KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Hoofdstuk 2 Algemene Regels
Artikel 2 Toepassing Ander Bestemmingsplan
Artikel 3 Algemene Bouwregels
Artikel 4 Algemene Gebruiksregels
Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels
Artikel 5 Overgangsrecht
Artikel 6 Slotregel
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
1.2 Ligging Plangebied
1.3 Geldende Bestemmingsplannen
1.4 Opzet Bestemmingsplan En Toelichting
Hoofdstuk 2 De Parkeerregeling
2.1 Beleidskader
2.2 Gemeentelijk Parkeerbeleid Nader Belicht
Hoofdstuk 3 Juridische Aspecten
Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid
4.1 Economische Haalbaarheid
4.2 Maatschappelijke Haalbaarheid
Bijlage 1 Reactienota Zienswijze Ontwerpbestemmingsplan Parapluherziening Parkeren

Parapluherziening Parkeernormen Urk

Bestemmingsplan - gemeente Urk

Vastgesteld op 19-03-2015 - geheel onherroepelijk in werking

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan:

het bestemmingsplan Parapluherziening parkeernormen Urk met identificatienummer NL.IMRO.0184.BP2014Parkeren-0301 van de gemeente Urk;

1.2 bestemmingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

Hoofdstuk 2 Algemene Regels

Artikel 2 Toepassing Ander Bestemmingsplan

2.1 Van toepassingsverklaring onderliggende bestemmingsplannen

De in dit bestemmingsplan opgenomen regels gelden in aanvulling op de regels van de hierna genoemde bestemmingsplannen en laten de regels uit die onderliggende bestemmingsplannen ongewijzigd.

De onderliggende bestemmingsplannen zijn:

Bestemmingsplan Vastgesteld
bestemmingsplan 'Buitengebied' (Bg) 27 januari 2005
bestemmingsplan 'Bedrijventerrein' (Bt) 31 mei 2007
bestemmingsplan 'Waterschapwijk' (Wa) 22 februari 2007
bestemmingsplan 'De Noord' (No) 26 juni 2008
bestemmingsplan 'Hooilanden' (Ho) 27 oktober 2011
bestemmingsplan 'Urkerhard' (Uh) 27 oktober 2011
bestemmingsplan 'Havens' (Ha) 27 juni 2013
bestemmingsplan 'Zwembad 't Bun, Urk' 30 januari 2014
bestemmingsplan 'MFC Urkerhard' 30 mei 2013
bestemmingsplan '1e Partiële herzieningBestemmingsplanBedrijventerrein' 24 september 2009
bestemmingsplan 'Waterwijk' 25 oktober 2012
bestemmingsplan 'Verenigingsgebouwen Buitengebied' 29 oktober 2009

Artikel 3 Algemene Bouwregels

3.1 Uitsluiten aanvullende werking bouwverordening

De voorschriften van de bouwverordening (onderwerpen van stedenbouwkundige aard) met betrekking tot parkeren blijven buiten toepassing.

Artikel 4 Algemene Gebruiksregels

4.1 Strijdig gebruik

Tot een gebruik strijdig met de in artikel 2.1 genoemde plannen gegeven bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gronden of bouwwerken waarbij niet op eigen terrein bij de ontwikkeling wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid volgens de normering zoals deze hiervoor is opgenomen in de 'Notitie Parkeernormen Urk 2014 (1e herziening)' (vastgesteld d.d. 4 november 2014).

4.2 Voorwaardelijke verplichting

Een omgevingsvergunning voor het bouwen , het uitbreiden en het wijzigen van de functie van gebouwen en gronden wordt slechts verleend, indien bij de aanvraag wordt aangetoond dat wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid volgens de normering zoals deze hiervoor is opgenomen in de 'Notitie Parkeernormen Urk 2014 (1e herziening)' (vastgesteld d.d. 4 november 2014).

4.3 Afwijken

Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in de leden 4.1 en 4.2 en toestaan dat:

  1. a. parkeergelegenheid niet op eigen terrein bij de ontwikkeling wordt gerealiseerd, mits dit geen onevenredige afbreuk doet aan de parkeersituatie ter plaatse en wordt voldaan aan de in de ´Notitie Parkeernormen Urk 2014 (1e herziening)´ (vastgesteld d.d. 4 november 2014) daarvoor gestelde voorwaarden;
  2. b. met maximaal 10% wordt afgeweken van de toe te passen parkeernorm in gevallen waarin de toepassing van de parkeernormering conform de ´Notitie Parkeernormen Urk 2014 (1e herziening)´ (vastgesteld d.d. 4 november 2014) naar hun oordeel in individuele gevallen tot niet bedoelde en onaanvaardbare normen leidt.

4.4 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat bij herziening van de ´Notitie Parkeernormen Urk 2014 (1e herziening)´ (vastgesteld d.d. 4 november 2014) de verwijzing in lid 4.1, 4.2 en 4.3 naar de normering in de´Notitie Parkeernormen Urk 2014 (1e herziening)´ (vastgesteld d.d. 4 november 2014) wordt gewijzigd naar de normering in de vastgestelde herziene Notitie Parkeernormen.

Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels

Artikel 5 Overgangsrecht

5.1 Overgangsrecht bouwwerken

  1. 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen en/of wijzigen gebruik, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    1. a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  2. 2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
  3. 3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

5.2 Overgangsrecht gebruik

  1. 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  2. 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  3. 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  4. 4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 6 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het bestemmingsplan Parapluherziening parkeernormen Urk.

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

Het is al enige tijd bekend dat de stedenbouwkundige voorschriften uit de bouwverordening zullen komen te vervallen. Het is alleen nog steeds niet bekend wanneer. Een van de consequenties van het vervallen van de stedenbouwkundige voorschriften is dat er vanaf dat moment bij het verlenen van een omgevingsvergunning niet meer op basis van de bouwverordening kan worden getoetst aan gemeentelijke parkeernormen.

In artikel 8 Invoeringswet Wro is reeds voorzien in het schrappen van de stedenbouwkundige bepalingen uit de bouwverordening maar vanwege wettechnische redenen is deze bepaling nog niet in werking getreden. Zodra de inwerkingtreding een feit is vervalt de werking van artikel 8 lid 5 Woningwet en dientengevolge artikel 2.5.30 VNG Modelbouwverordening.

Daarnaast ligt de reden om te kiezen voor voorliggend parapluplan in de hierin opgenomen uniforme toerekening van parkeerplaatsen. Tot op heden werd in het kader van toepassing van artikel 2.5.30 VNG modelbouwverordening uitgegaan van op de CROW gebaseerde parkeernormen. De CROW geeft evenwel bandbreedtes aan, waar tot op heden op verschillende wijze toepassing aan werd gegeven. In het thans voorliggende paraplubestemmingsplan wordt, in combinatie met de in de Notitie Parkeernormen 2014 opgenomen normen gekozen voor een eenduidige regeling, die strekt tot een grotere rechtsgelijkheid en rechtszekerheid.

Voldoende parkeervoorzieningen is een belangrijke voorwaarde voor bijna elke ruimtelijke ontwikkeling. De gemeente Urk wenst over de mogelijkheid tot het stellen van eisen aan het parkeren te beschikken. Dit betekent dat de parkeernormen in de planregels van bestemmingsplannen opgenomen moeten worden. Omdat de meeste bestemmingsplannen op Urk nog niet op de nominatie van herziening staan is besloten om de parkeernormen door middel van het voorliggende paraplu-bestemmingsplan vast te leggen. In de loop van de tijd zullen de parkeernormen bij de komende actualisaties , door middel van een verwijzing naar de Notitie Parkeernormen Urk 2014 (1e herziening) van de onderliggende bestemmingsplannen worden meegenomen, waardoor de werking van dit plan uiteindelijk vervalt .

Een parapluherziening ofwel facetherziening biedt de mogelijkheid alle of een aantal bestemmingsplannen in de gemeente in één keer te herzien voor een bepaald aspect. In het voorliggende geval beoogt de voorliggende parapluherziening de gemeentelijke Visie Parkeren Urk 2014, zoals deze is vastgesteld op 25 september 2014, en Notitie Parkeernormen Urk 2014 (1e herziening) vastgesteld op 4 november 2014, in de geldende bestemmingsplannen van Urk in te passen.

1.2 Ligging Plangebied

Het plangebied van deze parapluherziening omvat het grootste deel van het gemeentelijk grondgebied van Urk.

afbeelding "i_NL.IMRO.0184.BP2014Parkeren-0301_0001.png"
Afbeelding 1 - ligging en begrenzing plangebied

Het Oude Dorp maakt geen deel uit van deze parapluherziening. Het Oude Dorp is veel ouder dan de rest van Urk. Vanwege de historische structuur kan doorgaans geen rekening worden gehouden met parkeermogelijkheden van de auto. Waar mogelijk zijn wel voorzieningen getroffen, maar dit is niet optimaal en voldoende. De visie om bij (ruimtelijke) activiteiten uit te gaan van parkeren op eigen terrein is meestal niet te realiseren. Dit geldt ook voor de mogelijkheden om parkeercompensatie toe te passen. Voor het Oude Dorp betekent dit dat er maatwerk nodig is. Daarom is er ten aanzien van het Oude Dorp, gelet op het specifieke karakter van dit gebied, een eigen parkeerregime. In het bestemmingsplangebied Kom Urk zal te zijner tijd het parkeren voor dat plangebied specifiek worden berekend.

Voor de nieuwe woonwijk Oranjewijk (bestemmingsplanWaterwijk) zijn in de notitie parkeernormen specifieke, uit het bestemmingsplan Waterwijk overgenomen parkeernormen opgenomen waaraan bij de omgevingsvergunning getoetst moet worden. Dit in verband met rechtszekerheid en het niet frustreren van bestaande planvorming. Hiervoor geldt dat voor nader aangegeven woningcategorieën parkeren op eigen terrein is vereist.

Met de begrenzing van het plangebied is, waar mogelijk, aangesloten op de geldende bestemmingsplannen waarin de parkeernormen worden vastgelegd.

1.3 Geldende Bestemmingsplannen

In het navolgende overzicht zijn de verschillende geldende bestemmingsplannen opgenomen die onder de voorliggende parapluherziening vallen. In deze bestemmingsplannen wordt, door middel van dit bestemmingsplan, een parkeerregeling opgenomen.

De onderliggende bestemmingsplannen zijn:

Bestemmingsplan Vastgesteld
bestemmingsplan 'Buitengebied' (Bg) 27 januari 2005
bestemmingsplan 'Bedrijventerrein' (Bt) 31 mei 2007
bestemmingsplan 'Waterschapwijk' (Wa) 22 februari 2007
bestemmingsplan 'De Noord' (No) 26 juni 2008
bestemmingsplan 'Hooilanden' (Ho) 27 oktober 2011
bestemmingsplan 'Urkerhard' (Uh) 27 oktober 2011
bestemmingsplan 'Havens' (Ha) 27 juni 2013
bestemmingsplan 'Zwembad 't Bun, Urk' 30 januari 2014
bestemmingsplan 'MFC Urkerhard' 30 mei 2013
bestemmingsplan '1e Partiële herzieningBestemmingsplanBedrijventerrein' 24 september 2009
bestemmingsplan 'Waterwijk' 25 oktober 2012
bestemmingsplan 'Verenigingsgebouwen Buitengebied' 29 oktober 2009

1.4 Opzet Bestemmingsplan En Toelichting

In deze toelichting komen achtereenvolgens de volgende aspecten aan de orde:

  • in hoofdstuk 2 'De parkeerregeling' wordt kort ingegaan op de nieuwe parkeerregeling voor de gemeente Urk;
  • in hoofdstuk 3 'Juridische aspecten' wordt uitgelegd hoe de parkeernota juridisch is vertaald in de planregels;
  • hoofdstuk 4 'Uitvoerbaarheid' bevat de resultaten van het vooroverleg en de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan.

Hoofdstuk 2 De Parkeerregeling

2.1 Beleidskader

Het parkeerbeleid is bij uitstek een onderdeel waarin de verantwoordelijkheid primair bij de gemeentes ligt. Het rijk en provincie hebben een zeer globaal kader geformuleerd waarbinnen een gemeente hieraan haar eigen invulling kan geven.
Parkeerbeleid is een belangrijk ondersteunend instrument voor het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit en leefbaarheid.

Rijk
De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) is de overkoepelende visie voor de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland tot 2028, met een doorkijk naar 2040. De structuurvisie vervangt een groot aantal beleidsstukken, waaronder de Nota Ruimte en de Nota Mobiliteit.
Het rijk streeft naar een concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig Nederland, door middel van een krachtige aanpak die ruimte geeft aan regionaal maatwerk, de gebruiker voorop zet, investeringen prioriteert en ruimtelijke ontwikkelingen en infrastructuur met elkaar verbindt. Om dit doel te bereiken, werkt het rijk samen met andere overheden.

Bij deze aanpak hanteert het rijk een filosofie die uitgaat van vertrouwen, heldere verantwoordelijkheden, eenvoudige regels en een selectieve rijksbetrokkenheid. Zo ontstaat er ruimte voor maatwerk en keuzes van burgers en bedrijven.
De structuurvisie doet geen specifieke uitspraken over gemeentelijk parkeerbeleid.

Provincie Flevoland
Ook de provincie doet indirect uitspraken in het Omgevingsplan Flevoland 2006 - 2015, in de Nota Mobiliteit Flevoland en structuurvisie werklocaties Flevoland 2011.
Vooral in de mobiliteitsnota wordt echter helder gesteld dat het parkeerbeleid een gemeentelijke taak is. De provincie vraagt gemeenten wel om dit in onderlinge afstemming te doen.

Gemeente
Het gemeentelijk beleidskader is vastgelegd in de Visie Parkeren Urk 2014 en de Notitie Parkeernormen Urk 2014. In de visie en notitie wordt per type deelgebied (Centra, Woonwijken en Bedrijventerreinen) aangegeven hoe met het parkeervraagstuk wordt omgegaan. Elk gebied heeft immers een eigen karakteristiek en vraagt daardoor ook om passende parkeeroplossingen.

Vervolgens wordt ingegaan op het parkeren ten behoeve van de toeristen en bezoekers van Urk. Tot slot wordt aandacht geschonken aan de te hanteren parkeernormen en aan de parkeerbalans. Voor het bepalen van de te hanteren parkeernormen wordt uitgegaan van de parkeerkencijfers uit de CROW-publicatie 'Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie' (publicatie 317, d.d. oktober 2012). De normen zijn dus afgeleid van de CROW publicatie.

2.2 Gemeentelijk Parkeerbeleid Nader Belicht

Voor de gemeente Urk is het parkeerbeleid vastgelegd in een tweetal beleidsdocumenten. In de Visie Parkeren Urk 2014 worden de kaders en uitgangspunten vastgelegd over hoe bij ruimtelijke activiteiten met parkeren moet worden omgegaan.
In de Notitie Parkeernormen Urk 2014 worden deze kaders en uitgangspunten verder uitgewerkt. In deze notitie is aangegeven welke stappen worden gezet om te bepalen hoe groot de parkeerbehoefte is bij ruimtelijke activiteiten en zijn ook de parkeernormen te vinden, welke worden gehanteerd bij het bepalen van voldoende parkeergelegenheid.

2.2.1 Visie parkeernormen Urk 2014

2.2.2 Notitie parkeernormen Urk

Bij alle ruimtelijke activiteiten, zoals bijvoorbeeld verbouw, nieuwbouw, uitbreiding of wijzigen van de bestemming/functie, waar een omgevingsvergunning voor vereist is en waarbij de parkeerbehoefte toeneemt moet het parkeren op eigen terrein worden opgelost. De aanvrager/initiatiefnemer moet bij de aanvraag aantonen dat hij kan voorzien in zijn parkeerbehoefte op eigen terrein ter plaatse van de ontwikkeling. In de Notitie Parkeernormen 2014 wordt beschreven op welke wijze de parkeerbehoefte wordt bepaald. Als niet wordt voldaan aan de voorwaarden om te voorzien in de eigen parkeerbehoefte op eigen terrein wordt een omgevingsvergunning in beginsel geweigerd. Het college kan na een afweging van belangen onder voorwaarden ontheffing verlenen.

Deze voorwaarden betreffen de navolgende:

  • er dient een bijdrage geleverd te worden voor realisering van de parkeerruimte in het openbaar gebied welke parkeerruimte gerealiseerd dient te worden binnen de afstandsnormen zoals deze zijn opgenomen in de Notitie Parkeernormen Urk 2014 (1e herziening),
    hetzij
  • aangetoond wordt dat geparkeerd wordt op aangekocht dan wel langdurig gehuurd terrein welk voorziet in de betreffende parkeerbehoefte,
    hetzij
  • aangetoond wordt dat middels het bijdragen aan het exploitatieplan/afgesloten anterieure overeenkomst reeds afspraken zijn gemaakt omtrent parkeren.

Hoofdstuk 3 Juridische Aspecten

Slechts in een enkel bestemmingsplan binnen Urk is al een parkeerbepaling opgenomen. In nagenoeg alle gevallen ontbreekt een dergelijke bepaling. Het doel van deze parapluherziening is dan ook om de planregels van deze bestemmingsplannen in één keer en op uniforme wijze gedeeltelijk te herzien. In alle plannen waarin een dergelijke parkeerregeling ontbreekt wordt aan de bestaande regels een algemene parkeerregeling toegevoegd.
De Parapluherziening parkeernormen Urk is vervat in planregels, een verbeelding en een toelichting. De verbeelding bestaat uit een plancontour waarbinnen alle bestemmingsplannen vallen waarvoor de parapluherziening van toepassing is.

Allereerst wordt aangegeven in welke bestemmingsplannen de nieuwe uniforme parkeerregeling wordt toegevoegd. Dat gebeurt door de betreffende bestemmingsplannen opnieuw van 'toepassing te verklaren'. Dit houdt in dat wordt bepaald dat de betreffende bestemmingsplannen van kracht blijven, maar dat een aantal nieuwe planregels (i.c. de parkeerregeling) wordt toegevoegd.

Voorwaardelijke verplichting om te bouwen
Daarnaast wordt aan de geldende planregels van de onderliggende bestemmingsplannen een algemene voorwaardelijke verplichting toegevoegd waarin wordt vastgelegd dat er alleen een omgevingsvergunning voor het bouwen van (hoofd)gebouwen, waaronder ook het uitbreiden of wijziging hiervan wordt verstaan, wordt verleend, wanneer bij de aanvraag vooraf wordt aangetoond dat ten behoeve van de betreffende bestemming, op eigen terrein of elders in voldoende parkeergelegenheid wordt of zal worden voorzien en in standgehouden.
Daarbij wordt getoetst aan de parkeernormen zoals opgenomen in de vastgestelde Notitie Parkeernormen Urk 2014.

Functieverandering: gebruiksbepaling
Niet voor alle functieveranderingen is een omgevingsvergunning om te kunnen bouwen nodig. Om te zorgen dat bij een gebruiksverandering ook sprake dient te zijn van voldoende parkeerplaatsen is een algemene gebruiksregel in de planregels opgenomen.
Hierin is vastgelegd dat tot gebruik strijdig met de bestemmingen, zoals gegeven in de van toepassing verklaarde bestemmingsplannen, in ieder geval wordt gerekend het gebruik van de gronden waarbij op eigen terrein niet voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid volgens de parkeernormen zoals opgenomen in de vastgestelde Notitie Parkeernormen Urk 2014. In voorkomend geval dient alsnog te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid door middel van het realiseren van meer parkeerplaatsen op eigen terrein of kan een afwijking worden verleend (zie artikel 4 van de regels) waarmee onder voorwaarden (zie Parkeernotitie 2014, eerste herziening) ontheffing kan worden verleend van de verplichting om in de parkeerbehoefte op eigen terrein te voorzien.

Afwijking van de parkeernormen
Alleen voor uitzonderlijke gevallen kan van de parkeernormen worden afgeweken. Voorwaarde is wel dat ter plaatse van de afwijking een acceptabele parkeersituatie is gegarandeerd, zoals beschreven in de vastgestelde Notitie Parkeernormen Urk 2014 (1e herziening). De afwijkingsbevoegdheid is een vangnetbepaling voor de gevallen waarin het beleid te veel knelt, terwijl er in de dagelijkse praktijk eigenlijk geen problemen zijn te voorzien.

Uitsluiting van de aanvullende werking bouwverordening
Omdat de parkeernormen expliciet in alle geldende bestemmingsplannen geregeld gaan worden ligt het voor de hand om de aanvullende werking van de bouwverordening op dit punt uit te sluiten.
Op deze wijze is gewaarborgd dat alleen nog maar de parkeerregels van deze parapluherziening gelden en niet de regels van de bouwverordening op dit punt.

Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid

4.1 Economische Haalbaarheid

Het bestemmingsplan Parapluherziening parkeernormen Urk voorziet in het planologisch-juridisch regelen van de parkeernormen binnen diverse bestemmingsplannen. Aan het bestemmingsplan zijn, behoudens de ambtelijke kosten van het opstellen van het plan, geen kosten verbonden voor de gemeente.

De wijzigingen in de planregels die met dit bestemmingsplan mogelijk worden gemaakt, leiden niet tot een bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening. Het is daarom niet nodig om een exploitatieplan ingevolge de Wet ruimtelijke ordening op te stellen (cf art. 6.12 Wro).

Hiermee wordt geacht dat de economische uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan is aangetoond.

4.2 Maatschappelijke Haalbaarheid

4.2.1 Inspraak en vooroverleg

Gezien de aard en schaal van de beoogde ontwikkeling die in voorliggend bestemmingsplan 'Parapluherziening parkeernormen Urk' wordt beoogd, is afgezien van inspraak. Ook is in het kader van artikel 3.1.1 Besluit ruimtelijke ordening (Bro) geen vooroverleg gevoerd. Hierover is contact geweest met de vooroverlegpartners; deze hebben schriftelijk laten weten dat vooroverleg over deze aanpassing niet nodig is.

4.2.2 Tervisielegging ontwerp-bestemmingsplan

Het ontwerpbestemmingsplan Parapluherziening parkeernormen Urk, heeft van 14 november 2014 tot en met 29 december 2014 voor eenieder ter inzage gelegen. De gemeente heeft gedurende de periode van terinzagelegging één zienswijze ontvangen.

De 'Reactienota zienswijze ontwerpbestemmingsplan Parapluherziening parkeren' geeft een overzicht van de inhoud van de zienswijze en de beoordeling ervan. De beoordeling geeft géén aanleiding om het bestemmingsplan te wijzigen.
De reactienota is als bijlage 1 bij de toelichting gevoegd.

4.2.3 Vaststelling bestemmingsplan

Het bestemmingsplan 'Parapluherziening parkeernormen Urk', is op 19 maart 2015 door de gemeenteraad van Urk ongewijzigd vastgesteld. Voor de inhoud van het besluit wordt verwezen naar de tekst van het bijgevoegde Vaststellingsbesluit.

Bijlage 1 Reactienota Zienswijze Ontwerpbestemmingsplan Parapluherziening Parkeren

Behorend bij het raadsbesluit van 19 maart 2015

Terinzagelegging ontwerpbestemmingsplan: 14 november t/m 29 december 2014

Ontwerpbestemmingsplan Parapluherziening parkeren

Zienswijze

Nr. Naam Nummer brief (kenmerk)
1. PR commissie winkelcentrum Urkerhard 2014.07919

Waar in deze nota wordt gesproken over 'reclamant' wordt bedoeld degene of degenen die de betreffende ondertekende zienswijze hebben ingediend.

Zienswijze 1. PR commissie winkelcentrum Urkerhard
Ingekomen 24 december 2014; tijdig en ontvankelijk.

Samenvatting inhoud zienswijze:
De PR commissie geeft aan dat zij een aantal specifieke vragen heeft over de parapluherziening, zijnde:

  1. 1. Waarom dient het winkelcentrum Urkerhard in haar eigen parkeerbehoefte te voorzien.
  2. 2. Waarom worden de winkelcentra Oud Urk, Hofstee en Pyramideweg niet apart genoemd en gekwalificeerd.
  3. 3. In de Notitie Parkeernormen van november 2014 onder 1.2 geeft u aan dat de CROW cijfers waar nodig zijn aangepast. Kunt u aangeven om welke cijfers dat gaat.
  4. 4. Welke eigen parkeerregeling geldt er voor Kom Urk (het Oude Dorp) en omvat Kom Urk dezelfde als het Oude Dorp.
  5. 5. Welke belangenafweging heeft een financiële consequentie tot gevolg. Kunt u daar met betrekking tot de door u onder 2.2.1 drie gebieden elk een voorbeeld van geven. En aan welke bedragen moeten wij denken als u spreekt financiële consequenties.
  6. 6. Welke ontwikkelingen in 2.2.2.2 vinden u en wij, huurders en verhuurders van wc Urkerhard, ten aanzien van winkelcentrum Urkerhard gezamenlijke wenselijk, welke u oplossingsgericht, zoals wij in de Urker cultuur gewoon zijn, wilt benaderen.
  7. 7. Waarom is er met alle belanghebbenden geen vooroverleg geweest dan uitsluitend voor zover ons bekend met bewoners en ondernemers in Oud Urk. Op de site van uw gemeente wordt hierover gesproken in het stuk Verkeren in het Oude Dorp.

Ook heeft de commissie een aantal algemene vragen:

  1. 1. Heeft u met het nadenken over het parkeerbeleid ook rekening gehouden met de inmiddels door u vastgestelde detailhandelsvisie. En zo ja op welke wijze. En zo nee waarom niet.
  2. 2. De GKV maakt bij trouwe- en rouwdiensten en op bijzondere dagen gebruik van de parkeerplaatsen die bedoelt zijn voor het winkelend publiek. Hetzelfde zal gelden ten aanzien van het gebruik van ijsbaan en ten aanzien van het verlenen van een standplaats op vrijdag.
  3. 3. In de notitie Parkeernormen Urk 2014 - 1e herziening wordt onder 5.2 gesproken over alternatieve oplossingen. in deze paragraaf worden oppervlakten en bedragen genoemd voor de betaling van parkeerplaatsen. geldt dit ook winkelcentrum Urkerhard daar wij bij aankoop van de gronden van het winkelcentrum wij er toch vanuit mochten en vandaag mogen gaan dat de grondkosten ten behoeve van het parkeren destijds meegerekend zijn in de hoge aankoopprijzen voor de grond. Als u het daarmee eens bent zou door u bij uitbreiding van parkeerplaatsen exclusief de aanlegkosten in rekening gebracht mogen worden.
  4. 4. In de notitie Parkeernormen Urk 2014 – 1e herziening wordt onder 5.5 gesproken over de flexibiliteitbepaling. Het lijkt ons in het licht van de 2e algemene vraag ons inziens gerechtvaardigd om met ingang van datum brievenhoofd het winkelcentrum Urkerhard maximaal van deze flexibiliteitverklaring gebruik te laten maken.

Reactie specifieke vragen:

  1. 1. Deze vraag heeft betrekking op de reeds vastgestelde ´Notitie parkeernormen Urk 2014 – 1e herziening´ (hierna: notitie) en zal daarom in een separaat schrijven van antwoord worden voorzien.
  2. 2. Deze vraag gaat inhoudelijk in op de reeds vastgestelde ´Visie parkeernormen Urk 2014´ (hierna: visie) en zal daarom in een separaat schrijven van antwoord worden voorzien.
  3. 3. Zoals in reactie 1. en 2. al is beschreven verwijst het ontwerpbestemmingsplan slechts naar de notitie parkeernormen; deze is reeds door het college vastgesteld. De notitie staat om deze reden dan ook niet open voor het indienen van zienswijzen. Het feit dat de belangrijkste punten uit de notitie parkeren in de toelichting (waaraan geen rechten kunnen worden ontleend) van het bestemmingsplan ter verduidelijking zijn herhaald, doet hier niets aan af. Om reclamant tegemoet te komen zullen daarom de vragen over de notitie en de door de raad vastgestelde visie parkeernormen in een separaat schrijven worden behandeld.
  4. 4. Zie 3., dit is eveneens de inhoud van de notitie.
  5. 5. Zie 3.
  6. 6. Zie 3.
  7. 7. Het vooroverleg waarop in 4.2.1 wordt gedoeld betreft het in artikel 3.1.1. Bro bedoelde vooroverleg met de vooroverlegpartners (Gemeente Noordoostpolder, provincie Flevoland en waterschap Zuiderzeeland) in het kader van de voorbereiding van het bestemmingsplan. Betreffende vooroverlegpartners hebben alle aangegeven af te zien van vooroverleg. In dit geval gaat het dus niet om vooroverleg met alle belanghebbenden. De passage in ´Verkeren in het oude dorp´ heeft geen betrekking op vooroverleg i.h.k.v. het bestemmingsplan ´Parapluherziening parkeernormen Urk´. Zie verder 3.

Reactie algemene vragen:

  1. 1. Zie 3.
  2. 2. Ter kennisgeving aangenomen, zie verder reactie onder 3.
  3. 3. Zie de reactie onder 3.
  4. 4. Zie eveneens 3.

Wij adviseren u de zienswijze niet over te nemen.