Woongebied Kernhem, scherven 3a, 15 en 16
Bestemmingsplan - Ede
Vastgesteld op 09-03-2010 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
plan
het uitwerkingsplan Woongebied Kernhem, scherven 3a, 15 en 16 van de gemeente Ede;
de verbeelding
de analoge voorstelling van de in het uitwerkingsplan opgenomen digitale ruimtelijke informatie met nummer NL.IMRO.BPU2009KRNH0002-0301;
aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
bouwgrens
de grens van een bouwvlak;
bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop krachtens het plan een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
bouwperceelgrens
de grens van een bouwperceel;
bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
carport
een overkapping, al dan niet een gebouw zijnde, die dient voor de stalling van een motorvoertuig.
Artikel 2 Wijze Van Meten
2.1
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de bouwhoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
de dakhelling
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
de goothoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
de inhoud van een bouwwerk
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
de oppervlakte van een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
2.2
Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, liftschachten, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1 m bedraagt.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Groen
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Groen aangewezen gronden zijn bestemd voor (openbare) groenvoorzieningen, bermen en andere groenvoorzieningen, speelvoorzieningen alsmede voor ontsluitingspaden ten behoeve van aangrenzende parkeervoorzieningen en paden met de daarbij behorende bouwwerken.
3.2 Bouwregels
Artikel 4 Maatschappelijk
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Maatschappelijk aangewezen gronden zijn bestemd voor maatschappelijke doeleinden met de daarbijbehorende bouwwerken;
4.2 Bouwregels
Op de in artikel 4.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de in artikel 4.1 bedoelde bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:
- a. de gebouwen uitsluitend mogen worden opgericht binnen het bouwvlak;
- b. het bouwvlak geheel mag worden bebouwd;
- c. de goot- en bouwhoogte van gebouwen mogen niet meer bedragen dan de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' aangegeven goothoogte respectievelijk bouwhoogte;
- d. de gebouwen mogen worden afgedekt met een kap waarvan de dakhelling ten minste 30°zal en ten hoogste 60° mag bedragen;
- e. de hoogte van andere bouwwerken ten hoogste mag bedragen:
- 1. binnen het bouwvlak: de maximale bouwhoogte zoals bedoeld onder c;
- 2. buiten het bouwvlak: de maximale goothoogte 3 m
- f. de oppervlakte van andere bouwwerken mag ten hoogste 200 m2 bedragen.
4.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 4.2 onder d voor het toestaan van een andere dakhelling dan wel een platte dakafdekking mits hierdoor geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.
Artikel 5 Tuin
5.1 Bestemmingsomschrijving
5.2 Bouwregels
Artikel 6 Verkeer - Verblijf
6.1 Bestemmingsomschrijving
6.2 Bouwregels
Artikel 7 Wonen - 1
7.1 Bestemmingsomschrijving
7.2 Bouwregels
7.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 7.2.4 voor de bouw van dakkapellen, waarbij als uitgangspunt geldt dat:
- a. de breedte van de dakkapel niet meer dan 60% van de breedte van het onderliggende gevelvlak van de woning mag bedragen;
- b. de verticaal gemeten afstand van de onderkant van de dakkapel tot de hoogste verdiepingsvloer ten minste 0,90 m dient te bedragen;
- c. de verticaal gemeten afstand van de bovenkant van de dakkapel tot de hoogste verdiepingsvloer maximaal 2,9 m bedraagt;
- d. de verticaal gemeten afstand tussen de bovenzijde van de dakkapel en de bouwhoogte van de woning ten minste 1 m dient te bedragen.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 8 Anti-dubbeltelbepaling
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Hoofdstuk 4 Slotregels
Artikel 9 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het uitwerkingsplan 'Woongebied Kernhem, scherven 3a, 15 en 16'.
- Memo Bodemonderzoeken (Gemeente Ede)
- memo bodemonderzoeken (gemeente Ede)