Actualisering delen Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord
Bestemmingsplan - Gemeente Zoetermeer
Vastgesteld op 24-10-2019 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan
het bestemmingsplan "Actualisering delen Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord" met identificatienummer NL.IMRO.0637.BP00080- van de gemeente Zoetermeer.
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
1.3 overige begrippen
de begrippen uit het bestemmingsplan "Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord" zijn van overeenkomstige toepassing op dit plan.
Artikel 2 Wijze Van Meten
De 'wijze van meten' zoals opgenomen in artikel 2 van het het bestemmingsplan 'Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord' is van overeenkomstige toepassing op dit plan.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Centrum
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Centrum aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. detailhandel tot en met categorie B van de in de bijlagen bij deze regels behorende
Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' met uitzondering van het bepaalde onder k; - b. horeca tot en met categorie 2 van de in de bijlagen bij deze regels behorende
Staat van horeca-activiteiten; - c. dienstverlening tot en met categorie B van de in de bijlagen bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging'
- d. ambachtelijk bedrijf;
- e. maatschappelijke voorzieningen tot en met categorie B van de in de bijlagen bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' met uitzondering van geluidgevoelige zorgvoorzieningen;
- f. kantoor;
- g. woningen, al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep of bedrijf;
- h. bijzondere woonvormen met bijbehorende gemeenschappelijke voorzieningen;
- i. gebouwde en ongebouwde sportvoorzieningen;
- j. terrassen;
- k. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel uitgesloten (-dh)' is detailhandel niet toegestaan;
- l. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van centrum - evenemententerrein' evenementen met inachtneming van het gestelde in artikel 3.4.2,
met daaraan ondergeschikt:
- m. groenvoorzieningen;
- n. kunstwerken;
- o. standplaatsen;
- p. nutsvoorzieningen;
- q. objecten van beeldende kunst;
- r. parkeervoorzieningen;
- s. reclameobjecten;
- t. speelvoorzieningen;
- u. verblijfsgebied en terrassen;
- v. vlaggenmasten en lichtmasten;
- w. water;
- x. wegen en paden;
- y. voorzieningen voor het openbaar vervoer;
- z. technische installaties daaronder begrepen voorzieningen voor het opwekken en conserveren van energie;
met de daarbij behorende bouwwerken.
3.2 Bouwregels
3.3 Specifieke bouwregels
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van centrum - evenemententerrein' zijn tijdens evenementen en de daarbij behorende op- en afbouwperiode tijdelijke bouwwerken, zoals tenten, licht- en bewegwijzeringstorens, podia, terreinafzettingen, zendmasten en installaties toegestaan.
3.4 Specifieke gebruiksregels
Artikel 4 Groen
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Groen aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. groenvoorzieningen;
- b. in- en uitritten;
- c. langzaam verkeersroutes;
- d. extensieve recreatie;
- e. water;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van centrum - evenemententerrein' evenementen met inachtneming van het gestelde in artikel 4.5.2,
met daaraan ondergeschikt:
- g. beweiding;
- h. geluidoverdrachtbeperkende voorzieningen;
- i. kunstwerken;
- j. nutsvoorzieningen;
- k. objecten van beeldende kunst;
- l. speelvoorzieningen;
- m. vlaggenmasten en lichtmasten;
met de daarbij behorende bouwwerken.
4.2 Bouwregels
4.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.1 voor het bouwen van een ruimere schuilhut mits:
- a. de bouwhoogte van de schuilhut maximaal 3 m bedraagt;
- b. de oppervlakte van de schuilhut maximaal 40 m² bedraagt;
- c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de natuurwaarden, ecologische waarden en/of landschappelijke waarden van het gebied.
Alvorens een omgevingsvergunning te verlenen, wordt hierover advies gevraagd aan een natuur- en/of landschapsdeskundige.
4.4 Specifieke bouwregels
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van centrum - evenemententerrein' zijn tijdens evenementen en de daarbij behorende op- en afbouwperiode tijdelijke bouwwerken, zoals tenten, licht- en bewegwijzeringstorens, podia, terreinafzettingen, zendmasten en installaties toegestaan.
4.5 Specifieke gebruiksregels
Artikel 5 Tuin
5.1 Bestemmingsomschrijving
- a. De voor Tuin aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- 1. tuinen;
- 2. aan-, uit- en bijgebouwen,
- 3. speelvoorzieningen;
- 4. vlaggenmasten;
- 5. water,
met de daarbij behorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
- b. deze gronden dienen niet te worden beschouwd als 'erf' in de zin van artikel 1 van bijlage II behorende bij het Besluit omgevingsrecht, zoals dat artikel luidt op het moment van de datum van inwerkingtreding van dit plan.
5.2 Bouwregels
5.3 Specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
- a. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor de opslag van caravans, boten en overige zaken anders dan ten behoeve van de bestemming;
- b. het gebruik van gronden als stort en/of opslagplaats van grond en/of afval, anders dan als stort- of opslagplaats voor normaal gebruik;
- c. het gebruik van gronden en/of bouwwerken ten behoeve van raam- en straatprostitutie.
Artikel 6 Verkeer - Verblijfsgebied
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Verkeer - Verblijfsgebied aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. straten, erven en pleinen;
- b. fietspaden en/of -stroken en voetpaden;
- c. fietsenstallingen;
- d. geluidoverdrachtbeperkende voorzieningen;
- e. groenvoorzieningen;
- f. kunstwerken;
- g. nutsvoorzieningen;
- h. objecten van beeldende kunst;
- i. parkeervoorzieningen;
- j. reclameobjecten;
- k. speelvoorzieningen;
- l. vlaggenmasten en lichtmasten;
- m. voorzieningen voor het openbaar vervoer;
- n. water;
- o. windbeperkende voorzieningen;
- p. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van centrum - evenemententerrein' evenementen met inachtneming van het gestelde in artikel 6.4.2,
met de daarbij behorende bouwwerken.
6.2 Bouwregels
6.3 Specifieke bouwregels
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van centrum - evenemententerrein' zijn tijdens evenementen en de daarbij behorende op- en afbouwperiode tijdelijke bouwwerken, zoals tenten, licht- en bewegwijzeringstorens, podia, terreinafzettingen, zendmasten en installaties toegestaan.
6.4 Specifieke gebruiksregels
Artikel 7 Water
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. waterberging;
- b. waterhuishouding;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van centrum - evenemententerrein' evenementen met inachtneming van het gestelde in artikel 7.4.2,
met daaraan ondergeschikt:
- d. extensieve recreatie
- e. groenvoorzieningen;
- f. speelvoorzieningen;
- g. kunstwerken;
- h. nutsvoorzieningen;
- i. objecten van beeldende kunst;
met de daarbij behorende bouwwerken.
7.2 Bouwregels
7.3 Specifieke bouwregels
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van centrum - evenemententerrein' zijn tijdens evenementen en de daarbij behorende op- en afbouwperiode tijdelijke bouwwerken, zoals tenten, licht- en bewegwijzeringstorens, podia, terreinafzettingen, zendmasten en installaties toegestaan.
7.4 Specifieke gebruiksregels
Artikel 8 Wonen - 1
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Wonen - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen, al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep of bedrijf;
met daaraan ondergeschikt:
technische installaties, daaronder begrepen voorzieningen voor het opwekken en conserveren van energie;
met de daarbijbehorende bouwwerken.
8.2 Bouwregels
8.3 Specifieke gebruiksregels
Artikel 9 Wonen - Woonwagenstandplaats
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Wonen - Woonwagenstandplaats aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. woonwagenstandplaatsen al dan niet in combinatie met aan huis verbonden beroep of bedrijf;
met de daaraan ondergeschikt:
- b. groenvoorzieningen;
- c. kunstwerken;
- d. nutsvoorzieningen;
- e. objecten van beeldende kunst;
- f. parkeervoorzieningen;
- g. speelvoorzieningen;
- h. tuinen en erven;
- i. vlaggenmasten en lichtmasten;
- j. water;
- k. wegen en paden;
met de daarbij behorende bouwwerken en terreinen.
9.2 Bouwregels
9.3 Specifieke gebruiksregels
Artikel 10 Woongebied - 1
10.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Woongebied - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. woningen, al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep of bedrijf, in de vorm van niet-gestapelde woningen;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld' tevens gestapelde woningen, al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep of bedrijf;
- c. tuinen en erven;
- d. wegen, in de vorm van wijkwegen, erftoegangswegen en woonstraten;
- e. voorzieningen voor het openbaar vervoer;
- f. fietspaden en/of -stroken en voetpaden;
- g. geluidoverdrachtbeperkende voorzieningen;
- h. kunstwerken;
- i. nutsvoorzieningen;
- j. speelvoorzieningen;
- k. objecten van beeldende kunst;
- l. parkeervoorzieningen;
- m. vlaggenmasten en lichtmasten;
- n. water;
- o. wegen en paden;
met de daarbijbehorende bouwwerken.
10.2 Bouwregels
10.3 Afwijken van de bouwregels
10.4 Specifieke gebruiksregels
10.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming Woongebied - 1 wijzigen in die zin dat op locaties waar een bouwhoogte van maximaal 45 m is toegestaan, woonbebouwing wordt toegestaan met een bouwhoogte van maximaal 90 m met inachtneming van de volgende regels:
- a. de wijzigingsbevoegdheid mag voor uitsluitend één gebouw voor één van de locaties worden toegepast;
- b. wijziging uitsluitend is toegestaan, indien dit vanuit het oogpunt van milieuhinder niet op belemmeringen stuit;
- c. wijziging uitsluitend is toegestaan, indien de mogelijke verkeersaantrekkende werking niet onaanvaardbaar is;
- d. wijziging uitsluitend is toegestaan, indien op eigen terrein in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien conform de gemeentelijke parkeernota;
- e. met de bestemmingswijziging geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van de in de nabijheid gelegen bestemmingen en functies;
- f. wijziging uitsluitend is toegestaan indien door middel van een effectrapportage de gevolgen van deze bebouwing op het woningbouwprogramma, de woningdifferentiatie, de bezonning en de windhinder voor de omgeving en de zichteffecten niet leiden tot een onevenredige aantasting van belangen van derden.
Artikel 11 Waarde - Archeologie
11.1 Bestemmingsomschrijving
11.2 Bouwregels
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in lid 3.1.1 genoemde bestemming gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 3 m;
- b. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien:
- 1. de aanvrager van de omgevingsvergunning voor het bouwen een rapport heeft overgelegd waarin de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate is vastgesteld;
- 2. de betrokken archeologische waarden, gelet op dit rapport, door de bouwactiviteiten niet worden geschaad of mogelijke schade kan worden voorkomen door aan de omgevingsvergunning voor het bouwen voorschriften en beperkingen te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem, het doen van opgravingen dan wel het begeleiden van de bouwactiviteiten door een archeologische deskundige;
- c. het bepaalde in dit lid onder b1 en b2 is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op één of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
- 1. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering;
- 2. een bouwwerk met een oppervlakte van ten hoogste 100 m²;
- 3. een bouwwerk dat zonder graafwerkzaamheden dieper dan 50 cm en zonder heiwerkzaamheden kan worden geplaatst.
11.3 Nadere eisen
Het bevoegd gezag is ter bescherming en veiligstelling van archeologische waarden bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van bouwen, zoals bedoeld in lid 11.2 onder b en kan in dat kader onder meer de volgende voorwaarden aan de omgevingsvergunning verbinden:
- a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor de archeologische waarde in de bodem kan worden behouden;
- b. de verplichting tot het doen van opgravingen;
- c. de verplichting om de activiteit, die leidt tot de bodemverstoring, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
11.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden
Artikel 12 Waterstaat - Waterkering
12.1 Bestemmingsomschrijving
12.2 Bouwregels
- a. op de gronden mogen ten behoeve van de in lid 3.1.1 genoemde bestemming bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 5 m;
- b. het bouwen ingevolgde de secundaire bestemmingen van de gronden als bedoeld in lid 3.1.2 mag uitsluitend geschieden nadat de aanvrager positief advies heeft overgelegd van de beheerder van de waterkering omtrent de belangen van de waterkering en de waterhuishouding;
- c. het bepaalde in dit lid onder b is niet van toepassing indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels
Artikel 13 Overgangsrecht Bouwwerken
- 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het bestemmingsplan mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- 2. Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10 %.
- 3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Artikel 14 Overgangsrecht Gebruik
- 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat bestemmingsplan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- 4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 15 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan "Actualisering delen Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord".
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Ligging En Begrenzing Plangebied
Het plangebied bestaat uit enkele delen van het geldende bestemmingsplan "Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord". Het betreft de 2 bouwvlakken met de bestemming 'Woongebied-1' ten noorden van de Berkelstroom, de 2 woonwagenlocaties aan de Zwetstroom en het Gooimeer, het Oosterheemplein en omgeving, en de woonbebouwing in het deelgebied 'Groene Kreek'.
Voor het overige blijft het moederplan "Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord" geldig en ongewijzigd.
Figuur 1 Ligging plangebied in Zoetermeer
1.2 Aanleiding Planherziening
De aanleiding voor deze actualisatie is gelegen in het volgende:
- Er dient een vergissing, gemaakt tijdens de vaststelling van het bestemmingsplan in 2013, hersteld te worden. Het betreft het onbedoeld inperken van de toegestane bouwhoogte voor appartementengebouwen, ter plaatse van 2 bouwvlakken ten noorden van de Berkelstroom. Deze zijn bestemd voor Woongebied-1. Op de plankaart staat een maximale bouwhoogte aangegeven van 45 m maar in de planregels wordt deze abusievelijk beperkt tot 25 m.
- Als gevolg van nieuwe regels in het Bouwbesluit ten aanzien van het voorkomen van brandoverslag op woonwagenlocaties, dient de bouwregelgeving in het bestemmingsplan zoals die geldt voor de woonwagenlocaties Gooimeer en Zwetsloot, aangepast te worden en in overeenstemming te worden gebracht met het Bouwbesluit. De gemeente heeft hierin geen keuzevrijheid.
- Jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State wijst uit dat evenemententerreinen in een bestemmingsplan behoren te worden opgenomen en geregeld. Het Oosterheemplein e.o. is een gebied waar geregeld evenementen plaatsvinden. Hiervoor dient een planologisch-juridische regeling te worden opgenomen.
- Als laatste is een verzoek ingediend door bewoners van De Groene Kreek, een woongebied in Oosterheem, waarin verzocht wordt om bepalingen uit de Algemene Akte Groene Kreek, die gaan over het instandhouden van lage erfafscheidingen, op te nemen in het bestemmingsplan.
1.3 Huidige Juridische Planregelingen
Voor het plangebied is op dit moment het volgende juridische plan van kracht:
Tabel 1: Overzicht geldende bestemmingsplannen
Nr. | bestemmingsplan | vaststelling Raad | goedkeuring GS | ||
BP00024 | Oosterheem/ Zegwaartseweg-Noord | 10 juni 2013 | 25 juni 2014 | ||
Hoofdstuk 2 Beleidskaders
Toetsing aan het beleid heeft reeds plaatsgevonden bij het opstellen van het vastgestelde bestemmingsplan 'Oosterheem / Zegwaartsweg-Noord'. Verwezen wordt naar hoofdstuk 2 van de plantoelichting van het moederplan. Het maximum aantal toegestane woningen blijft ongewijzigd.
Hoofdstuk 3 Planbeschrijving
3.1 Beschrijving Huidige Planregeling
Bestemming 'Woongebied - 1' ten noorden van Berkelstroom.
De 2 bouwvlakken ten noorden van de Berkelstroom zijn bestemd voor 'Woongebied-1'.
Volgens het bestemmingsplan Oosterheem 2000 kon hier ten behoeve van gestapelde bouw tot maximaal 45 mt hoog gebouwd worden. Dit is in 2013 bij de vaststelling van het bestemmingsplan "Oosterheem/ Zegwaartseweg-Noord" nog eens bevestigd door op de plankaart de aanduiding '45 m' op te nemen voor de 2 bouwvlakken. (Zie hieronder in figuur 1.2).
Voor deze bouwvlakken worden momenteel (begin 2019) bouwplannen ontwikkeld om verschillende typen woningen te realiseren. Onderdeel daarvan is één appartementengebouw van 45 mt. hoog.
Echter, bij de toetsing is gebleken dat in artikel 19.2.1 onder c van de geldende planregels is opgenomen dat de bouwhoogte voor plekken met de aanduiding 'gestapeld' maximaal 25 mt bedraagt. Dit is niet in overeenstemming met de toegestane hoogte zoals die op de plankaart voor deze locaties is opgenomen.
Op de onderstaande figuur is de huidige plankaart met aanduidingen te zien:
Figuur 1.2 Uitsnede bestemmingsplan 'Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord' van de 2 bouwvlakken ten noorden van de Berkelstroom.
Bestemming 'Wonen-Woonwagenstandplaats' voor locaties Gooimeer en Zwetsloot
Voor de woonwagenlocatie aan de Zwetstroom geldt de bestemming Wonen-Woonwagenstandplaats. Hier mogen 6 woonwagens staan. 3 Standplaatsen zijn al uitgegeven en ingericht. Er is nog ruimte voor 3 nieuwe standplaatsen.
Voor de locatie Gooimeer, die nog niet is ingericht maar in 2019 woonrijp zal worden gemaakt, geldt de bestemming 'Woongebied -1' met de aanduiding 'woonwagenstandplaats'.
Voor beide locaties geldt dezelfde bouwregeling.
Een regeling voor brandcompartimentering ontbreekt.
Figuur 1.3 Uitsnede bestemmingsplan 'Oosterheem / Zegwaartseweg-Noord' van de woonwagenlocatie Zwetstroom
Figuur 1.4 Uitsnede bestemmingsplan 'Oosterheem / Zegwaartseweg-Noord' van de woonwagenlocatie Gooimeer
Bestemming 'Centrum' ter plaatse van Oosterheemplein
Het Oosterheemplein in het (winkel)centrum van de woonwijk Oosterheem is bestemd voor centrumdoeleinden. Het plein en omgeving wordt al jaren mede gebruikt voor de organisatie van diverse evenementen die meestal door of in overleg met de winkeliersvereniging worden georganiseerd. Uit jurisprudentie van de Raad van State is gebleken dat dergelijke gebieden in het bestemmingslan een regeling dienen te bevatten. Binnen de Centrum-bestemming, noch binnen de omliggende bestemmingen Verkeer-Verblijfsgebied, Water en Groen, zijn evenementen toegestaan vanwege het ontbreken van een regeling (aantal, aard, duur) voor evenementen.
Op de onderstaande figuur is de huidige planregeling te zien.
Figuur 1.5 Uitsnede bestemmingsplan 'Oosterheem / Zegwaartseweg-Noord' van het Oosterheemplein en omgeving
Bestemming Wonen-1 voor gebied Groene Kreek
Binnen de woonbestemming voor de gerealiseerde woningen aan de Groene Kreek (binnen de driehoek Moldaustroom, Orinoco stroom en Nijlstroom) is de standaard bestemmingsregeling opgenomen die behoort bij de bestemmig Wonen. Er zijn erfafscheidingen toegestaan aan de achterzijde van de woningen van 2 m hoog.
Dit is in strijd met de verplichtingen zoals die zijn opgenomen in de Algemene Akte Groene Kreek uit 2005 en waarin is geregeld dat alleen lage groeischermen van 1 m hoog mogen worden gerealiseerd. Hiervoor is gekozen vanwege het sociale en open karakter van de duurzaame woonwijk Groene Kreek.
Aangezien de bepalingen uit de Algemene Akte geen toetsingskader zijn bij het toetsen van aanvragen om omgevingsvergunning voor erfafscheidingen, dient het bestemmingsplan hierop aangepast te worden.
Op de onderstaande figuur is de huidige planregeling te zien.
Figuur 1.6 Uitsnede bestemmingsplan 'Oosterheem / Zegwaartseweg-Noord' van het gebied Groene Kreek.
3.2 Doel En Inhoud Planherziening
Bestemming 'Woongebied - 1' ten noorden van Berkelstroom (vlek 1 en 2).
Om verwarring te voorkomen dient in de planregels van de bestemming Woongebied-1, de beperking van de bouwhoogte tot 25 m, te worden geschrapt. Het artikel wordt aangepast door te verwijzen naar de aanduiding van de bouwhoogte van 45 m op de verbeelding (de plankaart).
In het oorspronkelijke bestemmingsplan “Oosterheem 2000”, vastgesteld in de gemeenteraad op 1 juni 2002, is de maximaal toegestane bouwhoogte voor de bouwlocaties aan de Berkelstroom vastgesteld op 45 mt. Zowel op de plankaart áls in de voorschriften (regels).
Zie hieronder een uitsnede van de plankaart “Oosterheem 2000” en van de bijbehorende planregel.
Figuur 1. Uitsnede plankaart Oosterheem 2000.
Op de plankaart staat op 2 plekken binnen de bestemming Woongebied (Wo) ter plaatse van de bouwlocaties aan de Berkelstroom, '45/6' en '45/2'. Volgens de bijbehorende legenda geeft deze aanduiding op de plankaart aan: 'afwijkende maximale hoogte in meters / maximaal aantal gebouwen'.
Vervolgens is in artikel 7, lid 4.3 onder b, van het bestemmingsplan “Oosterheem 2000” het volgende geregeld over de bouwhoogte:
Figuur 2. Uitsnede Artikel 7, lid 4.3 onder b (Woongebied) van het bestemmingsplan “Oosterheem 2000”.
Onder artikel 7 lid 4.3 onder b, staat dat de hoogte van de hoofdmassa van gestapelde woningen 25 mt mag bedragen, danwel 45 mt voor de gebieden waar dat op de plankaart, blad 1.1, is aangegeven.
Voorts staat in artikel 22, lid 8 Wijzigingsbevoegdheid, van dat bestemmingsplan dat op die plekken waar volgens de plankaart en de regels een bouwhoogte van 45 mt is toegestaan, deze door de gemeenteraad mag worden gewijzigd, onder een aantal voorwaarden, en voor maximaal 1 gebouw binnen de bestemming Woongebied, naar 80 mt. Ook hieruit blijkt dat de toegestane bouwhoogte destijds al 45 mt bedroeg.
Figuur 3. Uitsnede artikel 22, lid 8 (Wijzigingsbevoegdheid) van het bestemmingsplan “Oosterheem 2000”.
Uit het samenstel van plankaart en planregels van het bestemmingsplan “Oosterheem 2000” blijkt duidelijk en onomstotelijk dat het vanaf 2000 al de bedoeling was om aan de noordrand van de te ontwikkelen woonwijk Oosterheem gebouwen mogelijk te maken van maximaal 45 mt hoog, eventueel te wijzigen naar 80 mt voor 1 gebouw.
Vervolgens is in 2013 het bestemmingsplan “Oosterheem 2000” vervangen en geactualiseerd door vaststelling van het bestemmingsplan “Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord”.
In die herziening is wederom op de plankaart dezelfde maximaal toegestane bouwhoogte van 45 mt overgenomen. Iedereen die nu via www.ruimtelijkeplannen.nl de plankaart in wil zien en op de bewuste locatie klikt, krijgt automatisch de toegestane bouwhoogte van 45 mt in beeld. Alleen is in de planregels abusievelijk een verkeerde omschrijving voor de bouwhoogte gebruikt.
Dat dit overduidelijk een vergissing is geweest blijkt ook uit het feit dat er destijds in 2013, bij het vaststellen van het bestemmingsplan Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord, noch in het raadsvoorstel, noch in de beraadslagingen een voorstel is gedaan om de toegestane bouwhoogtes aan de Berkelstroom te verlagen.
Aangezien er geen sprake is van een verhoging van de bouwhoogte behoeft er ook geen nieuwe ruimtelijke afweging gemaakt te worden. De maximale bouwhoogte van 45 mt is destijds bij het opstellen van het bestemmingsplan Oosterheem 2000 al ruimtelijk aanvaardbaar geacht en sindsdien is de woonwijk stap voor stap ontwikkeld conform dat plan. Er is in 2008 ook al één appartementengebouw van 36 mt hoog gerealiseerd in de bouwvlek direct ten westen van de 2 bewuste bouwvlakken aan de Berkelstroom en nu is er een plan voor 1 appartementengebouw van 45 mt hoog. De feitelijke omstandigheden ter plaatse zijn niet veranderd ten opzichte van 2000 zodat dat ook geen nieuwe afweging rechtvaardigt.
Bestemming 'Wonen- Woonwagenstandplaats' voor locaties Gooimeer en Zwetsloot
Conform de actuele regels van het Bouwbesluit (artikel 2.83 Bouwbesluit (2013) worden voor beide locaties 2 aanduidingsvlakken op de verbeelding (plankaart) opgenomen, genaamd 'overige zone- compartiment (cpm)'.
Binnen elk compartiment mogen maximaal 4 woonwagens (standplaatsen) gegroepeerd worden. De compartimenten moeten minimaal 5 mt van elkaar verwijderd zijn en mogen niet groter zijn dan 1.000 m2. Binnen een compartiment moet de onderlinge afstand van woonwagens minimaal 1 mt bedragen.
De brandcompartimenten zoals opgenomen op de verbeelding voldoen aan de voorwaarden. De locatie Gooimeer komt nu ook te vallen onder de werking van de bestemming 'Wonen- Woonwagenstandplaats'.
De toegestane hoogte voor de woonwagens blijft onveranderd en bedraagt 3,5 mt maximale goothoogte en 4,5 mt maximale bouwhoogte.
Ook het aantal standplaatsen dat per locatie is toegestaan blijft ongewijzigd. Dat wil zeggen maximaal 6 standplaatsen voor de locatie Zwetstroom en maximaal 7 standplaatsen voor de locatie Gooimeer.
Bestemming 'Centrum' voor Oosterheemplein en omgeving
Voor het Oosterheemplein en omgeving wordt een evenementenregeling aan de bestemming 'Centrum' toegevoegd door de de aanduiding 'specifieke vorm van centrum-evenemententerrein' op te nemen. Hiermee wordt het jaarlijks aantal toegestane evenementen, de aard en de duur vastgelegd. Het maximaal toegestane aantal van 15 evenementen (12 kleine evenementen en 3 middelgrote evenementen) is gebaseerd op het aantal evenementenvergunningen dat voor 2019 is aangevraagd en vergund. Deze zijn opgenomen op een lijst die als Bijlage 2 bij de toelichting is gevoegd. Hierop staan 13 evenementen die op en rond het Oosterheemplein voor 2019 zijn aangevraagd. In de regeling wordt nog ruimte opgenomen voor 2 extra evenementen zodat een totaal van 15 evenementen mogelijk wordt gemaakt.
Ook voor aangrenzende delen (het openbaar gebied buiten de Oosterheemplein bebouwing) zijnde delen van aangrenzend Groen, Verkeersgebied en Water, wordt de aanduiding 'specifieke vorm van centrum-evenemententerrein' opgenomen. Daaraan gekoppeld is de evenementenregeling.
Bestemming 'Wonen-1' voor gebied Groene Kreek
Als voorbeeld project op het gebied van duurzaamheid en duurzaam bouwen en wonen, is in 2004 op initiatief van de lokale agenda 21 milieugroep de Groene Kreek in ontwikkeling gebracht. Het betreft een project van 65 woningen, gelegen in de driehoek Moldaustroom, Nijlstroom en Orinocostroom.
Om de beeldkwaliteit van het sociale en duurzaam open karakter van het gehele binnengebied (inclusief privé-tuinen) met de kreek (wadi's met waterberging) te waarborgen, is een Algemene akte Groene Kreek door de gemeente Zoetermeer en Bouwfonds MAB opgesteld. Bij de verkoop van de woningen hebben alle kopers getekend voor de inhoud van deze Algemene Akte Groene Kreek.
In de Algemene Akte Groene Kreek, d.d. 18 maart 2005, is opgenomen dat de erfafscheidingen die door de Realisator (Bouwfonds) bij oplevering werden aangebracht, door de rechtsopvolgers van de Realisator in stand dienen te worden gehouden en bij vervanging alleen mogen worden vervangen door erfafscheidingen van gelijke soort en afmeting als de bij oplevering aangebrachte groeischermen (opengewerkte groeischermen van 1,0 m hoog).
Een aantal bewoners heeft nu echter hogere erfafscheidingen geplaatst dan 1,0 m. Dit is niet conform de afspraken zoals die in de Algemene Akte zijn opgenomen.
Maar die afspraken vormen geen toetsingskader voor aanvragen omgevingsvergunning. Een aanvraag omgevingsvergunning moet en mag alleen worden getoetst aan het bestemmingsplan, Bouwbesluit en welstandseisen.
Het bestemmingsplan laat erfafscheidingen toe van 2,0 m hoog.
Een ruime meerderheid van de bewoners van de Groene Kreek (ruim 40 adressen) heeft de gemeente nu verzocht om handhaving van de Algemene Akte en opname van de relevante bepalingen in het bestemmingsplan.
De gemeente is mede-ondertekenaar van de Algemene Akte Groene Kreek. Om te voorkomen dat in de toekomst meer erfafscheidingen worden gerealiseerd, die in strijd zijn met het gestelde in de Algemene Akte, dient het bestemmingsplan te worden aangepast aan de afspraak uit 2005 dat alleen erfafscheidingen van 1,0 m hoog zijn toegestaan.
Daarbij dient nog rekening te worden gehouden met het volgende:
Ingevolge artikel 2 van Bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor), zijn erfafscheidingen op het achterfgebied tot 2,0 m hoog, vergunningvrij, mits geplaatst op een afstand van minimaal 1,0 m van de grens met openbaar gebied.
Dergelijke vergunningvrije erfafscheidingen kunnen zodoende ook de afspraken uit het verleden, zoals vastgelegd in de Algemene Akte, doorkruisen. Dit is ongewenst omdat het geen recht doet aan de locatie specifieke omstandigheden van de Groene Kreek.
Om tevens te voorkomen dat in de toekomst vergunningvrije erfafscheidingen van 2,0 m hoog worden geplaatst, in strijd met het bepaalde uit de Algemene Akte, dient ook het vergunningvrij bouwen (uitsluitend ten aanzien van het aspect erfafscheidingen) in het bestemmingsplan te worden uitgesloten voor deze locatie.
De motivering voor het uitsluiten van het vergunningvrij bouwen ten aanzien van erfafscheidingen, is gelegen in de locatie- specifieke omstandigheden van het deelgebied Groene Kreek in Oosterheem. De Groene Kreek betreft een specifiek woonmilieu dat in 2004/2005 is gerealiseerd en waarin 65 duurzame en energie nul voorbereide woningen zijn gerealiseerd die volledig CO2-vrij kunnen zijn.
In de opzet van de wijk is bewust gekozen voor een open en sociaal karakter zodat bewoners optimaal van het privégroen, het openbare groen en water kunnen profiteren. Er is bewust gekozen voor het realiseren van lage, opengewerkte groeischermen, van 1,0 m hoog, in de achtertuinen die de interactie, openheid en sociale cohesie stimuleren.
Het open karakter dat hiermee wordt bereikt is een belangrijk doel en draagt bij aan de groene beleving en kwaliteit van het binnengebied.
Onderstaande foto's illustreren het open karakter van de privé tuinen en het openbare binnengebied.
Foto 1. Lage groeischermen op erfgrens illustreren het open karakter.
Foto 2. De 1 m hoge erfafscheidingen op erfgrens van achtertuinen Moldaustroom.
Foto 3. Open karakter
Om het vergunningvrij bouwen voor dit gebied uit te sluiten, worden de achtertuinen bestemd als 'Tuin'. In de nieuwe regeling wordt expliciet het vergunningvrij bouwen voor dit specifieke gebied uitgesloten, door in de planregels bij de bestemming 'Tuin' het volgende op te nemen:
"Deze gronden dienen niet te worden beschouwd als erf in de zin van artikel 1 van bijlage II behorende bij het Besluit omgevingsrecht, zoals dat artikel luidt op het moment van de datum van inwerkingtreding van dit plan.”
Het gevolg hiervan is dat dit gebied niet als “achtererfgebied” kan worden aangemerkt, waardoor vergunningvrij bouwen op grond van Bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor) op die locatie is uitgesloten.
In de nieuwe bestemming 'Tuin' wordt wel een bouwregeling opgenomen die erfafscheidingen toelaat conform de afspraken uit de Algemene Akte, dat wil zeggen maximaal 1,0 m hoog en voor minimaal 50 % opengewerkt.
Materiaalgebruik, verschijningsvorm en de vraag of het bouwwerk passend is in de omgeving wordt zoals gebruikelijk getoetst door de Stadsbouwmeester.
De bestaande bouwregeling voor het bouwen van aan-, uit- en/of bijgebouwen zoals die nu geldt voor de achtertuinen, wordt ook weer opgenomen in de bestemming 'Tuin'.
Dat wil zeggen dat op de bestemming Tuin uitsluitend aan-, uit- en/of bijgebouwen zijn toegestaan tot maximaal 60 % van de oppervlakte van het bouwperceel (bestaande uit Wonen-1 bestemming en de Tuin bestemming), waarbij de oppervlakte van het hoofdgebouw dient te worden meegerekend.
De bestaande hoogteregeling voor aan-, uit- en/of bijgebouwen wordt eveneens overgenomen.
Samenvattend
De herziening van het bestemmingsplan 'Oosterheem / Zegwaartseweg-Noord' heeft betrekking op de volgende onderdelen:
Regels
- 1. In de bestemming 'Woongebied-1' vervalt de zinsnede in artikel 19.2.1 onder c, waarmee de maximale bouwhoogte voor locaties met de aanduiding 'gestapeld' op 25 mt wordt bepaald.
- 2. Tevens vervalt in de bestemming 'Woongebied - 1' de verwijzing naar de functieaanduiding 'woonwagenstandplaats' en de bouwregelgeving voor woonwagenstandplaatsen. Dit is gedaan omdat de woonwagenlocatie Gooimeer nu onder de werking van de bestemming 'Wonen- Woonwagenstandplaats' komt te vallen.
- 3. De bestemming 'Wonen- Woonwagenstandplaats' wordt aangepast aan de regeling in artikel 2.83 Bouwbesluit (2013). Dat houdt in dat een verwijzing wordt opgenomen naar de gebiedsaanduiding 'overige zone -compartiment' waarbinnen maximaal 4 standplaatsen zijn toegestaan. De afstand tussen de gebiedsaanduidingen bedraagt minimaal 5 mt.
- 4. In de bestemmingen 'Centrum', 'Groen', 'Water' en 'Verkeer - Verblijfsgebied' ter plaatse van het Oosterheemplein, wordt in de doeleindenomschrijving de koppeling gelegd met de aanduiding 'specifieke vorm van centrum - evenemententerrein'. Tevens wordt aan de regeling een lid toegevoegd waarmee het aantal evenementen, de duur en het maximum aantal bezoekers dat gelijktijdig maximaal per dag aanwezig kan zijn, wordt vastgelegd.
- 5. De bestemming 'Wonen-1' voor de woningen aan de Groene Kreek wordt aangepast en bevat alleen nog de regeling voor het hoofdgebouw. De achtertuin komt te vallen binnen de nieuwe bestemming 'Tuin' die een specifieke regeling bevat conform de Algemene Akte Groene Kreek uit 2005. Het is alleen nog toegestaan om erfafscheidingen van 1 mt hoog te realiseren die voor minstens 50% zijn opengewerkt. Tevens blijft de bestaande regeling voor aan-. uit- en bijgebouwen voor de achtertuin geldig. Expliciet is opgenomen dat het vergunningvrij bouwen in de achtertuinen is uitgesloten vanwege het specifieke open karakter van de Groene Kreek.
Verbeelding
- 1. Ter plaatse van de woonwagenlocatie Zwetstroom wordt in de 2 bouwvlakken een gebiedsaanduidingsvlak 'overige zone - compartiment' opgenomen.
- 2. ter plaatse van de woonwagenlocatie Gooimeer wordt de bestemming 'Wonen- Woonwagenstandplaats' opgenomen met 1 bouwvlak voor 7 standplaatsen, waarbinnen 2 gebiedsaanduidingsvlakken met de aanduiding 'overige zone-compartiment' worden opgenomen.
- 3. aan de bestemming 'Centrum', en aangrenzende bestemmingen 'Verkeer-Verblijfsgebied', 'Groen' en 'Water', ter plaatse van het Oosterheemplein, wordt de aanduiding 'specifieke vorm van centrum - evenemententerrein' toegevoegd.
- 4. De bestemming 'Wonen-1' ter plaatse van de woningen Groene Kreek wordt aangepast tot alleen het hoofdgebouw. Voor de achtertuin wordt de bestemming 'Tuin' opgenomen.
Hoofdstuk 4 Milieu En Leefkwaliteit
4.1 Strategische Milieu-beoordeling
De voorliggende partiële herziening (actualisering) van het bestemmingsplan is conserverend van aard. Het bevat geen nieuwe ontwikkelingen. Om die reden kan een milieueffectbeoordeling achterwege blijven. Overigens is niet gebleken van feiten en omstandigheden die maken dat de uitvoering van dit plan kan leiden tot belangrijke nadelige milieugevolgen die het verrichten van nader milieuonderzoek noodzakelijk maken.
4.2 Geluidhinder
De voorliggende partiële herziening (actualisering) van het bestemmingsplan is conserverend van aard. Het bevat geen nieuwe ontwikkelingen. Er worden geen nieuwe geluidgevoelige bestemmingen mogelijk gemaakt.
De te realiseren woningen in de Noordrand én de nog te realiseren woonwagenstandplaatsen zijn opgenomen in het bestemmingsplan Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord 2013.
Er zijn hogere waarden geluid vastgesteld voor deze te realiseren woningen en woonwagenstandplaatsen op basis van akoestisch onderzoek behorende bij het bestemmingsplan. De uitgangspunten en omstandigheden zijn sindsdien niet veranderd. Nog niet alle woningen in het bestemmingsplan zijn gerealiseerd maar deze zijn wel meegenomen in het akoestisch onderzoek dat als prognosejaar 2022 heeft.
Er hoeft derhalve geen nieuw akoestisch onderzoek te worden verricht.
Via de evenementenvergunning die op basis van de APV moet worden aangevraagd voor het houden van evenementen, worden grenzen gesteld aan o.a. de geluidsproduktie van de eventuele (muziek) installaties.
4.3 Bodemkwaliteit
De voorliggende partiële herziening (actualisering) van het bestemmingsplan is conserverend van aard. Het bevat geen nieuwe ontwikkelingen. Verwezen wordt naar de motivering betreffende bodemkwaliteit zoals opgenomen in de toelichting van het vastgestelde bestemmingsplan Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord in 2013. Omstandigheden zijn sindsdien niet gewijzigd.
4.4 Luchtkwaliteit
De voorliggende partiële herziening (actualisering) van het bestemmingsplan is conserverend van aard. Het bevat geen nieuwe ontwikkelingen. De te realiseren woningen in de Noordrand én de nog te realiseren woonwagenstandplaatsen zijn opgenomen in het bestemmingsplan Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord 2013. Bij vaststelling van dat bestemmingsplan is onderzoek gedaan naar de luchtkwaliteit waarbij alle nieuw te realiseren woningen op dat moment in de woonwijk Oosterheem zijn betrokken.
Er hoeft derhalve geen onderzoek naar de luchtkwaliteit te worden verricht.
4.5 Water
De voorliggende partiële herziening (actualisering) van het bestemmingsplan is conserverend van aard. Het bevat geen nieuwe ontwikkelingen. Verwezen wordt naar de motivering van het aspect water zoals opgenomen in de toelichting van het vastgestelde bestemmingsplan Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord in 2013. Omstandigheden zijn sindsdien niet gewijzigd.
4.6 Bedrijven En Milieuzonering
De voorliggende partiële herziening (actualisering) van het bestemmingsplan is conserverend van aard. Het bevat geen nieuwe ontwikkelingen. Verwezen wordt naar de motivering van de milieuzonering zoals opgenomen in de toelichting van het vastgestelde bestemmingsplan Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord in 2013. Omstandigheden zijn sindsdien niet gewijzigd.
4.7 Externe Veiligheid
De voorliggende partiële herziening (actualisering) van het bestemmingsplan is conserverend van aard. Het bevat geen nieuwe ontwikkelingen. Verwezen wordt naar het onderzoek naar externe veiligheid zoals opgenomen in de toelichting van het vastgestelde bestemmingsplan Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord in 2013. Omstandigheden zijn sindsdien niet gewijzigd.
4.8 Natuurwaarden
De voorliggende partiële herziening (actualisering) van het bestemmingsplan is conserverend van aard. Het bevat geen nieuwe ontwikkelingen. Verwezen wordt naar het onderzoek naar natuurwaarden zoals opgenomen in de toelichting van het vastgestelde bestemmingsplan Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord in 2013. Omstandigheden zijn sindsdien niet gewijzigd.
Hoofdstuk 5 Juridische Vormgeving
5.1 Bestemmingsregels
5.1.1 Centrum
Binnen deze bestemming is een specifieke aanduiding opgenomen om evenementen toe te kunnen laten. De aanduiding 'specifieke vorm van centrum - evenemententerrein' is toegevoegd aan het openbaar gebied binnen de bestemming Centrum.
Aan de aanduiding is een regeling gekoppeld die maximaal 12 kleine en 3 middelgrote evenementen per jaar toelaat. Het maximale aantal bezoekers is vastgelegd. Met het maximale aantal bezoekers per dag wordt aangegeven hoeveel bezoekers er maximaal gelijktijdig aanwezig mogen zijn (piekmoment).
Ook de maximale duur van de evenementen is geregeld. Een klein evenement mag maximaal 1 dag duren. Een middelgroot evenement mag maximaal 2 dagen duren. Dit is exclusief de op- en afbouwperiode. Op de duur van het aantal dagen zijn enkele uitzonderingen opgenomen.
5.1.2 Groen
Aan de bestemming 'Groen' wordt de evenementenregeling toegevoegd.
5.1.3 Tuin
Er wordt voor de woningen in de Groene Kreek een bestemming 'Tuin' geïntroduceerd. Deze bestemming bevat de juridisch planologische regeling voor de achtertuinen. Gezien de locatiespecifieke omstandigheden, zoals beschreven in paragraaf 3.2, is voor deze achtertuinen het vergunningvrij bouwen, voor zover het over erfafscheidingen gaat, expliciet uitgesloten, omdat anders zonder vergunning 2 m hoge erfafscheidingen zouden kunnen worden gerealiseerd. Dit is niet wenselijk en ook in strijd met de verplichtingen uit de Algemene Akte Groene Kreek uit maart 2005, welke is ondertekend door de bouwer, bewoners en gemeente.
Uit de Akte blijkt dat alleen erfafscheidingen van 1 m. hoogte toelaatbaar zijn. Dit is nu ook opgenomen in de planregels bij deze bestemming. Daarnaast blijft de geldende bouwregeling voor aan-, uit- en bijgebouwen van kracht.
5.1.4 Verkeer - Verblijfsgebied
Aan de bestemming 'Verkeer- Verblijfsgebied' wordt de evenementenregeling toegevoegd.
5.1.5 Water
Aan de bestemming 'Water' wordt de evenementenregeling toegevoegd.
5.1.6 Wonen-1
Binnen de bestemming 'Wonen-1' zoals die nu geldt voor de woningen aan de Groene Kreek zijn de hoofdgebouwen toelaatbaar binnen het bouwvlak. In de regels wordt verwezen naar de maximaal toegestane bouwhoogte op de plankaart. Tevens zijn aan huis verbonden beroepen toegelaten.
5.1.7 Wonen - Woonwagenstandplaats
Aan de bestemming wordt een aanduiding toegevoegd waarmee de brandcompartimenten worden aangegeven. Binnen deze zone mogen de standplaatsen worden aangelegd. De regeling voor de compartimenten is gebaseerd op de regeling in het Bouwbesluit.
5.1.8 Woongebied - 1
De bestemming 'Woongebied - 1' is nagenoeg gelijk aan de bestemming in het moederplan. Alleen de beperking in de bouwhoogte voor gestapelde bouw tot 25 m, is geschrapt.
De juiste bouwhoogte staat op de plankaart en in de regels wordt daar naar verwezen.
5.2 Overgangs- En Slotregels
5.2.1 Overgangsrecht
Deze artikelen regelen de bebouwing en het gebruik van gronden en opstallen, die op tijdstip van inwerkingtreding van dit plan in strijd zijn met de bestemming.
5.2.2 Slotregel
In dit artikel wordt aangegeven op welke wijze de regels van het bestemmingsplan kunnen worden aangehaald.
Hoofdstuk 6 Uitvoerbaarheid
6.1 Financiële Uitvoerbaarheid
6.1.1 Grondexploitatie (artikel 6.12 Wro)
Op grond van artikel 6.12 lid 2 Wet ruimtelijke ordening (Wro) kan de gemeenteraad bij een besluit tot vaststelling van een bestemmingsplan besluiten geen exploitatieplan vast te stellen, in bij algemene maatregel van bestuur aangegeven gevallen.
Op grond van artikel 6.2.1a van het Besluit ruimtelijke ordening worden als gevallen als bedoeld in artikel 6.12 lid 2 Wro aangewezen de gevallen waarin:
- b. er geen verhaalbare kosten zijn als bedoeld in artikel 6.2.4., onderdelen b tot en met f ;
Aangezien er geen sprake is van verhaalbare kosten hoeft er geen exploitatieplan te worden vastgesteld.
6.1.2 Economische uitvoerbaarheid
Deze herziening van het bestemmingsplan bevat geen nieuwe ontwikkelingen. Het betreft alleen een herziening van delen van de plankaart en de planregels. De kosten hiervan komen voor rekening van de gemeente.
Het plan is economisch uitvoerbaar.
6.2 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
Medio februari - april 2019, tijdens het opstellen van deze actualisatie, heeft ambtelijk overleg plaatsgehad met de initiatiefnemers van de planherziening ten aanzien van de erfbebouwingsregeling voor de Goene Kreek. Zij kunnen zich vinden in de voorgestelde regeling.
Tevens heeft overleg plaatsgehad met de woordvoerder van de eigenaar van het winkelcomplex Oosterheemplein, Colliers International Asset Services Retail BV en de winkeliersvereniging Oosterheem, over de voorgestelde evenementenregeling. Zij hebben aangegeven akkoord te zijn met de voorgestelde regeling.
Voorts heeft overleg plaatsgehad met de Veiligheidsregio Haaglanden (VRH/Brandweer) over de brandcompartimenteringszone voor de 2 woonwagencomplexen. Zij is akkoord met de voorgestelde regeling.
Op 16 april 2019 is door het college van B&W op grond van de Samenspraakverordening besloten geen samenspraak toe te passen en in te stemmen met het concept-ontwerp.
Overleg met de provincie Zuid-Holland heeft plaatsgehad via invulling van het E-formulier op 1 mei 2019. Uitkomst daarvan luidt dat het plan niet behoeft te worden verstuurd aan de provincie omdat het niet in strijd is met provinciaal ruimtelijk beleid.
Op 17 april 2019 is een raadsmemo naar de gemeenteraad gestuurd waarin melding is gemaakt van het voornemen om het bestemmingsplan op genoemde punten te actualiseren. De raad is verzocht om aandachtspunten mee te geven. Op 20 mei 2019 is het raadsmemo geagendeerd voor de raadscommissie Stad. De behandeling in de raadscommissie Stad heeft niet geleid tot aanpassingen in het ontwerp.
Op 25 april 2019 is de kennisgeving ex artikel 1.3.1. Bro gepubliceerd waarbij deze Actualisering van het bestemingsplan is aangekondigd.
Het ontwerp-bestemmingsplan heeft vervolgens gedurende een periode van 6 weken ter inzage gelegen van 7 juni 2019 t/m 18 juli 2019.
Er is 1 zienswijze ingediend tegen het repareren van de bouwhoogte voor de bouwkavels aan de Berkelstroom.
Op 30 september 2019 heeft de hoorzitting plaatsgehad in de raadscommissie Stad waarbij de indiener van een zienswijze is gehoord.
Op 7 oktober 2019 is het raadsvoorstel behandeld in de raadscommissie Stad.
Op 14 oktober 2019 heeft de gemeenteraad het voorstel behandeld en conform het voorstel de actualisering van het bestemmingsplan Oosterheem/Zegwaartseweg-Noord vastgesteld.
De Nota van Beantwoording Zienswijzen is opgenomen als Bijlage 3 bij deze toelichting.
Hoofdstuk 7 Handhaving
Op 9 mei 2011 heeft de gemeenteraad de beleidsnota 'Niet alleen Handhaven', Handhavingsbeleid 2011-2014 vastgesteld. Dit beleid ziet onder meer op het handhaven van bestemmingsplannen. Een belangrijk uitgangspunt in dit beleid is de dubbele regelkring. Dit betekent dat er van wordt uitgegaan dat toezicht en handhaving niet alleen wettelijke taken zijn, maar vooral ook instrumenten om beleidsdoelen te realiseren.
Voor de handhaving is een prioritering ingevoerd. Daarbij zijn weegfactoren benoemd op basis waarvan de onderwerpen die het belangrijkst worden gevonden, het zwaarst worden gewogen. Fysieke veiligheid geldt als belangrijkste weegfactor. Natuur en duurzaamheid is de minst zware weegfactor. Vervolgens zijn voor de handhaving per taakveld bouwen, milieu en openbare ruimte prioriteiten gesteld. De handhaving van bestemmingsplannen valt onder het taakveld bouwen. Bij elk taakveld is een rangschikking ontstaan van zeer grote risico's naar zaken die nauwelijks risico's in zich herbergen. De prioritering wordt vervolgens in jaarlijkse handhavingsuitvoeringsprogramma's vertaald naar aandachtsgebieden, bijvoorbeeld extra aandacht voor illegale dakopbouwen, dakkapellen of illegaal gebruik.
Handhaving kan plaatsvinden via de publiekrechtelijke, privaatrechtelijke en strafrechtelijke weg. Het college van Burgemeester en Wethouders is bevoegd om met bestuursrechtelijke sancties op te treden tegen overtredingen van regels van bestemmingsplannen. De bestuursrechtelijke sancties bestaan uit de bestuursdwang en het opleggen van last onder dwangsom. Door middel van het privaatrecht kan de gemeente op indirecte wijze het bestemmingsplan handhaven. Dat kan door gebruikmaking van haar bevoegdheden als eigenaar of van contractuele bevoegdheden.
De strafrechtelijke vervolging is afhankelijk van het Openbaar Ministerie. Overtredingen op grond van bestemmingsplanregels vallen met ingang van 13 september 2004 onder de Wet op de economische delicten. Strafrechtelijk optreden is gewenst bij overtredingen waarvan de gevolgen niet meer ongedaan gemaakt kunnen worden. De Wet op de economisch delicten biedt verder de mogelijkheid bij het opleggen van de straf rekening te houden met het economisch voordeel dat de overtreder heeft behaald. Ook biedt de wet de mogelijkheid de verplichting op te leggen om op eigen kosten de gevolgen van het delict goed te maken.
Bijlage 1 B&w Voorstel
Bijlage 2 Evenementenlijst Oosterheemplein 2019
Bijlage 2 Evenementenlijst Oosterheemplein 2019