Paraplubestemmingsplan Archeologie
Bestemmingsplan - Gemeente Hoorn
Vastgesteld op 07-03-2017 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 plan:
het Paraplubestemmingsplan Archeologie met identificatienummer NL.IMRO.0405.BPArcheologie- va01 van de gemeente Hoorn;
1.2 bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en bijlagen;
1.3 archeologisch advies:
een quickscan waarin de archeologische waarden en de voorgenomen ingrepen worden getoetst. De afweging tot nader archeologisch onderzoek wordt hierin verwoord door een archeoloog van de gemeente Hoorn;
1.4 archeologisch deskundige:
de gemeentelijk archeoloog of een andere, door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen, deskundige op het gebied van de archeologische monumentenzorg;
1.5 archeologisch onderzoek:
onderzoek in het kader van de archeologische monumentenzorg verricht door een gecertificeerde dienst, bedrijf of instelling en werkend volgens de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie (KNA);
1.6 archeologische verwachting:
de aan een gebied toegekende hoge, middelmatige of lage verwachting in verband met de kennis en wetenschap van de in dat gebied te verwachten overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten uit het verleden;
1.7 archeologische waarde:
de aan een gebied toegekende waarde in verband met kennis of studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten in het verleden.
Artikel 2 Toepassingsregels
Dit bestemmingsplan is van toepassing op de bestemmingsplannen in de onderstaande tabel, waarbij de archeologiebestemmingen zoals opgenomen in hoofdstuk 2, worden toegevoegd aan het betreffende bestemmingsplan.
Naam plan | datum vaststelling | onherroepelijk | nieuw bp |
Binnenstad | |||
Binnenstad | 08sep09 | 02feb11 | |
Gerritsland 67 | 25nov14 | 27jan15 | |
Oude Schouwburg | 15sep15 | 25jan16 | |
Westerdijk 71-73 | 26mrt15 | 20mei15 | |
Kersenboogerd | |||
Kersenboogerd | 15dec09 | 11mrt10 | |
Tuibrug | 04okt11 | 08mrt12 | |
Begraafplaats Zuiderdracht | 27jun12 | 31aug12 | |
Drechterland Noord 2011 (perceel ten noorden van begraafplaats Zuiderdracht) | 25mrt13 | 18sep13 | |
Drechterland Zuid (Lageweg naast begraafplaats) | 24jun13 | 27aug14 | |
Zwaag | |||
Bangaerde 1978 (Lakeman/Koewijzend 7) | 21okt78 | ||
Bangaerde 1978, 1e herziening 1986 (Lakeman/Koewijzend 7) | 17jun86 | ||
Landelijk Gebied 1992 (circel BO tankstation Westerblokker en Lakeman/Koewijzend 7) | 09feb93 | ||
Zwaag, Blokker, Nieuwe Steen-Oost | 15mrt11 | 11apr12 | |
Koewijzend 3, achterste deel (fiets/voetpad) | 29apr13 | 04jul13 | |
Drechterland Noord 2011 (perceel Rijweg) | 25mrt13 | 18sep13 | |
Dorpsstraat 108-110 | 10mrt15 | 26mei15 | |
Blokker | |||
Landelijk Gebied 1992 (circel BO tankstation Westerblokker en Lakeman/Koewijzend 7) | 09feb93 | ||
Zwaag, Blokker, Nieuwe Steen-Oost | 15mrt11 | 11apr12 | |
Drechterland Noord 2011 (perceel Rijweg) | 25mrt13 | 18sep13 | |
Overige plannen | |||
Hoorn Noord-West 1971 (stationsgebied) | 10dec74 | ||
Provinciaal inpassingsplan Westfrisiaweg | 16jul12 | 10jul13 | |
Westfrisiaweg 1981 | 13mrt84 | ||
Westfrisiaweg 1982 (Wognum) | 26nov84 | ||
Hoornsche Hop | 08dec98 | 21sep00 | |
De Blauwe Berg | 06okt09 | 20okt10 | |
Woongebouwen Maelsonstraat | 19apr16 | 19jul16 | |
Maelsonstraat en omgeving | 19apr16 | 19jul16 | |
De Lanen 2005 | 04okt05 | 30mei07 | |
Bangert en Oosterpolder | |||
Bangert en Oosterpolder, herziening ex art 30 WRO | 31jan06 | 29mei08 | |
BO-Dorpsstraat e.o. | 16feb10 | 15 apr10 | |
Uitwerkingsplan fase 4 Bangert en Oosterpolder | 16jun09 | 04aug10 | |
BO, gedeeltelijke herziening uitwplan fase 4 (Het Eiland) | 03okt14 | 02dec14 | |
Bangert-Noord en omgeving | 04okt11 | 24nov11 | |
BO, herziening parkeernormering | 10sep13 | 07nov13 | |
Dorpsstraat 212-214 | 26feb15 | 21apr15 | |
Uitwerkingsplan BO, fase 4a deel 5 | 02okt15 | 01dec15 | |
Uitwerkingsplan BO, fase 4a deel 7 | 09jul16 | ||
Uitwerkingsplan BO, fase 4a deel 8 | 19jul16 | ||
Bedrijventerreinen | |||
Bedrijventerrein De Oude Veiling | 11jun13 | 03okt13 | |
Bedrijventerrein Hoorn '80 | 28jan14 | 07mei14 | |
Bedrijventerrein Westfrisia | 21okt14 | 03feb15 | |
Schelphoek 2008 | 24jun08 | 07mei09 | |
Van Aalstweggebied | 02okt12 | 03jan13 | |
Bedrijventerrein Gildenweg | 05feb13 | 02mei13 | |
Drechterland-Noord 2011 (bedrijventerrein Gildenweg) | 25mrt13 | 18sep13 | |
't Zevenhuis | 26jun12 | 26sep13 | |
Wijzigingsplan bestemming verkeer 't Zevenhuis | 26sep14 | 02dec14 |
Hoofdstuk 2 Dubbelbestemmingen
Artikel 3 Waarde - Archeologie 1
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Waarde - Archeologie 1’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
3.2 Bouwregels
3.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 4 Waarde - Archeologie 2
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Waarde - Archeologie 2’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
4.2 Bouwregels
4.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 5 Waarde - Archeologie 3
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Waarde - Archeologie 3’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden in de waterbodem van het Hoornse Hop.
5.2 Bouwregels
5.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 6 Waarde - Archeologie 4
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Waarde - Archeologie 4’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de te verwachten archeologische waarden in de bodem.
6.2 Bouwregels
6.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 7 Waarde - Archeologie 4a
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Waarde - Archeologie 4a’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de te verwachten archeologische waarden in de bodem.
7.2 Bouwregels
7.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 8 Waarde - Archeologie 5
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Waarde - Archeologie 5’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de te verwachten archeologische waarden in de bodem.
8.2 Bouwregels
8.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 9 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 10 Overgangsrecht
10.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in sublid a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in sublid a met maximaal 10%.
- c. Sublid a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
10.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in sublid a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld in sublid a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Sublid a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 11 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het
Paraplubestemmingsplan Archeologie.
Behorend bij het besluit van 7 maart 2017.
Hoofdstuk 1 Inleiding
Het is verplicht voor iedere gemeente om een verordening vast te stellen waarin de inschakeling van een monumenten- of een bredere erfgoedcommissie is geregeld. Deze commissie adviseert over omgevingsvergunningen voor wijziging van rijksmonumenten. Dat kan in een monumentenverordening, maar ook in een bredere erfgoedverordening. In deze erfgoedverordening kunnen alle gemeentelijke afspraken met betrekking tot archeologie en cultuurlandschap worden vastgelegd.
In dat kader heeft de gemeente Hoorn op 4 april 2013 de Erfgoedverordening Gemeente Hoorn 2013 vastgesteld. De Beleidskaart Archeologie 2012 is vastgesteld op 12 maart 2013. Naast monumentenbeleid is in deze verordening ook de wijze waarop de bescherming van de archeologische waarden moet worden geregeld, vastgelegd.
Dit archeologiebeleid dient zijn vertaling te krijgen in de geldende bestemmingsplannen voor de gemeente. In de in voorbereiding zijnde bestemmingsplannen wordt hiermee al rekening gehouden. Om er nu voor te zorgen dat in de geldende bestemmingsplangebieden de archeologische waarden ook afdoende beschermd worden en een gelijkluidende regeling voor alle bestemmingsplannen gewenst, is, is dit zogenoemde 'paraplubestemmingsplan' opgesteld.
Het plangebied van dit bestemmingsplan betreft de plangebieden van alle geldende bestemmingsplannen binnen de gemeente Hoorn, met uitzondering van de gebieden waarvoor een nieuw bestemmingsplan in voorbereiding is. In de plannen die voor laatstgenoemde gebieden worden gemaakt, wordt de regeling in dat betreffende bestemmingsplan opgenomen.
Hoofdstuk 2 Archeologiebeleid
Begin 1992 ondertekende Nederland het Verdrag van Valletta/Malta. Daarmee heeft de zorg voor het archeologische erfgoed een prominentere plaats gekregen in het proces van de ruimtelijke planvorming. Uitgangspunten van het verdrag zijn het vroegtijdig betrekken van archeologische belangen in de planvorming, het behoud van archeologische waarden in situ (ter plaatse) en de introductie van het zogenaamde ‘veroorzakerprincipe’. Dit principe houdt in dat degene die de ingreep pleegt financieel verantwoordelijk is voor behoudsmaatregelen of een behoorlijk onderzoek van eventueel aanwezige archeologische waarden. Dit is vertaald in de Wet op de archeologische monumentenzorg (Wamz) die op 1 september 2007 van kracht is geworden. De per 1 juli 2016 in werking getreden Erfgoedwet gaat concreet in op de bescherming van archeologische waarden in planologische procedures.
In dat kader is in Hoorn de Beleidskaart Archeologie 2007 opgesteld. Deze kaart is in 2012 herzien en is vastgesteld op 12 maart 2013.
Deze beleidskaart, die is opgenomen in bijlage 1, geeft een vlakdekkend inzicht in aanwezige of te verwachten archeologische waarden in Hoorn.
Het grondgebied van Hoorn is met betrekking tot archeologie opgedeeld in vijf categorieën (W1, W2, W3, W4, W4a en W5). Voor deze categorieën worden door burgemeester en wethouders op grond van de omvang en diepte van bodemingrepen voorwaarden verbonden aan de omgevingsvergunning voor het bouwen.
Daarnaast is, afhankelijk van de omvang van de ingreep, een omgevingsvergunning vereist voor werkzaamheden waarbij de grond wordt geroerd. In de onderstaande tabel is aangegeven op welke wijze het archeologische beleid is vertaald in verschillende archeologiebestemmingen.
afkorting | bestemming | omgevingsvergunning bouwen vanaf | omgevingsvergunning werkzaamheden vanaf |
W1 | Waarde - Archeologie 1 | 0 m² | 0 m² / 0,3 m diepte |
W2 | Waarde - Archeologie 2 | 100 m² | 100 m² / 0,3 m diepte |
W3 | Waarde - Archeologie 3 | 500 m² | 500 m² /0,3 m diepte |
W4 | Waarde - Archeologie 4 | 1.000 m² | 1.000 m² / 0,4 m diepte |
W4a | Waarde - Archeologie 4a | 1.000 m² | 1.000 m² / 0,8 m diepte |
W5 | Waarde - Archeologie 5 | 10.000 m² | 10.000 m² / 0,4 m diepte |
De indeling is gebaseerd op de volgende categorieën:
- Waarde-Archeologie 1: dit betreft de gehele historische stadskern van Hoorn, de kerk- en kloosterterreinen en de Westfriese Omringdijk.
- Waarde-Archeologie 2: dit betreft de historische dorpslinten, molenplaatsen, huisplaatsen, lijnbanen en de overige dijken. De meeste terreinen zijn m.b.v. kaartanalyse (historisch kaartmateriaal) nader begrensd.
- Waarde-Archeologie 3: Dit betreft de waterbodem van het Hoornse Hop/Markermeer.
- Waarde-Archeologie 4: Het betreft de grotendeels onbebouwde delen van de gemeente, waar nog geen archeologisch onderzoek is uitgevoerd.
- Waarde-Archeologie 4a: Het betreft een gebied in de nieuwbouwwijk Bangert-Oosterpolder waar op grotere diepte een oud oppervlak aanwezig is uit het Neolithicum. Het is nog onduidelijk of hier daadwerkelijk bewoning uit deze periode aanwezig is. Dit is in het kader van het realiseren van de nieuwbouwwijk niet nader onderzocht.
- Waarde-Archeologie 5: Het betreft de uitbreidingswijken, waar veelal geen archeologisch onderzoek heeft plaatsgevonden. Alleen bij grootschalige bodemingrepen is het van belang dat er een Quickscan wordt vervaardigd;
De vrijgegeven terreinen (grijs op de kaart) betreffen reeds onderzochte terreinen en terreinen waar op basis van aanwezige bodemverstoringen geen archeologische waarden meer in de bodem aanwezig zijn. De grootste vrijgeven terreinen liggen in de bedrijventerreinen Zevenhuis en Hoorn 80. Het grootste deel van de Grote Waal is eveneens vrijgegeven. De opgravingen binnen de linten en de binnenstad zijn ook vrijgegeven.
Indien in de vrijgegeven delen waar geen opgravingen hebben plaatsgevonden toch archeologische vondsten worden gedaan, vallen deze onder de categorie Toevalsvondsten. Archeologisch beleid op basis van 'toevalsvondsten' is niet te maken, omdat dergelijke vondsten niet met behulp van een inventariserend veldonderzoek zijn op te sporen.
De Westfrisiaweg valt ook buiten de kaart, aangezien hiervoor een Provinciaal Inpassingsplan (PIP) is opgesteld waarin de archeologische waarden zijn meegenomen. Na realisering van de verbreding van de Westfrisiaweg wordt het gebied vrijgegeven voor wat betreft het aspect archeologie.
Het verdient de aanbeveling om bij ontwikkelingen in een archeologisch waardevol (verwachtings)gebied van te voren een quickscan te laten uitvoeren door Archeologie Erfgoed VVH. De ruimtelijke ontwikkelingen worden dan afgezet tegen de aanwezige of te verwachten archeologische waarden. De op de archeologische advieskaart aangegeven vlakken zijn gebaseerd op bureauonderzoek en kaartanalyse, die niet tot uitdrukking komen op de Beleidskaart Archeologie. Op deze wijze wordt onnodig onderzoek voorkomen.
Hoofdstuk 3 Juridische Regeling
Dit bestemmingsplan bevat alleen dubbelbestemmingen. Deze worden als een paraplu over de geldende bestemmingsplannen gelegd. Er wordt als het ware een laag aan de betreffende bestemmingsplannen toegevoegd.
In artikel 2 is een toepassingsbepaling opgenomen waarin is bepaald welke bestemmingsplannen worden herzien.
Omdat de regeling overkoepelend geldt voor een groot aantal bestemmingsplannen wordt het een paraplubestemmingsplan genoemd.
Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid
Dit bestemmingsplan doorloopt de in de Wet ruimtelijke ordening (Wro) vastgelegde bestemmingsplanprocedure. Tijdens deze procedure zijn er verschillende momenten waarop burgers en andere belanghebbenden hun zienswijze op het plan kenbaar kunnen maken.
Omdat geen sprake is van een nieuw beleidsvoornemen, sterker nog, er is sprake van een juiste juridische vertaling om het vastgestelde beleid te kunnen toepassen, is inspraak ingevolge de gemeentelijke Inspraakverordening niet nodig. Wel worden de provincie Noord-Holland en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier over deze werkwijze in het kader van het wettelijke verplichte vooroverleg ex artikel 3.1.1 Besluit ruimtelijke ordening (Bro) geïnformeerd.
Het ontwerp bestemmingsplan heeft vanaf 4 oktober tot en met 14 november 2016 zes weken ter inzage gelegen. In deze periode is een ieder in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze kenbaar maken. Zowel de provincie als het Hoogheemraadschap ontvangen een kennisgeving van de ter inzage legging van het ontwerp bestemmingsplan.
Er zijn twee zienswijzen ingekomen, waaronder een reactie van het Hoogheemraadschap. Op de zienswijze van het Hoogheemraadschap zijn de regels aangevuld in die zin dat het onderhoud van watergangen als uitzondering voor een omgevingsvergunning wordt aangemerkt. De andere zienswijze heeft geen aanleiding gegeven voor het aanpassen van het bestemmingsplan.
Het plan is gewijzigd vastgesteld op 7 maart 2017.
Na de vaststelling wordt het bestemmingsplan nogmaals zes weken ter inzage gelegd. Tijdens deze periode bestaat de mogelijkheid tot het indienen van beroep bij de Raad van State.