Veegplan gemeente Medemblik
Bestemmingsplan - Gemeente Medemblik
Vastgesteld op 30-11-2023 - geheel in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 plan:
het bestemmingsplan Veegplan gemeente Medemblik met identificatienummer NL.IMRO.0420.MBLIKVeegplan-VA01 van de gemeente Medemblik;
1.2 Bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
1.3 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.4 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
1.5 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak;
1.6 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
Het volgende begrip wordt toegevoegd:
1.7 bollenbroeierij
een bedrijf dat is gericht op het bewerken en opkweken van bolgewassen voor de snijbloemenhandel.
Artikel 2 Toepassingsregel
Dit veegplan is van toepassing op de volgende digitale plannen, zoals opgenomen in onderstaande tabel.
Naam bestemmingsplan | identificatienummer | vastgesteld |
Buitengebied | NL.IMRO.0420.14410105-VA01 | 22-02-2018 |
Dorpskern I | NL.IMRO.0420.BPHDorpskernenI-VA01 | 29-09-2016 |
Dorpskernen II Herziening 2014 | NL.IMRO.0420.BPHDorpskernenII-VA01 | 29-06-2016 |
Dorpskernen III | NL.IMRO.0420.BPHDorpskernenIII-VA02 | 26-04-2018 |
Dorpskernen IV | NL.IMRO.0420.BPHDorpskernenIV-VA01 | 29-09-2016 |
Bedrijventerreinen | NL.IMRO.0420.BPKBEDRIJVEN-VA01 | 04-07-2013 |
Medemblik Woongebieden | NL.IMRO.0420.BPKMEDWOONGEBIEDEN-VA01 | 04-07-2013 |
Medemblik - Binnenstad | NL.IMRO.04200000MEDBINNENSTAD- | 08-12-2008 |
Benningbroek - Ganker 4b | NL.IMRO.0420.BPBENGanker4b-VA01 | 16-12-2021 |
De regels van dit veegplan gelden ter aanvulling op of aanpassing van de regels in deze bestemmingsplannen, (partiële) herzieningen van bestemmingsplannen, wijzigingsplannen en uitwerkingsplannen.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch (Artikel 3 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch (Artikel 3 Bestemmingsplan Buitengebied)' zijn de regels van artikel 3 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Agrarisch (Artikel 3Bestemmingsplan Buitengebied)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018.
3.1 Bestemmingsomschrijving (lid 3.1)
De tekst van sublid b. wordt vervangen door de volgende tekst:
b. de uitoefening van het agrarisch bedrijf met een grondgebonden agrarische bedrijfsvoering al dan niet in combinatie met bollenbroeierijen, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch - bedrijfskavel agrarisch grondgebonden bedrijf";
Na sublid u. wordt een nieuw sublid v. toegevoegd met de volgende tekst:
v. schuurkassen ten behoeve van bollenbroeierijen;
De oorspronkelijke subleden v. tot en met ah. worden vernummerd maar w. tot en met ai..
3.2 Bouwregels (lid 3.2)
De tekst van sublid a. wordt vervangen door de volgende tekst:
a. er zullen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van grondgebonden agrarische bedrijven en/of agrarische handelsbedrijven al dan niet in combinatie met bollenbroeierijen worden gebouwd, dan wel andere bedrijvigheid genoemd in 3.1 onder c;
De tekst van sublid d. wordt vervangen door de volgende tekst:
d. per agrarische bedrijfskavel mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van het ter plaatse gevestigde grondgebonden agrarisch bedrijf en/of het ter plaatse gevestigde agrarisch handelsbedrijf en/of hoveniersbedrijf al dan niet in combinatie met bollenbroeierij worden gebouwd;
In de tabel behorende bij sublid h. wordt de volgende functie van een gebouw met daarbij behorende maatvoering ingevoegd:
Functie van een gebouw | Goothoogte in m | Bouwhoogte in m |
max. | max. | |
Schuurkassen | 8,00 | 12,00 |
3.3 Afwijken van de bouwregels (lid 3.3)
3.4 Specifieke gebruiksregels (lid 3.4)
De tekst van sublid l. wordt vervangen door de volgende tekst:
l. het gebruik van bedrijfsgebouwen, anders dan gebouwen die zijn gebouwd na het verlenen van afwijking op grond van 3.3.1, tweede bedrijfswoningen en plattelandswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
Sublid m. wordt geschrapt.
m. het gebruik van na wijziging geplaatste chalets anders dan voor de huisvesting van werknemers die werkzaam zijn op het ter plaatse gevestigde agrarische bedrijf;
De oorspronkelijke subleden n. tot en met r. worden vernummerd maar m. tot en met q..
3.5 Afwijken van de gebruiksregels (lid 3.5)
Artikel 4 Agrarisch (Artikel 3 Bestemmingsplan Dorpskernen I)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch (Artikel 3 Bestemmingsplan Dorpskernen I)' zijn de regels van artikel 3 van het bestemmingsplan Dorpskernen I, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Agrarisch (Artikel 3Bestemmingsplan Dorpskernen I)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Dorpskernen I, vastgesteld op 29 september 2016.
4.1 Bestemmingsomschrijving (lid 3.1)
De tekst van sublid b. wordt vervangen door de volgende tekst:
b. de uitoefening van het agrarisch bedrijf met een grondgebonden agrarische bedrijfsvoering met inbegrip van bollenbroeierijen, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch - bedrijfskavel agrarisch grondgebonden bedrijf";
Na sublid t. wordt een nieuw sublid u. toegevoegd met de volgende tekst:
u. schuurkassen ten behoeve van bollenbroeierijen;
De oorspronkelijke subleden u. tot en met y. worden vernummerd maar v. tot en met z..
4.2 Bouwregels (lid 3.2)
4.3 Afwijken van de bouwregels (lid 3.4)
4.4 Specifieke gebruiksregels (lid 3.5)
De tekst van sublid i. wordt vervangen door de volgende tekst:
i. het gebruik van bedrijfsgebouwen, tweede bedrijfswoningen en plattelandswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
4.5 Afwijken van de gebruiksregels (lid 3.6)
Artikel 5 Agrarisch (Artikel 3 Bestemmingsplan Dorpskernen Ii Herziening 2014)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch (Artikel 3 Bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014)' zijn de regels van artikel 3 van het bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Agrarisch (Artikel 3Bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016.
5.1 Bestemmingsomschrijving (lid 3.1)
De tekst van sublid b. wordt vervangen door de volgende tekst:
b. de uitoefening van het agrarisch bedrijf met een grondgebonden agrarische bedrijfsvoering met inbegrip van bollenbroeierijen, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch - bedrijfskavel agrarisch grondgebonden bedrijf";
Na sublid n. wordt een nieuw sublid o. toegevoegd met de volgende tekst:
o. schuurkassen ten behoeve van bollenbroeierijen;
De oorspronkelijke subleden o. tot en met r. worden vernummerd maar p. tot en met s..
5.2 Bouwregels (lid 3.2)
5.3 Afwijken van de bouwregels (lid 3.4)
5.4 Specifieke gebruiksregels (lid 3.5)
De tekst van sublid i. wordt vervangen door de volgende tekst:
i. het gebruik van bedrijfsgebouwen, tweede bedrijfswoningen en plattelandswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
5.5 Afwijken van de gebruiksregels (lid 3.6)
Artikel 6 Agrarisch (Artikel 3 Bestemmingsplan Dorpskernen Iii)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch (Artikel 3 Bestemmingsplan Dorpskernen III)' zijn de regels van artikel 3 van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Agrarisch (Artikel 3Bestemmingsplan Dorpskernen III)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018.
6.1 Bestemmingsomschrijving (lid 3.1)
De tekst van sublid b. wordt vervangen door de volgende tekst:
b. de uitoefening van het agrarisch bedrijf met een grondgebonden agrarische bedrijfsvoering met inbegrip van bollenbroeierijen, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch - bedrijfskavel agrarisch grondgebonden bedrijf", alsmede in combinatie met en in ondergeschikte mate ruimte voor:
Na sublid u. wordt een nieuw sublid v. toegevoegd met de volgende tekst:
v. schuurkassen ten behoeve van bollenbroeierijen;
De oorspronkelijke subleden v. tot en met w. worden vernummerd maar w. tot en met x..
6.2 Bouwregels (lid 3.2)
6.3 Afwijken van de bouwregels (lid 3.4)
6.4 Specifieke gebruiksregels (lid 3.5)
De tekst van sublid j. wordt vervangen door de volgende tekst:
j. het gebruik van bedrijfsgebouwen, tweede bedrijfswoningen en plattelandswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
6.5 Afwijken van de gebruiksregels (lid 3.6)
Artikel 7 Agrarisch (Artikel 3 Bestemmingsplan Dorpskernen Iv)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch (Artikel 3 Bestemmingsplan Dorpskernen IV)' zijn de regels van artikel 3 van het bestemmingsplan Dorpskernen IV, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Agrarisch (Artikel 3Bestemmingsplan Dorpskernen IV)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Dorpskernen IV, vastgesteld op 29 september 2016.
7.1 Bestemmingsomschrijving (lid 3.1)
De tekst van sublid b. wordt vervangen door de volgende tekst:
b. de uitoefening van het agrarisch bedrijf met een grondgebonden agrarische bedrijfsvoering met inbegrip van bollenbroeierijen, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch - bedrijfskavel agrarisch grondgebonden bedrijf", al dan niet in combinatie met en in ondergeschikte mate ruimte voor:
Na sublid s. wordt een nieuw sublid t. toegevoegd met de volgende tekst:
t. schuurkassen ten behoeve van bollenbroeierijen;
De oorspronkelijke subleden s. tot en met w. worden vernummerd maar t. tot en met x..
7.2 Bouwregels (lid 3.2)
7.3 Afwijken van de bouwregels (lid 3.4)
7.4 Specifieke gebruiksregels (lid 3.5)
De tekst van sublid j. wordt vervangen door de volgende tekst:
j. het gebruik van bedrijfsgebouwen, tweede bedrijfswoningen en plattelandswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
7.5 Afwijken van de gebruiksregels (lid 3.6)
Artikel 8 Agrarisch - Glastuinbouw 1 (Artikel 4 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch - Glastuinbouw 1 (Artikel 4 Bestemmingsplan Buitengebied)' zijn de regels van artikel 4 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Agrarisch - Glastuinbouw 1 (Artikel 4Bestemmingsplan Buitengebied)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018.
8.1 Afwijken van de bouwregels (lid 4.3)
8.2 Specifieke gebruiksregels (lid 4.4)
De tekst van sublid d. wordt vervangen door de volgende tekst:
d. het gebruik van bedrijfsgebouwen, tweede bedrijfswoningen en plattelandswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
Sublid e. wordt geschrapt.
e. het gebruik van na wijziging geplaatste chalets anders dan voor de huisvesting van werknemers die werkzaam zijn op het ter plaatse gevestigde agrarische bedrijf.
8.3 Afwijken van de gebruiksregels (lid 4.5)
Artikel 9 Agrarisch - Glastuinbouw 2 (Artikel 4 Bestemmingsplan Dorpskernen I)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch - Glastuinbouw 2 (Artikel 4 Bestemmingsplan Dorpskernen I)' zijn de regels van artikel 4 van het bestemmingsplan Dorpskernen I, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Agrarisch - Glastuinbouw 2 (Artikel 4Bestemmingsplan Dorpskernen I)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Dorpskernen I, vastgesteld op 29 september 2016.
9.1 Afwijken van de bouwregels (lid 4.4)
9.2 Specifieke gebruiksregels (lid 4.5)
De tekst van sublid k. wordt vervangen door de volgende tekst:
k. het gebruik van bedrijfsgebouwen, tweede bedrijfswoningen en plattelandswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
9.3 Afwijken van de gebruiksregels (lid 4.6)
Artikel 10 Agrarisch - Glastuinbouw 2 (Artikel 4 Bestemmingsplan Dorpskernen Iii)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch - Glastuinbouw 2 (Artikel 4 Bestemmingsplan Dorpskernen III)' zijn de regels van artikel 4 van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Agrarisch - Glastuinbouw 2 (Artikel 4Bestemmingsplan Dorpskernen III)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018.
10.1 Afwijken van de bouwregels (lid 4.4)
10.2 Specifieke gebruiksregels (lid 4.5)
De tekst van sublid k. wordt vervangen door de volgende tekst:
k. het gebruik van bedrijfsgebouwen, tweede bedrijfswoningen en plattelandswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
10.3 Afwijken van de gebruiksregels (lid 4.6)
Artikel 11 Agrarisch - Glastuinbouw 2 (Artikel 4 Bestemmingsplan Dorpskernen Iv)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch - Glastuinbouw 2 (Artikel 4 Bestemmingsplan Dorpskernen IV)' zijn de regels van artikel 4 van het bestemmingsplan Dorpskernen IV, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Agrarisch - Glastuinbouw 2 (Artikel 4Bestemmingsplan Dorpskernen IV)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Dorpskernen IV, vastgesteld op 29 september 2016.
11.1 Afwijken van de bouwregels (lid 4.4)
11.2 Specifieke gebruiksregels (lid 4.5)
De tekst van sublid i. wordt vervangen door de volgende tekst:
i. het gebruik van bedrijfsgebouwen, tweede bedrijfswoningen en plattelandswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
11.3 Afwijken van de gebruiksregels (lid 4.6)
Artikel 12 Agrarisch - Glastuinbouw 2 (Artikel 5 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch - Glastuinbouw 2 (Artikel 5 Bestemmingsplan Buitengebied)' zijn de regels van artikel 5 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Agrarisch - Glastuinbouw 2 (Artikel 5Bestemmingsplan Buitengebied)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018.
12.1 Afwijken van de bouwregels (lid 5.3)
12.2 Specifieke gebruiksregels (lid 5.4)
De tekst van sublid f. wordt vervangen door de volgende tekst:
f. het gebruik van bedrijfsgebouwen, tweede bedrijfswoningen en plattelandswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
Sublid g. wordt geschrapt:
g. het gebruik van na wijziging geplaatste chalets anders dan voor de huisvesting van werknemers die werkzaam zijn op het ter plaatse gevestigde agrarische bedrijf;
Het oorspronkelijke sublid h. wordt vernummerd naar g..
12.3 Afwijken van de gebruiksregels (lid 5.5)
Artikel 13 Agrarisch - Veredelingsbedrijf (Artikel 5 Bestemmingsplan Dorpskernen Iii)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch - Veredelingsbedrijf (Artikel 5 Bestemmingsplan Dorpskernen III)' zijn de regels van artikel 5 van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Agrarisch - Veredelingsbedrijf(Artikel 5 Bestemmingsplan Dorpskernen III)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018.
13.1 Afwijken van de bouwregels (lid 5.4)
13.2 Specifieke gebruiksregels (lid 5.5)
De tekst van sublid f. wordt vervangen door de volgende tekst:
f. het gebruik van bedrijfsgebouwen, tweede bedrijfswoningen en plattelandswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
13.3 Afwijken van de gebruiksregels (lid 5.6)
Artikel 14 Agrarisch - Veredelingsbedrijf (Artikel 8 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch - Veredelingsbedrijf (Artikel 8 Bestemmingsplan Buitengebied)' zijn de regels van artikel 8 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Agrarisch - Veredelingsbedrijf(Artikel 8 Bestemmingsplan Buitengebied)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018.
14.1 Afwijken van de bouwregels (lid 8.3)
14.2 Specifieke gebruiksregels (lid 8.4)
De tekst van sublid f. wordt vervangen door de volgende tekst:
f. het gebruik van bedrijfsgebouwen, tweede bedrijfswoningen en plattelandswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
Het oorspronkelijke sublid g. wordt geschrapt:
g. het gebruik van na wijziging geplaatste chalets anders dan voor de huisvesting van werknemers die werkzaam zijn op het ter plaatse gevestigde agrarische bedrijf;
Het oorspronkelijke sublid h. wordt vernummerd naar g..
14.3 Afwijken van de gebruiksregels (lid 8.5)
Artikel 15 Bedrijf (Artikel 5 Bestemmingsplan Dorpskernen I)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Bedrijf (Artikel 5 Bestemmingsplan Dorpskernen I)' zijn de regels van artikel 5 van het bestemmingsplan Dorpskernen I, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Artikel 16 Bedrijf (Artikel 6 Bestemmingsplan Dorpskernen Iii)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Bedrijf (Artikel 6 Bestemmingsplan Dorpskernen III)' zijn de regels van artikel 6 van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
Artikel 17 Bedrijf - Distributiecentrum (Artikel 6 Bestemmingsplan Dorpskernen Iv)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Bedrijf - Distributiecentrum (Artikel 6 bestemmingsplan Dorpskernen IV)' zijn de regels van artikel 6 van het bestemmingsplan Dorpskernen IV, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Bedrijf - Distributiecentrum (Artikel6 bestemmingsplan Dorpskernen IV)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Dorpskernen IV, vastgesteld op 29 september 2016.
17.1 Specifieke gebruiksregels (lid 6.3)
Na het eerste sublid wordt een nieuw sublid b. toegevoegd met de volgende tekst:
b. het gebruik van bedrijfsgebouwen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers.
17.2 Afwijken van de gebruiksregels (lid 6.4 nieuw)
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 17.1 onder b. in die zin dat bedrijfsgebouwen al dan niet in combinatie met interne bouwactiviteiten worden gebruikt voor de huisvesting van buitenlandse werknemers, mits:
- 1. per bedrijfskavel ten hoogste 50 huisvestingsplekken voor buitenlandse werknemers zijn toegestaan;
- 2. de huisvesting uitsluitend wordt aangewend voor de huisvesting van buitenlandse werknemers die werkzaam zijn op het ter plaatse gevestigde bedrijf, waarbij de huisvesting een nevenactiviteit van het betreffende bedrijf is;
- 3. minimaal 40% van de huisvestingsplekken wordt ingericht als eenpersoons slaapkamers;
- 4. er geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende (agrarische) bedrijven, in die zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;
- 5. de huisvesting plaatsvindt op een afstand van ten minste 50 m ten opzichte van nabijgelegen (bedrijfs)woningen;
- 6. bij beëindiging van het bedrijf de huisvesting van de buitenlandse werknemers wordt beëindigd;
- 7. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
Artikel 18 Bedrijventerrein (Artikel 4 Bestemmingsplan Bedrijventerreinen)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Bedrijventerrein (Artikel 4 Bestemmingsplan Bedrijventerreinen)' zijn de regels van artikel 4 van het bestemmingsplan Bedrijventerreinen, vastgesteld op 4 juli 2013 van toepassing.
Artikel 19 Bedrijventerrein (Artikel 9 Bestemmingsplan Dorpskernen Iii)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Bedrijventerrein (Artikel 9 Bestemmingsplan Dorpskernen III)' zijn de regels van artikel 9 van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Bedrijventerrein (Artikel 9Bestemmingsplan Dorpskernen III)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018.
19.1 Specifieke gebruiksregels (lid 9.5)
Na sublid g. wordt een nieuw sublid h. toegevoegd met de volgende tekst:
h. het gebruik van bedrijfsgebouwen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers.
Artikel 20 Gemengd - 1 (Artikel 14 Bestemmingsplan Dorpskernen Iii)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Gemengd - 1 (Artikel 14 Bestemmingsplan Dorpskernen III)' zijn de regels van artikel 14 van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
Artikel 21 Leiding - Hoogspanningsverbinding (Artikel 42 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Leiding - Hoogspanningsverbinding (Artikel 42 BestemmingsplanBuitengebied)' zijn de regels van artikel 3 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
Artikel 22 Maatschappelijk (Artikel 14 Bestemmingsplan Dorpskernen I)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Maatschappelijk (Artikel 14 Bestemmingsplan Dorpskernen I)' zijn de regels van artikel 14 van het bestemmingsplan Dorpskernen I, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Artikel 23 Maatschappelijk (Artikel 8 Bestemmingsplan Dorpskernen Ii Herziening 2014)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Maatschappelijk (Artikel 8 Bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014)' zijn de regels van artikel 8 van het bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Maatschappelijk (Artikel 8Bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014)' bestemde percelen van toepassing, dan wel uitsluitend voor het perceel waarop de aanduiding betrekking heeft, in het bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016.
23.1 Bestemmingsomschrijving (lid 8.1)
Na sublid a.2 wordt een nieuw sublid 3 toegevoegd met de volgende tekst:
3. logiesverstrekking ten behoeve van recreatief verblijf, ter plaatse van de aanduiding 'bed & breakfast';
23.2 Specifieke gebruiksregels (lid 8.5)
De tekst van sublid d. wordt vervangen door de volgende tekst:
d. het gebruik van de gronden en bouwwerken voor verblijfsrecreatieve doeleinden, anders dan ter plaatse van de aanduiding 'bed & breakfast' dan wel waarvoor in het verleden planologische medewerking is verleend;
Na sublid d. wordt een nieuw sublid e. toegevoegd met de volgende tekst:
e. het gebruik van de gronden en bouwwerken voor verblijfsrecreatieve doeleinden, anders dan ter plaatse van de aanduiding 'bed & breakfast' met een omvang van meer dan 35 m²;
Het oorspronkelijke sublid e. wordt vernummerd naar f..
Artikel 24 Recreatie - Recreatiewoningenterrein (Artikel 28 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Recreatie - Recreatiewoningenterrein (Artikel 28 BestemmingsplanBuitengebied)' zijn de regels van artikel 3 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
Artikel 25 Recreatie - Verblijfsrecreatie (Artikel 29 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Recreatie - Verblijfsrecreatie (Artikel 29 Bestemmingsplan Buitengebied)' zijn de regels van artikel 29 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
Artikel 26 Sport - Manege (Artikel 22 Bestemmingsplan Dorpskernen Iv)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Sport - Manege (Artikel 22 Bestemmingsplan Dorpskernen IV)' zijn de regels van artikel 22 van het bestemmingsplan Dorpskernen IV, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Artikel 27 Water - Waterstaat
27.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Water - Waterstaat' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. werken ten behoeve van de primaire waterkering;
- b. het behoud van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden van de dijken;
- c. het agrarisch en recreatief medegebruik;
- d. wegen en paden;
met daaraan ondergeschikt:
- e. kleinschalige duurzame energiewinning;
met de daarbijbehorende:
- f. water;
- g. cultuurgrond;
- h. andere bouwwerken, waaronder dammen en/of duikers.
27.2 Bouwregels
27.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 28 Wonen - Woondoeleinden (Artikel 3 Bestemmingsplan Medemblik - Binnenstad)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Wonen - Woondoeleinden (Artikel 3 bestemmingsplan Medemblik -Binnenstad)' zijn de regels van artikel 3 van het bestemmingsplan Medemblik - Binnenstad, vastgesteld op 8 december 2008 van toepassing.
Artikel 29 Waarde - Ruimtelijk, Cultuurhistorisch En Archeologisch Waardevol Gebied (Artikel 26 Bestemmingsplan Medemblik Binnenstad)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Ruimtelijk, cultuurhistorisch en archeologisch waardevol gebied(Artikel 26 bestemmingsplan Medemblik Binnenstad)' zijn de regels van artikel 26 van het bestemmingsplan Medemblik - Binnenstad, vastgesteld op 8 december 2008 van toepassing.
Artikel 30 Waarde - Archeologie 1
30.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- het behoud van de aldaar in of op de grond aanwezige archeologische waarden.
30.2 Bouwregels
30.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 31 Waarde - Archeologie 1 (Artikel 20 Bestemmingsplan Dorpskernen Ii Herziening 2014)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 1 (Artikel 20 Bestemmingsplan Dorpskernen IIHerziening 2014)' zijn de regels van artikel 20 van het bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Artikel 32 Waarde - Archeologie 1 (Artikel 27 Bestemmingsplan Dorpskern I)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 1 (Artikel 27 Bestemmingsplan Dorpskern I)' zijn de regels van artikel 27 van het bestemmingsplan Dorpskernen I, vastgesteld op 29 spetember 2016 van toepassing.
Artikel 33 Waarde - Archeologie 2 (Artikel 21 Bestemmingsplan Dorpskernen Ii Herziening 2014)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 2 (Artikel 21 Bestemmingsplan Dorpskernen IIHerziening 2014)' zijn de regels van artikel 21 van het bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Artikel 34 Waarde - Archeologie 2 (Artikel 28 Bestemmingsplan Dorpskern I)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 2 (Artikel 28 Bestemmingsplan Dorpskern I)' zijn de regels van artikel 28 van het bestemmingsplan Dorpskernen I, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Artikel 35 Waarde - Archeologie 2 (Artikel 38 Bestemmingsplan Dorpskernen Iv)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 2 (Artikel 38 Bestemmingsplan Dorpskernen IV)' zijn de regels van artikel 38 van het bestemmingsplan Dorpskernen IV, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Artikel 36 Waarde - Archeologie 2 (Artikel 40 Bestemmingsplan Dorpskernen Iii)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 2 (Artikel 40 Bestemmingsplan Dorpskernen III)' zijn de regels van artikel 40 van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
Artikel 37 Waarde - Archeologie 2 (Artikel 47 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 2 (Artikel 47 Bestemmingsplan Buitengebied)' zijn de regels van artikel 47 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
Artikel 38 Waarde - Archeologie 3 (Artikel 15 Bestemmingsplan Bedrijventerreinen)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 3 (Artikel 15 Bestemmingsplan Bedrijventerreinen)' zijn de regels van artikel 15 van het bestemmingsplan Bedrijventerreinen, vastgesteld op 4 juli 2013 van toepassing.
Artikel 39 Waarde - Archeologie 3 (Artikel 22 Bestemmingsplan Dorpskernen Ii Herziening 2014)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 3 (Artikel 22 Bestemmingsplan Dorpskernen IIHerziening 2014)' zijn de regels van artikel 22 van het bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Artikel 40 Waarde - Archeologie 3 (Artikel 29 Bestemmingsplan Dorpskernen I)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 3 (Artikel 29 Bestemmingsplan Dorpskernen I)' zijn de regels van artikel 29 van het bestemmingsplan Dorpskernen I, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Artikel 41 Waarde - Archeologie 3 (Artikel 39 Bestemmingsplan Dorpskernen Iv)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 3 (Artikel 39 Bestemmingsplan Dorpskernen IV)' zijn de regels van artikel 39 van het bestemmingsplan Dorpskernen IV, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Artikel 42 Waarde - Archeologie 3 (Artikel 41 Bestemmingsplan Dorpskernen Iii)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 3 (Artikel 41 Bestemmingsplan Dorpskernen III)' zijn de regels van artikel 41 van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
Artikel 43 Waarde - Archeologie 3 (Artikel 48 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 3 (Artikel 48 Bestemmingsplan Buitengebied)' zijn de regels van artikel 48 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
Artikel 44 Waarde - Archeologie 3 (Artikel 5 Bestemmingsplan Benningbroek - Ganker 4b)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 3 (Artikel 5 Bestemmingsplan Benningbroek - Ganker4b)' zijn de regels van artikel 5 van het bestemmingsplan Benningbroek - Ganker 4b, vastgesteld op 16 december 2021 van toepassing.
Artikel 45 Waarde - Archeologie 4 (Artikel 23 Bestemmingsplan Dorpskernen Ii Herziening 2014)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 4 (Artikel 23 Bestemmingsplan Dorpskernen IIHerziening 2014)' zijn de regels van artikel 23 van het bestemmingsplan Dorpskernen IIHerziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Artikel 46 Waarde - Archeologie 4 (Artikel 30 Bestemmingsplan Dorpskernen I)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 4 (Artikel 30 Bestemmingsplan Dorpskernen I)' zijn de regels van artikel 30 van het bestemmingsplan Dorpskernen I, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Artikel 47 Waarde - Archeologie 4 (Artikel 33 Bestemmingsplan Medemblik Woongebieden)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Archeologie 4 (Artikel 33 Bestemmingsplan MedemblikWoongebieden)' zijn de regels van artikel 33 van het bestemmingsplan Medemblik Woongebieden, vastgesteld op 4 juli 2013 van toepassing.
Artikel 48 Waarde - Beschermd Dorpsgezicht (Artikel 24 Bestemmingsplan Dorpskernen Ii Herziening 2014)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht (Artikel 24 Bestemmingsplan DorpskernenII Herziening 2014)' zijn de regels van artikel 24 van het bestemmingsplan Dorpskernen II herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht(Artikel 24 Bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014)' bestemde percelen van toepassing, dan wel uitsluitend voor het perceel waarop de aanduiding betrekking heeft, in het bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016.
48.1 Bestemmingsomschrijving (lid 24.1)
De voor 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor het behoud, herstel en de bescherming van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden, de schoonheid en het karakter van het beschermde dorpsgezicht.
48.2 Bouwregels (lid 24.2)
48.3 Nadere eisen (lid 24.3)
Burgemeester en wethouders kunnen, ten behoeve van de instandhouding van de bebouwingsstructuur, het behoud van de beeldbepalende gevelwanden, het behoud van de herkenbaarheid van de afzonderlijke panden, de instandhouding van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het gebied, zoals de karakteristieke doorzichten naar het achterland, nadere eisen stellen aan de plaats, afmetingen en de vormgeving van bebouwing bij het verlenen van een vergunning voor het bouwen als bedoeld in lid 24.2 dan wel het afwijken van de bouwregels op grond van lid 24.4.
48.4 Afwijken van de bouwregels (lid 24.4)
48.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden (lid 24.5)
48.6 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk (lid 24.6)
Artikel 49 Waarde - Meerwal En Restveengebied (Artikel 53 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Waarde - Meerwal en restveengebied (Artikel 53 BestemmingsplanBuitengebied)' zijn de regels van artikel 57 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
Artikel 50 Wonen (Artikel 16 Bestemmingsplan Dorpskernen Ii Herziening 2014)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Wonen (Artikel 16 Bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014)' zijn de regels van artikel 16 van het bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Wonen (Artikel 16 BestemmingsplanDorpskernen II Herziening 2014)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016.
50.1 Afwijken van de gebruiksregels (lid 16.6)
Artikel 51 Wonen (Artikel 23 Bestemmingsplan Dorpskern I)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Wonen (Artikel 23 Bestemmingsplan Dorpskern I)' zijn de regels van artikel 23 van het bestemmingsplan Dorpskernen I, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Wonen (Artikel 23 BestemmingsplanDorpskern I)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018.
51.1 Afwijken van de gebruiksregels (lid 23.6)
Artikel 52 Wonen (Artikel 28 Bestemmingsplan Dorpskernen Iv)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Wonen (Artikel 28 Bestemmingsplan Dorpskernen IV)' zijn de regels van artikel 28 van het bestemmingsplan Dorpskernen IV, vastgesteld op 29 september 2016 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Wonen (Artikel 28 BestemmingsplanDorpskernen IV)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Dorpskernen IV , vastgesteld op 29 september 2016.
52.1 Afwijken van de gebruiksregels (lid 28.6)
Artikel 53 Wonen (Artikel 32 Bestemmingsplan Dorpskernen Iii)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Wonen (Artikel 32 Bestemmingsplan Dorpskernen III)' zijn de regels van artikel 32 van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Wonen (Artikel 32 BestemmingsplanDorpskernen III)' bestemde percelen van toepassing, dan wel uitsluitend voor het perceel waarop de aanduiding betrekking heeft, in het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018.
53.1 Specifieke gebruiksregels (lid 32.5)
De tekst van sublid d.1 wordt vervangen door de volgende tekst:
1. de omvang van de activiteit meer dan 30% van de gezamenlijke vloeroppervlakte van de bebouwing (woonhuis en bijbehorende bouwwerken) met een maximum van 50 m² bedraagt, tenzij ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - kleinschalige beroeps- en bedrijfsmatige activiteit' in welk geval de gezamenlijke vloeroppervlakte maximaal 80 m² bedraagt;
53.2 Afwijken van de gebruiksregels (lid 32.6)
Artikel 54 Wonen (Artikel 39 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Wonen (Artikel 39 Bestemmingsplan Buitengebied)' zijn de regels van artikel 39 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
Onderstaande wijziging van de regels is voor alle voor 'Wonen (Artikel 39 BestemmingsplanBuitengebied)' bestemde percelen van toepassing in het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018.
54.1 Afwijken van de gebruiksregels (lid 39.5)
Artikel 55 Wonen (Artikel 4 Bestemmingsplan Benningbroek - Ganker 4b)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Wonen (Artikel 4 Bestemmingsplan Benningbroek - Ganker 4b)' zijn de regels van artikel 4 van het bestemmingsplan Benningbroek - Ganker 4b, vastgesteld op 16 december 2021 van toepassing.
Artikel 56 Wonen - 2 (Artikel 19 Bestemmingsplan Medemblik Woongebieden)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Wonen - 2 (Artikel 19 Bestemmingsplan Medemblik Woongebieden)' zijn de regels van artikel 19 van het bestemmingsplan Medemblik Woongebieden, vastgesteld op 4 juli 2013 van toepassing.
Artikel 57 Leiding - Hoogspanning (Artikel 37 Bestemmingsplan Dorpskernen Iii)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Leiding - Hoogspanning (Artikel 37 Bestemmingsplan Dorpskernen III)' zijn de regels van artikel 37 van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
Artikel 58 Leiding - Riool (Artikel 43 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Leiding - Riool (Artikel 43 Bestemmingsplan Buitengebied)' zijn de regels van artikel 43 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 59 Anti-dubbeltelregel
Grond welke eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Een eenmaal als bedrijfswoning gerealiseerd bouwwerk blijft bij de toepassing van deze regels aangemerkt als bedrijfswoning.
Artikel 60 Algemene Gebruiksregels
60.1 Strijdig gebruik (Artikel 33.1 Bestemmingsplan Dorpskern I)
Aan de Algemene gebruiksregels van het bestemmingsplan Dorpskern I, vastgesteld op 29 september 2016 worden de volgende regels toegevoegd.
De tekst van sublid g. wordt vervangen door de volgende tekst:
g. het gebruik van leegstaande gebouwen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
60.2 Strijdig gebruik (Artikel 27.1 Bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014)
Aan de Algemene gebruiksregels van het bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016 worden de volgende regels toegevoegd.
De tekst van sublid g. wordt vervangen door de volgende tekst:
g. het gebruik van leegstaande gebouwen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
60.3 Strijdig gebruik (Artikel 46.1 Bestemmingsplan Dorpskernen III)
Aan de Algemene gebruiksregels van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 worden de volgende regels toegevoegd.
De tekst van sublid g. wordt vervangen door de volgende tekst:
g. het gebruik van leegstaande gebouwen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
60.4 Strijdig gebruik (Artikel 42.1 Bestemmingsplan Dorpskernen IV)
Aan de Algemene gebruiksregels van het bestemmingsplan Dorpskernen IV, vastgesteld op 29 september 2016 worden de volgende regels toegevoegd.
De tekst van sublid g. wordt vervangen door de volgende tekst:
g. het gebruik van leegstaande gebouwen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
Artikel 61 Algemene Gebruiksregels (Artikel 33 Bestemmingsplan Dorpskern I)
Aan de Algemene afwijkingsregels van het bestemmingsplan Dorpskern I, vastgesteld op 29 september 2016 worden de volgende regels toegevoegd.
61.1 Afwijken van de gebruiksregels (lid 33.2)
Artikel 62 Algemene Gebruiksregels (Artikel 27 Bestemmingsplan Dorpskernen Ii Herziening 2014)
Aan de Algemene afwijkingsregels van het bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014, vastgesteld op 29 september 2016 worden de volgende regels toegevoegd.
62.1 Afwijken van de gebruiksregels (lid 27.2)
Artikel 63 Algemene Gebruiksregels (Artikel 46 Bestemmingsplan Dorpskernen Iii)
Aan de Algemene afwijkingsregels van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 worden de volgende regels toegevoegd.
63.1 Afwijken van de gebruiksregels (lid 46.2)
Artikel 64 Algemene Gebruiksregels (Artikel 42 Bestemmingsplan Dorpskernen Iv)
Aan de Algemene afwijkingsregels van het bestemmingsplan Dorpskernen IV, vastgesteld op 29 september 2016 worden de volgende regels toegevoegd.
64.1 Afwijken van de gebruiksregels (lid 42.2)
Artikel 65 Algemene Gebruiksregels (Artikel 36 Bestemmingsplan Medemblik Woongebieden)
Aan de Algemene afwijkingsregels van het bestemmingsplan Medemblik - Woongebieden, vastgesteld op 4 juli 2013 worden de volgende regels toegevoegd.
Voor de aanhef wordt het volgende kopje toegevoegd:
65.1 Strijdig gebruik (lid 36.1)
Na de tekst van het aangepaste lid 36.1 wordt een nieuw lid 36.2 toegevoegd met de volgende tekst:
65.2 Afwijken van de gebruiksregels (lid 36.2)
Het bepaalde ten aanzien van het gebruik van gronden en bouwwerken al dan niet in combinatie met interne bouwactiviteiten worden gebruikt voor de huisvesting van meer dan 60 buitenlandse werknemers, mits:
- 1. per kern ten hoogste 300 huisvestingsplekken op een huisvestingslocatie voor buitenlandse werknemers zijn toegestaan, verspreidt over ten hoogste twee huisvestingslocaties;
- 2. minimaal 40% van de huisvestingsplekken wordt ingericht als eenpersoons slaapkamers;
- 3. het aantal te huisvesten buitenlandse werknemers wordt afgestemd op de omvang en ligging van de bebouwing, de bereikbaarheid van de locatie, en de ligging ten opzichte van de voorzieningen;
- 4. de huisvesting plaatsvindt op een afstand van ten minste 50 m ten opzichte van nabijgelegen woningen;
- 5. er geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende (agrarische) bedrijven, in die zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;
- 6. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
Artikel 66 Algemene Gebruiksregels (Artikel 34 Bestemmingsplan - Medemblik Binnenstad)
Aan de Algemene afwijkingsregels van het bestemmingsplan Medemblik - Binnenstad, vastgesteld op 8 december 2008 worden de volgende regels toegevoegd.
Voor de aanhef wordt het volgende kopje toegevoegd:
66.1 Strijdig gebruik (lid A)
Na de tekst van het aangepaste lid A wordt een nieuw lid B toegevoegd met de volgende tekst:
66.2 Afwijken van de gebruksregels (lid B)
Het bepaalde ten aanzien van het gebruik van gronden en bouwwerken al dan niet in combinatie met interne bouwactiviteiten worden gebruikt voor de huisvesting van meer dan 60 buitenlandse werknemers, mits:
- a. per kern ten hoogste 300 huisvestingsplekken op een huisvestingslocatie voor buitenlandse werknemers zijn toegestaan, verspreidt over ten hoogste twee huisvestingslocaties;
- b. minimaal 40% van de huisvestingsplekken wordt ingericht als eenpersoons slaapkamers;
- c. het aantal te huisvesten buitenlandse werknemers wordt afgestemd op de omvang en ligging van de bebouwing, de bereikbaarheid van de locatie, en de ligging ten opzichte van de voorzieningen;
- d. de huisvesting plaatsvindt op een afstand van ten minste 50 m ten opzichte van nabijgelegen woningen;
- e. er geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende (agrarische) bedrijven, in die zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;
- f. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
Artikel 67 Algemene Aanduidingsregels
67.1 vrijwaringszone - dijk (Artikel 57.9 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een aanduidingsvlak met de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone - dijk (Artikel 57.9 Bestemmingsplan Buitengebied)' zijn de regels van artikel 57.9 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
67.2 veiligheidszone - nutsvoorziening (Artikel 57.8 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een aanduidingsvlak met de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - nutsvoorziening (Artikel 57.8 BestemmingsplanBuitengebied)' zijn de regels van artikel 57.8 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
67.3 vrijwaringszone - molenbiotoop (Artikel 57.11 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een aanduidingsvlak met de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop (Artikel 57.11 BestemmingsplanBuitengebied)' zijn de regels van artikel 57.11 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
67.4 vrijwaringszone - recht van afpaling (Artikel 57.12 Bestemmingsplan Buitengebied)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een aanduidingsvlak met de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone - recht van afpaling (Artikel 57.12 BestemmingsplanBuitengebied)' zijn de regels van artikel 57.12 van het bestemmingsplan Buitengebied, vastgesteld op 22 februari 2018 van toepassing.
67.5 vrijwaringszone - dijk (Artikel 47.4 Bestemmingsplan Dorpskernen III)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een aanduidingsvlak met de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone - dijk (Artikel 47.4 Bestemmingsplan Dorpskernen III)' zijn de regels van artikel 47.4 van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
67.6 vrijwaringszone - molenbiotoop (Artikel 47.5 Bestemmingsplan Dorpskernen III)
Voor zover gronden binnen dit veegplan zijn voorzien van een aanduidingsvlak met de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop (Artikel 47.5 BestemmingsplanDorpskernen III)' zijn de regels van artikel 47.5 van het bestemmingsplan Dorpskernen III, vastgesteld op 26 april 2018 van toepassing.
67.7 vrijwaringszone - dijk
Artikel 68 Overige Regels
68.1 Voldoende parkeergelegenheid
- a. Een nieuw bouwwerk, verandering van een bouwwerk, verandering van gebruik van een bouwwerk of van gronden – al dan niet gecombineerd - , waarvan een behoefte aan parkeergelegenheid wordt verwacht, is niet toegestaan wanneer op het bouwperceel of in de omgeving daarvan niet in voldoende parkeergelegenheid is voorzien en in stand wordt gehouden;
- b. Bij een omgevingsvergunning dan wel bij de beoordeling of het gebruik in overeenstemming is met het bestemmingsplan wordt aan de hand van de op dat moment van toepassing zijnde beleidsregels (die zijn neergelegd in de Nota Parkeernormen van 6 maart 2014, dan wel een opvolger daarvan) bepaald of er sprake is van voldoende parkeergelegenheid;
- c. Bij een omgevingsvergunning kan hiervan worden afgeweken en worden toegestaan dat in minder dan voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, mits dit geen onevenredige afbreuk doet aan de parkeersituatie.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 69 Overgangsrecht
69.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met ten hoogste 10%.
- c. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
69.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet, behoudens voor zover uit de Richtlijn 79/409/EEG en 92/43/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand onderscheidenlijk van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna beperkingen voortvloeien ten aanzien van ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaand gebruik.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 70 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het Bestemmingsplan Veegplan gemeente Medemblik van de gemeente Medemblik.
Behorende bij het besluit van 30 november 2023.
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
Dit veegbestemmingsplan (hierna: veegplan) heeft betrekking op het gehele grondgebied van de gemeente Medemblik en heeft verschillende doelen. Een eerste doel is het herstellen van de in de geldende bestemmingsplannen aanwezige ommissies. Daarnaast worden de vastgestelde 'beleidsregels huisvesting buitenlandse werknemers gemeente Medemblik' en het 'Beleid verruiming bijgebouwen in beschermd dorpsgezicht Twisk' verwerkt in de geldende bestemmingsplannen. Tot slot heeft Rechtbank Noord-Holland Noord uitspraak gedaan over een bollenbroeierij. De gevolgen van deze uitspraak hebben consequenties voor de juridische regeling van de bestemming 'Agrarisch'.
Met het nieuwe veegplan ontstaat een nieuw actueel en correct bestemmingsplan dat de functies een kader geeft waaraan (toekomstige) aanvragen omgevingsvergunning kunnen worden getoetst. Het veegplan sluit aan bij de actuele juridische en planologische situatie en voldoet aan de vormvereisten van de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2012 (SVBP 2012). Daarnaast is het bestemmingsplan gebruiksvriendelijker voor de burger.
Tevens dient het vaststellen van het veegplan als voorbereiding op de inwerkingtreding van de Omgevingswet. Het voorliggende veegplan maakt -na inwerkingtreding van de Omgevingswet- onderdeel uit van het gemeentelijk Omgevingsplan van rechtswege. Voor een goede overgang is het noodzakelijk dat de basis op orde is: een eenduidige en actuele regeling voor het grondgebied van de gemeente Medemblik.
1.2 Plangebied
Het plangebied waarop dit veegplan van toepassing is betreft het grondgebied van de gemeente Medemblik. Het plangebied is weergegeven in onderstaande figuur.
Figuur 1.1: Plangebied veegplan gemeente Medemblik.
Dit bestemmingsplan voorziet, naast een algemene regeling die op gehele grondgebied van toepassing is, specifiek voor een aantal locaties in een plaatsgebonden regeling. In paragraaf 2.2 wordt hier op ingegaan. In bijlage 1 is een overzicht gegeven van de betreffende aanpassingen.
1.3 Geldende Bestemmingsplannen
Het plangebied betreft het grondgebied van de gemeente Medemblik. Hiervoor gelden verschillende bestemmingsplannen. In onderstaand overzicht is aangegeven op welke bestemmingsplannen dit veegplan van toepassing is.
Naam bestemmingsplan | identificatienummer | vastgesteld |
Buitengebied | NL.IMRO.0420.14410105-VA01 | 22-02-2018 |
Dorpskern I | NL.IMRO.0420.BPHDorpskernenI-VA01 | 29-09-2016 |
Dorpskernen II Herziening 2014 | NL.IMRO.0420.BPHDorpskernenII-VA01 | 29-06-2016 |
Dorpskernen III | NL.IMRO.0420.BPHDorpskernenIII-VA02 | 26-04-2018 |
Dorpskernen IV | NL.IMRO.0420.BPHDorpskernenIV-VA01 | 29-09-2016 |
Bedrijventerreinen | NL.IMRO.0420.BPKBEDRIJVEN-VA01 | 04-07-2013 |
Medemblik Woongebieden | NL.IMRO.0420.BPKMEDWOONGEBIEDEN-VA01 | 04-07-2013 |
Medemblik - Binnenstad | NL.IMRO.04200000MEDBINNENSTAD- | 08-12-2008 |
Benningbroek - Ganker 4b | NL.IMRO.0420.BPBENGanker4b-VA01 | 16-12-2021 |
Tevens is het veegplan ook van toepassing op geldende wijzigingsplannen en herzieningen die deel uitmaken van bovengenoemde bestemmingsplannen.
Met dit veegplan worden regelingen in de genoemde bestemmingsplannen in de regels en/of op de verbeelding geheel of gedeeltelijk herzien.
1.4 Systematiek Veegplan
Opzet veegplan
De geldende bestemmingsplannen vormen de basis voor het veegplan. De aanpassingen worden toegevoegd aan de regels en verwerkt op de verbeelding. Alleen de aanpassingen worden in het veegplan meegenomen. De geldende bestemmingsplannen blijven van toepassing op de gronden die niet gewijzigd worden.
Het veegplan gaat vergezeld van een beknopte toelichting. Hierbij wordt de nadruk gelegd op de motivatie van de juridische regeling en de aanpassingen in de regels en op de verbeelding. In de toelichting wordt per onderdeel op hoofdlijnen in gegaan op de aanpassingen die in het veegplan zijn opgenomen. Daarmee is helder in beeld op welke onderdelen het veegplan specifiek betrekking heeft.
Na raadsvaststelling van het veegplan en de publicatie op www.ruimtelijkeplannen.nl beschikt de gemeente Medemblik over een actueel plan voor het gemeentelijk grondgebied dat een goede basis vormt voor het toekomstige 'tijdelijke' omgevingsplan en kan worden doorgezet naar het digitaal stelsel Omgevingswet (DSO).
1.5 Beleid En Sectorale Onderzoeken
In een bestemmingsplan dient aangetoond te worden dat er sprake is van een 'goede ruimtelijke ordening'. Onderdeel hiervan is dat het plan niet in strijd is met een aantal milieuaspecten, zoals bodem en water. Voorliggend bestemmingsplan betreft een veegbestemmingsplan. Dit betekent dat de vastgestelde bestemmingsplannen slechts op enkele aspecten wordt aangepast.
Omdat het plan niet voorziet in het toestaan van nieuwe ontwikkelingen en de huidige bestaande functies in het gebied zijn getoetst aan de milieuaspecten, hetzij in de bestemmingsplannen hetzij in een besluit/vergunning, is opnieuw toetsen aan de milieuaspecten niet noodzakelijk. Ook het opstellen van een m.e.r.-beoordelingsnotitie is niet aan de orde. Voor toetsing aan de milieuaspecten wordt verwezen naar de toelichting van geldende bestemmingsplannen gemeente Medemblik.
1.6 Leeswijzer
In deze toelichting worden, na dit inleidende hoofdstuk, in hoofdstuk 2 de aanpassingen beschreven, waarbij de inhoud en juridische vertaling per locatie uiteen wordt gezet. Hoofdstuk 3 bevat het beleidskader en in hoofdstuk 4 worden de milieu- en omgevingsaspecten bij het plan toegelicht. In hoofdstuk 5 wordt de juridische systematiek van het plan uitgelegd en tot slot is in hoofdstuk 6 de uitvoerbaarheid van het plan uitgewerkt.
Hoofdstuk 2 Beschrijving Aanpassingen Planonderdelen
2.1 Inleiding
Ter voorbereiding op de inwerkingtreding van de Omgevingswet wil de gemeente Medemblik de geldende bestemmingsplannen binnen het gemeentelijke grondgebied op onderdelen herzien. Het veegplan bevat geen nieuwe ontwikkelingen waarvoor het opstellen van een planmer noodzakelijk is. Het veegplan levert een bijdrage aan het zo goed mogelijk up to date zijn van het 'tijdelijke' Omgevingsplan.
Het veegplan bestaat uit de volgende onderdelen, te weten:
- geconstateerde omissies na inwerkingtreding van de bestemmingsplannen en situaties waarvoor een omgevingsvergunning is verleend en onherroepelijk is geworden;
- verwerken beleidsregels huisvesting buitenlandse werknemers gemeente Medemblik;
- verwerken beleid verruiming bijgebouwen in beschermd dorpsgezicht Twisk;
- aangepaste regeling voor bollenbroeierijen;
- verschuiving bouwvlak woning Ganker 4b te Benningbroek.
2.2 Geconstateerde Omissies Na Inwerkingtreding Van De Bestemmingsplannen En Situaties Waarvoor Een Omgevingsvergunning Is Verleend;
Na vaststelling van de bestemmingsplannen heeft de gemeente Medemblik in de planregels en op de verbeelding omissies geconstateerd die de gemeente in het veegplan wil gaan herstellen. Het gaat hierbij om aanpassingen op de verbeelding (toevoegen en/of verwijderen van een bestemming of een aanduiding) en ondergeschikte aanpassingen in de regels.
Op de volgende locaties zijn wijzigingen doorgevoerd:
Adres |
Midwouder Dorpsstraat 16, Midwoud (kerk) |
Midwouder Dorpsstraat 16A, Midwoud (toren) |
Dorpsweg 121, Twisk (Kerk) |
Zwaagdijk 160 - 162, Zwaagdijk-Oost |
Zwaagdijk 58, Zwaagdijk-Oost |
Dorpsstraat 204a, Wervershoof |
Almereweg 40, Medemblik |
Hornpad 8, Andijk |
Dorpsweg 159 en 159a, Twisk |
Zwaagdijk 406, Zwaagdijk-West |
Tripkouw 40-42, Midwoud |
Nieuwstraat 24-30, Wervershoof |
Onderdijk 213, Wervershoof |
Nieuweweg 45, Opperdoes |
Nieuweweg 7, Opperdoes |
Kleingouw 179A en 180A, Andijk |
Zwaagdijk 360, Zwaagdijk-West |
Dorpsstraat 5, Abbekerk |
Zwaagdijk 310, Zwaagdijk-Oost |
Nes 142 Wervershoof |
Raiffeisenlaan 2/Dorpsstraat 9 Wervershoof |
Tuinstraat 27a Benningbroek |
Kanaalstaat 58c - 58e Medemblik |
Hoek Vlietsingel en IJsselmeerdijk Medemblik |
Dijkgraafstraat - Koggenlaan Medemblik |
Oosterstraat 82 Benningbroek |
Camping Rovers, Zuideinde 65 te Abbekerk |
Nieuwe Dijk 15 Andijk |
Het Eiland 47-65, Wervershoof |
Kleingouw 1 Andijk |
Molenweg 4 Wervershoof |
Dorpsweg 141 Twisk |
Tuinstraat 33 Hauwert |
Onderdijk 175 Wervershoof |
Heemraad Witweg 3 Oostwoud |
Zwaagdijk 265, Zwaagdijk-Oost |
In bijlage 1 zijn de doorgevoerde omissies/verleende omgevingsvergunningen opgesomd.
2.3 Verwerken Beleidsregels Huisvesting Buitenlandse Werknemers Gemeente Medemblik
In 2019 is gemeente Medemblik gestart met het evalueren van het gemeentelijk beleid rondom de huisvesting van buitenlandse werknemers. Deze evaluatie heeft bouwstenen opgeleverd voor het nieuwe gemeentelijk beleid. Met het nieuwe beleid en het intrekken van de verschillende oude beleidsregels ontstaat één helder beleidskader op basis waarvan de gemeente initiatieven tot huisvesting werknemers kan toetsen.
Na evaluatie van het geldende beleid is de gemeente overgegaan tot herziening van het beleid. Het beleid heeft betrekking op tijdelijke huisvesting van werknemers in de vorm van short- en mid-stay, waarbij short-stay sprake is tijdelijke huisvesting van werknemers voor een periode korter dan vier maanden en bij mid-stay sprake is van huisvesting voor een periode vanaf vier maanden tot drie jaar.
Doelstelling van het beleid is om meer kwalitatief goede huisvesting te realiseren in de gemeente Medemblik, zodat werknemers van een gedegen huisvesting worden voorzien. Belangrijkste uitgangspunt hierbij is dat er sprake moet zijn van een goede en veilige woon- en leefomgeving voor de werknemers. Daarnaast is een goede ruimtelijke inpassing in de omgeving van belang.
De ruimtelijke aspecten die een rol spelen zijn in dit beleid per huisvestingscategorie toegelicht. Hierbij wordt ook ingegaan op het maximaal te realiseren aantal huisvestingsplekken.
Figuur 2.3: Beleidsmatrix huisvesting werknemers (bron: Beleidsregels huisvesting buitenlandse werknemers gemeente Medemblik)
De juridische regeling in de geldende bestemmingsplannen is aangepast c.q. aangevuld op basis van bovenstaande beleidsuitgangspunten.
De belangrijkste wijzigingen van het beleid zijn:
- in een (plattelands)woning zijn maximaal 8 huisvestingsplekken toegestaan;
- bij agrarische bedrijven wordt het aantal huisvestingsplekken verhoogd naar maximaal 60 plekken;
- de huisvesting bij agrarische bedrijven voor werknemers van andere bedrijven wordt toegestaan voor maximaal vier aaneengesloten maanden per jaar;
- per kern worden maximaal twee huisvestingslocaties van meer dan 60 huisvestingsplekken toegestaan tot maximaal 300 plekken per locatie.
Na vaststelling van het beleid huisvesting buitenlandse werknemers gemeente Medemblik is de Omgevingsverordening provincie Noord-Holland gewijzigd waarbij de huisvesting van buitenlandse werknemers op bedrijventerreinen alleen met een tijdelijke omgevingsvergunning mogelijk kan worden gemaakt. Het vastgestelde beleid van gemeente Medemblik is in strijd met de provinciale omgevingsverordening. Het veegplan wordt op dit punt aangepast en de regeling voor huisvesting buitenlandse werknemers gemeente Medemblik op bedrijventerrreinen is hiermee geschrapt.
2.4 Beleid Verruiming Bijgebouwen In Beschermd Dorpsgezicht Twisk
Het college van Burgemeester en wethouders heeft op 30 november 2021 beleid vastgesteld tot het opnemen van een verruiming voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken binnen het beschermd dorpsgezicht van het dorp Twisk. Bij het opstellen van het beleid voor de verruiming van bijbehorende bouwwerken is de provincie Noord-Holland betrokken geweest.
Binnen het aangewezen beschermd dorpsgezicht in Twist geldt nu nog een aanvullende regeling voor het bouwen van hoofdgebouwen en andere bouwwerken. Voor de bouw van bijbehorende bouwwerken (bijgebouwen ed.) is binnen de dubbelbestemming Beschermd dorpsgezicht geen aanvullende regeling opgenomen.
Door een aanvullende regeling op te nemen voor bijbehorende bouwwerken binnen het beschermd dorpsgezicht wil de gemeente mogelijkheden bieden om onder voorwaarden bijbehorende bouwwerken te bouwen. Hiervoor is een omgevingsvergunning nodig. Er geldt per perceeloppervlakte een maximum oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken.
Er is in de juridische regeling een staffel opgenomen.
perceeloppervlakte | gezamenlijke oppervlakte bijbehorende bouwwerken |
(bouw)perceeloppervlakte tot 500 m² | geen vergroting mogelijk |
perceeloppervlakte tussen 500 en 700 m² | vergroting mogelijk tot 75 m² |
perceeloppervlakte tussen 700 en 900 m2 | vergroting mogelijk tot 90 m² |
perceeloppervlakte van meer dan 900 m2 | vergroting mogelijk tot 100 m² |
Per bouwperceel mag niet meer dan 50% worden bebouwd.
De aangepaste juridische regeling uit het bestemmingsplan 'Dorpskernen II' is opgenomen in artikel 48 van de regels.
2.5 Bollenbroeierijen
Uit Jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) volgt dat bij een 'reizende bollenkraam' (bollenbroeierij) geen sprake is van een agrarische bedrijfsvoering waarbij het gebruik van de gronden (niet altijd) noodzakelijk is voor het functioneren van het bedrijf, bijvoorbeeld als er bollen worden ingekocht bij derden.
Op basis van deze uitspraak vallen bollenbroeierijen niet onder een grondgebonden agrarische bedrijfsvoering. In het bestemmingsplan Buitengebied, binnen de bestemming 'Agrarisch', zijn alleen vormen van grondgebonden agrarische bedrijven toegestaan. Niet-grondgebonden agrarische bedrijven zijn in de specifieke gebruiksregels aangemerkt als strijdig gebruik met de bestemming.
In het bestemmingsplan Buitengebied en de Kernen I tot en met IV hebben bollenbroeierijen daarom niet een passende juridische regeling gekregen. Deze omissie is in dit veegplan herstelt.
Binnen de gemeente zijn bollenbroeierijen een belangrijke economische factor. Er is speciaal beleid voor grootschalige agrarische bedrijvigheid dat gebaseerd is op de ontwikkeling van grote bollenbroeierijen.
In de bestemming 'Agrarisch' van de bestemmingsplannen Buitengebied en Kernen I tot en met IV wordt de bestemmingsomschrijving een aanvulling gedaan in sublid b.. In sublid b. wordt de volgende tekst toegevoegd: met inbegrip van bollenbroeierijen. Hiermee zijn bollenbroeierijen binnen de bestemming 'Agrarisch' toegestaan.
In schuurkassen worden de bollen gebroeid en voorgetrokken om de gewassen te kunnen verkopen. Binnen de bestemming 'Agrarisch' zijn schuurkassen niet expliciet toegestaan. Schuurkassen zijn echter noodzakelijk voor de agrarische bedrijfsvoering en komen ook overal binnen de gemeente voor. Schuurkassen onderscheiden zich qua ruimtelijke uitstraling ook niet wezenlijk van 'gewone' bedrijfsruimten die wel bij recht zijn toegestaan. In het veegplan zijn de schuurkassen daarom bij recht toegestaan en opgenomen in de bestemmingsomschrijving. In de bouwregels is de goot- en bouwhoogte opgenomen in het maatvoeringsschema. De goothoogte mag maximaal 8 meter zijn en de bouwhoogte mag maximaal 12 meter hoog zijn.
2.6 Ganker 4b Te Benningbroek
Voor het perceel Ganker 4b te Benningbroek is in 2021 door middel van de 'ruimte voor ruimte' regeling een bestemmingsplan vastgesteld voor de realisatie van zes bouwkavels. Op verzoek van de kopers van de meest noordelijke kavel wordt het bouwvlak circa 20 meter naar het noorden verplaatst. Hiermee komt de woning centraal op het perceel te liggen en is een kortere toegangsweg nodig voor de ontsluiting van het perceel. Door het verschuiven van het bouwvlak ontstaat er tevens aan beide zijden van de woning een doorkijk naar de achtergelegen agrarische percelen. De noordelijke en zuidelijke woning komen op ongeveer een gelijke afstand van de vier geclusterde woningen. Hierdoor ontstaat een symmetrische opbouw van het bebouwingslint.
Voor meer achtergrond van deze ontwikkeling is het oorspronkelijk bestemmingsplan Benningbroek - Ganker 4B te raadplegen via https://www.ruimtelijkeplannen.nl/?planidn=NL.IMRO.0420.BPBENGanker4b-VA01.
2.7 Van Toepassingsverklaring Bestemmingsplannen
Na vaststelling van het veegplan, vormt het veegplan samen met de geldende bestemmingsplannen binnen het grondgebied van de gemeente Medemblik, het juridisch bindende bestemmingsplan voor de gemeente.
Om te bepalen wat het geldende juridische regiem is, dienen de bestemmingsplannen samen met het veegplan geraadpleegd te worden. De regels uit de oorspronkelijke bestemmingsplannen kunnen geheel of gedeeltelijk zijn vervangen door de regels uit het veegplan. De optelsom van de regels vormt het juridisch bindende regiem.
De digitale verbeelding van het veegplan maakt na vaststelling onderdeel uit van de oorspronkelijke bestemmingsplannen. Digitaal wordt er een relatie gelegd tussen de bestemmingsplannen en het veegplan. Dit betekent dat het veegplan onderdeel is van bestemmingsplannen gemeente Medemblik.
Hoofdstuk 3 Beleidskader
Een bestemmingsplan mag niet in strijd zijn met de beleidskaders op nationaal, provinciaal en gemeentelijk niveau. Op nationaal niveau zijn de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) en het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) relevant. Op provinciaal niveau zijn dit de Omgevingsvisie en Omgevingsverordening van de provincie Noord-Holland.
Dit bestemmingsplan maakt globaal het volgende mogelijk:
- Geconstateerde omissies na inwerkingtreding van de bestemmingsplannen en situaties waarvoor een omgevingsvergunning is verleend;
- Verwerken beleidsregels huisvesting buitenlandse werknemers gemeente Medemblik;
- Beleid verruiming bijgebouwen in beschermd dorpsgezicht Twisk;
- Bollenbroeierijen.
Voor de genoemde categorieën wordt gesteld dat - gelet op de aard, de inhoud en de schaal van de wijzigingen - het provinciaal en Rijksbeleid geen rol spelen. Bovendien gaat het om het positief bestemmen van al legaal aanwezige functies of bouwwerken. Dit plan is dan ook in overeenstemming met dit beleid.
Vanuit het gemeentelijke beleid worden enkele geldende bestemmingsregelingen aangepast. Dit is het beleid huisvesting buitenlandse werknemers (zie 2.3) en het beleid verruiming bijbehorende bouwwerken beschermd dorpsgezicht Twisk (zie 2.4).
Hoofdstuk 4 Milieu- En Omgevingsaspecten
In een bestemmingsplan dient aangetoond te worden dat er sprake is van een 'goede ruimtelijke ordening'. Onderdeel hiervan is dat het plan niet in strijd is met een aantal milieuaspecten, zoals bodem en water. Voorliggend bestemmingsplan betreft een veegbestemmingsplan. Dit betekent dat vastgestelde bestemmingsplannen slechts op enkele aspecten wordt aangepast.
Omdat het plan niet voorziet in het toestaan van nieuwe ontwikkelingen en de huidige functies in het gebied zijn getoetst aan de milieuaspecten, hetzij in bestemmingsplan hetzij in een besluit/vergunning, is opnieuw toetsen niet noodzakelijk. Ook het opstellen van een m.e.r.-beoordelingsnotitie is niet aan de orde. Voor toetsing aan de milieuaspecten wordt verwezen naar de toelichting van de geldende bestemmingsplannen.
4.1 Milieu- En Omgevingsaspecten Ganker 4b Te Benningbroek
In dit hoofdstuk worden de voor de ontwikkeling relevante milieuaspecten beschreven. Dit hoofdstuk bevat de uitkomsten van de benodigde onderzoeken met de daarbij behorende conclusies.
4.1.1 Verkennend bodemonderzoek Ganker 4b Benningbroek
Toetsingskader
Op grond van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) dient er in verband met de uitvoerbaarheid van een plan rekening te worden gehouden met de bodemgesteldheid in het plangebied. Bij functiewijziging dient te worden bekeken of de bodemkwaliteit voldoende is voor de beoogde functie en moet worden vastgesteld of er sprake is van een saneringsnoodzaak. In de Wet bodembescherming is bepaald dat als de bodemkwaliteit niet voldoet aan de norm voor de beoogde functie, de grond zodanig gesaneerd wordt, dat het kan worden gebruikt voor de desbetreffende functie (functiegericht saneren). Nieuwe bestemmingen worden bij voorkeur op schone grond gerealiseerd. Verdachte plekken met betrekking tot de kwaliteit van de bodem dienen in het kader van de Wet bodembescherming bij ruimtelijke plannen en projecten te worden gesignaleerd vanuit een goede ruimtelijke ordening.
Onderzoek en conclusie
Voor de verschuiving van het noordelijke bouwvlak van het bestemmingsplan Benningbroek - Ganker 4b is een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd.
Op basis van het uitgevoerde onderzoek kan worden geconcludeerd dat vanuit milieuhygiënisch oogpunt geschikt wordt geacht voor het beoogde gebruik. In het bovengrondmengmonster BM1 zijn geen verhogingen aangetroffen. In het ondergrondmengmonster OM1 zijn eveneens geen verhogingen aangetroffen. Ook in het grondwatermonster Pb wm1 zijn geen verhogingen aangetroffen. Nader bodemonderzoek voor deze locatie wordt niet noodzakelijk geacht.
Het uitgevoerde verkennend bodemonderzoek is opgenomen in bijlage 2.
4.1.2 Overige milieu- en omgevingsaspecten Ganker 4b Benningbroek
Voor toetsing aan de overige milieu- en omgevingsaspecten wordt verwezen naar de toelichting van het bestemmingsplan Benningbroek - Ganker 4b. en de bijlagen bij detoelichting van het bestemmingsplan Benningbroek - Ganker 4b.
Hoofdstuk 5 Juridische Planopzet
Er is gekozen voor de vorm van een herziening die wordt toegevoegd op of aan de bestaande bestemmingsplannen die in paragraaf 1.3 zijn genoemd. In de regels wordt aangegeven welke regels op welk plan van toepassing zijn.
De verbeelding bevat naast de plancontour die het gehele gemeentelijk grondgebied omvat, een aantal bestemmingen en aanduidingen. Deze bestemmingen en aanduidingen geven de veranderingen op de verbeelding weer ten opzichte van de geldende plannen.
Ter plaatse waar een bestemming op de verbeelding is opgenomen, wordt de bestemming uit het geldende bestemmingsplan op de aangegeven locatie in zijn geheel vervangen door een nieuw bestemmingsvlak (inclusief nieuwe aanduidingen waar dat nodig is). De weergegeven bestemming op de verbeelding is gekoppeld aan de juridische regeling in de regels. In de regels is in de naam van de artikelen een verwijzing gemaakt naar het betreffende artikel van het geldende bestemmingsplan. De koppeling naar bijvoorbeeld artikel 8 Maatschappelijk uit het bestemmingsplan Dorpskernen II is in de juridische regeling als volgt opgenomen 'Artikel 21 Maatschappelijk (Artikel 8 Bestemmingsplan Dorpskernen II Herziening 2014)'. Hiermee is het voor een ieder duidelijk welke bestemming uit het geldende bestemmingsplan van toepassing is.
De regels van de huidige bestemmingsplannen zijn op een aantal punten aangevuld of geheel of gedeeltelijk herzien, maar blijven voor het overige van kracht. De aanpassingen hebben geen gevolgen voor de opbouw en uitgangspunten van het bestemmingsplan.
In de regels staat op welke wijze de bestemmingsplannen zijn herzien. In een aantal gevallen betreft het een toevoeging op een bestaande regel. Ook dit wordt bij de betreffende aanpassing vermeld.
Hoofdstuk 6 Uitvoerbaarheid
6.1 Economische Uitvoerbaarheid
De economische uitvoerbaarheid wordt enerzijds aangetoond door de financiële haalbaarheid en anderzijds via de grondexploitatieregeling vanuit de wetgeving. In dit bestemmingsplan worden vooreerst geen ontwikkelingen mogelijk gemaakt waarbij deze aspecten aangetoond moeten worden. Het plan maakt immers, ten opzichte van geldende regelingen en vergunningen, geen nieuwe bouwplannen mogelijk. Daarbij komt dat dit bestemmingsplan ook niet voorziet in de uitvoering van werken door de gemeente. Het aantonen van de financiële haalbaarheid is niet nodig en de grondexploitatieregeling is niet van toepassing. De vaststelling van een exploitatieplan is bij dit bestemmingsplan niet van toepassing
6.2 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
Vooroverleg
In artikel 3.1.1. Bro is bepaald dat bij de voorbereiding van een bestemmingsplan overleg wordt gepleegd met de voor het onderwerp betrokken overheden of instanties.
Het voorontwerpbestemmingsplan 'Veegplan gemeente Medenblik' heeft met ingang van 17 maar tot en met 28 april 2023 ter inzage gelegen. Gedurende deze termijn is een ieder in de gelegenheid gesteld om op dit veegplan te reageren. Er zijn zes inspraakreacties en drie overlegreacties ontvangen.
De ontvangen reactie zijn samengevat en voorzien van een gemeentelijke reactie. Tevens is aangegeven of dat heeft geleidt tot aanpassing van het veegplan.
Ook zijn twee ambtshalve aanpassingen voorgesteld.
De Reactienota inspraak- en overleg reacties en ambtshalve toevoegingen op het voorontwerpbestemmingsplan 'Veegplan gemeente Medemblik' is opgenomen in bijlage 3.
Zienswijzen
Nadat de reacties uit vooroverleg zijn beantwoord en eventuele aanpassingen in het plan zijn verwerkt, wordt het ontwerp-bestemmingsplan gedurende 6 weken ter inzage gelegd. Binnen deze termijn kan eenieder een zienswijzen indienen.
Het ontwerpbestemmingsplan ‘Veegplan gemeente Medemblik’ heeft vanaf 14 juli 2023 tot 26 augustus 2023 ter inzage. Gedurende deze termijn is een ieder in de gelegenheid gesteld een zienswijze indienen tegen het ontwerp. Ook de overlegpartners hebben de gelegenheid gekregen om te reageren op het ontwerp. Er zijn twee zienswijzen ontvangen op verschillende onderdelen van het veegplan.
De ontvangen zienswijzen zijn samengevat en voorzien van een gemeentelijke reactie. Tenslotte is aangegeven in hoeverre de reactie aanleiding geeft tot het aanpassen van het veegplan. Naast de zienswijzen worden vijf ambtshalve wijzigingen doorgevoerd. De reactienota zienswijzen is opgenomen in bijlage 4.
Vaststelling
Nadat de ingekomen zienswijzen zijn beantwoord, wordt het bestemmingsplan – al dan niet gewijzigd – ter vaststelling aangeboden aan de raad. Na publicatie start de beroepstermijn van zes weken. Het vaststellingsbesluit staat open voor beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Bijlage 1 Wijzigingen Veegplan Gemeente Medemblik
Bijlage 1 Wijzigingen veegplan gemeente Medemblik
Bijlage 2 Verkennend Bodemonderzoek Ganker 4b Benningbroek
Bijlage 2 Verkennend bodemonderzoek Ganker 4b Benningbroek
Bijlage 3 Reactienota Inspraak- En Overleg Reacties En Ambtshalve Toevoegingen
Bijlage 3 Reactienota inspraak- en overleg reacties en ambtshalve toevoegingen