6e herziening Buitengebied Veere
Bestemmingsplan - Gemeente Veere
Vastgesteld op 28-09-2023 - vastgesteld
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Het bestemmingsplan '6e herziening Buitengebied Veere' heeft uitsluitend betrekking op: - onderdelen van de verbeelding zoals vervat in NL.IMRO.0717.0202BPBgbH6-VG01; Daarbij zijn: 1. doorgehaalde/doorgestreepte regels in roze vervallen/ingetrokken; 2. niet doorgehaalde teksten in roze toegevoegd. 3. In artikelen/leden zijn koppen aangepast. Deze wijzigingen kunnen niet weergegeven worden volgens de hiervoor genoemde systematiek aangezien dit data-technisch niet mogelijk is. Het betreft de koppen van de volgende leden: 1.117, 3.5.6, 3.5.7, 3.6.1,4.4.9, 4.5.4, 4.5.5, 4.6.1, 5.4.3, 5.5.2, 5.5.3, 5.6.1, 7.4.3, 7.5.1, 7.5.2, 7.6.1, 9.4.3, 9.5.1, 9.5.2, 9.6.1, 10.4.1, 10.5.1, 10.5.2, 10.6.1, 12.4.3, 12.5.1, 12.5.2, 12.6.1, 15.4.3, 15.5.1, 15.5.2, 15.6, 17.5.2, 17.5.3, 17.6.1, 38.5 en Artikel 19 Verkeer - 1. De nummering van de artikelen en leden na vaststelling van de 5e herziening Buitengebied Veere geldt zoals in de voorliggende regels 6e herziening Buitengebied Veere vervat. |
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan:
het bestemmingsplan '6e herziening Buitengebied Veere' van de gemeente Veere, dat uitsluitend betrekking heeft op onderdelen van de verbeelding, met identificatie NL.IMRO.0717.0202BPBgbH6-VG01 met de bijbehorende in roze gemarkeerde onderdelen van de regels en bijlagen van het plan.
1.2 bestemmingsplan:
het bestemmingsplan Buitengebied Veere, zoals dat luidt tot en met de 6e herziening Buitengebied Veere, bestaande uit de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij bijbehorende bijlagen als vervat in de volgende GML-bestanden:
- NL.IMRO.0717.0016BPBgbAp-VG01 (bestemmingsplan Buitengebied Veere);
- NL.IMRO.0717.0085BPBgbGh-VG01 (1e herziening Buitengebied Veere);
- NL.IMRO.0717.0085BPBgbGh-VG02 (1e herziening Buitengebied Veere, 2e vaststellingsbesluit);
- NL.IMRO.0717.0104BPGh-VG01 (2e herziening Buitengebied Veere);
- NL.IMRO.0717.0124BPGh-VG01 (3e herziening Buitengebied Veere);
- NL.IMRO.0717.0124BPGh-VG02 (herstelbesluit 3e herziening Buitengebied Veere);
- NL.IMRO.0717.0124BPGh-VG03 (3e herziening Buitengebied Veere na uitspraak Afdeling Bestuursrechtspraak);
- NL.IMRO.0717.0153BPBgbH4-VG01 (4e herziening Buitengebied Veere);
- NL.IMRO.0717.0174BPBgbH5-VG02 (5e herziening Buitengebied Veere).
1.3 aan- en uitbouw:
een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw;
1.4 aan-huis-gebonden beroep:
het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, architectonisch, kunstzinnig, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, dan wel het uitoefenen van een beroep op medisch, paramedisch of therapeutisch gebied, welke door hun beperkte omvang in een gedeelte van een woning, en de daarbij behorende bebouwing worden uitgeoefend, waarbij de woonfunctie als primaire functie behouden en herkenbaar blijft;
1.5 aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.6 aanduidingsgrens:
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
1.7 afdekfolie:
folie die op de bodem wordt aangebracht ter verbetering van de microklimatologische omstandigheden om de groei van gewassen onder de folie te bevorderen;
1.8 agrarisch bedrijf:
een bedrijf gericht op het voortbrengen van agrarische producten door middel van:
- het telen of veredelen van gewassen, waaronder begrepen houtteelt en fruitteelt;
- het houden of fokken van vee, pluimvee, pelsdieren of vissen;
nader te onderscheiden in:
- a. grondgebonden bedrijf:
een bedrijf dat (nagenoeg) geheel afhankelijk is van de agrarische grond als productiemiddel en waar (nagenoeg) geheel gebruik wordt gemaakt van open grond of plat glas dan wel ander lichtdoorlatend materiaal met een hoogte van niet meer dan 1 meter; - b. kassenbedrijf:
een bedrijf gericht op de teelt of veredeling van gewassen (nagenoeg) geheel met behulp van kassen; - c. niet-grondgebonden bedrijf:
een bedrijf dat (nagenoeg) niet afhankelijk is van agrarische grond als productiemiddel, waaronder begrepen:
- 1. intensieve veehouderij: zijnde een niet aan de grond gebonden agrarisch bedrijf als hiervoor bedoeld, gericht op de teelt van slacht-, fok-, leg- of pelsdieren in gebouwen en (nagenoeg) zonder weidegang;
- 2. intensieve tuinbouw in gebouwen: zijnde een niet aan de grond gebonden agrarisch bedrijf als hiervoor bedoeld, gericht op de teelt of veredeling van gewassen (nagenoeg) geheel in gebouwen en (nagenoeg) zonder gebruik te maken van daglicht;
- 3. de teelt van slakken, wormen en vissen;
- d. aquacultuur:
de teelt van (zout)watergebonden organismen, waaronder begrepen zagers, schelpdieren en vissen;
1.9 agrarisch deskundige:
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke deskundige of onafhankelijke commissie van deskundigen op het agrarisch gebied, zoals de agrarische adviescommissie voor de provincie Zeeland;
1.10 agrarisch hulp en nevenbedrijf:
- a. een niet-industrieel bedrijf, dat is gericht op het opslaan en leveren van goederen aan agrarische bedrijven en/of het opslaan en verwerken van producten, die afkomstig zijn van agrarische bedrijven;
- b. een niet-industrieel bedrijf dat – voornamelijk met behulp van verplaatsbare werktuigen – uitsluitend of overwegend diensten verleent aan agrarische bedrijven, hetzij in verband met de bodemcultuur, hetzij ter uitvoering van grondwerkzaamheden op agrarische cultuurgronden (zoals loonploeg- en dorsbedrijven);
1.11 agrarische randzone:
een agrarisch gebied gelegen in de directe nabijheid van aanwezige woonkernen of verblijfsrecreatieve terreinen dan wel te verwachten uitbreidingen hiervan;
1.12 appartement:
een als zelfstandig bewoonbare eenheid aan te merken gedeelte van een gebouw, bestemd voor verblijfsrecreatie;
1.13 appartementen voor verblijfsrecreatie
boven dan wel onder of naast elkaar gesitueerde eenheden in één gebouw bestemd voor verblijfsrecreatie door personen die hun hoofdverblijf elders hebben, waarbij per eenheid een zelfstandige toegankelijkheid, gewaarborgd is. Daarnaast is ieder appartement voorzien van een eigen keukenblok, sanitiair e.d.;
1.14 archeologisch deskundige:
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke deskundige of onafhankelijke commissie van deskundigen op het gebied van archeologie, zoals de Walcherse Archeologische Dienst;
1.15 avondperiode
de periode tussen 19:00 uur en 23:00 uur;
1.16 badpost:
een voorziening c.q. bebouwing van waaruit het strand en de zee wordt bewaakt en waarbij ook ondergeschikte voorzieningen ten behoeve van strandrecreatie zoals de verhuur van strandparasols en strandstoelen is toegestaan;
1.17 bebouwing:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
1.18 bedrijfsmatig gebruik molen
een molen welke als werktuig bedrijfsmatig functioneert en wordt gebruikt;
1.19 bedrijfsperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten ten behoeve van bedrijfsmatige activiteiten;
1.20 bedrijfsvloeroppervlak
de gezamenlijke oppervlakte van vloeren die kunnen of worden gebruikt voor bedrijfsactiviteiten, met uitzondering van mestopslagruimten zoals mestkelders.
1.21 bedrijfsvloeroppervlakte intensieve veehouderij:
de gezamenlijke oppervlakte van vaste vloeren in gebouwen – mestdoorlatende vloeren daaronder begrepen – die worden gebruikt voor de huisvesting van dieren, ten behoeve van intensieve veehouderij, bestaande uit de ruimten waar de dieren worden gehuisvest, waaronder worden begrepen de hok- of stalruimten, inclusief scheidingswanden en gangpaden;
1.22 bedrijfswoning:
een woning in of bij een gebouw of op of bij een terrein, slechts bestemd voor (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein, noodzakelijk is;
1.23 bestaande situatie:
- a. bij bestaande bouwwerken en gebouwen: legale bouwwerken en gebouwen die aanwezig of in uitvoering zijn op het tijdstip van de tervisielegging van het ontwerp van het bestemmingsplan, dan wel bouwwerken zoals die mogen worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning, dan wel bouwwerken die krachtens overgangsrecht aanwezig mogen zijn op het tijdstip van tervisielegging van het ontwerp van het bestemmingsplan;
- b. bij gebruik: legaal gebruik van grond en opstallen zoals aanwezig tijdens de inwerkingtreding van het bestemmingsplan;
1.24 bestemmingsvlak:
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
1.25 bevoegd gezag:
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
1.26 bijbehorend onderkomen:
een bij het hoofdkampeermiddel functioneel verbonden kampeermiddel of ander aanvullend onderkomen, dat door zijn aard, functie en afmetingen niet kan worden aangemerkt als hoofdkampeermiddel;
1.27 bijgebouw:
een al dan niet vrijstaand gebouw, dat in bouwkundig en functioneel opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw;
1.28 boerderij- en streekproducten:
al dan niet bewerkte agrarische producten, afkomstig van het eigen agrarisch bedrijf of van andere agrarische bedrijven uit de streek, waaronder begrepen van ondergeschikt belang (sub)tropische of exotische producten, en in hoofdzaak op menselijke consumptie gerichte, ambachtelijk vervaardigde en aan de streekgebonden producten;
1.29 boog- en gaaskassen:
al dan niet verplaatsbare constructies, overtrokken met en omsloten door lichtdoorlatend materiaal anders dan glas, ten behoeve van de teelt van tuinbouwgewassen, fruitteelt of sierteelt, met een hoogte van 2,5 meter of minder;
1.30 bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
1.31 bouwperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
1.32 bouwvlak:
een aaneengesloten oppervlakte met één bestemmingsaanduiding en voorzien van een hoogteaanduiding en eventueel een percentage, waarmee de gronden zijn aangeduid waarop gebouwen zijn toegelaten;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de
regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;
1.33 bouwwerk:
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
1.34 bruto vloeroppervlak:
de bruto vloeroppervlakte zoals gemeten volgens de NEN 2580;
1.35 centrale bedrijfsmatige exploitatie:
het via een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon voeren van een gezamenlijk beheer en exploitatie van alle op een recreatieterrein of in een gebouw aanwezige standplaatsen, kampeerhuisjes, zomerhuisjes, appartementen voor verblijfsrecreatie, hotelkamers en slaapplaatsen in kampeerboerderijen, gericht op het bieden van – permanent wisselende – recreatieve (nacht)verblijfsmogelijkheden;
1.36 containervelden:
de al dan niet verharde percelen ten behoeve van de teelt van planten in potten;
1.37 cultuurhistorisch deskundige
de Boerderijenstichting Zeeland, of een andere door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van cultuurhistorische waarden;
1.38 dagperiode
de periode tussen 07:00 uur en 19:00 uur;
1.39 dagrecreatie:
de vorm van recreatie waarbij het ruimtegebruik een kortstondig karakter heeft en gericht is op ontspanning of de beleving van en/of kennismaking met natuur, landschap en cultuur van het platteland, bijvoorbeeld wandelend, per fiets of te paard dan wel geconcentreerd is ter plaatse van een attractie;
1.40 detailhandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan diegenen die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending, anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit; onder detailhandel wordt mede verstaan het uitoefenen van aanverwante, dienstverlenende bedrijven, zoals reisbureaus, kapsalons, bankfilialen en wasserettes, maar niet horecabedrijven;
1.41 duurzaam gemeenschappelijke huishouding:
een vaste groep van personen tussen wie een band bestaat die het enkel gezamenlijk bewonen van bepaalde woonruimte te boven gaat en die de bedoeling heeft om bestendig voor onbepaalde tijd een huishouden te vormen. Er is sprake van een economisch-consumptieve eenheid en bloedverwantschap, huwelijksbinding of een daaraan in intensiteit en continuïteit gelijk te stellen mate van binding tussen de bewoners;
1.42 evenementen:
gebeurtenissen, gericht op een groot publiek, met betrekking tot kunst, sport, ontspanning en cultuur, die (inclusief opbouw en afbraak) niet langer duren dan 10 dagen per evenement;
1.43 extensieve recreatie:
die vormen van recreatie die in hoofdzaak zijn gericht op natuur en landschapsbeleving en waarbij het ruimtebeslag beperkt is, zoals wandelen, fietsen en vissen.
1.44 gebouw:
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.45 gebruiksgerichte paardenhouderij:
het houden van paarden en/of pony's gericht op het voortbrengen, africhten, trainen en verhandelen en recreatief gebruik van paarden en pony's, met daaraan ondergeschikt het stallen van paarden van derden en het geven van instructie;
1.46 geluidsproducerende inrichtingen:
inrichtingen, die in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken, zoals bedoeld in artikel 41 van de Wet geluidhinder en artikel 2.1 lid 3 van het Besluit omgevingsrecht;
1.47 groepsaccommodatie
een deel van een gebouw dat bestemd is voor recreatief nachtverblijf door groepen waarbij wordt overnacht in slaapzalen en/ of slaapkamers en waar een gemeenschappelijke ruimte beschikbaar is waarin de gasten mede huishoudelijke werkzaamheden kunnen verrichten;
1.48 groothandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ter verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen, aan wederverkopers, dan wel aan instellingen of personen ter aanwending in enige bedrijfsactiviteit;
1.49 hobbymatig houden van dieren
het houden van dieren van soorten, in het bijzonder evenhoevigen (zoals runderen, varkens, schapen, geiten) maar ook paarden en pluimvee, voor educatieve en/of recreatieve doeleinden en/of terreinonderhoud en/of uit pure liefhebberij voor eigen gebruik en waarbij geen sprake is van economisch gewin.
1.50 hofstedecamping:
een terrein of plaats behorende bij een agrarisch bedrijf en/of direct daaraan grenzende, volgens het bestemmingsplan Buitengebied zijnde agrarisch bestemde gronden, welke geheel of gedeeltelijk zijn ingericht, en blijkens die inrichting bestemd om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen, of geplaatst houden van mobiele kampeermiddelen en verblijfseenheden met maximaal 25 standplaatsen;
1.51 hoofdbadpost
een badpost met daarbij extra voorzieningen voor minder-validen.
1.52 hoofdgebouw:
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen, dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken;
1.53 hoofdkampeermiddel:
een kampeermiddel dat op een standplaats door zijn aard, functie en afmetingen als belangrijkste kampeermiddel wordt aangemerkt;
1.54 hoofdverblijf:
het adres waarop iemand ingeschreven staat in de Wet gemeentelijke Basisregistratie
personen en/of de centrale levensplaats van een persoon, waar zich naar omstandigheden het middelpunt van zijn persoonlijke belangen bevinden.
1.55 horecabedrijf:
een bedrijf, gericht op één of meer van de navolgende activiteiten:
- a. het verstrekken van voedsel en/of dranken met het oogmerk dat deze ter plaatse worden genuttigd al dan niet in combinatie met;
- b. het exploiteren van zaalaccommodatie;
- c. het verstrekken van nachtverblijf;
1.56 hotel:
een horecabedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van logies per nacht tegen betaling in overwegend één- en tweepersoonskamers zonder kookvoorziening, niet zijnde appartementen voor verblijfsrecreatie, waarbij tevens maaltijden en dranken voor consumptie ter plaatse worden verstrekt en een receptie en ontspanningsruimte (zoals bar/loungeruimte, ontbijtzaal/restaurantruimte, fitnessruimte/wellnesruimte) aanwezig is;
1.57 hoveniersbedrijf:
een bedrijf gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen alsmede op het verkopen en leveren van gewassen en andere goederen voor het inrichten van tuinen en/of de aanleg en het onderhoud van tuinen voor derden;
1.58 huishouden;
een alleenstaande of twee of meer personen die een duurzaam gemeenschappelijke huishouding voeren;
1.59 huifbedrijden
het door middel van door paarden of pony's getrokken huifbedwagen, liggend op een zeil en dekbed of in die strekking gelijkende materialen, op de rug van de paarden of pony's maken van een huifbedrit met als doel de bloedsomloop, stofwisseling en spijsvertering te stimuleren.
1.60 inwoning:
het (ondergeschikte) gebruik van een deel van een aanwezige woning voor de mantelzorg zonder dat daarbinnen (de mogelijkheid van) een nieuwe zelfstandige woning ontstaat;
1.61 kampeermiddel:
een mobiel kampeermiddel of een plaatsgebonden kampeermiddel;
1.62 kampeerseizoen:
de jaarlijkse periode die loopt van 1 maart tot en met 15 november;
1.63 kap:
een bouwkundige constructie, uitwendig bestaande uit twee of meer hellende dakvlakken onder een hellingshoek van elk ten minste 15o en ten hoogste 75o ten opzichte van het horizontale vlak, bedoeld om een gebouw aan de bovenzijde af te dekken;
1.64 kassen:
bouwwerken van glas met een hoogte van 1 meter of meer ten behoeve van de teelt van tuinbouwgewassen, fruitteelt of sierteelt;
1.65 kleedcabine:
een eenvoudig gebouw bestaande uit één ruimte dat seizoensgebonden wordt gebruikt voor dagrecreatief gebruik van het strand;
1.66 kleinschalig kampeerterrein
een terrein of plaats gelegen op een (voormalig) agrarisch bouwvlak of een bouw- en/of bestemmingsvlak met de bestemming Sport, Wonen of Bedrijf en/of op direct daaraan grenzende volgens het bestemmingsplan Buitengebied als agrarisch bestemde gronden, welke geheel of gedeeltelijk zijn ingericht, en blijkens die inrichting bestemd om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen, of geplaatst houden van kampeermiddelen met maximaal 25 standplaatsen;
1.67 kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten:
activiteiten die in een woning of bij de woning behorende aan- of uitbouw, bijgebouw of bestaande gebouwen door de bewoner op bedrijfsmatige wijze worden uitgeoefend, voor zover sprake is van een inrichting type A, zoals bedoeld in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit) of diens opvolger waarbij de woning in overwegende mate zijn woonfunctie behoudt met een ruimtelijke uitstraling die daarbij past;
1.68 kwekerij:
een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen alsmede op het verkopen en leveren van gewassen, met dien verstande dat detailhandel in snijbloemen en kamerplanten en daarmee direct samenhangende producten zoals plantenbakken, potten en vazen is toegestaan;
1.69 kwetsbaar object:
- woningen, woonschepen en woonwagens;
- gebouwen bestemd voor het verblijf, al dan niet gedurende een gedeelte van de dag, van minderjarigen, ouderen, zieken of gehandicapten, te weten:
- 1. ziekenhuizen, bejaardenhuizen en verpleeghuizen;
- 2. scholen;
- 3. gebouwen of gedeelten daarvan, bestemd voor de dagopvang van minderjarigen.
- kantoorgebouwen waaronder begrepen bedrijfskantoren en hotels met een bruto vloeroppervlak van meer dan 1.500 m² per object;
- complexen waarin meer dan 5 winkels zijn gevestigd en waarvan het gezamenlijk bruto vloeroppervlak meer dan 1.000 m² bedraagt, en winkels met een totaal bruto vloeroppervlak van meer dan 2.000 m² per winkel, voor zover in die complexen of in die winkels een supermarkt, hypermarkt of warenhuis is gevestigd;
- kampeer- en andere recreatieterreinen bestemd voor het verblijf van meer dan 50 personen gedurende meerdere aaneengesloten dagen.
1.70 landschaps- en natuurbeschermingsdeskundige:
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van landschap en/of natuurbescherming;
1.71 landschapscamping:
een terrein of plaats behorende bij een agrarisch bedrijf en/of direct daaraan grenzende, volgens het bestemmingsplan Buitengebied als agrarisch bestemde gronden, welke geheel of gedeeltelijk zijn ingericht, en blijkens die inrichting bestemd om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen, of geplaatst houden van mobiele kampeermiddelen met maximaal 60 standplaatsen;
1.72 logeergebouw:
een gebouw, bestemd voor de verblijfsrecreatie door meerdere personen in groepsverband;
1.73 maalderij:
een bedrijf gericht op het malen van granen en de daarmee samenhangende opslag en verkoop van boerderij- en streekproducten;
1.74 manege:
een bedrijf dat is gericht op het (lesgeven in) paardrijden en daarvoor paarden en/of pony's houdt met daaraan ondergeschikt horeca en het stallen van paarden van derden.
1.75 mantelzorg:
de hulp bij het dagelijks functioneren, die vrijwillig en onbetaald wordt verleend aan personen uit het sociale netwerk die – door welke oorzaak dan ook – vrij ernstige fysieke, verstandelijke of psychische beperkingen hebben;
1.76 mestbassins:
werken, niet zijnde bouwwerken, ten behoeve van de opslag van mest, zoals mestzakken en daarmee vergelijkbare vormen van mestopslag;
1.77 mestopslagruimten:
bouwwerken ten behoeve van de opslag van mest, zoals mestverzamelsilo's en daarmee vergelijkbare vormen van mestopslag;
1.78 middagperiode
de periode tussen 13:00 uur tot 19:00 uur;
1.79 milieudeskundige:
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van milieu;
1.80 mobiel kampeermiddel
een tent, tentwagen, kampeerauto, camper of caravan dan wel enig ander daarmee vergelijkbaar onderkomen, voertuig of gewezen voertuig of een gedeelte daarvan voor zover geen bouwwerk zijnde, ten behoeve van recreatief nachtverblijf;
een voertuig of onderkomen, dat geheel of ten dele is bestemd of opgericht dan wel wordt of kan worden gebruikt voor recreatief verblijf, zoals een tent, een tentwagen, een kampeerauto, een caravan, mits geen bouwwerk zijnde;
1.81 nachtperiode
de periode tussen 23:00 uur en 07:00 uur;
1.82 NED:
kleinschalige nevenactiviteiten die qua aard, schaal, omvang en verkeersaantrekkende werking passen in het landelijke gebied;
1.83 niet permanente standplaats
een deel van een kleinschalig kampeerterrein, landschapscamping of hofstedecamping geschikt voor de plaatsing van een kampeermiddel, waarbij het kampeermiddel voor een aaneengesloten periode van ten hoogste het kampeerseizoen aanwezig mag zijn;
een standplaats die uitsluitend gedurende het kampeerseizoen als standplaats in gebruik mag zijn en waarop uitsluitend gedurende dat kampeerseizoen mobiele kampeermiddelen mogen worden geplaatst.
1.84 ochtendperiode
de periode tussen 07:00 uur tot 13:00 uur;
1.85 ondersteuningsvoorziening:
een ondersteunende voorziening, zijnde een onderdeel van of behorende bij een kampeermiddel, bedoeld ter fundering, bevestiging, aansluiting, koppeling dan wel ondersteuning anderszins, zoals een vlonder;
1.86 overkapping:
een bouwwerk, geen gebouw of teeltondersteunende voorziening zijnde, voorzien van een gesloten dak;
1.87 overkappingsconstructies:
bouwwerken zonder wanden, overtrokken met lichtdoorlatend materiaal anders dan glas ten behoeve van de bescherming van tuinbouwgewassen tegen neerslag of zonlicht, zoals regenkappen en hagelnetten;
1.88 overloopparkeerterrein:
een terrein dat pas als parkeerterrein in gebruik wordt genomen, nadat is gebleken en geconstateerd dat de overige parkeerterreinen in de betreffende kern, onvoldoende parkeercapaciteit hebben om aan de parkeerbehoefte op de betreffende dag te kunnen voldoen;
1.89 paardenbak:
een buitenrijbaan ten behoeve van paardrijactiviteiten, met een bodem van zand, hout, boomschors of ander materiaal om de bodem te verstevigen en al dan niet voorzien van een omheining;
1.90 peil:
- a. voor gebouwen, waarvan de hoofdtoegang onmiddellijk aan een weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van een hoofdtoegang;
- b. bij ligging in het water: de gemiddelde hoogte van de aangrenzende oevers;
- c. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende, afgewerkte maaiveld, zoals aanwezig op het moment van terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan 6e herziening buitengebied Veere;
- d. voor strandpaviljoens: bovenzijde vloer, waarbij de vloerhoogte wordt bepaald door het waterschap;
1.91 pension:
een gebouw, bestemd om gelijktijdig door meerdere gezinnen of daarmee gelijk te stellen groepen van personen te worden gebruikt voor verblijfsrecreatie;
1.92 permanente bewoning:
de niet tijdelijke bewoning van een ruimte; de bewoning van een ruimte als hoofdverblijf;
1.93 permanente standplaats:
een deel van een kleinschalig kampeerterrein, geschikt voor de plaatsing van een kampeermiddel, waarbij het kampeermiddel gedurende het gehele jaar aanwezig mag zijn;
een standplaats waarop jaarrond één plaatsgebonden kampeermiddel aanwezig mag zijn, die alleen tijdens het kampeerseizoen mag worden gebruikt.
1.94 permanente woning:
een woning die door de bewoner(s) gebruikt wordt als hoofdverblijf;
1.95 plaatsgebonden kampeermiddel:
een op de grond staand of vast met de grond verbonden bouwwerk, ten behoeve van recreatief nachtverblijf, waarvoor geen omgevingsvergunning vereist is;
een eenvoudig verplaatsbaar kampeermiddel, bestaande uit een lichte constructie en uit lichte materialen, dat jaarrond op een kampeerterrein uitsluitend op een permanente standplaats mag staan, zoals een permanente tent, een stacaravan, trekkershut, chalet, maar geen recreatiewoning.
1.96 plattelandswoning:
een bedrijfswoning, behorend tot of voorheen behorend tot een agrarisch bedrijf, welke door een derde bewoond mag worden en welke wordt beschouwd als onderdeel van het betreffende agrarische bedrijf;
1.97 recreatief verblijf:
een niet langdurig verblijf van één of meerdere personen met of zonder overnachting die hun vaste woon- of verblijfplaats elders hebben, hetgeen onder meer blijkt uit het feit dat zij elders zijn ingeschreven in de administratie als bedoeld in de Wet BRP;
1.98 recreatiewoning:
een als woning aan te merken gebouw, bestemd voor verblijfsrecreatie door personen die hun hoofdverblijf elders hebben;
een gebouw bestemd voor verblijfsrecreatie, met een fundering dat daardoor niet eenvoudig verplaatsbaar is en niet op een standplaats mag staan;
1.99 regionale mestopslag
een mestopslag waarin mest wordt opgeslagen die niet afkomstig is van het eigen bedrijf en die op de gronden van meerdere bedrijven wordt uitgereden.
1.100 risicovolle inrichtingen:
inrichtingen als bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
1.101 rolkassen:
kassen of boogkassen die kunnen worden verplaatst over een perceel;
1.102 scouting:
het organiseren van groepsgerichte activiteiten voor jongeren die met name buiten plaatsvinden, zoals sport- en spelactiviteiten en het bouwen van tijdelijke houten constructies, waaronder ook begrepen het stoken van houtvuren;
1.103 seksinrichting:
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch, pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhandel, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
1.104 Staat van Bedrijfsactiviteiten:
de Staat van Bedrijfsactiviteiten die deel uitmaakt van deze regels;
1.105 Staat van Horeca-activiteiten:
de Staat van Horeca-activiteiten die deel uitmaakt van deze regels;
1.106 standplaats:
een deel van een kleinschalig kampeerterrein of landschapscamping ingericht en bestemd voor de plaatsing van een of meer kampeermiddelen;
het gedeelte van een kampeerterrein aangewezen voor recreatief verblijf in een kampeermiddel, te onderscheiden in een permanente en een niet-permanente standplaats;
1.107 strandhuis:
een gebouw, opgericht en gebruikt voor verblijfsrecreatie, dat uitsluitend gedurende het zomerseizoen (april t/m oktober) op het strand wordt geplaatst;
1.108 strandpaviljoen:
een horecabedrijf gericht op het verstrekken van voedsel en/of drank ten behoeve van de dagrecreatie op het strand met ondergeschikte activiteit en als de verhuur van strandstoelen, parasols en windschermen en detailhandel in strandartikelen;
1.109 teeltondersteunende voorzieningen:
boog- en gaaskassen, overkappingsconstructies en stellingen ten behoeve van de bescherming van plantaardige agrarische teelten en/of de voorkweek van ten behoeve van het eigen bedrijf benodigd plantmateriaal en/of de voorkoming van verspreiding van gewasbeschermingsmiddelen, ten behoeve van grondgebonden teelten;
1.110 theeschenkerij:
een nieuwe economische drager, die alleen overdag en 's avonds is geopend en waar dranken en etenswaren mogen worden verstrekt;
1.111 tuincentrum:
de detailhandel in artikelen voor de inrichting en het onderhoud van tuinen en de daarmee samenhangende artikelen, met een breed assortiment, waaronder worden verstaan planten (waaronder begrepen kamerplanten, coniferen, bomen en heesters), zaden, bloembollen, tuingereedschappen, meststoffen, gewasbeschermingsmiddelen, grondproducten, bouwmaterialen voor de tuin (waaronder begrepen vijvermaterialen, tuinhout, bestratingsmaterialen, beelden en ornamenten, blokhutten, kasjes, serres en hobbyschuurtjes), tuinmeubelen en tuinverlichting, en voorts de verkoop van snijbloemen, droog- en zijden bloemen, potterie, kerst-, paas- en halloweenartikelen, barbecue-artikelen en accessoires, levende dieren en dierenbenodigdheden, tuinkleding, zwembaden, tuinspeelgoed, cadeauartikelen en woningdecoratie en consumentenvuurwerk en detailhandel in een aanvullend assortiment (huishoudelijke artikelen en apparaten en outdoorartikelen en Zeeuwse producten) tot een maximum van 10% van het verkoopvloeroppervlak alsmede aan de overige activiteiten ondergeschikte horeca;
1.94. vast kampeermiddel:
een op de grond staand of vast met de grond verbonden bouwwerk ten behoeve van recreatief nachtverblijf, waarvoor ingevolge artikel 3, twee lid, van Bijlage II behorend bij het Besluit omgevingsrecht geen omgevingsvergunning vereist is;
1.112 verblijfsrecreatie:
recreatie in ruimten welke zijn bestemd of opgericht voor recreatief nachtverblijf , zoals een recreatiewoning, logeergebouw, pension of kampeermiddel, door personen die elders een vaste woon- of verblijfplaats hebben, hetgeen onder meer blijkt uit het feit dat zij elders zijn ingeschreven in de administratie als bedoeld in de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens;
1.113 verblijfsrecreatieve eenheden:
ruimten die zijn bestemd voor verblijfsrecreatie: zoals een recreatiewoning, appartementen voor verblijfsrecreatie, bouwwerk voor recreatief nachtverblijf, een kampeermiddel, strandhuis,groepsaccommodatie, hotel of pension, door personen die hun hoofdverblijf elders hebben;
1.114 verkoopvloeroppervlak:
de verkoopruimte, dat wil zeggen de voor het winkelend publiek toegankelijke ruimte van een detailhandelsbedrijf, inclusief de etalages en de ruimte achter de toonbanken en kassa's;
1.115 volwaardig agrarisch bedrijf:
een agrarisch bedrijf dat op basis van een toetsing aan de volgende elementen als volwaardig kan worden aangemerkt:
- a. de aard en omvang van het bedrijf;
- b. de arbeidsbehoefte die het agrarisch hoofdberoepsbedrijf vergt;
- c. de mate waarin het bedrijf voorziet in het hoofdinkomen;
- d. de continuïteit van het bedrijf dient ook op de langere termijn te zijn verzekerd;
- e. de outillage van het bedrijf;
- f. eventuele voorziene investeringen;
- g. de opleiding/ervaring van het bedrijfshoofd;
- h. de leeftijd van het bedrijfshoofd en de eventuele opvolging;
alsmede voor intensieve veehouderijbedrijven: het beschikken over voldoende mestproductierechten en voor zover van toepassing dierrechten;
1.116 voorgevel van een gebouw:
het meest naar de wegzijde gekeerde deel van een gebouw; indien meerdere delen van het gebouw naar de weg zijn gekeerd (hoekkavel) bepalen burgemeester en wethouders welke zijde als voorgevel moet worden beschouwd;
1.117 voorgevelrooilijn:
de lijn die is gelegen:
- a. evenwijdig aan de weg en in het verlengde van de dichtst bij de weg gelegen voorgevel (niet zijnde een gevel van een bijgebouw);
dan wel (indien deze gevel niet evenwijdig is aan de weg):
- b. evenwijdig aan de weg door het dichtst bij de weg gelegen hoekpunt van gevels (niet zijnde een gevel van een bijgebouw);
1.118 waterbassins:
werken, niet zijnde bouwwerken, ten behoeve van de opslag van water, zoals foliebassins en daarmee vergelijkbare vormen van wateropslag;
1.119 wateropslagruimten:
bouwwerken, ten behoeve van de opslag van water, zoals wateropslagtanks en daarmee vergelijkbare vormen van wateropslag;
1.120 waterhuishoudkundige voorzieningen:
voorzieningen ten behoeve van de wateraanvoer, afvoer, waterberging, waterinfiltratie en waterkwaliteit, zoals watergangen, waterbassins (voor eigen gebruik) , wadi's, infiltratievoorzieningen;
1.121 windturbine:
een bouwwerk ter opwekking van energie door benutting van de windkracht als aandrijfbron van bewegende delen (wieken of rotoren);
1.122 wonen
het gebruiken van een woning;
1.123 wooneenheid
onderdeel van een hoofdgebouw, dat dient voor de huisvesting van één huishouden;
1.124 woning
een hoofdgebouw, dan wel een onderdeel van een hoofdgebouw,dat dient voor de huisvesting van één huishouden;
1.125 zijdelingse perceelsgrens:
de grens tussen twee percelen, die de voor- en achterzijde van een perceel verbindt;
1.126 zonnepark
perceel met een opstelling van zonnepanelen, inclusief de daarbij behorende voorzieningen, bedoeld voor het opwekken van energie door middel van het omzetten van zonlicht in elektriciteit en/of warmte, waarbij sprake is van economisch gewin.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.1 afstanden:
van bouwwerken tot andere bouwwerken, bebouwingsgrenzen en perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn;
2.2 de bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen,met dien verstande dat de hoogte van een strandhuis gemeten wordt vanaf de bovenzijde van de vloer van het strandhuis.
2.3 de bouwhoogte van een bouwwerk, geen gebouw zijnde:
tussen de bovenkant van het bouwwerk en het peil; de hoogte van windturbines en molens wordt gemeten vanaf het peil tot aan het hoogste punt dat de rotor of wiek kan innemen;
2.4 de lengte, breedte en diepte van een gebouw:
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren;
2.5 de oppervlakte van een gebouw:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk, met dien verstande dat de oppervlakte van een strandhuis gemeten wordt tussen de binnenwerkse gevelvlakken en/of binnenzijde van de scheidingmuren;
2.6 de inhoud van een gebouw:
wordt gemeten tussen de bovenzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidingsmuren en de buitenzijde van de daken en dakkapellen;
2.7 de goothoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel, indien zich op een gebouw één of meer dakkapellen bevinden waarvan de gezamenlijke breedte meer bedraagt dan 50% van de gevelbreedte, wordt van de goot of het boeibord van de dakkapel uitgegaan;
2.8 de inhoud van een (regionale) mestverzamelsilo:
de inhoud van een (regionale) mestverzamelsilo wordt gemeten tussen het peil, de buitenzijde van de wanden en de buitenzijde van de overkapping afdekking;
2.9 de oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
2.10 ondergeschikte bouwonderdelen:
bij toepassing van het in dit artikel bepaalde worden ondergeschikte bouwonderdelen, zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, luchtkokers, wolfseinden, dakkapellen, liftschachten, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken tot een overschrijding van het bouwvlak met maximaal 3 1,5 meter alsmede een bouwhoogte van maximaal 3 meter buiten beschouwing gelaten.
2.11 gebruiksoppervlakte:
de gebruiksoppervlakte gemeten volgens de rekenmethode van NEN2580;
2.12 windturbine:
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine;
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch Met Waarden - Landschaps- En Natuurwaarden
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch met waarden - Landschaps- en natuurwaarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. grondgebonden agrarische bedrijven;
- b. daarnaast ter plaatse van:
- 1. de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - kwekerij': tevens voor een kwekerij;
- 2. de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - agrarisch hulp- en nevenbedrijf': tevens voor een agrarisch hulp- en nevenbedrijf met uitzondering van regionale mestopslagruimten of mestbassins;
- 3. de aanduiding 'intensieve veehouderij' en als genoemd in bijlage 1: tevens voor een intensief veehouderijbedrijf, mits de bedrijfsvloeroppervlakte van de desbetreffende gebouwen ten behoeve van intensieve veehouderij niet meer bedraagt dan de in Bijlage 1 per agrarisch bedrijf genoemde bedrijfsvloeroppervlakte;
- 4. de aanduiding 'glastuinbouw': tevens voor een kassenbedrijf;
- 5. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - fruitboomteeltbedrijf': tevens voor een fruitboomteeltbedrijf alsmede voor het behoud en/of het herstel van de uit landschappelijk oogpunt waardevolle hoogstamfruitbomen en vrije spillen;
- c. alsmede als neventak bij het onder a en b genoemde gebruik voor:
- 1. kassen;
- 2. intensieve tuinbouw in gebouwen;
- 3. aquacultuur in gebouwen;
- 4. de teelt van wormen of slakken;
- 5. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenstallen': paardenstallen;
- 6. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijke - ned': een nieuwe economische drager;
- 7. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - theeschenkerij': een theeschenkerij waarvan het gezamenlijk oppervlak voor bezoekers ten hoogste 150 m² per bouwperceel mag bedragen;
- 8. ter plaatse van de aanduiding 'dagrecreatie': dagrecreatie;
- 9. de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - scouting': tevens voor een scoutingterrein, met daarbij behorend nachtverblijf;
- 10. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleinschalig kamperen' en de direct daarop aangrenzende agrarische gronden: een kleinschalig kampeerterrein;
- 11. ter plaatse van de aanduiding 'opslag': op- en overslag in de vorm van:
- opslag van zand, grind, grond en schelpen;
- opslag van zeewier met een maximale doorzet van 1.000 ton per jaar;
- opslag van vetten van maximaal 50 m³;
- opslag van afvalwater uit septictanks van maximaal 20 m³;
- 12. ter plaatse van de aanduiding 'windturbine': een windturbine;
- 13. ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein': verblijfsrecreatie in de vorm van kamperen;
- 14. ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein': een parkeerterrein;
- 15. het hobbymatig houden van dieren.
- d. alsmede als neventak bij het onder a en b genoemd gebruik voor:
- 1. verkoop van boerderij- en streekproducten;
- 2. opslag van strandhuizen en kleedcabines;
- 3. opslag van kampeermiddelen en boten;
- 4. opslag van agrarische producten;
- 5. stalling van paarden van derden waaronder begrepen wordt het geven van instructie ten behoeve van paardrijden;
met dien verstande dat:
- de activiteiten als genoemd onder 1 tot en met 5 uitsluitend zijn toegestaan binnen het agrarisch bouwvlak en
binnenin bestaande bebouwing (met uitzondering van het geven van instructie ten behoeve van het paardrijden); - de verkoopvloeroppervlakte ten behoeve van de verkoop van boerderij- en streekproducten niet meer mag bedragen dan 50 m²;
- de totale oppervlakte ten behoeve van de verkoop van boerderij- en streekproducten niet meer mag bedragen dan 150 m²;
- geen sprake mag zijn van onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van agrarische bedrijven, natuurgebieden en andere functies;
- voldoende parkeer-, laad- en losgelegenheid op eigen terrein beschikbaar is;
- e. en tevens voor:
- 1. toeristisch-recreatief medegebruik, zoals fietsen, wandelen en paardrijden;
- 2. waterhuishoudkundige voorzieningen;
- 3. het behoud, herstel en/of versterking van de aanwezige landschapswaarden, natuurwaarden en/of cultuurhistorische waarden;
- 4. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch randzone': het behoud, herstel en/of versterking van het karakter van het gebied als agrarische randzone, het behoud, herstel en/of versterking van de aanwezige landschappelijke en/of cultuurhistorische waarden en/of bufferfunctie ten opzichte van een aangrenzende bestemming natuurgebied.
- 5.
het hobbymatig houden van dieren.
3.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
3.3 Nadere eisen
3.4 Afwijken van de bouwregels
3.5 Specifieke gebruiksregels
3.6 Afwijken van de gebruiksregels
3.7 Wijzigingsbevoegdheid
3.8 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 4 Agrarisch Met Waarden - Landschapswaarden
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. grondgebonden agrarische bedrijven;
- b. daarnaast ter plaatse van:
- 1. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - kwekerij': tevens voor een kwekerij;
- 2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - agrarisch hulp- en nevenbedrijf': tevens voor agrarische hulp- en nevenbedrijven met uitzondering van regionale mestopslagruimten of mestbassins;
- 3. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - agrarisch hulp- en nevenbedrijf -1': tevens voor agrarische hulp- en nevenbedrijven en een tijdelijke opslag, met uitzondering van regionale mestopslagruimten of mestbassins;
- 4. ter plaatse van de aanduiding 'intensieve veehouderij' en als genoemd in bijlage 1: tevens voor een intensief veehouderijbedrijf, mits de bedrijfsvloeroppervlakte van de desbetreffende gebouwen ten behoeve van intensieve veehouderij niet meer bedraagt dan de in Bijlage 1 per agrarisch bedrijf genoemde bedrijfsvloeroppervlakte;
- 5. ter plaatse van de aanduiding 'glastuinbouw': tevens voor een kassenbedrijf;
- 6. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - plattelandswoning': tevens voor een plattelandswoning;
- c. alsmede als neventak bij het onder a en b genoemde gebruik voor:
- 1. kassen;
- 2. intensieve tuinbouw in gebouwen;
- 3. aquacultuur in gebouwen;
- 4. de teelt van wormen of slakken;
- 5. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - mestopslag': mestopslag;
- 6. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenstallen': paardenstallen;
- 7. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - gebruiksgerichte paardenhouderij': tevens voor een gebruiksgerichte paardenhouderij;
- 8. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - opslag kunstmest zaai- en pootgoed': opslag voor kunstmest zaai- en pootgoed;
- 9. ter plaatse van de aanduiding 'opslag': op- en overslag in de vorm van:
- opslag van zand, grind, grond en schelpen;
- opslag van zeewier met een maximale doorzet van 1.000 ton per jaar;
- opslag van vetten van maximaal 50 m³;
- opslag van afvalwater uit septictanks van maximaal 20 m³;
- 10. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - Nieuwe Economische Drager': een Nieuwe Economische Drager;
- 11. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - appartementen in schuur': appartementen in de schuur;
- 12. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - landschapscamping': een landschapscamping, waarbij het aantal standplaatsen gezamenlijk minimaal 10 en maximaal 60 bedraagt, en waarbij de standplaatsen uitsluitend van 1 maart tot 15 november mogen worden gebruikt;
- 13. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - hofstedecamping': een hofstedecamping;
- 14. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - recreatiewoning 2': verblijfsrecreatie in een recreatiewoning, met dien verstande dat maximaal twee recreatiewoningen zijn toegestaan;
- 15. ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van recreatie - appartementen in schuur': maximaal 5 appartementen van maximaal 50 m² in een bestaande schuur;
- 16. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleinschalig kamperen' en de direct daarop aangrenzende agrarische gronden: een kleinschalig kampeerterrein;
- 17. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - detailhandel in kringloopproducten': opslag en detailhandel in kringloopartikelen;
- 18. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - groentewinkel': een groentewinkel;
- 19. ter plaatse van de aanduiding 'boekhandel': een boekhandel met een vloeroppervlak van maximaal 70 m²;
- 20. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - theeschenkerij': een theeschenkerij waarvan het gezamenlijk oppervlak voor bezoekers ten hoogste 150 m² per bouwperceel bedraagt;
- 21. ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van horeca - partijen': horeca in de vorm van besloten feesten en bijeenkomsten;
- 22. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - manege - 2': een manege met daarbij behorende verblijfsrecreatie;
- 23. ter plaatse van de aanduiding 'sport': een sportbedrijf;
- 24.
ter plaatse van de aanduiding 'windturbine': een windturbine; - 25. ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein': een parkeerterrein;
- 26. ter plaatse van de aanduiding 'ijsbaan': een ijsbaan;
- 27. ter plaatse van de aanduiding: 'parkeerterrein-overloopterrein': een overloopparkeerterrein;
- 28. het hobbymatig houden van dieren.
- d. alsmede als neventak bij het onder a en b genoemde gebruik voor:
- 1. de verkoop van boerderij- en streekproducten;
- 2. de opslag van strandhuisjes en kleedcabines;
- 3. de opslag van kampeermiddelen en boten;
- 4. de opslag van agrarische producten;
- 5. de stalling van paarden van derden waaronder begrepen wordt het geven van instructie ten behoeve van paardrijden;
met dien verstande dat:
- de activiteiten als genoemd onder 1 tot en met 5 uitsluitend zijn toegestaan
binnenin het agrarisch bouwvlak en binnen bestaande bebouwing (met uitzondering van het geven van instructie ten behoeve van het paardrijden); - de verkoopvloeroppervlakte ten behoeve van de verkoop van boerderij- en streekproducten niet meer mag bedragen dan 50 m²;
- de totale oppervlakte ten behoeve van de verkoop van boerderij- en streekproducten niet meer mag bedragen dan 150 m²;
- geen sprake mag zijn van onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van agrarische bedrijven, natuurgebieden en andere functies;
- voldoende parkeer-, laad- en losgelegenheid op eigen terrein beschikbaar is;
- e. en tevens voor:
- 1. toeristisch-recreatief medegebruik zoals fietsen, wandelen en paardrijden en de hierbij behorende voorzieningen;
- 2. waterhuishoudkundige voorzieningen;
- 3. het behoud, herstel en/of versterking van de aanwezige landschapswaarden, natuurwaarden en/of cultuurhistorische waarden;
- 4. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch randzone': het behoud, herstel en/of versterking van het karakter van het gebied als agrarische randzone, het behoud, herstel en/of versterking van de aanwezige landschappelijke en/of cultuurhistorische waarden en/of bufferfunctie ten opzichte van een aangrenzende bestemming natuurgebied;
- 5.
het hobbymatig houden van dieren.
4.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels.
4.3 Nadere eisen
4.4 Afwijken van de bouwregels
4.5 Specifieke gebruiksregels
4.6 Afwijken van de gebruiksregels
4.7 Wijzigingsbevoegdheid
4.8 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 5 Bedrijf
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor bedrijven, voor zover deze bedrijven voorkomen in de categorieën 1 en 2 van de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten (Bijlage 9), alsmede;
- a. ter plaatse van de aanduiding 'caravanstalling': een caravanstalling;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'gemaal': een gemaal;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'hovenier': een hovenier;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - dierenpension': een dierenpension;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - aannemersbedrijf': een aannemersbedrijf;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - aannemersbedrijf en kraanverhuur': een aannemersbedrijf/kraanverhuurbedrijf;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - auto- en staalhandel': een auto- en staalhandelbedrijf;
- h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - autodemontage- en recyclebedrijf': een autodemontage- en recyclebedrijf;
- i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - gasontvangststation': een gasontvangststation;
- j. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - kraanverhuur en loonbedrijf': buitenopslag (opslag van grondstoffen waaronder zand, grind, grond en schelpen), een kraanverhuurbedrijf en loonbedrijf;
- k. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - opslag en verkoop van maaimachines': de opslag en verkoop van maaimachines;
- l. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - molen': een molen of maalderij;
- m. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - olie- en gashandel': een olie- en gashandel;
- n. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - op- en overslag van graan en kunstmeststoffen': op- en overslag van graan en kunstmeststoffen;
- o. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - opslag kraan- en hijsvoertuigen': de opslag van kraan- en hijsvoertuigen;
- p. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - sloopbedrijf': een sloopbedrijf;
- q. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - waterleidingbedrijf': een waterleidingbedrijf;
- r. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg': een verkooppunt voor motorbrandstoffen met lpg;
- s. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg': een verkooppunt voor motorbrandstoffen zonder lpg;
- t. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - restaurant': een restaurant;
- u. ter plaatse van de aanduiding 'tuincentrum': een tuincentrum;
- v. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleinschalig kamperen': een kleinschalig kampeerterrein;
- w. ter plaatse van de aanduiding 'agrarisch': een grondgebonden agrarisch bedrijf;
alsmede:
- x. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals laad- en losruimte, parkeervoorzieningen, groen, water, erven, tuinen, waterhuishoudkundige voorzieningen, nutsvoorzieningen en afvalverzamelvoorzieningen;
- y. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - sterrenwacht': een sterrenwacht.
5.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
5.3 Nadere eisen
5.4 Afwijken van de bouwregels
5.5 Specifieke gebruiksregels
5.6 Afwijken van de gebruiksregels
5.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 6 Beschermde Dijk
6.1 Bestemmingsomschrijving
De gronden op de kaart aangewezen voor 'Beschermde dijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor het behoud en/of herstel van de daaraan eigen landschappelijke en/of cultuurhistorische waarden, alsmede voor verkeersdoeleinden en groenvoorzieningen, met dien verstande dat:
- a. de gronden met de aanduiding 'natuurwaarden' mede zijn voor het behoud, herstel en/of versterking van de aanwezige natuurwetenschappelijke waarden;
- b. wegen uit ten hoogste twee rijstroken mogen bestaan;
- c. waterhuishoudkundige voorzieningen.
6.2 Bouwregels
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een hoogte van maximaal 2 meter.
6.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 7 Detailhandel
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - detailhandel in antiek': detailhandel in antiek;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - caravanhandel': detailhandel in volumineuze goederen in de vorm van caravans;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - detailhandel in dierverzorgingsproducten annex molen: detailhandel in dierverzorgingsproducten annex molen;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - detailhandel in gebruikte meubelen, voedings- en verzorgingsproducten: detailhandel in gebruikte meubelen, voedings- en verzorgingsproducten;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel in woningaccessoires': detailhandel in woningaccessoires;
- f. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals laad- en losruimte, parkeervoorzieningen, groen, waterhuishoudkundige voorzieningen, erven, tuinen en nutsvoorzieningen.
7.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels.
7.3 Nadere eisen
7.4 Afwijken van de bouwregels
7.5 Specifieke gebruiksregels
7.6 Afwijken van de gebruiksregels
7.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 8 Groen
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor (opgaande) beplantingen ten behoeve van een adequate landschappelijke inpassing alsmede waterhuishoudkundige voorzieningen.
8.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels.
8.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 8.2.2 tot een hoogte van maximaal 6 meter.
8.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 9 Horeca
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor horeca onder de categorie 1 zoals opgenomen in de Staat van Horeca-activiteiten (Bijlage 10), alsmede:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'discotheek': een discotheek;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - midgetgolfbaan': midgetgolf;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - pension': een pension;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - hotel restaurant': een hotel restaurant;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - hotel-café-restaurant-pension met sportvoorzieningen': een hotel-café-restaurant-pension met sportvoorzieningen;
- f. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals laad- en losruimte, parkeervoorzieningen, groen, waterhuishoudkundige voorzieningen, erven, tuinen en nutsvoorzieningen.
9.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels.
9.3 Nadere eisen
9.4 Afwijken van de bouwregels
9.5 Specifieke gebruiksregels
9.6 Afwijken van de gebruiksregels
9.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 10 Maatschappelijk
10.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de gronden zonder aanduiding: de uitoefening van het openbaar bestuur, de dienstverlening van overheidswege, het sociale en culturele leven, de godsdienst uitoefening, het onderwijs, de bejaardenzorg, de volksgezondheid en daarmee gelijk te stellen instellingen;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats': een begraafplaats;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'baggerspeciedepot': een depot voor baggerspecie c.q. grond;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - bunker': een bunker;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - voorziening luchtvaartverkeer': een voorziening voor het luchtvaartverkeer;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'museum': een museum;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening': een nutsvoorziening;
- h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - sterrenwacht': een sterrenwacht;
- i.
ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - verpleegtehuis':een verpleegtehuis; - j. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - woon- en werkvoorziening gehandicapten - 1': een woon- en werkvoorziening voor gehandicapten;
- k. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - woon- en werkvoorziening gehandicapten - 2': een woon- en werkvoorziening voor gehandicapten;
- l. ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie': een zend- en ontvangstinrichting;
- m. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals parkeervoorzieningen, groen, waterhuishoudkundige voorzieningen, erven, tuinen, jongerenontmoetingsplaatsen, ondergeschikte horeca, sport-, speel- en nutsvoorzieningen;
- n. ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden': het behoud en/of herstel van de daaraan eigen landschappelijke en/of cultuurhistorische waarden;
- o. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - huifbedrijden': opstap-, afstap- en vertrekruimte ten behoeve van het huifbedrijden.
10.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels.
10.3 Nadere eisen
10.4 Afwijken van de bouwregels
10.5 Specifieke gebruiksregels
10.6 Afwijken van de gebruiksregels
10.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
10.8 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
Artikel 11 Natuur
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn primair bestemd voor natuur en voor het behoud en/of herstel van de aanwezige landschappelijke en/of natuurwetenschappelijke en/of cultuurhistorische waarden, en tevens voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'bos': bos;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - duingebied': duingebied;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'water': waternatuur alsmede waterbeheersing;
alsmede voor:
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - voormalige vuilstort': een voormalige vuilstort;
- e. ter plaatse van de gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - landschapscamping': behoud en ontwikkeling van streekeigen landschappelijke, cultuurhistorische en natuurwaarden in combinatie met een landschapscamping;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - consumptiekraam': een consumptiekraam;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'ijsbaan': een ijsbaan;
- h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - uitkijktoren': een uitkijktoren;
- i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van waterstaat - radartoren': een radartoren;
- j. ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie': een zend- en ontvangstinstallatie;
- k. waterhuishoudkundige voorzieningen;
- l. ter plaatse van de aanduiding 'golfbaan': een golfbaan;
- m. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - groepsaccommodatie': verblijfsrecreatie in een groepsaccommodatie;
- n. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - kelder 1': een kelder bij een woning;
- o. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - kelder 2': een kelder bij een woning;
- p. ter plaatse van de aanduiding 'dagrecreatie':
aan de natuur ondergeschikt extensiefdagrecreatief medegebruik;aan de natuur ondergeschikte dagrecreatie; - q. ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein': verblijfsrecreatie in de vorm van kamperen;
- r. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - scouting': scouting met daarbij behorend nachtverblijf;
- s. extensieve recreatie
recreatief medegebruik van de gronden en andere voorzieningen; - t. bij deze bestemming behorende ondergeschikte voorzieningen, zoals recreatieve fiets-, wandel- en ruiterpaden;
- u. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur – bijgebouw': een bijgebouw bij een woning.
11.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels.
11.3 Nadere eisen
11.4 Afwijken van de bouwregels
11.5 Specifieke gebruiksregels
11.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 12 Natuur - Buitenplaats
12.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Natuur - Buitenplaats' aangewezen gronden zijn primair bestemd voor natuur en voor het behoud, herstel en/of versterking van de aanwezige landschappelijke, cultuurhistorische en karakteristieke waarden alsmede voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - groepsaccommodatie': verblijfsrecreatie in een groepsaccommodatie;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - hotel': een hotel;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'museum': een museum;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'wonen': woondoeleinden;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning': een recreatiewoning;
met dien verstande dat:
- f. onder karakteristieke waarden mede wordt verstaan het uitwendige karakter van een gebouw, zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van dit plan, bestaande uit de totaliteit van:
- 1. bouwmassa, naar hoofdafmetingen en onderlinge verhoudingen;
- 2. dakvorm, nokrichting en dakhelling;
- 3. gevelindeling door ramen, deuropeningen en erkers;
- 4. dakoverstekken, goot- en daklijsten;
- 5. stoepen, plinten, pilasters en gevellijsten;
- g. extensieve recreatie;
- h.
bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals erven, tuinen,parkeervoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen en nutsvoorzieningen;bij deze bestemming behorende ondergeschikte voorzieningen, zoals erven, tuinen, parkeervoorzieningen, recreatieve fiets- wandel- en ruiterpaden, waterhuishoudkundige voorzieningen en nutsvoorzieningen.
12.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels.
12.3 Nadere eisen
12.4 Afwijken van de bouwregels
12.5 Specifieke gebruiksregels
12.6 Afwijken van de gebruiksregels
12.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 13 Natuur - Strand
13.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Natuur - Strand' aangewezen gronden zijn primair bestemd voor de zeewering alsmede voor de recreatie in de vorm van natuurbeleving, strandbeleving en het behoud, herstel en/of versterking van de aanwezige natuurwetenschappelijke waarden en tevens voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - strandpaviljoen': een horecavestiging in de vorm van een strandpaviljoen;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleedcabine': kleedcabines;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'strandhuis': strandhuisjes ten behoeve van verblijfsrecreatie;
- d. waterhuishoudkundige voorzieningen;
- e. extensieve recreatie;
extensief recreatief medegebruik van de gronden en anderevoorzieningen; - f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - sanitaire voorzieningen': sanitaire voorzieningen;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'badpost': een badpost;
- h. bij deze bestemming behorende ondergeschikte voorzieningen, zoals stranddouches, speelvoorzieningen en voorzieningen voor het verzamelen van afval van het strand.
13.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
13.3 Nadere eisen
13.4 Afwijken van de bouwregels
Artikel 14 Paardenbak
14.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Paardenbak' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. een onverlichte paardenbak;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein': tevens voor een parkeerterrein.
14.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels.
Artikel 15 Recreatie
15.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'dagrecreatie': dagrecreatie;
ve voorzieningen; - b.
ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning': uitsluitend een bedrijfswoning tendienste van een elders gelegen verblijfsrecreatief bedrijf; - c. ter plaatse van de aanduiding 'paardenhouderij': een gebruiksgerichte paardenhouderij;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - groepsaccommodatie': verblijfsrecreatie in een groepsaccommodatie;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - imkerij': een imkerij;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'jachthaven': een jachthaven met additionele voorzieningen zoals een zeilschool, jachtwerf, botenbergingen, watersportkampeerterrein, clubgebouw en café-restaurant, waarbij het maximaal aantal ligplaatsen niet meer dan 520 mag bedragen en het aantal standplaatsen ten behoeve van het kampeerterrein niet meer dan 30;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein': verblijfsrecreatie in de vorm van kamperen waarbij het aantal standplaatsen niet meer dan 42 mag bedragen;
- h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - midgetgolfbaan': een midgetgolfbaan;
- i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - scouting': scouting en additionele voorzieningen zoals een kampeerterrein waarbij het aantal standplaatsen niet meer dan 2 mag bedragen;
- j. ter plaatse van de aanduiding 'speelvoorziening': speelvoorzieningen;
- k. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - trekkershut': verblijfsrecreatie in trekkershutten;
- l. ter plaatse van de aanduiding 'volkstuin': volkstuinen;
- m. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - landschapscamping': een landschapscamping, waarbij het aantal standplaatsen binnen de gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - landschapscamping' minimaal 10 en maximaal 60 bedraagt, en waarbij de standplaatsen uitsluitend van 1 maart tot 15 november mogen worden gebruikt;
- n. ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning': recreatiewoningen;
- o. ter plaatse van de aanduiding 'natuurwaarden': het behoud en versterken van de natuurwaarden;
- p. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals laad- en losruimte en parkeervoorzieningen;
- q. ter plaatse van de aanduiding 'sport': sportvoorzieningen;
- r. ter plaatse van de aanduiding 'sportveld': een sportveld;
- s. ter plaatse van de aanduiding ' specifieke vorm van maatschappelijk - Nieuwe Economische Drager': een Nieuwe Economische Drager;
- t.
ontsluitingswegen, groen, waterhuishoudkundige voorzieningen, erven, tuinen ennutsvoorzieningen;
Voor artikel 15 Recreatie aangewezen gronden zijn tevens bestemd voor: en tevens voor:
- u. ter plaatse van de aanduiding 'horeca categorie 1b': horecavoorziening met een maximale vloeroppervlakte van 40 m² uitsluitend ten dienste van de groepsaccommodatie;
- v. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals ontsluitingswegen, groen, waterhuishoudkundige voorzieningen, erven, tuinen en nutsvoorzieningen.
15.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels.
15.3 Nadere eisen
15.4 Afwijken van de bouwregels
15.5 Specifieke gebruiksregels
15.6 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 15.1 en medewerking verlenen voor het gebruik van een aan- of uitbouw of een bijgebouwvoor mantelzorg, met inachtneming van de volgende regels:
- a. de oppervlakte van de aan- of uitbouw of het bijgebouw bedraagt ten hoogste 60 m²;
- b. op het bouwperceel dient een bedrijfswoning aanwezig te zijn, die krachtens het bestemmingsplan op de betreffende gronden toelaatbaar is;
- c. per bouwperceel is ten hoogste één aan- of uitbouw of bijgebouw voor mantelzorg toegestaan;
- d.
de oppervlakte van de aan- of uitbouw of het bijgebouw bedraagt ten hoogste 60 m²;mantelzorg wordt slechts toegestaan bij woningen die permanent worden bewoond; - e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken worden niet onevenredig aangetast;
- f. afwijken is alleen toegestaan wanneer een doktersverklaring (CIZ-verklaring) is afgegeven;
- g.
mantelzorg wordt slechts toegestaan bij woningen die permanent worden bewoond;er wordt een privaatrechtelijke overeenkomst met de gemeente afgesloten waarin is vastgelegd dat na afloop van de zorgperiode de mantelzorg wordt beëindigd en de aangebrachte voorzieningen ten behoeve van de mantelzorg worden verwijderd.
15.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 16 Recreatie - Strand
16.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie - Strand' aangewezen gronden zijn primair bestemd voor de zeewering alsmede voor de recreatie en het behoud, herstel en/of versterking van de aanwezige natuurwetenschappelijke waarden en tevens voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - catamarancentrum': een catamarancentrum;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - strandpaviljoen': een horecavestiging in de vorm van een strandpaviljoen;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - sanitaire voorzieningen': sanitaire voorzieningen;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleedcabine': kleedcabines;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'strandhuis': strandhuisjes ten behoeve van verblijfsrecreatie;
- f. waterhuishoudkundige voorzieningen;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'speeltuin': een speeltuin;
- h. ter plaatse van de aanduiding 'badpost': een badpost;
- i. ter plaatse van de aanduiding 'hoofdbadpost': een hoofdbadpost.
16.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels.
16.3 Nadere eisen
16.4 Afwijken van de bouwregels
Artikel 17 Sport
17.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. sportvelden, sporthal en sportvoorzieningen;
- b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals speelvoorzieningen, jongerenontmoetingsplaatsen, parkeervoorzieningen, groen, water, nutsvoorzieningen en (ontsluitings)wegen;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - manege - 1': een manege;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - manege - 2': een manege met daarbij behorende verblijfsrecreatie;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - groepskamperen': verblijfsrecreatie in de vorm van groepskamperen;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - schuilstal': een schuilstal met een maximale hoogte van 4 meter;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleinschalig kamperen': tevens een kleinschalig kampeerterrein;
- h. ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning': tevens voor verblijfsrecreatie in een recreatiewoning;
17.2 Bouwregels
Op deze gronden mogen bouwwerken worden gebouwd, met inachtneming van het volgende.
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
17.3 Nadere eisen
17.4 Afwijken van de bouwregels
17.5 Specifieke gebruiksregels
17.6 Afwijken van de gebruiksregels
17.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 18 Verkeer
18.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor verkeerswegen, parkeerplaatsen, fiets-, voetpaden en pleinen, alsmede voor de daarbij behorende bermstroken, taluds, tunnels, bermsloten, beplantingen en waterhuishoudkundige voorzieningen, met dien verstande dat:
- a. de gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - beheersgebouw' bestemd zijn voor een beheersgebouw ten behoeve van een fietsparkeerplaats;
- b. de gronden met de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' mede bestemd zijn voor het behoud en/of herstel van de aldaar aanwezige cultuurhistorische waarden, bestaande uit oppervlakteverharding door middel van klinkerbestrating;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie': een zend- en ontvangstinstallatie;
- d. wegen uit ten hoogste twee rijstroken mogen bestaan.
18.2 Bouwregels
Op deze gronden mogen worden gebouwd:
- a. gebouwen in de vorm van beheersgebouwen, waarvan de hoogte ten hoogste 4 meter en de oppervlakte ten hoogste 20 m² bedraagt;
- b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
18.3 Nadere eisen
18.4 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 18.2.1 onder d tot een hoogte van maximaal 6 meter, met uitzondering van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat een zend- of ontvangstmast is waarvoor kan worden afgeweken tot een hoogte van maximaal 15 meter.
18.5 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
- a. evenementen zijn toegestaan.
18.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 19 Verkeer - 1
19.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer-1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. de vestiging van een benzineservicestation met bijbehorende detailhandelsruimte;
- b. voorzieningen voor het beheer van wegen;
- c. bijbehorende ontsluitings-, parkeer- en groenvoorzieningen, al dan niet deel uitmakend van rijksweg N57, waaronder een carpoollocatie.
19.2 Bouwregels
Op de voor 'Verkeer - 1' aangewezen gronden mag worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
- a. gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
- b. gebouwen dienen op ten minste 5 meter uit de perceelsgrens te worden gesitueerd;
- c. de bouwhoogte van gebouwen mag ten hoogste 8 meter bedragen;
- d. de bouwhoogte van een luifel mag ten hoogste 6 meter bedragen;
- e. de bouwhoogte van licht-, reclame- en vlaggenmasten mogen ten hoogste 10 meter bedragen;
- f. het totale verkoopvloeroppervlak bij een benzineservicestation mag niet meer bedragen dan 50 m2;
19.3 Specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met de gegeven bestemming, wordt in ieder geval gerekend het gebruik van bebouwde gronden als:
- a. ter plaatse van een benzineservicestation als al dan niet zelfstandige supermarktafdeling of daarmee vergelijkbare detailhandel alsmede een tankshop met een oppervlakte van meer dan 50 m2;
- b. verkoop van LPG.
Artikel 20 Water
20.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor waterlopen, waterpartijen, vaarwater voor plezier- en beroepsvaart, de visserij en waterbeheersing, waterhuishoudkundige voorzieningen en bijbehorende voorzieningen alsmede voor het behoud, herstel en/of ontwikkeling van de aanwezige natuurwaarden, zoals deze zijn opgenomen in de toelichting bij het aanwijzingsbesluit tot Natura 2000-gebied, bekend als PDN/N 2010-119 PDN/2013-011.
20.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op en boven deze gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de bestemming en indien en voor zover dit voor de verbinding van de oevers nodig is;
- b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 2 meter.
20.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 20.2 tot een hoogte van maximaal 6 meter.
Artikel 21 Wonen
21.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. d
e huisvesting van personenhet wonen in een woning; - b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van
wonenrecreatie - appartementen voor verblijfsrecreatie': verblijfsrecreatie in appartementengebouwen; - c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen- recreatiewoning': uitsluitend verblijfsrecreatie in een recreatiewoning;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - voormalig agrarisch bedrijf ': de huisvesting van personen in de bebouwing behorende bij een voormalig agrarisch bedrijf, waarbij één woning is toegestaan tenzij ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' een ander aantal is aangeduid;
- e. ter plaatse van de aanduiding
'specifieke vorm van wonen - landhuis':- 1. 'specifieke vorm van wonen - landhuis': een landhuis met bijbehorende bouwwerken, alsmede voor het behoud en herstel van de aanwezige landschappelijke, cultuurhistorische en natuurwetenschappelijke waarden;
- 2. 'specifieke vorm van wonen-recreatie-landhuis': verblijfsrecreatie in een landhuis met bijbehorende bouwwerken, alsmede voor het behoud en herstel van de aanwezige landschappelijke, cultuurhistorische en natuurwetenschappelijke waarden;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - Nieuwe Economische Drager': een Nieuwe Economische Drager;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - restaurant': een restaurant;
- h. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals erven, tuinen, parkeervoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen en nutsvoorzieningen;
- i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - landhuis': een landhuis met bijbehorende bouwwerken, alsmede voor het behoud en herstel van de aanwezige landschappelijke, cultuurhistorische en natuurwetenschappelijke waarden;
- j. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - recreatiewoning 3': verblijfsrecreatie in een recreatiewoning, met dien verstande dat maximaal drie recreatiewoningen zijn toegestaan;
- k. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - recreatiewoning 4': verblijfsrecreatie in een recreatiewoning, met dien verstande dat maximaal vier recreatiewoningen zijn toegestaan;
- l. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - theeschenkerij': tevens een theeschenkerij;
de voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn tevens bestemd voor:
- m. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleinschalig kamperen': een kleinschalig kampeerterrein;
- n. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - 1: een ontspanningscentrum voor yoga en daarmee vergelijkbare activiteiten;
- o. ter plaatse van de aanduiding 'dagrecreatie': dagrecreatie;
- p. ter plaatse van de aanduiding 'kantoor': tevens een kantoor;
- q. ter plaatse van de aanduiding'specifieke vorm van maatschappelijk - opbaarruimte ten behoeve van uitvaartzorg': tevens een opbaarruimte ten behoeve van de uitvaartzorg.
21.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels.
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
21.3 Nadere eisen
21.4 Afwijken van de bouwregels
21.5 Specifieke gebruiksregels
21.6 Afwijken van de gebruiksregels
21.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 22 Wonen - Landgoed
22.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - Landgoed' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. d
e huisvesting van personenhet wonen in landhuizen, alsmede voor het behoud en herstel van de aanwezige landschappelijke, cultuurhistorische en natuurwetenschappelijke waarden; - b. ter plaatse van de aanduiding 'wonen': wonen;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'natuur': natuurgebied;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'bos': bos;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'water': waterpartijen;
alsmede voor:
- f. bijbehorende voorzieningen zoals openbaar toegankelijke wandel- en fietspaden, landschapstuinen, ontsluitingswegen, parkeervoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen.
22.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels.
22.3 Nadere eisen
22.4 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 22.2.3:
- a. tot een hoogte die maximaal gelijk is aan de in een bouwvlak toelaatbare bouwhoogte;
- b. tot een hoogte van maximaal 6 meter op gronden waar geen gebouwen zijn toegestaan;
- c. in afwijking van het bepaalde onder 22.2.3f tot een hoogte van maximaal 15 meter, indien het bouwwerk, geen gebouw zijnde, een zend- of ontvangstmast is.
22.5 Specifieke gebruiksregels
22.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 23 Leiding - Gas
23.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - gas' een aardgastransportleiding, met dien verstande dat rondom de afsluitschema's een belemmeringsstrook van 4 meter ter weerszijden van het schema geldt.
23.2 Bouwregels
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in artikel 23.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 3,5 meter;
- b. ten behoeve van de andere voor deze gronden geldende bestemmingen mag – met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw) regels – uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
23.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 23.2, met inachtneming van de volgende regels:
- a. de bij de betrokken bestemming behorende regels worden in acht genomen;
- b. de veiligheid van de betrokken leiding wordt niet geschaad;
- c. kwetsbare objecten worden niet toegelaten;
- d. alvorens omtrent de bevoegdheid tot afwijken te beslissen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder over de vraag of de veiligheid van de buisleiding niet wordt geschaad.
23.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 24 Leiding - Riool
24.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor persleidingen, afvalwatertransportleidingen en de daarbij behorende beschermingszone.
24.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in artikel 24.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
- b. ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag – met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw)regels – uitsluitend worden gebouwd, indien en voor zover de instandhouding van de leiding (leidingbelang) hierdoor niet onevenredig wordt geschaad;
- c. alvorens een omgevingsvergunning te verlenen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in van de leidingbeheerder omtrent de toelaatbaarheid van de voorgenomen bouw.
24.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 25 Leiding - Water
25.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Water' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor (de bescherming van) een watertransportleiding.
25.2 Bouwregels
Op deze gronden mogen ten behoeve van de in artikel 25.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.
25.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 25.2 ten behoeve van het bouwen in overeenstemming met andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) indien:
- a. daardoor geen onevenredig aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de leiding;
- b. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de belangen van de betreffende leiding;
- c. ter zake vooraf advies van de leidingbeheerder is ingewonnen.
25.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 26 Waarde - Archeologie - 1
26.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde – Archeologie - 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
26.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in artikel 26.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 2 meter;
- b. ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag – met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw)regels – uitsluitend worden gebouwd, indien:
- 1. het bevoegd gezag beschikt over een verklaring van de archeologische deskundige waaruit blijkt dat het opstellen van een rapport met daarin een beschrijving van de archeologische waarden van de betrokken locatie niet nodig is;
- 2. niet is voldaan aan het bepaalde onder 1: de aanvrager van de omgevingsvergunning voor het bouwen een rapport heeft overgelegd waarin de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate is vastgesteld;
- 3. de betrokken archeologische waarden, gelet op het onder 2 genoemde rapport, door de bouwactiviteiten niet worden geschaad of mogelijke schade kan worden voorkomen door aan de omgevingsvergunning voor het bouwen regels te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem, het doen van opgravingen dan wel het begeleiden van de bouwactiviteiten door de archeologische deskundige;
- c. het bepaalde in artikel 26.2 onder b1, b2 en b3 is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
- 1. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder maaiveld, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering;
- 2. een bouwwerk met een oppervlakte van ten hoogste 30 m²;
- 3. een bouwwerk dat zonder graafwerkzaamheden dieper dan 40 cm kan worden geplaatst;
- 4.
een bouwwerk dat zonder heiwerkzaamheden kan worden geplaatst.
26.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
26.4 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
26.5 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 27 Waarde - Archeologie - 2
27.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie - 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
27.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in artikel 27.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 2 meter;
- b. ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag – met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw)regels – uitsluitend worden gebouwd, indien:
- 1. het bevoegd gezag beschikt over een verklaring van de archeologische deskundige waaruit blijkt dat het opstellen van een rapport met daarin een beschrijving van de archeologische waarden van de betrokken locatie niet nodig is;
- 2. niet is voldaan aan het bepaalde onder 1: de aanvrager van de omgevingsvergunning voor het bouwen een rapport heeft overgelegd waarin de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate is vastgesteld;
- 3. de betrokken archeologische waarden, gelet op het onder 2 genoemde rapport, door de bouwactiviteiten niet worden geschaad of mogelijke schade kan worden voorkomen door aan de omgevingsvergunning voor het bouwen regels te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem, het doen van opgravingen dan wel het begeleiden van de bouwactiviteiten door de archeologische deskundige;
- c. het bepaalde in artikel 27.2 onder b1, b2 en b3 is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
- 1. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder maaiveld, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering;
- 2. een bouwwerk met een oppervlakte van ten hoogste 60 m²;
- 3. een bouwwerk dat zonder graafwerkzaamheden dieper dan 40 cm kan worden geplaatst;
- 4.
een bouwwerk dat zonder heiwerkzaamheden kan worden geplaatst.
27.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
27.4 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
27.5 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 28 Waarde - Archeologie - 3
28.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie - 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
28.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in artikel 28.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 2 meter;
- b. ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag – met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw)regels – uitsluitend worden gebouwd, indien:
- 1. het bevoegd gezag beschikt over een verklaring van de archeologische deskundige waaruit blijkt dat het opstellen van een rapport met daarin een beschrijving van de archeologische waarden van de betrokken locatie niet nodig is;
- 2. niet is voldaan aan het bepaalde onder 1: de aanvrager van de omgevingsvergunning voor het bouwen een rapport heeft overgelegd waarin de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate is vastgesteld;
- 3. de betrokken archeologische waarden, gelet op het onder 2 genoemde rapport, door de bouwactiviteiten niet worden geschaad of mogelijke schade kan worden voorkomen door aan de omgevingsvergunning voor het bouwen regels te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem, het doen van opgravingen dan wel het begeleiden van de bouwactiviteiten door de archeologische deskundige;
- c. het bepaalde in artikel 28.2 onder b1, b.2 en b.3 is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
- 1. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder maaiveld, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering;
- 2. een bouwwerk met een oppervlakte van ten hoogste 500 m²;
- 3. een bouwwerk dat zonder graafwerkzaamheden dieper dan 40 cm kan worden geplaatst;
- 4.
een bouwwerk dat zonder heiwerkzaamheden kan worden geplaatst.
28.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
28.4 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
28.5 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 29 Waarde - Archeologie - 4
29.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie - 4' aangewezen gronden (waterbodems) zijn, behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
29.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
- a. ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien:
- 1. burgemeester en wethouders beschikken over een verklaring van de archeologische deskundige waaruit blijkt dat het opstellen van een rapport met daarin een beschrijving van de archeologische waarden van de betrokken locatie niet nodig is. De archeologische deskundige heeft hiervoor overleg gehad met de waterbodembeheerder. De waterbeheerder kan een vergunning eisen of vrijstelling geven. Die moet aanwezig zijn.
- 2. niet is voldaan aan het bepaalde onder 1: de aanvrager van de omgevingsvergunning voor bouwen een rapport heeft overlegd waarin de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld;
- 3. de betrokken archeologische waarden, gelet op het onder 2 genoemde rapport, door de bouwactiviteiten niet worden geschaad of mogelijke schade kan worden voorkomen door aan de omgevingsvergunning voor bouwen regels te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem, het doen van opgravingen dan wel het begeleiden van de bouwactiviteiten door de archeologische deskundige;
- 4. het bepaalde in dit lid onder b1, b.2 en b.3 is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
- b. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
29.3 Nadere eisen
Behalve de omgevingsvergunning voor bouwen van de gemeente moet de initiatiefnemer ook een Waterwetvergunning aanvragen bij de waterbeheerder.
29.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
29.5 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 30 Waarde - Beschermd Stadsgezicht
30.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Beschermd Stadsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, herstel, versterking en bevordering van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het gebied en zijn bebouwing, zoals deze staan beschreven in de toelichting bij het aanwijzingsbesluit tot beschermd stadsgezicht d.d. 12 maart 1970.
30.2 Bouwregels
30.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de leden 30.2.1 tot en met 30.2.3 indien:
- a. geen onevenredige schade wordt toegebracht aan dan wel herstel of bevordering is verzekerd van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde stadsgezicht;
- b. de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde stadsgezicht in redelijkheid niet te handhaven zijn;
- c. vooraf, in gevallen onder a en b, advies is ingewonnen bij de Walcherse Monumenten- en Welstandscommissie.
30.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
30.5 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
Het is verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor de activiteit slopen de volgende sloopwerkzaamheden te verrichten:
- a. het geheel of gedeeltelijk slopen van gebouwen, sluizen, kademuren, tuinmuren, steigers en andere voorkomende bouwwerken, gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde;
- b. de vergunning kan niet worden verleend indien blijkt dat de sloop een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd stadsgezicht dan wel van de omringende bebouwing tot gevolg heeft. Hierover dient vooraf advies te zijn ingewonnen bij de Walcherse Monumenten- en welstandcommissie.
Artikel 31 Waarde - Cultuurhistorie
31.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd ter bescherming van de cultuurhistorische waarden, zoals tankwerende voorzieningen in de vorm van drakentanden, het Landfront Vlissingen, de geledingszone en vliedbergen.
31.2 Bouwregels
- a.
Indien een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerkzijnde, of van werkzaamheden conform de Verordening inzake monumenten enarcheologie van de gemeente Veere noodzakelijk is, mag hetbouwen op de in artikel 31.1 bedoelde gronden ten dienste van de andere daar voorkomende bestemmingen mag uitsluitend geschieden nadat het bevoegd gezag een omgevingsvergunning heeft verleend. - b. Op deze gronden mogen ten behoeve van de in artikel 31.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 2 meter.
31.3 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
Artikel 32 Waarde - Hydrologische Bufferzone
32.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Hydrologische bufferzone' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) - mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de hydrologische bufferzone.
32.2 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 33 Waterstaat - Waterkering
33.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn – behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) – tevens bestemd voor:
- a. waterstaatkundige voorzieningen, zoals waterkering, waterbeheersing, kaden, dijksloten, opslag en onderhoud ten behoeve van vaar- en waterwegen, wegen, paden, parkeervoorzieningen en groenvoorzieningen;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal hoofdbadposten': maximaal het aantal aangeduide hoofdbadposten.
33.2 Bouwregels
33.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 33.2.4 onder a met inachtneming van de volgende regels:
- a. bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen;
- b. de waterstaatkundige belangen worden door de bouwactiviteiten niet onevenredig geschaad;
- c. alvorens omtrent de bevoegdheid tot afwijken te beslissen, wint het bevoegd gezag advies in bij de beheerder van de waterkering over de vraag of door de voorgenomen bouwactiviteiten het belang van de waterkering niet onevenredig wordt geschaad.
Artikel 34 Waterstaatwerken
34.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waterstaatwerken' aangewezen gronden zijn primair bestemd voor de waterkering en de waterbeheersing, alsmede:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'verkeer': voor verkeersdoeleinden indien dit uit oogpunt van de waterstaatsbelangen toelaatbaar is, met dien verstande dat wegen uit ten hoogste twee rijstroken mogen bestaan;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'sluis': een sluis;
- c. ter plaatse van aanduiding 'specifieke vorm van horeca - strandpaviljoen': uitsluitend een horecavestiging in de vorm van een strandpaviljoen;
- d. ter plaatse van aanduiding 'specifieke vorm van waterstaat - opslag t.b.v. onderhoud waterschap': uitsluitend een steunpunt voor opslag van weg- en waterbouwmaterialen en grond;
- e. ter plaatse van aanduiding 'specifieke vorm van waterstaat - sluisdeurenopslag': een sluisdeuren opslagplaats;
- f. ter plaatse van aanduiding 'specifieke vorm van waterstaat - vuurtoren': uitsluitend een vuurtoren;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal hoofdbadposten': maximaal het aantal aangeduide hoofdbadposten.
- h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleedcabine': kleedcabines;
- i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - sanitaire voorzieningen': sanitaire voorzieningen;
- j. ter plaatse van de aanduiding 'badpost': een badpost.
34.2 Bouwregels
34.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 34.2.3 onder a tot een hoogte van maximaal 10 meter.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 35 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 36 Algemene Bouwregels
36.1 Toegelaten bouwwerken met afwijkende maten
- a. Voor een bouwwerk, dat krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden en dat in het plan ingevolge de bestemming is toegelaten, maar waarvan de bestaande dakhelling, afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen afwijken van de maatvoeringsbepalingen in de bouwregels van de betreffende bestemming, geldt:
- 1. bestaande maten, die meer bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten hoogste toelaatbaar worden aangehouden;
- 2. bestaande maten, die minder bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten minste toelaatbaar worden aangehouden.
- b. Herbouw is artikel 36.1 onder a1 en a2 uitsluitend van toepassing, indien de herbouw op dezelfde plaats plaatsvindt.
- c. Op een bouwwerk als hiervoor bedoeld, is het bepaalde in 40.1 niet van toepassing.
36.2 Bestaande maten en afstanden
36.3 Zonnepanelen bij woningen en landhuizen op maaiveldniveau
36.4 Ondergonds bouwen
Artikel 37 Algemene Gebruiksregels
37.1 Strijdig gebruik
37.2 Niet strijdig gebruik
Tot een gebruik, strijdig met de gegeven bestemmingen, wordt in ieder geval niet het volgende gebruik van de gronden en bouwwerken gerekend:
- a. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van evenementen;
- b. vormen van gebruik als bedoeld in 37.1 die verenigbaar zijn met het doel waarvoor de grond ingevolge de bestemming, de bestemmingsomschrijving en/of de overige regels mag worden gebruikt;
- c. het opslaan van bouwmaterialen, puin en specie in verband met normaal onderhoud, dan wel ter verwezenlijking van de bestemming;
- d. uitoefenen van detailhandel voor zover dit een normaal en ondergeschikt bestanddeel uitmaakt van de totale bedrijfsuitoefening tot ten hoogste 50 m² bedrijfsvloeroppervlak;
- e. de stalling van caravans en boten in bestaande gebouwen;
- f. het tijdelijk plaatsen van motorvoertuigen ter plaatse van de op de
kaartverbeelding opgenomen bestemmingen 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden' en 'Agrarischmet waarden - Landschaps- en natuurwaarden' met de aanduiding 'parkeerterrein' in de periode tussen 15 maart en 31 oktober; - g. het ter plaatse van de bestemming Recreatie met de aanduiding 'kampeerterrein' geplaatst hebben van maximaal 50 kampeermiddelen met bijbehorende sanitaire voorzieningen;
- h. de aanleg van recreatieve fietspaden op de gronden met de bestemmingen 'Agrarischmet waarden - Landschapswaarden' en 'Agrarisch met waarden - Landschaps- ennatuurwaarden', al dan niet voorzien van een aanduiding;
- i. het tijdelijk inrichten en gebruiken van gronden als bedoeld in artikel 3 en artikel 4 als kampeerterrein ten behoeve van een evenement.
37.3 Voldoende parkeergelegenheid
- a. Een bouwwerk, waarvan een behoefte aan parkeergelegenheid wordt verwacht, kan niet worden gebouwd wanneer op het bouwperceel of in de omgeving daarvan niet in voldoende parkeergelegenheid is voorzien en in stand wordt gehouden.
- b. Bij een omgevingsvergunning wordt aan de hand van op dat moment van toepassing zijnde beleidsregels bepaald of er sprake is van voldoende parkeergelegenheid.
- c. Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in sub a en worden toegestaan dat in minder dan voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, mits dit geen onevenredige afbreuk doet aan de parkeersituatie.
37.4 Permanente bewoning van verblijfsrecreatieve eenheden
permanente bewoning van verblijfsrecreatieve eenheden en kampeermiddelen is niet toegestaan.
Artikel 38 Algemene Aanduidingsregels
38.1 Milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied
De gronden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Milieuzone -grondwaterbeschermingsgebied' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming van de kwaliteit van het grondwater in relatie tot de waterwinning.
38.2 Vrijwaringszone - molenbiotoop
38.3 Vrijwaringszone - Straalpad
38.4 Specifieke bouwaanduiding - cultuurhistorisch waardevol 1 t/m 46
38.5 Specifieke bouwaanduiding - rijksmonument 1 t/m 104
38.6 Zone nieuwe landgoederen en landschapscampings
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 Wro, de bestemmingen 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden', 'Agrarisch metwaarden - Landschaps- en natuurwaarden', 'Bedrijf', 'Wonen', 'Maatschappelijk', 'Detailhandel', 'Horeca' en 'Recreatie' te wijzigen in de bestemming 'Wonen - Landgoed' met de aanduiding 'wonen', 'natuur' en 'water' teneinde de vestiging van een landgoed mogelijk te maken, met dien verstande dat:
- a. het terrein is gelegen binnen de gebiedsaanduiding 'Zone nieuwe landgoederen enlandschapscampings';
- b. de minimale oppervlakte privéterrein 0,55 ha bedraagt;
- c. de minimale aaneengesloten oppervlakte bos en natuurterrein (inclusief paden) 5 ha bedraagt;
- d. de minimale oppervlakte bos 2,5 bedraagt;
- e. het bos hoofdzakelijk bestaat uit streekeigen soorten;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied waterhouderij' het te realiseren natuurterrein in overwegende mate bestaat uit natuurlijke waterpartijen met als doel wateropvang ten behoeve van de landbouw in de omgeving;
- g. aangetoond dient te zijn dat het bosgebied en natuurgebied openbaar toegankelijk is en over ten minste 250 meter doorgaande paden beschikt;
- h. landgoederen niet mogen worden doorsneden door openbare wegen;
- i. de minimale afstand tussen landgoederen onderling bedraagt minimaal 250 meter;
- j. ten hoogste één hoofdgebouw (woning) met maximaal drie wooneenheden is toegestaan met een gezamenlijke inhoud van minimaal 1.500 m³ en maximaal 4.500 m³, met een voorgevel van minimaal 20 meter breedte en een goothoogte van minimaal 6 meter;
- k. per hoofdgebouw ten hoogste drie bijgebouwen zijn toegestaan, waarbij per bijgebouw een maximale oppervlakte geldt van 150 m²;
- l. planwijziging niet mag leiden tot:
- 1. onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden ter plaatse van naburige agrarische bedrijven en niet-agrarische bouwvlakken;
- 2. onevenredige verstening en versnippering van de agrarische gronden;
- 3. onevenredige schade aan infrastructuur, met name gelet op de capaciteit van de ontsluitingsweg, wat betreft de breedte en draagkracht hiervan en onevenredige aantasting van de verkeersveiligheid;
- 4. onevenredige aantasting van landschappelijke en natuurwetenschappelijke waarden;
- 5. onevenredige schade aan de landschapsstructuur en het landschapsbeeld;
- 6. strijdigheid met wetgeving op het gebied van de bescherming van natuurwaarden;
- 7. negatieve effecten op de waterhuishouding;
- 8. onevenredige schade aan de archeologische waarden zoals bedoeld in Artikel 26 tot en met Artikel 28;
- 9. een strijdigheid met het Besluit externe veiligheid buisleidingen;
- m. het verzoek om planwijziging ter toetsing wordt voorgelegd aan de landschaps- en natuurbeschermingsdeskundige omtrent de vraag of aan de voorwaarden als bedoeld in de nummers 4 en 5 onder l.
38.7 Waarborgzone
Voor de gronden met de gebiedsaanduiding 'Waarborgzone' gelden, behalve de regels in verband met de daar voorkomende bestemming(en), de volgende regels:
- a. gebouwen mogen niet worden gebouwd:
- 1. binnen een afstand van 40 meter van beide zijden van Rijks- of provinciale wegen met een gebiedsverbindende en een gebiedsontsluitende functie gemeten vanaf de as van de dichtstbij gelegen hoofdrijbaan;
- 2. binnen een afstand van 20 meter van beide zijden van wegen met een doorgaande plattelandsfunctie gemeten vanaf de as van de dichtstbij gelegen hoofdrijbaan;
- b. burgemeester en wethouders zijn bevoegd af te wijken van het bepaalde onder a, met dien verstande dat ontwikkelingen binnen de waarborgzone geen afbreuk doen aan de verkeersplanologische functie van de betreffende weg;
- c. alvorens te beslissen omtrent het afwijken als bedoeld onder b winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de wegbeheerder.
38.8 Besloten, nagenoeg onbebouwd gebied
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Besloten, nagenoeg onbebouwd gebied' het benutten van de bouwmogelijkheden op grond van de daar voorkomende bestemming(en), met uitzondering van de ter plaatse aanwezige bouwvlakken, rekening wordt gehouden met het besloten, nagenoeg onbebouwde karakter van het gebied.
38.9 Broedgebied weidevogels
Voor de gronden met de gebiedsaanduiding 'Broedgebied weidevogels' zijn de volgende regels van toepassing.
38.10 Grasland met bijzondere vegetatie
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Grasland met bijzondere vegetatie' dient bij het benutten van de bouwmogelijkheden op grond van de daar voorkomende bestemming(en) rekening ten worden gehouden met het aanwezige grasland met bijzondere vegetatie besloten, nagenoeg onbebouwde karakter van het gebied.
38.11 Kreekruggen, gebied met kenmerkend bebouwingspatroon
De gronden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Kreekruggen, gebied met kenmerkendbebouwingspatroon' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor kreekbruggen.
38.12 Open, nagenoeg onbebouwd gebied
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Open, nagenoeg onbebouwd gebied' dient bij het benutten van de bouwmogelijkheden op grond van de daar voorkomende bestemming(en) rekening ten worden gehouden met het open, nagenoeg onbebouwde karakter van het gebied.
38.13 Zone Paardenstallen
Binnen de aangegeven 'Zone Paardenstallen' is het oprichten van paardenstallen met inachtneming van het bepaalde in 3.4.5, 3.5.1, 4.4.5 en 4.5.1 toelaatbaar.
38.14 Veiligheidszone - lpg
Binnen de aangegeven 'Veiligheidszone - lpg' mogen geen (dienst)woningen of andere krachtens het Besluit LPG-tankstations milieubeheer niet toegestane objecten, worden gebouwd.
38.15 Veiligheidszone - Bevi
Ter plaatse van de aanduiding 'Veiligheidszone - Bevi' zijn geen kwetsbare objecten toegestaan.
38.16 Geluidzone - weg
bestaande woningen en andere, krachtens de Wet geluidhinder als geluidsgevoelige objecten aan te merken gebouwen, waaronder begrepen alsmede gebouwen voor verblijfsrecreatie, recreatiewoningen en kampeermiddelen die toelaatbaar zijn ingevolge de regels van hoofdstuk II, mogen worden gebouwd herbouwd op dezelfde plek of op grotere afstand ten opzicht van de weg.
38.17 Wetgevingszone - wijzigingsgebied
Burgemeester en wethouders kunnen ter plaatse van de gronden met de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied' de bestemmingen wijzigen in de bestemming 'Wonen', met inachtneming van de volgende regels:
- a. in het gebied zijn woningen toegestaan;
- b. de goothoogte van een woning bedraagt ten hoogste 6 m en de bouwhoogte bedraagt ten hoogste 11 m;
- c. in de nieuwe situatie is sprake van een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
- d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken worden niet onevenredig aangetast;
- e. de samenstelling van de woningvoorraad in de kern wordt niet onevenredig verstoord;
- f. het gebied dient adequaat te worden ontsloten waarbij een relatie wordt gelegd met het aantal woningen.
38.18 Overige zone - strandpaviljoen
In de gebiedsaanduiding 'overige zone - strandpaviljoen' is ten hoogste 1 strandpaviljoen toegestaan.
Artikel 39 Overige Regels
39.1 Werking wettelijke regelingen
De wettelijke regelingen waarnaar in de regels van dit bestemmingsplan wordt verwezen, gelden zoals deze luiden op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 40 Overgangsrecht
40.1 Overgangsrecht bouwwerken
- 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- b. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan.
- 2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
- 3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
40.2 Overgangsrecht gebruik
- 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- 4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 41 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan '6e herziening Buitengebied Veere'.
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
Naar aanleiding van een aantal feitelijke veranderingen in het buitengebied van Veere, ontwikkelingen waaraan de gemeente medewerking wil verlenen en de aanstaande invoering van de Omgevingswet wordt het bestemmingsplan Buitengebied herzien. Hierdoor ontstaat een zo actueel mogelijk bestemmingsplan Buitengebied Veere voorafgaand aan de invoering van de Omgevingswet. Met de voorliggende 6e herziening van het bestemmingsplan Buitengebied Veere (hierna: voorliggend bestemmingsplan) wordt daarin voorzien. Daarnaast wordt met voorliggend bestemmingsplan een aantal andere wenselijke aanpassingen van de juridische regeling in het bestemmingsplan Buitengebied Veere, zoals dat luidt na de 5e herziening, verwerkt.
Voorgeschiedenis bestemmingsplan
De gemeenteraad van Veere stelde op 30 mei 2013 het bestemmingsplan "Buitengebied Veere" vast (hierna 'basisplan'). Op 24 december 2014 deed de Raad van State uitspraak in het kader van de beroepsprocedure met betrekking tot dit basisplan waardoor het bestemmingsplan "Buitengebied Veere" grotendeels onherroepelijk is.
Inmiddels zijn vijf partiële herzieningen van het bestemmingsplan Buitengebied Veere vastgesteld.
- In de '1e herziening Buitengebied Veere', vastgesteld door de gemeenteraad op 11 juni 2015 en gewijzigd vastgesteld op 2 februari 2017, zijn de als gevolg van de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van 24 december 2014 vernietigde plandelen gerepareerd, andere correcties doorgevoerd en enkele tussentijdse ontwikkelingen verwerkt. Op 2 februari 2017 is door de gemeenteraad de 1e herziening gewijzigd vastgesteld.
- In de '2e herziening Buitengebied Veere', vastgesteld door de gemeenteraad op 20 april 2017, zijn enkele wijzigingen aangebracht betreffende het perceel Grijpskerkseweg 2 te Oostkapelle.
- In de '3e herziening Buitengebied Veere' vastgesteld op 9 november 2017, zijn de regelingen van kleinschalig kamperen en van cultuurhistorisch waardevolle elementen en monumenten herzien. Daarnaast zijn verschillende bestemmingen gewijzigd in verband met de beëindiging van een agrarisch bedrijf en zijn ontwikkelingen waar de gemeente medewerking aan wilde verlenen en verbeterpunten verwerkt. Op 6 juni 2019 heeft de gemeenteraad een wijzigingsbesluit ex artikel 6.19 AWB vastgesteld. Tegen het raadsbesluit zijn verschillende beroepen ingesteld. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 24 februari 2021 uitspraak gedaan in deze beroepsprocedure (201800156/1/R2; ECLI:NL:RVS:2021:369). Daarbij is een aantal plandelen vernietigd. Vervolgens heeft de Afdeling grotendeels in de vernietigingen voorzien door aangepaste regels vast te stellen.
- In de '4e herziening Buitengebied Veere' vastgesteld op 11 november 2020, zijn de NED-regeling, de regeling voor de landschapscamping en strandhuizen herzien en een aantal ontwikkelingen waar de gemeente medewerking aan wilde verlenen en verbeterpunten verwerkt. Tegen de 4e herziening is beroep ingesteld. Op dit moment heeft de Raad van State nog geen uitspraak gedaan. Deze uitspraak is dan ook nog niet verwerkt in het basisplan.
- In de '5e herziening Buitengebied Veere' vastgesteld op 7 juli 2021, zijn de planologische mogelijkheden voor het realiseren van recreatie-appartementen in het kader van de regeling voor Nieuwe Economische Dragers binnen het plangebied van het bestemmingsplan Buitengebied Veere beperkt. Daarnaast is een aantal ontwikkelingen waar de gemeente medewerking aan wilde verlenen en zijn verbeterpunten verwerkt. Tegen de 5e herziening is beroep ingesteld. Op 30 november 2022 heeft de Raad van State hier uitspraak over gedaan. De Raad van State heeft zelf voorzien in een aantal aanpassingen.
Naast deze herzieningen zijn sinds de vaststelling van het bestemmingsplan "Buitengebied Veere" een aantal wijzigingsplannen, een uitwerkingsplan en omgevingsvergunningen voor buitenplans afwijken (met de daarvoor geldende uitgebreide voorbereidingsprocedures) vastgesteld binnen het plangebied.
Het bestemmingsplan Buitengebied, zoals dat op 20 mei 2013 is vastgesteld, inclusief de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak en de later vastgestelde herzieningen en wijzigingsplannen, vormt de basisbestemmingsregeling die op onderdelen wordt herzien door middel van de voorliggende 6e herziening.
1.2 Opzet Plan
In deze 6e herziening Buitengebied Veere blijven de uitgangspunten van het oorspronkelijke plan, het bestemmingsplan Buitengebied Veere, inclusief vastgestelde herzieningen, in beginsel overeind, tenzij hierna expliciet anders wordt beschreven. Voorliggend bestemmingsplan leidt tot aanpassingen op bepaalde onderdelen van het bestemmingsplan Buitengebied Veere – vastgesteld door de gemeenteraad van Veere op 30 mei 2013 – en de daarop volgende 1e, 2e, 3e, 4e en 5e herziening van genoemd bestemmingsplan. Hoofdstuk 3 licht de verschillende aanpassingen en overwegingen toe. Deze zijn in de regels en verbeelding verwerkt.
1.3 Plangebied
Het plangebied van de 6e herziening bestaat uit diverse locaties die verspreid zijn over het buitengebied van de gemeente Veere. Deze locaties zijn opgenomen op de bij dit plan behorende verbeelding. De aanpassingen in de regels hebben betrekking op het totale plangebied van het bestemmingsplan Buitengebied Veere.
1.4 Naamgeving Plan
De naam van deze herziening van het bestemmingplan 'Buitengebied Veere' luidt "6e herziening Buitengebied Veere".
1.5 Leeswijzer
Hoofdstuk 2 gaat in op de juridische planopzet. Vervolgens wordt in hoofdstuk 3 toegelicht op welke aanpassingen dit plan betrekking heeft. Vervolgens geeft hoofdstuk 4 een toelichting op de uitvoerbaarheid van het plan en op de procedure die gevolgd wordt ten behoeve van de inwerkingtreding van het voorliggend bestemmingsplan.
Hoofdstuk 2 Juridische Planopzet
2.1 Algemene Opzet Van Een Bestemmingsplan
Een bestemmingsplan bestaat uit planregels, een verbeelding en toelichting.
De planregels van een bestemmingsplan bestaan uit inleidende regels, bestemmingsplanregels, algemene regels en overgangs- en slotregels. Alle planregels zijn juridisch bindend voor een ieder. De inleidende regels van bestemmingsplannen bevatten begripsbepalingen en de wijze van meten. De bestemmingsplanregels geven aan welke planregels gelden voor de op de verbeelding aangegeven bestemmingen en aanduidingen. Denk aan planregels over het gebruik van gronden, toegelaten bebouwing, regelingen betreffende het gebruik van aanwezige en/of op te richten bouwwerken en de toelaatbaarheid van werken en werkzaamheden. De algemene regels bevatten regels die gelden voor alle bestemmingen uit het bestemmingsplan. De overgangs- en slotregels bevatten onder andere planregels over bestaand gebruik en bestaande bouwwerken in afwijkingen van het (nieuwe) bestemmingsplan.
De verbeelding is een digitale kaart, opgebouwd uit (dubbel)bestemmingen (in kleurvlakken) en aanduidingen. De verbeelding heeft een ondersteunende functie voor toepassing van de planregels en visualiseert de bestemmingen. De verbeelding vormt samen met de planregels het juridisch bindende deel van het bestemmingsplan.
De toelichting vormt de ruimtelijke onderbouwing van het bestemmingsplan. In de toelichting wordt ingegaan op het doel van het bestemmingsplan, het relevante beleid, een beschrijving van het plangebied / de planontwikkeling, de relevante omgevingsaspecten en de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan. Ook bevat de toelichting een uitleg van de planregels. De toelichting is niet bindend en maakt geen onderdeel uit van het juridisch bindende deel van het bestemmingsplan.
2.2 Opzet Herziening
Voorliggend bestemmingsplan '6e herziening Buitengebied Veere' is een gedeeltelijke herziening van het geldende bestemmingsplan 'Buitengebied Veere', inclusief de 1e, 2e, 3e, 4e en 5e herziening. In deze 6e herziening Buitengebied Veere zijn de aan te passen onderdelen van het geldende bestemmingsplan 'Buitengebied Veere' op de verbeelding en in de planregels weergegeven. Voor het raadplegen van de geldende juridisch-planologische regeling binnen het plangebied, is het noodzakelijk om naast voorliggende 6e herziening Buitengebied Veere ook het geldende bestemmingsplan 'Buitengebied Veere' en de 1e, 2e, 3e, 4e en 5e herziening te raadplegen.
Verbeelding
Op de verbeelding zijn alleen de percelen opgenomen waar in het kader van deze 6e herziening een aanpassing plaatsvindt. Ten aanzien van de verbeelding wordt ten behoeve van de raadpleegbaarheid van het (juridisch) bindende planologische regime in de 6e herziening gebruik gemaakt van de volgende methoden voor de verschillende te onderscheiden situaties:
- 1. Toevoegen van een bouwvlak, bouwaanduiding, functieaanduiding of maatvoeringsaanduiding binnen een ongewijzigd bestemmingsvlak: op de betreffende locatie wordt alleen het bouwvlak, bouwaanduiding, functieaanduiding of maatvoeringsaanduiding met begrenzing opgenomen.
- 2. Verwijderen van een bouwvlak, bouwaanduiding, functieaanduiding of maatvoeringsaanduiding binnen een ongewijzigd bestemmingsvlak: Op de betreffende locatie wordt de volledige regeling op perceelsniveau opgenomen exclusief dubbelbestemmingen en gebiedsaanduidingen tenzij een gebiedsaanduiding zaken op perceelsniveau regelt (uitbreidingsrichting bouwvlak).
- 3. Wijzigen begrenzing van een bouwvlak, bouwaanduiding, functieaanduiding of maatvoeringsaanduiding binnen een ongewijzigd bestemmingsvlak: op de betreffende locatie wordt de volledige regeling op perceelsniveau opgenomen exclusief dubbelbestemmingen en gebiedsaanduidingen, tenzij een gebiedsaanduiding zaken op perceelsniveau regelt (uitbreidingsrichting bouwvlak). Als begrenzing in de herziening wordt de oude/vervallen begrenzing gehanteerd zowel ter plaatse van de resterende aanduidingen, als ter plaatse van de gronden waar de betreffende aanduidingen zijn vervallen.
- 4. Wijzigingen van een enkelbestemming zonder dat begrenzing wijzigt (omzetten gehele bestemmingsvlak naar een andere bestemming): op de betreffende locatie wordt de volledige regeling op perceelsniveau opgenomen, inclusief alle aanduidingen op perceelsniveau, exclusief dubbelbestemmingen en gebiedsaanduidingen tenzij een gebiedsaanduiding zaken op perceelsniveau regelt (uitbreidingsrichting bouwvlak).
- 5. Wijzigingen van begrenzing van een enkelbestemming: op de betreffende locatie wordt de volledige regeling op perceelsniveau opgenomen exclusief dubbelbestemmingen en gebiedsaanduidingen tenzij een gebiedsaanduiding zaken op perceelsniveau regelt (uitbreidingsrichting bouwvlak). De begrenzing van de herziening bestaat uit alle gronden waar de bestemming wijzigt.
- 6. Toevoegen van een gebiedsaanduiding of dubbelbestemming: nieuwe gebiedsaanduiding of dubbelbestemming wordt in de verbeelding en in de regels opgenomen.
- 7. Wijzigen van begrenzing van een gebiedsaanduiding of dubbelbestemming: de gehele nieuwe gebiedsaanduiding of dubbelbestemming wordt in de verbeelding opgenomen.
- 8. Vervallen gebiedsaanduiding of dubbelbestemming: in planregels opnemen dat regeling in voorgaande plannen is vervallen.
Planregels
De basis/onderlegger voor de regels van de 6e herziening wordt gevormd door de regels van het basisplan, inclusief de in het kader van de 1e, 2e, 3e, 4e en 5e herziening aangebrachte aanpassingen en aanpassingen als gevolg van de uitspraken van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State met betrekking tot het basisplan en de 3e herziening. Om de bij de 6e herziening behorende regels (waarmee de geldende regels van het bestemmingsplan Buitengebied dus worden veranderd) inzichtelijk raadpleegbaar te maken zijn deze regels gemarkeerd als onderdeel van de actueel geldende (geconsolideerde) regel, zoals die luiden na genoemde herzieningen en uitspraken. Daardoor kunnen de regels in hun context worden gelezen. De niet gemarkeerde delen van de regels maken geen deel uit van de 6e herziening.
De regels zijn weergegeven zoals die na vaststelling van voorliggend bestemmingsplan gelden. De niet gemarkeerde regels hebben betrekking op de regels zoals deze gelden vanuit het basisplan , inclusief latere herzieningen en uitspraken van de Afdeling Bestuursrechtspraak. De wijzigingen dan wel aanvullingen/verwijderingen als gevolg van onderhavige 6e herziening Buitengebied Veere zijn in de planregels - met een doorhaling in roze ('regel') of een toevoeging in roze ('regel') - opgenomen. Alleen de roze gemarkeerde aanpassingen maken dus juridisch-planologisch onderdeel uit van deze partiële herziening. De niet gemarkeerde regels zijn ter informatie opgenomen zodat een goed beeld ontstaat van de nieuwe regels en hoe deze ingepast zijn in de (bestaande) regels van het vigerende plan. Van belang is dat deze regels niet opnieuw ter discussie gesteld kunnen worden omdat deze enkel een informatieve rol in deze herziening vervullen en formeel geen onderdeel van deze herziening uitmaken.
De nummering van de artikelen is overgenomen uit het geldende bestemmingsplan Buitengebied Veere (zoals dat luidt tot en met de 5e herziening). Daar waar leden of subleden zijn toegevoegd, is de nummering dienovereenkomstig aangepast. Daar waar leden of subleden zijn verwijderd, zijn de nummering van de regels waar relevant aangepast. De planregels zijn in hoofdstukken geplaatst, conform het geldende bestemmingsplan.
Hoofdstuk 3 Aanpassingen Verbeelding En Planregels
3.1 Algemeen
In de 6e herziening Buitengebied Veere worden de volgende categorieën-onderwerpen opgenomen:
- Nieuwe ontwikkelingen die nog niet planologisch mogelijk zijn gemaakt: aanpassing van de verbeelding en mogelijk van de regels. Voor deze ontwikkelingen heeft positieve besluitvorming plaatsgevonden. Deze ontwikkelingen worden in 3.3 paragraaf beschreven;
- Nieuwe ontwikkelingen die al met een buitenplanse afwijking mogelijk zijn gemaakt, maar nog niet juridisch in het bestemmingsplan zijn geregeld: aanpassing van de verbeelding en mogelijk van de regels. Deze aanpassingen worden eveneens in paragraaf 3.3 beschreven;
- Aanpassingen aan de feitelijke situatie (herstellen van foutjes in de verbeelding): aanpassing van de verbeelding en mogelijk van de regels. Deze aanpassingen worden in paragraaf 3.4.6 beschreven;
- Beleidsmatige aanpassingen: verwerken van nieuw beleid in de regels. Het gaat daarbij primair om nieuw gemeentelijk beleid. Deze aspecten worden in paragraaf3.4.7 beschreven;
- Plangrensaanpassingen: Het kan gaat daarbij om 'grenscorrecties' aan de randen van kernen. Dit wordt in paragraaf 3.2 beschreven;
- Verbeterpunten in de regels worden in paragraaf 3.4.1 t/m 3.4.5 beschreven.
De nummering van artikelen in de onderstaande paragrafen verwijst naar de nummering van de artikelen in onderhavige 6e herziening van het bestemmingsplan Buitengebied. Deze is gebaseerd op de nummering uit het basisplan (het bestemmingsplan Buitengebied Veere), inclusief de 1e, 2e, 3e, 4e en 5e herziening.
3.2 Aanpassing Van De Plangrens
Op een aantal locaties is de plangrens van het bestemmingsplan niet logisch. Dit is een onwenselijke situatie. In onderstaande tabel is weergegeven welke adressen zijn gewijzigd in de 6e herziening Buitengebied Veere.
Tabel 3.1
Adres | Toelichting | Aanpassing | ||||||
Dorpsdijk 67 t/m 75, Vrouwenpolder | De percelen Dorpsdijk 67 t/m 75 zijn opgenomen in het bestemmingsplan Kom Vrouwenpolder. Het is logischer deze percelen op te nemen in het bestemmingsplan Buitengebied. De percelen worden opgenomen in de onderhavige herziening. | De percelen Dorpsdijk 67 t/m 75 te Vrouwenpolder zijn opgenomen in de 6e herziening Buitengebied Veere. Daarnaast is de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden: 5' opgenomen. | ||||||
Noorddijk 4, Vrouwenpolder | Het kadastrale perceel VRE00-N-3479 is foutief opgenomen bij de woonbestemming. | Het kadastrale perceel VRE00-N-3479 is aangepast conform het bestaande recreatieterrein. Het foutief opgenomen kadastrale perceel is hersteld en heeft de bestemming 'Recreatie' gekregen. | ||||||
Prinseweg 5, Domburg | Een deel van het perceel is ten onrechte opgenomen in het bestemmingsplan Buitengebied. | De grens van het bestemmingsplan Buitengebied Veere is aangepast conform het bestemmingsplan Kom Domburg. | ||||||
Noorddijk 8 Vrouwenpolder | Het perceel Noorddijk 8 te Vrouwenpolder ligt in een gebied waarvoor het bestemmingsplan 'Kom Vrouwenpolder' van toepassing is. Hierin heeft het perceel een agrarische bestemming met de functieaanduiding 'lanschapswaarden' met bouwvlak. Een zogenaamde Wro-zone aansluitend aan het agrarisch bouwvlak is niet aanwezig. Aangezien er sprake is van een agrarische bestemming is het logischer om deze gronden op te nemen in het bestemmingsplan Buitengebied Veere. De oppervlakte van het bouwvlak is conform het bouwvlak in het bestemmingsplan 'Kom Vrouwenpolder' opgenomen. | Het perceel Noorddijk 8 te Vrouwenpolder (sectie N, nr. 2557) is opgenomen met de bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden' waarvan een gedeelte van perceel met een bouwvlak. De bestemmingsgrensplangrens van het bestemmingsplan Buitengebied is hiervoor aangepast. |
3.3 Ontwikkelingen
Na vaststelling van het bestemmingsplan '5e herziening Buitengebied Veere' hebben meerdere ontwikkelingen plaatsgevonden. Deze ontwikkelingen worden opgenomen in voorliggend bestemmingsplan. In onderstaande tabellen is weergegeven op welke adressen nieuwe ontwikkelingen hebben plaatsgevonden en welke ontwikkelingen op basis van juridisch planologisch geborgde omgevingsvergunning zijn gerealiseerd in de 6e herziening Buitengebied Veere.
3.3.1 Nieuwe ontwikkelingen
Tabel 3.2
Adres | Toelichting | Aanpassing | ||||||
Middelburgseweg 33 Grijpskerke | Op dit adres heeft uitbreiding van het bouwvlak plaatsgevonden. | Het bouwvlak is uitgebreid. | ||||||
Molenweg 11 Meliskerke | Op dit adres is gebleken dat het aanwezige bouwvlak gedeeltelijk over een perceel ligt dat eigendom is van derden. Aangezien er geen agrarisch bedrijf meer is, is een bestemmingswijziging noodzakelijk. | De bestemming met bouwvlak 'Agrarisch met waarden – Landschapswaarden' is gewijzigd naar 'Wonen', ook wordt het bouwvlak conform de feitelijke situatie aangepast. De aanduiding 'voormalig agrarisch bedrijf' wordt toegevoegd. De gebiedsaanduiding 'wro-zone – afwijking vergroten bouwvlak' vervalt. | ||||||
Van 't Hoffweg, Gapinge, kadastraal perceel VRE00-E- 3585 | Het perceel is gebruiksvrij verworven door St. Het Zeeuws Landschap in 2019 en ingericht als natuurgebied in 2020. Het agrarisch gebruik is vervallen, het perceel is in de Omgevingsverordening begrensd als bestaande natuur. | De bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschapswaarden' is gewijzigd naar 'Natuur'. | ||||||
Oude Veerseweg, Veere, kadastraal perceel VRE00-E- 1091 | Het perceel is gebruiksvrij verworven door St. Het Zeeuws Landschap in 2015 en ingericht in 2017/2018. Het agrarisch gebruik is vervallen, het perceel heeft inmiddels een natuurfunctie en is in de Omgevingsverordening begrensd als bestaande natuur. | De bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschapswaarden' is gewijzigd naar 'Natuur'. | ||||||
Zanddijkseweg, Veere, kadastraal perceel VRE00-E- 1255 | Het perceel is gebruiksvrij verworven door St. Het Zeeuws Landschap in 2018. Het agrarisch gebruik is vervallen, het perceel heeft inmiddels een natuurfunctie en is in de Omgevingsverordening begrensd als bestaande natuur. | De bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschapswaarden' is gewijzigd naar 'Natuur'. | ||||||
Zanddijkseweg, Veere, kadastraal perceel VRE00-E- 1259 | Het perceel is gebruiksvrij verworven door St. Het Zeeuws Landschap in 2019. Het agrarisch gebruik is vervallen, het perceel heeft inmiddels een natuurfunctie en is in de Omgevingsverordening begrensd als bestaande natuur. | De bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschapswaarden' is gewijzigd naar 'Natuur'. | ||||||
Zanddijkseweg, Veere, kadastraal perceel VRE00-E- 1260 | Het perceel is gebruiksvrij verworven door St. Het Zeeuws Landschap in 2018. Het agrarisch gebruik is vervallen, het perceel heeft inmiddels een natuurfunctie en is in de Omgevingsverordening begrensd als bestaande natuur. | De bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschapswaarden' is gewijzigd naar 'Natuur'. | ||||||
Kievitshoekweg, Mariekerke kadastraal perceel N1131 | Het perceel is gebruiksvrij verworven door St. Het Zeeuws Landschap in 2017/2018. Het agrarisch gebruik is vervallen, het perceel heeft inmiddels een natuurfunctie en is in de Omgevingsverordening begrensd als bestaande natuur. | De bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschapswaarden' is gewijzigd naar 'Natuur'. | ||||||
Polredijk, Veere, kadastrale percelen VRE00-N-1858 en VRE00-N-1860 | In het bestemmingsplan '6e herziening Buitengebied Veere' is de agrarische bestemming van diverse percelen omgezet naar de bestemming Natuur. In het Natuurbeheerplan Zeeland 2023 en in de Omgevingsverordening Zeeland zijn de kadastrale percelen VRE00-N-1858 en VRE00-N-1860 opgenomen als bestaande natuur. In verband daarmee, en aangezien het agrarisch gebruik is vervallen zal de bestemming Agrarisch met waarden – Landschaps- en natuurwaarden van beide percelen gewijzigd worden in de bestemming Natuur. | De bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschapswaarden' is gewijzigd naar 'Natuur'. | ||||||
St. Laurense Weihoek/Zandvoortseweg: Kadastrale percelen Mariekerke L 1911, L 1912, L 2286, L 1903, L 1902, L 1909, (uitgezonderd deel bestemming Water), M 1189. | Het perceel is gebruiksvrij verworven door St. Het Zeeuws Landschap (met uitzondering van perceel L 1909). Het agrarisch gebruik is vervallen, het perceel heeft inmiddels een natuurfunctie en is in de Omgevingsverordening begrensd als bestaande natuur. De verwerving en inrichting van de percelen heeft plaatsgevonden in de periode 2014-2016/2017. | De bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschapswaarden' is gewijzigd naar 'Natuur'. | ||||||
Noorderweg, Serooskerke, kadastraal perceel VRE00-G-2140 | Het perceel heeft de bestemming 'Maatschappelijk' met de functieaanduiding 'baggerspeciedepot'. Het is noodzakelijk de functieaanduiding aan te passen zodat ook de aanleg van een waterbassin mogelijk wordt. Het is namelijk noodzakelijk om water te kunnen vasthouden ten behoeve van de camping Olmenveld, agrarische bedrijven in de omgeving en divers ander gebruik. | De functieaanduiding 'water bassin is toegevoegd. | ||||||
Noordweg 35, Oostkapelle | Een deel van het perceel (wat vroeger de toegangsweg was naar de achter het perceel gelegen kwekerij) heeft de bestemming Agrarisch. Deze bestemming is achterhaald omdat het agrarisch bedrijf is beëindigd | De bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschapswaarden' van het toegangspad is gewijzigd in 'Wonen'. | ||||||
Paulusweg 24, Zoutelande | Op het perceel is een schuur aanwezig, gelegen buiten het bouwvlak, op agrarische gronden. Het is gewenst de schuur in het bouwvlak op te nemen. Hierdoor is een aanpassing van het bouwvlak noodzakelijk. | Het bouwvlak Wonen is zodanig verruimd dat de schuur binnen het bouwvlak is gesitueerd. | ||||||
Pioniersweg 1a -2 Grijpskerke | De percelen Pioniersweg 1a en 2 te Grijpskerke zijn eigendom van één eigenaar. De eigenaar gebruikt de schuur op het perceel aan de Pioniersweg 2 te Grijpskerke al jaren als opslag ten behoeve van een drankhandel. De eigenaar heeft de gemeente verzocht het huidige gebruik van de schuur aan de Pioniersweg 2 te Grijpskerke als drankhandel, opslag van caravans en evenementenmaterialen te legaliseren. Daarnaast wil hij ook zijn schuur op nummer 1a gebruiken voor opslag van caravans. Het gebruik van de schuur op zowel nummer 1a als 2 voor opslag is kleinschalig van aard en voldoet aan de voorwaarden van de NED-regeling. | Er is een relatieteken toegevoegd zodat er een planologische link ontstaat tussen de Pioniersweg 1a en 2 zodat opslag van strandhuisjes en caravans in de schuur aan de Pioniersweg 1a als NED bij de woning op nummer 2 kan worden vergund. | ||||||
Rorikshilweg 1, Grijpskerke | Op het perceel is een agrarisch bedrijf aanwezig. In verband met de toekomstige bedrijfsvoering is aanpassing van het bouwvlak gewenst. | Het bouwvlak 'Agrarisch met waarden – Landschapswaarden' is in westelijke en zuidelijke aangepast. Daarnaast verplaatst de gebiedsaanduiding 'wro-zone - afwijking vergroten bouwvlak' van de noordzijde naar de zuidzijde. De oppervlakte van het bouwvlak is ongewijzigd gebleven. | ||||||
Breeweg 6, Koudekerke | Op dit perceel is medewerking verleend aan het oprichten van een bijgebouw, waarbij het bouwvlak en waterpartij aangepast worden op de verbeelding. | De functieaanduiding 'water' is aangepast naar de bestemming 'Water' conform de feitelijke situatie. Het bouwvlak is in westelijke richting vergroot conform de feitelijke situatie. Tevens is door het aanpassen van de waterbestemming overige bestemmingen en aanduidingen daarop aangepast. | ||||||
Gapingsedreef, Serooskerke | Op het perceel net voorbij Gapingsedreef 4 is een mestbassin aanwezig. Bij de controle is gebleken dat dit mestbassin ten onrechte niet geregeld is in het bestemmingsplan Buitengebied. Het is gewenst deze illegale situatie aan te passen (zie bijlage 2). | De functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch – mestopslag' is toegevoegd. Het mestbassin is conform de algemene regels die van toepassing zijn op mestbassins (Besluit mestbassins en Activiteitenbesluit). Ook de afstanden zoals genoemd in deze regels zijn conform de regelgeving. | ||||||
Duinbeekseweg 116, Oostkapelle | Op dit perceel is medewerking verleend aan het oprichten van een tweede sterrenwacht. | De functieaanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - sterrenwacht' is toegevoegd. | ||||||
Zwagermanweg 8, Grijpskerke | Op het perceel wordt de bestaande ligboxenstal uitgebreid en wordt een kleinschalig kampeerterrein gerealiseerd. Hiervoor dient het bouwvlak verlegd te worden. | Het bouwvlak is conform de beoogde ontwikkeling verlegd. De oppervlakte van het bouwvlak is ongewijzigd gebleven. | ||||||
Strandweg 5, Koudekerke | Op het perceel is medewerking verleend om één bedrijfsloods te slopen, een nieuwe opslagloods te bouwen en 6 recreatieappartementen te realiseren in de op het perceel aanwezige historische landbouwschuur. De nieuwe opslagloods zal gebruikt worden voor aardappelen, uien en werktuigenberging. Daarvoor moet het bouwvlak van het agrarische bedrijf aan de ene (west-)kant uitgebreid worden en aan de andere (zuid-)kant verkleind. Voor deze ontwikkeling is een ruimtelijke onderbouwing ingediend met onder andere een akoestisch rapport. Ter voorkoming van geluidoverlast worden er diverse maatregelen getroffen. Onder andere ventilatoren met absorptie en een grondwal van 2 m hoog tussen de percelen Strandweg 5 en 7A. Namens de eigenaren van Strandweg 7A is een second opinion ingediend. Dit heeft er toe geleid dat het akoestisch rapport is aangepast. De aanpassing houdt in dat als aanvullende maatregel een geluidscherm vóór schuur (2,5 m hoog, 4 m lang) geplaatst zal worden. Ten behoeve van deze ontwikkeling is een ruimtelijke onderbouwing opgesteld (zie Bijlage 4). | Het bouwvlak is conform de beoogde ontwikkeling aangepast. De aanduidingen voor het kleinschalig kamperen zijn afgestemd op het nieuwe bouwvlak. De Wro-zone voor vergroting van het bouwvlak is vervallen. Daarnaast is de functieaanduiding 'specifieke vorm van recreatie - appartementen in de schuur' met een specifieke bouwaanduiding maximaal aantal recreatie-appartementen' toegevoegd. In het verlengde daarvan is in de regels de regeling in 4.2.2. onder f verduidelijkt, in die zin dat de regeling voor de aanduidingen 'specifieke vorm van recreatie - appartementen in de schuur 1' tot en met 'specifieke vorm van recreatie - appartementen in de schuur 6' aangescherpt is, waardoor het begrip 'specifieke vorm van recreatie - appartementen in de schuur' voor Strandweg 5 gebruikt kan worden. Tot slot is de aanwezig vijver bestemd als 'Water', wat borging geeft aan de functie water. | ||||||
Kalfhoeksepad 8, Aagtekerke | Op het perceel is medewerking verleend om ter plaatse van het kadastrale perceel MRK02-H-1280 de woonbestemming met bouwvlak uit te breiden. | Het bouwvlak en de bestemming 'Wonen' is conform de beoogde ontwikkeling aangepast. | ||||||
Sint Janskerke 31, Zoutelande | Op dit perceel is medewerking verleend om ter plaatste van het kadastrale perceel VKN00-E-2130 de agrarische bestemming naar een woonbestemming te wijzigen. | De bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden' voor een gedeelte van het naastgelegen agrarisch bouwvlak is gewijzigd naar de bestemming 'Wonen'. | ||||||
Gapingseweg 12, Gapinge | Op dit perceel is medewerking verleend om aan de Gapsingseweg 12 te Gapinge een aanbouw te realiseren. Daarvoor moet het bouwvlak aangepast worden. | Het bouwvlak is conform de beoogde ontwikkeling aangepast. | ||||||
Vrouwenpolderseweg 46 en 48, Vrouwenpolder | Op het perceel Vrouwenpolderseweg 46 is medewerking verleend om bestaande voormalige agrarische bedrijfswoning (inclusief aanbouw) te slopen en een nieuwe, grotere burgerwoning terug te bouwen. Voor een goede onderlinge afstemming wordt het naastgelegen perceel, Vrouwenpolderseweg 48, meegenomen. Dat gedeelte heeft nu nog een agrarische bestemming, dat wordt gewijzigd naar een woonbestemming. Op beide percelen is het agrarisch bedrijf inmiddels beëindigd. Ten behoeve van deze ontwikkeling is een ruimtelijke onderbouwing opgesteld (zie bijlage 3). | De huiskavels waarop de huidige gebouwen staan, met de bijbehorende tuinen en erven zijn aangepast naar de bestemming 'Wonen' met de functieaanduidingen 'specifieke vorm van wonen - voormalig agrarisch bedrijf' en 'specifieke vorm van recreatie - kleinschalig kamperen'. Voor de aansluitende gronden met de bestemming 'Agrarisch met waarden – landschapswaarden' vervalt het bouwvlak en de gebiedsaanduiding 'Wro-zone afwijking vergroten bouwvlak'. Conform de feitelijke situatie heeft de paardenstal aan de noordoostzijde van het perceel Vrouwenpolderseweg 48 de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch- paardenstallen' gekregen en het toiletgebouw behorend bij de minicamping (Vrouwenpolderseweg 48) de functieaanduiding 'specifieke vorm van recreatie - sanitairgebouw'. | ||||||
Valkenisseweg 54, Biggekerke | Op dit perceel is medewerking verleend om aan de Valkenisseweg 54 te Biggekerke een loods aan de zuidzijde van het huidige bouwvlak te realiseren. Daarvoor moet het een deel van bouwvlak aan de oostzijde aangepast worden. | Een gedeelte van het bouwvlak is aan de oostzijde verwijderd en aan de zuidzijde toegevoegd. | ||||||
Rapenburgweg 22-24, Meliskerke | Op dit perceel is medewerking verleend om aan de Rapenburgweg 22-24 te Meliskerke een loods aan de zuidzijde van het huidige bouwvlak te realiseren. Daarvoor moet het een deel van bouwvlak aan de oostzijde aangepast worden. | Een gedeelte van het bouwvlak is aan de oostzijde verwijderd en aan de zuidzijde toegevoegd. | ||||||
Grijpskerkseweg 15, Oostkapelle | Op dit perceel is medewerking verleend om het bouwvlak met de bestemming 'Wonen' te wijzigen. Het bouwvlak is momenteel langgerekt en zal aangepast worden naar een bouwvlak van 70 meter bij 75 meter. | Een gedeelte van het bouwvlak aan de oostzijde is verwijderd en aan de zuidzijde toegevoegd. | ||||||
Burgemeester Bosselaarstraat 22, Aagtekerke | Op dit perceel is medewerking verleend om het perceel Burgmeester Bosselaarstraat 22 te Aagtekerke uit te breiden. Hierdoor is de verkeerssituatie ter plaatse van Aannemingsbedrijf Minderhoud aanzienlijk verbeterd. Het laden en lossen op de openbare weg is niet meer nodig. Het perceel wordt tevens landschappelijk ingepast. | De bestemming 'Bedrijf' met de functieaanduiding 'bebouwing uitgesloten' is opgenomen. Daarnaast is de bestemming 'Groen' opgenomen met de aanduiding 'specifieke vorm van groen - groenelement' opgenomen. |
3.3.2 Ontwikkelingen juridisch planologisch borging verleende omgevingsvergunningen
Adres | Toelichting | Aanpassing | ||||||
Bieweg 8, Veere | Er is vergunning verleend voor het aanleggen en exploiteren van een kleinschalig kampeerterrein en het aanleggen van daartoe noodzakelijke landschappelijke inpassing. Het kleinschalige kampeerterrein omvat 25 standplaatsen, waarvan 5 permanente standplaatsen. | De maatvoering 'maximum aantal permanente standplaatsen: 5' is toegevoegd. In de nieuwe situatie zijn er 25 standplaatsen mogelijk, waarvan 5 permanente standplaatsen. | ||||||
Gronden achter Brouwerijweg 41, Domburg | Op dit adres is een omgevingsvergunning verleend voor het in afwijking van het bestemmingsplan gebruiken van een terrein als parkeerterrein. Dit terrein is ook gerealiseerd. | De bestemming op het kadastrale perceel DBG03-G-1302 is gewijzigd naar Verkeer met de functieaanduiding 'parkeerterrein'. | ||||||
Kraaienestweg 1/1A, Veere | Op dit adres is een omgevingsvergunning verleend voor het bouwen van een paardenbak (zie bijlage 1). Er is een omgevingsvergunning verleend voor het realiseren van een huifbedopstapstation. Het huifbedopstapstation is ook gerealiseerd. | De bestemming 'Wonen' met bouwvlak is uitgebreid ter plaatse van de te realiseren paardenbak met de aanduiding 'dagrecreatie'. Ter plaatse van het huifbedopstapstation is de bestemming 'Maatschappelijk' met bouwvlak en de functieaanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - huifbedrijden' opgenomen. | ||||||
Pompstation 2, Biggekerke | Om recht te doen aan de jarenlange feitelijke situatie wordt de maatvoeringsaanduiding aangepast van 4 naar 5 woningen. | De maatvoering 'maximaal aantal wooneenheden: 4' is aangepast naar 'maximaal aantal wooneenheden: 5'. | ||||||
Grindweg 4, Westkapelle | Op dit perceel is medewerking verleend om een voormalig boerderijtje te slopen en op het zelfde terrein op een andere locatie één nieuw gebouw met twee woningen te bouwen. | De bestemming 'Wonen' is gewijzigd in de bestemming 'Wonen - Landgoed'. Ook is de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden: 2' toegevoegd. | ||||||
Oude Zandweg 29-31, Westkapelle | Op dit perceel is medewerking verleend om de schuur aan te merken als bijgebouw met een oppervlakte van 200 m2. | Het bestaande bouwvlak is verruimd zodat de vergunde schuur in het bouwvlak ligt en is een maximale oppervlakte van 200 m2 opgenomen. | ||||||
Westkapelseweg 19, 19 b t/m 19 e, Zoutelande | Voor de percelen Westkapelseweg 19, 19 b t/m 19 e te Zoutelande is een bouwvlak opgenomen met de bestemming Wonen. De percelen 19b t/m e zijn blijkens een vergunning uit 1956 als pension bij een woning opgericht. Uit de overgelegde stukken blijkt dat de percelen 19 b t/m 19 e al jaren als recreatie-appartementen in gebruik zijn. | Aan de percelen 19 b t/m e is de functieaanduiding 'specifieke vorm van recreatie - appartementen voor verblijfsrecreatie' toegevoegd. | ||||||
Kalfhoekseweg 3, Oostkapelle | Het kleinschalig kamperen is in 2017 geregeld in de 3e herziening bestemmingsplan Buitengebied. Zo ook voor het perceel Kalfhoekseweg 3 te Oostkapelle. Voor het perceel is aangegeven dat er maximaal 25 standplaatsen aanwezig mogen zijn, waarvan één permanente standplaats. In 2020 is er een wijzigingsprocedure gevoerd voor het wijzigen van de Agrarische bestemming naar de bestemming Wonen. Omdat in de tussentijd bleek dat er sprake was van een van rechtswege verleende kampeervergunning is het aantal permanente standplaatsen gewijzigd van 1 naar 5. Vervolgens is in 2021 de 3e herziening onherroepelijk geworden, met daarin het aantal permanente standplaatsen van 1. Dat houdt in dat wederom het aantal permanente standplaatsen aangepast moet worden van 1 naar 5 omdat er sprake is van een verkregen recht. | Het maximum toegestane aantal permanente standplaatsen is aangepast van 1 naar 5. |
3.4 Ambtshalve Wijzigingen
3.4 Ambtshalve wijzigingen
De ambtelijk geconstateerde omissies en verbeterpunten/toevoegingen van het bestemmingsplan Buitengebied Veere die in het kader van de 6e herziening worden verwerkt, worden in de hierna volgende tabellen weergegeven.
3.4.1 Algemeen
De aanpassingen en aanvullingen hebben er toe geleid dat deze zijn aangepast ten opzichte van de nummering van de artikelen (sub)leden in het moederplan 'Buitengebied Veere' of eerdere herzieningen. als basis is een ingewerkte versie van de 5e herziening gebruikt.
In de regeling zijn kleine redactionele/ tekstuele verbeteringen doorgevoerd die niet hierna worden vermeld. Hieronder wordt ook verstaan verwijzingen die door het hernummeren zijn aangepast.
3.4.2 Aanpassingen Hoofstuk 1 Inleidende regels
3.4.3 Aanpassingen Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel/ lidnummer | Overweging | Aanpassing | ||||||||
artikel 3.1 sub b.2 | In de regeling was niet opgenomen dat regionale mestopslagruimten of mestbassins bij een agrarisch hulp- en nevenbedrijf niet zijn toegestaan. | De volgende zinsnede is toegevoegd aan artikel 3.1 sub b.2“….met uitzondering van regionale mestopslagruimten of mestbassins;” | ||||||||
artikel 3.1 sub d.5 bullet 1 | Redactionele aanpassing | In artikel 3.1 sub d.5 bullet 1 is "binnen" vervangen door "in". | ||||||||
artikel: 3.2.2 sub h 3.2.5 4.2.2 sub m 4.2.5 | Het artikellid is verplaatst naar overige bepalingen behorende bij een kleinschalig kampeerterrein. De plek van de regel is hier passender. Daarnaast waren de leden in beide artikelen niet gelijk, dit is gelijk getrokken. | artikel 3.2.2 sub h is verplaatst naar artikel 3.2.5 onder een nieuw sub"l". artikel 4.2.2 sub m is verplaatst naar onder een nieuw sub "l" onder artikel 4.2.5, en is de zinsnede "ten behoeve van het kamperen op een kleinschalig kampeerterrein met een maximale oppervlakte van 200 m²." toegevoegd. | ||||||||
artikel 3.4.6 sub b | Redactionele aanpassing. | Aan artikel 3.4.6 sub b wordt toegevoegd" met dien verstande dat: - het bevoegd gezag bij toepassing van deze bevoegdheid verlangt dat een privaatrechtelijke overeenkomst met de gemeente wordt afgesloten, waarin de realisering en het beheer en onderhoud van de landschappelijke inpassing worden vastgelegd; - de landschappelijke inpassing dient te waarborgen dat de betreffende ontwikkelingen ook in de winterperiode grotendeels aan het zicht worden onttrokken." | ||||||||
artikel 3.4.7 sub b | Sub b is redactioneel verduidelijkt. | Aan artikel 3.4.7 sub b is de zinsnede “/of” toegevoegd. | ||||||||
artikel 3.5.2 sub c | Redactionele aanvulling ter verduidelijking. | Aan artikel 3.5.2 sub c is toegevoegd de zinsnede "mits de betreffende". | ||||||||
artikel 3.5.3 sub a | In artikel 3.5.3 sub a is "x" vervangen door "3.1 sub c onder 9". | |||||||||
artikel 3.6.2 sub e en f | Voor de leesbaarheid zijn de leden e en f omgewisseld. | Sub e en f zijn in artikel 3.6.2 omgewisseld. | ||||||||
artikel: 3.6.2 sub f (nieuw) 4.6.2 sub f | In de 5e herziening was de regeling niet goed verwerkt. Dit is hersteld. | In artikel 3.6.2 sub f (nieuw) en artikel 4.6.2 sub f is het volgende aangepast: f.1: komt te vervallen; f.2: de zinsnede "verblijfsrecreatieve eenheden zijn toegestaan in maximaal 2 bedrijfsgebouwen;" wordt vervangen door "verblijfsrecreatieve eenheden zijn toegestaan in maximaal 2 cultuurhistorisch waardevolle gebouwen, met een maximum van 2 per gebouw;" f.3: komt te vervallen. | ||||||||
artikel 3.7.9 sub a | Redactionele aanpassing, bebouwingsvlak moet bouwvlak zijn. | In artikel 3.7.9 sub a is “bebouwingsvlak” vervangen door “bouwvlak”. | ||||||||
artikel 3.8.3 sub b | Redactionele aanpassing in verband met dubbele tekst. | De volgende zinsnede wordt in artikel 3.8.3 geschrapt. "met dien verstande dat het inwinnen van advies niet vereist is indien planvorming op basis van het Natuurbeheerplan Zeeland plaatsvindt" | ||||||||
artikel 4.2.2 sub 3 | Deze regel is geen bouwregels maar een gebruiksregel. | artikel 4.2.2 sub 3 wordt geschrapt en aan de gebruiksregels wordt een nieuw artikel 4.5.6 toegevoegd “Aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - appartementen in schuur'” luidende “Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - appartementen in schuur' zijn twee verblijfsrecreatieve appartementen in de schuur toegestaan met een oppervlakte van maximaal 70 m² per appartement.” | ||||||||
artikel 4.2.2 sub f | Het betreft geen zomerwoning maar een bouwwerk voor recreatief nachtverblijf | In artikel 4.2.2 sub f is zomerwoning vervangen door “bouwwerk voor recreatief nachtverblijf” | ||||||||
artikel 4.4.7 sub d | De verwijzing klopt niet dit moet zijn 4.4.7 sub f. | In artikel 4.4.7 wordt sub “d” vervangen in “f” | ||||||||
artikel 4.7.11 | De wijzigingsbevoegdheid is in de 5e herziening komen te vervallen maar niet verwijderd. | artikel 4.7.11 is in haar geheel komen te vervallen. | ||||||||
artikel 4.8.3 sub b | Redactionele aanpassing. | In artikel 4.8.3 sub b komt de volgende zinsnede te vervallen "met dien verstande dat het inwinnen van advies niet vereist is indien planvorming op basis van het Natuurbeheerplan Zeeland plaatsvindt." | ||||||||
artikel 5.1 sub l | Hier moet aan worden toegevoegd of maalderij. | Aan artikel 5.1 sub l wordt toegevoegd “of een maalderij”. | ||||||||
Nieuw artikel 5.1 sub z | Aan artikel 5.1 wordt een nieuw sub 'y' toegevoegd luidende "ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - sterrenwacht': een sterrenwacht;" | |||||||||
artikel 5.5.1 sub a | Voor het tegengaan van permanente bewoning van kampeermiddelen is een algemene gebruiksregel opgenomen. | artikel 5.5.1 sub a komt te vervallen. | ||||||||
artikel 5.7.3 | Bij de omzetting naar een woonbestemming ontbreekt een toetsing of de omzetting gevolgen heeft voor eventuele omliggende bedrijven. De regeling is hierop aangevuld. | Aan artikel 5.7.3 is een nieuw sub c toegevoegd luidende “toepassing van de wijzigingsbevoegdheid mag niet leiden tot onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden ter plaatse van de in de nabijheid gelegen bestemmingen en functies.” | ||||||||
artikel 6.1 | De aanhef is aangepast. | In artikel 6.1 is in de aanhef de zinsnede “gronden op de kaart aangewezen” komen te vervallen en is toegevoegd “aangewezen gronden” | ||||||||
artikel 10.1 sub i | Een aantal aanduidingen komt niet voor op de verbeelding en komt dan ook in de regels te vervallen. | artikel 10.1 sub i: de aanduiding “specifieke vorm van maatschappelijk – verpleegtehuis” | ||||||||
artikel 10.2.1 | Redactionele aanvulling | In artikel 10.2.1 wordt de zinsnede “Op deze gronden mogen bouwwerken worden gebouwd, met inachtneming van het volgende.” vervangen door: "Op deze gronden mogen worden gebouwd: a. niet voor bewoning bestemde gebouwen; b. per bedrijf ten hoogste één bedrijfswoning, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoningen zijn toegestaan; c. bouwwerken, geen gebouwen zijnde; d. overkappingen." | ||||||||
artikel 10.2.2 | Redactionele aanvulling | Aan artikel 10.2.2 wordt een nieuw sub d toegevoegd, luidende “gebouwen en overkappingen worden gebouwen in het bouwvlak.” | ||||||||
artikel 12.2.1 | Redactionele aanvulling | In artikel 12.2.1 wordt de zinsnede “Op deze gronden mogen bouwwerken worden gebouwd, met inachtneming van het volgende.” vervangen door: "Op deze gronden mogen worden gebouwd: a. niet voor bewoning bestemde gebouwen; b. per bedrijf ten hoogste één bedrijfswoning; c. bouwwerken, geen gebouwen zijnde; d. overkappingen." | ||||||||
artikel 12.2.2 sub c | Redactioneel aangepast zodat deze leesbaarder is | in artikel 12.2.2 sub c zijn de zinsneden “binnen het bestaande gebouw” en “betrokken bouwplan mede strekt tot behoud van het “ komen te vervallen en is toegevoegd “blijft behouden”. | ||||||||
Nieuw artikel 12.5.3 | Er is expliciet geregeld dat zonneparken niet zijn toegestaan binnen de bestemming natuur. | Er is een nieuw artikel "12.5.3 Strijdiggebruik" toegevoegd, luidende "het is verboden zonneparken te realiseren." | ||||||||
artikel 13.1 | Het aspect strandbeleving mist in de aanhef. | Aan de aanhef van artikel 13.1 is “strandbeleving” toegevoegd | ||||||||
artikel 13.1 | Naar aanleiding van een overleg wat heeft plaatsgevonden met de Stichting Strandexploitatie Veere en de gemeente is de verbeelding voor de stranden in de gemeente op diverse punten aangepast. Voor een beschrijving van deze aanpassingen wordt verwezen naar wordt verwezen naar 3.4.6. Daarmee samenhangend zijn ook enkele aanvullingen in de regels doorgevoerd zoals aangegeven in de kolom hiernaast. | In artikel 13.1 is een nieuw sub "f" toegevoegd luidende: "ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - sanitaire voorzieningen': sanitaire voorzieningen;" en een nieuw sub "g", luidende "ter plaatse van de aanduiding 'badpost': een badpost;". | ||||||||
artikel 15.1 sub b | Deze aanduiding had betrekking de Melsesweg 1 in Zoutelande. Het bedrijf is verkocht. er is dan ook geen sprake meer van een bedrijfswoning waardoor de aanduiding kan komen te vervallen. | artikel 15.1 sub b komt te vervallen. | ||||||||
artikel 15.2.1 | Redactionele aanvulling overkapping | Aan artikel 15.2.1 is een nieuw sub “f” toegevoegd, luidende “overkappingen”. | ||||||||
artikel 15.2.1 sub a | Aanduiding komt te vervallen. | In artikel 15.2.1 sub a komt de aanduiding " 'specifieke vorm van recreatie - groepsaccommodatie'" te vervallen. | ||||||||
artikel 15.2.1 | Er is een nieuw sub g toegevoegd ter plaatse van welke aanduidingen een bedrijfswoning is toegestaan. | Aan artikel 15.2.1 is een nieuw sub g toegevoegd luidende "maximaal 1 bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'paardenhouderij', 'specifieke vorm van recreatie - groepsaccommodatie' en 'specifieke vorm van recreatie - imkerij'." | ||||||||
artikel 15.2.1 | Bij eerdere herziening is de zinsnede weggevallen dat per bedrijf ten hoogste 1 bedrijfswoning is toegestaan. Dit is hersteld. | De ontbrekende zinsnede is toegevoegd "alsmede per bedrijf ten hoogste één bedrijfswoning;" | ||||||||
artikel 16.1 | Naar aanleiding van een overleg wat heeft plaatsgevonden met de Stichting Strandexploitatie Veere en de gemeente is de verbeelding voor de stranden in de gemeente op diverse punten aangepast. Voor een beschrijving van deze aanpassingen wordt verwezen naar wordt verwezen naar 3.4.6. Daarmee samenhangend zijn ook enkele aanvullingen in de regels doorgevoerd zoals aangegeven in de kolom hiernaast. | In artikel 16.1 is een nieuw sub "h" toegevoegd luidende: "ter plaatse van de aanduiding 'badpost': een badpost;" en een nieuw sub "i" luidende "ter plaatse van de aanduiding 'hoofdbadpost': een hoofdbadpost;". | ||||||||
artikel 17.2 aanhef | Redactionele aanpassing | artikel 17.2 aanhef “Op deze gronden mogen bouwwerken worden gebouwd, met inachtneming van het volgende.” Wordt vervangen door “. | ||||||||
artikel: 17.2.2 17.2.3 sub j | Deze regeling hoort onder de bouwregels te staan. | artikel 17.2.3 sub j komt wordt verplaatst naar artikel 17.2.2 en wordt onder een nieuw sub “f” toegevoegd en de zinsnede "logeergebouw" geschrapt. | ||||||||
Artikel 19Verkeer - 1 | Voor de gronden is een uitwerkingsplan opgesteld voor het tankstation aan de Gapingseweg 1D in Gapinge. De bestemming Verkeer-1 uit dit uitwerkingsplan is in voorliggend plan opgenomen. De inhoud van de regeling is hetzelfde gebleven. | De naam van Artikel 19 is aangepast in "Verkeer - 1" hierin is de regeling uit het uitwerkingsplan opgenomen. | ||||||||
artikel 20.1 | De opgenomen verwijzing in de aanhef klopt niet meer en is aangepast. | In artikel 20.1 is de zinsnede "... | ||||||||
artikel 20.2 aanhef | Redactionele aanvulling | In artikel 20.2 ontbreekt de aanhef, deze is toegevoegd luidende “Voor het bouwen gelden de volgende regels:”. | ||||||||
artikel 21.1 onder b | Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen – appartement' zijn recreatieappartementen toegestaan. De titel van de aanduiding komt niet overeen met de feitelijke situatie. | In artikel 21.1 onder b is de aanduiding “specifieke vorm van wonen – appartement” aangepast in “specifiek vorm van recreatie – appartementen voor verblijfsrecreatie”. | ||||||||
artikel 21.1 | In de 5e herziening is per abuis de aanduiding 'dagrecreatie' niet opgenomen in de regels. Deze is hersteld. | Aan artikel 21.1 een nieuw sub "p" toegevoegd luidende "ter plaatse van de aanduiding dagrecreatie: dagrecreatie." | ||||||||
artikel 21.1 | Naar aanleiding van een omissie zijn de aanduidingen opgenomen voor kantoor en ene opbaar ruimte. Voor een nadere toelichting hierop wordt verwezen naar 3.4.6 | Aan artikel 21.1 is een nieuw sub "q" toegevoegd luidende "'kantoor': tevens een kantoor;" en teven een nieuw sub "r" luidende " ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - opbaarruimte ten behoeve van uitvaartzorg': tevens een opbaarruimte ten behoeve van de uitvaartzorg." | ||||||||
artikel 21.2 aanhef | Redactionele aanpassing aanhef. | artikel 21.2 aanhef “Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels.” wordt vervangen door “Voor het bouwen gelden de volgende regels:”. | ||||||||
artikel 22.1 sub f | In de regeling ontbreekt dat wandel- en fietspaden op een landgoed toegankelijk zijn. | Aan artikel 22.1 sub f is de zinsnede "openbaar toegankelijke toegevoegd. | ||||||||
artikel 21.2.2 sub j | Het artikel is redactioneel aangepast zodat dit leesbaarder is. | In artikel 21.2.2 sub j zijn de zinsneden "de gezamenlijke oppervlakte" en "de volgende regels bedraagt" komen te vervallen. Daarnaast is er een nummer 1 t/m 3 aangebracht ter verduidelijking. | ||||||||
artikel 21.5.4 | Redactionele aanpassing. | In artikel 21.5.4 is in de aanhef de volgende zinsnede geschrapt " (bedrijfs)". | ||||||||
29 Waarde -Archeologie -4 | Sinds 2016 maakt de maritieme archeologie een van de hoofdthema's uit die in de Nota Archeologische monumentenzorg Walcheren zijn opgenomen. Bij deze herziening van het bestemmingsplan wordt de aandacht voor de maritieme archeologie dan ook vertaald in een 'nieuwe' dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 4'. Het bepalen van een vrijstelling in de watergebieden is moeilijk en daarom afhankelijk gemaakt van de mate van impact van geplande werken in en op waterbodems. Ook is hierin een afstemming met de water(bodem)beheerder van belang. | Er is een nieuw Artikel 29 Waarde - Archeologie - 4 " opgenomen. Gezien de omvang van het artikel is de inhoudelijke uitwerking hiervan niet opgenomen in deze tabel. Ter plaatse van het Veerse Meer en de Noordzee is rekening gehouden met rijksinpassingsplan Net op zee IJmuiden Ver Alpha. Hiervoor is een vergunningenstelsel opgenomen. | ||||||||
artikel 31.2 | Redactionele aanpassing . | de volgende zinsnede komt in artikel 31.2 te vervallen "indien een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden conform de Verordening inzake monumenten en archeologie van de gemeente Veere noodzakelijk is, mag het " daarnaast wordt toegevoegd "mag". | ||||||||
artikel 31.3.1 | Redactionele aanpassing. | In artikel 31.3.1 vervalt “schriftelijk”. | ||||||||
artikel 31.1 sub a | De regel is redactioneel aangepast zodat deze beter leesbaar is. | In artikel 31.1 sub a is de zinsnede "Indien….het” komen te vervallen en is “mag” toegevoegd. | ||||||||
artikel 34.1 | Naar aanleiding van een overleg wat heeft plaatsgevonden met de Stichting Strandexploitatie Veere en de gemeente is de verbeelding voor de stranden in de gemeente op diverse punten aangepast. Voor een beschrijving van deze aanpassingen wordt verwezen naar wordt verwezen naar 3.4.6. Daarmee samenhangend zijn ook enkele aanvullingen in de regels doorgevoerd zoals aangegeven in de kolom hiernaast. | In artikel 34.1 zijn de hierna genoemde nieuwe subleden toegevoegd: - "h", luidende: "ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleedcabine': kleedcabines;" - "i", luidende: "ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - sanitaire voorzieningen': sanitaire voorzieningen;" - "j ", luidende: "ter plaatse van de aanduiding 'badpost': een badpost." In artikel 34.2.2 zijn de hierna genoemde nieuwe subleden toegevoegd: "f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleedcabine' zijn kleedcabines met een maximale oppervlakte van 4 m² en een maximale hoogte van 2,7 meter toegestaan; g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleedcabine' en 'strandhuis' zijn tevens openbare sanitaire voorzieningen toegestaan met een maximale oppervlakte per voorziening van 15 m2; h. de bouwhoogte voor sanitaire voorzieningen mag niet meer bedragen dan 3 m; i. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal badposten': maximaal het aantal aangeduide badposten; j. de oppervlakte van een badpost mag niet meer bedragen dan 50 m²; k. de bouwhoogte per badpost mag niet meer bedragen dan 3,5 meter." | ||||||||
artikel 34.2.2 sub b | Is ten overvloede hier genoemd. Hoort onder bestemmingsomschrijving en is daar ook geregeld. | artikel 34.2.2 sub b komt te vervallen | ||||||||
artikel: 3.1 | De regeling is aangevuld dat het is toegestaan om dieren hobbymatig te houden. | Aan artikel 3.1 en 4.1 is een nieuw sub "f" toegevoegd luidende "het hobbymatig houden van dieren." | ||||||||
artikel: 3.2.1 sub b.2 en b.3 | Voor de leesbaarheid is de zin in sub b.2 geknipt. Dit betekent dat er eveneens een hernummering heeft plaatsgevonden van dit artikel. | In artikel 3.1 sub b.2 vervalt "met dien verstande dat" en verplaatst de zinsnede : "ter plaatse....aantal bedrijfswoningen" naar sub b.3 en sub b.3 wordt b.4. | ||||||||
artikel: 3.2.1 sub b 4.2.1 sub b | Bestemmingsvlak moet bouwvlak zijn. | In artikel 3.2.1 sub b en 4.2.1 sub b is “bestemmingsvlak” vervangen door “bouwvlak”. | ||||||||
artikel: 3.1 sub d onder 5 punt 1 4.1 sub d onder 5 punt 1 | Redactionele aanpassing. Binnen moet in zijn. | In artikel 3.1 en 4.1 sub d onder 5 punt 1 artikel 4.1 is “Binnen” vervangen door “in”. | ||||||||
artikel: 3.2.2 sub b 4.2.2 sub b | Voor alle bedrijfswoningen is eenzelfde inhoudsmaat opgenomen. Dit zal overeenkomstig de bestemming Wonen gelijk worden getrokken naar 750 m3. | In artikel 3.2.2 onder b is de zinsnede “…., inclusief aan – en uitbouwen,….” komen te vervallen. In artikel 4.2.2 onder b is de zinsnede “…., inclusief aan – en uitbouwen,….” Komen te vervallen | ||||||||
artikel: 3.2.2 sub c 4.2.2 sub c 3.2.3 sub i 4.2.3 sub i | Een mestverzamelsilo is geen gebouw maar een bouwwerk, geen gebouw zijnde. | Leden 3.2.2 sub c en 4.2.2 sub c worden geschrapt en aan 3.2.3 sub i en 4.2.3 sub i wordt een nieuw lid toegevoegd luidende “de bouwhoogte en gezamenlijke inhoud van mestverzamelsilo's mag niet meer bedragen dan respectievelijk 5 meter en 2.500 m³;” | ||||||||
artikel: 3.2.1 sub d 4.2.1 sub f 5.2.1 7.2.1 9.2.1 | Ter verduidelijking is ook opgenomen dat overkappingen toelaatbaar zijn en gebouwd moeten worden in het bouwvlak | Aan de volgende leden is “overkapping” toegevoegd: 3.2.1 sub b, 4.2.1 sub f, 5.2.1 nieuw sub “d”, 7.2.1 nieuw sub “d”, 9.2.1 nieuw sub “e”. | ||||||||
artikel: 3.2.1 sub d 3.4.7 4.2.1 sub f 4.4.7 | Regeling wordt redactioneel ter verduidelijking aangepast en wordt een nieuwe regel toegevoegd. | In artikel 3.2.1 sub d vervalt de zinsnede “met uitzondering van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - afwijking vergroten bouwvlak'” In artikel 4.2.1 sub f vervalt de zinsnede “met uitzondering van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - afwijking vergroten bouwvlak' of de aanduiding 'wetgevingszone - afwijking vergroten bouwvlak zonder gebouwen'” Aan artikel 3.2.1 wordt een nieuw sub “h” toegevoegd, luidende artikel 3.4.7 en artikel 4.4.7 aanhef “sub d” wordt vervangen door “sub h” . | ||||||||
artikel: 3.2.3 sub a 3.2.4 sub a 4.2.3 sub a 4.4.4 sub a 5.2.4 sub a 7.2.3 sub a 9.2.3 sub a 12.2.3 sub a 15.2.2 sub e onder 4 15.2.3 sub a 21.2.2 sub a 22.2.3 sub a | Het begrip voorgevellijn is aangepast in voorgevelrooilijn. In de regeling is voorgevellijn vervangen door voorgevelrooilijn. | Het begrip "voorgevellijn:" is vervangen door "voorgevelrooilijn:" in de artikelen: 3.2.3 sub a, 3.2.4 sub a, 4.2.3 sub a, 4.4.4 sub a, 5.2.4 sub a 7.2.3 sub a, 9.2.3 sub a, 12.2.3 sub a, 15.2.2 sub e onder 4, 15.2.3 sub a, 21.2.2 sub a, 22.2.3 sub a. | ||||||||
artikel: 3.4.6 4.4.6 5.7.2 6.1 | Redactionele aanpassing. Kaart moet verbeelding zijn. | In de hierna genoemde artikelen is "kaart" vervangen door "verbeelding: 3.4.6, 4.4.6, 5.7.2, 6.1. | ||||||||
artikel: 3.4.8 sub e 4.4.8 sub e | In de 5e herziening is niet goed geregeld dat nieuwbouw of uitbreiding van gebouwen bij een NED ten behoeve van een verblijfsrecreatieve functie niet is toegestaan. | In artikel 3.4.8 sub e en 4.4.8 sub e: is de zinsnede “…slechts mogelijk indien het op te richten of het uit breiden bestaande gebouw bestaat uit traditionele en/of karakteristieke materialen (in hoofdzaak baksteen, hout en dakpannen) en een traditionele hoofdvorm en aansluit bij de bestaande bebouwing en ensemble” komen te vervallen en is toegevoegd “…niet toegestaan.” | ||||||||
artikel: 3.4.9 3.6.1 4.4.9 4.6.1 5.4.3 5.6.1 7.4.3 7.6.1 9.4.3 9.6.1 10.4.1 10.6.1 12.4.3 12.6.1 15.4.3 15.6 17.6.1 | In de huidige regeling is het niet toegestaan een bijgebouw bij een bedrijfswoning te hebben. De regeling is hierop aangepast. | In de hierna genoemde artikelen zijn de volgende zinsnede komen te vervallen "of een bijgebouw" en/of "of het bijgebouw" en/of : en bijgebouwen" . 3.4.9, 3.6.1, 4.4.9, 4.6.1, 5.4.3, 5.6.1, 7.4.3, 7.6.1, 9.4.3, 9.6.1, 10.4.1, 10.6.1, 12.4.3, 12.6.1, 15.4.3, 15.6, 17.6.1. | ||||||||
artikel: 3.4.9 4.4.9 5.4.3 7.4.3 9.4.3 10.4.1 15.4.1 17.4.1 21.4.2 | Toegevoegd is dat bij de beeindiging van mantelzorg de aan- of uitbouw moet worden verwijderd, tenzij de maximale inhoud van de woning niet wordt overschreden. Hiermee wordt voorkomen dat er permanente extra bebouwing in het buitengebied wordt toegestaan. | Aan de hierna genoemde leden is is een nieuw sub "e" toegevoegd luidende "er wordt een privaatrechtelijke overeenkomst met de gemeente afgesloten waarin is vastgelegd dat de aan- of uitbouw na afloop van de zorgperiode wordt verwijderd ,ten zij de toegestane maatvoering op basis van de bouwregels niet wordt overschreden. " Het betreft de leden: 3.4.9, 4.4.9, 5.4.3, 7.4.3, 9.4.3, 15.4.3, 17.4.1, 21.4.2. | ||||||||
artikel: 3.5.1 sub f 4.5.1 sub f | Sub f komt te vervallen. Hiervoor is in de algemene gebruiksregels een algemene regeling voor opgenomen. | artikel 3.5.1 sub f en artikel 4.5.1 komen te vervallen. | ||||||||
artikel: 3.5.1 4.5.1 | Er is expliciet opgenomen dat zonneparken niet zijn toegestaan binnen een agrarische bestemming. | Aan de artikelen 3.5.1 en 4.5.1 is een nieuw sublid toegevoegd, luidende "het is verboden zonneparken te realiseren." | ||||||||
artikel: 3.5.6 4.5.4 5.5.2 7.5.1 9.5.1 10.5.1 12.5.1 15.5.1 17.5.2 | De regeling staat geen bijgebouwen toe bij een bedrijfswoning . De regeling is zodanig aangepast dat een recreatief nachtverblijf behalve in aan- en uitbouwen ook is toegestaan in een bestaand (bedrijfs)gebouw, mits dat niet een stalen damwandloods betreft. | In de hierna genoemde leden is "bijgebouw" vervangen door "bestaand gebouw". Naar aanleiding hiervan is de regeling zodanig aangepast dat het toegestaan brutovloer oppervlak ten behoeve van het recreatief nachtverblijf ten minste 22 en ten hoogste 60 m2 bedraagt en dat dit niet is toegestaan in gebouwen met hoofdzakelijk stalen wanden. De koppen van de leden zijn hierop aangepast. Het betreft de hierna genoemde leden: 3.5.6, 4.5.4, 5.5.2, 7.5.1, 9.5.1, 10.5.1, 12.5.1, 15.5.1, 17.5.2. | ||||||||
artikel: 3.5.7 4.5.5 5.5.3 7.5.2 9.5.2 10.5.2 12.5.2 15.5.2 17.5.3 | In de huidige regeling is het niet toegestaan een bijgebouw bij een bedrijfswoning te hebben. De regeling is zodanig aangepast dat aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten behalve in een (bedrijfs)woning met aan- en uitbouwen ook zijn toegestaan in een bestaand gebouw. | In de hierna genoemde leden is "bijgebouw" vervangen door "bestaand gebouw". De koppen van de leden zijn hierop aangepast. Het betreft artikel: 3.5.7, 4.5.5, 5.5.3, 7.5.2, 9.5.2, 10.5.2, 12.5.2, 15.5.2, 17.5.3 | ||||||||
artikel: 3.5.7 sub g 4.5.5 sub g 5.5.3 sub g 7.5.2 sub g 9.5.2 sub g 10.5.2 sub g 12.5.2 sub g 15.5.2 sub g 17.5.3 sub g 21.5.4 sub g 22.5.1 sub g, | Reclame-uitingen aan de gevel die betrekking hebben op de uitoefening aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten worden toegestaan. | In de hierna genoemde artikelen is de zinsnede "is reclame-uitingen aan de gevel mogen niet zichtbaar zijn;" komen te vervallen. Het betreft de artikelen: 3.5.7 sub g, 4.5.5 sub g, 5.5.3 sub g, 7.5.2 sub g, 9.5.2 sub g, 10.5.2 sub g, 12.5.2 sub g, 15.5.2 sub g, 17.5.3 sub g, 21.5.4 sub g, 22.5.1 sub g, | ||||||||
artikel: 3.6.1 sub h 4.6.1 sub h 5.6.1 sub g 7.6.1 sub g 9.6.1 sub g 10.6.1 sub g 12.6.1 sub g 15.6 sub g 17.6.1 sub g 21.6.1 sub g | Toegevoegd is dat bij beëindiging van de mantelzorg de aangebrachte voorzieningen verwijderd moeten worden. | In de hierna genoemde artikelen is de volgende zinsnede toegevoegd "en de aangebrachte voorzieningen ten behoeve van de mantelzorg worden verwijderd.": 3.6.1 sub h, 4.6.1 sub h, 5.6.1 sub g, 7.6.1 sub g, 9.6.1 sub g, 10.6.1 sub g, 12.6.1 sub g, 15.6 sub g, 17.6.1 sub g, 21.6.1 sub g | ||||||||
artikel: 3.6.2 4.6.2 21.6.2 | In de artikelen is de verwijzing naar de bijlagen redactioneel aangepast | In de hierna genoemde artikelen zijn redactionele aanpassingen doorgevoerd naar aanleiding van de naamswijziging van bijlage 13: 3.6.2, 4.6.2, 21.6.2. | ||||||||
artikel: 3.8.2 sub a.1 4.8.2 sub a.1 6.3.1 sub a.1 8.4.1 sub a 10.7.1 sub a.1 11.6.1 sub a 12.7.1 sub a 22.6.2 sub 1.a | In de regeling is aangevuld dat het zowel paden als onverharde paden betreft. | Aan de hierna genoemde artikelen is de volgende zinsnede toegevoegd "...verhard en onverharde...": 3.8.2 sub a.1, 4.8.2 sub a.1, 6.3.1 sub a.1, 8.4.1 sub a, 10.7.1 sub a.1, 11.6.1 sub a, 12.7.1 sub a, 22.6.2 sub 1.a. | ||||||||
artikel: 3.6.2 4.6.2 sub f | De uitwerking van de regeling van verblijfsrecreatieve functies bij cultuurhistorisch waardevolle bebouwing in de agrarische bestemmingen is in de 5e herziening niet geregeld. Hier geldt hetzelfde beleid als opgenomen in de bestemming Wonen. | In artikel 3.6.2 en 4.6.2 sub f is in de aanhef “geldt" toegevoegd en: - komt sub f.1 te vervallen; - vervalt in sub f.2 de zinsnede "verblijfsrecreatieve eenheden zijn toegestaan in maximaal 2 bedrijfsgebouwen;" deze wordt vervangen door "verblijfsrecreatieve eenheden zijn toegestaan in maximaal 2 cultuurhistorisch waardevolle gebouwen, met een maximum van 2 per gebouw;" - vervalt sub f.3. | ||||||||
Nieuw artikel 3.7.14 en 4.7.16 vormverandering bouwvlak | In de regeling ontbrak de mogelijkheid om de vorm van een agrarisch bouwvlak te wijzigen. | Er zijn nieuwe artikelen “3.7.14 Wijzigen vormbouwvlak" en "4.7.16 Wijzigen vorm bouwvlak" toegevoegd, luidende “ Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de vorm van een bouwvlak te wijzigen met inachtneming van het volgende: a. het wijzigingsplan dient betrekking te hebben op een volgens de bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschaps- en natuurwaarden' toelaatbaar bedrijf; b. wijziging van het bouwvlak dient noodzakelijk te zijn in verband met een doelmatige bedrijfsvoering; c. toepassing van de wijzigingsbevoegdheid mag niet leiden tot: d. onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden ter plaatse van naburige agrarische bedrijven en overige functies; e. onevenredige verstening, verglazing en versnippering van de agrarische gronden; f. onevenredige aantasting van landschappelijke en natuurwetenschappelijke waarden; g. de totale oppervlakte van het bouwvlak mag niet toenemen; | ||||||||
artikel: 3.8.4 sub c 4.8.4 sub c | Redactionele aanpassing, vereist moet verleend zijn. | “Vereist” is vervangen door “verleend” in artikel: 4.8.4 sub c en d en 3.8.4 sub c en d. | ||||||||
artikel : 6.3.2 sub b 12.7.2 sub b, 22.6.4 sub b | Vanaf 2013 is de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) aangepast in Natuurnetwerk Nederland | In de artikelen 6.3.2 sub b, 112.7.2 sub b, 22.6.4 sub b is EHS vervangen door “Natuurnetwerk Zeeland of diens opvolger” | ||||||||
artikel: 11.1 12.1 13.1 | In de regeling mist dat de gronden voor extensief recreatief medegebruik kunnen worden gebruikt. | Aan artikel 11.1 is een nieuw sub “s”, aan artikel 12.1 een nieuw sub “h” en aan artikel 13.1 een nieuw sub “e” toegevoegd allen luidende “extensief recreatief medegebruik van de gronden en andere voorzieningen” | ||||||||
artikel: 21.1 sub a22.1 sub a | Er is explicieter geformuleerd wat moet worden verstaan onder het wonen in een woning. Dit te samen met de toegevoegde nieuwe begrippen. | In artikel 21.1 sub a en artikel 22.1 sub a is de zinsnede “de huisvesting van personen” komen te vervallen en is toegevoegd “het wonen”. | ||||||||
Nieuw artikel 32 | Aangezien het perceel Noorddijk 8 te Vrouwenpolder is toegevoegd aan het bestemmingsplan '6e herziening Buitengebied Veere' is ook de bijbehorende dubbelbestemming 'Waarde - Hydrologische bufferzone' opgenomen. | De dubbelbestemming 'Waarde - Hydrologischebufferzone' is als Artikel 32 toegevoegd. | ||||||||
Welstandsnota | De welstandsnota is inmiddels vervangen door de Nota ruimtelijke kwaliteit, | In de regeling is daar waar relevant welstandsnota vervangen door Nota Ruimtelijke kwaliteit of diens opvolger. |
3.4.4 Aanpassingen Hoofdstuk 3 Algemene regels
Artikel/ lidnummer | Overweging | Aanpassing | ||||||
Nieuw artikel 36.4 Ondergondsbouwen | In het bestemmingsplan ontbrak een regeling voor ondergronds bouwen. Hiervoor is nu een regeling opgenomen. | Er is een nieuw artikel “36.4 Ondergondsbouwen” opgenomen luidende: “ Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden de volgende regels: a. de bouwdiepte mag maximaal 4 meter bedragen; b. ondergrondse bouwwerken zijn uitsluitend toegestaan onder bovengrondse gebouwen ter plaatse van het bouwvlak, niet zijnde gebouwen met een verblijfsrecreatieve functie; c. bij het bepalen van de krachtens het bestemmingsplan toelaatbare inhouds- en oppervlaktematen , wordt de inhoud en oppervlakte van ondergrondse gebouwen niet in aanmerking genomen. | ||||||
artikel37.2 | Redactionele aanpassing. Kaart moet verbeelding zijn. | In artikel 37.2 is "kaart" vervangen door "verbeelding". | ||||||
Nieuw artikel 37.4 Permanentebewoning vanverblijfsrecreatieve eenheden35.4 | Er is een nieuw artikel 35.4 toegevoegd waarin is geregeld dat permanente bewoning van verblijfsrecreatieve eenheden niet is toegestaan | Er is een nieuw artikel “37.4 Permanentebewoning van verblijfsrecreatieve eenheden“ toegevoegd, luidende “permanente bewoning van verblijfsrecreatieve eenheden en kampeermiddelen is niet toegestaan;" | ||||||
artikel 38.4.1sub c.4 | De zin is redactioneel aangepast | In artikel 38.4.1sub c.4 komen de zinsneden “indien” en “gezag….ingewonnen” komt te vervallen en wordt "en wint" toegevoegd. | ||||||
artikel 38.4.1sub d.4 | Heeft geen toegevoegde waarde kan komen te vervallen. | artikel 38.4.1 sub d.4 komt te vervallen. | ||||||
artikel 38.5 | Er zijn extra rijksmonumenten toegevoegd. | De nummering van rijksmonumenten is in de kop aangepast. | ||||||
artikel 38.6 sub j | Redactionele aanpassing om te verduidelijken dat in totaal maximaal 4.500 m3 mag worden gebouwd en niet per wooneenheid. | Aan artikel 38.6 sub j is de zinsnede “gezamenlijke” toegevoegd. | ||||||
artikel: 38.9.3 sub c en d 38.11.3 sub c en d 38.12.3 sub c en d | Redactionele aanpassing, vereist moet verleend zijn. | “Vereist” is vervangen door “verleend” in de artikelen: 38.9.3 sub c en d, 38.11.3 sub c en d, 38.12.3 sub c en d. | ||||||
Artikel 38.16 | Het is toegestaan geluidsgevoelige objecten te bouwen binnen de aangeduide geluidszones, echter in de regeling ontbreekt dat dit op dezelfde plek of op grotere afstand van de weg moet plaatsvinden. | In artikel 38.16 hebben de volgende redactionele aanvullingen plaatsgevonden. "Bestaande" , "alsmede" wordt de zinsnede “mogen worden gebouwd binnen de aangeduide geluidszones” wordt vervangen door “mogen worden herbouwd op dezelfde plek of op grotere afstand gelegen vanaf de weg.” | ||||||
Nieuw artikel 38.18 Overigezone -strandpaviljoen | Er is geregeld dat ter plaatse van de genoemde zone (die is gelegen over twee bestemmingen: recreatie - Strand en Waterstaatswerken) ten hoogste 1 strandpaviljoen is toegestaan. | Er is een nieuw artikel '38.18 Overige zone -strandpaviljoen" toegevoegd luidende "In de gebiedsaanduiding 'overige zone - strandpaviljoen' is ten hoogste 1 strandpaviljoen toegestaan." |
3.4.5 Aanpassingen bijlagen
Artikel/ lidnummer | Overweging | Aanpassing | ||||||
Bijlage 2 | De bijlage is aangepast. | Braamweg 3 te Koudekerke is aan de lijst toegevoegd. | ||||||
Bijlage 2 | De bijlage is aangepast. | Braamweg 15 te Koudekerke is aan de lijst toegevoegd. | ||||||
Bijlage 5 | De bijlage is aangepast. | De oppervlakte bij het perceel Koningin Emmaweg 4 te Vrouwenpolder is in de bijlage aangepast. | ||||||
Bijlage 6 | De bijlage is aangepast. | De oppervlaktes bij de percelen Strandweg 15 te Koudekerke en Landschuurweg 5 te Veere zijn in de bijlage aangepast. | ||||||
Bijlage 7 | De lijst is aangevuld met monumenten. | In Bijlage 7 is de lijst aangevuld op rijksmonumenten. |
3.4.6 Aanpassing verbeelding naar aanleiding van omissies
Tabel 3.3
Landschuurweg 9A, Veere | Op deze locatie is een mantelzorgwoning aanwezig. De mantelzorgwoning had binnen het bouwvlak gerealiseerd moeten worden. Dit is echter niet gebeurd, en de mantelzorgwoning staat dus op gronden met een agrarische bestemming zonder bouwvlak. | De bestemming 'Wonen' met bijbehorend bouwvlak is zodanig verruimd dat de mantelzorgwoning er binnen valt. | ||||||
Valkenisseweg 61, Biggekerke | Op het perceel is het bouwvlak foutief weergegeven. | Het bouwvlak is conform de feitelijke situatie aangepast. | ||||||
Valkenisseweg 89 en 79 Biggekerke | Op het perceel is het bouwvlak foutief weergegeven. | Het bouwvlak is conform de feitelijke situatie aangepast. | ||||||
Middelburgseweg 13 Grijpskerke | Op de verbeelding is (deels) abusievelijk de bouwaanduiding 'specifieke bouwaanduiding – rijksmonument 17' op het kadastrale perceel opgenomen (MRK02-M-1124). | De bouwaanduiding 'specifieke – bouwaanduiding' is aangepast conform het kadastrale perceel MRK02-M-1125 en is tevens het bouwvlak teruggelegd. | ||||||
Schelpweg 17a, Domburg | Voor het perceel is op 29 augustus 2018 een wijzigingsplan vastgesteld. Op het perceel is destijds de agrarische bestemming omgezet naar een woonbestemming. Nadat de bestemming is gewijzigd is een recreatiewoning gerealiseerd. Op de verbeelding ontbreken binnen de bestemmingen Wonen en Agrarisch meerdere aanduidingen. Ook een deel van de aanduidingen is foutief opgenomen. | Bestemming Wonen: de functieaanduiding 'specifieke vorm van recreatie-kleinschalig kampeerterrein' is toegevoegd. De maatvoering 'maximum aantal parkeerplaatsen: 15' aangepast naar 'maximum aantal standplaatsen: 15'. De maatvoering 'aantal: 1' is aangepast in 'maximum aantal permanente standplaatsen 1'. Bestemming Agrarisch met waarden – Landschaps- en natuurwaarden: de functieaanduiding 'specifieke vorm van recreatie-kleinschalig kampeerterrein' en maatvoeringen 'maximum aantal parkeerplaatsen: 15' en 'aantal 1' zijn vervallen. | ||||||
Herenweg 1, Aagtekerke | Op het perceel is het bouwvlak op de verkeerde plek weergegeven. | Het bouwvlak is conform de feitelijke situatie aangepast. | ||||||
Prinseweg 5 Domburg | De eigenaar woont op het perceel met een agrarische bestemming. Op het perceel is geen agrarisch bedrijf aanwezig, en ook nooit aanwezig geweest. Hierdoor dient de bestemming aangepast te worden naar een woonbestemming. | De bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschapswaarden' is gewijzigd in 'Wonen'. | ||||||
Melsesweg 1, Zoutelande | Het perceel heeft de bestemming Recreatie met de functieaanduiding "bedrijfswoning". Ter plaatse van de aanduiding bedrijfswoning is uitsluitend een bedrijfswoning ten dienste van een elders gelegen verblijfsrecreatief bedrijf toegestaan. Het verblijfsrecreatieve bedrijf is verkocht waardoor de bestemming Recreatie met de functieaanduiding bedrijfswoning is achterhaald. | De bestemming 'Recreatie' is gewijzigd naar 'Wonen'. Daarbij is de specifieke aanduiding 'opbaarruimte ten behoeve van uitvaartzorg' en 'kantoor' toegevoegd. Daarnaast vervalt de aanduiding 'bedrijfswoning' zowel op de verbeelding als in de regels (artikel 14.1 onder b). | ||||||
Koningin Emmaweg 4, Vrouwenpolder | In bijlage 5 Horeca bij de bijlage bij de regels van het bestemmingsplan Buitengebied is voor dit perceel 430 m2 (inclusief bedrijfswoning) opgenomen als maximale toelaatbare oppervlakte voor het horecabedrijf. Dit is niet juist, de bedrijfswoning op het perceel betreft een agrarische bedrijfswoning ten behoeve van het agrarisch bedrijf. De oppervlakte van 430 m² horeca (exclusief bedrijfswoning )is wel juist. | In bijlage 5 Horeca is in de bijlage een voetnoot toegevoegd dat het om 430 m2 exclusief bedrijfswoning gaat. | ||||||
Strand | Naar aanleiding van een overleg dat heeft plaatsgevonden met de Stichting Strandexploitatie Veere en de gemeente zijn de volgende (algemene) wijzigingen doorgevoerd. - Opnemen van een bouwvlak voor paviljoen De Dam aan de Veersedam. - Verschuiven van functieaanduidingen voor strandhuisjes en kleedcabines, naar aanleiding van feitelijke verschuiving van de duinvoet in het terrein, in sommige gevallen zeewaarts, in andere gevallen landwaarts. - Afstemming van de ligging van functieaanduidingen van strandcabines en strandhuisjes op de aanwezige embryonale duintjes bij De Veerse Dam en Oranjezon. - Aanpassen begrenzing tussen strandslaaphuisjes en kleedcabines aan feitelijke situatie op diverse plaatsen. - Afstemmen ligging bouwvlakken op feitelijke locatie strandpaviljoens. - Opnemen bouwvlak voor catamarancentrum bij Breezand. - Opnemen aanduidingen voor zelfstandige sanitairunits bij strandpaviljoen Aloha. - Zeewaarts verplaatsen van bouwvlak voor strandpaviljoen Zeecafé. - Aanpassen van het aantal badposten aan de feitelijke situatie bij Domburg. - Aanpassen van de plangrens bij Domburg; opnemen van een stukje strand uit het bestemmingsplan Kom Domburg in bestemmingsplan Buitengebied, waardoor een logischer plangrens ontstaat en het hele strand in het bestemmingsplan Buitengebied is opgenomen. - Aanpassen begrenzing Wro-zone wijzigingsgebied – 2 tussen Domburg en Westkapelle ten behoeve van nieuw strandpaviljoen en slaaphuisjes. - Aanpassen bestemmingsplangrens bij Westkapelle (ter plaatse van de westelijke aansluiting van het strand op de dijk), waardoor alle strandcabines daar worden opgenomen in het bestemmingsplan Buitengebied. Daarnaast is een aanduidingsvlak opgenomen voor kleedcabines binnen de bestemming Waterstaatswerken. Enkele kleedcabines zijn binnen deze bestemming gelegen. - De aanduiding ten behoeve van kleedcabines bij de Boulevard Westkapelle, ter hoogte van de Westkapelse kreek, vervalt. Hier worden geen kleedcabines geplaatst. - Aanpassen ligging bouwvlak strandpaviljoen Bluv (tussen Westkapelle en Zoutelande) aan feitelijke situatie. - Verschuiven bouwvlak strandpaviljoen De Branding (Zoutelande) op basis van feitelijke situatie, in bestemming Recreatie-Strand en Waterstaatswerken. Met een gebiedsaanduiding wordt geregeld dat slechts één paviljoen is toegestaan. - Het aantal badposten en hoofdbadposten is afgestemd op de feitelijke situatie. | |||||||
Boshoekweg 3, Oostkapelle | Boshoekweg 1 en 3 hebben samen één agrarisch bouwvlak. Op het perceel is nog wél een agrarisch bedrijf aanwezig. De woning Boshoekweg 3 is al jarenlang niet meer in gebruik als bedrijfswoning, maar als burgerwoning. De aanduiding 'plattelandswoning' wordt toegevoegd conform het feitelijk gebruik. | De aanduiding 'plattelandswoning' is toegevoegd. | ||||||
Middelburgsestraat 83B, Koudekerke | De eigenaar woont op het perceel Middelburgsestraat 83B Koudekerke (kadastraal bekend DBG03-K-3450) heeft een agrarische bestemming. Op het perceel is geen agrarisch bedrijf en is al jarenlang in gebruik als burgerwoning. De aanduiding 'plattelandswoning' wordt toegevoegd conform het feitelijk gebruik. | De functieaanduiding 'plattelandswoning' is toegevoegd. | ||||||
Vlissingsestraat 16, Koudekerke | De plangrens van deze ontwikkeling is onjuist opgenomen in het bestemmingsplan Buitengebied Veere. Daarnaast is ook de bouwaanduiding 'specifieke bouwaanduiding - cultuurhistorisch waardevol 18' onjuist opgenomen. | De plangrens en de bouwaanduiding 'specifieke bouwaanduiding - cultuurhistorisch waardevol 18' zijn conform de feitelijke situatie aangepast. | ||||||
Dunoweg 12A, Oostkapelle | Op het kadastrale perceel DGB03-K-3854 is een oranjerie aanwezig met bouwvlak. Bij het vaststellen van het bestemmingsplan '3e herziening Buitengebied Veere' is (conform de overige monumentale bebouwing binnen het kadastrale) vergeten de bouwaanduiding 'specifieke bouwaanduiding - rijksmonument 32' toe te voegen. | De bouwaanduiding 'specifieke bouwaanduiding - rijksmonument 32' is conform de feitelijke situatie toegevoegd. | ||||||
Landmetersweg 4, Oostkapelle | De te bouwen landgoedwoning aan de Landmetersweg 4 te Oostkapelle ligt gedeeltelijk buiten het op de verbeelding aangegeven bouwvlak. Het bijgebouw ligt geheel buiten het bouwvlak en ligt op gronden met de aanduiding “bos”. De op de verbeelding aangegeven boomgrens ligt echter in de praktijk niet daar waar het bos daadwerkelijk begint. De boomgrens ligt op de verbeelding op kortere afstand tot het bouwvlak dan die in werkelijkheid ligt. Dit betekent dat de boomgrens aangepast moet worden. Voorst is het wenselijk om het bouwvlak met enkele meters op te schuiven waardoor het mogelijk wordt de te bouwen woning beter voor de oprijlaan te situeren. De omvang van het bouwvlak wijzigt niet. | De grens van de functieaanduiding 'bos' is aangepast. Daarnaast is het bouwvlak aangepast conform de beoogde situatie. | ||||||
Valkenisseweg 59 en 61, Biggekerke | Door een uitspraak van de Raad van State is aangegeven dat de landhuizen aan de Valkenisseweg 59 en 61 te Biggekerke reacreatie verhuurd mogen worden. Hierdoor is het noodzakelijk dat voor de landhuizen wordt geregeld dat die recreatief verhuurd mogen worden. Omdat dat specifiek geldt voor die twee landhuizen, is het gewenst dit op de verbeelding aan te geven. Op de verbeelding moet de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - landhuis' aangepast worden in 'specifieke vorm van wonen – recreatie-landhuis'. | De functieaanduiding 'specifieke vorm van wonen - landhuis' is vervangen voor de functieaanduiding 'specifieke vorm van wonen - recreatie-landhuis' op de percelen Valkenisseweg 59 en 61 te Biggekerke. | ||||||
Pompstation 1 t/m 8, Biggekerke | Daarnaast is in 1935 een bouwvergunning verleend voor het bouwen van een transformatorhuisje ten behoeve van het voormalige pompstation te Biggekerke. Het huisje is al jaren niet meer als zodanig in gebruik. Het is momenteel in gebruik als berging bij de woningen Pompstation 1 en 8. Voor het gebouw wordt een bouwvlak toegekend met de aanduiding 'specifieke vorm van natuur – bijgebouw'. | Ten behoeve van de berging is een bouwvlak toegekend met de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - bijgebouw'. |
3.4.7 Beleidsmatige wijzigingen
Artikel/ lidnummer | Overweging | Aanpassing | ||||||
Artikel 26 Waarde- Archeologie - 1 Artikel 27 Waarde- Archeologie - 2 Artikel 28 Waarde- Archeologie - 3 | In de regels zijn gelijkluidende bouwregels opgenomen onder de bestemmingen 'Waarde-Archeologie' (1, 2, 3). In artikel 26.2, sub c, van de planregels behorende bij de 5e herziening is - kort samengevat - bepaald dat het bepaalde onder b2 en b3 niet van toepassing is als het plan betrekking heeft op één of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken: (…).De intentie van sub c was dat een archeologische verklaring niet nodig is als het gaat om activiteiten of bouwwerken die worden opgesomd onder c. Door de wijze van formulering van sub c is echter altijd een archeologische verklaring nodig. Sub c stelt namelijk alleen dat b2 en b3 niet van toepassing is. B1 is dan nog altijd van toepassing. Om onnodige adviesaanvragen te voorkomen is dit aangepast in de regels. Daarnaast is in het belang van de archeologische waarden er voor gekozen dat ook bij een bouwwerk dat geplaatst kan worden zonder heiwerkzaamheden dit niet per definitie betekent dat er geen onderzoek moet plaatsvinden. | In artikel 26.2 sub c is toegevoegd "b1'"en is artikel 26.2 sub c.4 komen te vervallen. In artikel 27.2 sub c is toegevoegd "b1'" en is artikel 27.2 sub c.4 komen te vervallen. In artikel 28.2 sub c is toegevoegd"b1'" en is artikel 28.2 sub c.4 komen te vervallen. | ||||||
Artikel 29 Waarde- Archeologie - 4 | Voor een nadere toelichting hierop wordt verwezen naar 3.4.3 onder Artikel 29Waarde - Archeologie -4. | Ter plaatse van het Veerse Meer en de Noordzee is rekening gehouden met rijksinpassingsplan Net op zee IJmuiden Ver Alpha. Dit betekent dat de waarde niet is opgenomen voor de gronden waarvoor het inpassingsplan geldt. | ||||||
Zonnepanelen in het buitengebied | Naar aanleiding van de vraag naar het realiseren van zonnepanelen in het buitengebied is hiervoor een regeling opgenomen. | Er is een nieuw artikel "36.3 Zonnepanelen bijwoningen en landhuizen op maaiveldniveau" opgenomen luidende:” 36.3.1 Bouwregel Zonnepanelen bij een (bedrijfs)woning en/of landhuis ten behoeve van de opwekking van eigen elektriciteit zijn alleen toegestaan op daken van de gebouwen. 36.3.2 Afwijken van de bouwregels Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 36.3.1 voor het realiseren van zonnepanelen op maaiveld niveau met inachtneming van de volgende regels: a. alleen als daken op een bouwperceel niet geschikt zijn voor het plaatsen van zonnepanelen is het toegestaan om zonnepanelen op het maaiveld te plaatsen; b. plaatsing is alleen toegestaan ten behoeve van het eigen elektriciteitsverbruik; c. de maximale hoogte bedraagt 1.8 m; d. de zonnepanelen zijn niet zichtbaar vanaf de openbare weg; e. de plaatsing gaat gepaard met een goede landschappelijke inpassing waarbij: 1. een inrichtings- en beplantingsplan ter advisering voorgelegd aan de landschapsdeskundige van de gemeente; 2. inpassing plaatsvindt conform de Leidraad Landschappelijke inpassing zoals opgenomen in Bijlage 11; 3. de realisatie van een grondwal niet is toegestaan. |
Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid
4.1 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
Vooroverleg
Op grond van artikel 3.1.1 Bro is het concept ontwerp in vooroverleg gestuurd aan de volgende overlegpartners:
- Ministerie van Infrastructuur en Milieu;
- Rijkwaterstaat;
- Provincie Zeeland;
- Waterschap Scheldestromen;
- Veiligheidsregio Zeeland;
- ZLTO Walcheren;
- Stichting Strandexploitatie Veere;
- Dorpsraad Aagtekerke;
- Dorpsraad Biggekerke;
- Stadsraad Domburg;
- Dorpsraad Gapinge;
- Dorpsraad Grijpskerke;
- Dorpsraad Koudekerke
- Dorpsraad Meliskerke;
- Dorpsraad Oostkapelle;
- Dorpsraad Serooskerke;
- Stadsraad Veere;
- Dorpsraad Vrouwenpolder;
- Dorpsraad Westkapelle;
- Dorpsraad Zoutelande.
Overleg en ter visie legging
Het ontwerpbestemmingsplan is ter visie gelegd, waarop een ieder de gelegenheid heeft gehad een zienswijze in te dienen op het plan.
Reacties vooroverleg en tervisielegging
Op het plan zijn 29 zienswijzen ontvangen en 7 vooroverlegreacties ingediend. De samenvatting van deze zienswijzen en overlegreacties en de beantwoording hiervan is opgenomen in een zienswijzen rapport (zie bijlages 5 en 6). In deze nota is aangegeven of en zo ja, op welke wijze het ontwerpbestemmingsplan naar aanleiding van de ingediende reacties is gewijzigd.
Ambtshalve aanpassingen
Behalve de aanpassingen naar aanleiding van de zienswijzen is een aantal ambtshalve wijzigingen doorgevoerd. Deze wijzigingen zijn opgenomen in het zienswijzenrapport (bijlages 5 en 6).
Vaststelling
De gemeenteraad heeft overeenkomstig het voorstel van het college de aanpassingen naar aanleiding van de zienswijzen en de ambtshalve aanpassingen overgenomen en het bestemmingsplan dienovereenkomstig vastgesteld. Het raadsbesluit is terug te vinden in bijlage 5.
4.2 Financiële Uitvoerbaarheid
Het bestemmingsplan 6e herziening Buitengebied Veere is grotendeels consoliderend van aard, hieraan kleven geen financiële consequenties. Daar waar sprake is van nieuwe ontwikkelingen, is een exploitatieovereenkomst afgesloten, om de gemeentelijke kosten te dekken. Deze herziening betreft geen bouwplan(nen) in de zin van artikel 6.2.1 Besluit ruimtelijke ordening, een exploitatieplan is niet noodzakelijk.
Bijlage 1 Intensieve Veehouderijen
Bijlage 1 Intensieve veehouderijen
Bijlage 2 Bedrijven
Bijlage 3 Semi - Agrarische Bedrijven
Bijlage 3 Semi - agrarische bedrijven
Bijlage 4 Detailhandel
Bijlage 5 Horeca
Bijlage 6 Recreatie En Sport
Bijlage 7 Monumenten En Karakteristieke Panden
Bijlage 7 Monumenten en karakteristieke panden
Bijlage 8 Molens
Bijlage 9 Staat Van Bedrijfsactiviteiten
Bijlage 9 Staat van Bedrijfsactiviteiten
Bijlage 10 Staat Van Horeca-activiteiten
Bijlage 10 Staat van Horeca-activiteiten
Bijlage 11 Overzicht Van Streekeigen Beplanting
Bijlage 11 Overzicht van streekeigen beplanting
Bijlage 12 Leidraad Landschappelijke Inpassing
Bijlage 12 Leidraad Landschappelijke Inpassing
Bijlage 13 Lijst Nieuwe Economische Dragers
Bijlage 13 Lijst Nieuwe Economische Dragers
Bijlage 14 Lijst Nevenactiviteiten Strandpaviljoens
Bijlage 14 Lijst Nevenactiviteiten strandpaviljoens
Bijlage 15 Voorwaardelijke Verplichting Opslagloods Voor Agrarische Producten
Bijlage 15 Voorwaardelijke verplichting opslagloods voor agrarische producten
Bijlage 1 B&w Advies Kraaienestweg 1 Veere
Bijlage 1 B&W Advies Kraaienestweg 1 Veere
Bijlage 2 B&w Advies Gapingsedreef, Serooskerke
Bijlage 2 B&W Advies Gapingsedreef, Serooskerke
Bijlage 3 Ruimtelijke Onderbouwing Vrouwenpolderseweg 46-48 Vrouwenpolder
Bijlage 3 Ruimtelijke onderbouwing Vrouwenpolderseweg 46-48 Vrouwenpolder
Bijlage 4 Ruimtelijke Onderbouwing Strandweg 5 Koudekerke
Bijlage 4 Ruimtelijke onderbouwing Strandweg 5 Koudekerke
Bijlage 5 Raadsvoorstel En -Besluit
Bijlage 5 Raadsvoorstel en -besluit