Espel - 1e partiële herziening
Bestemmingsplan - gemeente Noordoostpolder
Vastgesteld op 30-05-2013 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan
het bestemmingsplan Espel - 1e partiële herziening van de gemeente Noordoostpolder;
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0171.BP00531-VS01, met de bijbehorende regels (en bijlagen);
1.3 Moederplan
Het bestemmingsplan Espel, bestaande uit de geometrische planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0171.BP00504-VS01, met de bijbehorende regels (en bijlagen);
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 2 Werking
De regels van Hoofdstuk 1 en Hoofdstuk 3 van het moederplan zijn op dit plan van toepassing, met inachtneming van het bepaalde in de volgende artikelen.
Artikel 3 Bos
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. bos;
- b. (hoog)opgaande afschermende beplanting;
- c. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
- d. speelvoorzieningen, tot een oppervlakte van niet meer dan 500 m² per bestemmingsvlak;
- e. het behoud, de bescherming en/of het herstel van de natuurwetenschappelijke en/of landschappelijke waarde;
- f. ontsluitingswegen;
- g. voet-, rijwiel- en ruiterpaden;
- h. kunstwerken;
- i. nutsvoorzieningen;
- j. evenementen;
met daarbijbehorende:
- k. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- l. andere-werken;
- m. voorzieningen.
3.2 Bouwregels
Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels.
Artikel 4 Groen
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. groenvoorzieningen;
- b. kunstwerken;
- c. nutsvoorzieningen;
- d. evenementen;
- e. speelvoorzieningen, tot een oppervlakte van niet meer dan 500 m² per bestemmingsvlak;
met daarbijbehorende:
- f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, landhoofden daar onder begrepen;
- g. andere-werken;
- h. parkeerplaatsen;
- i. water, waterhuishoudkundige voorzieningen en wadi's;
- j. voet- en fietspaden;
- k. in- en uitritten ten behoeve van aangrenzende percelen.
4.2 Bouwregels
Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels.
Artikel 5 Tuin
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. tuinen, behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen;
- b. parkeervoorzieningen op opritten voor garages behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen;
met daarbij behorende:
- c. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- d. andere-werken;
- e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
5.2 Bouwregels
Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels.
5.3 Afwijken van de bouwregels
5.4 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 6 Verkeer
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wegen en straten;
- b. voet- en rijwielpaden;
- c. kunstwerken;
- d. nutsvoorzieningen;
- e. evenementen;
met daarbij behorende:
- f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bruggen, viaducten en landhoofden daar onder begrepen;
- g. andere-werken;
- h. watergangen en waterhuishoudkundige voorzieningen;
- i. groenvoorzieningen;
- j. parkeervoorzieningen.
6.2 Bouwregels
Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels.
Artikel 7 Wonen
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen in woningen;
met daarbij behorende:
- b. gebouwen en bijbehorende bouwwerken;
- c. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- d. andere-werken;
- e. tuinen, erven en paden;
- f. waterhuishoudkundige voorzieningen;
- g. parkeervoorzieningen.
7.2 Bouwregels
Binnen deze bestemming mogen bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels.
7.3 Specifieke gebruiksregels
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 8 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 9 Overgangsrecht
9.1 Bouwwerken
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
9.2 Afwijken
Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
9.3 Uitzondering op het overgangsrecht bouwwerken
Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
9.4 Gebruik
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
9.5 Strijdig gebruik
- a. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in 9.4, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- b. Indien het gebruik, bedoeld in 9.4, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
9.6 Uitzondering op het overgangsrecht gebruik
Het bepaalde in 9.4 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 10 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
"Regels van het BestemmingsplanEspel - 1e partiële herziening"
December 2012.
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
Op 18 oktober 2012 is het bestemmingsplan "Espel" (hierna: moederplan) door de gemeenteraad vastgesteld.
Na de vaststelling is gebleken dat op bepaalde locaties niet de daarbij behorende bouwaanduidingen zijn opgenomen en dat bouwvlakken niet geheel correct zijn vastgelegd. Dit bestemmingsplan betreft een partiële herziening van het moederplan om enkele onjuistheden in het moederplan te herstellen. Daarom rust dit bestemmingsplan voornamelijk op de input van het moederplan. Het moederplan voorziet in een juridisch-planologische regeling voor de kern van Espel.
Dit bestemmingsplan betreft het gedeelte van Espel, zoals op de verbeelding is weergegeven. Dit bestemmingsplan regelt de noodzakelijk geachte aanpassingen, waarbij van de gelegenheid gebruik wordt gemaakt om enige ondergeschikte verfijningen door te voeren (zie 2.2 Aanpassingen van de regels en 2.3 Aanpassingen van de verbeelding).
1.2 De Bij Het Plan Behorende Stukken
Het bestemmingsplan "Espel - 1e partiële herziening" bestaat uit de volgende stukken:
- verbeelding (en tevens een analoge verbeelding op papier), schaal 1:1.500 (kaart nummer NL.IMRO.0171.BP00531-VS01) met legenda;
- planregels.
Voor de analoge verbeelding is de ondergrond van 29 november 2012 gebruikt.
De planregels bevatten bepalingen die voor dit herzieningsplan noodzakelijk zijn. Het bestemmingsplan bestaat uit een verbeelding, regels en een toelichting. De verbeelding en de regels vormen samen het juridisch bindende gedeelte van het bestemmingsplan. Het plan gaat vergezeld van een toelichting. De toelichting heeft geen rechtskracht. Voor wat betreft de verdere toelichting van het beleidskader en onderzoeken naar milieuaspecten e.d. kan het moederplan worden geraadpleegd. De regels van Hoofdstuk 1 en Hoofdstuk 3 van het moederplan zijn op dit bestemmingsplan van toepassing, met inachtneming van het bepaalde in de bij dit plan horende artikelen.
Hoofdstuk 2 Het Plan
2.1 Algemeen
Dit bestemmingsplan betreft een partiële herziening van het moederplan "Espel". Het betreft bepaalde gronden van de kern Espel. Het gaat om een aanpassing van de verbeelding en de daarbij behorende (bouw)regels. Voor het overige blijft het moederplan van toepassing. In het bestemmingsplan zijn zowel rijenwoningen, halfvrijstaande woningen als vrijstaande woningen gesitueerd. Op de verbeelding zijn bouwaanduidingen aangegeven. Binnen de bestemming 'Wonen' worden drie woningcategorieën onderscheiden, te weten vrijstaand (vrij), twee-aaneen (tae) en aaneengebouwd (aeg). Voor categorie 'tae' is bepaald dat maximaal twee woningen aaneen mogen worden gebouwd. Dit betekent dat zowel vrijstaande als halfvrijstaande woningen mogelijk zijn.
Aaneengebouwd
In het moederplan is de categorie 'aaneengebouwd' per abuis niet opgenomen in de regels en op de verbeelding, dit wordt herstelt in dit bestemmingsplan. Deze categorie bepaald dat het aantal aaneen te bouwen woningen minimaal 2 en maximaal 6 bedraagt. In voorkomend geval zal het veelal rijenwoningen betreffen, echter een halfvrijstaande (twee onder een kap) woning behoort ook tot de mogelijkheden.
Matenplan
Bij nieuwbouwprojecten en verkoop van (bouw)kavels is een logische en maatvaste verkaveling noodzakelijk. Zo weten alle partijen, denk aan civiel ontwerpers en architecten, welke ruimte beschikbaar is. Deze verkaveling wordt dan ook wel matenplan genoemd. Hierop wordt de detailmaatvoering, oppervlakte, kavelnummering, grenspuntnummering e.d. verwerkt. Dit bestemmingsplan sluit één op één aan op het reeds bestaande matenplan.
In de volgende paragrafen komen de voorgestane aanpassingen aan de orde.
2.2 Aanpassingen Van De Regels
De aanpassing van de regels ten opzichte van het moederplan betreft de volgende aanvulling:
- artikel 7 Wonen: 7.2.1 onder e wordt aangevuld met: ter plaatse van de aanduiding 'aaneengebouwd ' mogen woonhuizen uitsluitend aaneengebouwd worden gebouwd.
2.3 Aanpassingen Van De Verbeelding
De aanpassing van de verbeelding ten opzichte van het moederplan betreft de volgende aanvulling:
- Op de verbeelding wordt op de aangewezen woonbestemmingen de volgende bouwaanduiding aangevuld: AEG (Aaneengebouwd).
Hoofdstuk 3 Uitvoerbaarheid
3.1 Inspraak En Overleg
In het kader van het moederplan is de nodige inspraak verleend en ook zijn daarvoor in aanmerking komende instanties in de gelegenheid gesteld een overlegreactie in te dienen.
Dit bestemmingsplan betreft dusdanig ondergeschikte aanpassingen - en voornamelijk ter vastlegging van bestaande situaties - dat het daarom niet voor inspraak ter inzage zal worden gelegd.
Met het oog op overleg zal het concept van het plan worden aangeboden aan de provincie Flevoland en Waterschap Zuiderzeeland.
Het ontwerp van dit bestemmingsplan zal op de gebruikelijke wijze ter inzage gelegd. Voor belanghebbenden is er gelegenheid geweest een zienswijze bij de gemeenteraad in te dienen.
3.2 Economische Uitvoerbaarheid
Ingevolge het bepaalde in artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening gaat een bestemmingsplan vergezeld van een toelichting waarin ook inzicht wordt gegeven in de uitvoerbaarheid van het plan.
Dit bestemmingsplan betreft ondergeschikte aanpassingen van de regels en verbeelding van het moederplan. Onder die omstandigheden behoeft het aspect economische uitvoerbaarheid niet verder te worden belicht. Voor de kosten van dit bestemmingsplan is in de begroting een post opgenomen.