KadastraleKaart.com

1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Artikel 2 Wijze Van Meten
2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Tuin:
Artikel 4 Water:
Artikel 5 Wonen:
Artikel 6 Waarde - Archeologie:
Artikel 7 Waterstaat - Waterkering:
3 Algemene Regels
Artikel 8 Anti-dubbeltelregel
Artikel 9 Algemene Bouwregels
Artikel 10 Algemene Gebruiksregels
Artikel 11 Algemene Afwijkingsregels
Artikel 12 Algemene Wijzigingsregels
Artikel 13 Overige Regels
4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 14 Overgangsrecht
Artikel 15 Slotregel
Bijlagen Bij Toelichting - 1
Bijlagen Bij Toelichting - 2
Bijlagen Bij Toelichting - 3
Bijlagen Bij Toelichting - 4
Bijlagen Bij Toelichting - 5

Oorgat 3

Bestemmingsplan - Gemeente Edam-Volendam

Vastgesteld op 22-06-2023 - geheel onherroepelijk in werking

Bestanden

Toelichting

1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 Plan:

Het bestemmingsplan Oorgat 3 van de gemeente Edam-Volendam;

1.2 Bestemmingsplan:

De geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0385.
bpOorgat3Edam-vg01 met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

1.3 Verbeelding:

De analoge en digitale voorstelling van de in het bestemmingsplan opgenomen digitale ruimtelijke informatie;

1.4 Aanduiding:

Een geometrisch bepaald vlak of een figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waarvoor ingevolge dit bestemmingsplan regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;

1.5 Aanduidingsgrens:

De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;

1.6 Aan-huis-verbonden bedrijf:

Het verlenen van diensten of het op bedrijfsmatige wijze uitoefenen van activiteiten, waarvan de omvang in een woning met bijbehorende bouwwerken past en de woonfunctie in ruimtelijke en visuele zin in overwegende mate blijft behouden. Hieronder mede begrepen consumentverzorgende bedrijfsactiviteiten;

1.7 Aan-huis-verbonden beroep:

De uitoefening van een (vrij) beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerp-technisch of hiermee gelijk te stellen gebied, dat door zijn beperkte omvang in een woning en de daarbij behorende bouwwerken, met behoud van de woonfunctie kunnen worden uitgeoefend, waaronder niet begrepen de uitoefening van horeca en detailhandel of consumentverzorgende bedrijfsactiviteiten;

1.8 Achtererfgebied:

Erf aan de achterkant en aan de zijkant, op meer dan 1 m van de voorkant, van het hoofdgebouw;

1.9 Antenne-installatie:

Installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de aldan niet in een techniekkast opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie;

1.10 Bebouwing:

Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

1.11 Bebouwingspercentage:

Het in de regels of in een aanduiding aangegeven percentage van een bouwvlak, of indien geen bebouwingsgrenzen zijn aangegeven het percentage van het bestemmingsvlak, dat ten hoogste bebouwd mag worden met gebouwen, tenzij in de regels anders is bepaald;

1.12 Bestaand:

  1. bij bouwwerken: bestaand ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan;
  2. bij gebruik: bestaand ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan;

1.13 Bestemmingsgrens:

De grens van een bestemmingsvlak;

1.14 Bestemmingsvlak:

Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;

1.15 Bijbehorende bouwwerken:

Uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd op de grond staand gebouw of ander bouwwerk, met dak;

1.16 Botenhuis:

Een gebouw al dan niet geheel of gedeeltelijk gebouwd over het water en bereikbaar van het te bevaren water, dat dient voor overdekt onderbrengen van één of meer boten.

1.17 Bouwen:

Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;

1.18 Bouwgrens:

De grens van een bouwvlak;

1.19 Bouwlaag:

Een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;

1.20 Bouwperceel:

Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge deze regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;

1.21 Bouwperceelgrens:

De grens van een bouwperceel;

1.22 Bouwvlak:

Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, zijn toegelaten;

1.23 Bouwvlakgrens:

De grens van een bouwvlak;

1.24 Bouwwerk:

Elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

1.25 Consumentverzorgende bedrijfsactiviteiten:

Het bedrijfsmatig verrichten van diensten gericht op consumentverzorging, geheel of overwegend door middel van handwerk en waarvan de omvang in de activiteiten zodanig is, dat de activiteiten in een woning en de bijbehorende bouwwerken met behoud van de woonfunctie kunnen worden uitgeoefend;

1.26 Consumentenvuurwerk:

Vuurwerk dat is bestemd voor particulier gebruik;

1.27 Cultureel erfgoed:

Alle materiële getuigenissen uit het verleden die de samenleving van belang vindt om te conserveren, te onderzoeken, te presenteren en over te informeren;

1.28 Cultuurhistorisch waarde:

De aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis heeft gemaakt van dat bouwwerk of gebied;

1.29 Detailhandel:

Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling voor de verkoop, het verkopen en leveren van goederen en diensten voor eindgebruikers;

1.30 Dienstverlening:

Het bedrijfsmatig verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden;

1.31 Erf:

Al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en voorzover de bestemming deze die inrichting niet verbiedt;

1.32 Evenementen:

Periodieke en/of incidentele manifestaties, zoals sportmanifestaties, concerten, bijeenkomsten, voorstellingen, shows, tentoonstellingen, thematische markten, kermissen, circussen en andere vertoningen;

1.33 Gebouw:

Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

1.34 Hoofdgebouw:

E
en gebouw dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken;

1.35 Horecabedrijf:

Een bedrijf waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies worden verstrekt, één en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;

1.36 Kantoor:

Voorzieningen gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen;

1.37 Maaiveld:

De hoogte van het bouwperceel ter plaatse, dan wel; de hoogte van het afgewerkte bouwperceel ter plaatse na het verlenen van een omgevingsvergunning;

1.38 Maatschappelijke voorzieningen:

Voorzieningen inzake welzijn, volksgezondheid, cultuur, religie, sport, onderwijs, openbare orde en veiligheid en daarmee gelijk te stellen sectoren;

1.39 Nutsvoorzieningen:

Voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen en apparatuur voor telecommunicatie;

1.40 Ondergronds bouwen:

Bouwen onder het maaiveld met minimaal 0,35 m;

1.41 Overkapping:

Een bijbehorend bouwwerk, zijnde een op de grond staand bouwwerk met een dak;

1.42 Ondersteunende horeca:

Een horeca-activiteit in een inrichting die geen (planologische) hoofdbestemming 'Horeca' heeft, en waar men in het verlengde van de hoofdactiviteit als nevenactiviteit (kleine) eet- en/of (alcoholische) drinkwaren kan consumeren en men daarvoor moet betalen;

1.43 Seksinrichting:

Een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte, waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof het bedrijfsmatig is, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch -en pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan een prostitutiebedrijf of een parenclub al dan niet in combinatie met elkaar;

1.44 Veranda:

Een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak steunend op palen en al dan niet bevestigd aan ten hoogste één gesloten wand;

1.45 Woning:

Een gebouw of gedeelte van een gebouw, bestaande uit een complex van ruimten, dat is bedoeld en dat dient voor de huisvesting van één huishouden;

Artikel 2 Wijze Van Meten

Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

2.1 De dakhelling:

Langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;

2.2 De goothoogte van een bouwwerk:

Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel

2.3 De inhoud van een bouwwerk:

Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;

2.4 De bouwhoogte van een bouwwerk:

Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk geen gebouwen zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;

2.5 De oppervlakte van een bouwwerk:

Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;

2.6 De breedte en diepte van een bouwwerk:

Tussen de buitenwerkse gevelvlakken of het hart van scheidingsmuren.

2.7 De bouwhoogte van een antenne-installatie:

  1. ingeval van een vrijstaande antenne-installatie: tussen het peil en het hoogste punt van de antenne-installatie;
  2. ingeval van een op of aan een bouwwerk gebouwde antenne-installatie: het hoogste punt van de antenne-installatie;

2.8 De bouwhoogte van balkon- en dakterrashekken:

Tussen het hoogste punt van het balkon- respectievelijk het dakterrashek en de bovenkant van het dak.

2.9 De bouwhoogte van schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen:

Tussen het hoogste punt van de schoorsteen, antenne of naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen en de plaats van het dak waar dit bouwwerk is aangebracht.

2.10 Het peil:

  1. voor het hoofdgebouw binnen een bouwvlak: de hoogte van de weg ter plaatse van het bouwvlak;
  2. voor een bouwwerk binnen en buiten het bouwvlak gebouwd aan het hoofdgebouw: de hoogte van de weg ter plaatse van het bouwvlak;
  3. overige bouwwerken die vrijstaand zijn gebouwd: de gemiddelde hoogte van het terrein zoals dit ten tijde van het ter inzage leggen van het ontwerp van dit plan aanwezig was ter plaatse van het bouwwerk.

2.11 De vloeroppervlakte:

de gebruiksvloeroppervlakte volgens NEN 2580

2.12 Uitzondering

Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw- c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 m bedraagt.

2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Tuin:

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. tuinen, behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen;
    met de daarbij behorende,
  2. erven en terreinen;
  3. parkeervoorzieningen;
  4. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

3.2 Bouwregels

Op deze gronden mogen uitsluitend ten behoeve van deze bestemming worden gebouwd met dien verstande dat:
  1. ter plaatse van het kadastrale perceel EDM00-B-1212 mag niet worden gebouwd;
  2. erf- of terreinafscheidingen, waarvan de bouwhoogte voor de voorgevellijn niet meer mag bedragen dan 1 m;
  3. erf- of terreinafscheidingen binnen 2 m vanaf de waterkant, waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 1 m;
  4. balkon- en dakterrashekken, waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 1,2 m;
  5. vlaggenmasten, waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 6 m.

3.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:
  1. de woonsituatie;
  2. de verkeerssituatie;
  3. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

3.4 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in artikel 3 lid 2 onder a voor het bouwen van erfafscheidingen met een bouwhoogte van ten hoogste 2 m, mits voldaan wordt aan de volgende regels:
  1. de verkeersveiligheid er niet door wordt verminderd, en
  2. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken niet worden beperkt, en
  3. het straatbeeld niet in onevenredige mate wordt aangetast.

3.5 Specifieke gebruiksregels

Opslag anders dan ten behoeve van normaal tuinonderhoud is niet toegestaan.

Artikel 4 Water:

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. watergangen en waterpartijen;
  2. verkeer te water;
  3. water ten behoeve van de waterhuishouding;
  4. oevers;
  5. een botenhuis, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - botenhuis';
  6. ter plaatse van de aanduiding ‘provinciaal monument’, mede voor een provinciaal monument;
    met daaraan ondergeschikt,
  7. wegen en paden;
  8. groenvoorzieningen;
    met de daarbij behorende,
  9. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder bruggen, steigers, keermuren voor waterbeheersing en duikers.

4.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:
  1. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, met uitzondering van het botenhuis ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - botenhuis';
  2. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ten behoeve van de verkeersregeling of de verlichting mag niet meer bedragen dan 2 m;
  3. de goot- en bouwhoogte van het botenhuis mag niet meer bedragen dan de ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke bouwaanduiding - botenhuis’ aangegeven goot- en bouwhoogte;

4.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:
  1. de woonsituatie;
  2. de verkeerssituatie;
  3. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

Artikel 5 Wonen:

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. woningen al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan-huis-verbonden beroep;
  2. bijbehorende bouwwerken;
    met de bijbehorende:
  3. wegen en paden;
  4. parkeervoorzieningen;
  5. groenvoorzieningen;
  6. nutsvoorzieningen;
  7. water en voorzieningen voor de waterhuishouding;
      met de daarbij behorende:
  8. tuinen, erven en terreinen;
  9. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

5.2 Bouwregels

5.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:
  1. de woonsituatie;
  2. de verkeerssituatie;
  3. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

5.4 Specifieke gebruiksregels

Voor de in lid 5.1. genoemde gronden gelden de volgende gebruiksbepalingen:
  1. de uitoefening van aan-huis-verbonden bedrijven is niet toegestaan
  2. de uitoefening van aan-huis-verbonden beroepen is toegestaan, met inachtneming van de volgende bepalingen:
    1. de vloeroppervlakte voor aan-huis-verbonden beroepen in de woning en bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 20m²;
    2. horeca- en detailhandelsactiviteiten zijn niet toegestaan, met uitzondering van een beperkte verkoop van aan het beroep gerelateerde producten en ondergeschikt aan de uitoefening van het aan-huis-verbonden beroep;
    3. het gebruik de woonfunctie ondersteunt, dat wil zeggen dat diegene die de activiteiten in de woning of in een bijbehorend bouwwerk uitvoert tevens een in de Gemeentelijke Basisadministratie ingeschreven bewoner van de woning is;
    4. reclame-uitingen zijn niet toegestaan.

5.5 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in lid 5.4 voor:
  1. de uitoefening van aan-huis-verbonden bedrijven, met inachtneming van de volgende bepalingen:
    1. de vloeroppervlak van een aan-huis-verbonden bedrijf in de woning en bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 20m²;
    2. de woonfunctie als hoofddoel en primaire functie gehandhaafd blijft;
    3. er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
    4. horeca- en detailhandelsactiviteiten zijn niet toegestaan, met uitzondering van een beperkte verkoop van aan het bedrijf gerelateerde producten en ondergeschikt aan de uitoefening van het aan-huis-verbonden bedrijf;
    5. het gebruik de woonfunctie ondersteunt, dat wil zeggen dat diegene die de activiteit in de woning of in een bijbehorend bouwwerk uitvoert tevens een in de Gemeentelijke Basisadministratie ingeschreven bewoner van de woning is en geen personeel in dienst heeft;
    6. het gebruik mag niet leiden tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer, dan wel tot een onevenredige toename van de parkeerdruk op de openbare ruimte;
    7. bedrijfsactiviteiten die vergunnings- of meldingsplichtig zijn op grond van de Wabo of andere milieuwetgeving zijn niet toegestaan;
    8. er vindt slechts een beperkt cliëntenbezoek aan huis plaats;
    9. reclame-uitingen zijn niet toegestaan.
  2. de uitoefening van aan-huis-verbonden beroepen tot een maximale vloeroppervlak van 35m², met inachtneming van de volgende bepalingen:
    1. de woonfunctie als hoofddoel en primaire functie gehandhaafd blijft;
    2. er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
    3. horeca- en detailhandelsactiviteiten zijn niet toegestaan, met uitzondering van een beperkte verkoop van aan het beroep gerelateerde producten en ondergeschikt aan de uitoefening van het aan-huis-verbonden beroep;
    4. het gebruik de woonfunctie ondersteunt, dat wil zeggen dat de hoofdbeoefenaar die de activiteit in de woning of in een bijbehorend bouwwerk uitvoert tevens een in de Gemeentelijke Basisadministratie ingeschreven bewoner van de woning is;
    5. het gebruik mag niet leiden tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer, dan wel tot een onevenredige toename van de parkeerdruk op de openbare ruimte;
    6. het gebruik dient vanuit milieuhygienisch oogpunt inpasbaar te zijn;
    7. er vindt slechts een beperkt cliëntenbezoek aan huis plaats;
    8. reclame-uitingen zijn niet toegestaan.

Artikel 6 Waarde - Archeologie:

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde-Archeologie’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor archeologisch waardevol gebied.

6.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 6.1 bedoelde gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd, met uitzondering van:
  1. uitbreiding en verbouw van een hoofdgebouw overeenkomstig de medebestemming, waarbij de bestaande oppervlakte met ten hoogste 50 m² wordt vergroot en niet dieper dan 35 cm beneden maaiveld;
  2. de bouw van een bijbehorend bouwwerk overeenkomstig de medebestemming met een oppervlakte van ten hoogste 50 m² en niet dieper dan 35 cm beneden maaiveld;

6.3 Afwijken van de bouwregels

6.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

6.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om de bestemming, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening en afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht, te wijzigen, in die zin dat de dubbelbestemming ‘Waarde-Arcehologie’ komt te vervallen, mits uit archeologisch onderzoek is gebleken, dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn.

Artikel 7 Waterstaat - Waterkering:

7.1 Bestemmingsomschrijving

De op de voor 'Waterstaat - Waterkering’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de waterkering en de waterbeheersing met de daarbij behorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, één en ander met inachtneming van de Keur van het Waterschap.

3 Algemene Regels

Artikel 8 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing;

Artikel 9 Algemene Bouwregels

  1. In afwijking van het bepaalde in de planregels ten aanzien van de maximale bouwhoogte van gebouwen zijn plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, luchtkokers, luchtbehandeling-kasten, liftkokers, lichtkappen en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen toegestaan tot ten hoogste 2 m ten opzichte van de voor het betreffende perceel geldende maatvoering;
  2. In afwijking van het bepaalde in de bestemmingsregels ten aanzien van het bouwen binnen het bouw- c.q. het bestemmingsvlak is het toegestaan de grenzen van het bouw- c.q. het bestemmingsvlak naar de buitenzijde te overschrijden door:
    1. plinten, pilasters, gevelversieringen, ventilatiekanalen en schoorstenen;
    2. gevel- en kroonlijsten en overstekende daken, mits de bouwgrens met niet meer dan 0,70 m wordt overschreden;
    3. kozijnen, mits de bouwgrens met niet meer dan 0,25m wordt overschreden.

Artikel 10 Algemene Gebruiksregels

10.1 Strijdig gebruik:

Tot een gebruik, strijdig met de bestemmingen, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:
  1. het gebruik van gronden voor de opslag van schroot, afbraak- en bouwmaterialen, anders dan ten behoeve van de uitvoering van krachtens de bestemming toegelaten bouwactiviteiten en werken en werkzaamheden;
  2. de stalling en opslag van aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken voer-, vaar- of vliegtuigen;
  3. het storten van puin en afvalstoffen;
  4. het gebruik van de gronden als standplaats voor kampeermiddelen;
  5. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van seksinrichtingen, escortbedrijf en sekswinkel;

10.2 Uitzondering:

Tot een gebruik, strijdig met de bestemmingen, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt niet gerekend:
  1. het tijdelijk, al dan niet periodiek gebruik van de gronden voor evenementen;
  2. het gebruik of laten gebruiken van de gronden en bouwwerken voor ondersteunende horeca, daar waar dit in hoofdstuk 2 expliciet is geregeld en mits voldaan wordt aan de volgende criteria:
    1. de horeca-activiteit mag uitsluitend in samenhang met en ondersteunend aan de hoofdactiviteit plaatsvinden;
    2. de openingstijden van de horeca-activiteiten voor zover die gerelateerd zijn aan een detailhandelfunctie, zijn gelijk aan de openingstijden van de hoofdactiviteit;
    3. de toegang tot de horeca-activiteit is dezelfde toegang van de hoofdactiviteit. Er is dus geen aparte ingang voor het horecagedeelte;
    4. de ondersteunende horecavoorziening dient tijdens openingsuren van de hoofdactiviteit openbaar toegankelijk te zijn. Verhuur aan derden tijdens en buiten openingstijden voor regulier gebruik ten behoeve van feesten en partijen is niet toegestaan;
    5. loketverkoop aan de straat van dranken en/of etenswaren of verkoop daarvan in de inrichting in open verbinding met de straat is niet toegestaan.

10.3 Parkeerregels:

Artikel 11 Algemene Afwijkingsregels

Burgemeester en wethouders kunnen - tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds kan worden afgeweken - afwijken van de bepalingen in het plan voor:
  1. afwijkingen van maten met ten hoogste 10%, voor zover zulks van belang is voor de technische realisering van bouwwerken in aansluiting op bestaande bouwwerken;
  2. overschrijding van bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; de overschrijdingen mogen echter niet meer dan 3 m bedragen en het bouwvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot;
  3. het is niet toegestaan af te wijken van de bouwregels ingevolge lid a en b, indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

Artikel 12 Algemene Wijzigingsregels

Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter niet meer dan 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot.

Artikel 13 Overige Regels

Op dit bestemmingsplan is tevens het bestemmingsplan Parapluherziening parkeren c.a. met identificatienummer NL.IMRO.0385.bpPluParkerenca-vg01 van de gemeente Edam-Volendam onverkort van toepassing.

4 Overgangs- En Slotregels

Artikel 14 Overgangsrecht

14.1 Overgangsrecht bouwwerken:

14.2 Overgangsrecht gebruik:

14.3 Hardheidsclausule:

Voor zover toepassing van het overgangsrecht bouwwerken of gebruik leidt tot onbillijkheid van overwegende aard jegens een of meer natuurlijke personen kunnen burgemeester en wethouders ten behoeve van die persoon of personen afwijken van dat overgangsrecht.

Artikel 15 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Oorgat 3 te Edam
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering
De burgemeester, de gemeentesecretaris
……………… ………………

Bijlagen Bij Toelichting - 1

Bijlage 1_Risicobeoordeling PAKverontreiniging weiland Oorgat 3_Grondslag_2014_11_12

Bijlagen Bij Toelichting - 2

Bijlage 2_Mailcorrespondentie provincie Noord-Holland provinciaal monument_2022_07_11

Bijlagen Bij Toelichting - 3

Bijlage 3_Participatie Oorgat 3_K.Pronk_2022_10_26

Bijlagen Bij Toelichting - 4

Bijlage 4_BUS melding Oorgat 3_Landview_2022_11_30

Bijlagen Bij Toelichting - 5

Bijlage 5_Quick scan soortbescherming Wet natuurbescherming Oorgat 3 te Edam_Adviesbureau Mertens_2022_11