KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Van Toepassing Verklaring
Artikel 2 Aanvullende Begrippen
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Bedrijventerrein
Artikel 4 Waarde - Archeologie
Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels
Artikel 5 Slotregel
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
1.2 Ligging Plangebied
1.3 Bij Het Plan Behorende Stukken
Hoofdstuk 2 Beschrijving Plangebied
2.1 Het Moederplan
2.2 Sijthoff Center
Hoofdstuk 3 Wettelijk Kader En Beleidskader
3.1 Het Wijzigingsplan Als Deel Van Het Bestemmingsplan
3.2 Procedurele Aspecten
3.3 Toekomstvisie Plaspoelpolder En Visie Havenkwartier
Hoofdstuk 4 Omgevingsaspecten
4.1 Algemeen
4.2 Behoefte-onderzoek
4.3 Milieueffectrapportage
4.4 Luchtkwaliteit
4.5 Geluid
4.6 Bodem
4.7 Externe Veiligheid
4.8 Bedrijven En Milieuzonering
4.9 Water
4.10 Natuur En Ecologie
4.11 Cultuurhistorie En Archeologie
4.12 Verkeer En Parkeren
Hoofdstuk 5 Uitvoerbaarheid
5.1 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
5.2 Overleg
5.3 Economische Uitvoerbaarheid
Bijlage 1 Staat Van Horeca-inrichtingen
Bijlage 2 Staat Van Bedrijfsactiviteiten
Bijlage 1 Artikel 9, Lid 29.3 Moederplan
Bijlage 2 Dpo Onderzoek
Bijlage 3 Advies Veiligheidsregio
Bijlage 4 Parkeren
Bijlage 5 Inrichtingsplan Parkeerplaatsen
Bijlage 6 Externe Veiligheid

Herontwikkeling Sijthoff gebouw

Wijzigingsplan - Gemeente Rijswijk

Vastgesteld op 28-03-2019 - geheel onherroepelijk in werking

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Van Toepassing Verklaring

Op dit wijzigingsplan zijn de regels van het bestemmingsplan "Plaspoelpolder, 1e algehele herziening", vastgesteld op 29 augustus 2013 door de gemeenteraad van Rijswijk, met identificatienummer NL.IMRO.0603.bpplaspoelpolder-OH01, van toepassing, voor zover in de regels van dit wijzigingsplan niet anders is bepaald en met dien verstande dat in geval van discrepantie tussen de regels van het bestemmingsplan "Plaspoelpolder, 1e algehele herziening" en het wijzigingsplan, de regels van het wijzigingsplan van toepassing zijn.

Artikel 2 Aanvullende Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder:

2.1 plan:

het bestemmingsplan "Herontwikkeling Sijthoff gebouw" met identificatienummer NL.IMRO.0603.wpsijthoff-VA01 van de gemeente Rijswijk.

2.2 wijzigingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en daarbij behorende bijlagen.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Bedrijventerrein

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. bedrijfsactiviteiten die zijn genoemd in Bijlage 1 onder de categorieën 1 t/m 3.2 met uitzondering van geluidzoneringsplichtige inrichtingen en zelfstandige kantoren, tenzij in sub b t/m k anders is bepaald;

alsmede voor:

  1. b. ter plaatse van de aanduiding 'dienstverlening': dienstverlening;
  2. c. ter plaatse van de aanduiding 'hotel': een hotel met maximaal 220 hotelkamers;
  3. d. webshop;

met daaraan ondergeschikt:

  1. e. erfontsluitingswegen en (al dan niet gebouwde) parkeervoorzieningen;
  2. f. verblijfsgebieden;
  3. g. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  4. h. groenvoorzieningen;

met de daarbij behorende:

  1. i. terreinen;
  2. j. gebouwen;
  3. k. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

3.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:

  1. a. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan is aangeduid;
  2. b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan:
    1. 1. erf- en terreinafscheidingen: 3 meter;
    2. 2. overige 15 meter.

3.3 Nadere eisen

3.4 Specifieke gebruiksregels

3.5 Voorwaardelijke verplichting bouwen en gebruik

  1. a. Een omgevingsvergunning voor het bouwen, het uitbreiden of het wijzigen van de functie van gebouwen en gronden, zoals toegestaan op grond van de onderliggende ruimtelijke plannen zoals bedoeld in Artikel 3, wordt slechts verleend indien wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid overeenkomstig de 'Nota Parkeernormen 2011', of de rechtsopvolger(s) daarvan, tenzij de aard en omvang van de omgevingsvergunning voor het bouwwerk en/of de uitbreiding en/of de wijziging van het gebruik van bouwwerken en/of gronden niet leidt tot extra parkeerbehoefte;
  2. b. het bepaalde onder a is niet van toepassing indien op basis van het advies van een verkeerskundige blijkt dat er op andere wijze is/wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid, of het voldoen aan het geldende gemeentelijke parkeerbeleid door bijzondere omstandigheden op overwegende bezwaren stuit;
  3. c. parkeergelegenheid die is gerealiseerd om te voorzien in voldoende parkeergelegenheid dient in stand te worden gehouden.

Artikel 4 Waarde - Archeologie

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.

4.2 Bouwregels

Ten aanzien van de in lid 4.1 bedoelde gronden mag worden gebouwd volgens de bouwregels van de andere daar voorkomende bestemmingen, mits de aanvrager van een omgevingsvergunning voor bouwen voor een of meerdere bouwwerken, die grondbewerkingen van meer dan 0,60 meter onder maaiveld tot gevolg hebben, een rapport overlegt, waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag kan worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld.

4.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen met betrekking tot:

  1. a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden;
  2. b. de verplichting tot het doen van opgravingen;
  3. c. de verplichting de werken of werkzaamheden die leiden tot de bodemverstoring, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van archeologische monumentenzorg die voldoen aan door burgemeester en wethouders bij de vergunning te stellen kwalificaties.

4.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden

  1. a. Het is verboden op of in de in lid 4.1 bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
    1. 1. het uitvoeren van grondbewerkingen dieper dan 0,60 meter onder het maaiveld, zoals afgraven, diepploegen, egaliseren, frezen, scheuren van grasland, aanleg of rooien van bos, boomgaard of diepwortelende beplanting, aanbrengen van oppervlakteverhardingen, aanleggen van drainage, verwijderen van funderingen;
    2. 2. het graven, dempen, dan wel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, sloten en greppels;
    3. 3. het aanleggen van leidingen dieper dan 0,60 meter onder het maaiveld;
    4. 4. het ophogen van gronden hoger dan 0,50 meter boven het maaiveld.
  2. b. Het in lid 4.4 onder a vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
    1. 1. het normale onderhoud en/of gebruik betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn;
    2. 2. reeds in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende vergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
  3. c. De in lid 4.4 onder a genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien uit een door de aanvrager van de onder a genoemde vergunning te overleggen rapport of andere beschikbare informatiebron de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag mogelijk kunnen worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate zijn vastgesteld en hieruit blijkt dat geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.

4.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien:

  1. a. uit nader archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn;
  2. b. het op grond van nader archeologisch onderzoek niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarden voorziet.

Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels

Artikel 5 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het wijzigingsplan bestemmingsplan "Herontwikkeling Sijthoff gebouw".

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

Het Sijthoff gebouw, gelegen in de Plaspoelpolder, is met het vertrek van het Algemeen Dagblad in 2009 komen leeg te staan. In dit gebouw was in de jaren '80 van de vorige eeuw de hoofdredactie van de Sijthoff Pers gevestigd en werd destijds geopend door Prins Claus. Het gebouw kent zodoende een grote historische verbondenheid met Rijswijk en de Plaspoelpolder.

In de Plaspoelpolder staat mede door een veranderende economische structuur, transitie van functies centraal, waarbij de huidige periode wordt gekenmerkt door "verwevenheid" en "functiemenging". Met dit wijzigingsplan wordt het bestaande Sijthoff gebouw getransformeerd naar een hotel, passend bij dit huidige beeld van de Plaspoelpolder. Met de ontwikkeling van het "Sijthoff Center" in het bestaande Sijthoff gebouw wordt de Plaspoelpolder gerevitaliseerd en wordt het Sijthoff gebouw wederom een "landmark" voor de gemeente Rijswijk.

In het bestemmingsplan "Plaspoelpolder, 1e algehele herziening" (hierna: moederplan; onherroepelijk d.d. 29 augustus 2013, NL.IMRO.0603.bpplaspoelpolder-OH01) is in artikel 29, lid 29.3 ("wro-zone - wijzigingsgebied - 5") de wijzigingsbevoegheid opgenomen, om het gebruik ter plaatse te wijzigen door een hotelfunctie toe te kennen aan de betreffende bestemming (in casu: "Bedrijventerrein"). Aan deze bevoegdheid wordt met onderhavig plan toepassing gegeven. Een hotel wordt bij recht mogelijk gemaakt, met maximaal 220 hotelkamers.

1.2 Ligging Plangebied

Het plangebied van het wijzigingsplan “Herontwikkeling Sijthoff gebouw” is gelegen aan de zuidzijde van de kern Rijswijk, in de Plaspoelpolder. Het plangebied wordt globaal begrensd door het Jaagpad aan de noordoostelijke zijde, door de Limpergstraat aan de noordwestelijke zijde, door de Van Benthemlaan aan de zuidwestelijke zijde en ten slotte door het de Tinbergenstraat aan het zuidoostelijke zijde. Ten zuiden van het plangebied ligt de A4. Het plangebied is gelegen binnen de enkelbestemming "Bedrijventerrein" en heeft dezelfde plancontouren als de functieaanduiding "dienstverlening" binnen genoemde bestemming. Op afbeelding 1.1 en 1.2 is de globale ligging van het plangebied van dit wijzigingsplan weergegeven.

1.3 Bij Het Plan Behorende Stukken

Het wijzigingsplan “Herontwikkeling Sijthoff gebouw” hoort bij het moederplan "Plaspoelpolder, 1e algehele herziening" en bestaat uit bestemmingen en regels. De bestemmingen zijn geometrisch bepaald. In de bestemmingen zijn regels ten aanzien van het bouwen en het gebruik opgenomen. Het plan gaat vergezeld van deze toelichting. In de toelichting worden de keuzes die zijn gemaakt bij het opstellen van de geometrisch bepaalde bestemmingen en de regels verantwoord en verduidelijkt. Vervolgens wordt hierin de uitvoerbaarheid van het plan aangetoond.

Hoofdstuk 2 Beschrijving Plangebied

2.1 Het Moederplan

De Plaspoelpolder is een groot werkgebied in Rijswijk, als onderdeel van de regio Haaglanden. Het gebied is goed ontsloten, zowel voor het autoverkeer als voor het openbaar vervoer. De Plaspoelpolder heeft een oppervlakte van circa 100 ha. Circa 500 bedrijven en instellingen zijn hier gevestigd, waarbij sprake is van een breed scala aan bedrijfstypen, waaronder diverse toonaangevende instellingen en ondernemingen zoals het Europees Octrooi Bureau (EOB) / European Patent Office (EPO), Shell Exploration en het ANP. In totaal werken er op de Plaspoelpolder circa 16.000 mensen. Door zijn goede bereikbaarheid (aparte afslag vanaf de A4) en diversiteit onderscheidt de Plaspoelpolder zich duidelijk van veel andere werklocaties. Ook via de A13 en A12 is het gebied goed bereikbaar. In afbeelding 1.3 is de ligging van het plangebied van het moederplan weergegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0603.wpsijthoff-VA01_0003.jpg"

Afbeelding 1.3: ligging planggebied moederplan (bron: toelichting moederplan, auteur: Royal Haskoning)

2.2 Sijthoff Center

2.2.1 Bestaande situatie

Zoals in Hoofdstuk 1 is omschreven, is wordt in het bestaande Sijthoff gebouw het "Sijthoff Center" ontwikkeld. Het gebouw is mede gezien zijn historie aan te merken als een "landmark" van de gemeente Rijswijk. Het plangebied is gelegen binnen de gronden van het moederplan "Plaspoelpolder, 1e algehele herziening". In afbeelding 1.4 is het huidige Sijthoff gebouw weergegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0603.wpsijthoff-VA01_0004.jpg"

Afbeelding 1.4: het huidige Sijthoff-gebouw.

2.2.2 Toekomstige situatie

Met het onderliggende wijzigingsplan wordt bij recht één hotel mogelijk gemaakt in het Sijthoff gebouw (dat de functieaanduiding 'dienstverlening' heeft), met maximaal 220 hotelkamers.

Volgens het moederplan mag de bouwhoogte van het Sijthoff-gebouw maximaal 50 meter bedragen, er is namelijk een maatvoeringsaanduiding opgenomen. In de wijzigingsvoorwaarden in het moederplan staat dat de bouwhoogte van het te ontwikkelen hotel maximaal 75 meter mag bedragen. Conform de systematiek van het moederplan wordt deze maximum bouwhoogte van 75 meter op de verbeelding opgenomen.

Ontsluiting en parkeren
Ontsluiting

Het huidige Sijthoff gebouw is reeds ontsloten, met de ingang gelegen aan de Van Benthemlaan. De omliggende wegen kunnen worden gebruikt om het toekomstige "Sijthoff Center" te kunnen bereiken. De ingang zal niet worden verplaatst. De capaciteit van de omliggende wegen is voldoende om het verkeer vanwege de hotelfunctie te kunnen opvangen. In vergelijking tot een invulling op basis van de huidige planologische situatie is sprake van een verbetering vanwege een betere spreiding van het verkeer. Het hotel zal met name in avond verkeer zal aantrekken terwijl de omliggende functies met name overdag verkeer aantrekken.

Parkeren

In de gehele gemeente geldt sinds juni 2018 de paraplubestemmingsplan 'parkeren'. Het betreft een parapluherziening voor de parkeernormering. Aanleiding hiervoor is het vervallen van de grondslag om stedenbouwkundige voorschriften (waaronder de parkeernormen) op te nemen in de Bouwverordening. Er geldt een overgangsperiode tot 1 juli 2018. De regels uit de parapluherziening zijn overgenomen in artikel 3 van dit wijzigingsplan. Artikel 3 schrijft voor dat er voor de hotelfunctie voldoende parkeerruimte beschikbaar dient te zijn. Dit dient door de ondernemer te worden gerealiseerd. In 2013 is reeds in het kader van onderhavige ontwikkeling door de gemeente Rijswijk onderzoek uitgevoerd naar het onderwerp 'parkeren'. Er is een parkeerbalans opgesteld, waarbij rekening is gehouden met de toekomstige hotel-functie. Uit deze parkeerbalans blijkt dat het wijzigingsplan uitvoerbaar is (Bijlage 4 Parkeren).

In het opgestelde inrichtingsplan (Bijlage 5 Inrichtingsplan parkeerplaatsen) is nagegaan of een representatieve invulling van de gewijzigde bestemming haalbaar bij toetsing aan de gemeentelijke parkeernormen. Uit de inrichtingstekening is af te leiden welke parkeerplaatsen aan de nieuwe hotelfunctie kunnen worden toegerekend. Het aantal parkeerplaatsen voldoet aan de parkeerbalans. Verder is in het inrichtingsplan rekening gehouden met fietsparkeren, eveneens conform de parkeerbalans.

2.2.3 Juridische regeling

Wijziging

Met dit wijzigingsplan wordt toepassing gegeven aan de wijzigingsbevoegdheid uit artikel 29, lid 29.3 uit het moederplan "Plaspoelpolder, 1e algehele herziening". Lid 29.3 uit de regels van dit plan is volledigheidshalve als Bijlage 1 bij deze toelichting gevoegd. De wijzigingsbevoegdheid houdt in dat burgemeester en wethouders de bestemming gelegen binnen wro-zone - wijzigingsgebied - 5 kunnen wijzigen ten behoeve van de functie van hotel. In de wijzigingsvoorwaarden staat dat uit een distributie planologisch onderzoek dient te blijken dat op deze locatie (N.B.: binnen de "wro-zone - wijzigingsgebied - 5") een hotel gevestigd kan worden (voorwaarde 1), waarvan de bouwhoogte maximaal 75 meter mag bedragen (voorwaarde 2).
Zoals in Hoofdstuk 1 is omschreven, maakt voorliggend wijzigingsplan een hotel mogelijk in het bestaande Sijthoff gebouw. Dit gebouw is gelegen binnen de wro-zone - wijzigingsgebied - 5 en heeft momenteel de functieaanduiding "dienstverlening", die conform het moederplan wordt gehandhaafd. Het gebruik van dit gebouw wordt gewijzigd door een hotelfunctie mogelijk te maken. Om aan de eerste wijzigingsvoorwaarde te voldoen, is een distributie planologisch onderzoek ("haalbaarheidsstudie") uitgevoerd ten behoeve van onderhavige ontwikkeling. Dit onderzoek is in december 2017 uitgevoerd en is als Bijlage 2 bij deze toelichting opgenomen. Op basis van het onderzoek kan geconcludeerd dat er binnen de regio de komende 10 jaar ruim voldoende behoefte aan nieuwe hotel (zie later ook uitgebreider paragraaf 4.2 van deze toelichting). Zodoende wordt aan de eerste wijzigingsvoorwaarde voldaan. Aan de tweede wijzigingsvoorwaarde wordt ook voldaan. Zoals uit paragraaf 2.2.2 is gebleken, wordt conform de systematiek van het moederplan de maximum bouwhoogte van 75 meter op de verbeelding opgenomen.

De regels van het moederplan “Plaspoelpolder, 1e algehele herziening” zijn van overeenkomstige toepassing op het onderhavige wijzigingsplan. Er zijn in onderliggend wijzigingsplan twee bestemmingen opgenomen:

  • Bedrijventerrein”. Dit artikel komt reeds voor in het moederplan en is inhoudelijk gewijzigd door aan de bestemmingsomschrijving een nieuwe subletter (nieuw sub c) toe te voegen, waarin staat dat een hotel met maximaal 220 hotelkamers is toegestaan. Het oude sub b (functieaanduiding 'bedrijfswoning') komt te vervallen. In het nieuwe sub b wordt de aanduiding 'dienstverlening' gehandhaafd (was opgenomen in sub d). Sub e t/m sub o worden niet overgenomen, waarin verschillende aanduidingen zijn opgenomen die op onderhavige locatie niet van toepassing zijn. Ook het oude sub c komt te vervallen (functieaanduiding 'detailhandel'), om dezelfde reden. De overige subletters worden overgenomen (oud sub a, sub p en sub q t/m w), waarbij de letters indien nodig worden aangepast. In verband met de nieuwe subletters wordt de verwijzing in sub a aangepast, waarin een verwijzing stond naar de onderliggende subletters. Overigens stond in het moederplan een verwijzing naar sub c t/m x, terwijl sub x niet bestond. De nieuwe verwijzing klopt wel.
    Enkel de bouwregels (lid 4.2 van het moederplan) die van toepassing zijn op onderhavige ontwikkeling worden overgenomen. De nadere eisen (lid 4.3 van het moederplan) worden geheel overgenomen. Tot slot zijn binnen de bestemming de regels uit de parapluherziening "parkeren" overgenomen.
  • "Waarde - Archeologie". Dit artikel komt reeds voor in het moederplan en is inhoudelijk niet gewijzigd.

Geometrische plaatsbepaling van dit wijzigingsplan

Het onderhavige wijzigingsplan is vervat in geometrisch bepaalde bestemmingen (de verbeelding), regels en deze toelichting. De geometrisch bepaalde bestemmingen zijn ingetekend op basis van een BGT-ondergrond en geven door middel van lijnen en arceringen, aanwijzingen met betrekking tot het bebouwen en het gebruik van het perceel.

Hoofdstuk 3 Wettelijk Kader En Beleidskader

3.1 Het Wijzigingsplan Als Deel Van Het Bestemmingsplan

Bij wijzigingen dienen burgemeester en wethouders te voldoen aan de bestemmings- en bebouwingsbepalingen en aan de wijzigingsbevoegdheid uit het bestemmingsplan. De wijziging vormt daarbij geen nieuw bestemmingsplan maar treedt in de plaats van (een deel van) de wijzigingsbevoegheid. Het maakt derhalve deel uit van het moederplan "Plaspoelpolder, 1e algehele herziening".

De overige regels van het moederplan “Plaspoelpolder, 1e algehele herziening” zijn ook op het wijzigingsplan van toepassing. Na het rechtskracht krijgen van het wijzigingsplan dienen aanvragen te worden getoetst aan het wijzigingsplan en de overige van toepassing zijnde bepalingen van het moederplan.

Het bestemmingsplan “Plaspoelpolder, 1e algehele herziening” is vastgesteld onder de reikwijdte van de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Hetzelfde geldt voor dit wijzigingsplan. Het voorliggende wijzigingsplan wordt beschouwd als wijziging zoals bedoeld in artikel 3.6, eerste lid onder a van de Wro. Voor de opbouw van het plan en de digitalisering zijn de RO-standaarden 2012 van toepassing.

3.2 Procedurele Aspecten

Op een wijzigingsplan is, ingevolge artikel 3.6 lid 4 Wro, Afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing. De procedure is als volgt:

Het ontwerp-wijzigingsplan ligt gedurende zes weken ter inzage. Gedurende deze termijn kunnen belanghebbenden zienswijzen indienen bij burgemeester en wethouders. De aanpassingen die volgen uit de eventuele zienswijzen worden verwerkt in het wijzigingsplan. Ook worden er - indien nodig - ambtshalve aanpassingen doorgevoerd. Binnen acht weken na afloop van de zienswijzentermijn, nemen burgemeester en wethouders een besluit omtrent de wijziging: ze stellen het wijzigingsplan - al dan niet gewijzigd - vast.

Tegen het vastgestelde plan staat rechtsreeks beroep open bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS). De termijn om beroep in te dienen bij de ABRvS begint op de dag nadat het vaststellingsbesluit bekend is gemaakt.

3.3 Toekomstvisie Plaspoelpolder En Visie Havenkwartier

De gemeenteraad van de gemeente Rijswijk heeft op 7 februari 2017 een toekomstvisie vastgesteld voor de Plaspoelpolder. Het betreft een richtinggevend document om het gebied verder te verduurzamen en toekomstbestendig te maken. Samenvattend zijn de speerpunten om van de Plaspoelpolder een minder monofunctioneel gebied te maken. Het verblijfsklimaat moet worden versterkt om de transitie te maken van 'werken overdag' naar een dynamisch 24/7 klimaat. Een mix van de functies werken, leren, ontspannen en wonen speelt hierbij een belangrijke rol.

Het gebied waar het Sijthoff gebouw zich in bevindt is aangewezen als gebiedsprofiel 'Verblijven aan het water'. De gemeente voorziet hier de mogelijkheid tot het realiseren van een aangenaam verblijfsgebied waarbij de functies horeca, werken, wonen en andere voorzieningen elkaar versterken.

Daarnaast wordt binnen de gemeente gewerkt aan een visie voor het Havenkwartier. Het Havenkwartier moet in die visie transformeren naar een gebied met woningbouw en andere voorzieningen. Een hotelfunctie past binnen deze transformatie en kan het concept van een Havenkwartier versterken. Mogelijk kan de uitwerking van het Havenkwariter nog wel doorwerken in de ruimtelijke inpassing van de directe omgeving van het Sijthoffgebouw als het gaat om groen en parkeren. In het kader van dit wijzigingsplan is het in deze fase nog niet mogelijk daar al rekening me te houden en inrichtingseisen te stellen. Wel laat de bestemming bedrijventerrein voldoende ruimte voor flexibiliteit op dit punt.

Hoofdstuk 4 Omgevingsaspecten

4.1 Algemeen

In het kader van het moederplan zijn reeds veel (milieu)aspecten onderzocht. In dit wijzigingsplan kan dan ook veelal worden geput uit c.q. voortgeborduurd op deze onderzoeksresultaten. In het navolgende wordt per aspect een afweging gemaakt.

4.2 Behoefte-onderzoek

Zoals in paragraaf 2.2.3 is omschreven, is een wijzigingsvoorwaarde dat uit een distributie planologisch onderzoek dient te blijken dat op onderhavige locatie een hotel gevestigd kan worden. Dit distributie planologisch onderzoek ("haalbaarheidsstudie") is in december 2017 uitgevoerd en als bij deze toelichting opgenomen. Uit dit onderzoek is gebleken dat op de lange termijn voldoende ruimte is voor de toevoeging van nieuwe hotelkamers in de regio Den Haag. In 2026 bestaat een marktruimte voor 1.157 hotelkamers, zo volgt uit het onderzoek. Overigens wordt met betrekking tot deze regio in het onderzoek opgemerkt dat de gebruikte marktcijfers van de Haagse hotelmarkt zijn, daar Rijswijk (nog) geen aparte marktgegevens heeft. Rijswijk wordt daarbij beschouwd als gelegen aan de rand van Den Haag, zo wordt in het onderzoek opgemerkt.
Op basis van het uitgevoerde distributie planologische onderzoek (in Bijlage 2) kan geconcludeerd worden dat op onderhavige locatie een hotel gevestigd kan worden. Er is op lange termijn voldoende ruimte voor de toevoeging van maximaal 220 nieuwe hotelkamers in het Sijthoff gebouw, ten opzichte van de 1.157 hotelkamers die gerealiseerd kunnen worden. Zodoende wordt aan de eerste wijzigingsvoorwaarde voldaan. Er is zodoende geen sprake van een distributieplanologische belemmering voor onderhavige ontwikkeling.

4.3 Milieueffectrapportage

In het moederplan is geconcludeerd dat er geen bijzondere nieuwe nadelige milieueffecten te verwachten zijn. Het opstellen van een plan-m.e.r. is dan ook achterwege gebleven bij genoemd plan. Zodoende kan dit ook achterwege blijven voor onderhavige ontwikkeling.

4.4 Luchtkwaliteit

De Wet luchtkwaliteit is niet van toepassing voor een wijzigingsplan (artikel 3.6 Wro). In artikel 5.16 van de Wet luchtkwaliteit is aangegeven wanneer voor een ontwikkeling een onderzoek naar luchtkwaliteit benodigd is. Artikel 3.6 van de Wro is hierin niet opgenomen, waardoor het aspect luchtkwaliteit niet onderzocht hoeft te worden. De reden hiervoor is dat in het moederplan het aspect luchtkwaliteit is afgehandeld, waarbij rekening is gehouden met de voorgenomen ontwikkeling uit dit wijzigingsplan. In het moederplan is geconcludeerd dat de luchtkwaliteit geen probleem vormt voor de uitvoering van de bouwmogelijkheden op basis van dat plan. Zodoende vormt het aspect "luchtkwaliteit" geen belemmering voor dit wijzigingsplan.

In het kader van een goede ruimtelijke ordening zijn de jaargemiddelde concentraties NO2 (stikstofdioxide), PM10 (fijnstof) en PM2,5 (zeer fijn stof) in de omgeving van het plangebied inzichtelijk gemaakt. Deze concentraties zijn afkomstig uit de NSL-monitoringstool ("NSL" staat voor: Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit). In deze tool is onder andere de concentratie langs de Delfweg aangegeven ter hoogte van de planlocatie. In afbeelding 1.5 zijn de jaargemiddelde concentraties NO2, PM10 en PM2,5 weergegeven voor het peiljaar 2016.

afbeelding "i_NL.IMRO.0603.wpsijthoff-VA01_0005.jpg"

Afbeelding 1.5: Overzicht concentraties NO2 en PM10, peiljaar 2016 (NSL-monitoringstool).

Uit de voorgaande afbeelding blijkt dat, nabij het plangebied, de jaargemiddelde concentraties NO2, PM10 en PM2,5 respectievelijk maximaal 36 µg/m3, 21 µg/m3 en 12 µg/m3 bedraagt. De jaargemiddelde grenswaarde voor NO2, PM10 (beide 40 µg/m3) en PM2,5 (25 µg/m3) wordt niet overschreden. Het aantal overschrijdingsdagen van de 24 uurgemiddelde concentratie voor PM10 is maximaal 8, waardoor het maximum van 35 dagen niet wordt overschreden.

4.5 Geluid

Het aspect "Geluid" is reeds onderzocht ten behoeve van het moederplan. Uit dat onderzoek volgde dat dit aspect geen belemmering vormde voor dat plan. Dit aspect hoeft zodoende niet nader te worden onderzocht voor onderhavige ontwikkeling en vormt evenmin een belemmering voor dit wijzigingsplan.

Bij het opstellen van het bouwplan wordt rekening gehouden met voldoende geluidwering zodat in het hotel sprake is van een goede omgevingskwaliteit.

4.6 Bodem

In het moederplan wordt gesteld dat bij bestemmingswijziging een bodemonderzoek geëist kan worden. Bij bestemmingswijzigingen in geval van herinrichtingsituaties is vaak al een bodemonderzoek noodzakelijk in het kader van de Woningwet (omgevingsvergunning voor het bouwen), zo volgt uit het moederplan. Wanneer dit bij een bestemmingswijziging niet het geval is, wordt bodemonderzoek slechts noodzakelijk geacht indien de bestemmingswijziging tevens een wijziging naar een strengere bodemklasse inhoudt. Er wordt gesteld dat in het kader van het moederplan dat slechts het geval kan zijn wanneer van de bestaande klasse ‘industrie’ naar de klasse ‘wonen’ wordt herbestemd.
Het betreft hier niet een wijziging van de vigerende bestemming "Bedrijventerrein", enkel wordt een hotelfunctie aan deze bestemming toegevoegd. Daarnaast moet volgens het Bodembeheerplan van de gemeente Rijswijk (vastgesteld op 18 juli 2006) worden voldaan aan de normen voor de bodemklasse 'wonen', indien het een perceel betreft met als (deel)functie ‘wonen met tuin’, ‘kinderspeelplaats’ of ‘moestuin/volkstuin’. Dat is in casu niet aan de orde, de bodemklasse wordt niet herbestemd. Het aspect "Bodem" levert zodoende geen belemmering op voor dit wijzigingsplan en behoeft geen nader onderzoek.

4.7 Externe Veiligheid

Externe veiligheid richt zich op het beheersen van activiteiten die een risico voor de omgeving kunnen opleveren, waaronder de productie, het vervoer en de opslag van gevaarlijke stoffen. In dit kader zijn het plaatsgebonden risico en het groepsrisico van belang.

Plaatsgebonden risico

Het PR is de kans per jaar dat een persoon op een bepaalde plaats overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen, indien hij onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven. Het PR wordt weergegeven met risicocontouren rondom een inrichting of langs een vervoersas. De normstelling heeft de status van een grenswaarde die niet overschreden mag worden. Voor kwetsbare objecten wordt in zowel bestaande als nieuwe situaties het niveau van 10-6 per jaar als grenswaarde gehanteerd. Nieuwe beperkt kwetsbare objecten zijn alleen toegestaan onder een gewichtige motivering. Bestaande beperkt kwetsbare objecten zijn toegestaan binnen de PR 10-6 contour.

Groepsrisico

Het GR kan worden beschouwd als de maat van maatschappelijke ontwrichting in geval van een calamiteit (en drukt dus de kans per jaar uit dat een groep mensen van minimaal 10 personen overlijdt als rechtstreeks gevolg van een calamiteit). De normstelling heeft de status van een oriënterende waarde. Deze waarde is geen vastgestelde wettelijke norm. Voor het bevoegd gezag geldt met betrekking tot het GR wel een verantwoordingsverplichting.

afbeelding "i_NL.IMRO.0603.wpsijthoff-VA01_0006.jpg"

Afbeelding 1.6: Uitsnede risicokaart met de A4 (groen), aardgastransportleiding (rood gestippeld), Rijswijkse vuurwerkhal (rode stip) en het LPG station (rode driehoek ten westen van het plangebied)

Advies veiligheidsregio

Het wijzigingsplan is ter advisering voor gelegd aan de Veiligheidsregio Haaglanden, zie bijlage 3. de veiligheidsregio adviseert om het groepsrisico als gevolg van het transport van gevaarlijke stoffen over de rijksweg A4, Burgermeester Elsenlaan en de hoge druk aardgastransportleiding te berekenen en de uitkomsten op te nemen in het wijzigingsplan. Deze verantwoording van het groepsrisico is als bijlage bij dit plan opgenomen bijlage 6.

Uitkomsten onderzoek

Voor het plangebied zijn de volgende bronnen onderzocht:

Bron Plaatsgebonden risico Resultaten onderzoek groepsrisico
Transportroute gevaarlijke stoffen A4 Geen PR 10-6 contour en geen plasbrandaandachtsgebied Het groepsrisico neemt toe met 0,00009, geen overschrijding van de orientatiewaarde. Er is geen sprake van een significante toename.
transportroute LPG over de Diepenhorstlaan, Vervaartlaan en Burgemeester Elsenlaan Geen PR 10-6 contour en geen plasbrandaandachtsgebied Het groepsrisico neemt toe met 0,00009, Geen overschrijding van de orientatiewaarde. De gemeente Rijswijk heeft een overeenkomst gesloten met de exploitant van tankstation aan de Burgemeester Elsenlaan 156 waarbij de verkoop van LPG per 1 juli 2019 wordt beëindigd. Er kan worden aangenomen dat ten tijde van de in gebruikname van het hotel met bijbehorende functies in het plangebied, de route Diepenhorstlaan, Vervaartlaan en de Burgemeester Elsenlaan niet meer geldt als route voor het vervoer van gevaarlijke stoffen.
Aardgastransportleiding A-517 Geen PR 10-6 contour Geen verandering in de hoogte van het groepsrisico tussen de huidige en plansituatie. Zowel in de huidige als plansituatie blijft de waarde van het groepsrisico onder de oriëntatiewaarde.

Conclusie en aanbevelingen

Het aspect externe veiligheid vormt geen belemmering voor de uitvoering van het plan. In het rapport zijn een aantal aanbevelingen gedaan die betrokken dienen te worden bij de omgevingsvergunning voor het bouwen. In artikel 3.3.2 is dit door een nadere eis in de regels geborgd. In het kader van de vergunningverlening zal formeel advies worden gevraagd aan de veiligheidsregio Haaglanden. Zie ook paragraaf 5.2.

Daarbij is het van belang op te merken dat het programma uit het uitgevoerde DPO onderzoek (bijlage 2) ruimer is dan toestaan in dit wijzigingsplan. Het uitgevoerde DPO onderzoek had destijds als motief de marktruimte te onderzoeken en niet om een definitief bouwplan te bepalen. Juridisch gezien is duidelijk dat uitsluitend het programma dat genoemd is in het wijzigingsplan kan worden toegelaten. Voor eventuele uitbreiding zoals bedoeld in het DPO onderzoek zal een afzonderlijke planologische procedure nodig zijn waarin het aspect externe veiligheid opnieuw zal moeten worden afgewogen.

4.8 Bedrijven En Milieuzonering

Ten behoeve van het moederplan is een milieuzoneringsonderzoek uitgevoerd. Dit onderzoek kan worden aangehaald voor dit wijzigingsplan. Dit aspect hoeft zodoende niet nader te worden onderzocht voor onderhavige ontwikkeling en vormt evenmin een belemmering voor dit wijzigingsplan.

4.9 Water

In het moederplan is het aspect "Water" (daar "Waterhuishouding" genoemd) reeds afgewogen. Dit aspect is niet belemmerend voor dat bestemmingsplan bevonden. Onderhavige ontwikkeling heeft geen negatief effect op de waterhuishouding, aangezien het verhard oppervlak niet zal toenemen. Derhalve is het aspect "Water" niet belemmerend voor dit wijzigingsplan en behoeft dit aspect geen nader onderzoek.

4.10 Natuur En Ecologie

De locatie is niet gelegen op gronden die zijn aangewezen als Ecologische Hoofdstructuur (EHS) / Natuurnetwerk Nederland (NNN). Er gaat dan ook geen oppervlakte aan EHS-gebied verloren. Binnen een afstand van 3 kilometer zijn geen Natura 2000-gebieden aanwezig. Met betrekking tot gebiedsbescherming vormt de voorgenomen ontwikkeling dan ook geen belemmering en zijn er geen aanwijzingen voor de aanwezigheid van de voor deze locatie relevante soortgroepen vaatplanten, vleermuizen en vogelsoorten met jaarrond beschermde nesten. Het betreft een bevestiging van de uitkomsten van het onderzoek dat heeft plaatsgevonden in het kader van het moederplan.

Momenteel staat op de onderhavige locatie het Sijthoff gebouw en is sprake van bestaande bebouwing, die door onderhavige ontwikkeling niet wordt uitgebreid. Er zullen geen sloopwerkzaamheden plaatsvinden. Verder zullen geen bomen worden gerooid en wordt geen bestaande watergang vergraven.

Volledigheidshalve is het nog wel van belang op te merken dat als in de toekomst toch sprake is van verstoringen (sloop/rooien bomen/dempen watergangen) een onderzoek naar genoemde soortgroepen noodzakelijk is op grond van de Wet natuurbescherming. De verwachting is dat negatieve effecten voldoende gemitigeerd kunnen worden en dat een ontheffing kan worden verkregen.

Het aspect "Natuur en ecologie" vormt op basis van de huidige plannen geen belemmering voor onderhavige ontwikkeling en hoeft niet nader onderzocht te worden.

4.11 Cultuurhistorie En Archeologie

In het moederplan is het aspect "Cultuurhistorie en archeologie" reeds onderzocht. Dit onderzoek kan ook voor onderhavige ontwikkeling worden aangehaald. Er gaan geen bodemingrepen gepaard met onderhavige ontwikkeling, zodoende is geen nieuw archeologisch onderzoek benodigd. Conform het moederplan wordt op de planlocatie de dubbelbestemming "Waarde - Archeologie" opgenomen, waarbij de regels uit het moederplan ongewijzigd worden overgenomen.
Het aspect "Cultuurhistorie en archeologie" vormt geen belemmering voor onderhavige ontwikkeling en behoeft geen nader onderzoek.

4.12 Verkeer En Parkeren

Het aspect "Verkeer en parkeren" is reeds onderzocht ten behoeve van het moederplan (daar "Verkeer" genoemd). Er is daarin geconcludeerd dat de berekende verkeersintensiteiten duidelijk maken dat de voorgenomen ontwikkelingen in de Plaspoelpolder tot extra verkeer leiden. Het aspect is echter niet belemmerend voor het moederplan bevonden. Dat geldt evenzeer voor onderhavige ontwikkeling: het aspect "Verkeer en parkeren" vormt geen belemmering en behoeft geen nader onderzoek. Zoals volgt uit 2.2.2 dient echter wel voldoende parkeergelegenheid beschikbaarheid te zijn voor de hotelfunctie. Bij uitvoering van het bouwplan zal volledig voldaan worden aan de gemeentelijke parkeernormen. Concreet betekent dit dat bij de aanvraag omgevingsvergunning bouwen de parkeerbalans zal worden overlegd, waarbij wordt aangetoond dat voldaan wordt aan de parkeerbehoefte. Er zal uitvoering worden gegeven aan de in de parkeerbalans (Bijlage 4) gestelde parkeereis en aan de overige daarin gestelde eisen of aanbevelingen. Ten behoeve van de onderhavige ontwikkeling is ook een inrichtingsplan voor de toekomstige parkeerplaatsen opgesteld, die voldoet aan de parkeerbalans (Bijlage 5).

Hoofdstuk 5 Uitvoerbaarheid

5.1 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid

In het kader van het moederplan is uitvoerig stilgestaan bij inspraak-, overlegreacties en zienswijzen. Op basis hiervan is het plan op onderdelen aangepast. Het wijzigingsplan past binnen de gegeven mogelijkheden uit het vigerende moederplan. Daarmee wordt verondersteld dat er voldoende draagvlak is voor de voorgenomen ontwikkeling. Het concept ontwerpwijzigingsplan heeft in het kader van de inspraak gedurende 2 weken te inzage gelegen (19 oktober 2018 t/m 1 november 2018). Op 30 oktober heeft van 16:00-18:00 een inloopbijeenkomst plaatsgevonden. Er zijn geen inspraakreacties binnengekomen.

Het ontwerpwijzigingsplan heeft gedurende de periode 21-12-2018 t/m 31-01-2019 ter inzage gelegen met de mogelijkheid voor belanghebbenden om zienswijzen in te dienen. Er zijn geen zienwijzen tegen het plan ingediend.

Gelet hierop wordt het plan maatschappelijk uitvoerbaar geacht.

5.2 Overleg

Het wijzigingsplan is als concept voorgelegd aan diverse instanties. Naar aanleiding hiervan zijn reactie ingekomen van de Omgevingsdienst Haaglanden en de Veiligheidsregio Haaglanden. Beide instanties adviseren het groeprisico in beeld te brengen en nader af te wegen en een aantal maatregelen te treffen om de kans op incidenten te verkleinen, de effecten van incidenten te beperken en de zelfredzaamheid van de aanwezigen te verbeteren.

In reactie hierop is afgewogen dat ten opzichte van de huidige planologische situatie geen sprake is van een toename van het groepsrisico. Het voorliggende wijzigingsplan ziet uitsluitend op het toevoegen van een functie hotel naast de functies die nu ook al kunnen. Uit het onderzoek naar het groepsrisico bijlage 6 blijkt dat het aspect geen belemmering vormt voor de uitvoering van het wijzigingsplan. De maatregelen zoals geadviseerd door de Veiligheidsregio Bijlage 3 Advies veiligheidsregio zullen worden overgenomen en worden betrokken bij de ontwikkeling van het bouwplan. In het opgestelde rapport 6 onderzoek externe veiligheid zijn deze maatregelen uitgewerkt in paragraaf 6.2. Bij de aanvraag omgevingsvergunning wordt aangegeven hoe deze maatregelen worden toegepast en zal de Veiligheidsregio Haaglanden om advies worden gevraagd. Daarnaast is in artikel 3.3.2 de bevoegdheid opgenomen voor burgemeenster en wethouders om een nadere eis te stellen met betrekking tot afschakelbare ventilatie. Een toekomstige initiatiefnemer zal de volgende maatregelen toepassen indien daadwerkelijk een bouwplan wordt ingediend om een hotel te ontwikkelen:

  • Afschakelbare ventilatie (effectbeperking)
  • Vluchtweg van risicobron af (verhogen zelfredzaamheid)
  • Voorbereiding interne organisatie (verhogen zelfredzaamheid)
  • Risicocommunicatie (verhogen zelfredzaamheid)
  • Bereikbaarheid en bluswatervoorzieningen (maatregelen t.b.v. de hulpverlening)

5.3 Economische Uitvoerbaarheid

Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan of aanverwant planfiguur dient op grond van artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening in de toelichting inzicht te worden gegeven in de economische uitvoerbaarheid van het plan. In een anterieure overeenkomst met de grondeigenaar is het kostenverhaal geregeld.

Bijlage 1 Staat Van Horeca-inrichtingen

Bijlage 1 Staat van horeca-inrichtingen

Bijlage 2 Staat Van Bedrijfsactiviteiten

Bijlage 2 Staat van Bedrijfsactiviteiten

Bijlage 1 Artikel 9, Lid 29.3 Moederplan

Bijlage 1 Artikel 9, lid 29.3 moederplan

Bijlage 2 Dpo Onderzoek

Bijlage 2 DPO onderzoek

Bijlage 3 Advies Veiligheidsregio

Bijlage 3 Advies veiligheidsregio

Bijlage 4 Parkeren

Bijlage 4 Parkeren

Bijlage 5 Inrichtingsplan Parkeerplaatsen

Bijlage 5 Inrichtingsplan parkeerplaatsen

Bijlage 6 Externe Veiligheid

Bijlage 6 Externe veiligheid