Partiële herziening Kijktuinen
Bestemmingsplan - Gemeente Nunspeet
Vastgesteld op 23-02-2024 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 plan:
het bestemmingsplan Partiële herziening Kijktuinen met identificatienummer NL.IMRO.0302.BP01212-vg01 van de gemeente Nunspeet;
1.2 bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels;
1.3 bestemmingsplan 'Kijktuinen':
het bestemmingsplan 'Kijktuinen' met identificatienummer NL.IMRO.0302.BP78125-vg02, vastgesteld door de gemeente Nunspeet op 8 december 2021;
1.4 overige begrippen:
op dit bestemmingsplan zijn de begrippen uit de regels van het bestemmingsplan 'Kijktuinen' van toepassing.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Op dit bestemmingsplan is de wijze van meten uit de regels van het bestemmingsplan 'Kijktuinen' van toepassing.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Wonen
Voor de bestemming 'Wonen' zijn de overeenkomstige bestemmingsregels van het bestemmingsplan 'Kijktuinen' van toepassing, met dien verstande dat de regels op onderstaande onderdelen worden aangevuld en/of gewijzigd:
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het wonen in een woning;
en in samenhang daarmee voor:
- b. aan-huis-verbonden beroep;
- c. tuinen en erven;
met bij een en ander behorende gebouwen en voorzieningen zoals paden, bermen, parkeervoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen en bijbehorende bouwwerken en andere bouwwerken, zoals een geluidscherm, palen, masten, verkeers-, reclame- en andere tekens, kunstwerken, technische installaties en terreinafscheidingen.
3.2 Bouwregels
3.3 Afwijken van de bouwregels
3.4 Specifieke gebruiksregels
Artikel 4 Leiding - Gas
Voor de bestemming 'Leiding - Gas' zijn de overeenkomstige bestemmingsregels van het bestemmingsplan 'Kijktuinen' van toepassing.
Artikel 5 Waarde - Archeologie 2
Voor de bestemming 'Waarde - Archeologie 2' zijn de overeenkomstige bestemmingsregels van het bestemmingsplan 'Kijktuinen' van toepassing.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Op dit bestemmingsplan zijn de algemene regels van het bestemmingsplan 'Kijktuinen' van toepassing.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 6 Overgangsrecht
6.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het uitwerkingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a. een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a met maximaal 10%.
- c. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
6.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van gronden en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het uitwerkingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het uitwerkingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld onder a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende uitwerkingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 7 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Partiële herziening Kijktuinen'.
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding Voor Het Bestemmingsplan
De gemeente Nunspeet heeft het voornemen om voor de locatie Kijktuinen in Nunspeet voor een deel van de te realiseren woningen de toegestane woningaantallen, woningtypologieën en bouwvolumes te specificeren. Reden hiervoor is om zo de (uit)bouwmogelijkheden van de woningen in te perken en de woningen ook in de toekomst geschikt te houden voor de beoogde doelgroepen. Hiervoor dienen de bouwregels van het huidige bestemmingsplan 'Kijktuinen' te worden gespecificeerd.
Omdat het initiatief passend is binnen de locatie en enkel beperkte wijzigingen/aanvullingen in de bouwregels nodig zijn om dit mogelijk te maken, wordt medewerking verleend om middels voorliggende partiële herziening de bouwregels te wijzigen. In dit document wordt dit toegelicht en gemotiveerd waarom dat mogelijk is volgens de Wet ruimtelijke ordening (Wro).
1.2 Ligging Plangebied
Het plangebied is gelegen aan de Kienschulpenweg aan de westelijke rand van de bebouwde kom van Nunspeet. Bijgevoegde afbeelding toont globaal de ligging van het plangebied in de omgeving.
1.3 Leeswijzer
Hoofdstuk 2 bevat een beschrijving van de bestaande situatie en van het plan. Daarna wordt in hoofdstuk 3 ingegaan op het relevante Rijks-, provinciale-, en gemeentelijke beleid. In hoofdstuk 4 wordt de haalbaarheid van het project getoetst op grond van het geldende beleid en (milieu)wetgeving. Ook wordt ingegaan op de economische haalbaarheid van het plan. Hoofdstuk 5 geeft een toelichting op de juridische opzet van het plan. Tot slot gaat hoofdstuk 6 in op de wijze hoe burgers en andere belanghebbenden betrokken zijn bij het plan (maatschappelijke uitvoerbaarheid). Hierin zijn de uitkomsten van inspraak, vooroverleg en zienswijzen opgenomen.
Hoofdstuk 2 Het Initiatief
In dit hoofdstuk wordt het initiatief beschreven. Eerst wordt ingegaan op de bestaande situatie van het plangebied en de relatie met de omgeving. Daarna wordt ingezoomd op het beoogde initiatief.
2.1 Huidige Situatie
Het plangebied ligt aan de Kienschulpenweg ten westen van de kern Nunspeet. Ter plaatse van het plangebied geldt het bestemmingsplan 'Kuiktuinen', vastgesteld op 16 december 2021. Het geldende bestemmingsplan maakt de herontwikkeling van het terrein 'De Kijktuinen' tot een nieuwe woonwijk mogelijk. De locatie biedt ruimte aan maximaal 100 betaalbare woningen voor verschillende doelgroepen. De gronden ten zuiden van de beoogde woningen worden in gebruik genomen als tijdelijk zonnepanelenveld. In de huidige situatie zijn de gronden inmiddels bouwrijp gemaakt en is het zonnepanelenveld al aangelegd. In de oostelijke hoek van het plangebied staat een voormalige bedrijfswoning aan de Kienschulpenweg 28 welke onderdeel is van het plan. De onderstaande afbeelding toont een luchtfoto van de locatie Kijktuinen. Het plangebied van voorliggend plan betreft de bestemmingsvlakken 'Wonen' uit het geldende bestemmingsplan 'Kijktuinen'.
Luchtfoto plangebied (bron: PDOK Viewer)
2.2 Toekomstige Situatie
Met voorliggende partiële herziening van het geldende bestemmingsplan 'Kijktuinen' wordt voor een deel van de woningen de toegestane woningaantallen, woningtypologieën en bouwvolumes gespecificeerd. Reden hiervoor is om zo de (uit)bouwmogelijkheden van de woningen in te perken en de woningen ook in de toekomst geschikt te houden voor de beoogde doelgroepen. Daarom worden de bouwregels binnen de bestemming 'Wonen' deels gewijzigd/aangevuld.
Voor de ontwikkeling van 'De Kijktuinen' is destijds een stedenbouwkundig plan opgesteld. Op onderstaande afbeelding is het voorlopig stedenbouwkundig ontwerp weergegeven. In bijlage 1 is het inrichtings- en beeldkwaliteitsplan opgenomen.
Voorlopig Stedenbouwkundig ontwerp De Kijktuinen (bron: Buro SRO, maart 2021)
Impressie De Kijktuinen (bron: Buro SRO, 25-09-2020)
Bebouwingsstructuur
Langs de Kienschulpenweg wordt bebouwing gerealiseerd die qua dichtheid, hoogte en typen woningen vergelijkbaar is met andere Nunspeetse woonstraten langs invalswegen naar de kern. De rij woningen vormt als het ware een 'rode rand' waarbij de achterliggende groene singel zichtbaar is. Vanwege de akoestiek en de ligging van de gasleiding liggen de woningen wat verder van de weg af. Deze ruimte wordt benut door een parallelweg met parkeerplaatsen. De woningen kennen een relatief grote kaveldiepte, waardoor er ruimte is voor verschillende woningtypen. De bestaande bomen en haag langs de Kienschulpenweg zijn behouden, zodat er een groene rand blijft bestaan.
Achter de woningen die aan de Kienschulpenweg zijn gesitueerd, ligt een nieuwe houtsingel. Achter deze houtsingel ligt de middenzone, met daarin woningen die zijn gericht op de tussenliggende groene gebieden. In deze groene ruimte is plek voor spelen en waterberging. De bouwhoogte van de woningen blijft in dit plangebied beperkt tot één à twee bouwlagen (met een kap). De maximale bouwhoogte is 11 meter en is daarmee gelijk aan de recent gerealiseerde nieuwbouwwijk Molenbeek. Hiermee zijn er voldoende mogelijkheden om aan het Bouwbesluit te voldoen en ontstaat er een dorps beeld dat past bij Nunspeet. In de meest zuidwestelijke vlek is een groene ruimte met zonnepanelen gesitueerd.
Verkeersstructuur
De verkeersstructuur takt op twee plekken aan op de Kienschulpenweg. Deze ontsluiting loopt in een lus door het plangebied. Door de ligging hiervan blijft een gedeelte van het woongebied in de middenzone autoluw. De parkeerplaatsen zijn aan deze ontsluitingslus gesitueerd en ook aan de eerder genoemde parallelweg langs de Kienschulpenweg. Op deze manier zijn de parkeervoorzieningen voor iedereen op korte afstand bereikbaar. Tussen de clusters parkeervoorzieningen is opgaand groen aanwezig, zodat de auto's deels aan het oog onttrokken worden.
Door het plan heen loopt een stelsel van voetpaden langs de wegen. Sommige achterpaden dienen ook als onderhoudspad voor de groene singels. Op meerdere plekken in het plangebied wordt er op de voetpaden extra ruimte gemaakt voor containeropstelplaatsen. Sommige voetpaden die langs de groene ruimtes in de middenzone lopen, zijn iets verbreed. Hierdoor is het mogelijk dat er incidenteel een auto tot de voordeur kan rijden (bijvoorbeeld een taxi of ambulance).
Verkeersstructuur (bron: Buro SRO, september 2020)
Groen- en waterstructuur
De te behouden houtsingel aan de westzijde en de nieuw aan te planten hout- en struweelsingels vormen een netwerk van groene elementen in het plan. Met de nieuwe houtsingels wordt de cultuurhistorie van de plek versterkt en worden de kernkwaliteiten van het Nationaal Landschap Veluwe gerespecteerd. In de tussenliggende groene ruimtes is ruimte gereserveerd voor waterberging en speel- en beweeggroen met de juiste voorzieningen die uitnodigen tot bewegen en ontmoeten.
In het noordelijkste deel van het plangebied, nabij de rotonde op de Harderwijkerweg, wordt een groene ruimte gerealiseerd met een waterpartij. Deze groene ruimte wordt zo optimaal mogelijk ingericht om ruimte te bieden als voortplantingslocatie voor amfibieën, leefgebied voor insecten en als drinkplaats voor vogels en zoogdieren. Tevens wordt een groene corridor aangelegd tussen deze ruimte en de zuidelijk gelegen houtsingel, speciaal gericht op veilige verplaatsing van amfibieën. Aan de bestaande houtsingel wordt een zone met een mantel-zoomvegatatie toegevoegd, ter versterking van de biodiversiteit en natuurwaarden.
In de groene zones worden op verschillende plekken wadi's aangelegd om te voorzien in hemelwaterberging. Tussen het zonneveld en de nieuw aan te leggen natuurlijke haag wordt een plas-dras-zone gecreëerd om te voorzien in een overloopruimte voor een extreme bui.
Groen- en waterstructuur (bron: Buro SRO, september 2020)
2.3 Beeldkwaliteit
Uitgangspunt voor 'De Kijktuinen' is een opzet van de buurt op de overgang van de bestaande bebouwing van Nunpeet en het groene landschap. De stedenbouwkundige structuur geeft hieraan invulling met woonvlekken in het groen. De bebouwing past bij de schaal en maat van de overige bebouwing van Nunspeet. Ofwel: 'dorps' en 'groen'.
De 'dorpse' uitstraling wordt verkregen door een traditioneel beeld met woningen die zijn voorzien van een kap. Er moet aandacht zijn voor de detaillering, een eentonig beeld wordt daarmee voorkomen. De groene uitstraling uit zich in het relatief grote aandeel groen in het plan. De verschillende bestaande en nieuwe houtsingels zorgen voor een groene dooradering van het plan. In hoofdstuk 4 van het inrichtings- en beelkwaliteitsplan in bijlage 1 wordt op de beeldkwaliteit van de bebouwing, erfinrichting en openbare ruimte ingegaan.
Hoofdstuk 3 Beleidskader
3.1 Rijks- En Provinciaal Beleid
Voorliggend plan zorgt ten opzichte van de geldende planologische kaders, niet voor extra ruimtelijke effecten op de omgeving. Voorliggend document voorziet enkel in het wijzigingen van bestaande bouwregels op onderdelen. Het aantal woningen neemt door voorliggend initiatief niet toe. Het toegestane gebruik in het plangebied blijft ongewijzigd. Er spelen geen bovenlokale belangen. Voorliggende herziening is dan ook passend binnen het rijksbeleid en provinciaal beleid.
3.2 Gemeentelijk Beleid
Geldend bestemmingsplan
Ter plaatse van het plangebied geldt het bestemmingsplan 'Kijktuinen', vastgesteld door de gemeente Nunspeet op 16 december 2021. Het plangebied van voorliggende partiële herziening betreft alle bestemmingsvlakken 'Wonen' uit het geldende bestemmingsplan. De noordoostelijk gelegen bestemmingsvlakken en het meest zuidelijke bestemmingsvlak hebben de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - middenhuur en sociale koop'. Het zuidwestelijk gelegen bestemmingsvlak heeft de aanduiding 'gestapeld'. Het bestemmingsvlak ten zuidoosten daarvan (het middelste vlak) heeft de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - sociale huur'. Binnen het meest oostelijke bestemmingsvlak ligt een bouwvlak en de aanduidingen 'aantal wooneenheden: 1' en maximum bouwhoogte: 9 m'.
Over een deel van de bestemmingsvlakken ligt de aan de noordoostzijde de aanduiding 'gevellijn'.
Over het noordelijke puntje van het plangebied ligt de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 4'. Langs de randen van twee andere bestemmingsvlakken ligt de dubbelbestemming 'Leiding - Gas'. Over nagenoeg het gehele plangebied, behalve over een klein noordelijk deel, ligt de gebiedsaanduiding 'geluidzone - motorsportterrein'. De onderstaande afbeelding toont een uitsnede van het geldende bestemmingsplan.
Uitsnede geldend bestemmingsplan (bron: ruimtelijkeplannen.nl)
Met voorliggende partiële herziening van het geldende bestemmingsplan 'Kijktuinen' wordt binnen de bestemming 'Wonen' voor een deel van de woningen de toegestane woningaantallen, woningtypologieën en bouwvolumes gespecificeerd.
Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid
De uitvoerbaarheid van een bestemmingsplan moet als gevolg van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) aangetoond worden (artikel 3.1.6 van het Bro). Daaronder valt zowel de onderzoeksverplichting naar verschillende ruimtelijk relevante aspecten (geluid, bodem, etc.) als ook de economische uitvoerbaarheid van het plan.
4.1 Ruimtelijke Uitvoerbaarheidsaspecten
Vanuit het oogpunt van uitvoerbaarheid voorziet voorliggend plan in een toekomstige situatie die passend is binnen het beoordelingskader van het geldende bestemmingsplan 'Kijktuinen'. Met het plan worden enkel de toegestane woningaantallen, woningtypologieën en bouwvolumes op een aantal locaties gespecificeerd. Er komen met het plan niet meer woningen bij. De aanpassingen hebben enkel effect op de bouwmogelijkheden op het terrein van Kijktuinen zelf, waardoor het ruimtelijk effect op de omgeving niet verandert. Daarmee past het initiatief binnen de bestaande motivatie van de uitvoerbaarheidsaspecten zoals opgenomen in de toelichting van het geldende bestemmingsplan 'Kijktuinen'.
Het initiatief is uitvoerbaar vanuit de ruimtelijke en planologische uitvoerbaarheidsaspecten.
4.2 Economische Uitvoerbaarheid
Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan dient, op grond van artikel 3.1.6 lid 1, sub f van het Bro, onderzoek plaats te vinden naar de (economische) uitvoerbaarheid van het plan. In principe dient bij vaststelling van een ruimtelijk besluit tevens een exploitatieplan vastgesteld te worden om verhaal van plankosten zeker te stellen. Op basis van 'afdeling 6.4 grondexploitatie', artikel 6.12, lid 2 van de Wro kan de gemeenteraad bij het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan echter besluiten geen exploitatieplan vast te stellen indien:
- het verhaal van kosten van de grondexploitatie over de in het plan of besluit begrepen gronden anderszins verzekerd is;
- het bepalen van een tijdvak of fasering als bedoeld in artikel 6.13, eerste lid, onder c, 4°, onderscheidenlijk 5°, niet noodzakelijk is;
- het stellen van eisen, regels, of een uitwerking van regels als bedoeld in artikel 6.13, tweede lid, onderscheidenlijk b, c of d, niet noodzakelijk is.
Planspecifiek
De ontwikkelingskosten komen geheel voor rekening van de gemeente en hiervoor is ruimte aanwezig in de exploitatie voor dit gebied. Op basis hiervan kan geconcludeerd worden dat het plan economisch uitvoerbaar is.
Hoofdstuk 5 Juridische Planbeschrijving
5.1 Algemeen
Het bestemmingsplan is opgezet volgens de in de Wet ruimtelijke ordening opgenomen standaardvorm van de Standaard Vergelijkbare Bestemmingplannen 2012 (SVBP 2012).
Het bestemmingsplan bestaat uit een verbeelding, planregels en een toelichting. De verbeelding en de planregels vormen samen het juridisch bindende gedeelte van het bestemmingsplan. Beide planonderdelen dienen in onderlinge samenhang te worden bezien en toegepast. Op de verbeelding zijn de bestemmingen aangewezen. Aan deze bestemmingen zijn bouwregels en regels betreffende het gebruik gekoppeld.
De toelichting heeft geen rechtskracht, maar is wel een belangrijk onderdeel van het plan. De toelichting geeft een weergave van de beweegredenen, de onderzoeksresultaten en de beleidsuitgangspunten die aan dit plan ten grondslag liggen. De toelichting is van wezenlijk belang voor een juiste interpretatie en toepassing.
Daarnaast maken ook eventuele bijlagen onlosmakelijk onderdeel uit van het bestemmingsplan.
Verbeelding
De verbeelding is een digitale kaart, waarop bestemmingen en aanduidingen zijn weergegeven. Aanduidingen worden gebruikt om bepaalde zaken specifieker te regelen, bijvoorbeeld in de vorm van gebiedsaanduidingen, bouwaanduidingen, bouwvlakken, functieaanduidingen etc.
Voor de analoge verbeelding is gebruik gemaakt van een digitale ondergrond (Grootschalige Basiskaart en/of kadastrale kaart). Daar waar een verschil is tussen de digitale en de analoge verbeelding, is de digitale versie leidend.
Regels
De planregels zijn standaard onderverdeeld in vier hoofdstukken.
- Hoofdstuk I : Inleidende regels, deze bevatten de begrippen en wijze van meten;
- Hoofdstuk II: Bestemmingsregels, dit zijn de verschillende bestemmingen op alfabetische volgorde. De regels bevatten een bestemmingsomschrijving en regels voor het bouwen en het gebruik.
- Hoofdstuk III: Algemene regels, dit zijn regels die gelden voor alle bestemmingen. Dit zijn onder meer (mogelijke) flexibiliteitsbepalingen in de vorm van wijzigings- en afwijkingsbevoegdheden.
- Hoofdstuk IV: Overgangs- en slotbepalingen.
5.2 Wijze Van Bestemmen
Ter plaatse van het plangebied blijven de regels van het bestemmingsplan 'Kijktuinen' met identificatienummer NL.IMRO.0302.BP78125-vg02 van toepassing. Op onderdelen zijn de regels gewijzigd/aangevuld. Aanvullingen worden weergeven door onderstreping van de tekst. Van de volgende bestemming zijn de regels gewijzigd:
- De enkelbestemming 'Wonen', waarbinnen op de verbeelding aanvullend de aanduidingen 'vrijstaand', 'twee-aaneen' en 'aaneengebouwd' toegevoegd. Ter plaatse van deze aanduidingen mogen hoofdgebouwen uitsluitend worden gebouwd zoals aangeduid. Tevens is op de verbeelding de aanduiding 'maximum goothoogte (m)' toegevoegd. Ter plaatse van deze aanduiding mag de goothoogte niet meer bedragen dan aangeven. De aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' was al opgenomen in het geldende bestemmingsplan, maar wordt met voorliggend plan vaker toegepast. In bijlage 1 bij de regels zijn woningen aangeduid die een hogere bouwhoogte mogen hebben dan de overige woningen binnen hetzelfde bestemmingsvlak. Dit ten behoeve van een afwijkende dakvorm/dakaccent.
Ook de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' was al opgenomen in het geldende bestemmingsplan en wordt met voorliggend plan vaker toegepast.
Binnen één bestemmingsvlak zijn de aanduidingen 'specifieke bouwaanduiding - 1' en 'specifieke bouwaanduiding - 2' toegevoegd. Ter plaatse van 'specifieke bouwaanduiding - 1' mag de diepte van de kap van hoofdgebouwen niet meer dan 10 meter bedragen. En de breedte van de hoofdgebouwen samen mag hier in totaal niet meer bedragen dan 26,3 meter. Tevens dient de voorgevellijn van de hoofdgebouwen zich hier op minimaal 4 meter afstand van de perceelsgrens aan de wegzijde te bevinden, waarbij deze de ronding niet volgt, maar een rechte lijn vormt.
Ter plaatse van 'specifieke bouwaanduiding 2' mag de diepte van de kap van hoofdgebouwen niet meer bedragen en 10 meter en mag de breedte van de hoofdgebouwen samen in totaal niet meer dan 27,5 meter bedragen.
De volgende bestemmingen en aanduidingen blijven ongewijzigd, zowel op de verbeelding als in de regels:
- De dubbelbestemming 'Leiding - Gas';
- De dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2';
- De gebiedsaanduiding 'geluidzone - motorsportterrein'.
Met dit hoofdstuk is voldaan aan artikel 3.1.3 van het Bro.
Hoofdstuk 6 Procedure
6.1 Algemeen
Bij de voorbereiding van een (voor)ontwerp bestemmingsplan dient overleg te worden gevoerd als bedoeld in artikel 3.1.1 Bro. Dit is het vooroverleg, waarin het conceptplan wordt voorgelegd aan het waterschap en aan die diensten van provincie en Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in het geding zijn. Voor wat kleinere plannen kan, in overleg, afgezien worden van dit overleg.
Op basis van artikel 3.1.6 Bro dient verslag te worden gedaan van de wijze waarop burgers en maatschappelijke organisaties bij de voorbereiding van het bestemmingsplan zijn betrokken. Dit is de inspraak. Van (formele) inspraak kan, zeker bij wat kleinere plannen, worden afgezien. De gemeentelijke inspraakverordening is daarbij ook van belang.
Een ontwerpbestemmingsplan dient conform afdeling 3.4 Awb gedurende 6 weken ter inzage gelegd te worden. Hierbij is er de mogelijkheid voor een ieder om zienswijzen in te dienen op het plan. Na vaststelling door de Raad wordt het vaststellingsbesluit bekend gemaakt. Het bestemmingsplan ligt na bekendmaking 6 weken ter inzage. Gedurende deze termijn is er de mogelijkheid voor belanghebbenden beroep in te dienen bij de Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State. Het bestemmingsplan treedt vervolgens daags na afloop van de tervisielegging in werking als er geen beroep is ingesteld.
6.2 Verslag Vooroverleg Ex Artikel 3.1.1 Bro
Gelet op de aard van dit plan is afgezien van vooroverleg met de provincie, omdat er geen sprake is van een bovenlokaal belang. De waterhuishoudkundige aspecten zijn in het kader van het geldende bestemmingsplan 'Kijktuinen' al met het waterschap afgestemd. Voorliggend plan heeft verder geen gevolgen op de waterhuishoudkundige aspecten.
6.3 Verslag Inspraak Ex Artikel 3.1.6 Bro
Met voorliggende partiële herziening worden de regels van de bestemming 'Wonen' van het geldende bestemmingsplan 'Kijktuinen' enkel gespecificeerd met toegestane woningaantallen, woningtypologieën en bouwvolumes. Het plan 'Kijktuinen' is reeds bekend bij de omwonenden. Voor dit plan is daarom geen formele inspraakprocedure gehouden. Het plan is direct als ontwerp ter inzage gelegd.
6.4 Verslag Zienswijzen
Het ontwerpbestemmingsplan heeft vanaf 25 oktober 2023 gedurende zes weken ter inzage gelegen. In deze periode zijn geen zienswijzen ingediend. Het bestemmingsplan is hiermee ongewijzigd vastgesteld.
Bijlage 1 Afwijkende Bouwhoogte I.v.m. Dakaccenten
Bijlage 1 Afwijkende bouwhoogte i.v.m. dakaccenten