KadastraleKaart.com

1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
2 Bestemmingsregels
Artikel 2 Administratieve Regel
Artikel 3 Verkeer
3 Overgangs- En Slotregels
Artikel 4 Overgangsrecht
Artikel 5 Slotregel
1 Inleiding
1.1 Aanleiding
1.2 Plangebied
1.3 Vigerende Bestemmingsplannen
2 Beleidskader
2.1 Standplaatsenbeleid
3 Haalbaarheid

Partiële herziening Haaswijk

Bestemmingsplan - gemeente Oegstgeest

Vastgesteld op 18-03-2015 - geheel onherroepelijk in werking

1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder:

1.1 plan

het bestemmingsplan Partiële herziening Haaswijk van de Gemeente Oegstgeest

1.2 bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0579.BPHaaswPartHerz01-VA01 met de bijbehorende regels (en eventuele bijlagen).

1.3 verbeelding

analoge verbeelding: de verbeelding van het bestemmingsplan ” Partiële herziening Haaswijk ”, bestaande uit een kaart met het nummer NL.IMRO.0579.BPHaaswPartHerz01-VA01 ;
digitale verbeelding: de verbeelding van het bestemmingsplan ” Partiële herziening Haaswijk ”, met de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0579.BPHaaswPartHerz01-VA01 .

1.4 Vigerend bestemmingsplan

het bestemmingsplan 'Haaswijk' zoals vastgesteld door de gemeenteraad van Oegstgeest op 25 oktober 2012.

2 Bestemmingsregels

Artikel 2 Administratieve Regel

  1. Op deze partiële herziening zijn van toepassing de regels van het vigerende bestemmingsplan, zulks met inachtneming van de aanvulling/aanpassing van die regels zoals voorzien in deze herziening;
  2. Op deze partiële herziening zijn van toepassing de bijlagen van het vigerende bestemmingsplan.

Artikel 3 Verkeer

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. verblijfsgebied, fiets- en voetpaden, in- en uitritten, fiets- en voetgangerstunnels, fietsenstallingen met hoofdzakelijk een functie voor verblijf, verplaatsing en gebruik ten dienste van aangrenzende bestemmingen;
  2. bij deze bestemming behorende bouwwerken en voorzieningen zoals groen, water, speel- en nutsvoorzieningen, reclame-uitingen en (ondergrondse) afvalinzamelpunten;
  3. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - standplaats' maximaal één standplaats met een maximale oppervlakte van 25 m2.

3.2 Bouwregels

3.3 Nadere eisen

3.4 Afwijken van de gebruiksregels

3 Overgangs- En Slotregels

Artikel 4 Overgangsrecht

4.1 Overgangsrecht bouwwerken

  1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  2. Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a met maximaal 10%.
  3. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

4.2 Overgangsrecht gebruik

  1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  3. Indien het gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  4. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 5 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Partiële herziening Haaswijk

1 Inleiding

1.1 Aanleiding

Op 25 oktober 2012 is het bestemmingsplan 'Haaswijk' door de gemeente Oegstgeest vastgesteld. Echter is er wegens een softwarematige fout de aanduiding ‘wro-zone ontheffingsgebied’ opgenomen in plaats van ‘wetgevingszone – afwijkingsgebied’. Met de voorliggende partiële herziening wordt deze fout hersteld.
Daarnaast is er besloten de standplaats direct positief te bestemmen binnen de bestemming verkeer, op de
specifieke locatie waar reeds een snackcar staat. In de voorliggende partiële herziening Haaswijk wordt
de regel Verkeer aangepast en vervalt de binnenplanse ontheffing’. Op de planverbeelding wordt door een functieaanduiding een gebied aangegeven waar een standplaats is toegestaan. Aan een standplaats worden de volgende voorwaarden verbonden:
  • Er is maximaal 1 standplaats toegestaan in dit gebied.
  • De oppervlakte van de standplaats bedraagt maximaal 25m²
  • Er dient te worden voldaan aan de APV en aan het Standplaatsenbeleid
In de bijlage is een memo opgenomen waar de voorwaarden voor een standplaats onderbouwd worden.

1.2 Plangebied

Het plangebied voor de partiële herziening beperkt zich tot het afwijkingsgebied op het Boerhaaveplein. De onderstaande afbeelding toont een globale begrenzing van het plangebied.
afbeelding
Globale begrenzing plangebied partiële herziening Haaswijk

1.3 Vigerende Bestemmingsplannen

De voorliggende partiële herziening is van kracht op het bestemmingsplan 'Haaswijk', welke vastgesteld is op 25-10-2012 door de raad van de gemeente Oegstgeest.

2 Beleidskader

Gezien de geringe omvang van het voorliggende bestemmingsplan wordt er verwezen naar het beleidskader in het bestemmingsplan 'Haaswijk', zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Oegstgeest op 25-10-2012.

2.1 Standplaatsenbeleid

In de gemeente Oegstgeest zijn standplaatsen een bekend fenomeen. Gedurende het jaar worden goederen als vis, kaas, groenten, snacks, bloemen, oliebollen en kerstbomen vanaf een vaste stand-plaats in de openbare ruimte te koop aangeboden. Deze standplaatsen zijn belangrijk voor de lokale economie. Een van de speerpunten van ons lokale economisch beleid is het ondersteunen van een hoogwaardig en gevarieerd aanbod van winkels en voorzieningen. Standplaatsen maken hier onderdeel van uit. Standplaatsen dragen bij aan een verlevendiging van het straatbeeld, voorzien in een behoefte en verschaffen werkgelegenheid. Een van de speerpunten van het lokale economische beleid is versterking en ondersteuning van de lokale detailhandel. Omdat de meeste standplaatsen zich in en rond winkelcentra bevinden, dragen zij bij aan de lokale detailhandel.
De gemeente onderkent de waarde van standplaatsen. Standplaatsen verlevendigen het straatbeeld en worden gezien als een versterking van het reguliere winkelaanbod. Standplaatsen zorgen voor diversiteit in het winkelgebied. Regulering met betrekking tot standplaatsen is gewenst omdat een overdaad aan standplaatsen kan leiden tot overlast (geluidsoverlast, stankoverlast, verkeershinder en overlast door zwerfafval en ongewenst gebruik van de openbare ruimte).
Op 25 september 2014 heeft de gemeenteraad het Standplaatsenbeleid gemeente Oegstgeest vastgesteld. In deze notitie zijn specifieke beleidsregels opgenomen voor bestaande en nieuwe stand-plaatsen. Daarnaast zijn de vaste standplaatsen in Oegstgeest benoemd. Ook op het Boerhaaveplein is een standplaats benoemd.
In bestemmingsplan Haaswijk is op het Boerhaaveplein al een standplaats voorzien. Door de software-matige fout in het bestemmingsplan is gebleken dat er geen juridische basis bestond voor het formeel toestaan van de standplaats.
In de partiële herziening wordt nu een standplaats direct positief bestemd. Daartoe wordt het desbetref-fende artikel aangepast en vervalt de binnenplanse ontheffing.
Aan een standplaats worden de volgende voorwaarden verbonden:
  • Er is maximaal 1 standplaats toegestaan in dit gebied.
  • De oppervlakte van de standplaats bedraagt maximaal 25m²
  • Er dient te worden voldaan aan de APV en aan het Standplaatsenbeleid
Ten einde een standplaats op een locatie toe te staan wordt er getoetst aan het bestemmingsplan, de APV en het standplaatsenbeleid. Ten aanzien van de aard, milieubelasting en uitstraling zijn regels opgenomen in de APV en in het Standplaatsenbeleid. Voor het innemen van een standplaats is een standplaatsvergunning noodzakelijk. In deze standplaatsvergunning zijn regels opgenomen waaraan de standplaatshouder zich dient te houden.
Bij de toets of een standplaatsvergunning kan worden afgegeven wordt getoetst aan 10 criteria:
  • Openbare orde
  • Openbare veiligheid (wegverkeersveiligheid, sociaal onveilige situaties)
  • Volksgezondheid
  • De bescherming van het milieu ( de Wet milieubeheer en het Activiteitenbesluit is van toepas-sing)
  • Strijdigheid met het bestemmingsplan
  • Redelijke eisen van welstand
  • Het verzorgingsniveau
  • Het aantal dagen dat de standplaats per week mag worden ingenomen
  • Brandveiligheid
  • Branchering
Indien er voldaan wordt aan de bovengenoemde criteria en de regels uit het bestemmingsplan kan de standplaatsvergunning afgegeven worden. Met dit bestemmingsplan wordt de standplaats planologisch mogelijk gemaakt. In de afgifte van de standplaatsvergunning wordt een toets uitgevoerd op de overige criteria.

3 Haalbaarheid

Gezien de geringe omvang van het voorliggende bestemmingsplan wordt er verwezen naar het haalbaarheidshoofdstuk in het bestemmingsplan 'Haaswijk', zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Oegstgeest op 25-10-2012.