Correctieve herziening Buitengebied West
Bestemmingsplan - gemeente Heerde
Vastgesteld op 15-12-2014 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan
Het bestemmingsplan Correctieve herziening Buitengebied West met identificatienummer NL.IMRO.0246.800CorrectieBGWEST-va01 van de gemeente Heerde.
1.2 bestemmingsplan
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels.
Op dit bestemmingsplan zijn van toepassing de regels en verbeelding welke deel uitmaken van het bestemmingsplan Buitengebied West, vastgesteld bij besluit van de raad van de gemeente Heerde d.d. 16 april 2012 en door de Raad van State op een aantal planonderdelen vernietigd op 21 augustus 2013, te raadplegen via http://www.ruimtelijkeplannen.nl/web-roo/roo/bestemmingsplannen?planidn=NL.IMRO.0246.00000800-va01, met dien verstande dat die regels en verbeelding als volgt worden aangepast.
Artikel 1.17 'bedrijfsmatige exploitatie' wordt als volgt gewijzigd:
het via een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon exploiteren en beheren van een verblijfsrecreatief complex, gericht op het als onderneming jaarlijks aanbieden van recreatief verblijf aan meerdere, steeds wisselende personen;
Artikel 1.24 'bijbehorend bouwwerk' wordt als volgt gewijzigd:
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;
Artikel 1.59 'inwoning' wordt als volgt gewijzigd:
twee of meer huishoudens die één woning bewonen met gemeenschappelijk gebruik van één of meer voorzieningen of (verblijfs)ruimten van die woning en waarbij de woning één hoofdtoegang behoudt en de voorzieningen c.q. (verblijfs)ruimten onderling vrij toegankelijk zijn;
Artikel 1.60 'intensieve veehouderij' wordt als volgt gewijzigd:
een agrarisch bedrijf of dat deel van een agrarisch bedrijf waar tenminste 250 m² aan bedrijfsvloeroppervlakte aanwezig is dat gebruikt wordt als veehouderij volgens de Wet milieubeheer, waar geen melkrundvee, schapen, paarden of dieren biologisch gehouden worden (conform artikel 2 van de Land-bouwkwaliteitswet) en waar geen dieren gehouden worden uitsluitend of in hoofdzaak ten behoeve van natuurbeheer;
Na 1.107 'woonhuis' wordt een nieuw artikel 1.108 'activiteitencentrum' toegevoegd:
een centrum voor culturele, theater-, sport-, spel- en teambuildingactiviteiten, waarbij horeca uitsluitend is toegestaan als ondergeschikte functie ten dienste van de hoofdfunctie;
Na 1.107 'woonhuis' wordt een nieuw artikel 1.109 'relatie' toegevoegd:
ter plaatse van de aanduiding 'relatie' wordt de verbinding aangegeven tussen twee of meer afzonderlijk begrensde bouwvlakken of bestemmingsvlakken, inclusief de daaraan toegekende aanduidingen waarmee die bouwvlakken of bestemmingsvlakken één vlak vormen;
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 2 Agrarisch
Een nieuw Artikel 3.1 onder 2 wordt toegevoegd, de opvolgende onderdelen worden hernummerd. De toevoeging luidt als volgt:
2. het behoud, bescherming, ontwikkeling en/of herstel van de voorkomende danwel aan het gebied eigen landschaps-, natuur- en cultuurhistorische waarden;
Artikel 3.2.3 onder 2 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
2. de oppervlakte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 150 m² bedragen inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
Artikel 3.2.3 onder 3 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
bij herbouw, verbouw en uitbreiding van een bedrijfswoning mogen de huidige gevels, uitgezonderd de voorgevel, met niet meer dan 10 m overschreden worden, waarbij de minimale afstand tot de zijdelingse perceelsgrens niet minder dan 5 m mag bedragen, mits daardoor de omliggende (agrarische) bedrijven niet worden gehinderd in hun bedrijfsvoering;
Artikel 3.2.3 onder 7 wordt toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
7. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen;
Aan Artikel 3.2.4 wordt een onderdeel 4 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
4. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen.
Aan Artikel 3.4.1 wordt een onderdeel 7 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
7. 3.2.4 onder 4 en een afwijkende dakhelling toestaan.
Artikel 3.5.1 onder 3 sub a wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
op minder dan 50 m afstand van enige woning;
In Artikel 3.6.1 onder 1 wordt nummering van de subleden gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
a. de noodzaak daarvan uit oogpunt van dierwelzijn is aangetoond,
de opvolgende subleden worden vernummerd.
De verwijziging in Artikel 3.6.1 onder 2 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
2. 3.2.1 onder 1
Artikel 3 Agrarisch - Glastuinbouw
Artikel 4.1 onder 8 wordt toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
8. het behoud, bescherming, ontwikkeling en/of herstel van de voorkomende danwel aan het gebied eigen landschaps-, natuur- en cultuurhistorische waarden;
Artikel 4.2.3 onder 2 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
2. de oppervlakte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 150 m² bedragen inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
Artikel 4.2.3 onder 3 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
bij herbouw, verbouw en uitbreiding van een bedrijfswoning mogen de huidige gevels, uitgezonderd de voorgevel, met niet meer dan 10 m overschreden worden, waarbij de minimale afstand tot de zijdelingse perceelsgrens niet minder dan 5 m mag bedragen, mits daardoor de omliggende (agrarische) bedrijven niet worden gehinderd in hun bedrijfsvoering;
Aan Artikel 4.2.4 wordt een onderdeel 4 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
4. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen.
Aan Artikel 4.4.1 wordt een onderdeel 3 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
3. 4.2.4 onder 4 en een afwijkende dakhelling toestaan.
Artikel 4.5.1 onder 3 sub a wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
op minder dan 50 m afstand van enige woning;
Artikel 4 Agrarisch - Kwekerij
Artikel 5.1 onder 9 wordt toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
9. het behoud, bescherming, ontwikkeling en/of herstel van de voorkomende danwel aan het gebied eigen landschaps-, natuur- en cultuurhistorische waarden;
Artikel 5.2.3 onder 2 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
2. de oppervlakte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 150 m² bedragen inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
Artikel 5.2.3 onder 3 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
bij herbouw, verbouw en uitbreiding van een bedrijfswoning mogen de huidige gevels, uitgezonderd de voorgevel, met niet meer dan 10 m overschreden worden, waarbij de minimale afstand tot de zijdelingse perceelsgrens niet minder dan 5 m mag bedragen, mits daardoor de omliggende (agrarische) bedrijven niet worden gehinderd in hun bedrijfsvoering;
Aan Artikel 5.2.4 wordt een onderdeel 4 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
4. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen.
Aan Artikel 5.4.1 wordt een onderdeel 5 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
5. 5.2.4 onder 4 en een afwijkende dakhelling toestaan.
Artikel 5.5.1 onder 4 sub a en b worden gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
4. het met machines spuiten van gewasbeschermingsmiddelen op open teelten, op gronden die zijn gelegen:
- a. op minder dan 50 m afstand van enige woning;
- b. op minder dan 15 m afstand van beken en sprengen.
Artikel 5 Bedrijf
In Artikel 6.2.2 onder 1 wordt 'bedrijfsvloeroppervlak' gewijzigd in 'bedrijfsoppervlak'.
Artikel 6.2.3 onder 2 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
2. de oppervlakte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 150 m² bedragen inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
Aan Artikel 6.2.4 wordt een onderdeel 4 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
4. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen.
Aan Artikel 6.4.1 wordt een onderdeel 3 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
3. 6.2.4 onder 4 en een afwijkende dakhelling toestaan.
Artikel 6 Bedrijf - Nut
In Artikel 7.2.1 onder 2 wordt 'bedrijfsvloeroppervlak' gewijzigd in 'bedrijfsoppervlak'.
Artikel 7 Cultuur En Ontspanning
In Artikel 9.2.2 onder 1 wordt 'vloeroppervlak' gewijzigd in 'oppervlak'.
Artikel 9.2.3 onder 2 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
2. de oppervlakte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 150 m² bedragen inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
Aan Artikel 9.2.4 wordt een onderdeel 4 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
4. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen.
Aan Artikel 9.4.1 wordt een onderdeel 3 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
3. 9.2.4 onder 4 en een afwijkende dakhelling toestaan.
Artikel 8 Detailhandel
In Artikel 10.2.2 onder 1 wordt 'vloeroppervlak' gewijzigd in 'oppervlak'.
Artikel 10.2.3 onder 2 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
2. de oppervlakte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 150 m² bedragen inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
Aan Artikel 10.2.4 wordt een onderdeel 4 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
4. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen.
Aan Artikel 10.4.1 wordt een onderdeel 3 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
3. 10.2.4 onder 4 en een afwijkende dakhelling toestaan.
Artikel 9 Horeca
In Artikel 11.2.2 onder 1 wordt 'vloeroppervlak' gewijzigd in 'oppervlak'.
Artikel 11.2.3 onder 2 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
2. de oppervlakte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 150 m² bedragen inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
Aan Artikel 11.2.4 wordt een onderdeel 4 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
4. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen.
Aan Artikel 11.4.1 wordt een onderdeel 3 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
3. 11.2.4 onder 4 en een afwijkende dakhelling toestaan.
Artikel 10 Maatschappelijk
In Artikel 12.2.2 onder 1 wordt 'vloeroppervlak' gewijzigd in 'oppervlak'.
Artikel 12.2.3 onder 2 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
2. de oppervlakte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 150 m² bedragen inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
Aan Artikel 12.2.4 wordt een onderdeel 4 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
4. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen.
Aan Artikel 12.4.1 wordt een onderdeel 3 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
3. 12.2.4 onder 4 en een afwijkende dakhelling toestaan.
Artikel 11 Maatschappelijk - Militair Oefenterrein
Artikel 13.4.1 onder 1 vervalt. De opvolgende onderdelen worden hernummerd.
Artikel 13.4.1 onder 3 aanhef wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
13.2.1 ten behoeve van gebouwen voor bosonderhoud en - beheer, met dien verstande dat:
Artikel 12 Recreatie - Verblijfsrecreatie
Artikel 17.2.6 onder 2 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
2. de oppervlakte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 150 m² bedragen inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
Artikel 17.2.6 onder 3 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
bij herbouw, verbouw en uitbreiding van een bedrijfswoning mogen de huidige gevels, uitgezonderd de voorgevel, met niet meer dan 10 m overschreden worden, waarbij de minimale afstand tot de zijdelingse perceelsgrens niet minder dan 5 m mag bedragen, mits daardoor de omliggende (agrarische) bedrijven niet worden gehinderd in hun bedrijfsvoering;
Aan Artikel 17.2.7 wordt een onderdeel 4 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
4. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen.
Aan Artikel 17.4.1 wordt een onderdeel 3 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
3. 17.2.7 onder 4 en een afwijkende dakhelling toestaan.
Artikel 13 Recreatie - Volkstuin
In Artikel 18.2.1 worden de onderdelen hernummerd, beginnend vanaf 1.
In Artikel 18.4.1 worden de onderdelen hernummerd, beginnend vanaf 1.
Artikel 14 Sport
In Artikel 19.2.1 onder 3 wordt 'vloeroppervlak' gewijzigd in 'oppervlak'.
In Artikel 19.2.1 onder 3 wordt de kop van de tabel gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
adres | activiteit | maximaal oppervlak (m²) |
In Artikel 19.2.2 onder 3 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
in afwijking van het bepaalde onder 2 geldt dat de bouwhoogte van speelinstallaties, lichtmasten en ballenvangers niet meer dan 8 m mag bedragen;
Artikel 15 Sport - Manege
In Artikel 20.2.2 onder 1 wordt 'vloeroppervlak' gewijzigd in 'oppervlak'.
Artikel 20.2.3 onder 2 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
2. de oppervlakte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 150 m² bedragen inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
Aan Artikel 20.2.4 wordt een onderdeel 4 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
4. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen.
Aan Artikel 20 wordt een nieuw Artikel 20.4 Afwijken van de bouwregels toegevoegd. De overige leden worden vernummerd. Het nieuwe Artikel luidt als volgt:
20.4.1 Bevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in:
1. 20.2.3 onder 6 en een afwijkende dakhelling toestaan.
2. 20.2.4 onder 4 en een afwijkende dakhelling toestaan.
20.4.2 Afwegingskader
Bij toepassing van de afwijkingsbevoegdheid vindt een evenredige belangenafweging plaats als bedoeld in Artikel 43 Algemene afwijkingsregels.
Artikel 16 Wonen
Artikel 26.2.2 onder 1 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
per bestemmingsvlak mag niet meer dan 1 vrijstaand woonhuis worden gebouwd of niet meer vrijstaande woonhuizen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal woningen' is aangegeven, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'tweeaaneen' twee woningen aaneen mogen worden gebouwd;
Artikel 26.2.2 onder 3 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
bij herbouw, verbouw en uitbreiding van een bedrijfswoning mogen de huidige gevels, uitgezonderd de voorgevel, met niet meer dan 10 m overschreden worden, waarbij de minimale afstand tot de zijdelingse perceelsgrens niet minder dan 5 m mag bedragen, mits daardoor de omliggende (agrarische) bedrijven niet worden gehinderd in hun bedrijfsvoering;
Artikel 26.2.2 onder 5 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
de oppervlakte van een woonhuis mag niet meer dan 150 m² bedragen inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken, met dien verstande dat de oppervlakte meer dan 150 m² mag bedragen indien het aan het woonhuis aangebouwde bedrijfsgedeelte van voormalige boerderijen bij het woonhuis worden betrokken;
Aan Artikel 26.2.3 wordt een onderdeel 4 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
4. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen.
De verwijziging in Artikel 26.4.1 onder 3 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
3. 26.2.3 onder 2
De verwijziging in Artikel 26.4.1 onder 4 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
4. 26.2.3 onder 2
Aan Artikel 26.4.1 wordt een onderdeel 5 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
5. 26.2.3 onder 4 en een afwijkende dakhelling toestaan.
Artikel 26.6.1 onder 1 aanhef wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
26.5.1 onder 1, ten behoeve van aan huis gebonden bedrijven als genoemd in categorie 1 van Bijlage 5 Lijst aan huis gebonden bedrijven, dan wel activiteiten die naar aard en omvang gelijk zijn te stellen met de aangegeven categorie van activiteiten, niet zijnde detailhandel, met dien verstande dat:
Artikel 17 Wonen - Landhuis
Aan Artikel 27.2.3 wordt een onderdeel 4 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
4. de dakhelling mag niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen.
Aan Artikel 27.4.1 wordt een onderdeel 3 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
3. 27.2.3 onder 4 en een afwijkende dakhelling toestaan.
Artikel 27.6.1 onder 1 aanhef wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
27.5.1 onder 1, ten behoeve van aan huis gebonden bedrijven als genoemd in categorie 1 van Bijlage 5 Lijst aan huis gebonden bedrijven, dan wel activiteiten die naar aard en omvang gelijk zijn te stellen met de aangegeven categorie van activiteiten, niet zijnde detailhandel, met dien verstande dat:
Artikel 18 Leiding - Gas
Artikel 29.4 Nadere eisen wordt vervangen door een nieuw Artikel 29.4 Specifieke gebruiksregels. Het nieuwe Artikel luidt als volgt:
39.4 Specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
- 1. het opslaan van goederen, met uitzondering het opslaan van goederen t.b.v. van inspectie en onderhoud van de gastransportleiding.
Artikel 19 Leiding - Hoogspanningsverbinding
Aan Artikel 30.2 wordt toegevoegd een nieuw onderdeel 2. Het bestaande onder 2 wordt hernummerd. De toevoeging luidt als volgt:
masten mogen worden gebouwd ten dienste van de leiding, met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer dan 50 m mag bedragen;
Artikel 30.3.1 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in 30.2 onder 1 en toestaan dat wordt gebouwd ten dienste van en conform de basisbestemming, indien de veiligheid van de betrokken leiding niet wordt geschaad en vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingexploitant.
Artikel 20 Waterstaat - Waterkering
Artikel 38.3.1 onder 1 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
38.2 en toestaan dat wordt gebouwd ten dienste van en conform de basisbestemming;
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 21 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 22 Algemene Bouwregels
Aan de tabel in Artikel 40.3 worden aanduidingen toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
'droge bos- en heideontginning' | - Ontginningspatronen en plantagebossen behouden - Cultuurhistorische (historisch geografische) waarden behouden en zichtbaar maken, zoals grafheuvels en leemkuilen |
'oeverwallen' | - Halfopen landschap behouden en versterken - Herstel erfbeplanting met lindes, beuken en kastanjes - Bijzondere richtingen in verkavelingspatroon |
'natte heideontginning' | - Ontginningspatroon behouden en versterken: wegen langs ontginningsassen beplanten met als hoofdsoort berk - Kenmerkende zichtlijnen langs de ontginningsassen - In verrommelde delen: heggen als kavelgrens en erfbeplanting toepassen - Relatieve openheid behouden - Grasland |
Artikel 23 Algemene Afwijkingsregels
Artikel 43.1 onder 7 wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
het bepaalde ten aanzien van de maximale goothoogte van bedrijfsbebouwing, niet zijnde de bedrijfswoning, en toestaan dat de goothoogte wordt verhoogd met 2 m, mits dit noodzakelijk is voor een doelmatige bedrijfsvoering;
Artikel 43.4 aanhef wordt gewijzigd. De wijziging luidt als volgt:
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in 41.1 onder 1 sub 3 voor het wonen ten behoeve van mantelzorg in een vrijstaande bijbehorende bouwwerken, mits is aangetoond dat mantelzorg in de bestaande woning redelijkerwijs niet mogelijk is, waarbij de volgende voorwaarden gelden:
Artikel 24 Omgevingsvergunning Voor Het Uitvoeren Van Werken Of Werkzaamheden
Aan de tabel in Artikel 46.1 worden aanduidingen toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
'droge bos- en heideontginning' 2) | + | + | + | + | + | + | + | ||
'kampenontginning' 2) | + | + | + | + | |||||
'natte heideontginning' 2) | + | + | + | + |
Aan Artikel 46.3.1 wordt een onderdeel 7 toegevoegd. De toevoeging luidt als volgt:
7. graafwerkzaamheden als bedoeld in de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten;
Na Artikel 46.4 wordt een nieuw Artikel 46.5 en 46.6 toegevoegd. De opvolgende leden en verwijzingen worden hernummerd. De toevoeging luidt als volgt:
46.5 Toelaatbaarheid werken en werkzaamheden bij Leiding - Gas
Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden kan worden verleend indien de betreffende werken en/of werkzaamheden de belangen van de leiding niet schaden.
46.6 Deskundige advies Leiding - Gas
Alvorens te beslissen op een aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in 46.1, winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen van de leiding niet worden geschaad en welke voorwaarden gesteld dienen te worden om eventuele schade te voorkomen.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 25 Overgangsrecht
25.1 Overgangsrecht bouwwerken
- 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- 2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder 1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
- 3. Het bepaalde onder 1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
25.2 Overgangsrecht gebruik
- 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het bepaalde onder 1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- 3. Indien het gebruik, bedoeld in het bepaalde onder 1, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- 4. Het bepaalde onder 1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 26 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Correctieve herziening Buitengebied West.
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding En Doelstelling
Voorliggend bestemmingsplan is een correctieve herziening op onderdelen van het op 16 april 2012 door de raad van de gemeente Heerde vastgestelde bestemmingsplan "Buitengebied West". Aanleiding voor het opstellen van dit bestemmingsplan is de uitspraak van de Raad van State op 21 augustus 2013 (ABRvS 201205223/1/R2), waarmee twee onderdelen uit het vastgestelde bestemmingsplan zijn vernietigd. Tevens is ambtshalve geconstateerd dat enkele planonderdelen niet of foutief zijn opgenomen in het vastgestelde bestemmingsplan.
Het doel van dit bestemmingsplan is daarom tweeërlei, namelijk:
- 1. het repareren van enkele planonderdelen die door de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State op 21 augustus 2013 zijn vernietigd in de uitspraak 201205223/1/R2, te weten de planonderdelen van dictumonderdeel II onder a en b van de uitspraak van de Raad van State;
- 2. het repareren van enkele planonderdelen, waarvan ambtshalve is geconstateerd dat deze niet of foutief zijn opgenomen in het vastgestelde bestemmingsplan "Buitengebied West".
1.2 Plangebied
De herziening betreft zowel de aanpassing van de verbeelding als enkele regels van het bestemmingsplan "Buitengebied West". Het plangebied van deze herziening beslaat het hele plangebied van het vastgestelde bestemmingsplan "Buitengebied West". Binnen het plangebied worden tevens enkele percelen herzien. In paragraaf 2.4 wordt verder ingegaan op de details omtrent deze wijzigingen.
1.3 Leeswijzer
In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op de juridische aspecten van dit bestemmingsplan. Er wordt een verklaring gegeven over de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen, de opzet van de bestemmingsregeling en de verbeelding en de inhoud van deze herziening.
In hoofdstuk 3 wordt de economische uitvoerbaarheid van dit bestemmingsplan behandeld.
Hoofdstuk 4 gaat in op de maatschappelijke uitvoerbaarheid, dat wil zeggen op welke wijze wordt omgegaan met overleg, inspraak en zienswijzen.
Hoofdstuk 2 Juridische Aspecten
2.1 Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (Svbp)
Algemeen
De vorige Wet op de Ruimtelijke Ordening (hierna WRO) en het daarbij behorende Besluit op de ruimtelijke ordening (Bro 1985) bevatten bijna geen bepalingen over de opbouw en de verbeelding van het bestemmingsplan. Hierdoor zijn er in de praktijk zeer verschillende bestemmingsplannen ontstaan. Dit, terwijl leesbaarheid, raadpleegbaarheid en helderheid voor de gebruiker van het bestemmingsplan van groot gewicht zijn. Daarnaast is de vergelijkbaarheid van ruimtelijke plannen van groot belang voor degenen die deze plannen in grotere samenhang wensen te bezien. Denk hierbij aan degenen die betrokken zijn bij de planvoorbereiding, de planbeoordeling, de monitoring van beleid en de handhaving.
De Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen (hierna SVBP 2012) maakt het mogelijk om bestemmingsplannen te maken die op vergelijkbare wijze zijn opgebouwd en op een zelfde manier worden verbeeld.
Vergelijkbare bestemmingsplannen
SVBP 2012 geeft bindende standaarden voor de opbouw en de verbeelding van het bestemmingsplan, zowel digitaal als analoog. Dit om de gewenste vergelijkbaarheid zeker te stellen. De standaarden hebben geen betrekking op de toelichting van het bestemmingsplan. De toelichting maakt immers - strikt juridisch gezien - geen deel uit van het bestemmingsplan.
De verbeelding van het bestemmingsplan bestaat uit een verzameling geografische bepaalde objecten, die zijn opgeslagen in een digitaal ruimtelijk informatiesysteem. De objecten zijn voorzien van bestemmingen met bijbehorende doeleinden en regels. Er wordt uitdrukkelijk op gewezen dat de standaarden geen betrekking hebben op de inhoud van een bestemmingsplan.
Bestemmingen
Het centrale onderdeel van een bestemmingsplan is de bestemming. Ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening worden aan de in het plan begrepen grond bestemmingen toegewezen met bijbehorende doeleinden. Aan de bestemmingen zijn regels gekoppeld over het gebruik van de in het plan begrepen grond en van de zich daar bevindende bouwwerken. Een bestemmingsplan kan ook dubbelbestemmingen bevatten. Deze overlappen bestemmingen en geven eigen regels, waarbij sprake is van een rangorde tussen de bestemmingen en de dubbelbestemmingen.
Aanduidingen worden gebruikt om bepaalde zaken binnen een bestemming of dubbelbestemming nader of specifieker te regelen. Het gaat hierbij om specificaties met betrekking tot het gebruik of de bouwmogelijkheden. De aanduidingen hebben daardoor juridische betekenis en komen ook altijd in de regels van het bestemmingsplan voor.
2.2 Opzet Van De Bestemmingsregeling
Doelstellingen en uitgangspunten
Onderhavig bestemmingsplan voorziet in een correctieve herziening op onderdelen van het bestemmingsplan "Buitengebied West". Dit houdt in dat de regels van het bestemmingsplan "Buitengebied West" van toepassing worden verklaard op onderhavig bestemmingsplan, met dien verstande dat de regels op onderdelen worden aangepast, conform hetgeen is aangegeven in de regels van deze correctieve herziening.
Opzet regels
De opbouw van de regels is gelijk aan Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2012. De opbouw is als volgt:
- Betekenisafspraken (Hoofdstuk 1 Inleidende regels);
- De gebruiks- en bouwregels per bestemming (Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels);
- Algemene regels (Hoofdstuk 3 Algemene regels);
- Overige regels (Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels).
2.3 Verbeelding En Wijze Van Toetsen
Verbeelding
De verbeelding heeft een belangrijke rol bij het bepalen van de gebruiks- en bebouwingsmogelijkheden in het buitengebied. Daartoe zijn op de plankaart bestemmingsvlakken en aanduidingen opgenomen.
Aan de ondergrondgegevens op de verbeelding, zoals ingetekende gebouwen, kunnen geen rechten worden ontleend. Daar staat tegenover dat het ontbreken van dergelijke ondergrondgegevens ook niet leidt tot een beperking van rechten. De ondergrondgegevens hebben dus uitsluitend een illustratief karakter. Deze gegevens zijn een hulpmiddel voor het bepalen van bestemmingsvlakken en bouwvlakken.
Onderhavig bestemmingsplan voorziet in een correctieve herziening op onderdelen van het bestemmingsplan "Buitengebied West". Dit houdt in dat de verbeelding van het bestemmingsplan "Buitengebied West" van toepassing worden verklaard op onderhavig bestemmingsplan, met dien verstande dat de verbeelding op onderdelen worden aangepast, conform hetgeen is aangegeven op de verbeelding van deze correctieve herziening.
2.4 Inhoud Herziening
2.4.1 Algemeen
Deze correctieve herziening betreft zowel aanpassingen van de verbeelding als enkele regels van het bestemmingsplan "Buitengebied West".
De doelstelling van deze correctieve herziening is het vastleggen en juridisch borgen van de onderdelen die als gevolg van de uitspraak van de Raad van State zijn vernietigd en tevens van de ambtshalve correcties via de hierna volgende aanpassingen.
2.4.2 Correcties na uitspraak Raad van State
Uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State, d.d. 21 augustus 2013 - 201205223/1/R2
De volgende correcties worden met deze correctieve herziening doorgevoerd in het bestemmingsplan "Buitengebied West":
- 1. voor het agrarische perceel Bisschopsstraat 2 is ten onrechte geen bedrijfswoning toegestaan, middels de aanduiding "aantal bedrijfswoningen=0" op de verbeelding. Op basis van de uitspraak wordt voor dit perceel een bedrijfswoning positief bestemd, middels het op de verbeelding opnemen van de aanduiding "aantal bedrijfswoningen=1";
- 2. op het woonperceel Wapenvelder Kerkweg 12b is ten onrechte niet voorzien in een aanduiding voor twee (vrijstaande) woningen. Op basis van de uitspraak wordt de tweede bestaande vrijstaande woning voor dit perceel positief bestemd, middels het op de verbeelding opnemen van de aanduiding "maximum aantal wooneenheden=2". In de regels wordt in artikel 26.1 (Wonen) opgenomen dat ter plaatse van voorgenoemde aanduiding het op de verbeelding weergegeven aantal woningen is toegestaan. Dit wijkt af van de standaard regeling dat 1 vrijstaande woning per woonbestemming is toegestaan.
2.4.3 Ambtshalve correcties regels
De volgende ambtshalve correcties worden met deze correctieve herziening doorgevoerd in de regels van het bestemmingsplan "Buitengebied West":
- 1. de begripsomschrijving "bedrijfsmatige exploitatie" in artikel 1 (Begrippen) wordt gewijzigd in een betere begripsomschrijving die meer recht doet aan hetgeen bedoeld wordt;
- 2. de begripsomschrijving "bijbehorend bouwwerk" in artikel 1 (Begrippen) wordt gewijzigd, door het verbod op wonen in een vrijstaand bijgebouw te verwijderen. Deze bepaling is reeds opgenomen in de specifieke gebruiksregels van de desbetreffende artikelen;
- 3. de begripsomschrijving "inwoning" in artikel 1 (Begrippen) wordt gewijzigd in een betere begripsomschrijving die meer recht doet aan hetgeen bedoeld wordt;
- 4. het begrip "activiteitencentrum", zoals gebruikt in artikel 12 (Maatschappelijk), wordt toegevoegd aan artikel 1 (Begrippen). Door het toevoegen van dit begrip ontstaat meer duidelijkheid over wat wordt verstaan onder een activiteitencentrum;
- 5. het begrip "relatie" (verbinding aangegeven tussen twee of meer afzonderlijk begrensde bouwvlakken of bestemmingsvlakken, inclusief de daaraan toegekende aanduidingen waarmee die bouwvlakken of bestemmingsvlakken één vlak vormen) is ten onrechte niet opgenomen in artikel 1 (Begrippen). Dit begrip wordt daarom toegevoegd;
- 6. generiek wordt aangepast dat de oppervlakte van een woonhuis (zowel burgerwoning als bedrijfswoning, met uitzondering van landhuizen) niet meer dan 150 m² mag bedragen, inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken. Met deze regeling wordt voorkomen dat aan de 150 m² ook de 100 m² geplakt wordt om een grotere woning te krijgen en wordt getracht dat het bijgebouw afzonderlijk van de woning gebouwd wordt;
- 7. generiek wordt aangepast dat voor bijbehorende bouwwerken bij woningen (zowel burgerwoningen als bedrijfswoningen) een verplichte dakhelling van ten minste 30° en ten hoogste 60° geldt om te voorkomen dat bijbehorende bouwwerken met een plat dak kunnen ontstaan. Tegelijk is in de desbetreffende artikelen een afwijkingsmogelijkheid opgenomen, waarmee onder voorwaarden een andere dakhelling kan worden toegestaan;
- 8. generiek wordt aangepast dat daar waar in de regels het woord "vloeroppervlakte" voorkomt (ook in "bedrijfsvloeroppervlakte), dit wordt gewijzigd in "oppervlakte". In het eerste geval wordt namelijk de suggestie gewekt dat een eventuele tweede bouwlaag meetelt in de toegestane oppervlakte, terwijl de bedoeling van de regeling is dat enkel de footprint meetelt;
- 9. in de bestemmingsomschrijving van artikel 3.1 (Agrarisch) wordt het behoud, bescherming, ontwikkeling en/of het herstel van de voorkomende dan wel aan het gebied eigen landschaps-, natuur- en cultuurhistorische waarden toegevoegd, overeenkomstig de landschapswaarden uit het Landschapsontwikkelingsplan. De opvolgende onderdelen worden in verband met deze toevoeging hernummerd;
- 10. in artikel 3.2.3. (Agrarisch) wordt onder 3 het woord "agrarische" tussen haakjes gezet. Deze wijziging zorgt ervoor dat niet alleen omliggende agrarische bedrijven niet worden gehinderd in de bedrijfsvoering, maar ook omliggende niet-agrarische bedrijven niet worden gehinderd in de bedrijfsvoering;
- 11. aan artikel 3.2.3 (Agrarisch) wordt toegevoegd dat de dakhelling van bedrijfswoningen ten minste 30° en ten hoogste 60° bedraagt. Dit is overeenstemming met de regeling die van toepassing is voor burgerwoningen;
- 12. uit artikel 3.5.1. (Agrarisch) onder a wordt de zinsnede "gelegen buiten het plangebied" verwijderd, omdat de genoemde afstand ook van toepassing is voor woningen binnen het plangebied;
- 13. in artikel 3.6.1 (Agrarisch) onder 1 wordt de opsomming van de voorwaarden verbeterd, omdat de eerste voorwaarde ("de noodzaak daarvan uit oogpunt van dierwelzijn is aangetoond") nu geen deel uitmaakt van de opsomming;
- 14. in artikel 3.6.1 (Agrarisch) onder 2 wordt verwezen naar "3.2.1 onder 2". Deze verwijzing is niet correct en wordt gewijzigd in "3.2.1 onder 1".
- 15. in de artikelen 4 (Agrarisch - Glastuinbouw) en 5 (Agrarisch - Kwekerij) worden dezelfde wijzigingen doorgevoerd als aan artikel 3 (Agrarisch), overeenkomstig het bepaalde in de onderdelen 9, 10 en 12 van deze ambtshalve wijzigingen;
- 16. in artikel 5.5.1 (Agrarisch - Kwekerij) onder 4b wijkt de omschrijving van het strijdig gebruik af van de omschrijving, zoals opgenomen in de artikelen 3.5.1 (Agrarisch) en 4.5.1. (Agrarisch - Glastuinbouw). Artikel 5.5.1 onder 4b wordt daarom gewijzigd en in overeenstemming gebracht met de bepalingen uit artikel 3.5.1 en 4.5.1;
- 17. in artikel 13.4.1 (Maatschappelijk - Militair oefenterrein) wordt de regeling onder 1 verwijderd. Hiermee kan worden afgeweken ten behoeve van het vergroten van de goothoogte. De regel waarvan kan worden afgeweken bestaat echter niet, waardoor ook deze regeling kan worden verwijderd;
- 18. in artikel 13.4.1 (Maatschappelijk - Militair oefenterrein) wordt de regeling onder 3 logischer geformuleerd ten einde meer duidelijkheid over de bedoeling van de regeling te geven;
- 19. in artikel 17.2.6. (Recreatie - Verblijfsrecreatie) wordt onder 3 het woord "agrarische" tussen haakjes gezet. Deze wijziging zorgt ervoor dat niet alleen omliggende agrarische bedrijven niet worden gehinderd in de bedrijfsvoering, maar ook omliggende niet-agrarische bedrijven niet worden gehinderd in de bedrijfsvoering;
- 20. in artikel 18.2.1 en 18.4.1. (Recreatie - Volkstuin) wordt de nummering gewijzigd, zodat deze correct wordt weergegeven;
- 21. in artikel 19.2.1 (Sport) wordt het begrip "bestemming" uit de kopregel van de tabel gewijzigd in "activiteit";
- 22. in artikel 19.2.2 (Sport) onder 3 wordt het woord "mag" in de zin toegevoegd, zodat de zin goed loopt;
- 23. in artikel 26.2.2. (Wonen) wordt onder 3 het woord "agrarische" tussen haakjes gezet. Deze wijziging zorgt ervoor dat niet alleen omliggende agrarische bedrijven niet worden gehinderd in de bedrijfsvoering, maar ook omliggende niet-agrarische bedrijven niet worden gehinderd in de bedrijfsvoering;
- 24. in artikel 26.4.1 (Wonen) onder 3 en 4 worden de verwijzingen aangepast, zodat deze naar de goede regelingen verwijzen;
- 25. in artikel 26.6.1 (Wonen) wordt onder 1 een verwijzing opgenomen naar Bijlage 5 Lijst aan huis gebonden bedrijven, zoals opgenomen in de bijlagen van de regels;
- 26. in artikel 27.6.1 (Wonen - Landhuis) wordt onder 1 een verwijzing opgenomen naar Bijlage 5 Lijst aan huis gebonden bedrijven, zoals opgenomen in de bijlagen van de regels;
- 27. artikel 29 (Leiding - Gas) wordt gedeeltelijk gewijzigd, overeenkomstig het door Gasunie toegestuurde artikel. Artikel 29.4 met daarin nadere eisen wordt hiermee vervangen door een nieuw artikel 29.4 met daarin specifieke gebruiksregels;
- 28. aan artikel 30.2 (Leiding - Hoogspanning) wordt een nieuw tweede sublid toegevoegd, waarmee het is toegestaan masten te bouwen ten behoeve van de hoogspanningsleiding, met een hoogte van maximaal 50 m. Het bestaande tweede sublid wordt hernummerd tot derde sublid;
- 29. in artikel 30.3.1 (Leiding - Hoogspanning) worden de voorwaarden toegevoegd dat de veiligheid van de betrokken leiding niet wordt geschaad en vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingexploitant;
- 30. in artikel 38.3.1 (Waterstaat - Waterkering) onder 1 wordt de verwijzing gecorrigeerd, zodat deze naar het juiste lid (38.2) verwijst;
- 31. in artikel 40.3 (Algemene bouwregels) en 46.1 (Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden) worden de verschillende landschappelijke waarden uit het Landschapsontwikkelingsplan uit 2009 nader door vertaald. Voor de landschappelijke waarden "beekdalen", "broeken", "dekzandruggen en oude bouwlanden" en "hooilanden" is dit reeds in het moederplan gebeurd. Met deze herziening worden ook de landschappelijke waarden "droge bos- en heideontginning", "natte heideontginning" en "oeverwal" opgenomen;
- 32. in artikel 43.1.7 (Algemene afwijkingsregels) wordt het woord "tot" uit de zin verwijderd, ten einde de zin beter te laten lopen;
- 33. in artikel 43.4 (Algemene afwijkingsregels) wordt de verwijzing gecorrigeerd, zodat naar de juiste regeling (41.1) wordt verwezen;
- 34. aan artikel 46.3.1 (Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden) wordt een extra onderdeel toegevoegd, waarmee graafwerkzaamheden als bedoeld in de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten in bepaalde gevallen vergunningplichtig worden gemaakt. Deze wijziging vloeit voort uit het bepaalde onder 27 van deze ambtshalve wijzigingen (reactie Gasunie);
- 35. na artikel 46.4 (Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden) wordt een nieuw artikel 46.5 en 46.6 toegevoegd voor de toelaatbaarheid van werken en werkzaamheden op gronden met de dubbelbestemming "Leiding - Gas" en de voorwaarde dat voorafgaand aan de werkzaamheden vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder. Beide toevoegingen vloeien voort uit het bepaalde onder 27 van deze ambtshalve wijzigingen (reactie Gasunie). De opvolgende leden en verwijzingen worden hernummerd.
2.4.4 Ambtshalve correcties verbeelding
De volgende ambtshalve correcties worden met deze correctieve herziening doorgevoerd op de verbeelding van het bestemmingsplan "Buitengebied West":
- 1. op de locatie Keetweg 3 is ten onrechte een (extra) woning bij het activiteitencentrum toegestaan middels de aanduiding "aantal bedrijfswoningen=1". Deze aanduiding wordt gewijzigd in "aantal bedrijfswoningen=0";
- 2. op de locatie Groteweg 15 is ten onrechte geen bouwaanduiding "karakteristiek" opgenomen. Dit wordt op de verbeelding gewijzigd;
- 3. op de locatie Badhuisweg 2 is een paardenhouderij gevestigd. De locatie heeft ten onrechte ook de aanduiding "intensieve veehouderij" gekregen. Deze aanduiding wordt van de verbeelding verwijderd;
- 4. op de locatie Blikweg 4 is ten onrechte geen bouwaanduiding "karakteristiek" opgenomen voor de bijschuur. Dit wordt op de verbeelding gewijzigd;
- 5. op de locatie Kanaaldijk 9 wordt de aanwezige bouwaanduiding "karakteristiek" op het gebouw aangeduid, in plaats van op het hele perceel;
- 6. op het perceel Kerkdijk 17 wordt de aanwezige bouwaanduiding "karakteristiek" op het gebouw aangeduid, in plaats van op het hele perceel;
- 7. de verschillende landschappelijke waarden uit het Landschapsontwikkelingsplan uit 2009 krijgen een nadere doorvertaling in het bestemmingsplan. Voor de landschappelijke waarden "beekdalen", "broeken", "dekzandruggen en oude bouwlanden" en "hooilanden" is dit reeds gedeeltelijk in het moederplan gebeurt. Daar waar dit nog niet het geval is, worden de desbetreffende aanduidingen ook voor die landschapstypen opgenomen. Aanvullend worden ook de landschappelijke waarden "droge bos- en heideontginning", "natte heideontginning" en "oeverwal" opgenomen.
Hoofdstuk 3 Economische Uitvoerbaarheid
Er is geen sprake van een bouwplan conform artikel 6.2.1. Besluit ruimtelijke ordening, waarvoor op basis van artikel 6.12 Wet ruimtelijke ordening een exploitatieplan dient te worden vastgesteld. Het opstellen van een exploitatieplan is derhalve niet nodig.
Met de het ten uitvoering brengen van dit bestemmingsplan zijn geen gemeentelijke middelen gemoeid. De economische uitvoerbaarheid staat dan ook niet ter discussie.
Hoofdstuk 4 Overleg En Inspraak
4.1 Overleg
Het ontwerp bestemmingsplan is conform artikel 3.1.1. van het Besluit ruimtelijke ordening voor vooroverleg gezonden naar enkele voor dit plan relevante overleginstanties. Er zijn geen formele vooroverlegreacties binnen gekomen op het ontwerp bestemmingsplan.
4.2 Inspraak En Zienswijzen
Inspraak
Aangezien de wijzigingen die dit bestemmingsplan doorvoert hoofdzakelijk doorgevoerd worden op basis van de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State en de overige (ambtshalve) wijzigingen van ondergeschikte aard zijn, wordt geen separate gelegenheid geboden tot het indienen van inspraak.
Zienswijzen
Het ontwerp bestemmingsplan heeft vanaf 13 maart 2014 voor de duur van 6 weken ter inzage gelegen. Tijdens deze periode zijn geen zienswijzen binnen gekomen. Wel is sprake van enkele ambtshalve wijzigingen.
Ambtshalve wijzigingen
De wijzigingen bestaan uit:
- Verbeelding: het bouwvlak van het agrarisch bedrijf aan de Kavelweg 12 wordt verkleind zodat deze niet meer op gronden ligt die in eigendom zijn van het naastgelegen agrarisch bedrijf;
- Regels: de begripsbepaling voor intensieve veehouderij wordt gewijzigd in: "een agrarisch bedrijf of dat deel van een agrarisch bedrijf waar tenminste 250 m² aan bedrijfsvloeroppervlakte aanwezig is dat gebruikt wordt als veehouderij volgens de Wet milieubeheer, waar geen melkrundvee, schapen, paarden of dieren biologisch gehouden worden (conform artikel 2 van de Land-bouwkwaliteitswet) en waar geen dieren gehouden worden uitsluitend of in hoofdzaak ten behoeve van natuurbeheer";
- Regels: artikel 26.2.2 onder 1 wordt gewijzigd in: "per bestemmingsvlak mag niet meer dan 1 vrijstaand woonhuis worden gebouwd of niet meer vrijstaande woonhuizen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal woningen' is aangegeven, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'tweeaaneen' twee woningen aaneen mogen worden gebouwd";
- Regels: de begripsbepaling voor een activiteitencentrum wordt gewijzigd in: "een activiteitencentrum is een centrum voor culturele, theater-, sport-, spel- en teambuildingactiviteiten, waarbij horeca uitsluitend is toegestaan als ondergeschikte functie ten dienste van de hoofdfunctie".
Het "Memo aanvullende correcties" is bijgevoegd in bijlage 1.