Chw Open Club (Omgevingsplan)
Bestemmingsplan - Gemeente Harderwijk
Vastgesteld op 18-02-2021 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan
het bestemmingsplan Chw Open Club (Omgevingsplan) met identificatienummer NL.IMRO.0243.BP00248-0003 van de gemeente Harderwijk;
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
1.3 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.4 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
1.5 aan huis verbonden beroep
een (para)medisch, juridisch, administratief, therapeutisch, ontwerp-technisch, adviesgevend, of daarmee gelijk te stellen dienstverlenend beroep, alsmede gastouderopvang, dat in een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en een ruimtelijke uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;
1.6 achtererf
het deel van het bouwperceel dat is gelegen achter de gronden die zijn aangeduid als 'specifieke bouwaanduiding - hoofdgebouw', of het verlengde daarvan;
1.7 achtererfgebied
erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 m achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen;
1.8 ander werk
een werk, geen bouwwerk zijnde;
1.9 bebouwing
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
1.10 bebouwingspercentage
het in de regels aangegeven percentage dat de grootte aangeeft van het deel van het bouwvlak dat ten hoogste mag worden bebouwd;
1.11 bedrijfswoning
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die kennelijk slechts is bedoeld voor de huisvesting (van het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van de grond ter plaatse van het gebouw of het terrein, noodzakelijk moet worden geacht;
1.12 bestaand
- a. bij bouwwerken: een bouwwerk dat op het moment van inwerkingtreding van het plan bestaat of wordt gebouwd, dan wel nadien kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen;
- b. bij gebruik: het gebruik dat op het moment van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaat en in overeenstemming is met het voorheen geldend planologische regime, danwel nadien kan worden gebruikt krachtens een omgevingsvergunning voor het gebruik;
1.13 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak;
1.14 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
1.15 bijbehorend bouwwerk
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;
1.16 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
1.17 bouwgrens
de grens van een bouwvlak;
1.18 bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
1.19 bouwperceelgrens
de grens van een bouwperceel;
1.20 bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
1.21 bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren;
1.22 erf
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw;
1.23 erfgrens
de grens van een erf;
1.24 evenement
al dan niet periodiek terugkerende openbaar toegankelijke activiteit of geheel van activiteiten met een van het reguliere gebruik afwijkend karakter, op het gebied van sport, cultuur, folklore, liefdadigheid, religie, gezondheid, wetenschap, amusement en alle daarmee naar aard en omvang gelijk te stellen activiteiten.
Het van het reguliere gebruik afwijkende karakter kan te maken hebben met het programma en/of de omvang;
1.25 gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.26 maatvoeringsvlak
een als zodanig aangegeven vlak ten behoeve van het indelen van een bouwvlak of bouwperceel met het oog op een verschil in maatvoering;
1.27 ondergeschikte functie
functie die in frequentie en/of omvang ondergeschikt is aan de ingevolge het bestemmingsplan toegestane hoofdfunctie. De hoofdfunctie (sport en beweging) dient qua aard, omvang en verschijningsvorm, als hoofdfunctie herkenbaar te blijven;
1.28 ondersteunende functie
functie die een bijdrage levert aan het maatschappelijk doel van de sportclusters. Concreet betekent dit dat een ondersteunende functie een relatie heeft met het hoofddoel sport en beweging en/of met de volgende maatschappelijke opgaven: zorg, welzijn, gezondheid, duurzaamheid en het meedoen van de inwoners van Harderwijk;
1.29 peil
- 1. voor een bouwwerk waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de kruin van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang;
- 2. voor een bouwwerk waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de hoogte van het terrein ter plaatse van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw;
- 3. bij het ontbreken van een hoofdgebouw: vanaf het aansluitend afgewerkt terrein, waarbij plaatselijke, niet bij het verdere terrein passende, ophogingen of verdiepingen aan de voet van het bouwwerk, anders dan noodzakelijk voor de bouw daarvan, buiten beschouwing blijven;
1.30 voorerf
erf dat geen onderdeel is van het achtererf of zijerf;
1.31 voorerfgebied
erf dat geen onderdeel is van het achtererfgebied;
1.32 voorgevelbouwgrens
het naar de weg gekeerde deel van de bouwgrens;
1.33 voorgevelrooilijn
de denkbeeldig doorgetrokken lijn van het naar de weg gekeerde deel van het bouwvlak ter plaatse van de voorgevel van het hoofdgebouw, dan wel de ligging van de bouwvlakken op de verbeelding indien geen hoofdgebouw aanwezig is;
1.34 woning
een voor bewoning bestemd gebouw, bestaand uit een complex van ruimten;
1.35 zijerf
het deel van het bouwperceel dat is gelegen naast de woning tussen de voorgevelbouwgrens en de daarachter gelegen grens van het vlak met de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - hoofdgebouw', of de verlengden daarvan tot aan de zijdelingse bouwperceelgrens.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.1 de bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk geen gebouw zijnde met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, liftkokers en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
2.2 de goothoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
2.3 de oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
2.4 wijze van meten:
tenzij anders bepaald, worden de afstanden loodrecht gemeten;
2.5 ondergeschikte bouwdelen:
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen binnen bouwvlakken of bestemmingsvlakken worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken, trapportalen en hellingbanen buiten beschouwing gelaten, mits de bouw- c.q. bestemmingsgrens, dan wel de rooilijn met niet meer dan 0,25 m wordt overschreden, met dien verstande dat ten aanzien van trapportalen en hellingbanen de overschrijding niet meer mag bedragen dan 2,5 m.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Maatschappelijk Gebied
3.1 Doel
De gronden binnen Maatschappelijk gebied zijn bedoeld om te gebruiken voor de functie sport en beweging. Verder zijn toegestaan:
- a. ondersteunende functies als deze bijdragen aan maatschappelijke opgaven en bijdragen aan zorg, welzijn, gezondheid, duurzaamheid en het meedoen van de inwoners, bij voorkeur in combinatie met de hoofdfunctie sport en beweging;
- b. ondergeschikte functies.
3.2 Toegelaten functies
Binnen Maatschappelijk gebied zijn de volgende functies toegestaan, als ook wordt voldaan aan de overige regels in dit artikel:
- a. sport en beweging, met de daarbij behorende bedrijfswoningen ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', opslag ter plaatse van de aanduiding 'opslag' en andere functies en voorzieningen voor: groen, ecologische waarden, water (huishouding), (ontsluitings)wegen, paden, erven, openbare ruimten, pleinen, terreinen, parkeren, laden en lossen, straatmeubilair, (buiten)verlichting en nutsvoorzieningen;
en de volgende ondersteunende functies als een bijdrage wordt geleverd aan de functie sport en beweging en/of de maatschappelijke opgaven zoals benoemd in 3.1:
- b. cultuur;
- c. kinder- en buitenschoolse opvang, met uitzondering van sportcluster Slingerbos;
- d. onderwijs;
- e. recreatie;
- f. welzijn;
- g. zorg;
- h. dienstverlening, alleen als deze een directe relatie heeft met de functies onder a, b, c, d, e, f en g;
en de daaraan ondergeschikte functies:
- i. horeca;
- j. verhuur van zaal en/of sportvelden;
- k. evenementen.
3.3 Toegelaten activiteiten
Binnen Maatschappelijk gebied zijn de volgende activiteiten toegestaan:
- a. gebruiken;
- b. bouwen;
- c. aanleggen;
- d. slopen;
- e. beheer en onderhoud.
3.4 Regels voor gebruik
3.5 Regels voor bouwen
- a. bestaande bebouwing is toegestaan en mag na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden herbouwd;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' is één bedrijfswoning per aanduiding toegestaan met een maximale oppervlakte van 150 m2 en een goot- en bouwhoogte van maximaal 3,5 m en 9 m. De oppervlakte van bijbehorende bouwwerken bedraagt niet meer dan 50 m2;
- c. het veranderen van bouwwerken of het bouwen van nieuwe bouwwerken is verboden zonder omgevingsvergunning;
- d. een omgevingsvergunning voor bouwen als bedoeld in c wordt verleend als wordt voldaan aan de volgende regels:
- 1. archeologie: archeologisch vooronderzoek wordt uitgevoerd bij het graven dieper dan 30 cm over een groter totaal oppervlak dan is aangegeven ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding – archeologie 100, 1000 of 5000 m2';
- 2. cultuurhistorie: de cultuurhistorisch waardevolle groenstructuren, verkaveling en structuren, zoals opgenomen in Bijlage 1 Cultuurhistorie, worden in stand gehouden;
- 3. bouwvlak: bouwen van gebouwen is toegestaan binnen het aangegeven bouwvlak;
- 4. bebouwingspercentage: het bebouwingspercentage ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)' bedraagt niet meer dan het aangegeven percentage;
- 5. bijbehorende bouwwerken: bijbehorende bouwwerken zijn ook buiten het bouwvlak toegestaan met een maximale, gezamenlijke oppervlakte van 30 m2 per sportcluster;
- 6. hoogte gebouwen:
- de bouwhoogte van hoofdgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'maximum bouwhoogte (m)' bedraagt niet meer dan de aangegeven hoogte;
- de bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken bedraagt niet meer dan 5 m;
- 7. hoogte bouwwerken, geen gebouwen zijnde: de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt niet meer dan:
- erfafscheidingen 2 m;
- bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van sportvoorzieningen zoals ballenvangers 8 m;
- vlaggenmasten 8 m;
- lichtmasten 15 m;
- overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, 3 m;
8. milieu: de maximale waarden zoals opgenomen in de geldende wet- en regelgeving niet
worden overschreden.
3.6 Regels voor aanleggen
Het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden is verboden zonder omgevingsvergunning. Een omgevingsvergunning wordt verleend, indien wordt voldaan aan de onderstaande voorwaarden:
- a. archeologie: ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding - archeologie 100, 1000 of 5000 m2' wordt informatie overlegd waarin de archeologische waarde van het terrein en de verstoring daarvan naar het oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate is vastgesteld. In het belang van archeologie kunnen kunnen voorschiften aan deze omgevingsvergunning worden verbonden;
- b. cultuurhistorie: de cultuurhistorisch waardevolle groenstructuren, verkaveling en structuren, zoals opgenomen in Bijlage 1 Cultuurhistorie, worden in stand gehouden;
- c. verplaatsen grond: verplaatsen van grond op dezelfde locatie is toegestaan, aanvoer van grond van buiten de locatie is uitsluitend toegestaan met een milieuhygiënische verklaring;
- d. hoogspanningsverbinding: voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ter plaatse van de dubbelbestemming “Leiding – Hoogspanningsverbinding”, wint het bevoegd gezag vooraf advies in bij de desbetreffende leidingbeheerder waaruit moet blijken dat die hiertegen vanuit oogpunt van doelmatig leidingbeheer geen bezwaar heeft.
3.7 Regels voor beheer en onderhoud
Op de gronden is zonder vergunning of melding beheer en onderhoud toegestaan als dit plaatsvindt volgens het beheer- en onderhoudsplan buitensportaccomodaties.
Artikel 4 Leiding - Hoogspanningsverbinding
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:
- a. hoogspanningsverbinding(en);
- b. belemmeringenstrook;
- c. veiligheidszone.
4.2 Bouwregels
- a. in afwijking van het bepaalde bij de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen, mag niet hoger worden gebouwd dan 3 m, tenzij ten behoeve van deze bestemming wordt gebouwd;
- b. de bouwhoogte van bouwwerken ten behoeve van de in 4.1 genoemde bestemming mag niet meer bedragen dan 40 m;
- c. de bestaande bebouwing, welke bestaat op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, ten behoeve van de andere bestemmingen is toegestaan.
4.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2 en toestaan dat wordt gebouwd conform de regels bij de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen. Daarvoor wint het bevoegd gezag vooraf advies in bij de desbetreffende leidingbeheerder waaruit moet blijken dat die hiertegen uit oogpunt van doelmatig leidingbeheer geen bezwaar heeft.
4.4 Gebruiksregels
In afwijking van het bepaalde bij de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen, zijn geen functies toegestaan waarbij sprake is van langdurig verblijf, zoals kinder- en buitenschoolse opvang.
Artikel 5 Leiding - Riool
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:
- a. hoofdrioolleiding(en);
- b. belemmeringenstrook;
- c. veiligheidszone.
5.2 Bouwregels
- a. in afwijking van het bepaalde bij de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen, mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming;
- b. op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd;
- c. voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 6 m.
5.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2 en toestaan dat de in de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd. Daarvoor wint het bevoegd gezag vooraf advies in bij de desbetreffende leidingbeheerder waaruit moet blijken dat die hiertegen uit oogpunt van doelmatig leidingbeheer geen bezwaar heeft.
5.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
- a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden uit te voeren:
- 1. het bewerken van en graven, boren of roeren in de bodem dieper dan 0,5 m;
- 2. het aanleggen van waterlopen en het vergraven, verruimen en dempen van bestaande waterlopen;
- 3. het verlagen van de bodem en afgraven van gronden, tenzij daarvoor een vergunning krachtens de Ontgrondingenwet is vereist en het egaliseren van gronden;
- 4. het aanbrengen van verharding.
- b. Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden als bedoeld onder a. mag alleen worden verleend, indien door de uitvoering van het andere werk dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan, door het stellen van voorwaarden, voldoende tegemoet kan worden gekomen.
- c. Bij de afweging als bedoeld onder b. wordt in ieder geval betrokken de bestemmingsomschrijving van de ter plaatse geldende bestemming.
- d. Er is geen omgevingsvergunning nodig voor:
- 1. andere werken, behorende bij het normale onderhoud, gebruik en beheer;
- 2. andere werken die op het moment van inwerkingtreding van het plan in uitvoering waren of konden worden uitgevoerd krachtens een voor dat tijdstip geldende of aangevraagde vergunning.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 6 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 7 Procedure Melding
- a. Het is verboden om een activiteit als bedoeld in lid 3.4.3 te beginnen of te veranderen zonder dit te melden.
- b. Een melding als bedoeld onder a wordt door de melder ondertekend en bevat tenminste;
- 1. aard en omvang van de functie en/of activiteit die zal worden verricht;
- 2. de aanduiding, inclusief begrenzing, van de locatie waar de activiteit zal worden verricht;
- 3. op welke wijze invulling wordt gegeven aan de inhoudelijke regels voor de melding indien dit van toepassing is;
- 4. de naam en het adres van degene die de activiteit gaat verrichten en de dagtekening.
- c. Het bevoegd gezag mag een controle uitvoeren na ontvangst van de melding voorafgaand aan de activiteit.
Artikel 8 Evaluatie
Tussen de sportverenigingen en gemeente Harderwijk is de procesafspraak gemaakt dat zij regelmatig evalueren over de gang van zaken op de sportclusters. Besproken wordt hoe invulling gegeven wordt aan de toegelaten functies (lid 3.2) en de regels voor gebruik (lid 3.4) in relatie tot het doel van de sportclusters (lid 3.1). Ook is er aandacht voor de wijze waarop de sportverenigingen omwonenden en andere partijen betrekken bij het doordenken en uitvoeren van plannen.
Artikel 9 Algemene Aanduidingsregels
9.1 geluidzone - industrie
Artikel 10 Algemene Afwijkingsregels
Het bevoegd gezag kan afwijken van de regels in deze planregels ten aanzien van de volgende onderwerpen:
- a. het bouwen van antennes waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 25 m;
- b. het veranderen van de voorgeschreven maatvoering met niet meer dan 10%;
- c. het overschrijden van bouwgrenzen met niet meer dan 3 m, als bij de definitieve uitmeting blijkt dat deze aanpassing in het belang van een juiste verwerkelijking van het bouwplan redelijk, gewenst en/of noodzakelijk is, waarbij geldt dat de overschrijding stedenbouwkundig aanvaardbaar is.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 11 Overgangsrecht
11.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a. een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a. met maximaal 10 %.
- a. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
11.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld onder a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 12 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Chw Open Club (Omgevingsplan).
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van....................
voorzitter,
griffier,
Hoofdstuk 1 Samenvatting En Leeswijzer
1.1 Samenvatting
De gemeente Harderwijk heeft vier sportclusters: Hierden, Strokel, Parkweg en Slingerbos. Het doel is om van deze sportclusters zogenaamde "open clubs" of open sportparken te maken. Dit is opgenomen in de "Beleidsnota Sport en bewegen 2018-2021". Een open club heeft een bredere functie dan alleen sport. De gemeente ziet ze als hotspots van vitaliteit en activiteit. Met allerlei activiteiten rond sport en beweging, maar ook op het gebied van welzijn, gezonde leefstijl en onderwijs, waardoor iedereen kan meedoen in Harderwijk. Liefst in samenwerking met andere partijen. Zodat nog meer mensen actief zijn in Harderwijk en er meer 'reuring' ontstaat op de sportclusters, met name overdag.
In de nu geldende bestemmingsplannen mogen de sportterreinen alleen gebruikt worden voor sport. De mogelijkheden van de open club passen hier niet binnen. Een aanpassing van de bestemmingsplannen is nodig om van de sportclusters een open club te kunnen maken.
Dit omgevingsplan zorgt voor deze aanpassing. Naast sportactiviteiten, komt er op de terreinen nu ruimte om allerlei maatschappelijke activiteiten te organiseren die raken aan beweging en vitaliteit. Denk aan activiteiten en functies op vlak van gezondheid, zorg, onderwijs en welzijn. Die activiteiten hoeven niet allemaal met sport en bewegen te maken te hebben, al blijft dat wel de hoofdactiviteit. En ontstaat meer flexibiliteit en ruimte om te bouwen.
Voor dit plan is gebruik gemaakt van de Crisis- en herstelwet, afgekort Chw. Strikt genomen is dit nog een bestemmingsplan, maar we noemen het alvast omgevingsplan. Daarom staat in de titel van het plan 'Chw' en staat 'omgevingsplan' tussen haakjes.
Voor dit omgevingsplan is onderstaande afbeelding gemaakt die de open club in één oogopslag weergeeft.
1.2 Leeswijzer
Het omgevingsplan bestaat uit een toelichting, planregels en plankaart. In de toelichting staat uitleg over het plan. De planregels en plankaart vormen samen het juridische deel van het plan. De officiële naam voor plankaart is overigens 'verbeelding', maar voor het gemak wordt in deze toelichting 'plankaart' gebruikt.
De toelichting bestaat uit 5 hoofdstukken:
- In hoofdstuk 1 staat een samenvatting en leeswijzer.
- In hoofdstuk 2 wordt uitgelegd waarom het bestemmingsplan wordt aangepast en wordt kort ingegaan op de nieuwe Omgevingswet.
- Hoofdstuk 3 beschrijft wat een open club is. Ook wordt ingegaan op de ambities en uitgangspunten die voor alle sportclusters gelden.
- Er wordt ingezoomd op de 4 sportclusters in hoofdstuk 4.
- Tot slot wordt in hoofdstuk 5 een uitleg gegeven van de planregels. Planregels zijn vaak erg juridisch geformuleerd. Daarom is uitleg en achtergrondinformatie gegeven, zodat de planregels beter begrepen kunnen worden.
Hoofdstuk 2 Een Omgevingsplan Voor Open Clubs
2.1 Waarom Een Aanpassing Van Het Bestemmingsplan?
Harderwijk heeft vier sportclusters: Parkweg, Hierden, Slingerbos en Strokel. In de afbeelding hieronder is de ligging van de sportclusters binnen de gemeente aangegeven.
Ligging sportclusters in de gemeente
De vier sportclusters krijgen de mogelijkheid zich te ontwikkelen naar open clubs. Dit is opgenomen in de "Beleidsnota Sport en bewegen 2018-2021". Elk sportcluster heeft zijn eigen wensen, ambities en kracht. Dit heeft o.a. te maken met het sportaanbod, maar ook met de locatie van het sportpark. Daarnaast is er een gedeelde ambitie waarbinnen alle sportclusters werken, namelijk het bevorderen van de vitaliteit van alle inwoners van 0-99 jaar.
In de nu geldende bestemmingsplannen mogen de sportclusters alleen gebruikt worden voor sport. De mogelijkheden van de open club passen hier niet binnen. Een aanpassing van de bestemmingsplannen is nodig om van de sportclusters een open club te kunnen maken. Daarnaast zijn meer bouwmogelijkheden opgenomen danwel is er meer flexibiliteit aangebracht waar gebouwd kan worden. Dus voor het aanpassen van zowel gebruiksmogelijkheden als bouwmogelijkheden is dit omgevingsplan opgesteld.
2.2 Nieuwe Omgevingswet
Bestemmingsplan en omgevingsplan
De termen omgevingsplan en bestemmingsplan worden hierboven door elkaar gebruikt. Dat zit zo.
We werken nu nog met bestemmingsplannen, maar op 1 januari 2022 gaat de nieuwe Omgevingswet in. Als de Omgevingswet ingaat, moeten alle ruimtelijke plannen die nu in bestemmingsplannen zijn vastgelegd, omgezet worden naar één integraal omgevingsplan voor heel Harderwijk. Daarin komen alle regels op het gebied van bijvoorbeeld milieu, natuur en bouwen samen, maar ook worden andere onderwerpen betrokken die meer indirect met de fysieke leefomgeving te maken hebben. Gedacht kan worden aan gezondheid, ontmoeting en economie. Alle ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving - of het nu om gebouwen, pleinen, wegen, water, weilanden of (sport)parken gaat - moeten dan in samenhang, digitaal en samen met Harderwijkers opgepakt worden.
Als voorbereiding op het omgevingsplan voor heel Harderwijk, wordt er nu voor de vier sportclusters een omgevingsplan gemaakt. Hierin staan de regels voor Parkweg, Strokel, Hierden en Slingerbos. Deze regels gelden voor alle vier de locaties en bieden houvast en flexibiliteit voor het gebruik van de ontwikkelingen die daar de komende jaren plaatsvinden. Bij deze regels is rekening gehouden met de ligging van de sportclusters. Voor een sportcomplex dat naast een Natura 2000 gebied ligt (Strokel), gelden bijvoorbeeld andere mogelijkheden dan voor een sportcomplex dat naast de snelweg ligt (Slingerbos).
Crisis- en herstelwet
Voor dit plan is gebruik gemaakt van de Crisis- en herstelwet, afgekort Chw. De Chw geeft mogelijkheden om te experimenteren met de Omgevingswet. Een Chw-bestemmingsplan is met andere woorden een tussenvorm (tussen bestemmingsplan en omgevingsplan in). Hiermee kunnen onder andere gemeenten zich goed voorbereiden op de komst van de Omgevingswet.
Bijvoorbeeld: in de Chw is de mogelijkheid opgenomen om onderzoek naar de haalbaarheid van een initiatief te faseren. Dit betekent dat het onderzoek uitgesteld mag worden. Bij een bestemmingsplan moet het onderzoek gedaan zijn, voordat het bestemmingsplan vastgesteld wordt. Bij een Chw-bestemmingsplan (en straks onder de Omgevingswet) hoeft het onderzoek pas uitgevoerd te worden, als een initiatief daadwerkelijk uitgevoerd gaat worden.
Strikt genomen is dit plan voor de Open club nog een bestemmingsplan, maar we noemen het alvast omgevingsplan. Dit zijn dus de redenen dat in de titel van het plan 'Chw' staat en dat 'omgevingsplan' tussen haakjes staat.
2.3 Participatie
Participatie staat centraal in de nieuwe Omgevingswet. Bij het omgevingsplan voor de 4 sportclusters hebben we hier daarom veel aandacht aan gegeven. We hebben een aantal bijeenkomsten gehouden met de sportverenigingen om de uitgangspunten en ambities van de open club te bepalen. Wat deze uitgangspunten en ambities zijn, staat beschreven in paragraaf 3.2.
Ook wordt de buurt van elk sportcluster betrokken bij de voorbereiding van dit omgevingsplan.
Hoofdstuk 3 Open Club
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd wat een open club is. Ook wordt ingegaan op de ambities en uitgangspunten die voor alle sportclusters gelden. In dit hoofdstuk wordt dus nog niet ingegaan op de verschillen tussen de sportclusters. De verschillen tussen de sportclusters komen in het volgende hoofdstuk aan bod.
3.1 Wat Is Een Open Club?
Op de sportclusters Hierden, Strokel, Parkweg en Slingerbos zijn een groot aantal buitensportverenigingen actief. De sportverenigingen op de vier sportclusters (en daarbuiten) hebben een belangrijke rol in het sportaanbod. Zij zorgen ervoor dat de inwoners van Harderwijk voldoende mogelijkheden hebben om te sporten en te bewegen.
Naast het aanbieden van sport heeft een sportvereniging ook een belangrijke maatschappelijke functie. Sporten verbindt mensen en bevordert een gezonde leefstijl. De gemeente Harderwijk daagt de sportverenigingen uit hier een bijdrage aan te leveren. Dit kan door bijvoorbeeld aangepast sporten aan te bieden, maar ook door een ontmoetingsplek te zijn voor wijkbewoners of een arbeidsplek voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.
Dit noemen we een open club; een vereniging die zich niet alleen bezig houdt met trainingen en wedstrijden, maar ook activiteiten aanbiedt die bijdragen aan welzijn, gezondheid en meedoen van inwoners van Harderwijk. Binnen de open club is samenwerking tussen sportverenigingen en andere maatschappelijke organisaties heel belangrijk. Belangrijk voor de sportvereniging is dat zij hierdoor sterker wordt voor de toekomst.
3.2 Uitgangspunten En Ambities Van De Sportclusters
Het doel van de open club is dat de sportclusters een bredere maatschappelijke functie vervullen. De verenigingen krijgen daardoor de gelegenheid hun ondernemerszin te bevorderen, zo het voortbestaan van de vereniging te borgen, een maatschappelijke rol te kunnen vervullen en de accommodatie gedurende de dag beter te bezetten.
Rond de totstandkoming van dit omgevingsplan is met de betrokken sportverenigingen gesproken over hun wensen en ambities. Elk sportcluster heeft zijn eigen wensen, ambities en kracht. Dit heeft o.a. te maken met het sportaanbod, maar ook met de locatie van het sportpark. Daarnaast is er een gedeelde ambitie waarbinnen alle sportclusters werken, namelijk het bevorderen van de vitaliteit van alle inwoners van 0-99 jaar. In algemene zin is er behoefte aan:
- Een gezamenlijk lifestyle programma met de sportaanbieders, sportschool en fysiopraktijk.
- Het ontwikkelen van een aanbod om ouderen aan het bewegen te krijgen. Bijvoorbeeld via fithockey, jeu de boule, koersbal, koersbanden, schaken en dammen etc.
- Meer evenementen voor de buurt te kunnen faciliteren.
- Wijkverenigingen of andere maatschappelijke organisaties een onderdak bieden.
- Gezamenlijk inzetten op verduurzaming/energiebesparing.
- Grote regionale evenementen naar Harderwijk halen.
- Aandacht voor de verkeersveiligheid.
De gemeente wil hierin meebewegen, als elk sportcluster zich rekenschap geeft van het volgende:
- De sportvereniging richt zich op de vitaliteit van de inwoners, door de verbinding met gezondheid, zorg, onderwijs en welzijn.
- Aanvullende commerciële activiteiten, zoals zaalverhuur en evenementen, zijn alleen bedoeld ter ondersteuning en versterking van de hoofdactiviteit, nl. de maatschappelijke functie van de sportvereniging.
- De opbrengsten van deze activiteiten mogen uitsluitend gebruikt worden om de sportvereniging te versterken en niet met een winstoogmerk voor derden.
- De inzet van de accommodatie mag in hoofdzaak geen concurrentie vormen voor de ondernemers in Harderwijk. Indien de opbrengsten van commerciële activiteiten een substantieel bedrag van de begroting van de sportvereniging gaan uitmaken, behoudt de gemeente het recht voor dit te controleren en indien nodig haar maatregelen te nemen. Er kan gehandhaafd worden op de volgende onderdelen:
- a. Erfpacht
- b. Drank- en Horecawet
- c. Bestemmingsplan - omgevingsplan
- d. Statuten
- Het uitgangspunt is dat bovenstaande regels gelden voor elk sportcluster.
- Per sportcluster zijn bestaande wet- en regelgeving leidend voor het toestaan van activiteiten.
Daarnaast willen enkele sportverenigingen ruimere bouwmogelijkheden of meer flexibiliteit in waar gebouwd kan worden. Een aantal sportverenigingen heeft concrete bouwplannen en een aantal wil de mogelijkheid open houden om in de toekomst bij te bouwen. De geldende bestemmingsplannen zijn erg streng wat bouwen betreft. Vaak gelden er strakke bouwvlakken waarbuiten niet gebouwd mag worden of het aantal m2 is beperkt.
In dit omgevingsplan geeft de gemeente per sportvereniging een zone aan waarbinnen gebouwd mag worden. Soms mag het hele bouwvlak bebouwd worden, soms een deel ervan. Op deze manier hebben de sportverenigingen meer bouwmogelijkheden en meer flexibiliteit voor de toekomst om te bouwen.
Hoofdstuk 4 Specifieke Regels Per Sportcluster
Het vorige hoofdstuk ging over de sportclusters gezamenlijk, maar er zijn natuurlijk verschillen tussen de sportclusters. De verschillen worden in dit hoofdstuk beschreven. Er wordt met andere woorden ingezoomd op de vier sportclusters. Per sportcluster wordt een korte beschrijving gegeven en wordt ingegaan op de eigen ambities. Ook wordt aangegeven welke regels er gelden die met de ligging van het sportcluster te maken heeft. Zo liggen bijvoorbeeld twee sportclusters bij een hoogspanningsverbinding en ligt er één vlakbij een beschermd natuurgebied. Per sporcluster wordt aangegeven welke specifieke regels hiervoor gelden.
4.1 Sportcluster Hierden
Korte beschrijving
Het sportcluster Hierden ligt aan de Dorpshuisweg in Hierden. Het ligt ten westen van het dorp Hierden. Aan de noordzijde van het sportcluster liggen weilanden en akkers, aan de zuidzijde woningen en andere bebouwing. Over de tennisvereniging loopt een hoogspanningsverbinding. Dit sportcluster bestaat uit:
- Voetbalvereniging VV Hierden
- Tennisvereniging de Rumels
- Stichting sportzaal Hierden
In onderstaande afbeelding zijn de grenzen van het sportcluster te zien.
Plangrenzen sportcluster Hierden
Ambitie Hierden
Er is al veel samenwerking op het sportcluster Hierden. Zeven verenigingen en commerciële organisaties hebben zich verbonden in Hierden Vitaal en er is inmiddels een beweegmakelaar aangesteld. De samenwerking wordt hiermee de komende tijd verder uitgebouwd, zodat nieuwe verbindingen gelegd kunnen worden en nieuw aanbod gecreëerd kan worden op het sportpark. Begin 2020 wordt gestart met de bouw van een padelbaan. Er is veel vergrijzing in Hierden, dus met het ontwikkelen van ideeën wordt hier rekening mee gehouden. Zo wordt nagedacht om het bewegen te stimuleren onder senioren door aan deze doelgroep onder andere koersbal, tafeltennis en walking football aan te bieden. Ook is een combinatie met zorg en welzijn interessant.
Regels Hierden
Voor sportcluster Hierden gelden de volgende specifieke regels:
- 1. mogelijk zijn er archeologische monumenten aanwezig in de grond. In de grond graven mag daarom niet zomaar. Als dieper gegraven wordt dan 30 cm en als de oppervlakte meer is dan 5000 m2, dan is eerst archeologisch vooronderzoek nodig voor grofweg het noordelijke deel van het sportcluster. Voor het zuidelijke deel liggen de vrijstellingsgrenzen op 30 cm en 1000 m2 (zie lid 3.5 onder d.1 van de planregels en de specifieke bouwaanduiding – archeologie 1000 en 5000 m2 op de plankaart);
- 2. er zijn cultuurhistorisch waardevolle elementen aanwezig. Het gaat om strookvormige percelering met doorgaande sloten en om houtsingels langs de Kleine Mheenweg. In dit omgevingsplan is geregeld dat deze instandgehouden moeten worden (zie lid 3.5 onder d.2 van de planregels);
- 3. de aanwezigheid van de hoogspanningsverbinding betekent dat een verblijfsfunctie alleen is toegestaan, als er toestemming is van de leidingbeheerder Liander. Ook zijn er beperkingen voor bouwen (zie artikel 4 van de planregels);
- 4. de noordwestelijke hoek ligt in de geluidszone van industrieterrein Lorentz. Dit betekent dat hier geen nieuwe geluidsgevoelige gebouwen toegestaan zijn (zie lid 9.1 van de planregels).
4.2 Sportcluster Strokel
Sportcluster Strokel ligt ten zuiden van de N302. Aan de noordzijde ligt het Van der Valk-hotel en aan de westzijde recreatieterreinen en een scoutingvereniging. Het recreatieterrein aan de noordwestzijde (Park Slenck & Horst) transformeert naar een woongebied. Aan de oostzijde ligt de Veluwe dat ook beschermd natuurgebied is (Natura 2000). Dit sportcluster bestaat uit:
- Atletiek vereniging Athlos
- voetbalvereniging VVOG
- Tennisvereniging Strokel
- wielervereniging Noord Veluwe
- Survivalrun vereniging Harderwijk
- Duitse Herdervereniging Harderwijk
Ambitie Strokel
Opvallend aan sportcluster Strokel is de ligging nabij het bosgebied van de Veluwe. Dit biedt kansen voor sport en beweging. In de komende tijd wordt verkend met welke partijen samengewerkt kan worden. Te denken valt aan het Van der Valk-hotel, Bouw & Infra park en de recreatieparken. Strokel wil inzetten op duurzaamheid. Onderzocht wordt of het sportcluster energieneutraal en gasloos kan worden. Daarnaast wil het sportpark meer inzetten op (commerciële) exploitatie, zodat het (zakelijke) gebruik vergroot kan worden. De sociale en verkeersveiligheid bij dit sportpark is een belangrijk aandachtspunt. De gebruikers van dit sportclusters hebben verzocht dat de oversteek bij de N302 veiliger wordt en dat er verlichting wordt aangebracht langs het fietspad aan de Strokelweg.
Regels Strokel
Voor sportcluster Strokel gelden de volgende specifieke regels:
- 1. activiteiten moeten goed getoetst worden aan de natuurwetgeving. Beschermde soorten mogen niet verstoord worden en activiteiten mogen niet leiden tot een toename van de stikstofdepositie op de Veluwe (zie lid 3.4.1 onder c.6 van de planregels);
- 2. mogelijk zijn er archeologische monumenten aanwezig in de grond. In de grond graven mag daarom niet zomaar. Als dieper gegraven wordt dan 30 cm en als de oppervlakte meer is dan 100 m2, dan is eerst archeologisch vooronderzoek nodig. Voor een heel klein stukje aan de zuidzijde liggen de vrijstellingsgrenzen op 30 cm en 5000 m2 (zie lid 3.5 onder d.1 van de planregels en de specifieke bouwaanduiding – archeologie 100 of 5000 m2 op de plankaart). Deze twee aanduidingen liggen op een deel van het sportpark. In het overige deel geldt dat er geen archeologisch onderzoek nodig is, omdat de bodem al verstoord is;
- 3. de aanwezigheid van de hoogspanningsverbindingen betekent dat een verblijfsfunctie alleen is toegestaan, als er toestemming is van de leidingbeheerder. Ook zijn er beperkingen voor bouwen (zie artikel 4 van de planregels).
4.3 Sportcluster Parkweg
Sportcluster Parkweg ligt centraal in Harderwijk en is aan alle zijden omgeven door bebouwing en een veelheid aan functies, zoals wonen, bedrijvigheid, recreatie en cultuur. Aan de zuidzijde loopt een spoorlijn. Sportcluster Parkweg bestaat uit:
- Voetbalvereniging Zwart-Wit
- Hockeyclub De Mezen
- Jeu de boules vereniging De Bieleggers
- Beachvolleybal VVH
Ambitie Parkweg
Er gebeurt al veel op sportcluster Parkweg. De vele verenigingen en gebouwen bij elkaar en de centrale locatie in Harderwijk bieden veel mogelijkheden. De deelnemers hebben ook allerlei ideeën op het gebied van onderwijs, sport en bewegen, evenementen en zorg. Ook qua doelgroep wordt breed ingestoken: jongeren, ouderen, zorgcliënten en wijkbewoners. Ingezet wordt op betere communicatie wat het aanbod op het sportcluster is en op het vergroten van de toegankelijkheid voor mensen met een fysieke beperking. Op dit sportpark is een sportparkmanager aanwezig wat het vergemakkelijkt om activiteiten van de grond te krijgen.
Regels Parkweg
Voor sportcluster Parkweg gelden de volgende specifieke regels:
- 1. mogelijk zijn er archeologische monumenten aanwezig in de grond. In de grond graven mag daarom niet zomaar. Als dieper gegraven wordt dan 30 cm en als de oppervlakte meer is dan 100 m2, dan is eerst archeologisch vooronderzoek nodig. Voor een heel klein stukje aan de noordzijde liggen de vrijstellingsgrenzen op 30 cm en 1000 m2 (zie lid 3.5 onder d.1 van de planregels en de specifieke bouwaanduiding – archeologie 100 of 1000 m2 op de plankaart).
4.4 Sportcluster Slingerbos
Sportcluster Slingerbos ligt aan de zuidzijde van de wijk Slingerbos. Aan de noorzijde ligt een school en woonwijk. Direct ten oosten en westen is groen en bos aanwezig. Iets verder ten oosten ligt de spoorlijn. Aan de zuidzijde loopt de A28. Dit sportcluster bestaat uit Korfbalvereniging Unitas en Handbalvereniging Harderwijk.
Ambitie Slingerbos
De sportverenigingen zetten op korte termijn in op de realisatie van een nieuw clubgebouw en een herindeling van de velden. Dit maakt ook de weg vrij om een nieuw asfaltveld aan te leggen die door de handbalvereniging gebruikt kan worden. Dit biedt ook gelegenheid om nieuwe activiteiten aan te bieden. Gedacht wordt aan een verbinding met zorg, de wijkontmoeting en taallessen. Op dit moment wordt er al veel aangeboden voor de jeugd, maar de basisschool en de middelbare school in de wijk bieden misschien nog meer kansen. De doelgroep senioren is onderbelicht, dus ook daar kan aanbod op ontwikkeld worden. Hierbij is het van belang welke behoeften er in de wijk zelf leven, zodat de sportverenigingen dit kunnen vertalen in passende activiteiten. Het sportcluster wil vooral vraaggericht werken.
Regels Slingerbos
Voor sportcluster Slingerbos gelden enkele specifieke regels:
- 1. mogelijk zijn er archeologische monumenten aanwezig in de grond. In de grond graven mag daarom niet zomaar. Als dieper gegraven wordt dan 30 cm en als de oppervlakte meer is dan 1000 m2, dan is eerst archeologisch vooronderzoek nodig (zie lid 3.5 onder d.1 van de planregels en de specifieke bouwaanduiding – archeologie 1000 m2 op de plankaart);
- 2. er is cultuurhistorisch waardevolle beplanting aanwezig. Het gaat om bosstroken ten oosten en westen van het sportpark. In dit omgevingsplan is geregeld dat deze instandgehouden moeten worden (zie lid 3.5 onder d.2 van de planregels);
- 3. aan de noordzijde ligt een riooltransportleiding. Deze is aangegeven op de plankaart als Leiding -Riool. Dit betekent dat er voorwaarden verbonden zijn aan bouwen en (grond)werkzaamheden (zie artikel 5 van de planregels).
Hoofdstuk 5 Uitleg Planregels
In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe de planregels van dit omgevingsplan gelezen moeten worden. Voor het goed begrijpen van de planregels moet de plankaart erbij gehouden worden, omdat daar vaak naar verwezen wordt.
Er wordt eerst uitgebreid ingegaan op artikel 3 van de planregels, omdat hierin opgenomen is welke functies toegestaan zijn en welke bouwregels er gelden. De overige artikelen komen daarna aan bod.
5.1 Artikel 3 - Maatschappelijk Gebied
Doel - lid 3.1
Aan alle sportclusters is de bestemming "Maatschappelijk gebied" gegeven. Alle sportclusters vallen daarmee onder artikel 3 van de planregels. Allereerst is beschreven wat het doel is van deze bestemming (lid 3.1). Het doel is dat de sportclusters vooral bedoeld zijn voor sport en beweging. Sport en beweging vormen dus de hoofdfunctie. Ondersteunende functies zijn ook toegestaan, maar hiervoor geldt dat deze verbonden zijn aan maatschappelijke opgaven. De achtergrond hiervan is in paragraaf 3.2 beschreven.
Ook zijn ondergeschikte functies toegestaan. Deze hoeven niet per se een verbinding te hebben met sport, beweging of de maatschappelijke opgaven. Om ervoor te zorgen dat deze functies niet de boventoon gaan voeren, is opgenomen dat ze alleen "ondergeschikt" toegestaan zijn.
Voor de duidelijkheid worden enkele voorbeelden genoemd:
- 1. Een BSO is toegestaan als ondersteunende functie. Bij voorkeur heeft dit een relatie met sport en bewegen, dus een sport-BSO is zeer welkom.
- 2. Koffie-ochtenden voor eenzame mensen vallen onder zorg/welzijn. Dit wordt aangemerkt als ondersteunende functie. Bij voorkeur heeft dit een relatie met sport en bewegen, maar verplicht is dit niet. Dus dagelijkse koffie-ochtenden waarbij het samenkomen centraal staat, zijn toegestaan.
- 3. Een accountant die meerdere dagen per week ruimte wil huren voor zijn accountantskantoor is niet toegestaan. Dit kan niet als een ondergeschikte of een ondersteunende functie worden aangemerkt.
Het is lastig om in het plan concrete regels op te nemen. Wat de één ondergeschikt vindt, vindt de ander niet meer ondergeschikt. Daarom legt artikel 8 uit dat gemeente en sportclusters regelmatig in gesprek gaan. Dan kan worden besproken hoe het gaat op de sportclusters en zij invulling geven aan de ondergeschikte functies en het betrekken van omwonenden en andere partijen.
In de voorheen geldende bestemmingsplannen was de bestemming van de sportclusters "Sport" waar uitsluitend een sportfunctie was toegestaan. Door het toestaan van bovengenoemde ondersteunende en ondergeschikte functies zijn de mogelijkheden flink uitgebreid.
Toegelaten functies - lid 3.2
Hier is beschreven welke functies zijn toegestaan op de sportclusters. Allereerst worden weer sport en beweging genoemd. Ook staat hier dat er drie bedrijfswoningen (op sportcluster Strokel) zijn toegestaan en allerlei andere voorzieningen op het gebied van groen, water en infrastructuur.
Vervolgens is aangegeven wat bedoeld wordt met ondersteunende functies. Het gaat om cultuur, kinder- en buitenschoolse opvang, onderwijs, recreatie, welzijn, zorg en dienstverlening. Zoals hierboven al is aangegeven moeten deze functies sport en beweging verbinden aan de maatschappelijke opgaven. Dit betekent bijvoorbeeld dat koffieochtenden gehouden mogen worden (verbinding met welzijn), gymnastiek voor ouderen (verbinding met gezondheid) of taallessen (verbinding met meedoen). Over dienstverlening is opgenomen dat deze een verbinding moet hebben met de andere ondersteunende functies. Een accountant mag bijvoorbeeld niet, maar een fysiotherapeut wel (verbinding met gezondheid).
Als ondergeschikte functies zijn opgenomen horeca, verhuur (van zaal en/of sportvelden) en evenementen. Deze zijn in beperkte mate toegestaan. Dus als deze functies af en toe voorkomen of als duidelijk is dat het ondergeschikt is aan de hoofdfunctie, dan is dat toegestaan. Voor horeca geldt bijvoorbeeld dat het als regulier kantinegebruik toegestaan is. Het gaat met andere woorden om niet-zelfstandige horeca (sportkantine). Voor de duidelijkheid is een definitie van ondergeschikte functies opgenomen (zie lid 1.27).
Ook is een definitie van evenement opgenomen (zie lid 1.24). Hierin staat onder andere dat het bij evenementen gaat om "een van het reguliere gebruik afwijkend karakter". Dit kan afwijkend zijn qua programma en/of omvang. Hiermee wordt bedoeld dat het om een evenement gaat als er een programma is met één of meer onderdelen die niet-sportgerelateerd zijn en dus niet onder het normale gebruik van de sportvereniging vallen (bijvoorbeeld een feesttent voor muziekoptredens). Ook wordt iets een evenement genoemd als het wel sportgerelateerd is, maar dusdanig veel mensen trekt dat er onevenredige hinder optreedt voor de omgeving. Iets meer druk op de omgeving door een sportwedstrijd hoort bij het normale gebruik van een sportcluster, maar het wordt anders als het ernstige overlast geeft. In dit laatste geval is er sprake van een evenement. Dit moet per geval bekeken worden.
Met andere woorden, voordat gekeken wordt naar de planregels die horen bij evenementen, is het van belang dat de sportclusters zich eerst afvragen of een activiteit een evenement is. Als het hoort binnen het reguliere gebruik, is er geen sprake van een evenement en zijn de regels in artikel 3 niet van toepassing.
Toegelaten activiteiten - lid 3.3
In de nieuwe Omgevingswet is opgenomen dat ook aangegeven moet worden welke activiteiten er komen. Daarom is daar een opsomming van gegeven.
Regels voor gebruik - lid 3.4
Er zijn enkele regels die voor alle sportclubs en voor alle activiteiten gelden (lid 3.4.1):
- Woon- en leefklimaat omwonenden: een activiteit mag geen onevenredige overlast veroorzaken voor de bestaande woningen in de directe omgeving van de sportclusters. Deze regel is erg algemeen, maar toch is deze bewust opgenomen. De regel biedt namelijk ruimte voor flexibiliteit. Van de andere kant is de flexibiliteit wel ingeperkt door de overige regels in dit omgevingsplan (bijvoorbeeld regels over parkeren, lichtmasten en toegelaten functies).
- Parkeren: er moet voldoende ruimte aanwezig zijn voor het parkeren of stallen van auto's. Hierbij zijn de parkeernormen uit de Parkeernormennota Harderwijk leidend.
- Verkeer: de afwikkeling van verkeer moet in voldoende mate zekergesteld zijn.
- Externe Veiligheid: het groepsrisico moet verantwoord worden op basis van de Beleidsvisie externe veiligheid Harderwijk. Het groepsrisico gaat over de impact van een ramp met veel dodelijke slachtoffers tegelijk. Daar is geen norm voor, maar het moet wel verantwoord worden. In de Beleidsvisie externe veiligheid Harderwijk is deze verantwoording nader toegelicht. Na inwerkingtreding van de Omgevingswet vervalt de “Gezamenlijke beleidsvisie externe veiligheid gemeenten in de regio Veluwe-Noord" en wordt de regelgeving uit het “Besluit Activiteiten Leefomgeving” en het “Besluit Kwaliteit Leefomgeving van toepassing”.
- Lichtmasten: de lichtmasten mogen niet gebruikt worden tussen 23.00 uur en 8.00 uur.
- Natuur: er moet voldaan worden aan de wet- en regelgeving voor natuur.
- (Brand)veiligheid: het plangebied moet bereik zijn voor hulpdiensten en er moeten voldoende bluswatervoorzieningen aanwezig zijn.
Voor de meeste functies is geen melding of vergunning nodig. Die zijn opgesomd in lid 3.4.2:
- sport en beweging;
- evenementen, onder voorwaarden, bijvoorbeeld dat het om maximaal 100 bezoekers gaat;
- cultuur;
- recreatie, zonder commercieel oogmerk;
- welzijn;
- dienstverlening;
- horeca, alleen voor regulier kantinegebruik voor sport en beweging;
- verhuur van zaal en/of sportvelden;
- een aan huis verbonden beroep (bij de bedrijfswoningen op sportcluster Strokel).
In lid 3.4.3 is aangegeven welke functies meldingsplichtig zijn. Het gaat om:
- 1. horeca:
Melding is nodig als het gaat om bijeenkomsten van persoonlijke aard of die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de functie sport betrokken zijn. Er zijn niet meer dan 12 van deze bijeenkomsten toegestaan. Dit kan een feestje zijn, maar ook een bijeenkomst van een andere aard. Dit betekent dat de bijeenkomst die georganiseerd wordt, geen relatie heeft met het sportpark. Dus een bijeenkomst van het bestuur van de stichting waar vergaderd wordt over de sportverenigingen, valt niet onder de maximaal 12 toegestane bijeenkomsten. Maar als een verenigingslid zijn verjaardag in het clubhuis wil houden, dan valt het wel onder die maximaal 12 toegestane bijeenkomsten. Dat hij daar ook sport, heeft daar niks mee te maken. Het gaat erom dat zijn verjaardag niks met sport te maken heeft. Voor de overige regels wordt verwezen naar de Algemene Plaatselijke Verordening. Deze is te vinden op www.harderwijk.nl (als zoekterm 'APV' invoeren).
Let op dat hier een relatie ligt met de verhuur van zaal en/of sportvelden. Indien er zaalverhuur plaatsvindt waarbij alcoholische drank geschonken wordt, zijn deze regels over horeca van toepassing.
- 2. evenementen:
Een melding is nodig als het gaat om evenementen met minder dan 100 bezoekers, maar waarbij wel muziek ten gehore wordt gebracht.
De vergunningsplichtige functies zijn (lid 3.4.4):
- kinder- en buitenschoolse opvang;
- onderwijs;
- recreatie, met een commercieel oogmerk, zoals een klimmuur;
- zorg;
- evenementen met meer dan 100 bezoekers.
Bij deze functies, met uitzondering van de evenementen, is het van belang dat bijgedragen wordt aan het doel van de sportclusters (lid 3.1) en dat voldaan wordt aan de algemene regels (lid 3.4.1). Bij de vergunningsaanvraag moet dit daarom goed onderbouwd worden. Voor evenementenvergunningen wordt verwezen naar de Algemene Plaatselijke Verordening, omdat dit altijd maatwerk is.
Regels voor bouwen - lid 3.5
Naast de regels voor het gebruik zijn er ook enkele regels voor bouwen opgenomen. Het belangrijkste is dat voor het veranderen van bouwwerken of het bouwen van nieuwe bouwwerken een omgevingsvergunning nodig is. Bouwwerken kunnen gebouwen zijn, maar ook bijvoorbeeld een hek of vlaggenmast. Er moet rekening gehouden worden met archeologische en cultuurhistorische waarden. Hierop wordt per sportcluster ingegaan in hoofdstuk 4 van de toelichting. Gebouwen zijn alleen toegestaan binnen bouwvlakken die per sportvereniging zijn aangegeven op de plankaart. In elk bouwvlak is een maximaal bebouwingspercentage en een maximale bouwhoogte opgenomen. Tot slot zijn er regels opgenomen voor bouwwerken die geen gebouwen zijn.
Regels voor aanleggen - lid 3.6
Deze regels zijn bedoeld voor bijvoorbeeld grondwerkzaamheden of het aanleggen of verwijderen van groen. Er moet rekening gehouden worden met archeologische en cultuurhistorische waarden. Bij het aanvoeren van grond van buiten het sportcluster is een milieuhygiënische verklaring nodig.
Regels voor beheer en onderhoud - lid 3.7
De laatste regels binnen het artikel Maatschappelijk gebied gaan over beheer en onderhoud. Dit is toegestaan zonder melding of vergunning, mits dit gebeurt volgens het Beheer- en Onderhoudsplan buitensportaccommodaties.
5.2 Overige Artikelen
De overige artikelen uit de planregels worden hieronder kort uitgelegd.
Inleidende regels - artikel 1 en 2
In artikel 1 worden enkele begrippen uitgelegd die in de regels worden gebruikt. Dit geeft duidelijkheid over de uitleg en toepassing van de regels. In artikel 2 is de manier bepaald waarop gemeten moet worden.
Bestemmingsregels - artikel 3, 4 en 5
In de bestemmingsregels is alles over de bestemmingen opgenomen. Over de bestemming Maatschappelijk gebied is in paragraaf 5.1 uitgebreid ingegaan. Verder zijn er regels opgenomen voor zogenaamde dubbelbestemmingen. In dit omgevingsplan gaat het om de hoogspanningsverbindingen (artikel 4) en een rioolleiding (artikel 5). Binnen de grenzen van de dubbelbestemming hoogspanningsverbindingen raadt de GGD langdurig verblijf af. Dit betekent dat bijvoorbeeld sporttrainingen en kleedkamers toegestaan zijn, maar een kinderdagverblijf of BSO niet.
Algemene regels - artikel 6 t/m 10
In dit hoofdstuk zijn bepalingen opgenomen met een algemeen karakter:
- anti-dubbeltelregel (artikel 6): hiermee wordt geregeld dat grond die al eerder bij een verleende bouw- of omgevingsvergunning is meegenomen, niet nog eens bij de verlening van een nieuwe omgevingsvergunning mag worden meegenomen. Deze regel is wettelijk verplicht om op te nemen in een bestemmingsplan en is rechtstreeks overgenomen uit het Besluit ruimtelijke ordening;
- procedure melding (artikel 7): hierin wordt uitgelegd wat er gedaan moet worden, als er een meldingsplicht geldt;
- evaluatie (artikel 8): sommige regels in dit omgevingsplan zijn niet concreet of kwantiatief, maar wat algemener en kwalitatief geformuleerd. Afgesproken is dat de sportverenigingen en gemeente regelmatig met elkaar overleggen hoe het de sportclusters vergaat en hoe ze zich ontwikkelen tot open club. Dit artikel bevat met andere woorden een procesafspraak. Besproken wordt bijvoorbeeld hoeveel ondergeschikte activiteiten er plaats vinden en hoe deze zich verhouden tot de overige functies. Een ander voorbeeld is in hoeverre de activiteiten overlast veroorzaken voor de omliggende woningen. Dit is bewust niet concreet vastgelegd en daarom is een regelmatige evaluatie nuttig. Dit kan eens per jaar zijn, maar ook vaker of minder vaak;
- geluidzone - industrie (artikel 9): sportcluster Hierden valt voor een deel in de geluidzone van industrieterrein Lorentz. Binnen deze zone zijn geen geluidsgevoelige gebouwen toegestaan. Op zich is dat ook niet toegestaan. De aanduiding op de plankaart voor deze geluidzone heeft vooral een signaleringsfunctie;
- algemene afwijkingsregels (artikel 10): in dit artikel wordt aangegeven in hoeverre met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor kleine afwijkingen van de bouwregels. Hiermee kan in specifieke situaties maatwerk worden geboden.
Overgangs- en slotregels - artikel 11 en 12
In het laatste hoofdstuk zijn het overgangsrecht en de slotregel opgenomen:
- overgangsregels (artikel 11): deze regel is wettelijk verplicht om op te nemen in een bestemmingsplan en is rechtstreeks overgenomen uit het Besluit ruimtelijke ordening. Dit artikel bevat regels die als doel hebben bestaande situaties (gebruik of bouwwerken), welke niet in overeenstemming zijn met het bestemmingsplan, te regelen. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen gebruik en bouwen. Het overgangsrecht met betrekking tot bouwen en bouwwerken regelt dat bouwwerken die aanwezig waren ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan, maar in strijd zijn met het bestemmingsplan, onder overgangsrechtelijke bescherming vallen. Dat wil zeggen dat deze bouwwerken mogen blijven bestaan. Deze bescherming geldt ook voor bouwwerken die op deze peildatum legaal kunnen worden gebouwd, maar nog niet zijn gebouwd. De regeling bevat verder een bevoegdheid voor burgemeester en wethouders om bij een omgevingsvergunning af te wijken ten behoeve van een beperkte uitbreiding (maximaal 10%) van het niet in het nieuwe bestemmingsplan passende bouwwerk. Bouwwerken die wel bestonden op de genoemde peildatum, maar zijn gebouwd zonder (omgevings)vergunning, zijn expliciet uitgesloten van de beschermende werking van het overgangsrecht. Het overgangsrecht voor gebruik dat in strijd is met het nieuwe bestemmingsplan, regelt dat het gebruik van gronden dat bestaat op het moment dat het nieuwe bestemmingsplan van kracht wordt, mag worden voortgezet. Het bestaande gebruik dat (ook) in strijd was met het voorgaande bestemmingsplan, is echter van deze beschermende werking van het overgangsrecht uitgesloten, indien het op grond van het recht nog mogelijk is om hiertegen op te treden.
- slotregel (artikel 12): dit artikel bevat de titel (naam) van het vast te stellen bestemmingsplan. Deze regel is wettelijk verplicht om op te nemen in een bestemmingsplan.
Hoofdstuk 6 Uitvoerbaarheid
6.1 Inspraak
IIn het kader van de inspraakprocedure heeft het voorontwerpbestemmingsplan "Chw Open Club" met ingang van 16 april 2020 gedurende 6 weken voor iedereen ter inzage gelegen in de stadswinkel van het stadhuis. Tijdens deze termijn konden ingezetenen en belanghebbenden schriftelijk of digitaal zienswijzen kenbaar maken bij Burgemeester en wethouders. Dit is op 15 april 2020 bekend gemaakt in de Staatscourant, de Harderwijker Courant en op de gemeentelijke website. Binnen deze termijn is één zienswijze ingediend. De zienswijze is samengevat en beantwoord en als bijlage bij de toelichting gevoegd.
6.2 Vooroverleg 3.1.1 Bro
Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan moet in het kader van het overleg als bedoeld in art. 3.1.1. van het Besluit ruimtelijke ordening overleg worden gepleegd met de besturen van betrokken gemeenten en waterschappen en met die diensten van provincie en rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen die in het plan in het geding zijn. Tegelijkertijd wordt het bestemmingsplan voorgelegd aan andere relevante instanties. Het voorontwerpbestemmingsplan "Chw Open Club" is aan de onderstaande instanties toegezonden:
- Provincie Gelderland
- Waterschap Vallei en Veluwe
- Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland
- Omgevingsdienst Noord-Veluwe
- Liander N.V.
- Gezamenlijke Natuurbeschermingswerkgroep
- Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Harderwijk
Er zijn reacties ontvangen van de Binnen de termijn zijn reacties ingekomen van:
- Provincie Gelderland;
- Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland;
- Gasunie;
- Omgevingsdienst Noord-Veluwe.
Van de overige instanties is geen reactie ontvangen. De reacties zijn samengevat en beantwoord en als bijlage bij de toelichting gevoegd.
6.3 Zienswijzen
Het ontwerpbestemmingsplan “Chw Open Club (Omgevingsplan)” heeft met ingang van 8 oktober 2020 gedurende zes weken voor iedereen ter inzage gelegen. Tijdens deze termijn kon een ieder schriftelijk zienswijzen kenbaar maken bij de gemeenteraad. Desgewenst kon ook worden volstaan met een mondelinge zienswijze. Dit is op 7 oktober 2020 bekend gemaakt in de Harderwijker Courant, de Staatscourant en de gemeentelijke website. Binnen de gestelde termijn is één zienswijze ingekomen.
De ingediende zienswijze is binnen de termijn van inzagelegging ontvangen en is in behandeling genomen. In de "Commentaarnota zienswijze ontwerpbestemmingsplan Chw OpenClub (Omgevingsplan)" is de zienswijze samengevat en becommentarieerd en als bijlage bij de toelichting gevoegd.
Bijlage 1 Cultuurhistorie
Bijlage 1 Eindverslag Inspraak
Bijlage 1 Eindverslag Inspraak
Bijlage 2 Vooroverleg 3.1.1 Bro
Bijlage 2 Vooroverleg 3.1.1 Bro