitieve functie is overgenomen uit de planologische situatie zoals opgenomen in het bestemmingsplan Buitengracht-Oost.
3.2.5 Uitwerkingsgebieden
Hoofdstuk 5 Uitwerkingsgebieden betreft een aantal gebieden waar een uitwerkingsplicht van toepassing is. Het gaat hierbij om gebieden waar het bestemmingsplan eerst moet worden uitgewerkt voordat er omgevingsvergunningen voor het bouwen kunnen worden verleend. Op deze gebieden zijn de bepalingen uit hoofdstuk 2 en 3 niet van toepassing. In deze regels zijn de functie- en bouwregels wel gecombineerd. Het betreft de gebieden binnen de wijken Eikendal, Rivierenwijk en Steenbrugge.
3.2.6 Wijzigingsgebieden
Hoofdstuk 6 Wijzigingsgebieden betreft een aantal gebieden waar een wijzigingsbevoegdheid is opgenomen. Het gaat hierbij om gebieden waar, onder voorwaarden, het college van Burgemeester en wethouders het plan kunnen wijzigen naar een andere functie met bepaalde bouwregels. De onderliggende functies en bouwregels blijven gelden tot van de wijzigingsbevoegdheid gebruik is gemaakt, hierdoor zijn de bepalingen uit hoofdstuk 2 en 3 wel van toepassing op deze gebieden.
3.2.7 Dubbelbestemmingen
Hoofdstuk 7 Dubbelbestemmingen bevat dubbelbestemmingen. De in dit plan opgenomen dubbelbestemming overlappen de functieregels en bouwregels en geven eigen regels, waarbij sprake is van een rangorde tussen de functie- en bouwregels en de dubbelbestemmingen. De dubbelbestemmingen hoeven het gehele plangebied niet te bedekken. Met de dubbelbestemming wordt een zone op de verbeelding aangegeven waar beperkingen gelden voor bijvoorbeeld het gebruik en/of de bouwmogelijkheden. Het gaat hierbij om de bescherming van Leidingen, Archeologische waarden, Beschermde stads- en dorpsgezichten, Groeiplaatsen van bomen, Waardevolle binnentuinen, Natuurwaarden en diverse waterkundige belangen.
Het doel van de dubbelbestemmingen en gebiedsaanduidingen is het beperken van gebruiks- en bouwmogelijkheden of juist om bepaalde ontwikkelingen mogelijk te maken. De toegelaten functie- en bouwregels geven in die gevallen onvoldoende bescherming of mogelijkheden voor het betreffende gebied.
In een gebied kunnen meerdere functieregels en dubbelbestemmingen aanwezig zijn. In een dubbelbestemming zijn ook bouwregels opgenomen, waardoor in een gebied twee bouwregels kunnen gelden.
De dubbelbestemming heeft altijd voorrang op de functie- en de bouwregels uit hoofdstuk 2 en 3. Reden voor deze voorrangsregel is, dat de toegekende dubbelbestemming een bijzonder belang vertegenwoordigt dat zo zwaarwegend is, dat andere ruimtelijke belangen daarvoor moeten wijken. Indien er sprake is van meerdere dubbelbestemmingen op één locatie, dan geldt er geen voorrangsbepaling. De dubbelbestemmingen zijn gelijkwaardig aan elkaar. Dit houdt wel in dat er op bepaalde locaties altijd afgeweken moet worden van het bestemmingsplan om bepaalde bouwwerkzaamheden te kunnen uitvoeren.
Als voorbeeld: Als er op een locatie zowel de dubbelbestemming Hoogspanningsleiding als Leiding – Gas aanwezig is, dan wordt aan beide dubbelbestemmingen getoetst. Bij het plan om een bouwwerk ten behoeve van de hoogspanningsleiding te bouwen, ontstaat er een strijdigheid met de dubbelbestemming Leiding – Gas. Het bouwwerk kan alleen gebouwd worden met omgevingsvergunning in afwijking van het bestemmingplan waarbij advies wordt ingewonnen bij de leidingbeheerder van de gasleiding. Andersom geldt dat indien er een plan ligt om een bouwwerk ten behoeve van de gasleiding te bouwen, dat hiervoor eveneens omgevingsvergunning in afwijking van het bestemmingplan moet worden aangevraagd waarbij advies wordt ingewonnen bij de leidingbeheerder van de hoogspanningsverbinding. Bij het plan om op deze locatie een bouwwerk te bouwen voor bijvoorbeeld een woonfunctie, moet advies worden ingewonnen bij zowel de beheerder van de gasleiding alsmede de beheerder van de hoogspanningsverbinding.
Leidingen
Leiding - Gas: De in het plangebied aanwezige hoofdtransportgasleidingen met de daarbij behorende belemmeringenstrook hebben deze dubbelbestemming gekregen. Binnen deze dubbelbestemming gelden bepalingen met het oog op de bescherming van en de veiligheidssituatie rond deze leiding. Door de regel dat voor het uitvoeren van een werk, geen gebouw zijnde, of van werkzaamheden een omgevingsvergunning moet worden aangevraagd, kan controle worden uitgeoefend op met name grondroeringen (bijv. graafactiviteiten in het kader van bouw- en andere activiteiten).
Leiding - Hoogspanningsverbinding: De hoogspanningsverbinding met de daarbij behorende bebouwingsvrije/risico- zones heeft de dubbelbestemming 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' gekregen. Het oprichten van hoogspanningsmasten is binnen deze bestemming mogelijk. Binnen deze dubbelbestemming gelden bepalingen met het oog op de bescherming van en de veiligheidssituatie rond deze leiding. Door de regel dat voor het uitvoeren van een werk, geen gebouw zijnde, of van werkzaamheden een omgevingsvergunning moet worden aangevraagd, kan controle worden uitgeoefend op bouw- en andere activiteiten nabij de leiding.
Archeologische waarden
In dit bestemmingsplan zijn diverse archeologische waarden aanwezig. Deze waarden worden beschermd door middel van dubbelbestemmingen. Deze dubbelbestemmingen kennen allen dezelfde elementen maar variëren onder andere in de gehanteerde oppervlaktegrenzen. Deze oppervlaktegrenzen bepalen welke ingrepen zonder archeologische voorwaarden aan bouwregels of omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde of van werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd.
Op gronden met de dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 2 mogen werkzaamheden tot een oppervlakte van 1.000 m² zonder archeologische voorwaarden worden uitgevoerd. Ook werkzaamheden die niet dieper reiken dan 0,5 m zijn vrijgesteld. Bij werkzaamheden die leiden tot een verstoring tussen 1000 m² en 2.500 m² dieper dan 0,5 m geldt een meldingsplicht. Bij werkzaamheden die leiden tot een verstoring groter dan 2.500 m² en dieper dan 0,5 m dient bij de aanvraag een archeologisch rapport te worden overlegd. Op basis van dit rapport kunnen voorwaarden aan de vergunning worden verbonden.
Op gronden met de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 3' mogen werkzaamheden tot een oppervlakte van 200 m² zonder archeologische voorwaarden worden uitgevoerd. Ook werkzaamheden die niet dieper reiken dan 0,5 m zijn vrijgesteld. Bij werkzaamheden die leiden tot een verstoring tussen 200 m² en 500 m² dieper dan 0,5 m geldt een meldingsplicht. Bij werkzaamheden die leiden tot een verstoring groter dan 500 m² en dieper dan 0,5 m dient bij de aanvraag een archeologisch rapport te worden overlegd. Op basis van dit rapport kunnen voorwaarden aan de vergunning worden verbonden.
Op gronden met de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 4' mogen werkzaamheden tot een oppervlakte van 100 m² zonder archeologische voorwaarden worden uitgevoerd. Ook werkzaamheden die niet dieper reiken dan 0,5 m zijn vrijgesteld. Bij werkzaamheden die leiden tot een verstoring tussen 100 m² en 200 m² dieper dan 0,5 m geldt een meldingsplicht. Bij werkzaamheden die leiden tot een verstoring groter dan 200 m² en dieper dan 0,5 m dient bij een aanvraag een archeologisch rapport te worden overlegd. Op basis van dit rapport kunnen voorwaarden aan de vergunning worden verbonden.
Op gronden met de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 5' mogen werkzaamheden tot een oppervlakte van 10 m² zonder archeologische voorwaarden worden uitgevoerd. Ook werkzaamheden die niet dieper reiken dan 0,3 m zijn vrijgesteld. Bij werkzaamheden die leiden tot een verstoring tussen 10 m² en 40 m² dieper dan 0,3 m geldt een meldingsplicht. Bij werkzaamheden die leiden tot een verstoring groter dan 40 m² en dieper dan 0,3 m dient bij een aanvraag een archeologisch rapport te worden overlegd. Op basis van dit rapport kunnen voorwaarden aan de vergunning worden verbonden.
Op gronden met de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 6' mogen werkzaamheden tot een oppervlakte van 5 m² zonder archeologische voorwaarden worden uitgevoerd. Bij werkzaamheden die leiden tot een verstoring groter dan 5 m² en dieper dan 0,3 m dient bij een aanvraag een archeologisch rapport te worden overlegd. Op basis van dit rapport kunnen voorwaarden aan de vergunning worden verbonden.
Bij werkzaamheden op gronden met de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 7' die leiden tot een verstoring van de bodem dient bij de aanvraag een archeologisch rapport te worden overlegd. Bij werkzaamheden die leiden tot een verstoring dieper dan 0,3 m dient bij een aanvraag een archeologisch rapport te worden overlegd. Op basis van dit rapport kunnen voorwaarden aan de vergunning worden verbonden.
Cultuurhistorische waarden
De dorpen Schalkhaar, Diepenveen, Lettele, Okkenbroek kennen allen een beschermd dorpsgezicht. In de dubbelbestemming Waarde - Beschermd dorpsgezicht worden de ter plaatse cultuurhistorische waarden beschermd door een bouwverbod waarvan alleen afgeweken kan worden als de cultuurhistorische waarden niet worden geschaad. Op het Brinkgreventerrein zijn eveneens cultuurhistorische waarden aanwezig. Om deze te beschermen is ook hiervoor een dubbelbestemming Waarde - Beschermd dorpsgezicht opgenomen.
De dubbelbestemming 'Waarde - Beschermd stadsgezicht' ligt nagenoeg over de hele binnenstad van Deventer, met uitzondering van een deel ter hoogte van het station en een deel aan de Pikeursbaan en de Verzetslaan. Deze dubbelbestemming valt samen met het op grond van de Monumentenwet aangewezen gebied van het beschermd stadsgezicht. Het doel van het bestemmingsplan is de essentiële waarden van dit beschermd stadsgezicht te beschermen.
Voor alle beslissingen die een wijziging van bebouwing met zich meebrengen is vooraf een advies van de planadviesraad monumenten en beschermd stadsgezicht nodig.
Daarnaast geldt voor het hele beschermde stadsgezicht dat er een bepaling is opgenomen voor het afdekken van gebouwen met een kap. In het plangebied komen overwegend de volgende kapvormen voor: zadeldak, schilddak en afgeknot schilddak, dan wel samengestelde delen van deze kapvormen. Om het bestaande bebouwingsbeeld zo veel mogelijk te kunnen behouden, is vastgelegd dat de gebouwen waar zowel de goot- als de bouwhoogte is geregeld, worden voorzien van een traditionele kapvorm. Binnen de marges van de op de plankaart opgenomen goot- en bouwhoogte, kunnen de kappen worden gerealiseerd. Bestaande afwijkingen worden gerespecteerd.
Op een aantal locaties zijn in de bouwregels van de dubbelbestemmingen 'Gevelbepalingen' opgenomen. Hier is het van belang dat de bebouwing in de gevellijn wordt gebouwd. Dit betreft gebieden waar het beloop van de wegen, de situering van de bebouwing ten opzichte van de weg (aanwezigheid voorgevelrooilijn) en de bebouwingsschaal c.q. het ruimtelijk profiel (de verhouding tussen bebouwing en openbare ruimte) historisch van belang zijn. Voor nieuwe ontwikkelingen betekent dit dat de schaalmogelijkheden van bebouwing worden getoetst aan het silhouet van het beschermd stadsgezicht en aan de waarde en betekenis van de aangrenzende openbare ruimte. De bestaande bebouwing wordt in het algemeen gedomineerd door betrekkelijk kleinschalige gebouwen met een beperkte gevelbreedte. Het behoud hiervan wordt geregeld via een bepaling dat de gevels niet breder mogen zijn dan 8,00 meter (met uitzondering van de bestaande situaties).
Op een aantal locaties wordt, naast de ruimtelijke hoofdstructuur, ook de onderlinge samenhang in de bebouwing beschermd. Niet alleen de rooilijn en bebouwingsschaal zijn bepalend, maar ook de hoofdvorm en het ritme van de bebouwing. Van belang is dat aanwezige variaties in het bebouwingsbeeld gehandhaafd blijven. Hiertoe is de aanduiding 'Bouwvorm' opgenomen.
De gebieden met de aanduiding 'Verticale gevelindeling' zijn vanuit ruimtelijk en cultuurhistorisch perspectief het meest waardevol. Naast situering van de bebouwing en de schaal, de hoofdvorm en het ritme, is ook de detaillering en de architectuur van het individuele pand van belang. In de gevelwanden binnen deze gebieden vormen de vele monumenten de leidraad voor het beschermingsregime.
De gevelindeling van de gebouwen kenmerkt zich doordat de hoogte van de openingen van de in de rooilijn gebouwde gevels in het algemeen groter is dan de breedte van de openingen. Dit geldt echter niet voor de begane grond (eerste bouwlaag) in het kernwinkelgebied, in verband met het kunnen realiseren van etalages.
Overige beschermde waarden
In het plangebied groeien diverse beschermenswaardige bomen. Een aantal van deze locaties zijn beschermd door de dubbelbestemming 'Waarde - Groeiplaats boom'. Binnen deze dubbelbestemming geldt dat voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden een omgevingsvergunning nodig is. Op deze wijze kunnen binnen de groeiplaats van de boom geen ingrepen plaatsvinden, die de boom mogelijk schaden.
Ten oosten van de Vijfhoek ligt het natuurgebied Gooiersmars. De natuurlijke waarden in dit gebied hangen zeer nauw samen met de kwaliteit en de hoogte van het grondwater. Ondanks de realisering van een bufferzone is het gewenst dat maatregelen in een deel van de Vijfhoek, Graveland, die mogelijkerwijs van invloed zouden kunnen zijn op de kwaliteit of de stand van het grondwater in de Gooiersmars, nader worden beoordeeld op hun aanvaardbaarheid. Hiertoe is de dubbelbestemming Waarde - Natuur opgenomen. Hierin is een regeling opgenomen om het bouwen op een te grote diepte tegen te gaan, dan wel nader te kunnen beoordelen en tevens geldt een vergunningsplicht voor het uitvoeren van een werk, geen gebouw zijnde of van werkzaamheden.
De binnenstad van Deventer neemt een centrale plaats in binnen de stedelijke groenstructuur. Deze kwaliteit wordt bepaald door de stadswallen, de stadsgrachten, het Rijsterborgherpark, de binnentuinen, hofjes en de monumentale bomen. Verspreid in de binnenstad zijn meerdere waardevolle binnentuinen aanwezig: kleinschalige rustgebieden in de drukke binnenstad. Binnentuinen en verschillende hofjes, moeten onbebouwd blijven en door een groene inrichting hun karakter behouden. Ook mogen waardevolle binnentuinen niet worden gebruikt voor het parkeren. Het maakt niet uit of het nu gesloten particuliere of openbare binnentuinen zijn. Om deze binnentuinen te beschermen is op deze locaties de dubbelbestemming Waarde - Waardevolle binnentuin opgenomen.
Waterbelangen
In Deventer is in een deel van het Nieuwe Plantsoen een waterwingebied aanwezig. In de provinciale verordening Overijssel 2017 is voor waterwingebieden bepaald dat in het bestemmingsplan een specifieke aanduiding opgenomen dient te worden waarbij alleen functies toegelaten worden die ten dienste staan aan de drinkwaterwinning. Om hier uitvoer aan te geven is de locatie aangeduid met de dubbelbestemming Waarde - Waterwingebied. Hierin is opgenomen dat gronden binnen deze aanduiding uitsluitend bestemd zijn voor de drinkwaterwinning en de bescherming en veiligstelling van de bodem- en (grond)waterkwaliteit ten behoeve van de drinkwatervoorziening.
Met de dubbelbestemming 'Waterstaat - Waterbergingsgebied' wordt de waterbergingscapaciteit in de gebieden langs de belangrijke waterlopen gewaarborgd. De gebieden die een beekdal vormen, zijn eveneens gelegen binnen deze dubbelbestemming.
Ingevolge het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening, Artikel 2.3.3. geeft een bestemmingsplan de bestemming «waterkering» aan gronden waarop een primaire waterkering ligt of die de functie van primaire waterkering hebben. In deze dubbelbestemming moet worden opgenomen dat indien andere functies aanwezig zijn binnen de waterkering, dat door deze functies geen belemmeringen kunnen ontstaan voor het onderhoud, de veiligheid of mogelijkheden voor versterking van de primaire waterkering. In de dubbelbestemming 'Waterstaat - Waterkering' zijn de primaire waterkeringen begrepen. De primaire keringen zijn de keringen langs de is de waterkering langs de IJssel en de Schipbeek. De A1 is ook een primaire kering, maar deze valt net buiten het plangebied. De beschermingszone van de A1 ligt (deels) wel in het plangebied.
Het gaat hier zowel om de kernzone van de waterkering als om de bijbehorende beschermingszone. Voor de waterkeringen zijn in de Keuren van de betrokken waterschappen beschermingszones en bijbehorende bepalingen aangegeven. Binnen deze dubbelbestemming kunnen bouwwerken ten dienste van andere functies worden gerealiseerd, mits de waterkeringbeheerder, zijnde het desbetreffende waterschap, daarmee kan instemmen. Het waterschap zal in dat geval ontheffing verlenen van de verbodsbepalingen opgenomen in de betreffende Keur. Op deze manier wordt een verantwoord 'waterkerings'-besluit genomen en zullen alleen functies combineerbaar zijn die zich verdragen met de functie waterkering.
Langs de Snipperlingsdijk, het Overijssels Kanaal en de Siemelingsweg liggen overige keringen, deze zijn beschermd middels de Keur en zijn niet als dubelbestemming opgenomen in dit Chw bestemmingsplan.
Gronden met deze dubbelbestemming 'Waterstaat - Waterstaatkundige functie' zijn mede bestemd voor de afvoer van hoog oppervlaktewater, sediment en ijs, voor de waterhuishouding, en voor aanleg, onderhoud en verbetering van de hoofdwaterkering, alsmede voor de vergroting van afvoercapaciteit. Ten dienste van waterstaatkundige doeleinden mogen scheepvaarttekens en bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden opgericht.
3.2.8 Gebiedsaanduidingen
Hoofdstuk 8 Gebiedsaanduidingen:
Hoofdstuk 8 bevat gebiedsaanduidingen. Deze gebiedsaanduidingen worden gebruikt om bepaalde zaken binnen een functieregel, bouwregel of dubbelbestemming nader of specifieker te regelen. Het gaat om de aanduiding van aanlegstelsel, de evenementenlocaties, geluid- en geurzones, grondwaterbeschermings- en intrekgebieden, uitstallingen, diverse veiligheidszones, vrijwaringszones voor de dijk en specifieke regels voor wonen in het Havenkwartier, welke gelden op de locatie grenzend aan de mr. H.F. de Boerlaan.
Aanlegstelsels
De aanduidingen 'aanlegstelsel agrarisch met waarden' en 'aanlegstelsel natuur' zijn opgenomen binnen de agrarische functies en binnen de functie Natuur. Middels een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden kan beoordeeld worden of bepaalde ingrepen leiden tot onevenredige schade aan de ter plaatse geldende waarden of dat door het stellen van nadere voorwaarden voorkomen kan worden dat schade wordt toegebracht. Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken is niet noodzakelijk voor werken en werkzaamheden die betrekking hebben op normaal beheer en onderhoud overeenkomstig de toegelaten functie.
Woningbouwcategorieën
In twee gebieden worden regels gesteld aan de woningbouwcategorieën.
Ter plaatse van de aanduiding 'doelgroepen woningbouw Landsherenlaan' geldt dat minimaal 20% van de woningen als sociale koopwoning moet worden gebouwd. Dit betreft de woningen aan de Landsherenlaan.
Ter plaatse van de aanduiding 'doelgroepen woningbouw Spijkvoorderenk' geldt dat niet minder dan 20% en niet meer dan 40% van de woningen mag worden gebouwd in particulier opdrachtgeverschap. Verder mag niet minder dan 30% en niet meer dan 60% van de woningen worden gebouwd als socialewoningbouw. De categorie sociale woningbouw is verder uitgesplitst in de categorieën sociale huurwoning, sociale koopwoning hoog en sociale koopwoning laag. Dit gaat om het hele gebied Spijkvoorderenk/De Vijfde Hoek.
Evenementenlocaties
Ook evenementenlocaties zijn in dit bestemmingsplan opgenomen als gebiedsaanduidingen. Het gaat om de locaties waar volgens de huidige bestemmingsplannen evenementen zijn toegelaten. Voor de evenementen geldt dat voor een aantal locaties specifieke gebruiksbepalingen gelden. Deze gebruiksmogelijkheden zijn overgenomen uit de huidige bestemmingsplannen of verleende vergunningen. Voor een aantal locaties betekent dit dat er geen specifieke gebruiksbepalingen zijn opgenomen. Het evenementenbeleid wordt in de komende periode nader uitgewerkt, waarbij voor alle evenementenlocaties profielen worden opgesteld. Zodra deze profielen gereed zijn kunnen deze vertaald worden in een herziening van dit bestemmingsplan.
De aanduiding 'evenementenlocatie' bevat geen nadere gebruiksbepalingen. Deze aanduiding geldt onder andere in de binnenstad en op het evenemententerrein De Kuip.
In Loo geldt dat de voor de evenementen is aangesloten bij de bepalingen zoals opgenomen in het buitengebied. Deze zijn opgenomen in de aanduiding 'evenementenlocatie Loo'.
Voor de 'evenementenlocatie Roland Holstlaan' geldt dat er uitgebreide gebruiksregels zijn opgenomen. Deze zijn overgenomen uit het voorgaande bestemmingsplan.
Voor de locatie De Scheg is recent een vergunning verleend in afwijking van het bestemmingsplan ("uitbreiden van de gebruiksmogelijkheden op het perceel Piet van Donkplein 1, 7422 LW te Deventer", nummer Z2018-00013071, d.d. 16 juli 2019). Deze vergunning is verwerkt door het opnemen van een gebiedsaanduiding evenementenlocatie De Scheg'. Binnen deze aanduiding zijn specifieke gebruiksregels opgenomen. Binnen De Scheg zijn in basis activiteiten toegestaan die relatie hebben met de functie Sport. Dit houdt in dat sportgerelateerde evenementen passen binnen de toegelaten functie. Onder kleine, niet sportgerelateerde evenementen wordt verstaan evenementen met maximaal 2.000 bezoekers, zoals een concert en fandagen. Voor deze kleine evenementen geldt in de avondperiode een maximaal geluidsniveau van 64 dB(A), waarbij in de dag- en nachtperiode lagere normen zijn opgenomen. Grote, niet sportgerelateerde evenementen zijn evenementen met maximaal 5.000 bezoekers, zoals beurzen en rommelmarkten. Voor deze evenementen geldt dat er minder geluid gemaakt mag worden, namelijk maximaal 56 dB(A). De onderbouwing van de betreffende geluidnormen en andere relevante milieuaspecten is opgenomen in de onderzoeken behorende bij de genoemde vergunning (Witteveen + Bos, Milieuondersteuning Sportbedrijf Deventer, projectcode 107153, d.d. 19 juni 2019).
Milieuzones
De geluidzone - industrie betreft de invloedszone van geluid vanuit het bedrijventerrein Bergweide. Ook zit deze zone rond de rioolwaterzuiveringsinstallatie aan de Roland Holstlaan. Nieuwvestiging van geluidsgevoelige gebouwen en terreinen is binnen deze zone niet toegestaan, mits er een hogere waarde is vastgesteld.
Voor de het crematorium aan de Raalterweg is het aspect geur bepalend. Vanuit het principe van omgekeerde werking dient gemeten vanaf het bouwvlak (de juridisch planologische perceelsgrens van het crematorium) een afstand van 100 meter tot woonbebouwing in acht te worden gehouden. Voor het aspect geluid geldt een afstand van 30 meter en voor andere aspecten 0 meter. In het bestemmingsplan wordt een zone van minimaal 100 meter opgenomen. Deze zone is opgenomen middels de gebiedsaanduiding 'milieuzone - geurzone 1'.
Aan de Raalterweg is een geitenboerderij aanwezig. Ten aanzien van dit bedrijf dient een geurzone van 180 meter in acht wordt genomen, waarbinnen geen geurgevoelige objecten mogen worden opgericht. Deze zone is bepaald met behulp van de V-stacks-berekening. Er is daarbij uitgegaan van het principe van de omgekeerde werking. Dat wil zeggen dat het rekenpunt voor de geurzone is genomen vanaf de dichtst bij gelegen grens van het bouwvlak (de juridisch planologische perceelsgrens). Met deze bebouwingsvrije zone worden de bestaande rechten van het bedrijf gerespecteerd. De zone is tevens opgenomen middels de gebiedsaanduiding 'milieuzone - geurzone 2'.
Ten noorden van Schalkhaar en ten oosten van Okkenbroek zijn twee waterwingebieden aanwezig. Rond deze waterwingebieden, die buiten dit plangebied liggen, zijn een grondwaterbeschermingsgebied en een intrekgebied aanwezig. Deze gebieden liggen deels in het plangebied en dienen op grond van de provinciale Omgevingsverordening 2017 een beschermende regeling te krijgen (zie ook Titel 2.13 Drinkwatervoorziening van de Omgevingsverordening 2017). Door middel van de gebiedsaanduidingen milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied en milieuzone -intrekgebied wordt de drinkwaterwinning beschermd.
Veiligheidszones en vrijwaringszone
De aanduiding 'Veiligheidszone - munitie' is opgenomen rond de schietsportvereniging in Colmschate-Zuid. Met deze aanduiding wordt voorkomen dat er kwetsbare objecten worden opgericht te dicht bij de risicobron.
De aanduiding 'veiligheidszone - gasontvangststation' is opgenomen rond de gasontvangstations in Borgele en op het bedrijventerrein Bergweide. Met deze aanduiding wordt voorkomen dat er kwetsbare objecten worden opgericht te dicht bij de risicobron.
De 'vrijwaringszone - dijk' en de 'vrijwaringszone - waterstaatswerk' zorgt ervoor dat er voldoende ruimte is voor het mogelijk versterken, beheren en onderhouden van de dijken en waterstaatswerken langs de primaire waterkeringen.
Ingevolge het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening, Artikel 2.3.3. geeft een bestemmingsplan de bestemming «waterkering» aan gronden waarop een primaire waterkering ligt of die de functie van primaire waterkering hebben. In deze dubbelbestemming moet worden opgenomen dat indien andere functies aanwezig zijn binnen de waterkering, dat door deze functies geen belemmeringen kunnen ontstaan voor het onderhoud, de veiligheid of mogelijkheden voor versterking van de primaire waterkering
Een bestemmingsplan dat betrekking heeft op gronden die deel uitmaken van een beschermingszone duidt die gronden aan met de gebiedsaanduiding «vrijwaringszone – dijk», indien de primaire waterkering een dijk is en in overige gevallen de gebiedsaanduiding «vrijwaringszone – waterstaatswerk».
- In artikel 2.3.4. is opgenomen dat gronden waarop een primaire waterkering ligt of die de functie van primaire waterkering hebben, of beschermingszones, kan een bestemmingsplan worden vastgesteld dat een wijziging inhoudt ten opzichte van het daaraan voorafgaande bestemmingsplan voor zover bij de verwezenlijking daarvan geen belemmeringen kunnen ontstaan voor:
- a. de instandhouding of versterking van het zandige deel van het kustfundament, of
- b. het onderhoud, de veiligheid of mogelijkheden voor versterking van de primaire waterkering.
(algemene regels ter zake van gronden behorend tot een primaire waterkering met inbegrip van de beschermingszones)
- Met betrekking tot
Uitstallingen
In de Algemene Plaatselijke Verordening zijn in artikel 2:10a bepalingen opgenomen met betrekking tot uitstallingen, reclameborden en reclamevlaggen. Deze bepaling is overgenomen in dit bestemmingsplan door middel van het opnemen van gebiedsaanduiding 'uitstallingen'. Het betreft de winkelgebieden in een deel van de binnenstad, een deel van de Boxbergerweg en een deel van de Rielerweg.
Wonen Havenkwartier
Op de locatie in het Havenkwartier grenzend aan de mr. De Boerlaan zijn diverse functies toegelaten. Omdat de locatie overwegend een woongebied moet zijn, is in de aanduiding wonen - Havenkwartier opgenomen dat ten minste 50% van de bruto vloeroppervlakte voor de functie Wonen of Wonen -gestapeld te worden gebruikt, met dien verstande dat tussen het woongebruik en het gebruik van de overige op het bouwperceel aanwezige functies een directe en persoonlijke relatie dient te bestaan.
3.2.9 Algemene regels
Hoofdstuk 9 bevat de algemene regels. Hierbij gaat het om planregels die op nagenoeg het hele plangebied betrekking hebben en die vooral om praktische redenen zijn ondergebracht in dit hoofdstuk, alsmede een aantal specifieke planregels. Het gaat om algemene bouwregels, gebruiksregels, afwijkingsregels en wijzigingsregels en de anti-dubbeltelregel.
Artikel 282 Anti-dubbeltelregel
Deze regel is opgenomen om te voorkomen dat van ruimte die in een bestemmingsplan voor de realisering van een bepaald gebruik mogelijk is gemaakt, na realisatie daarvan, door feitelijke gebruiksverandering opnieuw (voor een tweede keer) gebruik zou kunnen worden gemaakt. Grond die één keer in beschouwing is genomen voor het toestaan van een bouwplan, mag niet een tweede maal meetellen voor de toelaatbaarheid van andere bouwplannen. De anti-dubbeltelregel is een standaard regel, die is voorgeschreven in het Besluit ruimtelijke ordening.
Artikel 283 Algemene bouwregels
In dit artikel zijn twee bepalingen opgenomen.
De bepaling 'Bestaande afstanden en maten' dient om maten en percentages die in het verleden legaal zijn gerealiseerd, maar die op het tijdstip van de ontwerp-terinzagelegging van het plan blijken af te wijken van dat plan, als recht in het nieuwe plan toe staan. Zonder deze bepaling zouden die situaties (mogelijk) onder het overgangsrecht gaan vallen en dan niet als recht zijn toegelaten, maar slechts worden gedoogd. Deze bepaling versterkt de rechtszekerheid. Het gaat hierbij om maatvoering betreffende de goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en inhoud, alsmede om de locatie of afstand van bouwwerken. Dit zijn onder andere ook bouwwerken die buiten het bouwvlak vallen of buiten een zone bijgebouwen. Ook de afstand tot zijdelingse perceelsgrens en dergelijke valt onder deze bepaling. Indien er sprake is van nieuwbouw dan mogen ook de bestaande afstanden en maten worden aangehouden.
De bepaling 'Bestaande stoepen, opgangen, loopbruggen, trappen, balkons, galerijen' is opgenomen om (semi)particuliere stoepen, opgangen en kelderingangen en dergelijke voorzieningen in de openbare ruimte te regelen. Het gaat hierbij veelal om voorzieningen in de binnenstad, die van oudsher aanwezig zijn. Dergelijke voorzieningen kunnen door het opnemen van deze algemene regel in stand blijven, gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd.
Op een aantal locaties zijn loopbruggen tussen gebouwen aanwezig, evenals bestaande trappen, balkons, galerijen en dergelijke bouwonderdelen. Deze voorzieningen bevinden zich in openbaar gebied, maar staan ten dienste van de functies Wonen of Wonen - gestapeld. Door het opnemen van deze algemene regel kunnen deze voorzieningen in stand blijven, gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd.
Artikel 284 Algemene gebruiksregels
In dit artikel zijn meerdere bepalingen opgenomen met betrekking tot algemene regels voor het gebruik van gronden en bouwwerken.
284.1 Bestaand gebruik stoepen, opgangen, loopbruggen, trappen, balkons, galerijen: In de algemene bouwregels is opgenomen dat bestaande stoepen, opgangen, loopbruggen en dergelijke voorzieningen in stand kunnen blijven, gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd. In deze algemene gebruiksregel is opgenomen dat niet alleen het bouwen, maar ook het gebruik mag worden voortgezet.
284.2 Strijdig gebruik: Deze bepaling bepaalt dat het verboden is de gronden te gebruiken in strijd met de toegelaten functies. Een aantal functies worden specifiek benoemd als strijdig gebruik, om discussies te vermijden.
284.3 Beroep of bedrijf aan huis: Dit betreft de bepalingen voor het uitoefenen van een beroep of bedrijf aan huis. Dit is een beroeps- of bedrijfsactiviteit die op kleine schaal in een woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende activiteit een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie ter plaatse.
284.4 Kleinschalige kinderopvang: In dit artikel wordt geregeld dat kinderopvang onder bepaalde omstandigheden toegelaten wordt in woningen. Met een omgevingsvergunning is het tevens mogelijk om kinderopvang te vestigen in een bedrijfswoning. Deze omgevingsvergunning wordt alleen verleend als er kan worden aangetoond dat het nieuwe gebruik passend is bij de bestaande milieu- en externe veiligheidssituatie en er voldaan wordt aan de gestelde voorwaarden voor kinderopvang.
284.5 Voorwaardelijke verplichting parkeren auto's en fietsen, laden en lossen: In deze voorwaardelijke verplichting is bepaald dat voorzien moet worden in voldoende parkeren conform de parkeereis uit de Nota parkeernormen 2013 en de Beleidsregels Parkeren bestemmingsplannen Deventer 2015 of de rechtsopvolgers daarvan. Voorts is een lid opgenomen om ook voor de behoefte in ruimte voor laden en lossen de Nota parkeernormen 2013 en de Beleidsregels Parkeren bestemmingsplannen Deventer 2015 van toepassing te laten zijn. Het is mogelijk om van deze regel af te wijken middels een omgevingsvergunning Deze afwijkingsbevoegdheid kan uitsluitend worden toegepast indien dat in het betreffende beleid is opgenomen en onder de daarin bepaalde voorwaarden of als er andere zwaarwegende belangen zijn die het afwijken hiervan rechtvaardigen.
Artikel 285 Algemene afwijkingsregels
285.1 Algemene afwijkingsregels: Deze bepaling voorziet in de mogelijkheid af te wijken van de in het plan genoemde maten met maximaal 10% en om het profiel van wegen of bouwgrenzen in geringe mate aan te passen.
285.2 Toevoegen bedrijfswoningen: Deze bepaling geldt op een deel van het bedrijventerrein in Lettele. Aan de Oerdijk is een agrarisch bedrijf aanwezig welke de ontwikkeling van bedrijfswoningen belemmert. Zodra dit agrarisch stopt of er op een andere manier de belemmering kan worden weggenomen, dan kan met deze algemene afwijkingsregel onder voorwaarden een bedrijfswoning ontwikkeld worden.
Artikel 286 Algemene wijzigingsregels
286.1 Wijziging bestemmings- en bouwvlakken: Deze bepaling voorziet in de mogelijkheid om de situering en de vorm van de op de verbeelding aangegeven bestemmingsvlakken (vlakken met eenzelfde toegelaten functie) en bouwvlakken te wijzigen dan wel nieuwe bouwvlakken aan te geven.
286.2 Wijziging categorieën en aantallen horecabedrijven: In de aangewezen horecagebieden zijn het maximum aantal horecabedrijven en de maximale horecacategorie bepaald. Middels een wijzigingsbevoegdheid is het mogelijk hier, onder voorwaarden, van af te wijken.
286.3 Wijziging toevoeging, uitbreiding en verplaatsing Bevi inrichtingen en 286.4 Wijziging verkleiningen verwijdering Bevi inrichtingen: In het plangebied zijn diverse Bevi inrichtingen aanwezig. Indien behoefte blijkt te bestaan aan de vestiging, uitbreiding, aanpassing, verplaatsing, verkleining of verwijdering van deze Bevi inrichtingen is het mogelijk het bestemmingsplan hiervoor te wijzigen.
286.5 Wijziging vestiging horeca categorie 1: Deze wijzigingsbevoegdheid maakt de vestiging van een horecabedrijf, horeca categorie 1, mogelijk op een locatie langs een ontsluitingsweg op het bedrijventerrein Bergweide, Kloosterlanden - Hanzepark, Veenoord, onder specifiek bepaalde voorwaarden. Dit geschiedt op basis van het gemeentelijk detailhandels- en horecabeleid.
3.2.10 Overgangs- en slotregels
Hoofdstuk 10 Overgangs- en slotregels: Dit hoofdstuk bevat de overgangs- en slotregels.
Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid
4.1 Economische Uitvoerbaarheid
De Wet ruimtelijke ordening maakt met het bepaalde in afdeling 6.4 het vaststellen van een exploitatieplan verplicht voor een aantal bouwactiviteiten, wanneer de bouw planologisch mogelijk wordt gemaakt in het bestemmingsplan. De zogenaamde “aangewezen bouwplannen” waarbij een exploitatieplan verplicht is en welke zijn opgenomen in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) zijn:
- a. de bouw van een of meer woningen;
- b. de bouw van een of meer andere hoofdgebouwen;
- c. de uitbreiding van een gebouw met ten minste 1000 m² bruto-vloeroppervlakte of met een of meer woningen;
- d. de verbouwing van een of meer aaneengesloten gebouwen die voor andere doeleinden in gebruik of ingericht waren, voor woondoeleinden, mits ten minste 10 woningen worden gerealiseerd;
- e. de verbouwing van een of meer aaneengesloten gebouwen die voor andere doeleinden in gebruik of ingericht waren, voor detailhandel, dienstverlening, kantoor of horecadoeleinden, mits de cumulatieve oppervlakte van de nieuwe functies ten minste 1500 m² bruto-vloeroppervlakte bedraagt;
- f. de bouw van kassen met een oppervlakte van ten minste 1000 m² bruto-vloeroppervlakte.
Geen exploitatieplan is nodig indien het verhaal van de exploitatiekosten over de gronden anderszins verzekerd is. Bij ministeriële regeling is verder gesteld dat indien in het nieuwe bestemmingsplan geen sprake is van nieuwe ontwikkelingen als hiervoor bedoeld maar sprake is van onbenutte bouwruimte op basis van het geldende bestemmingsplan de plankosten op nul gesteld mogen worden.
Het onderhavige bestemmingsplan betreft een in hoofdzaak conserverend plan waarbinnen het merendeel van de bebouwing reeds aanwezig is. Middels dit bestemmingsplan zal slechts een beperkte nieuwe ontwikkelingsruimte ontstaan voor de reeds aanwezige functies. Hetgeen aan uitbreiding nog mogelijk is, is onbenutte bouwruimte op basis van het geldende bestemmingsplan en blijft binnen het gestelde in 6.2.1 Bro.
Voor het plangebied Spijkvoorderenk is echter een geldend exploitatieplan van kracht. Het Chw bestemmingsplan Deventer, stad en dorpen wijzigt de ontwikkelingsmogelijkheden niet, het exploitatieplan zal van kracht blijven. In het exploitatieplan wordt verwezen naar het vigerende planologisch kader. Omdat dit kader wijzigt met de vaststelling van het Chw bestemmingsplan, zal gelijkertijd ook een herziening van het exploitatieplan worden vastgesteld, zijnde de 9e herziening exploitatieplan Spijkvoorderenk (Vijfde hoek).
Concluderend kan gesteld worden dat binnen dit Chw bestemmingsplan geen sprake is van nieuwe aangewezen bouwplannen, waardoor de gemeente niet in de mogelijkheid en verplicht is om eventuele kosten te verhalen en er derhalve geen verplichting is om tegelijkertijd met het nieuwe bestemmingsplan een exploitatieplan op te stellen. Uitgezonderd de hiervoor benoemde herziening van het exploitatieplan Spijkvoorderenk.
Voor de gemeente Deventer zijn aan zowel de opstelling als de uitvoering van dit bestemmingsplan, met uitzondering van de begrote kosten voor de planvorming, geen kosten verbonden. De economische uitvoerbaarheid van dit bestemmingsplan is daarmee aangetoond.
4.2 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
Vooroverleg
Op grond van artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening dient de gemeente bij de voorbereiding van een bestemmingsplan overleg te plegen met betrokken waterschappen en diensten van Rijk en provincie die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen die in het plan in het geding zijn.
Dit plan bevat geen uitvoeringsaspecten en maakt geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk. Met dit bestemmingsplan zijn geen nationale of provinciale belangen in het geding.
Vanwege de nieuwe systematiek en de wens om partners vroegtijdig te betrekken is het conceptbestemmingsplan voorgelegd aan diverse partijen:
- ministerie van BZK - programma Chw
- Rijkswaterstaat Oost Nederland
- provincie Overijssel
- waterschap Vallei en Veluwe
- waterschap Drents Overijsselse Delta
- waterschap Rijn en IJssel
- Veiligheidsregio IJsselland
- omgevingsdienst IJsselland
- GGD IJsselland
- Vitens
- Gasunie
- Tennet
- Prorail
Tijdens een bijeenkomst op 26 februari 2019 is aan betreffende partijen een toelichting gegeven op het conceptbestemmingsplan.
Ontwerpbestemmingsplan
Het college van burgemeester en wethouders heeft op 19 maart 2019 besloten het ontwerp Chw bestemmingsplan “Deventer, stad en dorpen” ter inzage te leggen. Deze stukken hebben van donderdag 11 april 2019 tot en met 22 mei 2019 ter inzage gelegen, conform artikel 3.8 en artikel 6.14 van de Wet ruimtelijke ordening en afdeling 3.4. van de Algemene wet Bestuursrecht. Tegen het ontwerp Chw bestemmingsplan zijn 30 reacties ingediend. Een aantal van deze zienswijzen heeft geleid tot het wijzigen van het bestemmingsplan. Ook zijn er tussen de vaststelling van het ontwerpbestemmingsplan en de vaststelling diverse ambtshalve wijzigingen verwerkt.
In de 'reactienota zienswijzen Chw bestemmingsplan Deventer, stad en dorpen' is een overzicht opgenomen van de ingediende zienswijzen, de beantwoording hiervan en het gevolg voor de vaststelling van het bestemmingsplan. In de 'nota ambtshalve wijzigingen Chw bestemmingsplan Deventer, stad en dorpen' is een overzicht opgenomen van de ambtshalve aangebrachte wijzigingen.
Bijlage 1 Staat Van Beroeps- Of Bedrijfsactiviteiten Aan Huis
Bijlage 1 Staat van beroeps- of bedrijfsactiviteiten aan huis
Bijlage 2 Staat Van Bedrijfsactiviteiten
Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten
Bijlage 3 Staat Van Ambachtelijke Bedrijfsactiviteiten
Bijlage 3 Staat van ambachtelijke bedrijfsactiviteiten
Bijlage 4 Staat Van Bedrijfsactiviteiten Havenkwartier
Bijlage 4 Staat van bedrijfsactiviteiten Havenkwartier
Bijlage 5 Staat Van Horeca-activiteiten
Bijlage 5 Staat van horeca-activiteiten
Bijlage 6 Beschrijving Beschermde Dorpsgezichten
Bijlage 6 Beschrijving Beschermde dorpsgezichten
Bijlage 7 Beschrijving Beschermd Stadsgezicht
Bijlage 7 Beschrijving Beschermd stadsgezicht
Bijlage 8 Cultuurhistorische Ensembles In Het Beschermd Stadsgezicht
Bijlage 8 Cultuurhistorische ensembles in het Beschermd stadsgezicht
Bijlage 9 Tuincentrum - 1 Groen Gekeurd
Bijlage 9 Tuincentrum - 1 Groen Gekeurd
Bijlage 10 Beplantingsplan Oude Oxersteeg
Bijlage 10 Beplantingsplan Oude Oxersteeg
Bijlage 1 Nota Van Uitgangspunten Bestemmingsplan Deventer, Stad En Dorpen
Bijlage 1 Nota van uitgangspunten Bestemmingsplan Deventer, stad en dorpen
Bijlage 2 Specifieke Uitgangspunten Nvu En Bp
Bijlage 2 Specifieke uitgangspunten NvU en BP
Bijlage 3 Overzicht Plannen Binnen Plangebied
Bijlage 3 Overzicht plannen binnen plangebied
Bijlage 4 Planbeschrijving Havenkwartier
Bijlage 4 Planbeschrijving Havenkwartier
Bijlage 5 Planbeschrijving Leisurestrook Holterweg
Bijlage 5 Planbeschrijving Leisurestrook Holterweg
Bijlage 6 Planbeschrijving Steenbrugge
Bijlage 6 Planbeschrijving Steenbrugge
Bijlage 7 Planbeschrijving Eikendal
Bijlage 7 Planbeschrijving Eikendal