Parapluplan woongebruik en kamerverhuur Leiderdorp
Bestemmingsplan - Gemeente Leiderdorp
Vastgesteld op 10-10-2022 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In de regels wordt verstaan onder:
1.1 plan
het bestemmingsplan 'Parapluplan woongebruik en kamerverhuur Leiderdorp' met identificatienummer NL.IMRO.0547.BPwoongebruik-VG01 van de gemeente Leiderdorp;
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlage;
1.3 bedrijfswoning
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, uitsluitend bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is;
1.4 bed and breakfast
een voorziening gericht op het, binnen een woning en door de bewoner(s), bieden van de mogelijkheid tot overnachting en het serveren van ontbijt als ondergeschikte toeristisch-recreatieve activiteit, waarbij de gasten niet beschikken over een eigen kookgelegenheid en niet zijnde de uitoefening van een hotel, pension of ander bedrijf.
Onder een 'Bed and Breakfast' wordt niet verstaan het bieden van de mogelijkheid tot overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden en/of arbeid.
1.5 bestaand(e) (situatie)
- a. t.a.v. bebouwing: bebouwing, zoals legaal aanwezig op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, dan wel mag worden gebouwd krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning;
- b. t.a.v. gebruik: het legale gebruik van grond en opstallen, zoals aanwezig op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan;
- c. t.a.v. van aantallen: het aantal zoals legaal aanwezig op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan.
1.6 bijzondere woonvorm
een woonvorm, al dan niet onzelfstandig, waar een kwetsbare doelgroep wordt gehuisvest die zorg of ondersteuning krijgt van een door de gemeente erkende maatschappelijke of zorg organisatie;
1.7 gemeentelijk parkeerbeleid
het gemeentelijk parkeerbeleid, zoals vastgelegd in het Parkeerbeleidsplan 2012, vastgesteld op 2 april 2012, in samenhang met het Addendum Parkeerbeleidsplan, vastgesteld op 7 maart 2016, of de rechtsopvolger van deze documenten.
1.8 grondgebonden woning
een gebouw dat uitsluitend één woning omvat, die rechtstreeks toegankelijk is op het straatniveau, waarbij één van de bouwlagen van de woning aansluit op het maaiveld en waarvan op het bijbehorende bouwperceel geen andere woningen voorkomen;
1.9 huishouden
een persoon of groep personen die een (duurzame) gemeenschappelijke huishouding voert. Indien het huishouden uit twee of meer personen bestaat, betreft het een leefvorm of samenlevingsvorm met een continuïteit in de samenstelling en een onderlinge verbondenheid. Kenmerken van de continuïteit in de samenstelling en een onderlinge verbondenheid zijn:
- voor onbepaalde tijd samenleven;
- een ieder neemt deel aan het gezinsleven, bijvoorbeeld samen eten en verdeling huishoudelijke taken;
- eigen kamer, maar gemeenschappelijk sanitair, keuken en woonkamer;
- personen worden niet door instelling geplaatst, er vindt geen behandelingstraject plaats.
Kamerverhuur en bijzondere woonvormen zijn woonvormen waarbij geen sprake is van één huishouden'
1.10 kamerverhuur
het in gebruik (laten) hebben en/of (laten) geven van een (gedeelte van een) een hoofdgebouw of met het hoofdgebouw verbonden bijbehorende bouwwerken door meer dan één huishouden, waarbij bewoners verblijven in onzelfstandige woonruimten, al dan niet gebruik makend van gemeenschappelijke voorzieningen.
1.11 wonen
het gehuisvest zijn in (een) woning(en).
1.12 woning/wooneenheid
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.
1.13 woonruimte
besloten ruimte die, al dan niet tezamen met andere ruimten, bestemd is voor bewoning door één of meer vaste bewoners.
1.14 onzelfstandige woonruimte
woonruimte welke geen eigen toegang heeft en welke niet kan worden bewoond zonder daarbij afhankelijk te zijn van wezenlijke voorzieningen (zoals badruimte, toilet en/of keuken) buiten die woonruimte.
1.15 zelfstandige woning
woonruimte met een eigen toegang, die door een huishouden kan worden bewoond zonder dat het huishouden daarbij afhankelijk is van wezenlijke voorzieningen (zoals badruimte, toilet en/of keuken) buiten die woonruimte.
1.16 Onvrije woning
Woonruimte die door een huishouden kan worden bewoond zonder dat het huishouden daarbij afhankelijk is van wezenlijke voorzieningen (zoals badruimte, toilet en/of keuken) buiten die woonruimte en waarvan de vertrekken uitkomen op een gemeenschappelijke gang of hal. De vertrekken zijn afsluitbaar. Een onvrije woning is een zelfstandige woonruimte.
Artikel 2 Reikwijdte En Toepassing
2.1 Van toepassing verklaring
- a. Het voorliggende bestemmingsplan is van toepassing op de bestemmingen die het wonen, inclusief het wonen in bedrijfswoningen, toestaan in alle bestemmingsplannen, (partiële) herzieningen van bestemmingsplannen en wijzigings- en uitwerkingsplannen van de gemeente Leiderdorp, geldend op het moment van vaststelling van dit bestemmingsplan.
- b. In afwijking op het bepaalde onder a, is Artikel 6 van toepassing op het gehele gemeentelijk grondgebied;
- c. De regels in het voorliggende bestemmingsplan gelden in aanvulling op en voor zover van toepassing ter gedeeltelijke vervanging van de regels (waaronder de begrippen) in de onder a bedoelde plannen.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Kamerverhuur
3.1 Specifieke gebruiksregels
Artikel 4 Bijzondere Woonvorm
4.1 Afwijken gebruiksregels
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het toegestane gebruik van woningen/wooneenheden, ten behoeve van het omzetten van (een deel van) een bestaande woning dan wel bijgebouw in 1 of meer onzelfstandige wooneenheden ten behoeven van een bijzondere woonvorm, mits een goed woon- en leefklimaat wordt geborgd. Met dien verstande dat:
- a. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
- b. het straat- en bebouwingsbeeld niet onevenredig worden geschaad.
Artikel 5 Aan Huis Verbonden Bedrijf
5.1 Specifieke gebruiksregels
Voor het bestemmingsplan 'Oude Dorp' (NL.IMRO.0547.BPoudedorp-VG02 ) geldt dat het uitoefenen van een aan huis verbonden bedrijf niet is toegestaan, uitgezonderd bestaande situaties zoals bedoeld in lid 1.5.
5.2 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 6 Parkeren
6.1 Parkeren
- a. tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in elk geval gerekend het gebruik van gronden en bouwwerken, anders dan bestaand gebruik, zonder dat op het desbetreffende bouwperceel voldoende parkeerplaatsen ten dienste van de zich daar bevindende functies zijn aangelegd en in stand worden gehouden;
- b. een omgevingsvergunning voor het bouwen of uitbreiden van een gebouw bedoeld voor wonen of een ander soort verblijf van mensen op een bouwperceel wordt slechts verleend, indien is aangetoond dat voldoende parkeerplaatsen zullen worden aangelegd en in stand gehouden;
- c. of sprake is van voldoende parkeerplaatsen wordt bepaald overeenkomstig het gemeentelijk parkeerbeleid met dien verstande dat het totale aantal benodigde parkeerplaatsen naar boven wordt afgerond naar het eerstvolgende hele getal;
- d. bij functiewijziging dient opnieuw getoetst te worden aan het gemeentelijk parkeerbeleid;
- e. parkeerplaatsen ten dienste van de zich op een bouwperceel bevindende functie worden aangelegd op het bouwperceel waarop die functie zich bevindt of in de directe omgeving;
- f. de afmetingen van een parkeerplaats dienen te voldoen aan het gemeentelijk parkeerbeleid.
Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels
Artikel 7 Overgangsrecht
7.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
- c. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
7.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 8 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Parapluplan woongebruik en kamerverhuur Leiderdorp'.
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
De gemeente Leiderdorp wil met dit paraplubestemmingsplan een aantal ruimtelijke regelingen voor het gehele gemeentelijk grondgebied vastleggen. Deze regelingen hebben betrekking op mogelijkheden voor woongebruik, kamerverhuur, huisvesting van bijzondere doelgroepen, het toestaan van bed and breakfast aan huis en het doorvertalen van het gemeentelijk parkeerbeleid in een bestemmingsplanregeling.
Voor al deze onderdelen geldt dat deze vertaald moeten worden in een planologische regeling. Het huidige beleid van de gemeente Leiderdorp op het woongebruik vormt het uitgangspunt voor deze regeling. Dit beleid komt er grofweg op neer dat het splitsen van woningen niet is toegestaan en dat iedere woning enkel mag worden bewoond door één afzonderlijk huishouden. Verkamering en woningsplitsing zijn derhalve strijdig met de huidige planologische regelgeving. De gemeente Leiderdorp wenst kamerverhuur onder bepaalde voorwaarden, uitsluitend in de vorm van hospes/hospita direct toe te staan. Dit vormt een aanvulling op het huidige toegestane gebruik. Voor bijzondere doelgroepen wenst de gemeente onder voorwaarden medewerking te kunnen verlenen aan kamergewijze bewoning.
Omdat de regels over deze thema's een aanpassing dan wel aanvulling zijn op alle bestaande bestemmingsplannen, is gekozen voor een paraplubestemmingsplan. Zo wordt voorkomen dat ieder bestemmingsplan afzonderlijk moet worden herzien, en wordt met één overkoepelende regeling (vandaar de naam paraplu) gezorgd voor verwerking van de genoemde thema's in de bestaande bestemmingsplannen.
1.2 Planvorm
Dit betreft een zogenaamd paraplubestemmingsplan. Een paraplubestemmingsplan is een partiële herziening van meerdere bestemmingsplannen rondom één of meerdere specifieke thema's. In dit geval betreft het een viertal regelingen rondom de thema's kamerverhuur, huisvesting van bijzondere doelgroepen, bed and breakfast en parkeernormen, evenals het vastleggen van een aantal definities die daarmee samenhangen.
Dit paraplubestemmingsplan moet als aanvulling c.q. aanpassing van de vigerende bestemmingsplannen worden gezien op de betreffende onderdelen. Voor het overige blijven die onderliggende bestemmingsplannen ongewijzigd en zelfstandig van kracht.
1.3 Plangebied
Dit bestemmingsplan heeft betrekking op het gehele gemeentelijk grondgebied van de gemeente Leiderdorp en is daarmee van toepassing op alle geldende bestemmingsplannen, wijzigingsplannen en uitwerkingsplannen van de gemeente Leiderdorp.
Hoofdstuk 2 Planbeschrijving
In dit hoofdstuk worden de diverse onderwerpen uiteengezet die in dit parapluplan worden geregeld.
2.1 Woongebruik
Ten aanzien van het wonen is het, mede op basis van jurisprudentie, gebruikelijk om in het bestemmingsplannen het maximum aantal woningen vast te leggen, net als definities van termen als wonen, woning en huishouden. Deze begrippen grijpen allemaal in elkaar en zorgen er gezamenlijk voor dat duidelijk is waarvoor een reguliere woning mag worden gebruikt.
Indien dit niet is vastgelegd dan dient op grond van de rechtspraak het wonen in meest brede zin te worden uitgelegd. Dat betekent dat bijvoorbeeld ook kamerverhuur tot de mogelijkheden behoort.
In meer recente bestemmingsplannen zijn deze definities reeds uniform vastgelegd, maar dat geldt niet voor alle geldende plannen binnen Leiderdorp. Om die reden worden in dit plan de relevante begrippen vastgelegd zodat deze uniform in alle bestemmingsplannen van Leiderdorp van toepassing zijn.
2.2 Kamerverhuur
De definities die rondom het thema woongebruik wordt vastgelegd, laten in beginsel geen kamerverhuur toe. De gemeente Leiderdorp vindt dit echter een vorm van woongebruik die binnen randvoorwaarden goed mogelijk gemaakt kan worden.
De vorm van kamerverhuur met de minste ruimtelijke impact en die om die reden goed algemeen mogelijk gemaakt kan worden, is die van kamerverhuur bij een hospes/hospita. De regeling is zo opgesteld dat een hospes/hospita (de eigenaar die zelf ook in de woning woont) ten hoogste 2 kamers als onzelfstandige woonruimte mag verhuren. Dit houdt in dat de twee kamers door twee afzonderlijke gebruikers bewoond mogen worden, maar dat zij bij het bewonen gedeeltelijk gebruik maken van algemene voorzieningen in de woning. De kamers kunnen op deze manier nadrukkelijk niet als geheel zelfstandige woonruimte worden gebruikt. Hierbij dient te worden opgemerkt dat de kamers geen eigen entree van buitenaf mogen hebben. In dat geval wordt namelijk niet voldaan aan de definitie dat de kamer een 'onzelfstandige woonruimte' dient te betreffen. Het realiseren van een kamer in een vrijstaand bijgebouw is dus per definitie geen vorm van hospiteren zoals bedoeld in de regeling en is daarom niet toegestaan.
Voor andere vormen van kamerverhuur wil de gemeente geen algemene mogelijkheid bieden. Indien kamerverhuur in algemene zin wordt toegestaan is het van belang de ruimtelijke gevolgen hiervan eerst in brede context en op gemeentelijk schaalniveau te beoordelen. Een te groot aandeel verkamering in bepaalde gebieden of woonstraten kan ongewenste ruimtelijke gevolgen hebben voor het betreffende woonmilieu en het leefklimaat. De meeste woonwijken in Leiderdorp zijn relatief eenzijdig opgebouwd en bestemd voor gezinsbewoning. Verkamering, waarbij veelal andere doelgroepen worden aangetrokken (zoals studenten of arbeidsmigranten), kan dan tot frictie leiden en leiden tot ruimtelijke bezwaren door bijvoorbeeld geluidoverlast en toenemende verkeersdruk . Rustige woonwijken kunnen hierdoor op termijn een meer stedelijk karakter gaan krijgen. Deze ontwikkeling acht de gemeente niet wenselijk.
Overigens houdt dit niet in dat andere vormen van kamerverhuur dan de hospes/hospita-regeling per definitie ongewenst zijn. De strekking van deze herziening stuurt er wel op aan dat andere vormen van kamerverhuur van geval tot geval beoordeeld zullen moeten worden en - indien de gemeente bereid is om in een specifiek geval medewerking te verlenen - hiervoor een afzonderlijke planologische procedure zal moeten doorlopen.
2.3 Woningsplitsing
Een stap verder dan kamerverhuur, is het verschijnsel woningsplitsing. Daarvan is sprake wanneer één woning wordt gesplitst in twee (of meer) zelfstandige woningen c.q. wooneenheden. Deze wooneenheden zijn in dat geval geheel zelfvoorzienend en beschikken bijvoorbeeld ook over een eigen toegang.
Woningsplitsing is in de vigerende plannen al onmogelijk gemaakt doordat het bestaande aantal woningen als maximum is vastgelegd. Het splitsen van een woning zou betekenen dat er een extra woning bijkomt, wat als gevolg van het vastgelegde maximum niet mogelijk is.
De gemeente ziet geen aanleiding om voor dit onderwerp andere planologische regels op te nemen met deze herziening. Dat betekent dat in een voorkomend geval waar woningsplitsing wordt aangevraagd en dit door de gemeente passend wordt bevonden, dit via een afzonderlijke planologische procedure zal moeten worden gemotiveerd en vergund.
2.4 Huisvesting Bijzondere Doelgroep
De gemeente heeft een maatschappelijke taak bij het huisvesten en onderdak bieden van bijzondere doelgroepen (maatschappelijke zorg, tussen wal- en schipgroep). Voor deze groepen is het soms passend om met meerdere personen tijdelijk (samen) te wonen, zoals bijvoorbeeld de 'friendswoning'. Hiervoor is in het bestemmingsplan 'Nieuw Centrum 2020' al een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid opgenomen om in bestaande woningen dergelijke woonvormen onder voorwaarden toe te kunnen staan.
Deze voorwaarden zijn dat de belangen van de eigenaren en / of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad, en dat het straat- en bebouwingsbeeld niet onevenredig wordt geschaad. Dezelfde regeling is in dit paraplubestemmingsplan opgenomen en gaat daarmee voor heel Leiderdorp gelden.
2.5 Aan Huis Verbonden Bedrijf En Bed And Breakfasts
Voor zover de gemeentelijke plannen een mogelijkheid kennen voor het uitoefenen van een Bed and Breakfasts, is dat via de algemene afwijkingsbevoegdheid voor het uitoefenen van een bedrijf aan huis.
Met die afwijkingsbevoegdheid kan bij woningen, onder voorwaarden, vergunning worden verleend voor een diversiteit aan bedrijfstypen waaronder ook Bed and Breakfasts. Eén van de daarbij geldende voorwaarden is dat het om maximaal 10 (en in Polder Achthoven 12) bedden mag gaan.
De gemeente heeft ervoor gekozen dit te wijzen naar een maximum van 3 kamers en 6 personen omdat het bij toeristische verhuur van woonruimte om kleinschalig verhuur van woonruimte gaat. Daarnaast is de woonfunctie bij toeristische verhuur overheersend en mag toeristische verhuur niet leiden tot extra druk op de leefomgeving. Bij toeristische verhuur aan meer dan zes personen wordt er ingeboet aan kleinschaligheid en gaat de accommodatie te veel op een pension of hotel lijken. Indien toeristische verhuur op een pension of een hotel gaat lijken, dan is er sprake van oneerlijke concurrentie ten opzichte van bijvoorbeeld hotels.
Tevens is een begripsbepaling opgenomen in de herziening waarmee gedefinieerd wordt wat verstaan wordt onder een Bed and Breakfast. Hierin komen kenmerkende zaken terug als kortstondig verblijf, de toeristisch-recreatieve aard, het verstrekken van logies met uitsluitend ontbijt, uitgeoefend in een woning door de bewoner(s) en het afwezig zijn van een eigen kookgelegenheid voor de gasten.
Het plan Oude Dorp vormt een uitzondering waar het gaat om de bestaande plansystematiek. In dit plan wordt bedrijf aan huis namelijk direct mogelijk gemaakt. Dus wel onder voorwaarden, maar zonder vergunningplicht waarbij die voorwaarden getoetst kunnen worden. Dit wijkt af van de andere plannen binnen de gemeente waar dit zoals gezegd via een afwijkingsbevoegdheid mogelijk wordt gemaakt. Er is voor gekozen om dit verschil in systematiek met deze herziening te repareren. Dat gebeurt door voor het plangebied van Oude Dorp in deze herziening eerst een verbod voor bedrijf aan huis op te nemen, waarmee de directe mogelijkheid hiertoe uit het vigerende plan wordt overruled. Nieuwe aanvragen kunnen vervolgens worden behandeld via de daarvoor opgenomen afwijkingsbevoegdheid uit deze herziening zoals die ook voor de rest van het gemeentelijk grondgebied van toepassing wordt. Overigens is op het genoemde verbod een uitzondering gemaakt voor reeds bestaande (legale) situaties waar in het Oude Dorp een bedrijf aan huis wordt uitgeoefend, om te voorkomen dat deze wegbestemd worden en nu alsnog een vergunning aan zouden moeten vragen.
2.6 Parkeren
ln de recente bestemmingsplannen zijn regels opgenomen over parkeren waarbij verwezen wordt naar parkeerbeleid. Om voor het gemeentelijk grondgebied een parkeerregeling te hanteren die verwijst naar het gemeentelijk parkeerbeleid, is met dit bestemmingsplan een gebiedsdekkende regeling opgenomen. Het parkeerbeleid waarnaar verwezen wordt betreft het Parkeerbeleidsplan zoals vastgesteld op 2 april 2012 in samenhang met het Addendum Parkeerbeleidsplan dat is vastgesteld op 7 maart 2016. De regeling is zo geformuleerd, dat de verwijzing automatisch doorverwijst naar nieuw parkeerbeleid op het moment dat het huidige parkeerbeleid geactualiseerd c.q. vervangen zou worden.
Hoofdstuk 3 Uitvoerbaarheid
3.1 Omgevingsaspecten
Dit bestemmingsplan bestaat uit enkele aanvullingen en aanpassingen van de bestaande regels die geen toetsing aan de diverse omgevingsaspecten zoals water, milieu en natuur vragen. De voorwaarden die bij de regels worden opgenomen begrenzen de impact op de omgeving.
3.2 Economische Uitvoerbaarheid
Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan dient op grond van artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) in de plantoelichting minimaal inzicht te worden gegeven in de economische uitvoerbaarheid van het plan. Als er sprake is van ontwikkelingen waarvoor de gemeente redelijkerwijs kosten moet maken, moeten deze kosten worden verhaald op de initiatiefnemer c.q. ontwikkelaar.
Gelet op de aard van het plan is er geen sprake van ontwikkelingen waarvoor kostenverhaal aan de orde is.
3.3 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
Inspraak
Het voorontwerp van deze parapluherziening is aan de gemeenteraad voorgelegd met het verzoek om het plan vrij te geven voor het doorlopen van de inspraakprocedure.
Eventuele inspraakreacties op het plan zullen na die periode behandeld worden en het plan kan in dat stadium nog worden aangepast als de inspraakreacties daar aanleiding toe geven. Deze aanpassingen worden in dat geval doorgevoerd in het ontwerpbestemmingsplan.
Het plan heeft gedurende een periode van zes weken ter inzage gelegen. Gedurende deze periode zijn er geen inspraakreacties binnen gekomen.
Zienswijzen
Het ontwerpbestemmingsplan wordt ter visie gelegd gedurende een periode van zes weken. Gedurende deze periode kan eenieder een zienswijze indienen op dit bestemmingsplan.
Tijdens de periode van inzage zijn echter geen zienswijze ontvangen op het ontwerpbestemmingsplan, het bestemmingsplan is daarom zonder opmerkingen ter vaststelling gekomen.