Koppenhoefstraat 14
Bestemmingsplan - Gemeente Boxtel
Vastgesteld op 28-08-2012 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 het plan:
het bestemmingsplan 'Koppenhoefstraat 14' van de gemeente Boxtel;
1.2 bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0757.BP01Koppenhstr14-VST1 met de bijbehorende regels;
1.3 aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.4 bebouwing:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
1.5 bedrijf:
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis gebonden beroepen daaronder niet begrepen;
1.6 bedrijfsvloeroppervlak:
alle inpandige ruimte die voor de individuele bedrijfsuitvoering benodigd is. Dus de totale bedrijfsruimte, inclusief de niet direct met de bedrijfsactiviteit verband houdende ruimten, zoals kantines, toiletten, kantoor, magazijn, etc.;
1.7 bedrijfswoning:
één woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting ter plaatse noodzakelijk is, gelet op het feitelijk gebruik van het gebouw en/of terrein in overeenstemming met de bestemming;
1.8 bestaand:
- bij bebouwing: bebouwing zoals aanwezig op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan, dan wel mag worden gebouwd krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning;
- bij gebruik: gebruik zoals aanwezig op het tijdstip dat het plan rechtskracht heeft verkregen;
1.9 bestemmingsvlak:
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
1.10 bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
1.11 bouwgrens:
de grens van een bouwvlak;
1.12 bouwperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
1.13 bouwvlak:
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
1.14 bouwwerk:
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
1.15 brutovloeroppervlak:
de oppervlakte, gemeten op vloerniveau langs de buitenomtrek van de opgaande scheidingsconstructies, die de desbetreffende ruimte of groep van ruimten omhullen. Meten vindt plaats op basis van NEN 2580;
1.16 bijgebouw:
een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch en functioneel opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
1.17 detailhandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
1.18 evenement:
een geheel van tijdelijke activiteiten in gebouwen, tijdelijke tenten dan wel in de open lucht gericht op het bereiken van publiek, met een educatief, recreatief, sportief of sociaal karakter dan wel gericht op vermaak;
1.19 galerie:
tentoonstellings- en verkoopruimte voor kunstwerken, onder andere mobiel industrieel erfgoed, waarbij tevens vergaderruimtes/presentatieruimtes zijn toegestaan;
1.20 gebouw:
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.21 horeca:
het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken en/of het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie;
1.22 mobiel industrieel erfgoed:
klassieke en andere bijzondere auto's, motoren en tractoren;
1.23 museum:
gebouw waarin voorwerpen van kunst, waaronder mobiel industrieel erfgoed, of wetenschap worden tentoongesteld, inclusief galerie en magazijn/opslag;
1.24 ondersteunende detailhandel:
een detailhandelsvoorziening binnen een bestemming waarvan de hoofdfunctie een andere dan detailhandel is, die uitgeoefend mag worden ten behoeve van deze hoofdfunctie en ondergeschikt daaraan functiegebonden ondersteunende detailhandel mag uitoefenen, met dien verstande dat de verkoop van streekproducten is toegestaan;
1.25 ondersteunende horeca:
een horecavoorziening binnen een bestemming waarvan de hoofdfunctie een andere dan horeca is, die uitgeoefend mag worden ten behoeve van deze hoofdfunctie en ondergeschikt daaraan functiegebonden ondersteunende horeca mag uitoefenen;
1.26 ondergronds bouwwerk:
een (gedeelte van) een bouwwerk, waarvan de bovenkant van de vloer is gelegen op ten minste 2,6 m beneden peil;
1.27 overkapping:
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, omsloten door maximaal één wand en voorzien van een gesloten dak;
1.28 peil:
- voor gebouwen waarvan de toegang onmiddellijk aan de weg grenst: de hoogte van de kruin van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
- voor gebouwen in het talud van de dijk: de gemiddelde hoogte van het bestaande aansluitende afgewerkte maaiveld ter plaatse van de van de dijk afgekeerde zijde van het gebouw;
- in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het bestaande aansluitende afgewerkte maaiveld;
1.29 perceelgrens:
een grenslijn tussen bouwpercelen onderling;
1.30 prostitutie:
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
1.31 recreatie:
vrijetijdsbesteding die in hoofdzaak is gericht op natuur- en landschapsbeleving, zoals wandelen, trimmen, fietsen, paardrijden, vissen, zwemmen, roeien, kanoën etc.;
1.32 seksinrichting:
de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub, of een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
1.33 winkelverkoopvloeroppervlak:
De voor publiek toegankelijke, zichtbare, overdekte en ommuurde winkelruimte (dus excl. magazijn, kantoor, e.d.);
1.34 woning:
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden;
Artikel 2 Wijze Van Meten
2.1 Bij toepassing van de regels wordt als volgt gemeten:
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Cultuur En Ontspanning - Museum
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Cultuur en ontspanning - Museum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. een museum voor opstelling van klassieke en andere bijzondere auto's, motoren en tractoren;
met daaraan ondersteunend:
- b. reparatie van klassieke en andere bijzondere auto's, motoren en tractoren, met inachtneming van het bepaalde in 3.4.1;
- c. stallingsruimte van klassieke en andere bijzondere auto's, motoren en tractoren, met inachtneming van het bepaalde in 3.4.1;
- d. horecavoorzieningen die ten dienste staan van de in 3.1 sub a genoemde doeleinden en met inachtneming van het bepaalde in 3.4.1;
- e. detailhandelvoorzieningen die ten dienste staan van de in 3.1 sub a genoemde doeleinden en met inachtneming van het bepaalde in 3.4.1;
- f. kantoren, met inachtneming van het bepaalde in 3.4.1;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', tevens voor een bedrijfswoning;
- h. evenementen ten behoeve van de museumfunctie in gebouwen;
met daaraan ondergeschikt:
- i. een (dak)terras;
- j. speelvoorzieningen;
- k. wegen en paden;
- l. groenvoorzieningen;
- m. water;
- n. parkeervoorzieningen.
3.2 Bouwregels
3.3 Nadere eisen
3.4 Specifieke gebruiksregels
3.5 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 4 Leiding - Gas
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ' Leiding - Gas ' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor aardgastransportleidingen met de bijbehorende belemmerde strook
4.2 Voorrangsregeling
Indien strijd ontstaat tussen het belang van de bescherming van de leidingen als bedoeld in dit artikel en het bepaalde in de overige artikelen prevaleert de bestemming Leiding - Gas.
4.3 Bouwregels
Op de tot ' Leiding - Gas ' bestemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de gasleiding worden gebouwd waarbij de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen.
4.4 Afwijken van de bouwregels
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 4.3 en worden toegestaan dat wordt gebouwd ten dienste van de overige op deze gronden voorkomende bestemming(en), voor zover uit overleg met de leidingbeheerder blijkt dat daartegen uit hoofde van de bescherming van de aardgastransportleiding geen bezwaar bestaat.
4.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 5 Waarde - Archeologie - Categorie 3
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ' Waarde - Archeologie - Categorie 3 ' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de in de grond aanwezige of te verwachten archeologische waarden.
5.2 Bouwregels
5.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
5.4 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 6 Waarde - Waardevolle Vegetaties
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ' Waarde - Waardevolle vegetaties ' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud, het herstel en de ontwikkeling van gebied met vegetaties met natuurwaarden, waaronder begrepen de abiotische omstandigheden die het voorkomen van die vegetaties mogelijk maken, zoals bodem, reliëf en waterhuishouding.
6.2 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 7 Anti-dubbeltelbepaling
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 8 Algemene Gebruiksregels
Het is verboden de in de artikelen 3 t/m 6 bedoelde gronden en bouwwerken te gebruiken en/of te doen en/of laten gebruiken en/of in gebruik te geven op een wijze of tot een doel strijdig met de aan de grond gegeven bestemming, zoals die nader is aangeduid in de bestemmingsomschrijving.
Artikel 9 Algemene Afwijkingsregels
9.1 Afwijken
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
- a. de bij recht in de regels gegeven maatvoeringen, afmetingen, inhoudsmaten en percentages tot niet meer dan 10% van die maatvoeringen, afmetingen, inhoudsmaten en percentages, onder de voorwaarden dat deze afwijking niet geldt voor de maximale bebouwde oppervlakte van niet-agrarische bedrijven;
- b. de bestemmingsregels en toestaan dat het beloop of het profiel van waterlopen of wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien waterhuishoudkundige aspecten en/of de verkeersveiligheid en/of -intensiteit daartoe aanleiding geven;
- c. de bestemmingsregels met het oog op de aanpassing aan de werkelijke afmetingen van het terrein, onder de voorwaarden dat de structuur van het plan niet wordt aangetast, de belangen van derden in redelijkheid niet worden geschaad en de afwijking gewenst en noodzakelijk wordt geacht voor de technisch betere realisering van de bestemmingen of bouwwerken;
- d. de bestemmingsregels en toestaan dat bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden opgericht met een bouwhoogte van niet meer dan 10 m, met dien verstande dat deze afwijking niet geldt voor terrein- en erfafscheidingen;
- e. de bestemmingsregels en toestaan dat de grenzen van het bouw- c.q.-bestemmingsvlak naar de buitenzijde worden overschreden door:
- 1. plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen en schoorstenen;
- 2. gevel- en kroonlijsten en overstekende daken;
- 3. (hoek)erkers over maximaal de halve gevelbreedte, ingangspartijen, luifels, balkons en galerijen, onder de voorwaarde dat de bestemmingsvlakgrens met niet meer dan 1,50 m wordt overschreden;
- f. het bepaalde ten aanzien van de maximale bouwhoogte van gebouwen en toestaan dat de bouwhoogte van de gebouwen wordt vergroot ten behoeve van plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftkokers, luchtwassers en lichtkappen;
- g. de bestemmingsregels ten behoeve van jaarlijkse evenementen, festiviteiten en/of manifestaties.
9.2 Afwegingskader
De in 9.1 onder a tot en met g bedoelde vergunning wordt slechts verleend, onder de voorwaarden dat geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:
- a. het straat- en bebouwingsbeeld;
- b. de woonsituatie;
- c. de milieusituatie;
- d. de verkeersveiligheid;
- e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
Artikel 10 Algemene Procedureregels
10.1 Nadere eisen
Bij het stellen van nadere eisen wordt de volgende procedure gevolgd:
- a. het voornemen tot het stellen van nadere eisen ligt met bijbehorende stukken gedurende twee weken op het gemeentehuis ter inzage;
- b. de terinzagelegging wordt vooraf bekend gemaakt in één of meer dag- of nieuwsbladen, die in de gemeente worden verspreid, en voorts op electronische wijze;
- c. de bekendmaking houdt mededeling in dat belanghebbenden schriftelijk of electronisch hun zienswijzen kunnen indienen gedurende de onder a genoemde termijn;
- d. degenen die tijdig hun zienswijzen schriftelijk of electronisch hebben ingediend worden in de gelegenheid gesteld hun zienswijzen mondeling nader toe te lichten;
- e. burgemeester en wethouders delen aan hen die zienswijzen hebben ingediend de beslissing daaromtrent mede.
Artikel 11 Overige Regels
11.1 Werking wettelijke regelingen
De wettelijke regelingen waarnaar in de regels van dit plan wordt verwezen, gelden zoals deze luiden op het moment van vaststelling van het plan.
11.2 Prioriteit van (dubbel)bestemmingen
- a. waar een enkelbestemming samenvalt met een dubbelbestemming geldt primair het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming;
- b. waar dubbelbestemmingen samenvallen gelden:
- 1. in de eerste plaats de regels van de bestemming 'Leiding - Gas';
- 2. in de tweede plaats de regels van de bestemming 'Waarde - Archeologie - Categorie 3';
- 3. in de derde plaats de regels van de bestemming 'Waarde -Waardevolle vegetaties'.
11.3 Uitsluiten aanvullende werking Bouwverordening
De regels van de Bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van stedenbouwkundige aard blijven overeenkomstig het gestelde in artikel 9 lid 2 van de Woningwet buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen:
- a. de richtlijnen voor het verlenen van ontheffing van de stedenbouwkundige bepalingen;
- b. de bereikbaarheid van gebouwen voor wegverkeer;
- c. de bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten;
- d. het bouwen bij hoogspanningsleidingen en ondergrondse hoofdtransportleidingen;
- e. de parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden, en
- f. de ruimte tussen bouwwerken.
11.4 Strafbepaling
Overtreding van het bepaalde in artikelen 4 t/m 6 en 8 is een economisch delict in de zin van artikel 1a, sub 2° van de Wet op de economische delicten en als zodanig strafbaar op grond van deze wet.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 12 Overgangsrecht
12.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het onder a gesteld een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het onder a gestelde met maximaal 10%.
- c. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
12.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het bepaalde in sub a te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op het gebruik, dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 13 Slotregel
Deze regels kunnen worden aangehaald onder de titel:
Regels van het bestemmingsplan 'Koppenhoefstraat 14'.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van.
.........................
De voorzitter, De griffier,
................... .....................
Bijlage 1 Geur
Bijlage 2 Onderzoek Externe Veiligheid
Bijlage 2 Onderzoek externe veiligheid
Bijlage 3 Onderzoek Luchtkwaliteit
Bijlage 3 Onderzoek luchtkwaliteit
Bijlage 4 Akoestisch Onderzoek Wegverkeer
Bijlage 4 Akoestisch onderzoek wegverkeer
Bijlage 5 Verkeersonderzoek Classic Park
Bijlage 5 Verkeersonderzoek classic park