KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 2 Agrarisch
Artikel 3 Agrarisch Met Waarden - Landschap
Artikel 4 Agrarisch Met Waarden - Natuur En Landschap
Artikel 5 Wonen
Artikel 6 Overgangsrecht
Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels
Artikel 7 Slotregel
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Doel
1.2 Plangebied
Hoofdstuk 2 Planbeschrijving
2.1 Correcties Na Opmerkingen Provincie Overijssel
2.2 Ambtshalve Correcties
Hoofdstuk 3 Juridische Aspecten
Hoofdstuk 4 Economische Uitvoerbaarheid
Hoofdstuk 5 Overleg En Inspraak
5.1 Uitkomsten Overleg
5.2 Rapportering Inspraak
Bijlage 1 Lijst Van Afwijkend Gebruik

Buitengebied - Haerst, Tolhuislanden, Herziening 1

Bestemmingsplan - gemeente Zwolle

Vastgesteld op 02-03-2015 - geheel onherroepelijk in werking

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan:

het bestemmingsplan Buitengebied - Haerst, Tolhuislanden, Herziening 1 met identificatienummer NL.IMRO.0193.BP14002-0003 van de gemeente Zwolle;

1.2 bestemmingsplan:

op dit bestemmingsplan zijn van toepassing de regels van het bestemmingsplan Buitengebied - Haerst, Tolhuislanden, vastgesteld door de raad van de gemeente Zwolle op 27 november 2012, met identificatienummer NL.IMRO.0193.BP10016-0004,met dien verstande dat de regels van dat plan als volgt worden aangepast;

Artikel 1.6 wordt als volgt gewijzigd:

een bedrijf dat in hoofdzaak gericht is op het verlenen van diensten en/of het toeleveren van zaai- en pootgoed, gewasbeschermingsmiddelen en/of andere producten en/of machines aan agrarische bedrijven en hoveniersbedrijven, inclusief de verhuur van machines en transportmiddelen alsmede het verzorgen van praktijkopleidingen ten behoeve van de agrarische sector en de tuinbouw;

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 2 Agrarisch

Artikel 3.2.1.c wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:

in een agrarisch bedrijfsgebouw mag geen verdiepingsvloer worden aangebracht.

Artikel 3.2.1.l wordt gewijzigd. Deze wijziging luidt als volgt:

in afwijking van het bepaalde onder c, g en h van dit artikel geldt dat afwijkingen in aantallen, maten en afmetingen, zoals die legaal aanwezig zijn op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan, gehandhaafd mogen worden.

Een nieuw artikel 3.4.1.l wordt toegevoegd: De toevoeging luidt als volgt:

het bepaalde in artikel 3.2.1 onder a om toe te staan dat zonnepanelen geplaatst mogen worden op maaiveld met dien verstande dat:

  1. 1. het gedeelte van de aangrenzende bestemming Wonen dat wel geschikt is voor de opwekking van zonne-energie door middel van zonnepanelen eerst volledig wordt benut;
  2. 2. de zonne-energie die mag worden opgewekt door middel van zonnepanelen maximaal 5000 kWh per woning mag zijn.

Een nieuw artikel 3.7.1.d wordt toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:

door middel van een inrichtingsplan wordt aangetoond dat sprake is van een goede landschappelijke inpassing en een toename van de ruimtelijke kwaliteit van het gebied conform de richtlijnen uit het Landschapsontwikkelingsplan;

Artikel 3.7.1.d (oud) wordt gewijzigd in 3.7.1.e.

Artikel 3.7.1.e.9 wordt toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:

9. de kwaliteit van het grondwater.

Een nieuw artikel 3.7.3.c wordt toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:

door middel van een inrichtingsplan wordt aangetoond dat sprake is van een goede landschappelijke inpassing en een toename van de ruimtelijke kwaliteit van het gebied conform de richtlijnen uit het Landschapsontwikkelingsplan;

Artikel 3.7.1.c (oud) wordt gewijzigd in 3.7.1.d.

Artikel 3 Agrarisch Met Waarden - Landschap

Artikel 4.2.1.c wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:

in een agrarisch bedrijfsgebouw mag geen verdiepingsvloer worden aangebracht.

Artikel 4.2.1.i wordt toegevoegd. Deze toevoeging luidt als volgt:

de dakhelling van een bedrijfsgebouw mag niet minder bedragen dan 15%.

Artikel 4.2.1.j wordt toegevoegd. Deze toevoeging luidt als volgt:

in afwijking van het bepaalde onder c, g en h van dit artikel geldt dat afwijkingen in aantallen, maten en afmeting en, zoals die legaal aanwezig zijn op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan, gehandhaafd mogen worden.

Een nieuw artikel 4.4.1.j wordt toegevoegd: De toevoeging luidt als volgt:

het bepaalde in artikel 4.2.1 onder a om toe te staan dat zonnepanelen geplaatst mogen worden op maaiveld met dien verstande dat:

  1. 1. het gedeelte van de aangrenzende bestemming Wonen dat wel geschikt is voor de opwekking van zonne-energie door middel van zonnepanelen eerst volledig wordt benut;
  2. 2. de zonne-energie die mag worden opgewekt door middel van zonnepanelen maximaal 5000 kWh per woning mag zijn.

Een nieuw artikel 4.8.1.d wordt toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:

door middel van een inrichtingsplan wordt aangetoond dat sprake is van een goede landschappelijke inpassing en een toename van de ruimtelijke kwaliteit van het gebied conform de richtlijnen uit het Landschapsontwikkelingsplan;

Artikel 4.8.1.d (oud) wordt gewijzigd in 4.8.1.e.

Artikel 4.8.1.d.10 wordt toegevoegd. De toevoeging luid als volgt:

10. de kwaliteit van het grondwater.

Een nieuw artikel 4.8.3.c wordt toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:

door middel van een inrichtingsplan wordt aangetoond dat sprake is van een goede landschappelijke inpassing en een toename van de ruimtelijke kwaliteit van het gebied conform de richtlijnen uit het Landschapsontwikkelingsplan.

Artikel 4.8.3.c (oud) wordt gewijzigd in 3.8.3.d;

Artikel 4 Agrarisch Met Waarden - Natuur En Landschap

Artikel 5.1.e wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:

gebouwen ten behoeve van de onder a, b en c genoemde bedrijven.

Artikel 5.2.1.c wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:

in een agrarisch bedrijfsgebouw mag geen verdiepingsvloer worden aangebracht, behalve ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - agrarisch hulp- en nevenbedrijf.

Artikel 5.2.1.e wordt gewijzigd. de wijziging luidt als volgt:

de oppervlakte van bouwwerken ten behoeve van een agrarisch hulp- en nevenbedrijf, mag niet meer bedragen dan 850 m².

Artikel 5.2.1.j wordt toegevoegd. Deze toevoeging luidt als volgt:

op het perceel Veenekampenweg 2 mogen binnen het bouwvlak bouwwerken worden gebouwd ten behoeve van een kwekerij en/of een loonbedrijf.

Artikel 5.2.1.k wordt toegevoegd. Deze toevoeging luidt als volgt:

de dakhelling van een bedrijfsgebouw mag niet minder bedragen dan 15%.

Artikel 5.2.1.l wordt toegevoegd. Deze toevoeging luidt als volgt:

in afwijking van het bepaalde onder c, g en h van dit artikel geldt dat afwijkingen in aantallen, maten en afmeting en, zoals die legaal aanwezig zijn op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan, gehandhaafd mogen worden.

Een nieuw artikel 5.4.1.k wordt toegevoegd: De toevoeging luidt als volgt:

het bepaalde in artikel 5.2.1 onder a om toe te staan dat zonnepanelen geplaatst mogen worden op maaiveld met dien verstande dat:

  1. 1. het gedeelte van de aangrenzende bestemming Wonen dat wel geschikt is voor de opwekking van zonne-energie door middel van zonnepanelen eerst volledig wordt benut;
  2. 2. de zonne-energie die mag worden opgewekt door middel van zonnepanelen maximaal 5000 kWh per woning mag zijn.

Artikel 5.5.c.2 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:

het gebruik van bouwwerken en het bijbehorende erf voor de uitoefening van een bedrijf, tenzij ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - afwijkend gebruik' in welk geval het gebruik is toegestaan voor:

  1. 1. een kwekerij
  2. 2. een combinatie van een loonbedrijf en een kwekerij
    voor zover dit gebruik in de in een bijlage van deze regels opgenomen 'lijst van afwijkend gebruik' is aangegeven;

Een nieuw artikel 5.8.1.d wordt toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:

door middel van een inrichtingsplan wordt aangetoond dat sprake is van een goede landschappelijke inpassing en een toename van de ruimtelijke kwaliteit van het gebied conform de richtlijnen uit het Landschapsontwikkelingsplan.

Artikel 5.8.1.d (oud) wordt gewijzigd in 4.8.1.e;

Artikel 5.8.1.e.9 wordt toegevoegd. De toevoeging luid als volgt:

9. de kwaliteit van het grondwater.

Een nieuw artikel 5.8.3.c wordt toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:

door middel van een inrichtingsplan wordt aangetoond dat sprake is van een goede landschappelijke inpassing en een toename van de ruimtelijke kwaliteit van het gebied conform de richtlijnen uit het Landschapsontwikkelingsplan;

Artikel 5.8.3.c (oud) wordt gewijzigd in 5.8.3.d.

Artikel 5 Wonen

Artikel 23.2.2.d.3 wordt gewijzigd. Deze wijziging luidt als volgt:

achter de naar de weg toegekeerde grens van het bouwvlak en het verlengde daarvan, mag niet meer bedragen dan 50% van de oppervlakte van dat gedeelte van het erf tot een maximum van 100 m². Indien de oppervlakte van legale opgerichte bijbehorende bouwwerken op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan groter is dan 100 m², mag die grotere oppervlakte worden gehandhaafd op dezelfde plaats.

Artikel 23.2.3.d wordt toegevoegd. Deze toevoeging luidt als volgt:

het plaatsen van zonnepanelen op maaiveld is niet toegestaan;

Artikel 23.4.1.g wordt toegevoegd. Deze toevoeging luidt als volgt:

het bepaalde in 23.2.3.d om toe te staan dat zonnepanelen geplaatst mogen worden op maaiveld met dien verstande dat:

  1. 1. het dakoppervlak dat wel geschikt is voor de opwekking van zonne-energie door middel van zonnepanelen eerst volledig wordt benut;
  2. 2. de oriëntatie van het dak geheel of gedeeltelijk ongeschikt is voor de opwekking van zonne-energie door middel van zonnepanelen;
  3. 3. de zonne-energie die mag worden opgewekt door middel van zonnepanelen maximaal 5000 kWh per woning mag zijn;

Artikel 6 Overgangsrecht

Artikel 43.2.4 wordt toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:

artikel 43.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsregels van dat plan.

Artikel 43.2.4 wordt vernummerd tot artikel 42.3.5.

Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels

Artikel 7 Slotregel

Het plan wordt aangehaald als:

bestemmingsplan Buitengebied - Haerst, Tolhuislanden, Herziening 1.

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied - Haerst, Tolhuislanden, Herziening 1'.

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Zwolle in de vergadering

van 2 maart 2015, nummer EC_20150302_GT_01

afbeelding "i_NL.IMRO.0193.BP14002-0003_0001.jpg"

drs. H.J. Meijer, voorzitter, drs. A.B.M. ten Have, griffier,

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Doel

Voorliggend bestemmingsplan is een correctieve herziening op onderdelen van het op 27 november 2012 door de raad vastgestelde bestemmingsplan "Buitengebied - Haerst, Tolhuislanden".

Aanleiding voor het opstellen van dit bestemmingsplan is dat de provincie Overijssel opmerkingen heeft gemaakt voor de vaststelling van het bestemmingsplan. Hierover is afgesproken dat deze opmerkingen verwerkt zouden worden in een herziening van het bestemmingsplan.

Tevens is ambtshalve geconstateerd dat enkele ondergeschikte planonderdelen niet of foutief zijn opgenomen in het vastgestelde bestemmingsplan.

Het doel van dit bestemmingsplan is daarom tweeërlei, namelijk:

1. het repareren van enkele planonderdelen waarover door de provincie opmerkingen zijn gemaakt voor de vaststelling van het bestemmingsplan.

2. het repareren van enkele ondergeschikte planonderdelen, waarvan ambtshalve is geconstateerd dat deze niet of foutief zijn opgenomen in het vastgestelde bestemmingsplan "Buitengebied - Haerst, Tolhuislanden".

1.2 Plangebied

De herziening betreft de aanpassing van een aantal regels van het bestemmingsplan "Buitengebied - Haerst, Tolhuislanden", vastgesteld door de raad op 27 november 2012. Het plangebied van deze herziening beslaat het hele plangebied van het vastgestelde bestemmingsplan "Buitengebied - Haerst, Tolhuislanden".

Hoofdstuk 2 Planbeschrijving

Deze correctieve herziening betreft de aanpassing van een aantal regels van het bestemmingsplan "Buitengebied - Haerst, Tolshuislanden" .

2.1 Correcties Na Opmerkingen Provincie Overijssel

a. Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving

  1. 1. Het bestemmingsplan bevat een wijzigingsbevoegdheid voor agrarische bouwblokken tot 2 ha. In de Omgevingsvisie is bepaald dat in dergelijke gevallen de Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving van toepassing is. Dit houdt in dat de uitbreiding van het agrarisch bedrijf in balans dient te zijn met de investeringen in de omgevingskwaliteit. Dit kan onder meer worden aangetoond in een beplantings-/inrichtingsplan, waarin onder meer aangetoond dient te worden dat er sprake is van een versterking van de ruimtelijke kwaliteit. In de planregels is in de agrarische bestemmingen bepaald dat er een inrichtingsplan moet worden ingediend waaruit blijkt dat er sprake is van voldoende ruimtelijke kwaliteit.

In de bestemmingsplannen voor de overige deelgebieden van het buitengebied is dit onderwerp op dezelfde wijze geregeld. Deze wijze van bestemmen heeft de instemming van de provincie in het kader van het vooroverleg.

  1. 2. Het bestemmingsplan bevat eveneens een wijzigingsbevoegdheid voor een kleinschalig kampeerterrein voor 40 kampeermiddelen. Wij vinden dit een erg groot aantal (komt neer op nieuwvestiging van een camping van een halve hectare). Qua oppervlakte is deze wijzigingsbevoegdheid vergelijkbaar met de onder 1 genoemde uitbreidingsmogelijkheid voor agrarische bouwvlakken (beide een halve hectare). Daarom wordt ook hier in de agrarische bestemmingen een inrichtingsplan gevraagd waaruit blijkt dat sprake is van voldoende ruimtelijke kwaliteit.

In de bestemmingsplannen voor de overige deelgebieden van het buitengebied is dit onderwerp op dezelfde wijze geregeld. Deze wijze van bestemmen heeft de instemming van de provincie in het kader van het vooroverleg.

b. Intrekgebied Vechterweerd

In het plangebied bevindt zich in de zuidoostelijke punt het intrekgebied Vechterweerd. In paragraaf 2.13 (drinkwatervoorziening) van de provinciale Omgevingsverordening staat dat bestemmingsplannen voorzien dienen te worden van een aanduiding intrekgebied, waarbij alleen functies worden toegestaan die harmoniëren met de functie van de drinkwatervoorziening. In afwijking hiervan kunnen in intrekgebieden ook nieuwe niet-risicovolle functies en grote risicovolle functies worden toegestaan, mits daarbij wordt voldaan aan het zogenoemde stand-still principe. Dit beginsel is er op gericht om verslechtering van de grondwaterkwaliteit tegen te gaan, en het vergroten van risico's op verontreiniging van het grondwater te voorkomen.

De kwaliteit van het grondwater zal niet verslechteren voor wat betreft het conserverende deel van het bestemmingsplan. Deze kwaliteit is eventueel wel in het geding bij de binnenplanse wijzigingsbevoegdheden ten behoeve van de vergroting van de agrarische bouwvlakken en het kleinschalig kamperen.

Daarom is aan de voorwaarden waaronder medewerking verleend kan worden aan deze wijzigingsbevoegdheden in de agrarische bestemmingen toegevoegd dat geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van de kwaliteit van het grondwater.

In de bestemmingsplannen voor de overige deelgebieden van het buitengebied is dit onderwerp op dezelfde wijze geregeld. Deze wijze van bestemmen heeft de instemming van de provincie in het kader van het vooroverleg.

2.2 Ambtshalve Correcties

  1. 1. De begripsomschrijving "agrarisch hulp- en nevenbedrijf"wordt gewijzigd in een betere begripsomschrijving die meer recht doet aan hetgeen bedoeld wordt.
  2. 2. Artikel 3.2.1.c wordt gewijzigd in die zin dat uitsluitend in een agrarisch bedrijfsgebouw geen verdiepingsvloer mag worden aangebracht. Het verbod tot het aanbrengen van een verdiepingsvloer in agrarische bedrijfsgebouwen is noodzakelijk in verband met de gevolgen voor natuur en milieu.
  3. 3. Artikel 3.2.1.l wordt gewijzigd in dien zin dat het hier uitsluitend om legale bebouwing mag gaan.
  4. 4. Een nieuw artikel 3.4.1.c wordt toegevoegd in dien zin dat het bij binnenplanse afwijking onder voorwaarden wordt toegestaan om zonnepanelen te plaatsen.
  5. 5. Artikel 4.2.1.c wordt gewijzigd in die zin dat uitsluitend in een agrarisch bedrijfsgebouw geen verdiepingsvloer mag worden aangebracht. Het verbod tot het aanbrengen van een verdiepingsvloer in agrarische bedrijfsgebouwen is noodzakelijk in verband met de gevolgen voor natuur en milieu.
  6. 6. Artikel 4.2.1.i wordt toegevoegd, in die zin dat de dakhelling van een bedrijfsgebouw mag niet minder mag bedragen dan 15%. Deze bepaling was abusievelijk weggevallen in het moederplan.
  7. 7. Artikel 4.2.1.j wordt gewijzigd in dien zin dat het hier uitsluitend om legale bebouwing mag gaan.
  8. 8. Een nieuw artikel 4.4.1.c wordt toegevoegd in dien zin dat het bij binnenplanse afwijking onder voorwaarden wordt toegestaan om zonnepanelen te plaatsen.
  9. 9. Artikel 5.2.1.c wordt gewijzigd in die zin dat uitsluitend in een agrarisch bedrijfsgebouw geen verdiepingsvloer mag worden aangebracht. Het verbod tot het aanbrengen van een verdiepingsvloer in agrarische bedrijfsgebouwen is noodzakelijk in verband met de gevolgen voor natuur en milieu.
  10. 10. Artikel 5.2.1.e wordt gewijzigd, in die zin dat de oppervlakte van bouwwerken ten behoeve van een agrarisch hulp- en nevenbedrijf, mag niet meer bedragen dan 850 m². Dit is de correcte oppervlakte.
  11. 11. Artikel 4.2.1.j wordt toegevoegd, in die zin dat de dakhelling van een bedrijfsgebouw mag niet minder mag bedragen dan 15%. Deze bepaling was abusievelijk weggevallen in het moederplan.
  12. 12. Artikel 4.2.1.k wordt gewijzigd in dien zin dat het hier uitsluitend om legale bebouwing mag gaan.
  13. 13. Een nieuw artikel 5.4.1.c wordt toegevoegd in dien zin dat het bij binnenplanse afwijking onder voorwaarden wordt toegestaan om zonnepanelen te plaatsen.
  14. 14. Artikel 23.2.2.d.3 wordt gewijzigd in die zin dat het hier uitsluitend om legale bebouwing mag gaan.
  15. 15. Artikel 43.2.4 wordt toegevoegd. Deze bepaling was abusievelijk weggevallen in het moederplan.
  16. 16. Bijlage 2 wordt gewijzigd in die zin dat in het gehele bouwvlak gebouwen ten behoeve van een loonbedrijf en een kwekerij zijn toegestaan. In het moederplan was dit niet correct opgenomen.

Hoofdstuk 3 Juridische Aspecten

Dit bestemmingsplan is gemaakt conform het 'Handboek bestemmingsplannen Zwolle' versie 20. Dit handboek is gebaseerd op de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen SVBP2012, zoals vastgelegd in de Regeling standaarden ruimtelijke ordening 2012. De regels zijn binnen de systematiek van de SVBP2012 aangepast aan de Zwolse situatie en uitgebreid met extra standaardbestemmingen, waaraan in Zwolle behoefte is. De regels van Buitengebied - Haerst, Tolhuislanden, Herziening 1 zijn voor zover nodig op hun beurt weer aangepast aan specifieke situaties in het plangebied van het bestemmingsplan Buitengebied - Haerst, Tolhuislanden, Herziening 1.

De regels van het bestemmingsplan bestaan uit de volgende hoofdstukken:

  • inleidende regels;
  • bestemmingsregels;
  • overgangs- en slotregels;
  • bijlagen bij de regels.

Dit bestemmingsplan is vervaardigd conform de richtlijnen van het 'Handboek bestemmingsplannen Zwolle' versie 20.

Hoofdstuk 4 Economische Uitvoerbaarheid

Het bestemmingsplan is correctief van karakter. In verband met het feit dat de gemeente binnen het plangebied geen ontwikkelingen met financiële consequenties initieert, is het niet nodig om bij dit plan een exploitatieplan voegen.

Hoofdstuk 5 Overleg En Inspraak

5.1 Uitkomsten Overleg

Er heeft vooroverleg plaatsgevonden met de provincie Overijssel, het waterschap Groot Salland en de gemeenten Dalfsen, Staphorst en Zwartewaterland. Deze instanties hebben geen opmerkingen gemaakt.

5.2 Rapportering Inspraak

Het plan is hoofdzakelijk correctief van aard. Om deze reden is ervoor gekozen om geen inspraak te verlenen op het plan. Derden worden hierdoor niet in hun belangen geschaad, omdat wel de mogelijkheid bestaat om een zienswijze kenbaar te maken, zodra het ontwerpbestemmingsplan ter inzage ligt. Inspraak is bovendien niet wettelijk verplicht. Wel is verschillende manieren informeel overleg gevoerd met divers betrokken partijen in het plangebied.

Bijlage 1 Lijst Van Afwijkend Gebruik

Lijst van hoofdgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - afwijkend gebruik'. De lijst geeft aan welke hoofdgebouwen het betreft, welk afwijkend gebruik is toegestaan en welk deel van het hoofdgebouw het betreft.

Bijlage 2 wordt gewijzigd. Deze wijziging luidt als volgt:

Adres Toegestaan afwijkend gebruik Welk gebouw of perceel en welk deel daarvan
Veenekampenweg 2 Loonbedrijf en kwekerij gehele bouwvlak