Hof van Spui, fase 1
Wijzigingsplan - gemeente Albrandswaard
Vastgesteld op 20-12-2016 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Van Toepassing Verklaring
Op dit wijzigingsplan zijn de regels van het bestemmingsplan "Rhoon Dorp 2013", vastgesteld op 14 juli 2014 door de gemeenteraad van Albrandswaard, van toepassing, voor zover in de regels van dit wijzigingsplan niet anders is bepaald en met dien verstande dat in geval van discrepantie tussen de regels van het bestemmingsplan "Rhoon Dorp 2013" en het wijzigingsplan, de regels van het wijzigingsplan van toepassing zijn.
Artikel 2 Begripsbepalingen
In deze regels wordt verstaan onder:
2.1 plan:
het bestemmingsplan Hof van Spui - fase 1 van de gemeente Albrandswaard.
2.2 bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0613.HofvSpuifase1-VST1 met de bijbehorende regels (en eventuele bijlagen).
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Groen
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Groen aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. groenvoorzieningen;
- b. water;
- c. voet- en fietspaden;
- d. perceelsontsluitingswegen;
- e. speelvoorzieningen;
- f. straatmeubilair;
- g. nutsvoorzieningen en gemalen.
3.2 Bouwregels
Op de in lid 3.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande uitsluitend overige bouwwerken (geen gebouwen zijnde) mogen worden gebouwd waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 5 m.
Artikel 4 Kantoor
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. kantoren.
4.2 Bouwregels
Op de in lid 4.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande, dat:
- a. hoofdgebouwen uitsluitend binnen het bouwvlak mogen worden gebouwd;
- b. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 8 m;
- c. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 11 m;
Artikel 5 Tuin
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. tuinen.
5.2 Bouwregels
Op de in lid 5.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande, dat:
- a. bij iedere woning aan de voorgevel een entree-, tochtportaal en/of erker mag worden gebouwd, waarbij;
- 1. de grondoppervlakte niet meer dan 2 m2 bedraagt;
- 2. de goothoogte niet meer mag bedragen dan de hoogte van de eerste bouwlaag van de bijbehorende woning;
- 3. de afstand van het gebouw tot de naar de openbare ruimte toegekeerde perceelsgrens ten minste 1 m bedraagt;
- b. voor het overige uitsluitend overige bouwwerken ten dienste van de bestemming mogen worden gebouwd waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 1 m.
5.3 Afwijken van de bouwregels
Artikel 6 Verkeer - Verblijfsgebied
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wegen met een verblijfsfunctie (30 km/u);
- b. pleinen;
- c. voet- en fietspaden;
- d. parkeervoorzieningen;
- e. speelvoorzieningen;
- f. groenvoorzieningen en water;
- g. straatmeubilair;
- h. nutsvoorziening;
- i. bruggen.
6.2 Bouwregels
Op de in lid 6.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande:
- a. dat de inhoud van een nutsvoorziening niet meer bedraagt dan 100 m3;
- b. voor het overige uitsluitend overige bouwwerken (geen gebouwen zijnde) mogen worden gebouwd waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 5 m.
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - overkapping' in ieder geval een overkapping met een bouwhoogte van niet meer dan 5 m is toegestaan.
Artikel 7 Wonen
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein', voor parkeervoorzieningen ten behoeve van wonen;
- c. tuinen en erven;
- d. groenvoorzieningen en water.
7.2 Bouwregels
Op de in lid 7.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande, dat:
- a. hoofdgebouwen uitsluitend binnen het bouwvlak mogen worden gebouwd;
- b. de bouwhoogte bedraagt niet meer 11 m;
- c. het aantal woningen mag niet meer bedragen dan 21;
- d. bij iedere woning aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mogen worden gebouwd mits:
- 1. de gezamenlijke grondoppervlakte niet meer bedraagt dan:
- 75 m2 voor vrijstaande- en hoekwoningen;
- 40 m2 voor tussenwoningen;
- voor gestapelde woningen is de bouw van bijgebouwen niet toegestaan;
- 2. het perceelsgedeelte gelegen achter de woning tussen het verlengde van de zijgevels en/of gemeenschappelijke scheidingsmuur (-muren) van de woning voor ten minste 40% onbebouwd en onoverdekt blijft met een minimum van 35 m2;
- 3. indien het voorgaande (d2) er toe zou leiden dat in het geheel geen erfbebouwing mag worden opgericht, mag desondanks een bijgebouw van 10 m2 worden gebouwd;
- 4. de bouw van uitbreidingen van de woonruimte en/of praktijkruimten dient altijd aan de woning te geschieden;
- 5. met betrekking tot de bouwhoogte van bijgebouwen en uitbreidingen van woonruimte geldt:
- voor vrijstaande bijgebouwen de goothoogte niet meer bedraagt dan 3,00 m en de bouwhoogte niet meer dan 4,50 m;
- voor aangebouwde bijgebouwen en/of uitbreidingen van de woonruimte mag de goothoogte niet meer bedragen dan de bouwhoogte van de eerste bouwlaag van de bijbehorende woning tot een maximum van 4 m en de bouwhoogte niet meer bedragen dan 6 m;
- 1. de gezamenlijke grondoppervlakte niet meer bedraagt dan:
- e. met betrekking tot de overige bouwwerken geldt dat de bouwhoogte van overige bouwwerken mag bedragen:
- 1. 2,70 m voor pergola's;
- 2. 2,00 m voor erf- en terreinafscheidingen;
- 3. 3,00 m voor andere overige bouwwerken.
7.3 Afwijken van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in lid 7.2 voor:
- a. de bouw van een extra bouwlaag (met kap) op een aanbouw of uitbouw aan de woning, mits:
- 1. de aanbouw of uitbouw met kap als bouwmassa ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
- 2. geen aantasting plaatsvindt van de gewenste stedenbouwkundige structuur;
- 3. het bouwplan geen afbreuk doet aan de belangen van omwonenden (bezonning/privacy)
- 4. de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 10 m;
- 5. de goothoogte niet meer bedraagt dan 6,5 m.
- b. de bouw van een dakterras op een aanbouw of uitbouw aan de woning, mits:
- 1. de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 1 m boven de bouwhoogte van de aanbouw of uitbouw;
- 2. geen aantasting plaatsvindt van de gewenste stedenbouwkundige structuur;
- 3. het bouwplan geen afbreuk doet aan de belangen van omwonenden (bezonning/privacy).
7.4 Specifieke gebruiksregels
Binnen het bouwvlak is een bed-and-breakfast toegestaan, met dien verstande dat:
- a. de omvang van de activiteit niet meer mag bedragen dan 50% van de gezamenlijke vloeroppervlakte van de hoofdbebouwing;
- b. nabijgelegen percelen niet in onevenredige mate hinder mogen ondervinden;
- c. het aantal slaapverblijven maximaal 7 bedraagt;
- d. bij de slaapverblijven geen zelfstandige kookgelegenheden zijn toegestaan;
- e. een nachtregister moet worden bijgehouden;
- f. het maximale oppervlakte per slaapverblijf niet meer dan 30 m² mag bedragen;
- g. het nachtverblijf niet mag plaatsvinden in vrijstaande bijgebouwen;
- h. voorzien wordt in 1 parkeerplaats per slaapverblijf op eigen terrein.
7.5 Afwijken van de gebruiksregels
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.4, met dien verstande dat:
- a. de bed-and-breakfast-voorziening in een ten dienste van het hoofdgebouw vrijstaande bijgebouw mag worden gebouwd;
- b. de woning als zodanig herkenbaar blijft;
- c. de woonfunctie dan wel de agrarische functie gehandhaafd blijft;
- d. de bed-and-breakfast-voorziening:
- 1. door de bouwkundige opzet, indeling en maatvoering niet kan functioneren als zelfstandige woning. Een aparte kookgelegenheid bij de voorziening niet is toegestaan;
- 2. de landschappelijke, cultuurhistorische en/of architectonische waarden van het complex niet wordt aangetast;
- 3. de parkeerbalans in de directe omgeving niet nadelig wordt beïnvloed;
- 4. geen onevenredige nadelige gevolgen zal opleveren voor het woon- en leefklimaat van omwonenden en de bedrijfsvoering van omliggende bedrijven
- e. de veiligheid van de voorziening wordt gewaarborgd, met inachtneming van de bepalingen uit het Bouwbesluit.
Artikel 8 Waterstaat - Waterkering
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Waterstaat - Waterkering aangewezen gronden zijn, behalve voor andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de waterkering alsmede voor behoud, versterking en/of herstel van de landschappelijke en natuurwaarde van dijken, bermen en bermbeplantingen.
8.2 Bouwregels
Op de in lid 8.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend overige bouwwerken ten dienste van de bestemming Waterstaat - Waterkering worden gebouwd, met dien verstande, dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 2,5 m.
8.3 Afwijken van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde lid 8.2 voor de bouw van bouwwerken ten dienste van de aangegeven onderliggende bestemmingen, op voorwaarde, dat:
- a. de belangen van de waterhuishouding dit toelaten;
- b. alvorens de omgevingsvergunning te verlenen schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de beheerder van de waterkering.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 9 Algemene Aanduidingsregels
9.1 Geluidzone - industrie
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 10 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het wijzigingsplan "Hof van Spui - fase 1".