Bestemmingsplan Opperdoes - Recreatiepark Klein Giethoorn
Bestemmingsplan - gemeente Medemblik
Vastgesteld op 30-04-2015 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 plan:
het bestemmingsplan Opperdoes - Recreatiepark Klein Giethoorn met identificatienummer NL.IMRO.0420.BPKleinGiethoorn-VA01 van de gemeente Medemblik;
1.2 bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlage;
1.3 aan-huis-verbonden beroep:
de in bijlage Lijst van toegestane beroepen en bedrijven bij woningen genoemde beroepen, dan wel naar de aard en de invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen beroepen waarvan de activiteiten in hoofdzaak niet publieksaantrekkend zijn en die op kleine schaal in een (bedrijfs)woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen wordt uitgeoefend, waarbij de (bedrijfs)woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende activiteit een ruimtelijk uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie;
1.4 aan- of uitbouw:
een aan een (hoofd)gebouw aanwezig bouwwerk, dat ruimtelijk ondergeschikt is aan dat (hoofd)gebouw, maar in functioneel opzicht deel uitmaakt van dat (hoofd)gebouw;
1.5 aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.6 aanduidingsgrens:
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
1.7 ander bouwwerk:
een bouwwerk, geen gebouw en geen overkapping zijnde;
1.8 arbeidsmigrant:
ingezetene, oorspronkelijk afkomstig van een land buiten het Koninkrijk der Nederlanden, die in verband met werk zijn of haar al dan niet tijdelijke hoofdverblijf in Nederland heeft;
1.9 bar-restaurant:
een horecabedrijf dat is gericht op het verstrekken van zowel dranken als maaltijden, niet zijnde discotheken en zalen- en/of partycentra;
1.10 bebouwing:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
1.11 bedrijfswoning:
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is;
1.12 bestaand:
- a. ten aanzien van de bij of krachtens de Woningwet dan wel de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht aanwezige bouwwerken en werken, en werkzaamheden: bestaand ten tijde van de eerste terinzagelegging van dit plan;
- b. ten aanzien van het overige gebruik: bestaand ten tijde van het in werking treden van dit plan;
1.13 bestemmingsgrens:
de grens van een bestemmingsvlak;
1.14 bestemmingsvlak:
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
1.15 bijbehorend bouwwerk:
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak;
1.16 bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
1.17 bouwperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
1.18 bouwperceelgrens:
een grens van een bouwperceel;
1.19 bouwwerk:
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
1.20 chalet:
een verblijf bestaande uit een lichte constructie en uit lichte materialen, niet zijnde een kampeermiddel, dat naar de aard en de inrichting is bedoeld voor recreatief dag- en/of nachtverblijf;
1.21 dak:
iedere bovenbeëindiging van een gebouw;
1.22 detailhandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
1.23 extensief dagrecreatief medegebruik:
een extensief dagrecreatief medegebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan, zoals wandelen, fietsen, paardrijden, kanoën, een vissteiger, een picknickplaats, of een naar de aard daarmee gelijk te stellen medegebruik;
1.24 gebouw:
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.25 groepsverblijf:
een accommodatie die logies overwegend aan personen in groepsverband (geen gezinsverband zijnde) verstrekt, met slaapgelegenheid in kamers, zalen, huisjes, tenthuisjes, appartementen en / of tenten, die gasten mogelijk met 'vreemden' moeten delen.
1.26 hoofdgebouw:
een gebouw dat, gelet op de bestemming, als het belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel kan worden aangemerkt;
1.27 hoofdverblijf:
het adres/de plaats die fungeert als het centrum van de sociale en maatschappelijke activiteiten van betrokkene, waarbij betrokkene moet zijn ingeschreven in de Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens op dat adres en/of betrokkene het adres heeft opgegeven bij de Belastingdienst als hoofdadres en/of uit de feitelijke omstandigheden blijkt dat het adres als hoofdverblijf moet worden aangemerkt;
1.28 horecabedrijf en/of -instelling:
een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig dranken en etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies wordt verstrekt, één en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;
1.29 kampeermiddel:
een tent, een tentwagen, een kampeerauto, een caravan of een stacaravan, dan wel enig ander daarmee vergelijkbaar voertuig of onderkomen, dat geheel of ten dele blijvend is bestemd of opgericht dan wel wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
1.30 kantine:
een ruimte waarin de bedrijfsuitoefening is gericht op het tegen vergoeding verstrekken van maaltijden, eenvoudige etenswaren en dranken ten behoeve van de in de bestemming genoemde hoofdfunctie;
1.31 kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten:
de in bijlage 1 genoemde bedrijvigheid, dan wel naar de aard en invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid, die door zijn beperkte omvang in of bij een woonhuis met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend door de bewoner en de aan de bedrijvigheid bij woningen gebonden medewerkers;
1.32 logiesverstrekkend bedrijf:
een bedrijf waar, tegen vergoeding, logies wordt verstrekt, waarbij de logieseenheden enkel zijn ingericht voor nachtverblijf en waarbij, naast het verstrekken van logies, mogelijk accommodaties worden aangeboden voor dagverblijf en maaltijdbereiding;
1.33 overkapping:
elk bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat een overdekte ruimte vormt zonder dan wel met ten hoogste één wand;
1.34 peil:
- a. indien op het land wordt gebouwd:
- 1. voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang;
- 2. voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de hoogte van het terrein ter hoogte van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw;
- b. indien op of in het water wordt gebouwd: de hoogte van het terrein ter plaatse van het meest nabij gelegen punt waar het water grenst aan het vaste land;
1.35 permanente bewoning:
gebruik van een niet daartoe bestemd bouwwerk als hoofdverblijf;
1.36 prostitutie:
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen voor of met een ander tegen vergoeding;
1.37 recreatiewoning:
een permanent ter plaatse aanwezig gebouw, geen woonkeet, caravan, chalet of ander bouwwerk (al dan niet op wielen) zijnde, dat naar de aard en de inrichting is bedoeld voor recreatieve bewoning;
1.38 verblijfsrecreatie:
gebruik dat plaatsvindt in het kader van de weekend- en/of verblijfsrecreatie door
één afzonderlijk huishouden of een daarmee gelijk te stellen persoon of groep van
personen die elders hun hoofdverblijf hebben;
1.39 seksinrichting:
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte, waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden.
Onder een seksinrichting wordt in elk geval verstaan: een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotische-massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
1.40 stacaravan:
een caravan die gedurende langere tijd op een kampeerterrein op dezelfde plaats blijft staan en die door zijn plaatsing direct of indirect met de grond verbonden is, dan wel direct of indirect steun vindt in of op de grond en daardoor als bouwwerk is aan te merken;
1.41 tenthuisje:
een demontabele, lichte constructie met lichte materialen, waaronder tentdoek, voor vier tot zes personen met slaap-, kook- en zitgelegenheid, niet bedoeld voor de huisvesting van groepen.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.1 de bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een ander bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
2.2 de dakhelling:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
2.3 de goothoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
2.4 de inhoud van een bouwwerk:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
2.5 de oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Groen
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. groenvoorzieningen;
- b. beplanting en bebossing;
- c. paden;
- d. recreatief medegebruik;
met daaraan ondergeschikt:
- e. sloten en bermen;
met de daarbijbehorende:
- f. andere bouwwerken waaronder steigers.
3.2 Bouwregels
Artikel 4 Recreatie - Verblijfsrecreatie
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. chalets, niet zijnde recreatiewoningen;
- b. recreatiewoningen, en naar de aard daarmee gelijk te stellen onderkomens, niet zijnde chalets;
- c. bijbehorende bouwwerken ten behoeve van bergruimte bij de 30 bestaande recreatiewoningen;
- d. groepsverblijven ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van recreatie - groepsverblijf 1' en 'specifieke vorm van recreatie - groepsverblijf 2';
met de daarbijbehorende:
- e. tuinen en terreinen;
- f. wegen en paden;
- g. parkeervoorzieningen;
- h. beplanting en bebossing;
- i. water;
- j. nutsvoorzieningen
- k. andere bouwwerken.
4.2 Bouwregels
4.3 Afwijken van de bouwregels
Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, het bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:
- a. het bepaalde in lid 4.2.4 onder a in die zin dat ten hoogste twee recreatiewoningen aaneen mogen worden gebouwd;
- b. het bepaalde in lid 4.2.5 onder c in die zin dat bijbehorend bouwwerken minder dan 2,00 m achter, c.q. vóór de naar de weg gekeerde gevel(s) van een recreatiewoning c.q. het verlengde daarvan worden gebouwd.
4.4 Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:
- a. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van de gronden en bouwwerken voor permanente bewoning c.q. de huisvesting van arbeidsmigranten;
- b. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van de gronden en bouwwerken voor detailhandel;
- c. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van de gronden en bouwwerken anders dan ten behoeve van recreatief gebruik of verblijfsrecreatie, met uitzondering van de bedrijfswoning;
- d. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van gronden voor de aanleg van een terras aan de west- en noordkant van de groepsverblijven binnen de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie-groepsverblijf 1' .
Artikel 5 Recreatie - Voorzieningen
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie - Voorzieningen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. gebouwen voor zover ten dienste van het recreatieterrein, ten behoeve van:
- 1. dienstverlening;
- 2. een kantine;
- 3. receptie;
- 4. detailhandel ten behoeve van de in artikel 4 genoemde verblijfsrecreatie met een maximum van 50 m²;
- 5. een bar-restaurant;
- b. gebouwen ten behoeve van:
- 1. sanitaire voorzieningen;
- 2. onderhoud en beheer;
- c. gebouwen ten behoeve van een bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning", al dan niet in combinatie met een aan-huis-verbonden beroep of kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
- d. bijbehorende bouwwerken bij de bedrijfswoning;
met de daarbijbehorende:
- e. tuinen en terreinen;
- f. sport- en speelterreinen;
- g. wegen en paden;
- h. parkeervoorzieningen;
- i. beplanting en bebossing;
- j. nutsvoorzieningen;
- k. andere bouwwerken, waaronder bruggen, dammen en duikers.
5.2 Bouwregels
5.3 Afwijken van de bouwregels
Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, het bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.4 onder c in die zin dat de bouwhoogte van de andere bouwwerken wordt vergroot tot ten hoogste 10,00 m.
5.4 Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:
- a. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van de gronden en bouwwerken voor detailhandel, zodanig dat de gezamenlijke winkelvloeroppervlakte meer dan 50 m² zal bedragen;
- b. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van de gronden en bouwwerken voor permanente bewoning, met uitzondering van de bedrijfswoning;
- c. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van de bedrijfswoning voor meer dan één woning;
- d. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van de gronden en bouwwerken voor horecadoeleinden, met uitzondering van een bar-restaurant;
- e. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van gronden en bouwwerken voor een aan-huis-verbonden beroep of kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, zodanig dat:
- 1. de omvang van de activiteit meer dan 30% van de gezamenlijke vloeroppervlakte van de bebouwing (woning en bijbehorende bouwwerken) met een maximum van 50 m² bedraagt;
- 2. er afbreuk wordt gedaan aan het woon- en leefklimaat in de omgeving;
- 3. het gebruik nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
- 4. er niet wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
- 5. er detailhandel plaatsvindt, met uitzondering van kleinschalige verkoop in verband met de beroepsmatige en bedrijfsmatige activiteiten;
- 6. de activiteit niet wordt uitgeoefend door de bewoner;
- 7. opslag van goederen in het kader van de bedrijfsvoering plaatsvindt;
- f. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van vrijstaande bijbehorende bouwwerken bij een bedrijfswoning voor bewoning.
Artikel 6 Verkeer
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wegen;
- b. voet- en fietspaden;
- c. kunstwerken;
- d. bermen en beplanting;
- e. groenvoorzieningen;
met daaraan ondergeschikt:
- f. nutsvoorzieningen;
- g. parkeervoorzieningen;
- h. tuinen en erven;
- i. waterlopen en waterpartijen;
met de daarbijbehorende:
- j. andere bouwwerken, waaronder bruggen, dammen en duikers.
6.2 Bouwregels
6.3 Nadere eisen
Burgemeester en Wethouders kunnen ten behoeve van de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing.
6.4 Afwijken van de bouwregels
Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid, de milieusituatie en de geluidssituatie, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:
- het bepaalde in lid 6.2.2 in die zin dat de bouwhoogte van andere bouwwerken wordt vergroot tot ten hoogste 15,00 m.
Artikel 7 Water
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. sloten, vaarten en daarmee gelijk te stellen waterlopen;
- b. waterpartijen;
- c. oevers, bermen en beplanting;
- d. extensief dagrecreatief medegebruik;
met de daarbijbehorende:
- e. kaden, dijken en oeverstroken;
- f. paden;
- g. andere bouwwerken, waaronder steigers, bruggen, dammen en duikers.
7.2 Bouwregels
7.3 Afwijken van de bouwregels
Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, het bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:
- a. het bepaalde in lid 7.2.2 onder b in die zin dat de bouwhoogte van oeverbeschoeiingen wordt verhoogd tot 0,60 m vanaf het winter(water)peil;
- b. het bepaalde in lid 7.2.2 onder c in die zin dat de doorvaarthoogte van bruggen, duikers en andere overspanningen of overkluizingen, en naar de aard daarmee gelijk te stellen andere bouwwerken wordt verkleind;
- c. het bepaalde in lid 7.2.2 onder d in die zin dat de doorvaartbreedte van bruggen, duikers en andere overspanningen of overkluizingen, en naar de aard daarmee gelijk te stellen andere bouwwerken wordt verkleind.
7.4 Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:
- het gebruik van de gronden als ligplaats voor woonschepen, woonarken of casco's (caissons) die tot woonschip of woonark kunnen worden omgebouwd.
Artikel 8 Waarde - Archeologie 1
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
8.2 Bouwregels
8.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
8.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemmingsvlakken van de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 1' geheel of gedeeltelijk te verwijderen, indien:
- a. uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn;
- b. op grond van archeologisch onderzoek het niet meer wordt noodzakelijk geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarden voorziet.
Artikel 9 Waarde - Archeologie 2
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
9.2 Bouwregels
9.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
9.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemmingsvlakken van de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2' geheel of gedeeltelijk te verwijderen, indien:
- a. uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn;
- b. op grond van archeologisch onderzoek het niet meer wordt noodzakelijk geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarden voorziet.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 10 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 11 Algemene Gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met de gegeven bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
- a. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van gronden voor de opslag van (aan het oorspronkelijk verkeer onttrokken) voer-, vaar- en/of vliegtuigen, anders dan in het kader van de bedrijfsvoering;
- b. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van de gronden voor de opslag van schroot, afbraak- en bouwmaterialen, grond, bodemspecie en puin en voor het storten van vuil, anders dan in het kader van de bedrijfsvoering;
- c. het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van de gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting;
- d. Het gebruik, daaronder begrepen het doen en/of laten gebruiken, van de gronden als ontsluiting voor autoverkeer van bezoekers en/of recreanten van het park voor zover het de bestaande ontsluiting aan het Oosteinde betreft met uitzondering van situaties dat er sprake is van een calamiteit.
Artikel 12 Algemene Afwijkingsregels
Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:
- de bij recht in de bestemmingsregels gegeven maten, afmetingen en percentages, tot ten hoogste 10% van die maten, afmetingen en percentages.
Artikel 13 Overige Regels
Burgemeester en wethouders kunnen, ten behoeve van een goede woonsituatie, een goede milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 14 Overgangsrecht
14.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in sublid a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het sublid a met ten hoogste 10%.
- c. Sublid a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
14.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in sublid a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld in sublid a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Sublid a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 15 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het
bestemmingsplan Opperdoes - Recreatiepark Klein Giethoorn,
van de gemeente Medemblik.
Behorend bij het besluit van 30 april 2015.
Bijlage 1 Lijst Van Toegestane Beroepen En Bedrijven Bij Woningen
LIJST VAN TOEGESTANE BEROEPEN EN BEDRIJVEN BIJ WONINGEN
Uitoefening van (para-)medische beroepen, waaronder:
individuele praktijk voor huisarts, psychiater, psycholoog, fysiotherapie of bewegingsleer, voedingsleer, mondhygiëne, tandheelkunde, logopedie, enz.
individuele praktijk dierenarts
Kledingmakerij
(maat)kledingmakerij en kledingverstelbedrijf
woningstoffeerderij
Kantoorfunctie ten behoeve van bedrijvigheid die elders wordt uitgeoefend, zoals:
schoonmaakbedrijf, schoorsteenveegbedrijf, glazenwasserij, maar ook ten behoeve van bijvoorbeeld een groothandelsbedrijf
Reparatiebedrijfjes, waaronder:
schoen-/lederwarenreparatiebedrijf
uurwerkreparatiebedrijf
goud- en zilverwerkreparatiebedrijf
reparatie van kleine (elektrische) gebruiksgoederen
reparatie van muziekinstrumenten
In ieder geval zijn autoreparatiebedrijven uitgezonderd
Advies- en ontwerpbureaus, waaronder individuele praktijk voor:
reclame ontwerp
grafisch ontwerp
architect
(Zakelijke) dienstverlening, waaronder individuele praktijk voor:
notaris
advocaat
accountant
assurantie-/verzekeringsbemiddeling
exploitatie en handel in onroerende zaken
Overige dienstverlening
kappersbedrijf
schoonheidssalon
kinderdagopvang
gastouderschap
Onderwijs
autorijschool
onderwijs niet in te delen naar specificatie, mits zonder werkplaats of laboratorium
dan wel met voorgenoemde bedrijvigheid naar de aard en de invloed op de omgeving gelijk te stellen bedrijvigheid.
Bijlage 1 Beeldkwaliteitsplan En Presentatie Aro-commissie
Bijlage 1 Beeldkwaliteitsplan en presentatie ARO-commissie
Bijlage 2 Onderzoek Geluidsbelasting Park
Bijlage 2 Onderzoek geluidsbelasting park
Bijlage 3 Bodemonderzoeken
Bijlage 4 Wateradvies
Bijlage 5 Reactie Hoogheemraadschap
Bijlage 5 Reactie hoogheemraadschap
Bijlage 6 Ecologisch Onderzoek
Bijlage 6 Ecologisch onderzoek
Bijlage 7 Archeologisch Bureauonderzoek
Bijlage 7 Archeologisch bureauonderzoek
Bijlage 8 Inventariserend Veldonderzoek
Bijlage 8 Inventariserend veldonderzoek
Bijlage 9 Afspraken Archeologie
Bijlage 9 Afspraken archeologie
Bijlage 10 Reactienota Inspraak En Overleg
Bijlage 10 Reactienota inspraak en overleg
Bijlage 11 Onderzoek Commerciële- En Economische Haalbaarheid
Bijlage 11 Onderzoek commerciële- en economische haalbaarheid