KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Algemene Bepaling
Artikel 2 Begrippen
Artikel 3 Begrippen Van Het Plan
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 4 Vervallen Regels
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 5 Algemene Bouw- En Gebruiksregels
Artikel 6 Vervallen Regels
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 7 Overgangsrecht Bouwwerken
Artikel 8 Overgangsrecht Gebruik
Artikel 9 Vervallen Regels
Artikel 10 Slotregel
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding En Doel
1.2 Plangebied
1.3 Geldende Bestemmingsplannen
1.4 Opzet Van De Beheersverordening
1.5 Leeswijzer
Hoofdstuk 2 Planbeschrijving
2.1 Inleiding
2.2 Toelichting Bestemmingsplannen
2.3 Uitgangspunten
2.4 Beleid
2.5 Omgevingsaspecten
Hoofdstuk 3 Juridische Planbeschrijving
3.1 Inleidende Regels
3.2 Bestemmingsregels
3.3 Algemene Regels
3.4 Overgangs- En Slotregels
Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid
Bestemmingsplan Hazerswoude-dorp
Bijlage 1 Toelichting En Voorschriften
Bijlage 2 Plankaart 1
Bijlage 3 Plankaart 2
Bijlage 4 Plankaart 3
Bijlage 5 Verklaring Plankaart
1 E Partiële Herziening Hazerswoude-dorp
Bijlage 6 Toelichting En Regels
Bijlage 7 Verklaring Plankaart
Bijlage 8 Plankaart 1
Bijlage 9 Plankaart 2
Bijlage 10 Plankaart 3
Bestemmingsplan Zuidhof
Bijlage 11 Toelichting En Regels
Bijlage 12 Plankaart

Hazerswoude-Dorp 2017

Beheersverordening - gemeente Alphen aan den Rijn

Vastgesteld op 25-01-2018 - geheel onherroepelijk in werking

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Algemene Bepaling

Op de onderhavige beheersverordening Hazerswoude-Dorp 2017 zijn met inachtneming van het bepaalde in deze beheersverordening van overeenkomstige toepassing:

  1. a. de voorschriften (thans: regels) en plankaart (thans: verbeelding) van het bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp, zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Rijnwoude op 8 maart 2007 en opgenomen in bijlagen 1, 2, 3, 4 en 5;
  2. b. de voorschriften (thans: regels) en plankaart (thans: verbeelding) van het bestemmingsplan 1e partiële herziening Hazerswoude-Dorp, zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Rijnwoude op 22 april 2010 en opgenomen in bijlagen 6, 7, 8, 9 en 10.
  3. c. de voorschriften (thans: regels) en plankaart (thans: verbeelding) van het bestemmingsplan Zuidhof, zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Rijnwoude op 27 maart 2003 en opgenomen in bijlagen 11 en 12;
  4. d. alsmede de verleende vrijstellingen, ontheffingen, afwijkingen en omgevingsvergunningen voor het afwijken van het bestemmingsplan.

Artikel 2 Begrippen

In dit plan wordt verstaan onder:

2.1 plan

het bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp, zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Rijnwoude op 8 maart 2007, het bestemmingsplan Zuidhof, zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Rijnwoude op 27 maart 2003 en het bestemmingsplan 1e partiële herziening Hazerswoude-Dorp, zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Rijnwoude op 22 april 2010.

2.2 beheersverordening

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in GML-bestand NL.IMRO.0484.HDhazerswoudedorp-VA01met de bijbehorende regels en eventuele bijlagen.

2.3 bestaand gebruik

Toegestaan feitelijk gebruik ten tijde van vaststelling van deze beheersverordening, alsmede nog niet gerealiseerde gebruiks- en bouwmogelijkheden van de hiervoor in artikel 1 genoemde bestemmingsplannen.

Artikel 3 Begrippen Van Het Plan

Artikel 1 van het plan blijft ongewijzigd door Artikel 2 van de beheersverordening en blijft van toepassing voor de uitleg van de regels van het plan.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 4 Vervallen Regels

Bestemmingsplan Hazerswoude Dorp

Hoofdstuk 2 wordt als volgt gewijzigd:

  1. a. Artikelen 4.8, 4.8.1, 4.8.2, 4.8.3, 4.8.4 en 4.8.5 vervallen (wijzigingsbevoegdheden)
  2. b. Artikel 4.9 Procedure ontheffings- en wijzigingsbevoegdheid vervalt, voor zover betrekking hebbend op de wijzigingsbevoegdheid.
  3. c. Artikelen 7.6, 7.6.1, 7.6.2 vervallen (wijzigingsbevoegdheden).
  4. d. Artikel 7.7 Procedure wijzigigingsbevoegdheid vervalt.
  5. e. Artikelen 13.6 Wijzigingsbevoegdheid en 13.7 Procedure wijzigingsbevoegdheid vervallen.
  6. f. Artikelen 14.7, 14.7.1, 14.7.2 en 14.7.3, 14.7.4 en 14.7.5 vervallen (wijzigingsbevoegdheden).
  7. g. Artikel 14.8 (procedure vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheid) vervalt voor zover betrekking hebbend op de wijzigingsbevoegdheid.
  8. h. Artikel 15.5 Wijziging vervalt.
  9. i. Artikel 15.6 Procedure vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheid vervalt voor zover betrekking hebbend op de wijzigingsbevoegdheid.

Bestemmingsplan 1e partiële herziening Hazerswoude-Dorp

Hoofdstuk 2 wordt als volgt gewijzigd:

  1. a. Artikelen 4.8, 4.8.1, 4.8.2, 4.8.3, 4.8.4 Wijzigingsbevoegdheden vervallen
  2. b. Artikel 4.9 Procedure ontheffings- en wijzigingsbevoegdheid vervalt, voor zover betrekking hebbend op de wijzigingsbevoegdheid.
  3. c. Artikelen 5.6 en 5.6.1 Wijziging vervallen.
  4. d. Artikelen 12.6 en 12.6.1 vervallen (wijzigingsbevoegdheden).
  5. e. Artikelen 14.7, 14.7.1, 14.7.2, 14.7.3, 14.7.4, 14.7.5 en 14.7.6 vervallen (wijzigingsbevoegdheden).
  6. f. Artikel 14.7.7 Procedure ontheffings- en wijzigingsbevoegdheid vervalt voor zover betrekking hebbend op de wijzigingsbevoegdheid.
  7. g. Artikel 15.4 Wijziging vervalt.

Hoofdstuk 3 Algemene Regels

Artikel 5 Algemene Bouw- En Gebruiksregels

5.1 Parkeren

Het bevoegd gezag kan pas een omgevingsvergunning verlenen voor de activiteiten bouwen en/of het gebruiken van gronden en/of de activiteit handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening, met inachtneming van het volgende:

  1. a. in het geval van nieuwbouw, uitbreiding of functiewijziging van gebouwen en/of voorzieningen, dient op eigen terrein te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid en laad- en losvoorzieningen;
  2. b. er is sprake van voldoende parkeergelegenheid en laad- en losvoorzieningen, indien:
  • voldaan wordt aan de normen in de beleidsregels die zijn neergelegd in de door het bevoegd gezag vastgestelde beleidsregels met betrekking tot het parkeren en laden en lossen, zoals die gelden op het tijdstip van indiening van de aanvraag omgevingsvergunning;
  • de parkeerplaatsen voldoen aan de verdere eisen (maatvoering en ontwerp) die zijn neergelegd in de door het bevoegd gezag vastgestelde beleidsregels met betrekking tot het parkeren, zoals die gelden op het tijdstip van indiening van de aanvraag omgevingsvergunning.

5.2 Afwijken

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.1, indien:

  1. a. aanpassing van het bouwplan om alsnog te kunnen voorzien in voldoende parkeerruimte op eigen terrein redelijkerwijs niet kan worden verlangd en
  2. b. op een andere wijze is of wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid en laad- en losvoorzieningen om de toename van de parkeerbehoefte op te vangen.

5.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen ten aanzien van het bepaalde in 5.1, indien dit noodzakelijk is om een goede verkeersstructuur en/of bereikbaarheid voor een pand, perceel, straat (of deel daarvan) dan wel een andere ruimtelijke functionele structuur te waarborgen.

Artikel 6 Vervallen Regels

Bestemmingsplan Zuidhof

Paragraaf IV van het plan wordt als volgt gewijzigd:

  1. a. Artikel 12 Algemene wijzigingen vervalt.
  2. b. Artikel 16, lid 2 Procedureregels.

Bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp

Hoofdstuk 3 wordt als volgt gewijzigd:

  1. a. Artikel 23 Algemene wijzigingsbevoegdheid vervalt.
  2. b. Artikel 24.3 Procedure wijzigingsbevoegdheid en uitwerkingsverplichting vervalt.

Bestemmingsplan 1e partiële herziening Hazerswoude-Dorp

  1. a. Artikel 24 Algemene wijzigingsbevoegdheid vervalt.

Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels

Artikel 7 Overgangsrecht Bouwwerken

  1. 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van de beheersverordening aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning, en afwijkt van de beheersverordening, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    1. a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk teniet gegaan.
  2. 2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
  3. 3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van de beheersverordening, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

Artikel 8 Overgangsrecht Gebruik

  1. 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van de beheersverordening en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  2. 2. Het is verboden het met de beheersverordening strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid te veranderen of te laten veranderen in een ander met de beheersverordening strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  3. 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van de beheersverordening voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  4. 4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 9 Vervallen Regels

Bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp

Hoofdstuk 4 wordt als volgt gewijzigd:

  1. a. Artikel 25 Overgangsbepalingen vervalt.
  2. b. Artikel 26 Strafbepaling vervalt.

Bestemmingsplan 1e partiële herziening Hazerswoude-Dorp

Hoofdstuk 4 wordt als volgt gewijzigd:

  1. a. Artikel 26 Overgangsbepalingen vervalt.

Bestemmingsplan Zuidhof

  1. a. artikel 17 Strafbepalingen vervalt.
  2. b. artikel 18 Overgangsbepalingen vervalt.

Artikel 10 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van de Beheersverordening Hazerswoude-Dorp 2017

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding En Doel

Op grond van artikel 3.1, lid 2 van de Wet ruimtelijke ordening geldt dat een bestemmingsplan niet ouder mag zijn dan 10 jaar. Door een aanstaande wijziging van de Wet ruimtelijke ordening komt deze actualisatieplicht te vervallen. De datum waarop deze wijziging in werking treedt, is nog niet bekend. Aangezien de bestemmingsplannen Hazerswoude-Dorp en Zuidhof inmiddels ouder zijn dan 10 jaar is ervoor gekozen om niet de wetswijziging af te wachten maar een beheersverordening op te stellen voor het gebied van Hazerswoude-Dorp en Zuidhof. Vanwege de inhoudelijke samenhang met bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp is besloten om tevens het bestemmingsplan 1e partiële herziening Hazerswoude-Dorp op te nemen in het plangebied van deze verordening. Deze herziening bevat namelijk gedeeltelijk correcties op het bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp. Hiermee wordt het planologisch regime voor dit gebied weer actueel.

1.2 Plangebied

Het verordeningsgebied van de Beheersverordening Hazerswoude-Dorp 2017 bestaat uit het gebied zoals aangegeven in afbeelding 1.1.

afbeelding "i_NL.IMRO.0484.HDhazerswoudedorp-VA01_0001.png"

Afbeelding 1.1 Plangebied

1.3 Geldende Bestemmingsplannen

In het verordeningsgebied zijn drie bestemmingsplannen van kracht. Hierbij gaat het om het:

  • Bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp, vastgesteld door de raad op 8 maart 2007.
  • Zuidhof, vastgesteld door de raad op 27 maart 2003.
  • 1e partiële herziening Hazerswoude-Dorp, vastgesteld door de raad op 22 april 2010.

afbeelding "i_NL.IMRO.0484.HDhazerswoudedorp-VA01_0002.png"

Afbeelding 1.2 plankaart 1 geldend bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp

afbeelding "i_NL.IMRO.0484.HDhazerswoudedorp-VA01_0003.png"

Afbeelding 1.3 plankaart 2 geldend bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp

afbeelding "i_NL.IMRO.0484.HDhazerswoudedorp-VA01_0004.png"

Afbeelding 1.4 plankaart 3 geldend bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp

afbeelding "i_NL.IMRO.0484.HDhazerswoudedorp-VA01_0005.png"

Afbeelding 1.5 plankaart bestemmingsplan Zuidhof

Na vaststelling van het bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp zijn nog diverse omgevingsvergunningen verleend die eveneens van toepassing zijn. Voor wat betreft de uitgebreide Wabo-procedures gaat het hierbij om:

  • bouw van een woning aan de Dorpsstraat 8 te Hazerswoude-Dorp.

Na vaststelling van het bestemmingsplan Hazerswoude uit 2007 zijn nog de volgende plannen vastgesteld die eveneens van toepassing zijn. Het gaat hierbij om:

  • Hazerswoude-Dorp Van den Boschstraat, vastgesteld door de raad op 26 september 2013;
  • Sikkel ten westen van 4 en 5, Hazerswoude-Dorp, vastgesteld door de raad op 13 oktober 2016.

Deze bestemmingsplannen maken geen deel uit van deze verordening, aangezien deze nog actueel zijn.

1.4 Opzet Van De Beheersverordening

De beheersverordening bestaat uit een toelichting, planregels en verbeelding.

1.5 Leeswijzer

Hoofdstuk 2 geeft een globale planbeschrijving, hoofdstuk 3 de juridische planbeschrijving en hoofdstuk 4 beschrijft de uitvoerbaarheid.

Hoofdstuk 2 Planbeschrijving

2.1 Inleiding

De beheersverordening is een vormvrij alternatief voor een bestemmingsplan waarmee het bestaande recht binnen een gebied opnieuw wordt vastgesteld. Het is niet mogelijk om met een beheersverordening nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk te maken. Hiervoor dient met een omgevingsvergunning afgeweken te worden van de beheersverordening, of een nieuw bestemmingsplan vastgesteld te worden. De mogelijkheden om in afwijking van de beheersverordening een ontwikkeling mogelijk te maken zijn daarin niet anders dan de mogelijkheden voor het afwijken van een bestemmingsplan.

Het is niet mogelijk om in de beheersverordening uitwerkingsplichten en wijzigingsbevoegdheden op te nemen, deze zijn namelijk gericht op het mogelijk maken van nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen. Deze zijn uit het plan geschrapt, zie paragraaf 3.2.

Gelet op het conserverend karakter van de beheersverordening heeft de wetgever het niet wenselijk geacht bezwaar of beroep tegen de verordening mogelijk te maken. Het uitgangspunt is immers dat er geen wijzigingen van de bestaande rechten en plichten uit het voorheen geldende plan plaatsvinden. Van de wettelijke voorgeschreven participatiemogelijkheden kon bij dat betreffende bestemmingsplan gebruik gemaakt worden.

2.2 Toelichting Bestemmingsplannen

Bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp

Voor het plangebied geldt het bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp, zie afbeelding 1.1 en de bijlage bij de planregels. Dit bestemmingsplan is conserverend van aard.

1e partiële herziening Hazerswoude-Dorp

Deze partiële herziening heeft betrekking op kleine correcties van het bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp. In het bestemmingsplan is tegemoet gekomen aan een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 15 oktober 2008 en het besluit van GS van 30 oktober 2007. Voorts zijn nadien gerealiseerde bouwplannen, waarvoor een planologische procedure is gevoerd meegenomen en is het plan op ondergeschikte ambtshalve wijzigingen aangepast.

Zuidhof

Dit bestemmingsplan heeft betrekking op het mogelijk maken van 16 woningen en is ontwikkelingsgericht. Er zijn 11 woningen gerealiseerd.

2.3 Uitgangspunten

De volgende uitgangspunten zijn voor de beheersverordening in acht genomen:

Bestaand planologisch toegestane gebruik

De Beheersverordening Hazerswoude-Dorp verklaart het toegestaan feitelijk gebruik ten tijde van vaststelling van deze beheersverordening, alsmede nog niet gerealiseerde gebruiks- en bouwmogelijkheden van de hiervoor in paragraaf 1.3 genoemde bestemmingsplannen als bestaand gebruik. De bestaande rechten en plichten blijven hierdoor ongewijzigd.

Tijdelijk van aard

Om het planologisch regime voor het gebied actueel te houden, is de beheersverordening ingezet. Tevens wordt hiermee voorkomen dat de legessanctie van artikel 3.1 lid 4 Wro in werking treedt. De beheersverordening heeft een geldigheidsduur van 10 jaar.

2.4 Beleid

Omdat de beheersverordening ziet op het beheer van de bestaande situatie, is een uitgebreide beleidstoetsing niet noodzakelijk. Uit de beleidstoets die heeft plaatsgevonden, blijkt dat de beheersverordening niet in strijd is met rijksbeleid, provinciaal en/of gemeentelijk beleid.

2.5 Omgevingsaspecten

Zoals hiervoor aangegeven maakt de beheersverordening geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk. Voor zover wel sprake is van ruimtelijke ontwikkelingen, gaat het om ontwikkelingen die ook al in de vigerende bestemmingsplannen zijn geregeld. Voor andere nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen geldt dat daarvoor een afzonderlijke bestemmingsplanprocedure, moet worden opgestart, inclusief onderzoeksverplichtingen.

Gelet op het conserverende karakter van deze beheersverordening is er geen aanleiding om te veronderstellen dat de uitvoering ervan leidt tot nadelige milieugevolgen. Uitgebreid onderzoek kan hierop dan ook achterwege blijven. Uit de uitgevoerde toets blijkt samengevat en voor zover betrekking hebbend op de beheersverordening het volgende:

1 Mer

De beheersverordening maakt geen (nieuwe planologische) ontwikkelingen mogelijk die vallen onder categorie C of D. van het Besluit m.e.r. Het doorlopen van een (plan)m.e.r. of m.e.r.-beoordeling is in dat geval op basis van de Wet milieubeheer niet verplicht.

2 Geluid

Er worden geen nieuwe geluidsgevoelige bestemmingen voorzien ten opzichte van het nu vigerende bestemmingsplan. Akoestisch onderzoek is daarom niet aan de orde.

3 Luchtkwaliteit

Er worden geen nieuwe milieugevoelige bestemmingen voorzien ten opzichte van het nu vigerende bestemmingsplan. Er is dan ook geen sprake van een mogelijk verslechtering van de luchtkwaliteit ten opzichte van de nu geldende planologische situatie.

4 Externe veiligheid

Er is geen sprake van nieuwe gevoelige functies of een verandering van de populatie ten opzichte van het nu geldende bestemmingsplan. Het aspect externe veiligheid vormt geen belemmering voor vaststelling van de beheersverordening.

5 Bodem

Er is geen sprake van verandering van planologisch gebruik ten opzichte van het nu geldende bestemmingsplan. Bodemonderzoek is in het kader van deze beheers verordening dan ook niet aan de orde. Bij nieuwe initiatieven kan in het kader van de omgevingsvergunning wel bodemonderzoek noodzakelijk zijn.

6 Ecologie

Er is geen sprake van verandering van planologisch gebruik ten opzichte van het nu geldende bestemmingsplan. In het kader van de Wet natuurbescherming kan een nog niet ingevulde planologische ontwikkeling echter wel van belang zijn. In onderhavig geval is daar echter geen sprake van. Bij nieuwe initiatieven kan in het kader van de omgevingsvergunning wel ecologisch onderzoek noodzakelijk zijn.

7 Archeologie

De bescherming hiervan is geregeld middels een aanlegvergunning. De zone waar dit voor geldt is op de plankaart aangegeven als archeologisch waardevol gebied.

8 Provinciale belangen

Er zijn geen nieuwe voorgenomen ontwikkelingen aan de orde. Derhalve is de beheersverordening in overeenstemming met de provinciale milieubelangen.

Hoofdstuk 3 Juridische Planbeschrijving

3.1 Inleidende Regels

Artikel 1 van de planregels bevat een algemene bepaling die verklaart dat de voorschriften, regels, en plankaart van de in paragraaf 3.1 genoemde bestemmingsplannen van toepassing zijn, alsmede de nadien verleende vrijstellingen, ontheffingen, afwijkingen en omgevingsvergunningen voor het afwijken.

Sinds de inwerkingtreding van de bestemmingsplannen 'Hazerswoude-Dorp', 'Zuidhof' en '1e partiële herziening Hazerswoude-Dorp' zijn er besluiten genomen die bouwen en gebruik in strijd met de regels van het plan mogelijk maken. De rechten die voortvloeien uit deze verleende besluiten veranderen niet door het vaststellen van de beheersverordening.

In artikel 2 van de regels is een aantal begrippen gedefinieerd die in de beheersverordening worden genoemd. In de van toepassing verklaarde bestemmingsplanregels en voorschriften zijn ook begrippen gedefinieerd. Deze begripsbepalingen blijven van toepassing voor het betreffende bestemmingsplan.

3.2 Bestemmingsregels

Conform de wettelijke beperkingen van de beheersverordening kunnen uitwerkingsplichten en wijzigingsbevoegdheden uit het bestemmingsplan niet worden opgenomen in de beheersverordening. De van toepassing zijnde bestemmingsplannen kennen geen uitwerkingsplichten maar wel een aantal wijzigigingsbevoegdheden. Deze wijzigingsbepalingen komen in de regels van voorliggende beheersverordening te vervallen. Hiermee bestaan geen belemmeringen om een beheersverordening voor dit plangebied vast te stellen.

3.3 Algemene Regels

Parkeerbepaling

Stedenbouwkundige bepalingen (waaronder de parkeerbepaling) in de bouwverordening vormen geen toetsingskader meer voor een aanvraag omgevingsvergunning voor het bouwen. Bestaande vigerende plannen vallen onder het overgangsrecht, zodat de parkeerbepaling hier wel op van toepassing blijft. De beheersverordening valt echter niet onder dit overgangsrecht. Om die reden is het noodzakelijk in de beheersverordening een bepaling op te nemen die het mogelijk maakt een aanvraag omgevingsvergunning voor het bouwen te toetsen aan het geldende parkeerbeleid. De regeling die is opgenomen, sluit aan bij de regeling van het Parapluplan Parkeren die op 21 september 2017 door de raad is vastgesteld.

3.4 Overgangs- En Slotregels

De wetgever heeft in artikel 5.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening bepaald dat in de beheersverordening moet worden voorzien in overgangsrecht, zoals dit in artikelen 3.2.1, 3.2.2 en 3.2.3 van het Besluit ruimtelijke ordening is vastgesteld. Omdat de beheersverordening in overgangsregels voorziet, vervallen de overgangsregels uit de bestemmingsplannen 'Hazerswoude-Dorp', Zuidhof en de '1e partiële herziening Hazerswoude-Dorp'.

Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid

Economisch

De beheersverordening is conserverend van karakter en verklaart enkel het bestaand planologisch toegestane gebruik opnieuw van toepassing. Er worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Zoals bij een bestemmingsplan met enkel conserverende bestemmingen bestaat ook bij een conserverende beheersverordening geen noodzaak tot het opstellen van een exploitatieplan.

Maatschappelijk

Op grond van de Wro geldt geen verplichte openbare voorbereidingsprocedure voor een beheersverordening waarmee ingezetenen en belanghebbenden betrokken worden bij de besluitvorming. Daarnaast bepaalt de gemeentelijk Inspraakverordening 2016 dat onder andere geen inspraak wordt verleend ten aanzien van ondergeschikte herzieningen van een eerder vastgesteld beleidsvoornemen. Aangezien hiervan sprake is, is geen inspraak verleend.

Bestemmingsplan Hazerswoude-dorp

bestemmingsplan Hazerswoude-Dorp

Bijlage 1 Toelichting En Voorschriften

Bijlage 2 Plankaart 1

Bijlage 3 Plankaart 2

Bijlage 4 Plankaart 3

Bijlage 5 Verklaring Plankaart

1 E Partiële Herziening Hazerswoude-dorp

1e partiële herziening Hazerswoude-Dorp

Bijlage 6 Toelichting En Regels

Bijlage 7 Verklaring Plankaart

Bijlage 8 Plankaart 1

Bijlage 9 Plankaart 2

Bijlage 10 Plankaart 3

Bestemmingsplan Zuidhof

bestemmingsplan Zuidhof

Bijlage 11 Toelichting En Regels

Bijlage 12 Plankaart