Parapluplan Wonen
Bestemmingsplan - Gemeente Waddinxveen
Vastgesteld op 16-10-2024 - vastgesteld
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 plan
het bestemmingsplan Parapluplan Wonen als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0627.BPWonen-0401 van de gemeente Waddinxveen;
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
1.3 bedrijfswoning
een woning in of bij een bedrijf, slechts bestemd voor (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar, gelet op het legaal gebruik van het gebouw of terrein, noodzakelijk is;
1.4 huishouden
bewoning van een woning door: één persoon of meerdere personen in de vorm van een samenlevingsverband, die een duurzame (gemeenschappelijke) huishouding voeren of willen voeren, waar bij een gemeenschappelijke huishouding sprake is van onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling ervan. Bedrijfsmatige kamerverhuur wordt daaronder niet begrepen. Bij elkaar wonende studenten en/of alleenstaanden vormen in de regel geen huishouden;
1.5 kamerverhuur
de (gedeeltelijke) verhuur van een woning via kameruitgifte, waarbij kamers geen zelfstandige woonruimte vormen door het ontbreken van wezenlijke voorzieningen zoals een eigen kook- en/of wasgelegenheid en/of toilet;
1.6 wonen
het gebruik van een woning voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden;
1.7 woning
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van één huishouden.
Artikel 2 Van Toepassing Verklaring
- a. Het voorliggende bestemmingsplan is van toepassing op de bestemmingen die het wonen, inclusief het wonen in bedrijfswoningen, toestaan in de bestemmingsplannen, (partiële) herzieningen van alle bestemmingsplannen, wijzigings- en uitwerkingsplannen en beheersverordeningen binnen de gemeente Waddinxveen geldend op het moment van vaststelling van dit bestemmingsplan.
- b. De regels in het voorliggende bestemmingsplan gelden in aanvulling op en voor zover van toepassing ter gedeeltelijke vervanging van de regels (waaronder de begrippen) in de onder a bedoelde plannen.
Hoofdstuk 2 Algemene Regels
Artikel 3 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 4 Algemene Gebruiksregels
4.1 Specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met de bestemmingsbepalingen, genoemd in de bestemmingsplannen in artikel 2 waar (bedrijfs)woningen en/of andere woonfuncties planologisch mogelijk zijn wordt in ieder geval gerekend:
- het gebruik van een woning voor de huisvesting van meer dan één huishouden, kamerverhuur, gebruik als niet-zelfstandige woning.
4.2 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning gemotiveerd afwijken van het bepaalde in lid 4.1, mits wordt voldaan aan de 'Beleidsregel inzake Persoonsgebonden omgevingsvergunning voor kamerbewoning' van de gemeente Waddinxveen, vastgesteld op 28-08-2018 en dat indien deze beleidsregels gedurende de planperiode worden gewijzigd, rekening wordt gehouden met de wijziging.
Hoofdstuk 3 Overige Regels
Artikel 5 Overgangsrecht
5.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in sublid a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid a met maximaal 10%.
- c. Sublid a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
5.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in sublid a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld in sublid a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Sublid a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsregels van dat plan.
Artikel 6 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het
bestemmingsplanParapluplan Wonen
van de gemeente Waddinxveen.
Behorend bij besluit van ......
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
In een groot aantal bestemmingsplannen van de gemeente Waddinxveen is een bestemming 'Wonen' opgenomen waarbij in die plannen het begrip 'wonen' niet nader is gedefinieerd. In die gevallen moet -vanwege diverse uitspraken van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State worden aangesloten bij het algemeen spraakgebruik. In het algemeen spraakgebruik worden diverse uiteenlopende vormen van wonen begrepen, waaronder het gebruik van woningen door personen die geen huishouden vormen (hierna: kamerverhuur). Dit betreft onder andere studenten, arbeidsmigranten, en spoedzoekenden.
Het gebruik van grondgebonden woningen of appartementen voor kamerverhuur anders dan traditionele huishoudens (studenten, arbeidsmigranten en spoedzoekenden e.d.) zou kunnen leiden tot een verslechtering van het woon- en leefklimaat op wijkniveau en een (eenzijdig) woningaanbod met een matige kwaliteit. Op sommige plekken kan de openbare ruimte bijvoorbeeld onder druk komen te staan door een toename van geparkeerde auto's, fietsen en scooters, een toename van verkeersbewegingen, parkeeroverlast, ondermijnende criminaliteit en verwaarlozing van buitenruimte. Verschillende leefstijlen kunnen met elkaar botsen en bewoners kunnen het gevoel krijgen dat de buurt verpauperd. De bewoning in kamerverhuurpanden kan 'vluchtig' zijn waardoor de bewoners weinig binding met de buurt hebben. Bij de soms (zeer) kleine woningen die gecreëerd worden ontbreekt vaak een berging en een buitenruimte. Het ontbreken hiervan draagt niet bij aan een goede woonkwaliteit.
Om kamerverhuur te reguleren, moet het begrip 'wonen' nader worden gedefinieerd. Daarbij moet het begrip 'wonen' gekoppeld worden aan de begrippen 'woning' en 'huishouden'.
Het voorliggende paraplubestemmingsplan voorziet in een actuele en uniforme regel die in alle gemeentelijke bestemmingsplannen van toepassing wordt verklaard. Hiermee heeft de gemeente een juridisch-planologisch instrument om ongewenste ontwikkelingen ten aanzien van kamerverhuur tegen te gaan. Met een afwijkingsmogelijkheid waarbij wordt verwezen naar de gemeentelijke 'Beleidsregel inzake Persoonsgebonden omgevingsvergunning voor kamerbewoning' wil de gemeente vervolgens de mogelijkheden voor het toestaan van het gebruik van een woning voor de huisvesting van meer dan één huishouden, kamerverhuur of gebruik als niet-zelfstandige woning reguleren. Op deze manier is het voor initiatiefnemers uit te leggen waarom een initiatief wel of niet mogelijk is en bestaat er geen willekeur binnen de verschillende wijken in de gemeente.
1.2 Planvorm
Dit betreft een zogenaamd paraplubestemmingsplan. Een paraplubestemmingsplan is een partiële herziening van meerdere bestemmingsplannen rondom één of meerdere specifieke thema's. In dit geval betreft het de begripsbepalingen en gebruiksmogelijkheden die samenhangen met het thema wonen.
Het paraplubestemmingsplan legt de nieuwe regeling rondom dit thema vast voor de bestemmingsplannen waar het paraplubestemmingsplan betrekking op heeft. De begrippen in het paraplubestemmingsplan gelden voor de gehele gemeente. De huidige definities van deze begrippen in de nu geldende bestemmingsplannen komen te vervallen. Voor het overige blijven die onderliggende bestemmingsplannen ongewijzigd en zelfstandig van kracht.
1.3 Plangebied
Dit paraplubestemmingsplan heeft betrekking op het gehele grondgebied van de gemeente Waddinxveen en heeft betrekking op alle vigerende bestemmingsplannen van de gemeente Waddinxveen.
1.4 Leeswijzer
Het voorliggende bestemmingsplan bestaat uit een verbeelding met bijbehorende planregels, vergezeld van een toelichting. De planregels en de verbeelding vormen de juridisch bindende elementen van het bestemmingsplan. De toelichting geeft onderbouwing en uitleg aan de regels en de verbeelding.
De toelichting bij dit paraplubestemmingsplan is als volgt opgebouwd:
- in hoofdstuk 2 is beschreven wat het doel is dat met dit paraplubestemmingsplan wordt beoogd;
- in hoofdstuk 3 is een toelichting gegeven op de juridische regeling van het paraplubestemmingsplan;
- in hoofdstuk 4 is tot slot een korte beschrijving van de maatschappelijke en economische uitvoerbaarheid opgenomen.
Hoofdstuk 2 Planbeschrijving
Zoals in hoofdstuk 1 al is aangegeven, zijn er diverse uitspraken van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) met betrekking tot begrippen zoals ‘wonen’ en ‘huishouden’.
De uitspraak van de ABRvS (ECLI:NL:RVS:2018:1882) houdt, kort samengevat, het volgende in: Binnen de bestemmingen waar wonen mogelijk wordt gemaakt wordt het begrip wonen niet altijd omschreven in de begrippen van het bestemmingsplan. Dit heeft tot gevolg dat het toestaan van kamerverhuur c.q. splitsing van een woning in meerdere wooneenheden niet verboden is. Dit kon worden toegestaan ondanks dat het begrip woning wél was opgenomen. In de bestemmingsregels ontbrak een verwijzing naar dit begrip. Dit is ook het geval bij de meeste bestemmingsplannen in de gemeente Waddinxveen.
Als het begrip 'wonen' niet nader is gedefinieerd, dient aansluiting te worden gezocht bij het algemeen spraakgebruik. Volgens de ABRvS dienen in het algemeen spraakgebruik onder 'wonen' diverse uiteenlopende vormen van huisvesting te worden begrepen. Daaronder valt ook het verhuren van kamers aan personen die niet tot het huishouden van de verhuurder behoren.
Een inventarisatie van de bestemmingsplannen in de gemeente Waddinxveen wijst uit dat niet alle bestemmingsplannen zijn ingericht overeenkomstig het planologisch-juridisch gewenste regime. Daardoor kunnen woningen gesplitst worden in meerdere eenheden zonder dat de gemeente daar een ruimtelijke of stedenbouwkundige overweging bij kan maken. Dit is over het algemeen niet gewenst. Zo kan het zijn dat er een hogere parkeerdruk op het openbaar gebied komt te liggen, wanneer er planologisch meerdere woningen mogelijk zijn.
Tevens kan opsplitsen leiden tot ongewenste vormen van kamerverhuur hetgeen tot overlast kan leiden voor de omgeving of tot situaties waarbij weinig of geen onderhoud wordt gepleegd aan het erf/de woning. Deze ongewenste situaties willen wij door middel van dit paraplubestemmingsplan voorkomen.
Omdat het begrip ‘wonen’ samenhangt met het begrip ‘woning’ is ook geïnventariseerd hoe dit begrip wordt gedefinieerd. Hieruit blijkt dat dit begrip vaak wordt gedefinieerd als ‘een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van één huishouden.’ Geconstateerd wordt dat het om die reden relevant is om ook het begrip 'huishouden' met een duidelijke begripsbepaling in de planregels vast te leggen.
Bij de vraag of sprake is van één huishouden, zijn in de jurisprudentie twee factoren van belang. Er moet sprake zijn van ‘onderlinge verbondenheid’ en ‘continuïteit van samenstelling’. Dit blijkt onder meer uit de uitspraak 8 november 2017 (ECLI:NL:RVS:2017:3018).
Door de begrippen 'huishouden', 'kamerverhuur', 'wonen' en 'woning' met dit paraplubestemmingsplan vast te leggen en van toepassing te verklaren op de geldende ruimtelijke plannen van de gemeente Waddinxveen, wordt in de eerste plaats aansluiting gezocht bij recente jurisprudentie en wordt dit in de tweede plaats voor alle gemeentelijke plannen op identieke wijze vastgelegd.
Hoofdstuk 3 Juridische Toelichting
Het juridische deel van dit paraplubestemmingsplan bestaat uit een verbeelding en de regels. Op de verbeelding staat het plangebied weergegeven. Dit plangebied geeft de begrenzing aan van het gebied waarbinnen de regels van dit bestemmingsplan gelden. De regels van het paraplubestemmingsplan bevatten de volgende artikelen:
Artikel 1 Begripsbepalingen
Dit artikel bestaat uit de inhoudelijke begripsbepalingen die van belang zijn voor de toepassing van dit paraplubestemmingsplan.
Artikel 2 Van toepassing verklaring
Dit artikel geeft aan op welke bestemmingsplannen de planregeling betrekking heeft. Dit paraplubestemmingsplan heeft een zelfstandige werking, waarbij de begrippen worden aangevuld of vervangen door de begrippen uit de geldende bestemmingen voor zover dit betrekking heeft op de mogelijkheden voor het gebruik van de gronden en bouwwerken voor het wonen.
Artikel 3 Anti-dubbeltelregel
In dit artikel is de anti-dubbeltelregeling opgenomen. Deze standaardbepaling is bedoeld om te voorkomen dat van ruimte die in een bestemmingsplan voor de realisering van een bepaald gebruik of functie mogelijk is gemaakt, na realisering daarvan, ten gevolge van feitelijke functie- of gebruiksverandering van het gerealiseerde, opnieuw zou kunnen worden gebruik gemaakt.
Artikel 4 Algemene gebruiksregels
In dit artikel is het verbod op het gebruik van een woning voor de huisvesting van meer dan één huishouden, kamerverhuur en gebruik als niet-zelfstandige woning opgenomen. Tevens is daarbij opgenomen dat onder de voorwaarden uit de 'Beleidsregel inzake Persoonsgebonden omgevingsvergunning voor kamerbewoning', of diens rechtsopvolger, van de gemeente Waddinxveen met een omgevingsvergunning mag worden afgeweken van deze verbodsbepaling.
Verder is er een (verplichte) standaardbepaling voor het overgangsrecht opgenomen (Artikel 5 Overgangsrecht) en een slotregel (Artikel 6 Slotregel).
Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid
4.1 Omgevingsaspecten
Dit bestemmingsplan bestaat uit enkele aanvullingen en aanpassingen van de bestaande regels die geen toetsing aan de diverse omgevingsaspecten vragen. De omgevingsaspecten staan uitvoering van dit paraplubestemmingsplan niet in de weg.
4.2 Economische Uitvoerbaarheid
Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan dient op grond van artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) in de plantoelichting minimaal inzicht te worden gegeven in de economische uitvoerbaarheid van het plan. Als er sprake is van ontwikkelingen waarvoor de gemeente redelijkerwijs kosten moet maken, moeten deze kosten worden verhaald op de initiatiefnemer c.q. ontwikkelaar.
Er wordt met dit parapluplan geen nieuw bouwplan mogelijk gemaakt. Hierom is het vaststellen van een exploitatieplan zodoende niet noodzakelijk en is de economische uitvoerbaarheid voldoende gewaarborgd.
4.3 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
Overleg ex artikel 3.1.1 Bro
In het kader van het wettelijke vooroverleg ex artikel 3.1.1 Bro wordt het bestemmingsplan toegezonden aan de relevante overlegpartners. Eventuele reacties worden hier verwerkt.
Zienswijzen
Het ontwerp paraplubestemmingsplan heeft vanaf 28 december 2023 tot en met 7 februari 2024 ter inzage gelegen. In deze periode was eenieder in de gelegenheid gesteld om zienswijzen in te dienen. Er zijn geen zienswijzen ingediend.
Vaststelling
Na vaststelling door de gemeenteraad van Waddinxveen wordt het vaststellingsbesluit bekend gemaakt. Het bestemmingsplan ligt na bekendmaking 6 weken ter inzage. Gedurende deze termijn is er de mogelijkheid om beroep in te dienen bij de Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State.
Het bestemmingsplan treedt vervolgens daags na afloop van de tervisielegging in werking als er geen beroep is ingesteld. Is er wel beroep ingesteld dan treedt het bestemmingsplan ook in werking, tenzij naast het indienen van een beroepschrift ook om een voorlopige voorziening is gevraagd. De schorsing van de inwerkingtreding eindigt indien de voorlopige voorziening wordt afgewezen.