Chw bestemmingsplan Sluiskwartier
Bestemmingsplan - Gemeente Deventer
Vastgesteld op 13-07-2022 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan
het Chw bestemmingsplan Sluiskwartiermet identificatienummer NL.IMRO.0150.Chw021-VG01 van de gemeente Deventer;
1.2 bestemmingsplan
de geometrische bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
1.3 aanbouw
een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van, maar een functionele eenheid vormt met het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
1.4 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.5 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
1.6 ambachtelijk bedrijf
een bedrijf dat geheel of overwegend gericht is op het door middel van handwerk vervaardigen, bewerken of herstellen van goederen, alsook het verkopen en/of leveren, als ondergeschikte activiteit, van goederen die verband houden met het ambacht op doordeweekse dagen;
1.7 bebouwing
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
1.8 bebouwingspercentage
een in de planregels aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van de nader in de planregels omschreven gronden aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd;
1.9 Bed and Breakfast-voorziening
een aan de woonfunctie ondergeschikte toeristisch-recreatieve voorziening, gericht op het bieden van de mogelijkheid tot overnachting en het serveren van ontbijt. Hieronder wordt niet verstaan overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden en/of arbeid of permanente kamerverhuur;
1.10 bedrijfsvloeroppervlakte
de gezamenlijke vloeroppervlakte van verkoopruimten, magazijnen, bergingen, kantoren en overige ruimten aangewend voor de bedrijfsuitoefening van het desbetreffende bedrijf;
1.11 bedrijfswoning
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon of personen, wiens huisvesting daar, gelet op de toegelaten functie van het gebouw of het terrein, noodzakelijk is;
1.12 beperkt kwetsbaar object
- a. verspreid liggende woningen, woonschepen en woonwagens van derden met een dichtheid van maximaal 2 woningen, woonschepen of woonwagens per hectare;
- b. bedrijfswoningen van derden;
- c. kantoorgebouwen, voorzover zij niet vallen onder het begrip kwetsbaar object;
- d. hotels en restaurants, voorzover zij niet vallen onder het begrip kwetsbaar object;
- e. winkels, voorzover zij niet vallen onder het begrip kwetsbaar object;
- f. sporthallen, sportterreinen, zwembaden en speeltuinen;
- g. kampeerterreinen en andere terreinen bestemd voor recreatieve doeleinden, voorzover zij niet vallen onder het begrip kwetsbaar object;
- h. bedrijfsgebouwen, voorzover zij niet vallen onder het begrip kwetsbaar object;
- i. objecten die met de onder a tot en met f en h genoemde gelijkgesteld kunnen worden uit hoofde van de gemiddelde tijd per dag gedurende welke personen daar verblijven, het aantal personen dat daarin doorgaans aanwezig is en de mogelijkheden voor zelfredzaamheid bij een ongeval, voorzover die objecten geen kwetsbare objecten zijn;
- j. objecten met een hoge infrastructurele waarde zoals een telefoon- of elektriciteitscentrale of een gebouw met vluchtleidingsapparatuur, voorzover die objecten wegens de aard van de gevaarlijke stoffen die bij een ongeval kunnen vrijkomen, bescherming verdienen tegen de gevolgen van dat ongeval;
- k. overige beperkt kwetsbare objecten genoemd in artikel 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
1.13 beroep of bedrijf aan huis
een beroep of bedrijf dat in of bij een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;
1.14 bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen en dakvorm
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen en dakvorm van een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, waarbij het voorgaande niet van toepassing is op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan;
1.15 bestaand gebruik
gebruik van grond(en) en (een) bouwwerk(en) zoals dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan bestaat of rechtens mag bestaan, waarbij het voorgaande niet van toepassing is op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan;
1.16 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak;
1.17 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde toegelaten functie;
1.18 bevoegd gezag
bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ten aanzien van een al verleende omgevingsvergunning;
1.19 bijbehorende voorzieningen
wegen, voet- en fietspaden, verkeersvoorzieningen, groenvoorzieningen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, civiele kunstwerken, water, geluidbeperkende voorzieningen;
1.20 bijgebouw
een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in zowel functioneel als architectonisch opzicht ondergeschikt is aan en ten dienste staat van het hoofdgebouw;
1.21 bodembedreigende werken / activiteiten
activiteiten en/of werken als gevolg waarvan sprake is (of kan zijn geweest) van bodembelasting en waarvan deze bodembelasting kan (of heeft kunnen) leiden tot een aantasting van de bodemkwaliteit. Onder bodembedreigende werken worden in elk geval begrepen boorputten, grond- en funderingswerken, gebouwen in de zin van de Woningwet, (water- en spoor-)wegen, parkeergelegenheden voor motorvoertuigen, kampeerterreinen, kampementen, recreatiecentra, leidingen, voorzieningen voor de inzameling en het transport van afvalwater, installaties, opslagreservoirs, begraafplaatsen en terreinen voor de uitstrooiing van as;
1.22 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
1.23 bouwgrens
de grens van een bouwvlak;
1.24 bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
1.25 bouwperceelgrens
de grens van een bouwperceel;
1.26 bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
1.27 bouwwerk
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
1.28 bouwwijze
de wijze van bouwen van een hoofdgebouw, waarbij:
- a. onder aaneengebouwd wordt verstaan een hoofdgebouw, dat deel uitmaakt van een blok van meer dan twee hoofdgebouwen en/of andere functies, waarvan het hoofdgebouw aan het op het aangrenzende bouwperceel gelegen hoofdgebouw is gebouwd;
- b. onder twee-aaneen wordt verstaan een hoofdgebouw, dat deel uitmaakt van een blok van maximaal twee direct aaneengebouwde hoofdgebouwen (twee-onder-één-kap);
- c. onder vrijstaand wordt verstaan een hoofdgebouw, waarvan het hoofdgebouw niet aan een op een aangrenzend bouwperceel gelegen gebouw is aangebouwd;
1.29 brutovloeroppervlakte (bvo)
de gezamenlijke vloeroppervlakte van alle tot het gebouw behorende binnenruimten, gemeten op vloerniveau langs de buitenomtrek van de (buitenste) opgaande scheidingsconstructie, die de desbetreffende ruimte(n) omhullen.
Tot de bvo van een gebouw worden gerekend de oppervlakte van een trapgat, een liftschacht en leidingschacht op elk vloerniveau. De oppervlakte van een vrijstaande uitwendige kolom, indien deze groter is dan 0,5 m².
De oppervlakte van buitenruimten zoals loggia's, balkons, niet gesloten galerijen, dakterrassen en dergelijke worden niet tot de bvo van een gebouw gerekend.
1.30 cultuurhistorische waarde
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis heeft gemaakt van dat bouwwerk of dat gebied in verband met ouderdom en/of historische gaafheid.
1.31 dak
iedere bovenbeëindiging van een bouwwerk;
1.32 detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en/of leveren van goederen aan personen die deze goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
1.33 dienstverlening
het bedrijfsmatig verrichten van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen;
1.34 duurzame energie
vormen van hernieuwbare energie die verkregen worden uit andere dan fossiele brandstoffen (zoals aardgas). Hieronder wordt onder andere begrepen energie die uit wind, stromend water, zonnestraling en aardwarmte wordt verkregen, maar ook energie die vrijkomt bij verwerking van afval (vooral verbranding) of biomassa. Het gaat om energie waarbij, door het gebruik ervan, het leefmilieu en de mogelijkheden voor toekomstige generaties niet worden benadeeld;
1.35 duurzame energievoorziening
een voorziening die het mogelijk maakt om een gebouw te voorzien van duurzame energie;
1.36 eerste bouwlaag
de bouwlaag op de begane grond;
1.37 erf
een al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een gebouw, en in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw;
1.38 erotisch getinte vermaaksfunctie
een vermaaksfunctie, welke is gericht op het doen plaatsvinden van voorstellingen en/of vertoningen van porno-erotische aard, waaronder begrepen een seksbioscoop, een seksclub en een seksautomatenhal;
1.39 evenement
een publieke activiteit met een tijdelijk, plaatsgebonden en van het reguliere gebruik afwijkend karakter, plaatsvindend in de openlucht, binnen gebouwen of in tijdelijke onderkomens en in het algemeen bedoeld ter ontspanning en/of vermaak, waaronder begrepen commerciële, culturele, religieuze, recreatieve en/of sportieve of daarmee gelijk te stellen activiteiten zoals markten, braderieën, beurzen, kermissen, festiviteiten, wedstrijden, bijeenkomsten, festivals, en dergelijke, al dan niet in combinatie met ondergeschikte horeca;
1.40 gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.41 geluidbelasting
de geluidbelasting vanwege een weg of een spoorweg;
1.42 geluidgevoelige functies
in een gebouw of op een terrein aanwezige functies die maken dat een gebouw of terrein als geluidgevoelig object wordt aangemerkt;
1.43 geluidgevoelige objecten
gebouwen welke dienen ter bewoning of andere geluidgevoelige gebouwen of terreinen, zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
1.44 gevellijn
de in een bouwvlak als zodanig aangegeven bouwgrens;
1.45 groepsrisico
De kans per jaar dat een groep personen van een bepaalde grootte (bijvoorbeeld 10, 100 of 1000 personen) tegelijk slachtoffer wordt van een ongeval met gevaarlijke stoffen. Het groepsrisico is daarmee een maat voor de maatschappelijke ontwrichting die ontstaat door een ongeval met gevaarlijke stoffen;
1.46 groothandel
een bedrijf dat is gericht op het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan wederverkopers, dan wel aan instellingen of personen ter aanwending in een andere bedrijfsactiviteit;
1.47 grootschalige detailhandel
detailhandelsvestiging met doorgaans een minimale bedrijfsvloeroppervlakte van 750 m2 tot 1.000 m2, waarvoor vestiging buiten een winkelconcentratiegebied is toegelaten en waarvoor branchebeperkingen op basis van het grootschalige detailhandelsbeleid kunnen gelden;
1.48 horeca
het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en etenswaren voor gebruik ter plaatse en/of het bedrijfsmatig verstrekken van logies, al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;
1.49 horecavloeroppervlakte
de oppervlakte van de ruimte binnen een horecabedrijf, die wordt gebruikt voor de verstrekking van dranken, etenswaren of logies, exclusief toilet-, keuken-, entree-, opslag- en administratieruimten en dergelijke;
1.50 hoofdgebouw
een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige toegelaten functie van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die toegelaten functie het belangrijkst is;
1.51 hotelappartement
een deel van een gebouw dat uitsluitend bedoeld is om gebruikt te worden door een huishouden of daarmee gelijk te stellen groep van personen, dat het hoofdverblijf elders heeft;
1.52 individueel aaneen gebouwd
een (hoofd)gebouw op een zodanige wijze aaneen gebouwd dat er sprake is van visueel zelfstandige bebouwing, tot uitdrukking komend in het onderling verschil in goothoogte, dakvorm en/of gevelbelijning;
1.53 industriële restwarmte
energie in de vorm van warmte die vrijkomt bij energieomzetting bij industriële processen en welke in dit proces niet wordt benut voor hergebruik;
1.54 kantoor
een ruimte die dient voor de uitoefening van administratieve, boekhoudkundige c.q. financiële, organisatorische en/of zakelijke dienstverlening - niet zijnde detailhandel - waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, waaronder congres- en vergaderaccommodaties (uitgezonderd de daarvoor uitgesloten locaties);
1.55 kap
een dak met een nok en een zekere helling;
1.56 kwetsbaar object
- a. woningen, woonschepen en woonwagens met een dichtheid van meer dan 2 per hectare, uitgezonderd bedrijfswoningen;
- b. gebouwen bestemd voor het verblijf, al dan niet gedurende een gedeelte van de dag, van minderjarigen, ouderen, zieken of gehandicapten, zoals:
- 1. ziekenhuizen, bejaardenhuizen en verpleeghuizen;
- 2. scholen, of
- 3. gebouwen of gedeelten daarvan, bestemd voor dagopvang van minderjarigen;
- c. gebouwen waarin doorgaans grote aantallen personen gedurende een groot gedeelte van de dag aanwezig zijn, waartoe in ieder geval behoren:
- 1. kantoorgebouwen en hotels met een brutovloeroppervlakte van meer dan 1500 m² per gebouw, of
- 2. complexen waarin meer dan 5 winkels zijn gevestigd en waarvan de gezamenlijke brutovloeroppervlakte meer dan 1000 m² bedraagt en winkels met een totaal brutovloeroppervlakte van meer dan 2000 m² per winkel, voorzover in die complexen of in die winkels een supermarkt, hypermarkt of warenhuis is gevestigd of een winkel die vergelijkbare aantallen bezoekers trekt;
- d. kampeer- en andere recreatieterreinen bestemd voor het verblijf van meer dan 50 personen gedurende meerdere aaneengesloten dagen;
- e. overige kwetsbare objecten genoemd in artikel 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
1.57 ligplaats
een plaats in het water, al dan niet aangevuld met een op de oever aanwezig terrein of een gedeelte daarvan, dat ingericht is voor het afmeren van een vaartuig;
1.58 natuurwaarde
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de aanwezige flora en fauna;
1.59 onderbouw
het doorlopende gedeelte van een gebouw, begrensd door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen, dat geheel of grotendeels is gelegen beneden het peil;
1.60 onderkomen
een voor verblijf geschikt, al dan niet aan zijn toegelaten functie onttrokken, vaar- of voertuig, ark of caravan, voorzover dat/die niet als een bouwwerk is aan te merken, alsook een tent;
1.61 overig bouwwerk
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
1.62 overige seksinrichtingen
seksinrichtingen, zoals clubprostitutie (seksclubs, privéhuizen) en erotische massagesalons en naar de aard daarmee gelijk te stellen seksinrichtingen;
1.63 overkapping
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat een overdekte ruimte vormt zonder dan wel met ten hoogste één wand;
1.64 pand
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is;
1.65 peil
- a. voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang;
- b. voor een bouwwerk op een perceel waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de hoogte van het aansluitende afgewerkte terrein ter hoogte van die hoofdingang, waarbij plaatselijke, niet bij het verdere verloop van het terrein passende, ophogingen of verdiepingen aan de voet van het bouwwerk, anders dan noodzakelijk voor de bouw daarvan, buiten beschouwing blijven;
- c. voor een bouwwerk drijvend op het water: de waterspiegel;
- d. voor een bouwwerk in of over het water, geen drijvend bouwwerk zijnde: de hoogte van het terrein ter plaatse van het punt dat het meest nabij ligt aan waar het water grenst aan het vasteland;
1.66 plaatsgebonden risico
risico op een plaats buiten een inrichting, uitgedrukt als de kans per jaar dat een persoon die onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijke stof, gevaarlijke afvalstof of bestrijdingsmiddel betrokken is;
1.67 prostitutie
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen betaling;
1.68 raamprostitutie
een seksinrichting met één of meer ramen van waarachter prostitutie plaatsvindt;
1.69 reclameborden
losse sandwich- of andere borden, waarop met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding, in welke vorm dan ook, handelsreclame wordt gemaakt;
1.70 reclamevlaggen
vlaggen en wimpels, waarop met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding, in welke vorm dan ook, handelsreclame wordt gemaakt.
1.71 risicobron
een plaats of situatie waar risico’s kunnen ontstaan.
1.72 seksautomatenhal
een seksinrichting waarin hoofdzakelijk erotisch-pornografische voorstellingen worden gegeven met behulp van automaten;
1.73 seksbioscoop
een seksinrichting waarin hoofdzakelijk erotisch-pornografische voorstellingen worden gegeven door middel van audiovisuele apparatuur;
1.74 seksinrichting
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan een seksbioscoop of sekstheater, een seksautomatenhal, prostitutie, waaronder tevens begrepen een parenclub en een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
1.75 sekstheater
een seksinrichting waarin hoofdzakelijk erotisch-pornografische voorstellingen worden gegeven door middel van live-shows;
1.76 sociale koopwoning
koopwoning als bedoeld in artikel 1.1.1, eerste lid, onder e van het Besluit ruimtelijke ordening, waarbij overeenkomstig de Woonvisie 2018 onderscheid gemaakt wordt in het segment sociale koop laag met een maximale koopprijs vrij op naam tot € 180.000,-- en een segment sociale koop hoog met een verkoopprijs VON van €180.000,-- tot maximaal € 200.000,--;
1.77 sociale koopwoning hoog
een sociale koopwoning met een koopprijs vrij op naam van EUR 180.000,00 tot maximaal EUR 200.000,00;
1.78 sociale koopwoning laag
een sociale koopwoning met een koopprijs vrij op naam tot EUR 180.000,00;
1.79 sociale woningbouw
het geheel van sociale huurwoningen en sociale koopwoningen;
1.80 verordening doelgroepen sociale woningbouw
De verordening als bedoeld in artikel 1.1.1 sub d en sub e van het Besluit ruimtelijke ordening, welke verordening door de raad van de gemeente Deventer is vastgesteld op 27 november 2019 en in werking is getreden op 12 december 2019, zoals deze luidt op het moment van de terinzage legging van het ontwerp van dit plan.
1.81 traditionele kapvorm
een kap, niet zijnde een plat dak, zoals een zadeldak, schilddak, mansardedak, tentdak, etc., al dan niet afgeknot;
1.82 tussenlid
een bouwwerk dat een verbinding tussen twee gebouwen vormt, dat ook voor mensen toegankelijk mag zijn;
1.83 uitbouw
een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw onderscheiden kan worden van, maar een functionele eenheid vormt met het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
1.84 uitstallingen
alle losse voorwerpen, die op of boven de weg, al dan niet voor of aan een winkel-, horeca- of ander bedrijfspand, worden of zijn geplaatst ter versiering, ter verfraaiing of anderszins, en waarmee kennelijk beoogd wordt het commerciële belang van een bedrijf te dienen; onder uitstallingen vallen in ieder geval: verkoopartikelen, waren, plantenbakken, speeltoestellen, reclameborden, reclamevlaggen en andere losse reclamevoorwerpen. Onder uitstallingen worden niet begrepen: terrassen.
1.85 voorgevel
de naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt;
1.86 vrachtwagenparkeerplaats
een afsluitbaar parkeerterrein, al dan niet behorend bij een bedrijfsvestiging, voor het beroepsgoederenvervoer waar vrachtwagens kunnen worden gestald en waar de chauffeurs kunnen verblijven, al dan niet met gebouwde sanitaire en overige voorzieningen;
1.87 weg
weg als bedoeld in artikel 1, eerste artikel onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
1.88 Wet ruimtelijke ordening
Wet van 1 juli 2008 (Stb. 2006, 566) houdende vaststelling van nieuwe planregels omtrent de ruimtelijke ordening, zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
1.89 wijziging
een wijziging als bedoeld in artikel 3.6 lid 1 sub a van de Wet ruimtelijke ordening;
1.90 wonen, in gestapelde vorm
een gebouw, dat uit meerdere geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen (appartementen) bestaat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid kan worden beschouwd;
1.91 woning/wooneenheid
een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de huisvesting van personen;
1.92 zorginstelling
een instelling waarvan de bewoners voortdurende verzorging of verpleging nodig hebben en waar verschillende zorgfuncties en zorggerelateerde functies alsmede ondersteunende functies, zoals kantoorvoorzieningen, horeca en detailhandel, een plek hebben;
1.93 zorgwoning
een woning voor de huisvesting van bepaalde categorieën van de bevolking, zoals ouderen, jongeren, of mensen met een beperking, waarbij de mate en de vorm van de geboden zorg en ondersteuning aan de bewoners dusdanig is dat niet langer gesproken kan worden van zelfstandige bewoning, maar die gezien de maatschappelijke ontwikkelingen en hun geringe ruimtelijke impact wel aanvaardbaar zijn in de woonomgeving.
Artikel 2 Wijze Van Meten
2.1 de afstand tot de zijdelingse bouwperceelgrens:
tussen de zijdelingse grenzen van een bouwperceel en een bepaald punt van het op dat bouwperceel voorkomend (hoofd)gebouw, waar die afstand het kortst is.
2.2 de bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
2.3 de diepte van een aan- of uitbouw:
de diepte van een aan- of uitbouw wordt loodrecht vanaf de gevel van het hoofdgebouw, waaraan de aan- of uitbouw wordt gebouwd, gemeten.
2.4 de dakhelling:
de helling van het dakvlak, gemeten ten opzichte van het horizontale vlak.
2.5 de goothoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
2.6 de inhoud van een bouwwerk:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
2.7 de oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
2.8 de hoogte van een windturbine:
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine.
Hoofdstuk 2 Functieregels
Artikel 3 Ambachtelijk Bedrijf - Sluiskwartier
3.1 Toegelaten functies
Ambachtelijke bedrijfsfuncties, waaronder uitsluitend is begrepen:
- a. bedrijvigheid die is opgenomen in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 2 Staat vanbedrijfsactiviteiten Sluiskwartier
- b. andere bedrijvigheid dan opgenomen in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 2 Staatvan bedrijfsactiviteiten Sluiskwartier, mits het functies betreft die gezien de gevolgen daarvan voor de omgeving redelijkerwijs gelijkgesteld kunnen worden met functies die zijn toegelaten krachtens artikel 3.1 onder a.
Artikel 4 Groen
4.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Groen is toegelaten:
- a. een park en/of plantsoen;
- b. overige groenvoorzieningen, bermen en beplanting;
- c. voet- en rijwielpaden,
- d. verhardingen;
- e. in- en uitritten;
- f. speelvoorzieningen, waaronder begrepen (jeugd- en jongeren)ontmoetingsplaatsen;
- g. waterlopen en waterpartijen, met de daarbij behorende bruggen, steigers, dammen, duikers, kades, taluds, beschoeiingen, faunapassages e.d.;
- h. voorzieningen ten behoeve van waterberging, bijv. wadi's;
- i. nutsvoorzieningen, waaronder ook begrepen voorzieningen ten behoeve van (de opwekking van) duurzame energie;
- j. geluidwerende voorzieningen;
- k. kunstwerken;
- l. kunstobjecten;
- m. parkeervoorzieningen, uitsluitend conform het gestelde in artikel 4.2.1;
met de daarbij behorende voorzieningen.
4.2 Afwijken van de toegelaten functies
Artikel 5 Horeca - 2b
5.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Horeca - 2b is toegelaten:
- a. horecabedrijven in de categorie 2b, 3a of 3b (zoals beschreven in Bijlage 3 Staat van horeca-activiteiten);
- b. een van binnen uit ontsloten dakterras op het dak van de 5e bouwlaag ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - 6 bouwlagen'; hier mogen enkel non-alcoholische versnaperingen genuttigd worden.
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder terrassen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'terras'.
Artikel 6 Maatschappelijk
6.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Maatschappelijk is toegelaten:
- a. Maatschappelijke voorzieningen, ten behoeve van:
- 1. welzijn;
- 2. gezondheidszorg;
- 3. religie, levensbeschouwelijke voorzieningen;
- 4. openbare dienstverlening;
- 5. onderwijs, educatieve voorzieningen;
- 6. openbare speelterreinen/speelplaatsen;
- 7. verenigingsleven;
- 8. sociaal-culturele voorzieningen;
- b. bedrijf, waaronder uitsluitend is begrepen:
- 1. bedrijvigheid die is opgenomen in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 2 Staat van Bedrijfsactiviteiten Sluiskwartier;
- c. terassen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'terras'.
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 7 Verkeer
7.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Verkeer is toegelaten:
- a. wegen en (woon)straten, met daarbij behorende bruggen, viaducten, tunnels, hellingen, taluds en soortgelijke voorzieningen;
- b. voet- en fietspaden, verhardingen;
- c. verblijfsvoorzieningen, waaronder pleinen;
- d. groenvoorzieningen, bermen en beplanting;
- e. speelvoorzieningen, waaronder begrepen (jeugd- en jongeren)ontmoetingsplaatsen;
- f. waterlopen en waterpartijen, met de daarbij behorende bruggen, steigers, dammen, duikers, kades, taluds, beschoeiingen, faunapassages e.d.;
- g. voorzieningen ten behoeve van waterberging, bijv. wadi's;
- h. nutsvoorzieningen, waaronder ook begrepen voorzieningen ten behoeve (van de opwekking) van duurzame energie;
- i. geluidwerende voorzieningen;
- j. kunstwerken;
- k. kunstobjecten;
- l. standplaatsen en warenmarkten;
- m. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – balkon': balkons van de aangrenzende woningen.
met de daarbij behorende voorzieningen.
Artikel 8 Wonen
8.1 Toegelaten functies
Ter plaatse van de functie Wonen is toegelaten:
- a. het wonen, in niet gestapelde vorm en/of in gestapelde vorm;
- b. zorgwoningen, uitsluitend indien omgevingsvergunning is verleend zoals bedoeld in artikel 8.2.1.
met de daarbij behorende voorzieningen.
8.2 Afwijken van de toegelaten functies
8.3 Specifieke gebruiksregels
Hoofdstuk 3 Bouwregels
Artikel 9 Bouwregel-07
9.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-07' gelden de volgende regels:
9.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 10 Bouwregel-16
10.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-16' gelden de volgende regels:
10.2 Afwijken van de bouwregels
10.3 Voorwaardelijke verplichting tuinmuur
Het bouwen én gebruiken van gebouwen volgens het bepaalde in 8.1 is uitsluitend toegestaan onder de voorwaarden;
- a. dat er ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding - tuinmuur' een tuinmuur gerealiseerd wordt met een minimale hoogte van 2 m en maximaal 3 m;
- b. de onder b bedoelde maatregelen moeten duurzaam in stand worden gehouden.
Artikel 11 Bouwregel-21
11.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-21' gelden de volgende regels:
11.2 Afwijken van de bouwregels
Artikel 12 Bouwregel-25
12.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-25' gelden de volgende regels:
Artikel 13 Bouwregel-26
13.1 Bouwregels
Ter plaatse van de 'Bouwregel-26' gelden de volgende regels:
Hoofdstuk 4 Wijzigingsgebieden
Artikel 14 Wetgevingszone - Wijzigingsgebied 17
14.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 17' per kadastraal perceel op de begane grond de functie 'Ambachtelijk bedrijf - Sluiskwartier' toe te voegen aan de ter plaatse toegelaten functie 'Wonen' en de bestaande bouwregels te behouden mits er geen onevenredige aantasting plaatsvinden van:
- a. de verkeersveiligheid;
- b. de milieusituatie;
- c. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
en aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
- d. de wijziging leidt er toe dat in voldoende mate is voorzien in ruimte ten behoeve van het parkeren of stallen van auto's;
- e. de wijziging leidt er niet toe dat in onvoldoende mate is voorzien in een goede verkeersafwikkeling;
- f. de ter plaatse geldende bouwregels dienen te worden gehandhaafd;
- g. de functie dient te voldoen aan de geldende richtafstanden voor een goed woon- en leefklimaat.
Hoofdstuk 5 Dubbelbestemmingen
Artikel 15 Waarde - Archeologie - 4
15.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie - 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de op en/of in deze gronden voorkomende archeologische verwachtingswaarden.
15.2 Bouwregels
15.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
15.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de bestemmingsvlakken van de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 4' naar ligging te verschuiven of naar omvang te vergroten of te verkleinen en in voorkomend geval uit het plan te verwijderen, indien als gevolg van een nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van gronden al dan niet behoudenswaardig zijn, niet langer aanwezig zijn of juist wel aanwezig blijken te zijn.
Artikel 16 Waarde - Archeologie - 5
16.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie - 5' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de op en/of in deze gronden voorkomende archeologische verwachtingswaarden.
16.2 Bouwregels
16.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
16.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de bestemmingsvlakken van de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 5' naar ligging te verschuiven of naar omvang te vergroten of te verkleinen en in voorkomend geval uit het plan te verwijderen, indien als gevolg van een nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van gronden al dan niet behoudenswaardig zijn, niet langer aanwezig zijn of juist wel aanwezig blijken te zijn.
Hoofdstuk 6 Gebiedsaanduidingen
Artikel 17 Vrijwaringszone - Dijk
17.1 Aanduidingsomschrijving
Gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - dijk' zijn, behalve voor de andere daar toegelaten functie(s), mede bestemd voor: voor de bescherming, de versterking, het beheer en het onderhoud van de dijk of het waterstaatswerk, met de bijbehorende voorzieningen, zoals bermen, schouwpaden en beschoeiing.
17.2 Bouwregels
In afwijking van het bepaalde in de overige op deze locatie geldende bouwregels, zoals opgenomen in hoofdstuk 3, 4, 5, 7, 8 en 9, mag op de gronden zoals bedoeld in lid 18.1 niet worden gebouwd.
17.3 Afwijken van de bouwregels
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 18.2 voor het oprichten van bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden liggende andere toegelaten functie(s), mits:
- a. het belang van het waterstaatswerk van overwegend belang in voldoende mate is gewaarborgd;
- b. advies is gevraagd aan de beheerder van de dijk of het waterstaatswerk.
17.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde , of werkzaamheden
Hoofdstuk 7 Algemene Regels
Artikel 18 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 19 Algemene Bouwregels
19.1 Bestaande afstanden en maten
- a. In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud of afstand van bouwwerken, die rechtens tot stand zijn gekomen, minder dan wel meer bedraagt dan in of krachtens het bepaalde in Hoofdstuk 3 Bouwregels van deze regels is voorgeschreven respectievelijk toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud of afstand in afwijking daarvan als minimaal voorgeschreven respectievelijk maximaal toegestaan.
19.2 Bestaande stoepen, opgangen, loopbruggen, trappen, balkons, galerijen
- a. In die gevallen dat bestaande (semi-)particuliere stoepen en opgangen rechtens gebouwd zijn, mogen deze in stand blijven, gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- b. In die gevallen dat bestaande loopbruggen tussen gebouwen, trappen, balkons, galerijen en dergelijke bouwonderdelen ten behoeve van de tot Wonen bestemde woningen rechtens gebouwd zijn, mogen deze in stand blijven, gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd.
19.3 Voorwaardelijke verplichting natuurinclusief bouwen
Het bouwen én gebruiken van gebouwen volgens het bepaalde in 3.1, 4.1, 5.1, 6.1, 7.1, 8.1, 9 10, 11, 12, en 13 is uitsluitend toegestaan onder de volgende voorwaarden:
- a. er wordt natuurinclusief gebouwd. Hiervan is sprake als per bouwperceel ten minste 15 punten worden behaald door de uitvoering van maatregelen uit Bijlage 4 van de regels;
- b. uit de aanvraag omgevingsvergunning voor het bouwen blijkt, middels een inrichtings/uitvoeringsplan, welke maatregelen worden gerealiseerd;
- c. uiterlijk binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van de omgevingsvergunning voor de bouw van de gebouwen zijn de maatregelen voor het natuurinclusief bouwen, weergegeven in het goedgekeurde inrichtings/uitvoeringsplan, als bedoeld onder lid b, uitgevoerd;
- d. het onder b bedoelde inrichtings/uitvoeringsplan wordt aangeleverd bij de aanvraag van de omgevingsvergunning voor de bouw van de gebouwen en dienen door het bevoegd gezag te zijn goedgekeurd.
- e. de onder a bedoelde maatregelen moeten duurzaam in stand worden gehouden.
Artikel 20 Algemene Gebruiksregels
20.1 Bestaand gebruik stoepen, opgangen, loopbruggen, trappen, balkons, galerijen
- a. In die gevallen dat bestaande (semi-)particuliere stoepen en opgangen rechtens gebruikt mogen worden ten behoeve van de aansluitende functies, mag dit gebruik voortgezet worden.
- b. In die gevallen dat bestaande loopbruggen tussen gebouwen, trappen, balkons, galerijen en dergelijke bouwonderdelen ten behoeve van de tot Wonen of bestemde woningen rechtens gebruikt mogen worden, mag dit gebruik voortgezet worden.
20.2 Strijdig gebruik
- a. Er is sprake van strijdig gebruik indien gronden en bouwwerken anders worden gebruikt dan bepaald in de ter plaatse toegelaten functie(s);
- b. Tot een strijdig gebruik, strijdig met de toegelaten functie(s), wordt in ieder geval gerekend:
- 1. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting.
- 2. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een verkooppunt motorbrandstof.
- 3. het gebruik van onbebouwde gronden als stand- of ligplaats van onderkomens, en als opslag-, stort- of bergplaats van machines, voer- en vaartuigen en andere al of niet afgedankte stoffen, voorwerpen en producten, tenzij dit gebruik verband houdt met het op de toegelaten functie(s) gerichte beheer van de gronden;
- 4. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel waarbij geen sprake is van incidenteel, in beperkte mate, en voortvloeiend uit en ondergeschikt aan de overige op het perceel toegelaten activiteiten.
- 5. het gebruik van bijgebouwen ten behoeve van bewoning.
20.3 Beroep of bedrijf aan huis
Gebruik van ruimten binnen een woning (i.c. hoofdgebouw, aanbouwen, uitbouwen en/of bijgebouwen) ten behoeve van een beroep of bedrijf aan huis wordt overeenkomstig de toegelaten functie(s) aangemerkt, voor zover dit gebruik ondergeschikt blijft aan de woonfunctie en mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
- a. het gebruik dient qua aard, milieubelasting en uitstraling te passen in een woonomgeving;
- b. alleen beroepen of bedrijven zijn toegestaan die in de van deze planregels deel uitmakende Bijlage 1 Staat van beroeps- of bedrijfsactiviteiten aan huis zijn aangeduid als milieucategorie 1, of beroepen en bedrijven die gezien de gevolgen daarvan voor de omgeving redelijkerwijs met deze bedrijven kunnen worden gelijkgesteld;
- c. het gebruik mag geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer en geen nadelige toename van de parkeerbehoefte hebben;
- d. maximaal 35% van de vloeroppervlakte van de woning (met inbegrip van de gerealiseerde aan- en uitbouwen en bijgebouwen), tot ten hoogste (en in totaal) 50 m2 mag worden gebruikt voor het aan huis verbonden beroep of bedrijf;
- e. er mag geen detailhandel of groothandel plaatsvinden;
er mag geen horeca plaatsvinden, waarbij in afwijking hiervan een Bed and Breakfast-voorziening mag worden gerealiseerd mits:
- 1. de toeristisch recreatieve overnachtingsmogelijkheid niet als zelfstandige wooneenheid functioneert (de realisatie van een aparte kookgelegenheid is niet toegelaten);
- 2. het authentieke uiterlijk of de verschijningsvorm van de woning wordt gehandhaafd;
- 3. het maximaal aantal bedden ten dienste van de Bed and Breakfast-voorziening niet meer dan 4 bedraagt.
- f. er mag geen seksinrichting worden opgericht;
- g. het beroep of bedrijf dient door een bewoner van de woning te worden uitgeoefend.
20.4 Kleinschalige kinderopvang
20.5 Voorwaardelijke verplichting parkeren auto's en fietsen, laden en lossen
Artikel 21 Algemene Afwijkingsregels
21.1 Algemene afwijkingsregels
Met omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
- a. de gegeven maten, afmetingen en percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages, mits dit niet leidt tot een toename van het aantal woningen;
- b. de functie- en/of bouwregels in die zin dat het beloop of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of -intensiteit daartoe aanleiding geven;
- c. de functie- en/of bouwregels in die zin dat bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft.
Artikel 22 Algemene Wijzigingsregels
22.1 Wijziging bestemmings- en bouwvlakken
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de situering en de vorm van de aangegeven bestemmingsvlak en bouwvlakken worden gewijzigd dan wel nieuwe bouwvlakken worden aangegeven, mits:
- a. de geluidbelasting van geluidgevoelige objecten niet hoger mag zijn dan de daarvoor geldende voorkeurgrenswaarde, of een vastgestelde hogere grenswaarde;
- b. er dient te zijn voldaan aan alle geldende milieukwaliteitseisen;
- c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 2. de woonsituatie;
- 3. de verkeersveiligheid;
- 4. de parkeersituatie;
- 5. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- 6. de sociale veiligheid.
Hoofdstuk 8 Overgangs- En Slotregels
Artikel 23 Overgangsrecht
23.1 Overgangsrecht bouwwerken
23.2 Overgangsrecht ten aanzien van het gebruik
Artikel 24 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als 'Regels van het Chw bestemmingsplan Sluiskwartier'
Bijlage 1 Staat Van Beroeps- Of Bedrijfsactiviteiten Aan Huis
Bijlage 1 Staat van beroeps- of bedrijfsactiviteiten aan huis
Bijlage 2 Staat Van Bedrijfsactiviteiten Sluiskwartier
Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten Sluiskwartier
Bijlage 3 Staat Van Horeca-activiteiten
Bijlage 3 Staat van horeca-activiteiten
Bijlage 4 Punten Natuurinclusief Bouwen
Bijlage 4 Punten natuurinclusief bouwen
Bijlage 1 Definitief Stedenbouwkundig En Beeldkwaliteit Plan Sluiskwartier
Bijlage 1 Definitief stedenbouwkundig en beeldkwaliteit plan Sluiskwartier
Bijlage 2 Uitgangspuntennotitie Waterschap
Bijlage 2 Uitgangspuntennotitie waterschap
Bijlage 3 Notitie Bedrijven En Milieuzonering
Bijlage 3 Notitie bedrijven en milieuzonering
Bijlage 4 Geuronderzoek Davo Bieren
Bijlage 4 Geuronderzoek DAVO bieren
Bijlage 5 Akoestisch Onderzoek Davo Bieren
Bijlage 5 Akoestisch onderzoek DAVO bieren
Bijlage 6 Akoestisch Onderzoek Sluiskwartier
Bijlage 6 Akoestisch onderzoek Sluiskwartier
Bijlage 7 Bodem- En Asbestonderzoek
Bijlage 7 Bodem- en asbestonderzoek
Bijlage 8 Nader Asbestonderzoek
Bijlage 8 Nader asbestonderzoek
Bijlage 9 Nader Bodemonderzoek Naar Olieverontreiniging Sluiskwartier
Bijlage 9 Nader bodemonderzoek naar olieverontreiniging Sluiskwartier
Bijlage 10 Luchtkwaliteitsonderzoek
Bijlage 10 Luchtkwaliteitsonderzoek
Bijlage 11 Natuurtoets
Bijlage 12 Stikstofdepositie Onderzoek
Bijlage 12 Stikstofdepositie onderzoek
Bijlage 13 Overstromingsrisico Sluiskwartier
Bijlage 13 Overstromingsrisico Sluiskwartier
Bijlage 14 Ontsluitingsvarianten Brinkgarage En Sluiskwartier
Bijlage 14 Ontsluitingsvarianten Brinkgarage en Sluiskwartier
Bijlage 15 Ontsluiting Sluiskwartier En Brinkgarage
Bijlage 15 Ontsluiting Sluiskwartier en Brinkgarage
Bijlage 16 Parkeren Sluiskwartier
Bijlage 16 Parkeren Sluiskwartier
Bijlage 17 Aanmeldnotitie M.e.r.-beoordeling Sluiskwartier
Bijlage 17 Aanmeldnotitie m.e.r.-beoordeling Sluiskwartier