KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Artikel 2 Wijze Van Meten
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Bedrijf
Artikel 4 Bedrijf - Kunst
Artikel 5 Bedrijf - Nationaal Lucht- En Ruimtevaartlaboratorium
Artikel 6 Groen
Artikel 7 Sport
Artikel 8 Verkeer
Artikel 9 Water
Artikel 10 Wonen
Artikel 11 Wonen - Uit Te Werken
Artikel 12 Leiding - Riool
Artikel 13 Waarde - Archeologie
Artikel 14 Waarde - Cultuurhistorie
Artikel 15 Waarde - Hoofdgroenstructuur
Artikel 16 Waarde - Landschap
Artikel 17 Waterstaat - Waterkering
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 18 Anti-dubbeltelregel
Artikel 19 Algemene Bouwregels
Artikel 20 Algemene Gebruiksregels
Artikel 21 Algemene Aanduidingsregels
Artikel 22 Algemene Afwijkingsregels
Artikel 23 Algemene Wijzigingsregels
Artikel 24 Algemene Procedureregels
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 25 Overgangsrecht
Artikel 26 Slotregel
Bijlage 1 Staat Van Inrichtingen
Bijlage 2 Creatieve Functies
Bijlage 1 Nota Van Uitgangspunten Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'
Bijlage 2 Marktverkenning Bedrijventerrein Schinkel
Bijlage 3 Verkeersonderzoek Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'
Bijlage 4 Archeologisch Bureauonderzoek Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'
Bijlage 5 Cultuurhistorische Verkenning En Advies 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'
Bijlage 6 Akoestisch Onderzoek Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.
Bijlage 7 Onderzoek Externe Veiligheid Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'
Bijlage 8 Advies Brandweer Amsterdam-amstelland
Bijlage 9 Historisch Bodemonderzoek Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'
Bijlage 10 Natuurwaardenonderzoek Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'
Bijlage 11 Advies Technische Adviescommissie Hoofdgroenstructuur
Bijlage 12 Nota Van Beantwoording Inspraak
Bijlage 13 Nota Van Wijzigingen
Bijlage 14 Nota Van Beantwoording Zienswijzen
Bijlage 15 Notitie Afhandeling Nagekomen Zienswijze

Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.

Bestemmingsplan - gemeente Amsterdam

Onherroepelijk op 29-05-2013 - geheel onherroepelijk in werking

Bestanden

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan

Het bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.' van de gemeente Amsterdam, stadsdeel Zuid.

1.2 bestemmingsplan

De geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0363.K1203BPSTD-VG01 met de bijbehorende regels en bijlagen.

1.3 aanbouw

Een bijbehorend bouwwerk, zijnde een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.

1.4 aanduiding

Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.

1.5 aanduidingsgrens

Grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.

1.6 achtererfgebied

Erf aan de achterkant en de niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde zijkant, op meer dan 1 meter van de voorkant, van het hoofdgebouw.

1.7 archeologisch onderzoek

Werkzaamheden naar het bodemarchief die ten behoeve van de archeologische monumentenzorg worden uitgevoerd volgens de eisen zoals gesteld in de vigerende Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie (KNA).

1.8 archeologisch rapport

Rapportage waarin de archeologische waarde van het terrein waarop de aanvraag betrekking heeft, wordt vastgesteld die naar het oordeel van het dagelijks bestuur voldoet aan de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie (KNA).

1.9 archeologische waarden

Waarden waarvan de aanwezigheid bekend is in de vorm van fysieke overblijfselen in de bodem.

1.10 atelier

Een werkplaats van een beeldend kunstenaar, waarbij ondersteunende detailhandel van ter plaatse vervaardigde producten is toegestaan.

1.11 automatenhal

Een voor het publiek toegankelijke ruimte waar meer dan twee speelautomaten of andere mechanische toestellen in de zin van artikel 30 van de Wet op de Kansspelen zijn opgesteld.

1.12 autoshowroom

Een vorm van detailhandel waarbij auto's, boten en naar de aard gelijk te stellen voer- en vaartuigen met inbegrip van bijbehorende onderdelen en accessoires worden uitgestald en verkocht.

1.13 bebouwing

Één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

1.14 bebouwingspercentage

Een in de regels of op de verbeelding aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van het bestemmingsvlak of bouwvlak aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd.

1.15 bed & breakfast

Een gelegenheid, die met behoud van de woonfunctie door ten minste de hoofdbewoner in een woning wordt uitgeoefend en die voorziet in het verstrekken van nachtverblijf voor maximaal 4 personen voor korte tijd, waarbij het verstrekken van maaltijden en/of dranken aan de logerende gasten ondergeschikt is.

1.16 bedrijf

Een inrichting of instelling voor de bedrijfsmatige uitoefening van industrie, ambacht, groothandel, opslag en/of transport, gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, met dien verstande dat alleen bedrijven conform Bijlage 1 Staat van inrichtingen zijn toegestaan.

1.17 bedrijfsboot

Een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, hoofdzakelijk gebruikt of bestemd voor de uitoefening van enig bedrijf of beroep, dan wel voor de uitoefening van sociaal-culturele activiteiten.

1.18 bedrijfswoning

Een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die daar gelet op de bestemming van het gebouw of terrein noodzakelijk is.

1.19 begraafplaats

Terrein waar stoffelijke resten van overledenen worden begraven, bijgezet of verstrooid, inclusief de daarbij behorende voorzieningen, parken, tuinen, bos- of heesterstroken.

1.20 belwinkel

Een voor publiek toegankelijke gelegenheid waar de hoofdactiviteit of één van de activiteiten wordt gevormd door het bedrijfsmatig gelegenheid bieden tot het voeren van telefoongesprekken, waaronder mede begrepen het verzenden van faxen.

1.21 bestaand

Bebouwing, die aanwezig op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan dan wel gebouwd mag worden krachtens een voor dat tijdstip verleende vergunning.

1.22 bestemmingsgrens

De grens van een bestemmingsvlak.

1.23 bestemmingsvlak

Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.

1.24 bijbehorend bouwwerk

Uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.

1.25 bijgebouw

Een bijbehorend bouwwerk, zijnde een op zichzelf staand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw, dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw en dat niet in directe verbinding staat met het hoofdgebouw.

1.26 bijzondere bouwlaag

Kelder, souterrain en kap.

1.27 bodemverstoring

Elke vorm van grondverzet.

1.28 bouwen

Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.

1.29 bouwgrens

De grens van een bouwvlak.

1.30 bouwlaag

Een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de eerste bouwlaag en met uitsluiting van bijzondere bouwlagen.

1.31 bouwvlak

Een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.

1.32 bouwwerk

Elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.

1.33 consumentverzorgende dienstverlening

Persoonlijke verzorging van consumenten, waaronder kapperszaken, schoonheidsinstituten en naar de aard daarmee gelijk te stellen bedrijven.

1.34 creatieve functie

Een functie die in Bijlage 2 behorende bij deze regels is aangegeven, waarbij onderscheid wordt gemaakt in de volgende categorieën: 1) kunsten, 2) media en entertainment en 3) creatieve zakelijke dienstverlening.

1.35 culturele voorzieningen

Een vorm van maatschappelijke dienstverlening, waar onder ieder geval wordt verstaan: ruimtes voor expositie, besloten bijeenkomsten, educatieve projecten, lezingen, rondleidingen en naar de aard gelijk te stellen culturele voorzieningen.

1.36 dagelijks bestuur

Het dagelijks bestuur van het stadsdeel Zuid.

1.37 daklaag

Een bouwwerk op het platte dak, dat dient ter vergroting van het bestaande oppervlak al dan niet in combinatie met toegang tot een dakterras.

1.38 dakopbouw

Een bouwwerk op het platte dak, niet zijnde een verblijfsruimte, dat uitsluitend dient als toegang tot een dakterras.

1.39 dakuitbouw

Een bouwwerk in het schuine dak, niet zijnde een dakkapel, die dient ter vergroting van het bestaande oppervlak al dan niet in combinatie met toegang tot een dakterras.

1.40 detailhandel

Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die deze goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.

1.41 detailhandel in volumineuze goederen

Detailhandel in goederen van grote omvang, en daarmee rechtstreeks in verband staande artikelen, onderdelen en accessoires, die vanwege de aard en omvang van de goederen een groot oppervlak nodig heeft voor de uitstalling, zoals bouwmarkten, detailhandel in woninginrichting en tuincentra, grootschalige meubelbedrijven, keuken-, sanitair- en tegelbedrijven, hieronder niet begrepen grootschalige detailhandel.

1.42 dienstverlening

Het verrichten van activiteiten welke bestaan uit het verlenen van diensten aan derden met of zonder rechtstreeks contact met het publiek, onder te verdelen in:

  1. a. consumentverzorgende dienstverlening;
  2. b. zakelijke dienstverlening;
  3. c. maatschappelijke dienstverlening.

1.43 dove gevel

  1. a. een bouwkundige constructie die een ruimte in een gebouw scheidt van de buitenlucht, daaronder begrepen een dak, zonder te openen delen en met een in de Wet geluidhinder bedoelde karakteristieke geluidswering die ten minste gelijk is aan het verschil tussen de geluidsbelasting van die constructie en 33 dB onderscheidenlijk 35 dB, of
  2. b. een bouwkundige constructie waarin alleen bij uitzondering te openen delen aanwezig zijn, mits de delen niet direct grenzen aan een geluidsgevoelige ruimte zoals bedoeld in de Wet geluidhinder.

1.44 gebouw

Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

1.45 geldwisselkantoor

Een voor publiek toegankelijk kantoor of gelegenheid waarvan het hoofdbestanddeel van de activiteiten wordt gevormd door het bedrijfsmatig wisselen van geld of waardepapieren.

1.46 geluidsgevoelige objecten

Gebouwen welke dienen ter bewoning of andere geluidsgevoelige objecten of terreinen, zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder.

1.47 geluidsluwe zijde

Gevel(deel) met een geluidsbelasting lager of gelijk aan de voorkeursgrenswaarde uit de Wet geluidhinder.

1.48 gestapelde woning

Een woning in een gebouw met twee of meer geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen.

1.49 gevellijn

Een op de plankaart aangegeven figuur, waarin de gevel van de gebouwen aan de betreffende zijde moet worden opgericht.

1.50 grafmonument

Een al dan niet voor mensen toegankelijk bouwwerk, opgericht ter nagedachtenis van een overledene.

1.51 grondgebonden woning

Een gebouw dat uitsluitend één woning omvat en waar op het bijbehorende bouwperceel geen andere woningen voorkomen.

1.52 groothandel

Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling voor de verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan wederverkopers, danwel aan instellingen of personen voor de aanwending in een andere bedrijfsactiviteit.

1.53 grootschalige detailhandel

Detailhandel met een minimum vestigingsgrootte van 1.500 m2 winkelvloeroppervlak, waarvoor met uitzondering van dagelijkse artikelen geen branchebeperking geldt, hieronder niet begrepen detailhandel in volumineuze goederen.

1.54 hogere grenswaarde

Een bij een bestemmingsplan in acht te nemen maximale waarde voor de geluidsbelasting op de gevel/ aan de rand van geluidsgevoelige objecten, die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder.

1.55 hoofdgebouw

Een gebouw dat door zijn aard, functie, constructie of afmetingen, dan wel gelet op het gebruik als belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel kan worden aangemerkt.

1.56 horeca van categorie 1

Een inrichting die geheel of in overwegende mate fastfood producten verstrekt, die ter plaatse kunnen worden genuttigd dan wel afgehaald kunnen worden, daaronder worden in ieder geval begrepen: fastfoodrestaurants, cafetaria's, snackbars, automatiek, loketverkoop en shoarmazaken.

1.57 horeca van categorie 2

Een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het bieden van vermaak en ontspanning, al dan niet met levende muziek en al dan niet met verstrekking van dranken en kleine etenswaren, daaronder worden in ieder geval begrepen: dancing/discotheek, zaalverhuurbedrijven en een sociëteit, (dance)club.

1.58 horeca van categorie 3

Een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het verstrekken van alcoholische dranken, of anderzijds de uitstraling hebben van een café, daaronder worden in ieder geval begrepen: café, bar, cocktailclub. Het bieden van de gelegenheid om te dansen is toegestaan op voorwaarde dat er geen entreegeld wordt geheven en de dansvloer niet groter is dan 20% van het brutovloeroppervlak van de horecazaak.

1.59 horeca van categorie 4

Een inrichting die:

  1. a. geheel gericht is op het verstrekken van maaltijden of etenswaar, die uitsluitend ter plaatse aan tafel genuttigd worden, eventueel aangevuld met een afhaalfunctie, en in zoverre deze inrichting niet valt onder horeca van categorie 1 en horeca van categorie 3, daaronder worden in ieder geval begrepen: restaurant en eetcafé (categorie 4A). Het bieden van de gelegenheid om te dansen is toegestaan op voorwaarde dat er geen entreegeld wordt geheven en de dansvloer niet groter is dan 20% van het brutovloeroppervlak van de horecazaak ;
  2. b. gericht is op het verstrekken van alcoholvrije dranken, dan wel van kleine etenswaren (niet vallende onder horeca van categorie 1), sandwiches en ijswaren, daaronder worden in ieder geval begrepen: lunchroom, koffie-/theehuizen, juicebars en ijssalons (categorie 4B). Het bieden van de gelegenheid om te dansen is toegestaan op voorwaarde dat er geen entreegeld wordt geheven en de dansvloer niet groter is dan 20% van het brutovloeroppervlak van de horecazaak .

1.60 hotel

Een horeca-inrichting die in hoofdzaak nachtverblijf verstrekt en waarbij het verstrekken van voedsel en dranken ondergeschikt is, één en ander met inbegrip van vergader- en congresfaciliteiten.

1.61 huisgebonden bedrijf

Het bedrijfsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid, geheel of overwegend door middel van handwerk, dat door zijn beperkte omvang en door ten minste de hoofdbewoner in een woning en daarbij behorende bijgebouwen, met behoud van de woonfunctie, kan worden uitgeoefend. Hieronder wordt wel begrepen een bed & breakfast, maar geen detailhandel of horeca.

1.62 huisgebonden beroep

Het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied, dat door zijn beperkte omvang en door ten minste de hoofdbewoner in een woning en daarbij behorende bijgebouwen kan worden uitgeoefend, waaronder niet wordt begrepen de uitoefening van detailhandel of horeca.

1.63 kantoor

Het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, daaronder tevens begrepen aan het kantoor ondergeschikte congres- en vergaderaccommodatie.

1.64 kap

Een bijzondere bouwlaag waarvan de dakconstructie bestaat uit ten minste één hellend dakvlak.

1.65 kapprofiel

Doorsnede van de kap een gebouw, waarbij verschillen in hoogte, hellingshoek en architectonische vormgeving worden weergegeven.

1.66 kelder

Een bijzondere bouwlaag waarbij de vloer van de bovengelegen bouwlaag maximaal 0,5 meter boven het peil is gelegen.

1.67 kunstwerk

Bouwwerk ten behoeve van waterhuishouding, zoals dammen, dijken, duikers, sluizen, beschoeiingen, remmingswerken, niet zijnde steigers.

1.68 maaiveld

De bovenkant van het terrein dat een bouwwerk omgeeft.

1.69 maatschappelijke dienstverlening

Het verlenen van diensten op het gebied van gezondheidszorg, culturele en sociaal-culturele activiteiten, welzijn, woonzorg (inclusief een woonzorgcentrum), kinderopvang, onderwijs en educatie, sport, religie, overheid en vergelijkbare gebieden, waaronder mede ondergeschikte nevenfuncties ten behoeve van de diensten worden begrepen.

1.70 nieuwbouw

Het oprichten van een nieuw hoofdgebouw op een perceel.

1.71 nutsvoorziening

Een voorziening ten behoeve van de distributie van gas, water en elektriciteit, en de elektronische communicatie alsmede soortgelijke voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval worden begrepen voorzieningen voor warmte/koudeopslag, transformatorhuisjes, pompstations, gemalen, telefooncellen en zendmasten.

1.72 object te water

Een voorwerp of vaartuig dat in, op of boven het water is aangebracht of afgemeerd en dat niet behoort tot enig andere categorie vaartuigen en niet gebruikt wordt als woonverblijf, niet zijnde een vlot.

1.73 omgevingsvergunning

Vergunning als bedoeld in artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

1.74 omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel b, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

1.75 ondersteunende detailhandel

Niet-zelfstandige detailhandel, die wordt of is gerealiseerd binnen een vestiging en daar naar oppervlakte en ruimtelijke uitstraling ondergeschikt aan is, welke uitsluitend toegankelijk is via de vestiging en waarvan de openingstijden zijn aangepast aan de openingstijden van de vestiging.

1.76 ondersteunende horeca

Niet-zelfstandige horeca, uitsluitend zijnde horeca van categorie 3 of horeca van categorie 4, die wordt of is gerealiseerd binnen een vestiging en daar naar oppervlakte en ruimtelijke uitstraling ondergeschikt aan is, welke uitsluitend toegankelijk is via de vestiging en waarvan de openingstijden zijn aangepast aan de openingstijden van de vestiging.

1.77 opstapplaats

Oever, kade of steiger welke ingericht dan wel gebouwd is om passagiers van passagiersvaartuigen en rondvaartboten de gelegenheid te bieden op, af of in te stappen, zonder dat sprake is van een permanente ligplaats.

1.78 overkapping

Een bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke oppervlakte overdekt, bestaande uit een dakconstructie en voorzien van ten hoogste één wand.

1.79 passagiersvaartuig

Een bedrijfsvaartuig, hoofdzakelijk gebruikt voor of bestemd tot:

  1. a. vervoer van personen;
  2. b. het beschikbaar stellen aan een of meer personen ten behoeve van varende recreatie.

1.80 peil

  1. a. voor gebouwen waarvan de toegang onmiddellijk aan de weg grenst: de hoogte van de kruin van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
  2. b. voor een bouwwerk in het water, een woonboot of een bedrijfsboot: het plaatselijk aan te houden waterpeil;
  3. c. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het bestaande aansluitende afgewerkte maaiveld, waarbij plaatselijke niet bij het verdere verloop van het terrein passende ophogingen of verdiepingen niet meegeteld worden.

1.81 pleziervaartuig

Een vaartuig, gebruikt en bestemd voor niet-bedrijfsmatige varende recreatie.

1.82 seksinrichting

Een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin handelingen of vertoningen plaatsvinden van erotische en/of pornografische aard. Hieronder wordt in ieder geval verstaan:

  1. a. een prostitutiebedrijf: een bedrijfsmatige activiteit gericht op het verrichten van seksuele handelingen met anderen tegen een materiële vergoeding;
  2. b. erotisch getinte vermaaksfunctie: een vermaaksfunctie, welke is gericht op het doen plaatsvinden van voorstellingen en/of vertoningen van erotische / pornografische aard, waaronder begrepen een erotisch massagesalon, een erotische videotheek, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub, wel of niet in combinatie met elkaar.

1.83 short-stay

Het structureel aanbieden van een zelfstandige woning voor tijdelijke bewoning aan een huishouden danwel maximaal 4 personen voor een aaneensluitende periode van tenminste 1 week en maximaal 6 maanden. Voor het overige blijft het gebruik gelijk als bedoeld bij de bestemming 'Wonen'.

1.84 sloop-nieuwbouw

Het geheel of nagenoeg geheel slopen van de bestaande bebouwing op een perceel en het oprichten van een nieuw hoofdgebouw.

1.85 smartshop

Het bedrijfsmatig te koop aanbieden van psychotrope stoffen.

1.86 souterrain

Een bijzondere bouwlaag waarvan de vloer onder het gemiddeld aangrenzend peil is gelegen en waarbij de vloer van de bovengelegen bouwlaag maximaal 1,50 meter boven peil is gelegen.

1.87 staanplaats

Een vaste plaats die is ingenomen door of beschikbaar komt voor een houder of een aanvrager van een door het dagelijks bestuur verleend of te verlenen vergunning tot in het innemen van een plaats op de openbare weg, buiten enig marktterrein, waar artikelen worden uitgestald ten behoeve van verkoop.

1.88 Staat van inrichtingen

De als Bijlage 1 opgenomen lijst, behorende bij deze regels, waarin vormen van gebruik anders dan wonen, zijn aangegeven, ingedeeld in categorieën van toenemende hinder.

1.89 steiger

Een bouwwerk te water die aan één zijde met de wal is verbonden en/of door middel van palen met de grond is verbonden, dat wellicht door de gekozen constructie verticaal met het water/ getij beweegt, doch de eigenschap mist om van plaats te veranderen.

1.90 terras

Een buiten de besloten ruimte liggend deel van het horecabedrijf waar zitgelegenheid kan worden geboden ten dienste van het horecabedrijf en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie worden verstrekt.

1.91 uitbouw

Een bijbehorend bouwwerk, zijnde een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.

1.92 verbeelding

De verbeelding van het bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.'.

1.93 vestiging

Een (deel van een) gebouw of in geval van een bedrijfsverzamelgebouw, een bedrijfsunit, waar een niet-woonfunctie, inclusief de daarbij behorende nevenruimten, wordt uitgeoefend en welke door aard en omvang een zelfstandig karakter heeft.

1.94 voorerfgebied

Erf dat geen onderdeel is van het achtererfgebied.

1.95 voorgevel

De gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie dan wel gelet op uitstraling ervan als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.

1.96 waterberging

(Tijdelijke) opslag van een overmaat aan (oppervlakte)water in het (oppervlakte)watersysteem.

1.97 wettelijke regelingen

Indien en voor zover in deze regels wordt verwezen naar wettelijke regelingen c.q. verordeningen e.d., dienen deze regelingen te worden gelezen zoals deze luiden op het tijdstip van:

  1. a. de inwerkingtreding van het bestemmingsplan voor wat betreft het bouwen ;
  2. b. de inwerkingtreding van het bestemmingsplan voor wat betreft het gebruik;

tenzij in deze regels anders is bepaald.

1.98 woning

Een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.

1.99 woonboot

Een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, dat hoofdzakelijk wordt gebruikt als of is bestemd tot woonverblijf van één huishouden, niet zijnde een object dat valt onder de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

1.100 woonzorgcentrum

Een gebouw of gedeelte van een gebouw waar een specifieke doelgroep, zoals ouderen, woont, die algemene en medische verzorging tevens bij het zorgcentrum behorende ruimten zoals ondergeschikte detailhandel, ondersteunende horeca en overige nevenruimten zijn inbegrepen.

1.101 zakelijke dienstverlening

Het bedrijfsmatig verlenen van diensten en/of het leggen van contacten of het uitvoeren van commerciële handelingen, uitgezonderd detailhandel.

1.102 zorgwoning

Een zelfstandige woning waar (intensieve) zorgverlening mogelijk is en waar zorg op afroep beschikbaar is vanuit een verpleeg- of verzorgingshuis, een woonzorgcentrum of een dienstencentrum.

Artikel 2 Wijze Van Meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

2.1 begrenzing van de ondergescheidene bestemmingen

Voor zover niet in maten op de (analoge) verbeelding vastgelegd, door middel van meting op de (digitale) verbeelding vanaf het hart van de lijn met een nauwkeurigheidsgraad van 1 meter.

2.2 goothoogte van een bouwwerk

Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.

2.3 hoogte van vaartuigen en objecten te water

Vanaf peil tot aan het hoogste punt van een object te water, met uitzondering van onderschikte onderdelen, zoals masten, schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen onderdelen.

2.4 inhoud van een bouwwerk

Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.

2.5 bouwhoogte van een bouwwerk

Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.

2.6 bruto vloeroppervlakte van een vestiging

De oppervlakte van een bouwwerk vermenigvuldigd met het aantal bouwlagen waar een vestiging zich bevindt, bijzondere bouwlagen daarin begrepen (tenzij in de regels anders bepaald), vermeerderd met het oppervlak van de door de vestiging in gebruik genomen bijbehorende bouwwerken.

2.7 netto vloeroppervlakte van een vestiging

De bruto vloeroppervlakte van een vestiging, verminderd met de oppervlakten van draagconstructies, separatiewanden, gevels, brandwerende wanden, schachten en ruimten lager dan 1,5 meter.

2.8 oppervlakte van een bouwwerk

Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.

2.9 hoogte van een bouwlaag

De afstand tussen de vloer van de betreffende bouwlaag en de bovenkant van de vloer van de daarboven gelegen bouwlaag.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. bedrijven, die vallen in categorie 1, 2, 3.1 en 3.2 als bedoeld in 20.4 van deze regels, met dien verstande dat ter plaatse van de functieaanduiding 'bedrijven van categorie 3.2 uitgesloten' bedrijven van categorie 3.2 niet zijn toegestaan;
  2. b. creatieve functies, als bedoeld in 20.5 van deze regels, met inachtneming van het bepaalde in 3.4.2;
  3. c. detailhandel in volumineuze goederen, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'detailhandel volumineus';
  4. d. verkooppunt motorbrandstoffen met lpg, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' in de eerste bouwlaag, het souterrain en/of de kelder, met inachtneming van het bepaalde in 3.4.3;
  5. e. autoshowrooms, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - autoshowroom' in de eerste bouwlaag, het souterrain en/of de kelder ;
  6. f. wellness, fitness- en healthcentra (waaronder begrepen fitness, sauna's, beautycentra), met inachtneming van het bepaalde in 3.4.4;
  7. g. horeca van categorie 2, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'horeca van categorie 2' in de eerste bouwlaag, het souterrain en/of de kelder ;
  8. h. horeca van categorie 4, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'horeca van categorie 4', 'horeca van categorie 3' en 'horeca van categorie 2', met inachtneming van het bepaalde in 3.4.5;
  9. i. hotel, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van horeca - hotel';
  10. j. ondersteunende horeca, met inachtneming van het bepaalde in 3.4.6;
  11. k. parkeervoorzieningen ten behoeve van het in 3.1 onder a t/m j genoemde gebruik, met inachtneming van het bepaalde in 3.4.7, in de eerste bouwlaag uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'parkeergarage' en op onbebouwde gronden;
  12. l. ondergrondse parkeergarage, ten behoeve van het onder a t/m j genoemde gebruik, uitsluitend in de kelder en / of het souterrain, met dien verstande dat toegangen en in- en uitritten tevens in de eerste bouwlaag zijn toegestaan, met inachtneming van het bepaalde in 3.4.7;
  13. m. verkeersareaal;
  14. n. tuinen;
  15. o. terrassen;
  16. p. groenvoorzieningen;
  17. q. nutsvoorzieningen.

3.2 Bouwregels

3.3 Afwijken van de bouwregels

3.4 Specifieke gebruiksregels

3.5 Afwijken van de gebruiksregels

3.6 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 4 Bedrijf - Kunst

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - kunst' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. bedrijven, die vallen in categorie 1, 2, 3.1 en 3.2 als bedoeld in 20.4 van deze regels, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'bedrijf';
  2. b. dans-, muziek- en balletschool met bijbehorende ondersteunende kantoorruimte, met inachtneming van het bepaalde in 4.4.1;
  3. c. ateliers met bijbehorende ondersteunende kantoorruimte;
  4. d. creatieve functies, als bedoeld in artikel 20.5 van deze regels, met inachtneming van het bepaalde in 4.4.2;
  5. e. ondersteunende horeca, met inachtneming van het bepaalde in 4.4.3;
  6. f. parkeervoorzieningen, ten behoeve van het onder a t/m d genoemde gebruik, met inachtneming van het bepaalde in 4.4.4;
  7. g. ondergrondse parkeergarage, ten behoeve van het onder a t/m d genoemde gebruik, uitsluitend in de kelder en / of het souterrain, met dien verstande dat toegangen en in- en uitritten tevens in de eerste bouwlaag zijn toegestaan, met inachtneming van het bepaalde in 4.4.4;
  8. h. verkeersareaal;
  9. i. tuinen;
  10. j. terrassen;
  11. k. groenvoorzieningen;
  12. l. nutsvoorzieningen.

4.2 Bouwregels

4.3 Afwijken van de bouwregels

4.4 Specifieke gebruiksregels

4.5 Afwijken van de gebruiksregels

Artikel 5 Bedrijf - Nationaal Lucht- En Ruimtevaartlaboratorium

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - Natonaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. een bedrijf, zijnde een lucht- en ruimtevaartlaboratorium dat valt in categorie 5 als bedoeld in artikel 20.4 van deze regels, met inbegrip van bijbehorende ruimten voor onderzoek en ontwikkeling, kantoor- en vergaderruimten, windtunnels met bijbehorend expansiedrukvat, bedrijfsmuseum, bergingen en andere nevenruimten, met inachtneming van het bepaalde in 5.3.1;
  2. b. ondersteunende horeca, met inachtneming van het bepaalde in 5.3.2;
  3. c. parkeervoorzieningen, met de daarbij behorende in- en uitritten , ten behoeve van het onder a en b genoemde gebruik, met inachtneming van het bepaalde in 5.3.3;
  4. d. ondergrondse parkeergarage ten behoeve van het onder a en b genoemde gebruik, uitsluitend in de kelder en / of het souterrain, met dien verstande dat toegangen en in- en uitritten tevens in de eerste bouwlaag zijn toegestaan, met inachtneming van het bepaalde in 5.3.3;
  5. e. verkeersareaal;
  6. f. tuinen;
  7. g. terrassen;
  8. h. groenvoorzieningen;
  9. i. nutsvoorzieningen.

5.2 Bouwregels

5.3 Specifieke gebruiksregels

Artikel 6 Groen

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. park- en groenvoorzieningen;
  2. b. begraafplaats met inbegrip van bergingen, grafmonumenten en andere nevenruimten, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'begraafplaats';
  3. c. wonen, huisgebonden beroep, huisgebonden bedrijf, bed & breakfast, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'gemengd', met inachtneming van het bepaalde in 6.3.1;
  4. d. culturele voorzieningen, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'gemengd', met inachtneming van het bepaalde in 6.3.2;
  5. e. ondersteunende horeca, uitsluitend binnen culturele voorzieningen, met inachtneming van het bepaalde in 6.3.3;
  6. f. reclamemast, uitsluitend ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding - reclamemast';
  7. g. voet- en fietspaden;
  8. h. waterberging;
  9. i. waterlopen en waterpartijen;
  10. j. kunstwerken;
  11. k. oeververbindingen (bruggen);
  12. l. werken van beeldende kunst;
  13. m. straatmeubilair;
  14. n. speelvoorzieningen;
  15. o. tuinen;
  16. p. terrassen;
  17. q. ondergrondse parkeergarage, uitsluitend in de kelder en / of het souterrain, met dien verstande dat toegangen en in- en uitritten tevens op maaiveld zijn toegestaan;
  18. r. geluidwerende voorzieningen;
  19. s. nutsvoorzieningen.

6.2 Bouwregels

6.3 Specifieke gebruiksregels

Artikel 7 Sport

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. sportvoorzieningen, met inbegrip van bijbehorende kleedruimten, medische ruimten, bergruimten, sportgerelateerde kantoor- en vergaderruimten en kantines;
  2. b. ondersteunende horeca, met inachtneming van het bepaalde in 7.3.1;
  3. c. verkeersareaal;
  4. d. groenvoorzieningen;
  5. e. waterlopen en waterpartijen;
  6. f. kunstwerken;
  7. g. werken van beeldende kunst;
  8. h. terrassen;
  9. i. straatmeubilair;
  10. j. speelvoorzieningen;
  11. k. ondergrondse parkeergarage, uitsluitend in de kelder en / of het souterrain, met dien verstande dat toegangen en in- en uitritten tevens op maaiveld zijn toegestaan;
  12. l. nutsvoorzieningen.

7.2 Bouwregels

7.3 Specifieke gebruiksregels

Artikel 8 Verkeer

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. wegen, straten en fiets- en voetpaden;
  2. b. pleinen;
  3. c. parkeervoorzieningen;
  4. d. ondergrondse parkeergarage, uitsluitend in de kelder en / of het souterrain, met dien verstande dat toegangen en in- en uitritten tevens op maaiveld zijn toegestaan ;
  5. e. groenvoorzieningen, waaronder bermen en beplanting;
  6. f. waterlopen en waterpartijen;
  7. g. oeververbindingen (bruggen);
  8. h. kunstwerken;
  9. i. staanplaatsen ten behoeve van horeca of detailhandel, met inachtneming van het bepaalde in 8.3.1;
  10. j. werken voor de beeldende kunst;
  11. k. terrassen;
  12. l. straatmeubilair;
  13. m. speelvoorzieningen
  14. n. openbare toiletvoorzieningen;
  15. o. laad- en losvoorzieningen, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'laad- en losplaats', met inachtneming van het bepaalde in 8.3.2
  16. p. geluidwerende voorzieningen;
  17. q. nutsvoorzieningen.

8.2 Bouwregels

8.3 Specifieke gebruiksregels

8.4 Afwijken van de gebruiksregels

Het dagelijks bestuur is bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1 onder c van de Wet ruimtelijke ordening, om in afwijking van het bepaalde in 8.3.1 een omgevingsvergunning te verlenen voor staanplaatsen op andere locaties dan genoemd onder 8.3.1 onder a, op voorwaarde dat:

  1. a. het straatbeeld niet onevenredig wordt aangetast;
  2. b. het totaal aantal staanplaatsen niet toeneemt.

Artikel 9 Water

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water'aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. waterberging;
  2. b. waterlopen, waterwegen en waterpartijen;
  3. c. kunstwerken;
  4. d. oeververbindingen (bruggen);
  5. e. groenvoorzieningen;
  6. f. werken voor de beeldende kunst;
  7. g. ondergrondse parkeergarage, uitsluitend in de kelder en / of het souterrain, met dien verstande dat toegangen en in- en uitritten tevens op maaiveld zijn toegestaan;
  8. h. nutsvoorzieningen.

9.2 Bouwregels

Artikel 10 Wonen

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. (zorg)woningen en short-stay;
  2. b. huisgebonden beroep of huisgebonden bedrijf, met inachtneming van het bepaalde in 10.4.1 onder a en b;
  3. c. bed & breakfast, met inachtneming van het bepaalde in 10.4.1 onder a en b;
  4. d. horeca van categorie 3, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'horeca van categorie 3', uitsluitend in de eerste bouwlaag, het souterrain en/of de kelder, met inachtneming van het bepaalde in 10.4.1 onder c;
  5. e. tuinen;
  6. f. parkeervoorzieningen, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding 'parkeergarage' op maaiveld en in de eerste bouwlaag, met inachtneming van het bepaalde in 10.4.4;
  7. g. ondergrondse parkeergarage ten behoeve van de in artikel 10.1 onder a t/m d genoemde gebruik, uitsluitend in de kelder en/of souterrain, met dien verstande dat toegangen en in- en uitritten tevens in de eerste bouwlaag zijn toegestaan, met inachtneming van het bepaalde in 10.4.4;
  8. h. verkeersareaal;
  9. i. groenvoorzieningen;
  10. j. nutsvoorzieningen.

10.2 Bouwregels

10.3 Afwijken van de bouwregels

Het dagelijks bestuur is bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1 onder c van de Wet ruimtelijke ordening, om in afwijking van het bepaalde in 10.2.3 b onder 1 een omgevingsvergunning te verlenen voor de bouw van hogere gebouwde terrassen onder de voorwaarde dat het gebouwde terras niet hoger is dan de hoogte van het maaiveld aan de straatzijde.

10.4 Specifieke gebruiksregels

Artikel 11 Wonen - Uit Te Werken

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - Uit te werken'aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. (zorg)woningen en short-stay;
  2. b. huisgebonden beroep of huisgebonden bedrijf;
  3. c. bed & breakfast;
  4. d. tuinen;
  5. e. parkeervoorzieningen;
  6. f. verkeersareaal;
  7. g. groenvoorzieningen;
  8. h. waterberging, waterlopen en waterpartijen;
  9. i. nutsvoorzieningen.

11.2 Uitwerkingsregels

Het dagelijks bestuur werkt, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1 onder b van de Wet ruimtelijke ordening, het bepaalde in artikel 11.1 uit met inachtneming van de volgende regels:

  1. a. binnen het bestemmingsvlak waarvoor de uitwerkingsplicht geldt, kan slechts worden gebouwd nadat het uitwerkingsplan in werking is getreden;
  2. b. de stedenbouwkundige structuur van het uit te werken gebied dient zoveel mogelijk aan te sluiten op de directe omgeving;
  3. c. voor de vaststelling van het uitwerkingsplan dient vast te staan dat ter plekke van het uit te werken gebied een aanvaardbare milieuhygiënische situatie is gewaarborgd;
  4. d. in het uitwerkingsplan dient het ontsluiten van de locatie op het Aalsmeerplein en het omleggen van het bestaande fietspad van het Aalsmeerplein naar de Anthony Fokkerweg te worden betrokken;
  5. e. maximum aantal woningen: 150;
  6. f. maximum bouwhoogte: zoals op de verbeelding staat aangegeven;
  7. g. maximum bebouwingspercentage: 80% van het bestemmingsvlak;
  8. h. maximum bouwhoogte voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde: 2 meter;
  9. i. maximale bouwhoogte voor erf- en terreinafscheidingen in het voorerfgebied, danwel in het achtererfgebied grenzend aan de openbare weg: 1 meter;
  10. j. in gestapelde woningen is huisgebonden beroep, huisgebonden bedrijf en bed & breakfast toegestaan tot maximaal 40% van het bruto vloeroppervlak van de woning met een maximum van 60 m²;
  11. k. voor grondgebonden woningen is huisgebonden beroep, huisgebonden bedrijf en bed & breakfast toegestaan op maximaal één bouwlaag tot maximaal 40% van het bruto vloeroppervlak;
  12. l. de benodigde parkeerplaatsen dienen op eigen terrein te worden gerealiseerd.

Artikel 12 Leiding - Riool

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg, instandhouding en bescherming van (ondergrondse) rioolpersleiding met de daarbijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

12.2 Bouwregels

12.3 Afwijken van de bouwregels

Het dagelijks bestuur is bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder c van de Wet ruimtelijke ordening in afwijking van het bepaalde in 12.2 een omgevingsvergunning te verlenen ten aanzien van het bouwen van bouwwerken en toestaan dat op of in deze gronden een bij de andere bestemming toelaatbaar bouwwerk wordt gebouwd, mits positief advies is verkregen bij de betrokken leidingbeheerder en de veiligheid met betrekking tot de rioolpersleiding niet wordt geschaad.

12.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

12.5 Wijzigingsbevoegdheid

Het dagelijks bestuur is bevoegd, overeenkomstig artikel 3.6 lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening, de gronden met de dubbelbestemming 'Leiding - Riool' te wijzigen:

  1. a. door de dubbelbestemming 'Leiding - Riool' geheel of gedeeltelijk te verwijderen, mits de leiding is verwijderd of niet langer als zodanig wordt gebruikt en de betreffende leidingbeheerder hierover heeft geadviseerd;
  2. b. door de dubbelbestemming 'Leiding - Riool' geheel of gedeeltelijk toe te kennen indien de betreffende leiding wordt verlegd.

Artikel 13 Waarde - Archeologie

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor doeleinden ter bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.

13.2 Bouwregels

Op en onder de in 13.1 genoemde gronden mag uitsluitend gebouwd worden ten dienste van de primaire bestemming en de overige aan deze gronden toegekende bestemmingen, met inachtneming van de volgende bepalingen:

  1. a. voor zover met betrekking tot de in 13.1 genoemde gronden sprake is van bodemverstoring, dient de aanvrager van een omgevingsvergunning een archeologisch rapport te overleggen;
  2. b. aan de omgevingsvergunning als bedoeld onder a kunnen de volgende voorschriften worden verbonden:
    1. 1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische waarden in de bodem worden behouden;
    2. 2. de verplichting tot het doen van opgravingen;
    3. 3. de verplichting de activiteit die tot bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg, die voldoet aan door het dagelijks bestuur bij de vergunning te stellen kwalificaties.

13.3 Afwijken van de bouwregels

Het bepaalde in 13.2 is niet van toepassing indien de bodemverstoring:

  1. a. betrekking heeft op een gebied met met zowel een kleiner oppervlak dan 500 m2 als een diepte minder dan 2,5 meter onder maaiveld, op een gebied met een kleiner oppervlak dan 500 m2 maar een diepte meer dan 2,5 meter onder maaiveld of op een gebied met een groter oppervlak dan 500 m2 maar een diepte minder dan 2,5 meter onder maaiveld ;
  2. b. het normaal onderhoud betreft;
  3. c. reeds in uitvoering is op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan of uitgevoerd kan worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde danwel verleende vergunning;
  4. d. plaatsvindt in en op gronden waarvan vaststaat dat daar geen archeologische waarden aanwezig of meer aanwezig zijn.

13.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

13.5 Wijzigingsbevoegdheid

Het dagelijks bestuur is bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen:

  1. a. door een of meerdere vlakken met de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie' geheel of gedeeltelijk te verwijderen indien op basis van archeologisch onderzoek door een daartoe bevoegde instantie is aangetoond dat ter plaatse geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn;
  2. b. door aan een of meerdere bestemmingsvlakken geheel of gedeeltelijk de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie' toe te kennen indien uit nader onderzoek is gebleken dat ter plaatse archeologische waarden aanwezig zijn .

Artikel 14 Waarde - Cultuurhistorie

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, herstel en de uitbouw van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het gebied en zijn bebouwing.

14.2 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk

14.3 Wijzigingsbevoegdheid

Het dagelijks bestuur is bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen:

  1. a. door een of meerdere vlakken met de dubbelbestemming 'Waarde - Cultuurhistorie' geheel of gedeeltelijk te verwijderen indien het betreffende pand of de betreffende panden niet langer zijn aangewezen als welstandsorde 1 of 2;
  2. b. door aan een of meerdere bestemmingsvlakken geheel of gedeeltelijk de dubbelbestemming 'Waarde - Cultuurhistorie' toe te kennen indien het betreffende pand of de betreffende panden wordt/worden aangewezen als welstandsorde 1 of 2.

Artikel 15 Waarde - Hoofdgroenstructuur

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Hoofdgroenstructuur' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en het behoud van de hoofdgroenstructuur.

15.2 Bouwregels

15.3 Afwijken van de bouwregels

Het dagelijks bestuur is bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1 onder c van de Wet ruimtelijke ordening, om in afwijking van het bepaalde in 15.2.1 een omgevingsvergunning te verlenen ten behoeve van het oprichten, verplaatsen of uitbreiden van een gebouw, nadat hiervoor een advies van de Technische Adviescommissie Hoofdgroenstructuur is verkregen.

15.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

15.5 Wijzigingsbevoegdheid

Het dagelijks bestuur is bevoegd, overeenkomstig artikel 3.6 lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening, het bestemmingsplan te wijzigen:

  1. a. door een of meerdere vlakken met de dubbelbestemming 'Waarde - Hoofdgroenstructuur' geheel of gedeeltelijk te verwijderen, mits de betreffende gronden niet langer zijn aangewezen als hoofdgroenstructuur en de Technische Adviescommissie Hoofdgroenstructuur hierover heeft geadviseerd;
  2. b. door aan een of meerdere bestemmingsvlakken geheel of gedeeltelijk de dubbelbestemming 'Waarde - Hoofdgroenstructuur' toe te kennen indien de betreffende gronden worden aangewezen als hoofdgroenstructuur.

Artikel 16 Waarde - Landschap

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Landschap' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en het behoud van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden.

16.2 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geeen gebouwen zijnde, of van werkzaamheden

16.3 Wijzigingsbevoegdheid

Het dagelijks bestuur is bevoegd, overeenkomstig artikel 3.6 lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening, het bestemmingsplan te wijzigen:

  1. a. door een of meerdere vlakken met de dubbelbestemming 'Waarde - Landschap' geheel of gedeeltelijk te verwijderen, mits de betreffende gronden niet langer zijn aangewezen als landschappelijk en cultuurhistorisch waardevol;
  2. b. door aan een of meerder bestemmingsvlakken geheel of gedeeltelijk de dubbelbestemming 'Waarde - Landschap' toe te kennen indien de betreffende gronden worden aangewezen als landschappelijk en cultuurhistorisch waardevol.

Artikel 17 Waterstaat - Waterkering

17.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming en het behoud van een waterkering.

17.2 Wijzigingsbevoegdheid

Het dagelijks bestuur is bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen:

  1. a. door een of meerdere vlakken met de dubbelbestemming 'Waterstaat - Waterkering' geheel of gedeeltelijk te verwijderen, mits de betreffende gronden niet langer zijn aangewezen als waterkering en het betreffende Hoogheemraadschap hierover heeft geadviseerd;
  2. b. door aan een of meerdere bestemmingsvlakken geheel of gedeeltelijk de dubbelbestemming 'Waarde - Waterkering' toe te kennen indien de betreffende gronden worden aangewezen als waterkering.

Hoofdstuk 3 Algemene Regels

Artikel 18 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 19 Algemene Bouwregels

19.1 Ondergeschikte bouwdelen

Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, koekoeken, liftschachten, gevel- en kroonlijsten, luifels, overstekende daken en dergelijke delen van gebouwen buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw-, dan wel bestemmingsgrenzen niet meer dan 0,3 meter bedraagt.

19.2 Bestaande bebouwing

Bestaande bebouwing, die in overeenstemming met een verleende vergunning is gebouwd en afwijkt van dit bestemmingsplan mag geheel of gedeeltelijk worden vervangen of vernieuwd, mits de afwijking van dit bestemmingsplan naar aard en omvang niet wordt vergroot, tenzij daarvoor met toepassing van enige in dit bestemmingsplan geregelde afwijkingsbevoegdheid een omgevingsvergunning wordt verleend.

19.3 Uitsluiting aanvullende werking Bouwverordening

De regels van de Bouwverordening Amsterdam 2003 ten aanzien van onderwerpen van stedenbouwkundige aard en bereikbaarheidseisen blijven overeenkomstig het gestelde in artikel 9, lid 2 van de Woningwet buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen:

  1. a. de bereikbaarheid van gebouwen voor het wegverkeer/brandblusvoorzieningen;
  2. b. de bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten;
  3. c. de ruimte tussen bouwwerken;
  4. d. het bouwen bij bovengrondse hoogspanningsleidingen en ondergrondse hoofdtransportleidingen.
  5. e. in geval van sloop/nieuwbouw: de parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheid bij of in gebouwen.

Artikel 20 Algemene Gebruiksregels

20.1 Algemeen gebruiksverbod

Het is verboden de in Hoofdstuk 2 bedoelde gronden en bouwwerken te gebruiken en/of te doen en/of te laten gebruiken en/of in gebruik te geven op een wijze of tot een doel strijdig met de aan de grond gegeven bestemming, zoals die nader is aangeduid in de bestemmingsomschrijving.

20.2 Gebruiksverbod

Onder verboden gebruik als bedoeld in 20.1 wordt in elk geval begrepen het gebruik van gronden en/of bebouwing:

  1. a. als bedrijven die worden begrepen in bijlage I, onderdeel D van het Besluit omgevingsrecht;
  2. b. als automatenhal, belwinkel, geldwisselkantoor, seksinrichting en smartshop;
  3. c. als stortplaats voor puin, schroot, afbraak- en bouwmaterialen, afvalstoffen, voor zover dit niet betrekking heeft op het tijdelijk storten van geringe hoeveelheden afvalstoffen;
  4. d. als opslagplaats van bagger en grondspecie, tenzij zulks plaatsvindt langs een waterloop en in verband met het onderhoud van de waterloop;
  5. e. als industrie in de voedingssector met extramurale opslag of overslag, viskwekerijen met extramurale bassins, opslag of verwerking van afvalstoffen met extramurale opslag of verwerking, natuurreservaten en vogelreservaten, moerasgebieden en oppervlaktewateren groter dan 3 hectare, zoals bedoeld in artikel 2.2.3 van het Luchthavenindelingbesluit;
  6. f. als ligplaats voor bedrijfsboten, woonboten of een casco of caisson dat tot woonboot of bedrijfsboot kan worden omgebouwd;
  7. g. als opstap- en afmeerplaats voor plezier- en passagiersvaartuigen of andere objecten te water;
  8. h. ten dienste van activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage;
  9. i. ten dienste van bedrijven die worden begrepen onder artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit zijn niet toegestaan, een en ander behoudens een ruimte- en luchtvaartlaboratorium op adres Anthony Fokkerweg 2;
  10. j. ten dienste van inrichtingen waarop het Besluit externe veiligheid inrichtingen van toepassing is, een en ander behoudens een verkooppunt voor motorbrandstoffen met lpg op adres Anthony Fokkerweg 8.

20.3 Bestaand gebruik

Bestaand gebruik, dat in overeenstemming met een verleende vergunning aanwezig is, maar afwijkt van dit bestemmingsplan, is toegestaan.

20.4 Toegelaten bedrijven

  1. a. Uitsluitend bedrijven die in de van deze regels deel uitmakende Staat van inrichtingen vallen onder de in de toepasselijke regels aangegeven milieuhindercategorieën zijn toegestaan, tenzij elders in deze regels anders aangegeven.
  2. b. Het dagelijks bestuur is bevoegd in afwijking van het bepaalde in a een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen en het gebruik van gronden en bebouwing ten behoeve van een bedrijf die:
    1. 1. niet in de Staat van inrichtingen voorkomt en niet meer milieuhinder veroorzaakt dan functies die vallen onder de toegestane categorieën;
    2. 2. in de Staat van inrichtingen voorkomt en valt onder één of meer categorieën hoger dan toegelaten, mits het desbetreffende bedrijf in vergelijking met bedrijven die vallen onder de toegelaten categorieën een gelijke of mindere milieuhinder veroorzaakt;
    3. 3. na uitbreiding, wijziging of aanpassing in de Staat van inrichtingen valt onder één of meer categorieën hoger dan toegestaan, mits het desbetreffende bedrijf niet meer milieuhinder veroorzaakt dan bedrijven die vallen onder de toegestane categorieën.

20.5 Toegelaten creatieve functies

  1. a. Uitsluitend functies die in de van deze regels deel uitmakende lijst met creatieve functies vallen zijn toegestaan, tenzij elders in deze regels anders aangegeven.
  2. b. Het dagelijks bestuur is bevoegd in afwijking van het bepaalde in a een omgevingsvergunning te verlenen met dien verstande dat het gebruik van gronden en bebouwing ten behoeve van een creatieve functie is toegestaan dat niet in de lijst met creatieve functies voorkomt en naar de aard gelijk te stellen is met creatieve functies die wel vallen in de van deze regels deel uitmakende lijst met creatieve functies.

20.6 Doelmatigheidsbepaling

Het dagelijks bestuur verleent een omgevingsvergunning in afwijking van het bepaalde in 20.1 wanneer strikte toepassing daarvan leidt tot een beperking van het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.

Artikel 21 Algemene Aanduidingsregels

21.1 Geluidzone - industrie

21.2 Veiligheidszone - lpg

21.3 Veiligheidszone - invloedsgebied

21.4 Vrijwaringszone - weg - 1

21.5 Vrijwaringszone - weg - 2

Artikel 22 Algemene Afwijkingsregels

  1. a. Indien niet met toepassing van een andere bepaling van deze regels afgeweken kan worden, is het dagelijks bestuur bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1 onder c, van de Wet ruimtelijke ordening een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van de desbetreffende regels van dit bestemmingsplan, ten behoeve van:
    1. 1. het bouwen van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen met een maximale bouwhoogte van 6 meter en een maximaal vloeroppervlak van 25 m²;
    2. 2. het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde, zoals gedenktekens, fonteinen, plastieken, kunstobjecten, straatmeubilair, vrijstaande muren, trapconstructies, geluidwerende voorzieningen, kunstwerken ten behoeve van waterhuishouding, bruggen en andere waterstaatkundige werken ;
    3. 3. geringe afwijkingen welke in het belang zijn van een ruimtelijk of technisch beter verantwoorde plaatsing van bouwwerken of welke noodzakelijk zijn in verband met de werkelijke toestand van het terrein, mits de afwijking in situering niet meer dan 2 meter bedraagt;
    4. 4. het overschrijden van de bouw- en bestemmingsgrenzen met ten hoogste 2,5 meter voor erkers, serres, uitkragingen, bordessen, buitentrappen, galerijen, luifels, balkons, lift- en trappenhuizen en andere ondergeschikte onderdelen van gebouwen;
    5. 5. het overschrijden van de in de regels toegestane maximale bouwhoogten met maximaal 1,5 meter;
    6. 6. het overschrijden van de in de regels toegestane maximale bouwhoogten, anders dan bedoeld onder 4 en 5, met ten hoogste 3 meter ten behoeve van centrale verwarmingsinstallaties, liftschachten en trappenhuizen, met ten hoogste 5 meter ten behoeve van schoorstenen, antennes, ventilatie-inrichtingen, zonneboilers, zonnepanelen, antennemasten voor mobiele telefonie en met ten hoogste 5 meter ashoogte ten behoeve van windmolens;
    7. 7. het gebruik van gronden en/of gebouwen ten behoeve van parkeren, mits:
      • aangetoond kan worden dat ten tijde van de inwerkingtreding van dit bestemmingsplan reeds op eigen terrein geparkeerd werd;
      • voor het aantal auto's dat op eigen terrein geparkeerd wordt geen parkeervergunning verleend is en/of een eventueel verleende parkeervergunning voor het openbaar gebied wordt ingetrokken;
      • een in- en uitrit beschikbaar is voor het ontsluiten van de parkeerplaatsen;
    8. 8. het bouwen van kelders en souterrains en het vergroten van bestaande kelders en souterrains mits:
      • het gebruik ten dienste is van de functie in het hoofdgebouw;
      • de technische haalbaarheid is aangetoond;
      • de diensten, die belast zijn met de zorg op het terrein van milieu- en bouwtoezicht, het waterbeheer en de bescherming van monumenten en archeologie, geen bezwaar hebben tegen de ontwikkeling;
      • de bovenzijde van het dak van het deel van de kelder dat zich op een grotere afstand van 2,5 meter uit de oorspronkelijke achtergevel bevindt, tenminste 0,80 meter is gelegen onder de gemiddelde hoogte van het bestaande aansluitende afgewerkte maaiveld van de (binnen)tuin en op dit deel van de kelder een grondpakket wordt gerealiseerd van minimaal 0,80 meter;
      • aangetoond is dat de ontwikkeling in de tuin niet ten koste gaat van (waardevolle) bomen in de (binnen-)tuin.
  2. b. Een omgevingsvergunning als bedoeld in dit artikel kan worden verleend, mits de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en/of de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad.

Artikel 23 Algemene Wijzigingsregels

23.1 Algemeen

Het dagelijks bestuur is bevoegd om overeenkomstig artikel 3.6, lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen in die zin dat:

  1. a. bestemmingsgrenzen worden overschreden, voor zover dit van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover dit noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijding mag echter niet meer bedragen dan 3 meter en het bestemmingsvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot;
  2. b. bestemmingsgrenzen worden overschreden voor zover dit van belang is voor het beloop van wegen of de onderlinge aansluiting van wegen ten behoeve van de verkeersveiligheid en/of -intensiteit. De overschrijding mag echter niet meer bedragen dan 3 meter en het bestemmingsvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot;
  3. c. de Staat van inrichtingen zoals opgenomen in de bijlage bij deze regels wordt gewijzigd, ten behoeve van het toevoegen en schrappen van soorten bedrijven en het veranderen van de categorie-indeling van bedrijven, indien technologische ontwikkelingen of vernieuwde inzichten ten aanzien van de milieugevolgen van soorten bedrijven hiertoe aanleiding geven;
  4. d. opgenomen bepalingen in de voorafgaande artikelen worden aangepast, waarbij verwezen wordt naar bepalingen in wettelijke regelingen, indien deze wettelijke regelingen na de periode van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan worden gewijzigd.

Artikel 24 Algemene Procedureregels

24.1 Wijzigingsbevoegdheid en uitwerkingsplicht

Bij toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of een uitwerkingsplicht, die onderdeel uitmaken van dit plan, is op de voorbereiding van het besluit de procedure als bedoeld in de afdeling 3.4. van de Algemene wet bestuursrecht, van toepassing.

Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels

Artikel 25 Overgangsrecht

25.1 Overgangsrecht bouwwerken

  1. a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    1. 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  2. b. Het dagelijks bestuur kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het bepaalde onder a met maximaal 10%;
  3. c. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

25.2 Overgangsrecht gebruik

  1. a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  2. b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het bepaalde in sub a te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  3. c. Indien het gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  4. d. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op het gebruik, dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 26 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.' van stadsdeel Zuid van de gemeente Amsterdam.

Aldus vastgesteld in de stadsdeelraadsvergadering van 29 mei 2013

De voorzitter, De griffier,

Bijlage 1 Staat Van Inrichtingen

Bijlage 1 Staat van inrichtingen

Bijlage 2 Creatieve Functies

Bijlage 2 Creatieve functies

Bijlage 1 Nota Van Uitgangspunten Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'

Bijlage 1 Nota van uitgangspunten bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.'

Bijlage 2 Marktverkenning Bedrijventerrein Schinkel

Bijlage 2 Marktverkenning bedrijventerrein Schinkel

Bijlage 3 Verkeersonderzoek Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'

Bijlage 3 Verkeersonderzoek bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.'

Bijlage 4 Archeologisch Bureauonderzoek Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'

Bijlage 4 Archeologisch bureauonderzoek bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.'

Bijlage 5 Cultuurhistorische Verkenning En Advies 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'

Bijlage 5 Cultuurhistorische verkenning en advies 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.'

Bijlage 6 Akoestisch Onderzoek Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.

Bijlage 6 Akoestisch onderzoek bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.

Bijlage 7 Onderzoek Externe Veiligheid Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'

Bijlage 7 Onderzoek externe veiligheid bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.'

Bijlage 8 Advies Brandweer Amsterdam-amstelland

Bijlage 8 Advies brandweer Amsterdam-Amstelland

Bijlage 9 Historisch Bodemonderzoek Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'

Bijlage 9 Historisch bodemonderzoek bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.'

Bijlage 10 Natuurwaardenonderzoek Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein E.o.'

Bijlage 10 Natuurwaardenonderzoek bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.'

Bijlage 11 Advies Technische Adviescommissie Hoofdgroenstructuur

Bijlage 11 Advies Technische Adviescommissie Hoofdgroenstructuur

Bijlage 12 Nota Van Beantwoording Inspraak

Bijlage 12 Nota van beantwoording inspraak

Bijlage 13 Nota Van Wijzigingen

Bijlage 13 Nota van wijzigingen

Bijlage 14 Nota Van Beantwoording Zienswijzen

Bijlage 14 Nota van beantwoording zienswijzen

Bijlage 15 Notitie Afhandeling Nagekomen Zienswijze

Bijlage 15 Notitie afhandeling nagekomen zienswijze