KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Artikel 2 Wijze Van Meten
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Detailhandel
Artikel 4 Gemengd - 1
Artikel 5 Gemengd - 2
Artikel 6 Groen - 1
Artikel 7 Groen - 2
Artikel 8 Maatschappelijk - 1
Artikel 9 Maatschappelijk - 2
Artikel 10 Maatschappelijk - 3
Artikel 11 Tuin
Artikel 12 Verkeer - 1
Artikel 13 Verkeer - 2
Artikel 14 Verkeer - 3
Artikel 15 Verkeer - 4
Artikel 16 Verkeer - 5
Artikel 17 Water
Artikel 18 Wonen - 1
Artikel 19 Wonen - 2
Artikel 20 Wonen - 3
Artikel 21 Wonen - 4
Artikel 22 Waarde-archeologie
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 23 Anti-dubbeltelbepaling
Artikel 24 Algemene Gebruiksregels
Artikel 25 Algemene Ontheffingsregels
Artikel 26 Algemene Wijzigingsregels
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 27 Overgangsrecht Bouwwerken
Artikel 28 Overgangsrecht Gebruik
Artikel 29 Slotbepaling
Bijlagen
Bijlage 1 Bedrijvenlijst: Staat Van Bedrijfsactiviteiten

Geuzenveld

Bestemmingsplan - gemeente Amsterdam

Onherroepelijk op 09-02-2010 - geheel onherroepelijk in werking

Bestanden

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 aanbouw

Een grondgebonden toevoeging van één bouwlaag aan een bestaande woning welke ondergeschikt is aan de bestaande woning en strekt tot het vergroten van het woongenot.

1.2 aanduiding

Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.

1.3 aanduidingsgrens

De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.

1.4 aanduidingsvlak

Een op de plankaart aangegeven vlak met eenzelfde aanduiding.

1.5 apotheek

Detailhandel waar al dan niet op doktersrecept medicijnen en aanverwante artikelen kunnen worden gekocht.

1.6 automatenhal

Iedere besloten ruimte waarin meer dan drie speelautomaten of andere mechanische toestellen, zoals bedoeld in artikel 30 van de Wet op de Kansspelen, zijn opgesteld ten behoeve van het publiek.

1.7 bebouwing

Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.

1.8 bedrijf

Een onderneming waarbij het accent ligt op het vervaardigen, bewerken, installeren en verhandelen van goederen, waarbij eventueel detailhandel uitsluitend plaatsvindt als niet zelfstandig onderdeel van de onderneming in de vorm van verkoop c.q. levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen, dan wel goederen die in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende handelingen.

1.9 bedrijfsvaartuig

Een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, hoe ook genaamd en van welke aard ook, dat hoofdzakelijk wordt gebruikt als, of is bestemd tot, opslagruimte en/of voor de uitoefening van enig bedrijf of beroep.

1.10 besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningplichtige bouwwerken

Het Besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningplichtige bouwwerken van 28 november 2002 (Stb. 2002, 582), laatstelijk gewijzigd 15 juni 2004 (Stb. 2004, 291).

1.11 bestemmingsgrens

Een op de verbeelding aangeduide lijn, die de grens vormt van een bestemmingsvlak.

1.12 bestemmingsvlak

Een op de verbeelding aangeduid vlak met eenzelfde bestemming.

1.13 bijzondere bouwlaag

Kelders, souterrains en kappen.

1.14 bouwen

Het plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen, veranderen en vergroten van een bouwwerk.

1.15 bouwgrens

Een op de verbeelding aangeduide lijn die de grens vormt van een bouwvlak en die niet door bebouwing mag worden overschreden.

1.16 bouwlaag

Een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren is begrensd, met uitzondering van bijzondere bouwlagen.

1.17 bouwvlak

Een op de plankaart aangegeven, door bouw- en/of bestemmingsgrenzen omsloten vlak, waarin een maximum goothoogte en/of bouwhoogte is aangegeven.

1.18 bouwwerk

Elke constructie van enige omvang, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond .

1.19 brutovloeroppervlakte (bvo)

Het totale bebouwde oppervlakte van bijvoorbeeld een winkel of horecavestiging, met inbegrip van personeelsruimten, bergingen, etc.

1.20 bijzondere bouwlagen

Kelders, souterrains en kappen.

1.21 consumentverzorgende dienstverlening

Het verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden, waarbij in het gebouw voor het publiek toegankelijke ruimten zijn ondergebracht, zoals bankfilialen, reisbureaus, rijscholen, uitzendbureaus, zonnestudio's, kappers en schoonheidssalons.

1.22 dakopbouw

Een aan een woning met (van oorsprong) een plat dak toegevoegde (woon)laag, zich uitstrekkende over een deel van het dakvlak.

1.23 detailhandel

Het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit .

1.24 detailhandel in volumineuze goederen

Detailhandel in volumineuze goederen, te onderscheiden in:

a. detailhandel in brand- en explosiegevaarlijke goederen;

b. detailhandel in zeer volumineuze goederen, zoals auto's, keukens, badkamers, boten, motoren, caravans, landbouwwerktuigen en grove bouwmaterialen en daarmee rechtstreeks samenhangende artikelen, zoals accessoires, onderhoudsmiddelen, onderdelen en/of materialen;

c. tuincentra;

d. grootschalige meubelbedrijven inclusief in ondergeschikte mate woninginrichting en stoffering;

e. bouwmarkten.

1.25 gebouw

Elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

1.26 geluidgevoelige maatschappelijke voorzieningen

Geluidgevoelige maatschappelijke voorzieningen zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en het Besluit Geluidhinder, zijnde:

a. ziekenhuizen en verpleeghuizen;

b. verzorgingstehuizen;

c. psychiatrische inrichtingen;

d. medisch centra;

e. poliklinieken;

f. medische kleuterdagverblijven

1.27 gevelvlak

Een voor-, zij- of achtergevel van een gebouw.

1.28 horeca I

Fastfoodzaken, automatieken, snackbars en fastfood-restaurants.

1.29 horeca II

Nachtzaken, dancings, discotheken en sociëteiten.

1.30 horeca III

Cafés, bars en eetcafés .

1.31 horeca IV

Restaurants, koffiehuizen, lunchrooms en ijssalons .

1.32 huisgebonden beroep

Een dienstverlenend beroep of bedrijf aan huis, dat in een woning wordt uitgeoefend, waarbij in totaal maximaal 40% van het oppervlak van de woning voor huisgebonden beroepen wordt gebruikt, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonbestemming in overeenstemming is.

1.33 kantoor

Een gebouw, dat dient voor de uitoefening van administratieve werkzaamheden en werkzaamheden die verband houden met het doen functioneren van (semi)-overheidsinstellingen, zakelijke dienstverlening zoals het bankwezen en naar de aard daarmee gelijk te stellen instellingen

1.34 kelder

een bijzondere bouwlaag waarbij de vloer van de daarboven gelegen bouwlaag maximaal 0,50 meter boven het peil is gelegen.

1.35 maatschappelijke voorzieningen I

Onderwijsvoorzieningen met bijbehorende sport- en welzijnsvoorzieningen.

1.36 maatschappelijke voorzieningen II

Zorg- en welzijnsvoorzieningen, met uitzondering van geluidgevoelige maatschappelijke voorzieningen, met inbegrip van een bij de maatschappelijke voorzieningen behorende apotheek.

1.37 maatschappelijke voorzieningen III

Religieuze voorzieningen.

1.38 nutsvoorziening

Bebouwing ten behoeve van de waterhuishouding, de distributie van gas, water, elektra, telematische diensten en vergelijkbare doeleinden.

1.39 ondersteunende horeca

Horeca die ondergeschikt is aan de hoofdfunctie, waarbij:

a. het totale vloeroppervlak ten behoeve van de ondersteunende horeca niet meer dan 25% van het totale vloeroppervlakte mag bedragen;

b. de ondersteunende horeca uitsluitend via de hoofdfunctie bereikbaar is.

1.40 passagiersvaartuig

Een bedrijfsvaartuig dat hoofdzakelijk gebruikt wordt of bestemd is voor bedrijfsmatig vervoer van personen en/of varende recreatie, waarbij het vaartuig beschikbaar wordt gesteld aan derden.

1.41 peil

Onder het peil wordt verstaan:

  1. a. voor een gebouw op een perceel waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang, met dien verstande dat indien een terrein is gelegen aan meerdere wegen de laagste weg bepalend is;
  2. b. voor een bouwwerk op een perceel waarvan de toegang niet direct aan een weg grenst: de gemiddelde hoogte van het aansluitend afgewerkte maaiveld.

1.42 plan

het bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Geuzenveld' van het stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer van de gemeente Amsterdam, bestaande uit verbeelding en regels.

1.43 plankaart

De van het bestemmingsplan deel uitmakende verbeelding bestaande uit twee kaartbladen.

1.44 plangebied

Het gebied behorende tot dit bestemmingsplan 'Geuzenveld', zoals aangegeven en begrensd op de verbeelding.

1.45 planregels

De regels, deel uitmakende van het bestemmingsplan ....

1.46 pleziervaartuig

Een vaartuig, uitsluitend gebruikt en bestemd voor niet-bedrijfsmatige varende recreatie .

1.47 prostitutiebedrijf

Een bedrijf waar tegen een materiële vergoeding seksuele diensten worden aangeboden .

1.48 recreatieve voorzieningen

Buurtgerichte en kleinschalige al dan niet commerciële recreatieve voorzieningen, waaronder dansscholen en sportscholen, voor zover deze niet vallen onder recreatieve voorzieningen als bedoeld in het Besluit MER 1994 .

1.49 scootsafe

Een bouwwerk geen gebouw zijnde ten behoeve van de stalling van elektrische voertuigen (scootmobiels) voor invaliden en mindervaliden.

1.50 seksinrichting

Een (gedeelte van een) gebouw waarin handelingen en/of vertoningen plaatsvinden van erotische en/of pornografische aard, waaronder worden begrepen: een prostitutiebedrijf, seksbioscoop, sekstheater, seksautomatenhal en sekswinkel.

1.51 seksbioscoop

Een inrichting waarin filmvoorstellingen van erotische en/of pornografische aard worden gegeven.

1.52 sekstheater

Een inrichting waarin voorstellingen van erotische en/of pornografische aard worden gegeven.

1.53 seksautomatenhal

Een inrichting waarin door middel van automaten filmvoorstellingen en liveshows (peepshows) van erotische en/of pornografische aard worden gegeven.

1.54 sekswinkel

Een ruimte voor het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en leveren van seksartikelen aan de uiteindelijke ver- of gebruiker.

1.55 short stay

Het structureel aanbieden van een zelfstandige woning voor tijdelijke bewoning aan één huishouden voor een aaneensluitende periode van tenminste één week en maximaal zes maanden.

1.56 souterrain

Een bijzondere bouwlaag waarbij de vloer van de daarboven gelegen bouwlaag maximaal 1,50 meter boven het peil is gelegen.

1.57 stationerend vaartuig

Een vaartuig, daaronder begrepen een object dat afgemeerd is te water en niet tot enige andere categorie behoort en/of een schip, vaartuig of casco in aanbouw tot woonboot, pleziervaartuig, bedrijfsvaartuig, passagiersvaartuig of stationerend vaartuig.

1.58 telefoneerinrichting

Een gelegenheid waar de hoofdactiviteit of één van de voornaamste activiteiten wordt gevormd door het bedrijfsmatig gelegenheid bieden tot het voeren van telefoneergesprekken, waaronder mede begrepen het verzenden van faxen en het toegang bieden tot het internet.

1.59 waterhuishoudkundige voorzieningen

Voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder mede begrepen (natuurlijke) oevers, duikers en dammen.

1.60 woning

Een (deel van een) gebouw dat uitsluitend bedoeld is voor de huisvesting van één afzonderlijke huishouding, waaronder short stay.

1.61 woonboot

Een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, dat hoofdzakelijk wordt gebruikt als of is bestemd tot woonverblijf .

1.62 woonwagen

Een voor bewoning bedoeld gebouw dat is geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst.

1.63 woonzorgcentrum

Een gebouw of gedeelte van een gebouw waar een specifieke doelgroep (onder begeleiding) woont, zoals ouderen of personen met een psychologische stoornis, die algemene en/of medische verzorging geniet en waar naast ruimten voor verzorging tevens bij het zorgcentrum behorende ruimten zoals medische behandelruimten, ondergeschikte detailhandel, dienstverlening (kapper), eetzaal en overige nevenruimten zijn inbegrepen.

Artikel 2 Wijze Van Meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

2.1 Goothoogte

De goothoogte van een bouwwerk wordt gemeten vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.

2.2 Bouwhoogte bouwwerken

De bouwhoogte van een bouwwerk wordt gemeten vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.

2.3 Bouwhoogte woonwagen

De bouwhoogte van een woonwagen wordt gemeten in meters vanaf het peil tot aan het hoogste punt van het dak van de woonwagen

2.4 Dakhelling

Indien op de plankaart de maatvoeringaanduiding minimale-maximale bouwhoogte is aangegeven geldt dat de bouwhoogte tussen de minimale en de maximale bouwhoogte gezien vanaf de minimale bouwhoogte onder een hoek van maximaal 30 graden mag oplopen.

2.5 Bouwvlak

De oppervlakte van een bouwwerk wordt gemeten tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.

2.6 Bestemmingsvlak

De begrenzing van de onderscheiden bestemmingen wordt vastgesteld door middel van meting op de plankaart met een nauwkeurigheidsgraad van 1 meter.

2.7 Bebouwingspercentage

Het bebouwingspercentage wordt bepaald door projectie van de bebouwing in het bestemmingsvlak of bouwvlak, zoals in de regels is bepaald, de kelders en souterrains niet mee te rekenen.

2.8 Overige bepalingen

Bij de toepassing van het bepaalde in dit artikel worden de volgende ondergeschikte bouwdelen buiten beschouwing gelaten:

a. plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, gevel- en kroonlijsten en vergelijkbare ondergeschikte bouwdelen, mits de overschrijding van het aanduidingsvlak, de bouw- c.q. bestemmingsgrens niet meer dan 0,50 meter bedraagt;

b. luifels, erkers, loggia's, toegangsportalen, tochtportalen, brandtrappen, balkons, ventilatiekanalen en overstekende daken en andere vergelijkbare ondergeschikte bouwdelen, mits de overschrijding van de bouw- c.q. bestemmingsgrens niet meer dan 1,50 meter bedraagt;

c. luifels ter plaatse van de bestemming Detailhandel, mits de overschrijding van de bouw- c.q. bestemmingsgrens niet meer dan 3 meter bedraagt;

d. ventilatiekanalen, schoorstenen, liftkokers, zonnepanelen, trappenhuizen, hekwerken en vergelijkbare ondergeschikte bouwdelen, mits de overschrijding van de maximale bouwhoogte niet meer 10% tot een maximum van 1.50 meter bedraagt.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Detailhandel

3.1 Bestemmingsomschrijving

De op de (digitale) 'plankaart' voor Detailhandel aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. detailhandel, consumentverzorgende dienstverlening en maatschappelijke voorzieningen met inbegrip van bergingen, magazijnen en andere nevenruimten in de eerste bouwlaag;
  2. b. ondersteunende horeca in de eerste bouwlaag;
  3. c. horeca 1, 3 en 4 in de eerste bouwlaag;
  4. d. woningen, met inbegrip van ruimten ten behoeve van huisgebonden beroepen, bergingen en andere nevenruimten in de tweede en hoger gelegen bouwlagen;
  5. e. short stay in de tweede en hoger gelegen bouwlagen;
  6. f. gebouwde parkeervoorzieningen in de kelder, met dien verstande dat toegangsgebouwen alsmede in- en uitritten tevens in de eerste bouwlaag zijn toegestaan;
  7. g. tuinen, erven;
  8. h. verkeer- en verblijfsruimte;
  9. i. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  10. j. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  11. k. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

3.2 Bouwregels

3.3 Specifieke gebruiksregels

  1. 1. Voor woningen geldt een parkeernorm van minimaal 1 parkeerplaats per woning.
  2. 2. Ten aanzien van de op grond van lid 3.1 toegestane horeca gelden de volgende bepalingen:
    1. a. aantal vestigingen horeca categorie 1: maximaal 2;
    2. b. aantal vestigingen horeca categorie 3: maximaal 3;
    3. c. aantal vestigingen horeca categorie 4: maximaal 3;
    4. d. gezamenlijk aantal vestigingen als bedoeld onder a,b en c: maximaal 3.
  3. 3. Ten aanzien van de op grond van lid 3.1 en 3.3.2 toegestane horeca geldt een maximum bruto vloeroppervlak van 250 m² per vestiging.

3.4 Wijzigingsbevoegdheid

Het dagelijks bestuur is bevoegd, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.6 Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de in lid 3.1 genoemde gronden te wijzigen zodat tevens horeca 2 (nachtzaken, dancings, discotheken en sociëteiten) is toegestaan, op voorwaarde dat:

  1. a. de horeca 2 dient ter vervanging van een bestaande horecavestiging;
  2. b. middels deze wijziging maximaal één horeca 2 vestiging mag worden toegestaan;
  3. c. het maximum bruto vloeroppervlak 300 m² bedraagt;
  4. d. de horeca uitsluitend is toegestaan in de eerste bouwlaag;
  5. e. de horeca niet leidt tot onevenredige extra milieuhinder bij bovenliggende en direct aangrenzende woningen.

Artikel 4 Gemengd - 1

4.1 Bestemmingsomschrijving

De op de (digitale) plankaart voor Gemengd - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. detailhandel, consumentgerichte dienstverlening, bedrijven, kantoren en maatschappelijke voorzieningen 2 in de eerste bouwlaag;
  2. b. recreatieve voorzieningen in de eerste bouwlaag;
  3. c. ondersteunende horeca in de eerste bouwlaag;
  4. d. woningen, ruimten ten behoeve van huisgebonden beroepen in de tweede en hoger gelegen bouwlagen;
  5. e. short stay in de tweede en hoger gelegen bouwlagen;
  6. f. verkeersareaal;
  7. g. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  8. h. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  9. i. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  10. j. erven;
  11. k. bergingen en andere nevenruimten

alsmede voor:

  1. l. horeca 1 (fastfoodzaken, automatieken, snackbars en fastfood-restaurants), horeca 3 (cafés, bars en eetcafés) en/of horeca 4 (restaurants, koffiehuizen, lunchrooms en ijssalons) in de eerste bouwlaag, ter plaatse van de aanduiding horeca categorie 1 of 3 of 4;
  2. m. gebouwde parkeervoorzieningen in de kelder en het souterrain ter plaatse van de aanduiding parkeergarage-2, met dien verstande dat toegangen en in- en uitritten naar de gebouwde parkeervoorzieningen tevens op de 1e bouwlaag zijn toegestaan.

4.2 Bouwregels

4.3 Specifieke gebruiksregels

Voor de in lid.4.1 genoemde gronden gelden de volgende gebruiksbepalingen:

  1. 1. Het maximale 'brutovloeroppervlakte (bvo)' gemengde doeleinden zoals bedoeld in lid 4.1, sub a mag niet meer bedragen dan 200 m².
  2. 2. Het maximale 'brutovloeroppervlakte (bvo)' per horeca vestiging zoals bedoeld in lid 4.1, sub k mag niet meer bedragen dan 250 m².
  3. 3. Het maximale 'brutovloeroppervlakte (bvo)' per vestiging recreatieve voorzieningen zoals bedoeld in lid 4.1, sub b mag niet meer bedragen dan 500 m².
  4. 4. Voor bedrijven en kantoren geldt een parkeernorm van maximaal 1 parkeerplaats per 125 m² bruto vloeroppervlak.
  5. 5. Voor woningen geldt een parkeernorm van minimaal 1 parkeerplaats per woning.

4.4 Ontheffing van de gebruiksregels

Het dagelijks bestuur kan ontheffing verlenen van het bepaalde in lid '4.3', sub 1 voor gemengde doeleinden met een bruto vloeroppervlak van 400 m². Ontheffing kan slechts worden verleend indien geen onevenredige aantasting plaatsvindt van

  1. a. het straat- en bebouwingsbeeld en;
  2. b. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en opstallen.

Artikel 5 Gemengd - 2

5.1 Bestemmingsomschrijving

De op de (digitale) 'plankaart'voor Gemengd - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. consumentgerichte dienstverlening, bedrijven, kantoren en maatschappelijke voorzieningen 2 in de eerste bouwlaag;
  2. b. recreatieve voorzieningen in de eerste bouwlaag;
  3. c. ondersteunende horeca in de eerste bouwlaag;
  4. d. woningen, ruimten ten behoeve van huisgebonden beroepen in de tweede en hoger gelegen bouwlagen;
  5. e. short stay in de tweede en hoger gelegen bouwlagen;
  6. f. bergingen en andere nevenruimten;
  7. g. verkeer en verblijfsruimte;
  8. h. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  9. i. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  10. j. water en waterhuishoudkundige voorzieningen

alsmede voor:

  1. k. horeca 1 (fastfoodzaken, automatieken, snackbars en fastfood-restaurants), horeca 3 (cafés, bars en eetcafés) en/of horeca 4 (restaurants, koffiehuizen, lunchrooms en ijssalons) in de eerste bouwlaag, ter plaatse van de aanduiding horeca categorie 1 of 3 of 4;
  2. l. detailhandel, consumentgerichte dienstverlening, bedrijven, kantoren, maatschappelijke voorzieningen 2 en ondersteunende horeca in de eerste bouwlaag ter plaatse van de aanduiding gemengd-1;
  3. m. parkeergarages in de kelder, het souterrain of de begane grond ter plaatse van de aanduiding parkeergarage-1, waarbij het dak van de parkeergarage tevens voor daktuin of terras mag worden gebruikt

5.2 Bouwregels

5.3 Specifieke gebruiksregels

Voor de in lid.5.1 genoemde gronden gelden de volgende gebruiksbepalingen:

  1. 1. Het maximale 'brutovloeroppervlakte (bvo)' gemengde doeleinden zoals bedoeld in lid 5.1, sub a en k mag niet meer bedragen dan 200 m² per vestiging.
  2. 2. Het maximale 'brutovloeroppervlakte (bvo)' per horeca vestiging zoals bedoeld in lid 5.1, sub j mag niet meer bedragen dan 250 m².
  3. 3. Het maximale 'brutovloeroppervlakte (bvo)' per vestiging recreatieve voorzieningen zoals bedoeld in lid 5.1, sub b mag niet meer bedragen dan 500 m².
  4. 4. Het maximum aantal horecazaken als bedoeld in lid 5.1, sub j bedraagt één per bestemmingsvlak, tenzij anders op de plankaart is aangeduid.
  5. 5. Voor bedrijven en kantoren geldt een parkeernorm van maximaal 1 parkeerplaats per 125 m² bruto vloeroppervlak.
  6. 6. Voor woningen geldt een parkeernorm van minimaal 1 parkeerplaats per woning.

5.4 Ontheffing van de gebruiksregels

Het dagelijks bestuur kan ontheffing verlenen van het bepaalde in lid '5.3', sub 1 voor gemengde doeleinden met een bruto vloeroppervlak van 400 m². Ontheffing kan slechts worden verleend indien geen onevenredige aantasting plaatsvindt van

  1. a. het straat- en bebouwingsbeeld en;
  2. b. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en opstallen.

Artikel 6 Groen - 1

6.1 Bestemmingsomschrijving

De op de (digitale) plankaart voor Groen - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. groenvoorzieningen met inbegrip van daarbij behorende sport- en speelvoorzieningen;
  2. b. fiets- en voetpaden;
  3. c. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  4. d. erven;
  5. e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

alsmede:

  1. f. voor één kiosk ten behoeve van horeca 4 (restaurants, koffiehuizen, lunchrooms en ijssalons), ter plaatse van de aanduiding horeca categorie 4;
  2. g. voor schoolwerktuinen met inbegrip van praktijklokalen, ongebouwde parkeervoorzieningen, bergingen en andere nevenruimten, ter plaatse van de aanduiding schoolwerktuin;
  3. h. voor een kinderboerderij met inbegrip van bijbehorende stallen publieksruimten, ondersteunende horeca, bergingen en andere nevenruimte ter plaatse van de aanduiding kinderboerderij.

6.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 6.1 genoemde gronden mogen uitsluitend en geen gebouwen, worden gebouwd ten dienste van de aldaar genoemde bestemmingen.

6.3 Specifieke gebruiksregels

Ten aanzien van de op grond van lid 6.1 onder f toegestane horeca geldt een maximum brutovloeroppervlakte (bvo) van 150 m².

6.4 Aanlegvergunning

  1. 1. Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van dagelijks bestuur (aanlegvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden uit te voeren:
    1. a. het verwijderen van beplanting;
    2. b. het aanleggen van verhardingen ten behoeve van fiets- en voetpaden, sport- en speelvoorzieningen en parkeervoorzieningen.
  2. 2. Het in in sub 1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
    1. a. het normale onderhoud of beheer betreffen;
    2. b. reeds in uitvoering zijn of aanwezig zijn op het tijdstip waarop het plan rechtskracht verkrijgt;
    3. c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende vergunning;
    4. d. die de aanleg van natuurvriendelijke oevers betreffen.

Artikel 7 Groen - 2

7.1 Bestemmingsomschrijving

De op de (digitale) plankaart voor Groen - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. groenvoorzieningen met inbegrip van daarbij behorende sport- en speelvoorzieningen;
  2. b. fiets- en voetpaden;
  3. c. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  4. d. erven;
  5. e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

7.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 7.1 genoemde gronden mogen uitsluitend en geen gebouwen, worden gebouwd ten dienste van de aldaar genoemde bestemmingen.

7.3 Ontheffing van de bouwregels

  1. 1. Het dagelijks bestuur kan ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 7.2.1 voor de plaatsing van een scootsafe met een inhoud van maximaal 3 m³, indien plaatsing inpandig of in de eigen tuin niet mogelijk is en er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      • het straat- en bebouwingsbeeld en;
      • de verkeersveiligheid;
      • de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en opstallen.
    1. a. Het dagelijks bestuur kan ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 7.2.1 voor de plaatsing van reclameborden en vergelijkbare objecten met een maximale bouwhoogte van 5 meter. Ontheffing kan slechts worden verleend indien geen onevenredige aantasting plaatsvindt van;
      • het straat- en bebouwingsbeeld en;
      • de verkeersveiligheid;
      • de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en opstallen.

Artikel 8 Maatschappelijk - 1

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Maatschappelijk - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. maatschappelijke voorzieningen 1 (onderwijsvoorzieningen met bijbehorende sport- en welzijnsvoorzieningen);
  2. b. ondersteunende horeca;
  3. c. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  4. d. verkeer- en verblijfsruimte;
  5. e. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  6. f. water en waterhuishoudkundige voorzieningen

8.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 8.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouw ten behoeve van de aldaar genoemde bestemmingen.

Artikel 9 Maatschappelijk - 2

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Maatschappelijk - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. maatschappelijke voorzieningen 2 (zorg- en welzijnsvoorzieningen);
  2. b. ondersteunende horeca;
  3. c. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  4. d. verkeer- en verblijfsruimte;
  5. e. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  6. f. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

9.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 9.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouw ten behoeve van de aldaar genoemde bestemmingen.

Artikel 10 Maatschappelijk - 3

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Maatschappelijk - 3 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. maatschappelijke voorzieningen 3 (religieuze voorzieningen);
  2. b. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  3. c. verkeer- en verblijfsruimte;
  4. d. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  5. e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

10.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 10.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouw ten behoeve van de aldaar genoemde bestemmingen.

Artikel 11 Tuin

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Tuin aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. tuinen, erven. terrassen en daarbij behorende toegangspaden;
  2. b. gebouwde erf- en perceelafscheidingen;

almede voor:

  1. c. gebouwde parkeervoorzieningen in de kelder en het souterrain ter plaatse van de aanduiding parkeergarage - 2;
  2. d. ongebouwde parkeervoorzieningen ter plaatse van de aanduiding parkeerterrein.

11.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 11.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming.

11.3 Ontheffing van de bouwregels

Het dagelijks bestuur kan ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 11.2.2 voor de plaatsing van een scootsafe met een inhoud van maximaal 3 m3. Ontheffing kan slechts worden verleend indien plaatsing inpandig niet mogelijk is en geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  1. a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  2. b. de verkeersveiligheid;
  3. c. de sociale veiligheid;
  4. d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en opstallen.

Artikel 12 Verkeer - 1

12.1 Bestemmingsomschrijving

De op de (digitale) plankaart voor Verkeer - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. rijwegen;
  2. b. fiets- en voetpaden;
  3. c. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  4. d. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  5. e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

12.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 12.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming.

12.3 Nadere eisen

Het dagelijks bestuur kan nadere eisen stellen aan de plaats van bebouwing ten behoeve van:

  1. a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  2. b. de verkeersveiligheid;
  3. c. de sociale veiligheid;
  4. d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en opstallen.

Artikel 13 Verkeer - 2

13.1 Bestemmingsomschrijving

De op de (digitale) plankaart voor Verkeer - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. rijwegen;
  2. b. fiets- en voetpaden;
  3. c. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  4. d. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  5. e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen

13.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 13.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming.

13.3 Nadere eisen

Het dagelijks bestuur kan nadere eisen stellen aan de plaats van bebouwing ten behoeve van:

  1. a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  2. b. de verkeersveiligheid;
  3. c. de sociale veiligheid;
  4. d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en opstallen.

13.4 Ontheffing van de bouwregels

Het dagelijks bestuur kan ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 13.2.1 voor de plaatsing van een scootsafe met een inhoud van maximaal 3 m3, indien plaatsing inpandig of in de eigen tuin niet mogelijk is en geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  1. a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  2. b. de verkeersveiligheid;
  3. c. de sociale veiligheid;
  4. d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en opstallen.

Artikel 14 Verkeer - 3

14.1 Bestemmingsomschrijving

De op de (digitale) plankaart voor Verkeer - 3 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. pleinen;
  2. b. fiets- en voetpaden;
  3. c. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  4. d. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  5. e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

alsmede voor:

  1. f. een markt ter plaatse van de aanduiding markt;
  2. g. gebouwde parkeervoorzieningen met bijbehorende toegangen en in- en uitritten in de kelder en het souterrain ter plaatse van de aanduiding parkeergarage-2.

14.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 14.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming.

14.3 Nadere eisen

Het dagelijks bestuur kan nadere eisen stellen aan de plaats van bebouwing ten behoeve van:

  1. a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  2. b. de verkeersveiligheid;
  3. c. de sociale veiligheid;
  4. d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en opstallen.

Artikel 15 Verkeer - 4

15.1 Bestemmingsomschrijving

De op de (digitale) plankaart voor Verkeer - 4 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. nutsvoorzieningen;
  2. b. voorzieningen ten behoeve van het openbaar vervoer.

15.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 15.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming

.

Artikel 16 Verkeer - 5

16.1 Bestemmingsomschrijving

De op de (digitale) plankaart voor Verkeer - 5 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. trambanen met bijbehorende voorzieningen zoals halteplaatsen en nutsvoorzieningen;
  2. b. rijwegen;
  3. c. fiets- en voetpaden;
  4. d. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  5. e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen

16.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 16.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming.

Artikel 17 Water

17.1 Bestemmingsomschrijving

De op de (digitale) plankaart voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

alsmede voor:

  1. b. verkeer- en verblijfsruimten ter plaatse van de aanduiding brug;
  2. c. steigers ter plaatse van de aanduiding steiger.

17.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 17.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming.

17.3 Specifieke gebruiksregels

Tot gebruik strijdig met de bestemming, als bedoeld in artikel 24 van deze regels, wordt in ieder geval gerekend het gebruik als ligplaats voor woonboten, bedrijfsvaartuigen, passagiersvaartuigen en stationerende vaartuigen.

Artikel 18 Wonen - 1

18.1 Bestemmingsomschrijving

De op de voor Wonen - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. woningen;
  2. b. ruimten ten behoeve van huisgebonden beroepen;
  3. c. short stay;
  4. d. bergingen en andere nevenruimten;
  5. e. tuinen en erven;
  6. f. rijwegen en fiets- en voetpaden;
  7. g. groenvoorzieningen, water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

alsmede voor:

  1. h. consumentverzorgende dienstverlening, maatschappelijke voorzieningen 2, kantoren en bedrijven en ondersteunende horeca in de eerste bouwlaag ter plaatse van de aanduiding gemengd-2;
  2. i. ongebouwde parkeervoorzieningen ter plaatse van de aanduiding parkeerterrein;
  3. j. gebouwde parkeervoorzieningen in de kelder en het souterrain ter plaatse van de aanduiding parkeergarage-2, met dien verstande dat toegangen en in- en uitritten naar de gebouwde parkeervoorzieningen tevens op de 1e bouwlaag zijn toegestaan;
  4. k. gebouwde parkeervoorzieningen in de kelder, het souterrain en de eerste bouwlaag ter plaatse van de aanduiding parkeergarage-1;
  5. l. een woonzorgcentrum in alle bouwlagen ter plaatse van de aanduiding specifieke vorm van wonen - woonzorgcentrum;
  6. m. verkeersdoeleinden, groenvoorzieningen en/of water ter plaatse van de aanduiding onderdoorgang.

18.2 Bouwregels

Op en onder de in de in lid 18.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming.

18.3 Nadere eisen

Het dagelijks bestuur kan nadere eisen stellen aan de plaats van bebouwing ten behoeve van:

  1. a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  2. b. de verkeersveiligheid;
  3. c. de sociale veiligheid;
  4. d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en opstallen.

18.4 Specifieke gebruiksregels

  1. 1. Het maximum bruto vloeroppervlak gemengde doeleinden, zoals bedoeld in lid 18.1 onder h bedraagt 200 m² per vestiging.
  2. 2. Voor woningen als bedoeld in lid 18.1 geldt een parkeernorm van minimaal 1 parkeerplaats per woning.
  3. 3. Voor bedrijven en kantoren geldt een parkeernorm van maximaal 1 parkeerplaats per 125 m² bruto vloeroppervlak.

Artikel 19 Wonen - 2

19.1 Bestemmingsomschrijving

De op de voor Wonen - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. woningen;
  2. b. ruimten ten behoeve van huisgebonden beroepen;
  3. c. short stay;
  4. d. bergingen en andere nevenruimten;
  5. e. tuinen en erven;
  6. f. rijwegen en fiets- en voetpaden;
  7. g. groenvoorzieningen, water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

19.2 Bouwregels

Op en onder de in de in lid 19.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming.

19.3 Nadere eisen

Het dagelijks bestuur kan nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing ten behoeve van:

  1. a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  2. b. de verkeersveiligheid;
  3. c. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

19.4 Ontheffing van de bouwregels

Het dagelijks bestuur kan ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 19.2.1 onder sub f, met dien verstande dat de afstand minder mag bedragen dan 1 meter. Bij de ontheffing dienen de onder lid 19.3 sub a, b en c genoemde belangen in aanmerking te worden genomen

19.5 Specifieke gebruiksregels

Tot gebruik strijdig met de bestemming, als bedoeld in artikel 24 van deze regels, wordt in elk geval verstaan:

  1. a. het plaatsen van caravans;
  2. b. het uitoefenen van enige vorm van handel en/of bedrijf, met uitzondering van huisgebonden beroepen;
  3. c. het gebruik van bijgebouwen voor zelfstandige bewoning

Artikel 20 Wonen - 3

20.1 Bestemmingsomschrijving

De op de voor Wonen - 3 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. gebouwen ten behoeve van de stalling van auto's en andere (motor)voertuigen;
  2. b. nutsvoorzieningen;
  3. c. verkeer en verblijfsruimte;
  4. d. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  5. e. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  6. f. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

20.2 Bouwregels

Op en onder de in de in lid 20.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming.

20.3 Specifieke gebruiksregels

Tot gebruik strijdig met de bestemming, als bedoeld in artikel 24 van deze regels wordt in ieder geval gerekend:

  1. a. het gebruik voor bewoning;
  2. b. het gebruik ten behoeve van detailhandel, horeca, kantoren, bedrijven, maatschappelijke voorzieningen en consumentverzorgende dienstverlening.

Artikel 21 Wonen - 4

21.1 Bestemmingsomschrijving

De op de voor Wonen - 4 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. bergingen;
  2. b. voor verkeers- en verblijfsruimte;
  3. c. groenvoorzieningen en speelvoorzieningen;
  4. d. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

21.2 Bouwregels

Op en onder de in de in lid 21.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming.

21.3 Specifieke gebruiksregels

Tot gebruik strijdig met de bestemming, als bedoeld in artikel 24 van deze regels, wordt in ieder geval gerekend:

  1. a. het gebruik voor bewoning;
  2. b. het gebruik ten behoeve van detailhandel, horeca, kantoren, bedrijven, maatschappelijke voorzieningen en consumentverzorgende dienstverlening;
  3. c. het stallen van auto's en andere motorvoertuigen.

Artikel 22 Waarde-archeologie

22.1 Bestemmingsomschrijving

De op de (digitale) plankaart voor Waarde-Archeologie aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:doeleinden ter bescherming en behoud van archeologische waarden.

De bestemming "Waarde-Archeologie" is primair ten opzichte van de overige aan deze gronden toegekende bestemmingen.

22.2 Bouwregels

  1. a. De aanvrager van een bouwvergunning als bedoeld in de Woningwet dient een inventariserend veldonderzoek (IVO) te overleggen, waarin de archeologische waarde van het terrein, die blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar oordeel van het dagelijks bestuur in voldoende mate is vastgesteld, indien de aanvraag betrekking leidt tot grondroerende werkzaamheden:

a. van 100 m² of meer en;

b. dieper dan 1,00 meter onder peil.

  1. b. Een inventariserend veldonderzoek (IVO) zoals bedoeld in lid 22.2, sub a is niet vereist als uit (aanvullend) archeologisch bureauonderzoek blijkt dat er ter plaatse een lage archeologische verwachting is.

22.3 Nadere eisen

Aan de bouwvergunning als bedoeld in lid 22.2, sub a kunnen, indien artikel 22.2, sub b niet van toepassing is, in het belang van de archeologische waarden de volgende voorschriften worden verbonden.

a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische waarden in de bodem worden behouden;

b. verplichting tot het doen van opgravingen;

c. verplichting de activiteit die tot bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg, die voldoet aan door dagelijks bestuur bij de vergunning te stellen kwalificaties.

22.4 Aanlegvergunning

  1. a. Op en onder de in lid 22.1 genoemde gronden is het verboden zonder of in afwijking van een vergunning van het dagelijks bestuur (aanlegvergunning) de volgende werken, geen bouwwerk en zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
      • het uitvoeren van grondbewerkingen over een oppervlakte van meer dan 100 m² in combinatie werken op een diepte van 1 meter of meer, waartoe onder meer wordt gerekend het egaliseren, roeren en omwoelen van gronden;
      • het aanbrengen van drainage welke op een diepte van 1 meter of meer;
      • het aanbrengen van ondergrondse kabels, leidingen en andere infrastructurele voorzieningen op een diepte van 1 meter of meer.
    1. 1. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
      • het normale onderhoud van wegen, water, groenvoorzieningen en tuinen;
      • werken en werkzaamheden die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan;
  2. b. alsmede;
      • indien uit (aanvullend) archeologisch bureauonderzoek blijkt dat er een lage archeologische verwachting is.
    1. 1. De aanlegvergunning kan worden geweigerd indien door de werken of werkzaamheden, het belang van de archeologie onevenredig wordt geschaad.
    2. 2. De aanlegvergunning kan slechts worden verleend indien een inventariserend veldonderzoek naar mogelijk aanwezige archeologische waarden in de betrokken gronden heeft plaatsgevonden. .
    3. 3. Aan de aanlegvergunning kunnen in het belang van de archeologische waarden de volgende voorschriften worden verbonden: :
      • de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor de archeologische waarden in de bodem worden behouden ;
      • de verplichting tot het doen van opgravingen;
      • de verplichting de activiteit die tot bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg, die voldoet aan door burgemeester en wethouders / Dagelijks Bestuur bij de vergunning te stellen kwalificaties.

Hoofdstuk 3 Algemene Regels

Artikel 23 Anti-dubbeltelbepaling

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 24 Algemene Gebruiksregels

  1. a. Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt in elk geval begrepen het gebruik van gronden en bebouwing ten dienste van:
  1. 1. bedrijven die worden begrepen onder art. 2.4 van het "Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer;
  2. 2. detailhandel in volumineuze goederen;
  3. 3. opslag en verkoop van motorbrandstoffen;
  4. 4. opslag en verkoop van vuurwerk en/of gevaarlijke stoffen;
  5. 5. automatenhallen;
  6. 6. seksinrichtingen en prostitutiebedrijven;
  7. 7. telefoneerinrichtingen;
  8. 8. geldwisselkantoren;
  9. 9. het opslaan of bergen van gebruikte, afgedankte danwel aan hun oorspronkelijke bestemming onttrokken voorwerpen en/of stoffen en/of materialen behoudens voorzover noodzakelijk in verband met het op de bestemming gericht gebruik van de grond;
  10. 10. het storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voorzover noodzakelijk in verband met het op de bestemming gericht gebruik van de grond;
  11. 11. het al dan niet voor de verkoop opslaan of opstellen van gebruikte en/of ongebruikte onderdelen, machines, voer- en vaartuigen c.q. onderdelen daarvan, welke bruikbaar en niet aan hun oorspronkelijke gebruik zijn onttrokken.
  1. b. Het dagelijks bestuur verleent ontheffing van het bepaalde in deze regels van het plan wanneer strikte toepassing daarvan leidt tot een beperking van het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
  2. c. Voor zover bedrijven zijn toegestaan, mogen de gronden en gebouwen worden gebruikt voor de volgende categorieën bedrijven:
    1. 1. in geval van activiteiten die aanpandig zijn aan woningen, zijn uitsluitend bedrijven toegestaan die in de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten - functiemenging vallen onder de categorie A;
    2. 2. in geval van activiteiten die bouwkundig afgescheiden zijn van woningen en maatschappelijke voorzieningen, zijn uitsluitend bedrijven toegestaan die in de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten - functiemenging vallen onder de categorieën A en B.
  3. d. Het dagelijks bestuur is bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 24 sub c, sub sub 1 en 2 met dien verstande dat het bouwen en het gebruik van gronden en bebouwing ten behoeve van een bedrijf is toegestaan dat:
    1. 1. niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten voorkomt en in vergelijking met bedrijven die wel vallen onder de toegelaten categorieën een gelijke of mindere milieuhinder veroorzaakt;
    2. 2. in de Staat van Bedrijfsactiviteiten voorkomt en valt onder één of meer categorieën hoger dan toegelaten, mits het desbetreffende bedrijf in vergelijking met bedrijven die vallen onder de toegelaten categorieën een gelijke of mindere milieuhinder veroorzaakt;
    3. 3. na uitbreiding, wijziging of aanpassing in de Staat van Bedrijfsactiviteiten valt onder één of meer categorieën hoger dan toegelaten, mits de uitbreiding, wijziging of aanpassing niet tot gevolg heeft, dat het bedrijf in vergelijking met bedrijven die vallen onder de toegelaten categorieën, meer milieuhinder veroorzaakt.
  4. e. De volgende functies dan wel vormen van gebruik zijn binnen het plangebied niet toegestaan:
    1. 1. industrie in de voedingssector met extramurale opslag of overslag;
    2. 2. viskwekerijen met extramurale bassins;
    3. 3. opslag of verwerking van afvalstoffen met extramurale opslag of verwerking;
    4. 4. natuurreservaten en vogelreservaten;
    5. 5. moerasgebieden en oppervlaktewateren groter dan 3 hectare.

Artikel 25 Algemene Ontheffingsregels

Indien niet op grond van een andere bepaling van deze regels ontheffing kan worden verleend, kan het dagelijks bestuur ontheffing verlenen van de desbetreffende bepalingen van dit bestemmingsplan, zodat:

  1. a. in het plangebied de volgende bebouwing wordt toegestaan:
    1. 1. gebouwen ten behoeve van het algemene nut zoals openbare toiletten, wildplakzuilen, telefooncellen, wachthuisjes, gasreduceerstations, gemalen en transformatorstations;
    2. 2. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals afvalinzamelcontainers, gedenktekens, plastieken, kunstobjecten, straatmeubilair, reclamemasten, vrijstaande muren, keermuren, trapconstructies, geluidwerende voorzieningen, tunnels, zendmasten ten behoeve van telecommunicatie, viaducten, bruggen, steigers, duikers en andere waterbouwkundige constructies;
  2. b. geringe afwijkingen worden toegestaan welke in het belang zijn van een ruimtelijk en/ of technisch beter verantwoorde plaatsing van bouwwerken of welke noodzakelijk zijn in verband met de werkelijke toestand van het terrein, mits de afwijking in situering niet meer bedraagt dan 2 meter;
  3. c. de in de regels toegestane maximale bouwhoogten met ten hoogste 3 meter worden overschreden ten behoeve van lift- en trappenhuizen en centrale verwarmingsinstallaties en met ten hoogste 5 meter ten behoeve van schoorstenen en ventilatie-inrichtingen;
  4. d. de in de regels toegestane maximale bouwhoogten met ten hoogste 6 meter worden overschreden ten behoeve van bouwwerken bedoeld voor de opwekking van energie uit duurzame bronnen zoals wind en zon;
  5. e. op de plankaart aangeduide bestemmings- en/ of bouwgrenzen met ten hoogste 2 meter worden overschreden ten behoeve van luifels, erkers, toegangsportalen, tochtportalen, brandtrappen, balkons, galerijen, ventilatiekanalen en overstekende daken en andere vergelijkbare ondergeschikte bouwdelen;
  6. f. kan worden afgeweken van de bij het plan bepaalde maten, mits deze afwijkingen beperkt blijven tot ten hoogste 10% van de in deze regels en/of op de kaart aangegeven of daaruit af te leiden goot- en bouwhoogten, met dien verstande, dat deze ontheffing niet mag worden toegepast indien voor de in deze regels en/of op de kaart aangegeven of daaruit af te leiden maten en percentages reeds een ontheffing in de desbetreffende bestemmingsregels is opgenomen.

Artikel 26 Algemene Wijzigingsregels

  1. a. Het dagelijks bestuur is bevoegd, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van gronden en gebouwen zoals bedoeld in:
    1. 1. Artikel 4 lid 4.1 (Gemengd - 1);
    2. 2. Artikel 5 lid 5.1 (Gemengd - 2);
    3. 3. Artikel 18 lid 18.1 (Wonen - 1);
    4. 4. te wijzigen ten behoeve van de vestiging van horeca 1, 2, 3 of 4.
  2. b. De wijziging als bedoeld in lid 26 sub a kan slechts plaatsvinden met inachtneming van de volgende bepalingen:
    1. 1. horeca is uitsluitend in de eerste bouwlaag toegestaan;
    2. 2. het maximum bruto vloeroppervlak per horecavestiging mag 250 m² bedragen;
    3. 3. de horeca mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van het straat- en bebouwingsbeeld;
    4. 4. de horeca mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en opstallen;
    5. 5. de horeca mag niet leiden tot een onevenredige extra milieuhinder bij bovenliggende en direct aangrenzende woningen;
    6. 6. de horeca mag slechts worden gerealiseerd in panden langs de volgende straten:
      • Ruys de Beerenbrouckstraat;D
      • Dr. H. Colijnstraat;
      • Savornin Lohmanstraat;
      • Aalbersestraat;
      • Sam van Houtenstraat.
    7. 7. langs elke onder f genoemde straat mogen maximaal 4 horecazaken worden gevestigd middels de wijziging, met dien verstande dat het maximum totaal aantal horecazaken dat middels deze wijziging mag worden gerealiseerd 4 bedraagt;
    8. 8. van het totaal aantal horecazaken zoals genoemd onder g mag maximaal één horecazaak vallen onder horeca categorie 2.

Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels

Artikel 27 Overgangsrecht Bouwwerken

27.1 Overgangsrecht bouwwerken

  1. a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    1. 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  2. b. Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig ontheffing verlenen van het eerste lid voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10% zijn .
  3. c. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

Artikel 28 Overgangsrecht Gebruik

28.1 Overgangsrecht gebruik

  1. a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  2. b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  3. c. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  4. d. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 29 Slotbepaling

Deze regels worden aangehaald als:

Regels deels uitmakend van het Bestemmingsplan Geuzenveld van het stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer.

Aldus vastgesteld in de vergadering van de deelraad Geuzenveld-Slotermeer van .....

De voorzitter De griffier,

Bijlagen

Bijlage 1 Bedrijvenlijst: Staat Van Bedrijfsactiviteiten

SBI-CODE nummer OMSCHRIJVING CATEGORIE
2442 2 - verbandmiddelenfabrieken B
26 - VERVAARDIGING VAN GLAS, AARDEWERK, CEMENT-, KALK- EN GIPSPRODUKTEN
2615 Glasbewerkingsbedrijven B
262, 263 0 Aardewerkfabrieken:
262, 263 1 - vermogen elektrische ovens totaal < 40 kW B
267 0 Natuursteenbewerkingsbedrijven:
267 2 - indien p.o. < 2.000 m² B
2681 Slijp- en polijstmiddelen fabrieken B
28 - VERVAARD. VAN PRODUKTEN VAN METAAL (EXCL. MACH./TRANSPORTMIDD.)
281 1a - gesloten gebouw, p.o. < 200 m2 B
284 B1 Smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen e.d., p.o. < 200 m2 B
2852 2 Overige metaalbewerkende industrie, inpandig, p.o. <200m2 B
287 B Overige metaalwarenfabrieken n.e.g.; inpandig, p.o. <200 m2 B
30 - VERVAARDIGING VAN KANTOORMACHINES EN COMPUTERS
30 A Kantoormachines- en computerfabrieken B
33 - VERVAARDIGING VAN MEDISCHE EN OPTISCHE APPARATEN EN INSTRUMENTEN
33 A Fabrieken voor medische en optische apparaten en instrumenten e.d. B
36 - VERVAARDIGING VAN MEUBELS EN OVERIGE GOEDEREN N.E.G.
361 2 Meubelstoffeerderijen b.o. < 100 m2 A
361 2 Meubelstoffeerderijen b.o. < 200 m2 B
362 Fabricage van munten, sieraden e.d. < 100 m2 A
362 Fabricage van munten, sieraden e.d. < 200 m2 B
363 Muziekinstrumentenfabrieken < 100 m2 A
363 Muziekinstrumentenfabrieken < 200 m2 B
3661.1 Sociale werkvoorziening < 100 m2 A
3661.1 Sociale werkvoorziening < 200 m2 B
40 - PRODUKTIE EN DISTRIB. VAN STROOM, AARDGAS, STOOM EN WARM WATER
40 C0 Elektriciteitsdistributiebedrijven, met transformatorvermogen:
40 C1 - < 10 MVA B
40 D0 Gasdistributiebedrijven:
40 D3 - gas: reduceer-, compressor-, meet- en regelinst. Cat. A A
40 D4 - gasdrukregel- en meetruimten (kasten en gebouwen), cat. B en C B
40 E0 Warmtevoorzieningsinstallaties, gasgestookt:
40 E2 - blokverwarming B
41 - WINNING EN DITRIBUTIE VAN WATER
41 B0 Waterdistributiebedrijven met pompvermogen:
41 B1 - < 1 MW B
45 - BOUWNIJVERHEID
45 3 Aannemersbedrijven met werkplaats, b.o. < 1000 m2 B
45 3 Aannemersbedrijven zonder werkplaats A
50 - HANDEL/REPARATIE VAN AUTO'S, MOTORFIETSEN; BENZINESERVICESTATIONS
501, 502, 504 Handel in auto's en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven < 100 m2 A
501, 502, 504 Handel in auto's en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven > 100 m2 B
5020.4 B Autobeklederijen A
5020.5 Autowasserijen B
503, 504 Handel in auto- en motorfietsonderdelen en -accessoires < 100 m2 A
503, 504 Handel in auto- en motorfietsonderdelen en -accessoires > 100 m2 B
51 - GROOTHANDEL EN HANDELSBEMIDDELING
511 Handelsbemiddeling (kantoren) A
5134 Grth in dranken C
5135 Grth in tabaksprodukten C
5136 Grth in suiker, chocolade en suikerwerk C
5137 Grth in koffie, thee, cacao en specerijen C
514 Grth in overige consumentenartikelen C
5148.7 0 Grth in vuurwerk en munitie:
5148.7 1 - consumentenvuurwerk, verpakt, opslag < 10 ton B
5153 0 Grth in hout en bouwmaterialen:
5153 1 - algemeen C
5153 2 - indien b.o. < 2000 m2 B
5153.4 4 zand en grind:
5153.4 6 - indien b.o. < 200 m² B
5154 0 Grth in ijzer- en metaalwaren en verwarmingsapparatuur:
5154 1 - algemeen C
5154 2 - indien b.o. <2.000 m² B
5156 Grth in overige intermediaire goederen C
5162 2 Grth in machines en apparaten, exclusief machines voord de bouwnijverheid C
517 Overige grth (bedrijfsmeubels, emballage, vakbenodigdheden e.d. C
52 - REPARATIE T.B.V. PARTICULIEREN
527 Reparatie t.b.v. particulieren (excl. auto's en motorfietsen) A
55 - MAALTIJDEN- EN DRANKENVERSTREKKING
5552 Cateringbedrijven < 100 m2 A
5552 Cateringbedrijven > 100 m2 B
60 - VERVOER OVER LAND
6022 Taxibedrijven B
6024 0 Goederenwegvervoerbedrijven (zonder schoonmaken tanks), b.o. < 1.000 m² C
603 Pomp- en compressorstations van pijpleidingen B
61, 62 - VERVOER OVER WATER / DOOR DE LUCHT
61, 62 A Vervoersbedrijven (uitsluitend kantoren) A
64 - POST EN TELECOMMUNICATIE
641 Post- en koeriersdiensten C
641 Post- en koeriersdiensten, uitsluitend zijnde fietskoerier A
642 B0 zendinstallaties:
642 B2 - FM en TV B
71 - VERHUUR VAN TRANSPORTMIDDELEN, MACHINES, ANDERE ROERENDE GOEDEREN
711 Personenautoverhuurbedrijven < 100 m2 A
711 Personenautoverhuurbedrijven > 100 m2 B
712 Verhuurbedrijven voor transportmiddelen (excl. personenauto's) C
713 Verhuurbedrijven voor machines en werktuigen C
714 Verhuurbedrijven voor roerende goederen n.e.g. C
72 - COMPUTERSERVICE- EN INFORMATIETECHNOLOGIE
72 A Computerservice- en informatietechnologie-bureau's e.d. A
72 B Switchhouses B
73 - SPEUR- EN ONTWIKKELINGSWERK
732 Maatschappij- en geesteswetenschappelijk onderzoek A
74 - OVERIGE ZAKELIJKE DIENSTVERLENING
7481.3 Foto- en filmontwikkelcentrales C
7484.4 Veilingen voor huisraad, kunst e.d. A