KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Artikel 2 Wijze Van Meten
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Groen
Artikel 4 Recreatie
Artikel 5 Verkeer
Artikel 6 Water
Artikel 7 Leiding - Hoogspanningsverbinding
Artikel 8 Waarde - Archeologie 1
Artikel 9 Waarde - Archeologie 2
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 10 Anti-dubbeltelregel
Artikel 11 Algemene Bouwregels
Artikel 12 Algemene Aanduidingsregels
Artikel 13 Algemene Afwijkingsregels
Artikel 14 Overige Regels
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 15 Overgangsrecht
Artikel 16 Slotregel
Bijlage 1 Inrichtingsschets
Bijlage 2 Verkeersplan Bedrijfsfeesten
Bijlage 1 Inrichtingsontwerp
Bijlage 2 Beeldkwaliteitplan
Bijlage 3 Toets Aan De Ladder Voor Duurzame Verstedelijking
Bijlage 4 Vormvrije M.e.r.-beoordeling
Bijlage 5 Bodemonderzoek
Bijlage 6 Evaluatierapport Bodemsanering
Bijlage 7 Partijkeuring
Bijlage 8 Akoestisch Onderzoek Industrielawaai
Bijlage 9 Quick Scan Natuur
Bijlage 10 Stikstofonderzoek
Bijlage 11 Nader Soortenonderzoek
Bijlage 12 Archeologisch Bureauonderzoek
Bijlage 13 Verkeerskundige Onderbouwing
Bijlage 14 Nota Van Beantwoording Vooroverlegreacties
Bijlage 15 Ontwerpbesluit Omgevingsvergunning

Woerden, Cattenbroekerplas

Bestemmingsplan - Gemeente Woerden

Ontwerp op 12-12-2023 - in voorbereiding

Bestanden

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder:

1.1 plan:

het bestemmingsplan Woerden, Cattenbroekerplas met identificatienummer NL.IMRO.0632.eilandvanwoerden-bOW1 van de gemeente Woerden;

1.2 bestemmingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

1.3 aanduiding:

een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;

1.4 aanduidingsgrens:

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;

1.5 atelier:

een kunstenaarswerkplaats bedoeld voor deelname door bezoekers, zoals voor schilderworkshops;

1.6 bebouwing:

één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;

1.7 besloten feest:

een niet voor publiek toegankelijk evenement zoals een bedrijfsfeest, verenigingsbijeenkomst of besloten congres, uitsluitend bedoeld voor genodigden, dat plaatsvindt buiten de gebouwen;

1.8 bestemmingsgrens:

de grens van een bestemmingsvlak;

1.9 bestemmingsvlak:

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;

1.10 bijbehorend bouwwerk:

uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak;

1.11 bouwen:

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;

1.12 bouwperceel:

een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;

1.13 bouwwerk:

een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;

1.14 bruto vloeroppervlak:

het totale gebouwde vloeroppervlak van de ruimte die wordt gebruikt voor de in het plan aangegeven doeleinden, inclusief opslag-, sanitair- en administratieruimten en dergelijke;

1.15 dagrecreatie:

het totaal van mogelijkheden en voorzieningen om te recreëren op een bepaalde plaats zonder overnachtingsmogelijkheden;

1.16 dakkapel:

een beperkte doorbreking van het dakvlak door een uit de helling van het dakvlak stekend dakvenster;

1.17 evenement:

elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, zoals sportmanifestaties, concerten, bijeenkomsten, congressen, voorstellingen, tentoonstellingen, shows, thematische beurzen, thematische markten en dancefeesten;

1.18 equivalent geluidsniveau (LAeq):

het energetisch gemiddeld geluidsniveau gedurende een bepaalde beoordelingstijd;

1.19 extensieve openluchtrecreatie:

vormen van recreatief medegebruik van gronden door middel van al dan niet aangelegde en aanwezige voorzieningen, waarbij de recreatie geen specifiek beslag legt op de ruimte, zoals wandel-, ruiter- en fietspaden, picknick- en kano-overstapplaatsen en recreatieve toervaart (niet gemotoriseerd of elektrisch);

1.20 gebouw:

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

1.21 gebruiksoppervlak:

het totale gebouwde vloeroppervlak van de ruimte die wordt gebruikt voor de in het plan aangegeven doeleinden, exclusief keuken-, opslag-, sanitair,- en administratie- en verkeersruimten en dergelijke;

1.22 hoofdgebouw:

een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;

1.23 horeca-activiteiten:

De volgende activiteiten worden onderscheiden:

Horeca - 1

het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie met catering ten behoeve van vergaderingen, bedrijfsevenementen en congressen;

Horeca - 2

het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie met catering ten behoeve van feesten en partijen;

Horeca - 3

het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken;

1.24 kiosk:

een gebouw bedoeld als uitgiftepunt voor horeca, inclusief keuken en voor sanitaire voorzieningen;

1.25 landmark:

hoogteaccent in de vorm van een bouwwerk dat bijdraagt aan de identiteit en herkenbaarheid. Het landmark betreft een zelfstandig bouwwerk;

1.26 leisure:

permanente publieksaantrekkende voorziening ten behoeve van vrije tijdbesteding op het gebied van entertainment, cultuur, recreatie of sport, een en ander met inachtneming van de nadere specificatie in de bestemmingsregels;

1.27 ondergeschikte horeca:

niet-zelfstandige horeca als ondergeschikte nevenactiviteit bij andere hoofdactiviteiten, waarbij de openingstijden en toegankelijkheid is aangepast aan die hoofdactiviteiten;

1.28 overig bouwwerk:

een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;

1.29 overkapping – bouwwerk, geen gebouw zijne:

bouwwerken, geen gebouw zijnde met één dakvlak en maximaal één gesloten wand;

1.30 overkapping - gebouw:

overkapping in de vorm van een gebouw met maximaal twee dakvlakken en maximaal drie gesloten wanden;

1.31 outdoor-activiteiten:

recreatieve buitenactiviteiten zoals een duikschool, watersportactiviteiten zoals kanoën en vlotten bouwen, of een survivalparcours;

1.32 pand:

de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is;

1.33 peil:

  1. a. de gemiddelde hoogte van het aan een bouwwerk aansluitende, afgewerkte maaiveld, maar niet hoger dan de kruin van de weg in geval dit bouwwerk aan een weg gelegen is;
  2. b. in alle andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het afgewerkte maaiveld;

1.34 seksinrichting:

een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een mate alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan een parenclub en een prostitutiebedrijf al dan niet in combinatie met elkaar;

1.35 straatmeubilair:

de op of bij een weg behorende bouwwerken, zoals verkeerstekens, wegbebakeningen, bewegwijzeringen, verlichting, halteaanduidingen, parkeerregulerende constructies, afvalcontainers, brandkranen, informatie- en reclameconstructies, rijwielstandaarden, papier- en plantenbakken, zitbanken, communicatievoorzieningen, gedenktekens, speelvoorzieningen en abri's;

1.36 terras:

buitenruimte ten behoeve van horeca;

1.37 trillingen:

diepgaande trillingen in de bodem die kunnen worden veroorzaakt door (bouw)activiteiten, heiwerkzaamheden of soortgelijke werkzaamheden. Diepgaande trillingen worden niet veroorzaakt door gebruik, zoals bijvoorbeeld verkeer of dansevenementen;

1.38 zelfstandige horeca:

horeca als hoofdactiviteit met een zelfstandige toegankelijkheid.

Artikel 2 Wijze Van Meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

2.1 de bouwhoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;

2.2 de goothoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;

2.3 de inhoud van een bouwwerk

tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;

2.4 de oppervlakte van een bouwwerk

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;

2.5 geluidsniveau

het gemiddeld equivalent geluidsniveau gedurende minimaal 2 minuten;

2.6 ondergeschikte bouwonderdelen

Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, liftschachten, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1,2 m bedraagt.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Groen

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. groenvoorzieningen en water;
  2. b. extensieve openluchtrecreatie;
  3. c. nutsvoorzieningen;
  4. d. voet-, fiets-, en ruiterpaden alsmede ontsluitingswegen.

3.2 Bouwregels

Op de in artikel 3.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:

  1. a. gebouwen uitsluitend zijn toegestaan ten behoeve van nutsvoorzieningen, met dien verstande dat:
    1. 1. de bouwhoogte maximaal 3 m bedraagt;
    2. 2. het bebouwingsoppervlak maximaal 25 m2 bedraagt;
  2. b. de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouw zijnde niet meer mag bedragen dan:
    1. 1. 6 m voor palen en masten;
    2. 2. 6 m voor bruggen, met een minimale doorvaarthoogte van 1 meter;
    3. 3. 3 m voor de overige bouwwerken geen gebouw zijnde.

Artikel 4 Recreatie

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. uitsluitend binnen de bouwvlakken:

  1. 1. leisure, met inachtneming van artikel 4.4.1 en met dien verstande dat het totale gebruiksoppervlak maximaal 2.840 m2 mag bedragen;
  2. 2. een indoorspeeltuin;
  3. 3. zelfstandige horeca, met een maximaal gebruiksoppervlak van 1.100 m2 met dien te verstande dat:
    1. a. het totale gebruiksoppervlak ten behoeve van horeca - 2 maximaal 880 m2 bedraagt;
    2. b. het totale gebruiksoppervlak ten behoeve van horeca - 3 maximaal 640 m2 bedraagt;
  4. 4. terrassen met een totale maximum oppervlakte van 945 m2;

b. binnen de gehele bestemming:

  1. 1. dagrecreatie ten behoeve van de kleine watersport en bijbehorende oeverrecreatie zoals recreatiestranden, recreatieweiden, speelvoorzieningen en aanlegsteigers voor zeilboten en boten op elektromotoren;
  2. 2. voorzieningen ten behoeve van aan de waterrecreatie verbonden verenigingen in de vorm van verenigingsgebouwen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - watersportvereniging';
  3. 3. watersport;
  4. 4. outdoor-activiteiten;
  5. 5. ondergeschikte horeca, waaronder een kiosk;
  6. 6. terrassen met een totale maximum oppervake van 75 m2;
  7. 7. evenementen, met dien verstande dat de volgende voorwaarden gelden:
    1. a. het totaal aantal evenementen bedraagt maximaal 27 per kalenderjaar;
    2. b. het aantal dagen per evenement bedraagt maximaal 2;
    3. c. in afwijking van het bepaalde onder b is maximaal 2x per kalenderjaar een evenement van maximaal 7 dagen toegestaan;
    4. d. het aantal dagen voor het opbouwen en afbreken van voorzieningen ten behoeve van een evenement bedraagt maximaal 5 per evenement;
    5. e. tijdens een evenement bedraagt het toelaatbare geluidniveau (LAeq) op de gevel van de dichtstbijzijnde woning:
      • tussen 07.00 uur en 19.00 uur maximaal 50 dB(A) en tussen 19.00 uur en 23.00 uur maximaal 45 dB(A);
      • gedurende maximaal 3 dagen per jaar maximaal 80 dB(A) en maximaal 95 dB(C);
    6. f. voor evenementen en met een toelaatbaar geluidniveau zoals bedoeld onder e, eerste gedachtestreepje geldt een eindtijd van uiterlijk 23.00 uur;
    7. g. voor evenementen met een toelaatbaar geluidniveau zoals bedoeld onder e, tweede gedachtestreepje geldt:
      • geluidsbronnen, anders dan stemgeluid, zijn niet toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie uitgesloten - geluidsbronnen';
      • geluidsbronnen voor versterkte muziek mogen niet worden gericht op de Cattenbroekerdijk en/of op het noorden van de recreatieplas (Waterrijk);
      • voor maximaal 2 dagen per kalenderjaar een eindtijd van uiterlijk 23.00 uur en een starttijd niet vroeger dan 07:00 uur;
      • voor maximaal 1 dag per kalenderjaar een eindtijd van uiterlijk 01.00 uur en een starttijd niet vroeger dan 07:00 uur;
  8. 8. besloten feesten, met dien verstande dat de volgende voorwaarden gelden:
    1. a. het totaal aantal besloten feesten bedraagt maximaal 3 per kalenderjaar;
    2. b. het aantal bezoekers per besloten feest bedraagt maximaal 1.000;
    3. c. het parkeren door bezoekers van het besloten feest is niet toegestaan op of in de omgeving van het recreatieterrein, bezoekers worden naar het besloten feest vervoerd met bussen van elders;
    4. d. het aantal dagen per besloten feest bedraagt maximaal 2;
    5. e. het aantal dagen voor het opbouwen en afbreken van voorzieningen ten behoeve van een besloten feest bedraagt maximaal 5 per evenement;
    6. f. tijdens een besloten feest bedraagt het toelaatbare geluidniveau (LAeq) op de gevel van de dichtstbijzijnde woning:
      • tussen 07.00 uur en 20.00 uur maximaal 80 dB(A) en maximaal 95 dB(A) en maximaal 95 dB(C);
    7. g. voor besloten feesten geldt:
      • geluidsbronnen, anders dan stemgeluid, zijn niet toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie uitgesloten - geluidsbronnen';
      • geluidsbronnen voor versterkte muziek mogen niet worden gericht op de Cattenbroekerdijk en/of op het noorden van de recreatieplas (Waterrijk);
      • de eindtijd van een besloten feest is uiterlijk 20.00 uur;
    8. h. een besloten feest vindt niet plaats tegelijk met een evenement;
  9. 9. groenvoorzieningen, water, bruggen en duikers;
  10. 10. aanlegsteigers;
  11. 11. nutsvoorzieningen;
  12. 12. extensieve openluchtrecreatie;
  13. 13. voet- en fietspaden;
  14. 14. parkeren, met dien verstande dat:
    1. a. parkeren is toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - overloop parkeerplaatsen';
    2. b. overig parkeren uitsluitend is toegestaan ten behoeve van personeel en gehandicapten en tijdens evenementen en besloten feesten als bedoeld onder 7 en 8.

4.2 Bouwregels

Op de in artikel 4.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:

a. binnen de bouwvlakken:

  1. 1. gebouwen zijn toegestaan met een maximum bebouwingsoppervlakte van 4.575 m2, een maximum goothoogte van 10 m en een maximum bouwhoogte van 13 m, dan wel de ter plaatse van de aanduiding 'maximum goothoogte (m), maximum bouwhoogte (m)' aangegeven hoogte;
  2. 2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - landmark' een bouwwerk is toegestaan dat dient als landmark voor de recreatieplas met een maximum bouwhoogte van 25 m, met dien verstande dat het om maximaal 1 bouwwerk gaat met een maximum bebouwingsoppervlakte van 25 m2;
  3. 3. overkappingen - gebouw zijn toegestaan met een totale maximum bebouwingsoppervlakte van 460 m2, een maximum goothoogte van 3,5 m en een maximum bouwhoogte van 4,5 m;

b. buiten de bouwvlakken:

  1. 1. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - watersportvereniging' gebouwen zijn toegestaan met een met een totale maximum bebouwingsoppervlakte van 250 m2, een maximum goothoogte van 6 m en een maximum bouwhoogte van 6 m;
  2. 2. een kiosk is toegestaan met een maximum bebouwingsoppervlakte van 40 m2 en een maximum bouwhoogte van 4 m;
  3. 3. maximaal 3 gebouwen zijn toegestaan ten behoeve van beheer en onderhoud van de waterplas, het recreatieterrein en bijbehorende voorzieningen (incl. bergingen), met een totale maximum bebouwingsoppervlakte van 150 m2, een maximum goothoogte van 4 m en een maximum bouwhoogte van 6 m;
  4. 4. overkappingen - bouwwerk, geen gebouw zijnde zijn toegestaan met een totale maximum bebouwingsoppervlakte van 300 m2, een maximum goothoogte van 3,5 m en een maximum bouwhoogte van 4,5 m;

c. binnen de gehele bestemming:

  1. 1. steigers zijn toegestaan met een totale maximum bebouwingsoppervlakte van 1.000 m2 en een maximum bouwhoogte van 2 m;
  2. 2. overige bouwwerken geen gebouw zijnde zijn toegestaan met een totale maximum bebouwingsoppervlakte van 1.000 m2 en een maximum bouwhoogte van:
    1. a. 13 m voor speeltoestellen, palen en masten;
    2. b. 6 m voor bruggen, met een minimale doorvaarthoogte van 1 meter;
    3. c. 2 m voor (toegangs)hekken, trapleuningen en windschermen, gemeten vanaf peil, dan wel vanaf het dak van een gebouw;
    4. d. 1 m voor overige bouwwerken geen gebouw zijnde.

4.3 Afwijken van de bouwregels

4.4 Specifieke gebruiksregels

Artikel 5 Verkeer

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. wegen;
  2. b. voet- en fietspaden;
  3. c. parkeerplaatsen;
  4. d. buurtontsluitingswegen;
  5. e. bruggen en duikers;
  6. f. groen;
  7. g. speelvoorzieningen;
  8. h. straatmeubilair;
  9. i. bij deze doeleinden behorende voorzieningen zoals water en nutsvoorzieningen.

5.2 Bouwregels

Op de in artikel 5.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:

  1. a. overkappingen – bouwwerk, geen gebouw zijnde zijn toegestaan met een maximum goothoogte van 3,5 m en een maximum bouwhoogte van 4,5 m;
  2. b. bouwwerken geen gebouwen zijnde worden gebouwd, met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan:
    1. 1. 10 m voor palen en masten;
    2. 2. 5 m voor speelvoorzieningen;
    3. 3. 6 m voor bruggen, met een minimale doorvaarthoogte van 1 meter;
    4. 4. 3 m voor de overige bouwwerken geen gebouw zijnde.

Artikel 6 Water

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. watergangen;
  2. b. waterberging en waterhuishouding;
  3. c. groenvoorzieningen;
  4. d. instandhouding en ontwikkeling van ter plaatse voorkomende dan wel daaraan eigen landschaps- en natuurwaarden;
  5. e. extensieve openluchtrecreatie met dien verstande dat (sport-)visserij expliciet is toegestaan;
  6. f. watersport;
  7. g. kruisingen en kunstwerken ten behoeve van wegverkeer;
  8. h. aanlegsteigers;
  9. i. bij deze doeleinden behorende voorzieningen zoals erven, groen en nutsvoorzieningen.

6.2 Bouwregels

Op de in artikel 6.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan:

  1. a. 6 m voor bruggen, waarbij de doorvaarhoogte minimaal 1 m dient te bedragen;
  2. b. 3 m voor de overige bouwwerken geen gebouw zijnde.

Artikel 7 Leiding - Hoogspanningsverbinding

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

  1. a. de aanleg, de instandhouding en bescherming van een bovengrondse hoogspanningsverbinding.

7.2 Bouwregels

Op de in artikel 7.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend nieuwe bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' worden gebouwd met dien verstande, dat de hoogte niet meer mag bedragen dan 50 m.

7.3 Afwijken van de bouwregels

Bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 7.2 voor de bouw van bouwwerken ten dienste van de aangegeven onderliggende bestemmingen, op voorwaarde, dat:

  1. a. de belangen van de leiding dit toelaten;
  2. b. alvorens de afwijking te verlenen, schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de beheerder van de leiding;
  3. c. voor het overige de regels van de onderliggende bestemmingen van toepassing zijn.

7.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Artikel 8 Waarde - Archeologie 1

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud van de aanwezige archeologische waarden.

8.2 Bouwregels

In het belang van de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden en onder de voorwaarde dat de oppervlakte waarop de aanvraag betrekking heeft groter is dan 500 m2 en de activiteit op een grotere diepte dan 30 cm wordt uitgevoerd:

  1. a. dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen als bedoeld in de Wabo een rapport te overleggen waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld, tenzij de aanvraag betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van de bestaande bebouwing waarbij de oppervlakte voor zover gelegen op of onder peil niet wordt uitgebreid;
  2. b. kunnen aan een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wabo de volgende regels worden verbonden:
    1. 1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor de archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden;
    2. 2. de verplichting tot het doen van opgravingen;
    3. 3. de activiteit die tot bodemverstoring leidt te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de vergunning te stellen kwalificaties;
  3. c. kunnen burgemeester en wethouders afwijken van het bepaalde onder b indien in het rapport als bedoeld onder a naar het oordeel van burgemeester en wethouders is aangetoond dat het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft niet zal leiden tot een onevenredige aantasting van archeologische waarden.

8.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 8.2 sub a voor de overlegging van het aldaar genoemd archeologische rapport indien naar oordeel van een door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van de archeologische monumentenzorg de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord in andere beschikbare informatie in voldoende mate is vastgesteld.

8.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

8.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 1' te wijzigen zodanig dat de dubbelbestemming naar ligging wordt verschoven of naar omvang wordt vergroot of verkleind en in voorkomen geval wordt verwijderd, voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na beëindiging van archeologisch onderzoek daartoe aanleiding geeft.

Artikel 9 Waarde - Archeologie 2

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud van de aanwezige archeologische waarden.

9.2 Bouwregels

In het belang van de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden en onder de voorwaarde dat de activiteit op een grotere diepte dan 4 m wordt uitgevoerd:

  1. a. dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen als bedoeld in de Wabo een rapport te overleggen waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld, tenzij de aanvraag betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van de bestaande bebouwing waarbij de oppervlakte voor zover gelegen op of onder peil niet wordt uitgebreid;
  2. b. kunnen aan een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wabo de volgende regels worden verbonden:
    1. 1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor de archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden;
    2. 2. de verplichting tot het doen van opgravingen;
    3. 3. de activiteit die tot bodemverstoring leidt te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de vergunning te stellen kwalificaties;
  3. c. kunnen burgemeester en wethouders afwijken van het bepaalde onder b indien in het rapport als bedoeld onder a naar het oordeel van burgemeester en wethouders is aangetoond dat het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft niet zal leiden tot een onevenredige aantasting van archeologische waarden.

9.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 9.2 sub a voor de overlegging van het aldaar genoemd archeologische rapport indien naar oordeel van een door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van de archeologische monumentenzorg de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord in andere beschikbare informatie in voldoende mate is vastgesteld.

9.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

9.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2' te wijzigen zodanig dat de dubbelbestemming naar ligging wordt verschoven of naar omvang wordt vergroot of verkleind en in voorkomen geval wordt verwijderd, voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na beëindiging van archeologisch onderzoek daartoe aanleiding geeft.

Hoofdstuk 3 Algemene Regels

Artikel 10 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 11 Algemene Bouwregels

11.1 Ondergronds bouwen

De regels inzake de toelaatbaarheid, de aard, de omvang en de situering van gebouwen zijn in geval van ondergrondse bouw van overeenkomstige toepassing, met dien verstande, dat deze uitsluitend is toegestaan met inachtneming van de volgende voorwaarden:

  1. a. gebouwd mag worden tussen peil en 4,5 m onder peil;
  2. b. ondergrondse bouw is uitsluitend toegestaan onder de oppervlakte van bovengronds gelegen vergunde of vergunningsvrije gebouwen (bij een verticale projectie).

Artikel 12 Algemene Aanduidingsregels

12.1 Vrijwaringszone - trillingsvrije zone

Artikel 13 Algemene Afwijkingsregels

Bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in deze regels ten behoeve van:

  1. a. het in geringe mate afwijken ten aanzien van bouwgrenzen, hoogtescheidingslijnen en overige aanduidingen in het horizontale vlak, indien bij definitieve uitmeting of verkaveling blijkt dat deze afwijking in het belang van een juiste verwezenlijking van het plan redelijk, gewenst of noodzakelijk is en de afwijking ten opzichte van hetgeen is aangegeven niet meer bedraagt dan 3 m;
  2. b. het afwijken van de voorgeschreven maatvoering van bouwwerken (waaronder goothoogte, hoogte, grondoppervlakte, onderlinge afstand, afstand tot perceelsgrenzen), eventueel met een overschrijding van de bouwgrens, mits deze afwijkingen niet meer bedragen dan 10% van de in het plan voorgeschreven maten en dit bouwtechnisch noodzakelijk wordt geacht in verband met de uitoefening van het in het plan toegestane gebruik;
  3. c. de bouw van andere bouwwerken zoals een vlaggenmast, een kunstwerk, antennes en dergelijke tot een hoogte van 15 m.

Artikel 14 Overige Regels

14.1 Voorwaardelijke verplichting parkeren

  1. a. bij het toegestane gebruik, het bouwen en het wijzigen van het bestaande gebruik zoals toegestaan op grond van de bestemmingen genoemd in Hoofdstuk 2 dient voorzien te worden in voldoende parkeergelegenheid overeenkomstig de 'Nota Parkeernormen' van de gemeente Woerden, die op 13 oktober 2022 door het college is vastgesteld, of de rechtsopvolger daarvan;
  2. b. van het bepaalde onder a kan worden afgeweken en worden toegestaan dat:
    1. 1. parkeergelegenheid niet op eigen terrein bij de ontwikkeling wordt gerealiseerd, mits voldaan wordt aan de in de 'Nota parkeernormen gemeente Woerden' (vastgesteld d.d. 13 oktober 2022) en de in diens rechtsopvolger(s) gestelde voorwaarden;
    2. 2. wordt afgeweken van de toe te passen parkeernorm, mits voldaan wordt aan de in de 'Nota parkeernormen gemeente Woerden' (vastgesteld d.d. 13 oktober 2022) en de in diens rechtsopvolger(s) gestelde voorwaarden;
    3. 3. wordt afgeweken van deze regels ten behoeve van besloten feesten mits voldaan wordt aan de voorwaarden zoals opgenomen in bijlage 2.

Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels

Artikel 15 Overgangsrecht

15.1 Overgangsrecht bouwwerken

15.2 Overgangsrecht gebruik

Artikel 16 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Woerden, Cattenbroekerplas, van de gemeente Woerden.

Bijlage 1 Inrichtingsschets

Bijlage 1 Inrichtingsschets

Bijlage 2 Verkeersplan Bedrijfsfeesten

Bijlage 2 Verkeersplan bedrijfsfeesten

Bijlage 1 Inrichtingsontwerp

Bijlage 1 Inrichtingsontwerp

Bijlage 2 Beeldkwaliteitplan

Bijlage 2 Beeldkwaliteitplan

Bijlage 3 Toets Aan De Ladder Voor Duurzame Verstedelijking

Bijlage 3 Toets aan de Ladder voor duurzame verstedelijking

Bijlage 4 Vormvrije M.e.r.-beoordeling

Bijlage 4 Vormvrije m.e.r.-beoordeling

Bijlage 5 Bodemonderzoek

Bijlage 5 Bodemonderzoek

Bijlage 6 Evaluatierapport Bodemsanering

Bijlage 6 Evaluatierapport bodemsanering

Bijlage 7 Partijkeuring

Bijlage 7 Partijkeuring

Bijlage 8 Akoestisch Onderzoek Industrielawaai

Bijlage 8 Akoestisch onderzoek industrielawaai

Bijlage 9 Quick Scan Natuur

Bijlage 9 Quick scan natuur

Bijlage 10 Stikstofonderzoek

Bijlage 10 Stikstofonderzoek

Bijlage 11 Nader Soortenonderzoek

Bijlage 11 Nader soortenonderzoek

Bijlage 12 Archeologisch Bureauonderzoek

Bijlage 12 Archeologisch bureauonderzoek

Bijlage 13 Verkeerskundige Onderbouwing

Bijlage 13 Verkeerskundige onderbouwing

Bijlage 14 Nota Van Beantwoording Vooroverlegreacties

Bijlage 14 Nota van beantwoording vooroverlegreacties

Bijlage 15 Ontwerpbesluit Omgevingsvergunning

Bijlage 15 Ontwerpbesluit omgevingsvergunning