Paraplubestemmingsplan Parkeren 2023
Bestemmingsplan - gemeente Amersfoort
Vastgesteld op 23-04-2024 - vastgesteld
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan
het Paraplubestemmingsplan Parkeren 2023 met indentificatienummer NL.IMRO.0307.BP00225-0301 van de gemeente Amersfoort;
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
1.3 plangebied
het gebied waar dit bestemmingsplan betrekking op heeft;
1.4 verbeelding
de digitale verbeelding;
1.5 ruimtelijke plannen
alle bestemmingsplannen, uitwerkingsplannen, wijzigingsplannen, en daarmee gelijk te stellen plannen en besluiten.
Artikel 2 Toepassingsregels
2.1 Herziene bestemmingsplannen
Met dit bestemmingsplan worden alle ruimtelijke plannen binnen het plangebied herzien.
2.2 Relatie met onderliggende plannen
De in artikel 3 van dit bestemmingsplan opgenomen regels gelden ter vervanging van de regels van de in lid 2.1 genoemde plannen voor wat betreft het onderwerp 'parkeren' en 'laden en lossen', en laten de overige regels uit die plannen ongewijzigd.
Hoofdstuk 2 Algemene Regels
Artikel 3 Algemene Bouw- En Gebruiksregels
3.1 Parkeren
Bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten waarbij sprake is van:
- nieuwbouw; of
- uitbreiding van de brutovloeroppervlakte; of
- functiewijzigingen waarvoor een afwijking van het bestemmingsplan noodzakelijk is, en/of het gebruiken van gronden of bouwwerken,
geldt dat:
- a. een omgevingsvergunning slechts wordt verleend indien wordt voorzien in (de aanleg van) voldoende parkeergelegenheid;
- b. het gebruiken en het (doen) laten gebruiken van de gronden waarop de onder a. bedoelde omgevingsvergunning betrekking heeft, slechts is toegestaan wanneer de onder a bedoelde parkeergelegenheid in stand wordt gehouden;
- c. onder voldoende parkeergelegenheid als genoemd onder a. en b. wordt verstaan dat wordt voorzien in de aanleg en/ of instandhouding van parkeergelegenheid, zoals vastgelegd in de gemeentelijke Nota Parkeernormen 2009, Beleidsregel Toepassing Parkeernormen 2024 en rechtsopvolgende beleidsregels inzake het parkeren zoals die gelden tijdens het indienen van de omgevingsvergunning;
3.2 Laden en lossen
Indien de bestemming van een gebouw aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan ruimte voor het laden of lossen van goederen, moet in deze behoefte in voldoende mate zijn voorzien en in stand worden gehouden aan, in of onder dat gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort.
Artikel 4 Anti-dubbeltelbepaling
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels
Artikel 5 Overgangsrecht
5.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in sub a, voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk met maximaal 10%.
- c. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
5.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 6 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het “Paraplubestemmingsplan Parkeren 2023”.
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding En Doel Van Het Plan
Het parkeerbeleid van de gemeente Amersfoort is in ontwikkeling. In het coalitieakkoord (2022-2026) is bepaald dat anders met de openbare ruimte moet worden omgegaan. De openbare ruimte moet een ontmoetingsplek met groen worden, een plek waar fietsers, voetgangers en spelende kinderen voorrang krijgen. Dit uitgangspunt is opgenomen in de omgevingsvisie, waarin staat dat een koerswijziging in onze benadering van mobiliteit nodig is om de stad bereikbaar en leefbaar te houden omdat de beperkte openbare ruimte het niet mogelijk maakt om de huidige wijze van autogebruik te laten meegroeien met de groei van de stad.
De koerswijziging in het gebruik van de openbare ruimte betekent dat momenteel opnieuw wordt gekeken naar het parkeerbeleid.
Bij een aanvraag om een omgevingsvergunning moet worden voldaan aan de geldende beleidsregels voor parkeren zoals die zijn opgenomen in de geldende bestemmingsplannen. Een klein deel van deze bestemmingsplannen binnen de gemeente Amersfoort verwijst enkel naar de regels afkomstig uit de Parkeernota 2009, het andere deel bevat een dynamische verwijzing waardoor aan de herziening in 2020 en de Beleidsregel toepassing parkeernormen 2021 kan worden getoetst.
Het voorliggende ontwerpbestemmingsplan 'Paraplubestemmingsplan Parkeren 2023' (hierna: paraplubestemmingsplan parkeren) bevat een dynamische verwijzing waarmee straks ook - na vaststelling door de raad het nu nog in ontwikkeling zijnde nieuwe parkeerbeleid - in alle bestemmingsplannen kan worden getoetst aan de nieuwe beleidsregels.
Na de inwerkingtreding van de Omgevingswet per 1 januari a.s. wordt het voorliggend paraplubestemmingsplan parkeren van rechtswege onderdeel van het omgevingsplan. Het paraplubestemmingsplan parkeren is hiermee een goede voorbereiding voor het van rechtswege geldende omgevingsplan, aangezien de dynamische, uniforme verwijzing geldt voor het hele grondgebied van de gemeente. Zonder het paraplubestemmingsplan parkeren gelden, bij het inwerkingtreden van de Omgevingswet, de parkeerregels van alle geldende bestemmingsplannen en vindt er diversificatie plaats binnen het van rechtswege geldende omgevingsplan. Dit paraplubestemmingsplan bevat een dynamische verwijzing naar het meest recente parkeerbeleid, waardoor bij het indienen van een omgevingsvergunning getoetst kan worden aan de meest recente vastgestelde parkeerbeleid en de daarbij horende regels. Dit paraplubestemmingsplan gaat alleen over het toevoegen van een dynamische verwijzing naar parkeerbeleid. Alle andere regels van de geldende (bestemmings-)plannen intact en in werking.
1.2 Parkeernota 2009
De Parkeernota 2009 van Amersfoort bevat momenteel het geldende parkeerbeleid. In de Parkeernota 2009 zijn specifieke parkeernormen geformuleerd voor diverse functies. Ze geven een indicatie van het aantal auto's dat bij een bepaalde functie geparkeerd wordt in een bepaalde tijdsperiode. De normen worden gebruikt voor nieuwbouwsituaties of bij functiewijzigingen, waarvoor een vergunning of ontheffing dient te worden verkregen. In de parkeernormen wordt rekening gehouden met toekomstige ontwikkelingen in het autobezit. Vanuit de hoofddoelstelling uit het parkeerbeleidsplan ‘bijdragen aan het verbeteren van de kwaliteit van de openbare ruimte en de leefbaarheid is het van belang dat er strikte bepalingen worden gehanteerd ten aanzien van parkeren. Parkeren moet indien mogelijk zoveel mogelijk op eigen terrein plaatsvinden zodat een ontwikkeling niet of zo min mogelijk zorgt voor extra parkeerdruk in het openbaar gebied. De belangrijkste voorwaarde is dan ook dat het aantal parkeerplaatsen volgens de norm moet worden aangelegd. Hiervoor zijn in de Parkeernota 2009 normen opgenomen per type voorziening. In het parkeerbeleidsplan is ook aangegeven dat bij het opstellen van parkeerbalansen rekening wordt gehouden met de mogelijkheid tot meervoudig gebruik van parkeerplaatsen.
Herziening 2020
Op 24 maart 2020 heeft de gemeenteraad van Amersfoort besloten om de 'Kencijfers Fietsparkeren 2020' en 'Autoparkeernormen 2020' vast te stellen in de geactualiseerde 'Nota Parkeernormen 2009'. Vooruitlopend op de visieontwikkeling van verschillende projecten heeft de gemeente een onderzoek laten uitvoeren naar het werkelijk autobezit. De parkeernormen zijn naar aanleiding van de conclusie van het onderzoek aangepast. Met het vaststellen van actuele parkeernormen en het toepassen van regels hoe met die parkeernormen moet worden omgegaan, wordt gestreefd naar een efficiënt gebruik van parkeerplaatsen. Het gaat er daarbij om dat er niet te weinig parkeerplaatsen worden aangelegd en daarmee parkeeroverlast wordt tegengegaan, maar ook dat er niet te veel parkeerplaatsen worden aangelegd, wat meestal ook leidt tot extra autogebruik en autobezit. Zo moet er meer ruimte ontstaan in de openbare gebieden voor andere functies, zoals groen. De vastgestelde parkeernormen zijn terug te vinden op de gemeentewebsite. Bij dit besluit is gekozen om de naam 'Parkeernota 2009' in stand te houden, aangezien meerdere bestemmingsplannen hiernaar verwijzen.
1.3 Ligging Plangebied
Het plangebied van dit paraplubestemmingsplan wordt gevormd door het gemeentelijk grondgebied. Het geldend juridisch-planologisch kader wordt gevormd door alle ruimtelijke plannen binnen het grondgebied van de gemeente Amersfoort.
1.4 Geldende Planologische Regelingen
Deze herziening heeft betrekking op alle bestemmingsplannen, uitwerkingsplannen, wijzigingsplannen, en daarmee gelijk te stellen plannen en besluiten.
1.5 Leeswijzer
In hoofdstuk 1 Inleiding is de aanleiding voor het opstellen van het ontwerpbestemmingsplan 'Paraplubestemmingsplan Parkeren 2023' aangegeven. In hoofdstuk 2 'Planbeschrijving' is de content van dit plan beschreven. In hoofdstuk 3 'Uitvoerbaarheid' is het huidige parkeerbeleid beschreven, als ook de maatschappelijke en financiële uitvoerbaarheid.
Hoofdstuk 2 Planbeschrijving
2.1 Paraplubestemmingsplan
Het bestemmingsplan 'Parapluplan Parkeren 2023' is een zogenaamd paraplubestemmingsplan. Een paraplubestemmingsplan is een bestemmingsplan dat een groot deel van het grondgebied van een gemeente omvat. Dit plan bevat slechts enkele voorschriften, en heeft een aanvullende werking op alle andere ruimtelijke plannen in de gemeente. Zo kan relatief eenvoudig aan alle ruimtelijke plannen het meest recente beleid, met daaruit volgend de meest recente parkeernormen worden toegepast.
Het voorliggende paraplubestemmingsplan bevat een dynamische verwijzing naar het meest recente parkeerbeleid. Het paraplubestemmingsplan bevat geen inhoudelijke veranderingen van het parkeerbeleid. Het parkeerbeleid wordt ter zijner tijd vastgesteld door de raad. Dit paraplubestemmingsplan zorgt ervoor dat vast te stellen nieuw parkeerbeleid rechtstreeks in werking kan treden.
Het voorliggend paraplubestemmingsplan voorziet voor alle desbetreffende bestemmingsplannen in een regeling voor parkeren, laden en lossen. De beleidsregel 'laden en lossen' stelt dat, wanneer de bestemming van een gebouw hier aanleiding voor geeft, ruimte voor het laden en lossen van goederen in voldoende mate moet worden voorzien. De oudere bestemmingsplannen bevatten deze regel niet.
2.2 Juridische Regeling
In de volgende paragraaf wordt nog een nadere uitleg gegeven over de regels in het bestemmingsplan.
2.2.1 Regels
De regels zijn verdeeld over drie hoofdstukken:
- 1. Inleidende regels. In dit hoofdstuk worden begrippen verklaard die in de regels worden gebruikt. Dit gebeurt om een eenduidige uitleg en toepassing van de regels te waarborgen.
- 2. Algemene regels. In dit hoofdstuk zijn bepalingen opgenomen met een algemeen karakter. Ze gelden dus voor het gehele plan. Het zijn achtereenvolgens een antidubbeltelbepaling, algemene gebruiksregels en een bepaling uitsluiting aanvullende werking bouwverordening. De algemene regels van de geldende bestemmingsplannen zijn in dit parapluplan van toepassing.
- 3. Overgangs- en slotregels. In het laatste hoofdstuk zijn respectievelijk het overgangsrecht en een slotregel opgenomen. Hoewel het hier in wezen ook algemene regels betreft, zijn deze vanwege hun meer bijzondere karakter in een apart hoofdstuk opgenomen. De overgangs- en slotregel van de geldende bestemmingsplannen zijn in dit parapluplan van toepassing.
Hoofdstuk 3 Uitvoerbaarheid
3.1 Inleiding
Door de geringe omvang van het planvoornemen is het uitvoeren van milieuonderzoeken niet nodig. Dit is immers bij het opstellen van de geldende ruimtelijke plannen gebeurd. Dit hoofdstuk beschrijft eerst het huidige parkeerbeleid. Vervolgens worden de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid beschreven.
3.2 Economische Uitvoerbaarheid
Het ontwerp paraplubestemmingsplan 'Parkeren 2023' is economisch uitvoerbaar. Aan de uitvoering ervan zijn, anders dan de ambtelijke kosten, geen kosten verbonden. Het betreft geen aangewezen bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening, waardoor geen exploitatieplan is vereist.
3.3 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
3.3.1 Inleiding
De procedure voor vaststelling van een bestemmingsplan zijn door de wetgever geregeld. Aangegeven is dat tussen gemeente en verschillende instanties waar nodig overleg over het plan moet worden gevoerd alvorens een ontwerpplan ter visie gelegd kan worden. Bovendien is het noodzakelijk dat belanghebbenden de gelegenheid hebben om hun visie omtrent het plan te kunnen geven. Pas daarna kan de wettelijke procedure met betrekking tot de vaststelling van het bestemmingsplan van start gaan. Het voorliggend plan betreft een beleidsneutrale omzetting zonder veranderingen in het parkeerbeleid. Ontwikkelingen in het parkeerbeleid volgen een eigen participatietraject.
3.3.2 Inspraak en modelkeuze
Vanwege de beleidsneutrale insteek van het voorliggende paraplubestemmingsplan vindt inspraak alleen via de wettelijke procedure van de Wro plaats.
Er is daarom gekozen voor model 1 volgens de "Rol van de Raad in RO-procedures" vastgelegde modelkeuzes. In deze notitie wordt een driedeling gemaakt in soorten bestemmingsplannen; model 1, 2 en 3 plannen. Model 1 volgt in feite de wettelijk voorgeschreven behandeling met een zo kort mogelijke procedure, model 2 voegt hieraan een extra moment van kaderstelling door de raad toe en model 3 voorziet in de meest uitgebreide behandeling. De gemeenteraad heeft daar op 5 september 2023 een besluit over genomen.
3.3.3 Wettelijk (voor)overleg
Het Besluit ruimtelijke ordening geeft in artikel 3.1.1 aan dat burgemeester en wethouders bij de voorbereiding van een bestemmingsplan overleg plegen met de besturen van betrokken gemeenten en waterschappen en met die diensten van provincie en rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in het geding zijn.
Overleg met professionele partners en belanghebbenden heeft omwille van het beleidsneutrale ontwerpbestemmingsplan niet plaatsgevonden. Het betreft geen nieuw beleid. Het is dan ook niet onderworpen aan het wettelijk vooroverleg omdat er geen belangen van rijk, provincie en/of waterschap betrokken zijn bij deze parapluherziening en er bovendien geen gevolgen voor het milieu in het geding zijn.
3.3.4 Vaststelling bestemmingsplan
Het ontwerpbestemmingsplan heeft van 5 oktober 2023 tot en met 15 november 2023 ter inzage gelegen waarbij een ieder de mogelijkheid had een zienswijze over het plan kenbaar te maken aan de gemeenteraad. Er zijn geen zienswijzen ingediend.