KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Artikel 2 Wijze Van Meten
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Groen
Artikel 4 Maatschappelijk
Artikel 5 Waarde - Archeologie
Artikel 6 Waarde - Landschap
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 7 Antidubbeltelregel
Artikel 8 Algemene Bouwregels
Artikel 9 Algemene Afwijkingsregels
Artikel 10 Algemene Wijzigingsregels
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 11 Overgangsrecht
Artikel 12 Slotregel
Hoofdstuk 1 Het Plan
1.1 Aanleiding En Doel Bestemmingsplan
1.2 Huidige Situatie En Omgeving
1.3 Beoogde Ontwikkeling
1.4 Planologische Afweging
Hoofdstuk 2 Afweging Beleid En Sectorale Aspecten
2.1 Inleiding
2.2 Beleid
2.3 Parkeren En Verkeer
2.4 Bedrijven En Milieuhinder
2.5 Overige Aspecten
Hoofdstuk 3 Toelichting Op De Bestemmingsregeling
3.1 Inleiding
3.2 Gehanteerde Bestemmingen
3.3 Wijzigingen Ten Opzichte Van Eerder Besluit
Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid
4.1 Financiële Uitvoerbaarheid
4.2 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
Bijlage 1 Toetsing Beleidskader
Bijlage 2 Toetsing Aan Sectorale Aspecten
Bijlage 3 Uitspraak Raad Van State
Bijlage 4 Onderzoek Parkeerdruk
Bijlage 5 Akoestisch Onderzoek
Bijlage 6 Nota Zienswijzen

Oude Kerk

Bestemmingsplan - Gemeente Dongen

Vastgesteld op 25-09-2014 - geheel onherroepelijk in werking

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan:

het bestemmingsplan Oude Kerk van de gemeente Dongen.

1.2 bestemmingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0766.BP2013000016-VG02 met de bijbehorende regels en eventuele bijlagen.

1.3 aanduiding:

een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.

1.4 aanduidingsgrens:

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.

1.5 archeologisch deskundige:

een door het bevoegd gezag aan te wijzen onafhankelijke en als zodanig geregistreerde deskundige op het gebied van archeologisch onderzoek, in het bezit van een opgravingsbevoegdheid.

1.6 archeologisch onderzoek:

onderzoek verricht door of namens een dienst of instelling die over een opgravingsvergunning beschikt.

1.7 archeologische waarde:

de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden.

1.8 bebouwing:

één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.

1.9 bedrijfsvloeroppervlakte:

de totale oppervlakte van de voor bedrijfsuitoefening benodigde bedrijfsruimte, inclusief de verkoopvloeroppervlakte, opslag- en administratieruimten en dergelijke.

1.10 bestemmingsgrens:

de grens van een bestemmingsvlak.

1.11 bestemmingsvlak:

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.

1.12 bevoegd gezag:

bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

1.13 bouwen:

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.

1.14 bouwperceel:

een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.

1.15 bouwperceelgrens:

een grens van een bouwperceel.

1.16 bouwvlak:

een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.

1.17 bouwwerk:

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.

1.18 evenement:

gebeurtenis, gericht op een breed publiek, met betrekking tot kunst, sport, ontspanning en cultuur, die qua aard en omvang vergelijkbaar is met een welzijns-, hobby- of kerstmarkt of een culturele uitvoering.

1.19 gebouw:

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

1.20 hoofdgebouw:

een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie, afmetingen of functie als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken en waarin de hoofdfunctie ingevolge de bestemming is of wordt ondergebracht.

1.21 vloeroppervlakte:

de totale oppervlakte van hoofdgebouwen en aan- en bijgebouwen op de begane grond.

Artikel 2 Wijze Van Meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

2.1 de bouwhoogte van een bouwwerk:

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.

2.2 de goothoogte van een bouwwerk:

vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.

2.3 peil:

  1. a. voor een gebouw, waarvan de hoofdtoegang grenst aan de weg: de hoogte van de kruin van de weg;
  2. b. voor andere gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde: de gemiddelde hoogte van het afgewerkte terrein ter plaatse van de bouw.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Groen

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. Beplantingen.
  2. b. Water, waterberging en overige voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding in het plangebied, zoals waterinfiltratie en -transportvoorzieningen en ondergrondse bergbezinkbassins.
  3. c. Ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats': tevens voor een begraafplaats.
  4. d. Functies ten dienste van de aangrenzende bestemming.
  5. e. Bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals voet- en fietspaden, bermen en bermsloten, speelvoorzieningen, nutsvoorzieningen, voorwerpen van beeldende kunst of kunstuitingen en gedenktekens.

3.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

  1. a. Op deze gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
    1. 1. gebouwen voor nutsvoorzieningen;
    2. 2. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
  2. b. De oppervlakte van een gebouw bedraagt ten hoogste 15 m².
  3. c. De bouwhoogte van een gebouw bedraagt ten hoogste 3 m.
  4. d. De bouwhoogte van speelvoorzieningen, voorwerpen van beeldende kunst of kunstuitingen en gedenktekens bedraagt ten hoogste 6 m.
  5. e. De bouwhoogte van lichtmasten, vlaggenmasten en antennes bedraagt ten hoogste 10 m.
  6. f. De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 2 m.

Artikel 4 Maatschappelijk

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. Bibliotheken, gezondheidszorg, jeugd- en kinderopvang, onderwijs, openbare dienstverlening en verenigingsleven.
  2. b. Religieuze en levensbeschouwelijke activiteiten en bijeenkomsten.
  3. c. Zalenverhuur, inclusief gebruik ten behoeve van recepties, evenementen, concerten en dergelijke.
  4. d. Ter plaatse van de aanduiding 'kantoor': tevens kantoren.
  5. e. Bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, water en zend- en ontvangstinstallaties voor telecommunicatie.

4.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

4.3 Specifieke gebruiksregels

  1. a. Het gebruik van versterkt muziekgeluid in het ruïnedeel is niet toegestaan.
  2. b. Het gebruik als bedoeld onder 4.1 lid c is uitsluitend toegestaan tot 23.00 uur.
  3. c. Het gebruik ten behoeve van een (drive in) discotheek, bar-dancing, nachtclub en een met het voorgaande vergelijkbaar gebruik is niet toegestaan.
  4. d. Het gebruik als bedoeld onder 4.1 lid c door meer dan 150 personen is niet toegestaan.
  5. e. Het gebruik ten behoeve van evenementen zonder versterkte muziek is maximaal 12 keer per jaar toegestaan.

4.4 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan ten behoeve van de activiteiten als bedoeld in 4.1. lid c maximaal 12 keer per jaar, met een maximum van 2 evenementen per maand, afwijken van de bepalingen onder 4.3, indien is aangetoond dat de omgeving hiervan geen (geluids)hinder ondervindt. Onder geluidshinder wordt verstaan: een geluidsbelasting op de omliggende woningen van meer dan 65 dB(A) in de periode 07.00 uur tot 19.00 uur, van meer dan 60 dB(A) in de periode 19.00 uur tot 23.00 uur en van meer dan 40 dB(A) in de periode 23.00 uur tot 07.00 uur, waarbij geen muziekcorrectie wordt toegepast.

Artikel 5 Waarde - Archeologie

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.

5.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

  1. a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in lid genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 2 m;
  2. b. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien:
    1. 1. de aanvrager van de omgevingsvergunning voor het bouwen een rapport heeft overgelegd waarin de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate is vastgesteld;
    2. 2. de betrokken archeologische waarden, gelet op dit rapport, door de bouwactiviteiten niet worden geschaad of mogelijke schade kan worden voorkomen door aan de omgevingsvergunning voor het bouwen voorschriften en beperkingen te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem, het doen van opgravingen dan wel het begeleiden van de bouwactiviteiten door een archeologische deskundige;
  3. c. het bepaalde in dit lid onder b.1 en b.2 is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op één of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
    1. 1. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering;
    2. 2. een bouwwerk met een oppervlakte van ten hoogste 100 m²;
    3. 3. een bouwwerk dat zonder graafwerkzaamheden dieper dan 50 cm en zonder heiwerkzaamheden kan worden geplaatst.

5.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

5.4 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen door de bestemming Waarde-Archeologie geheel of gedeeltelijk verwijderen, indien:

  1. a. Uit nader archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn.
  2. b. Het op grond van nader archeologisch onderzoek niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarden voorziet.
  3. c. Alvorens omtrent wijziging te beslissen winnen burgemeester en wethouders hierover schriftelijk advies in van een archeologisch deskundige.

Artikel 6 Waarde - Landschap

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde-Landschap' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van landschapswaarden.

6.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

  1. a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in lid 6.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 2 m;
  2. b. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien aanwezige landschapswaarden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor herstel van die waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.

6.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Hoofdstuk 3 Algemene Regels

Artikel 7 Antidubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 8 Algemene Bouwregels

8.1 Overschrijding bouwgrenzen

De bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen in afwijking van aanduidingsgrenzen, aanduidingen en bestemmingsregels worden overschreden door:

  1. a. Tot gebouwen behorende stoepen, stoeptreden, trappen(huizen), galerijen, hellingbanen, funderingen, balkons, entreeportalen, veranda's en afdaken, mits de overschrijding ten hoogste 2,5 m bedraagt.
  2. b. Andere ondergeschikte onderdelen van gebouwen, mits de overschrijding ten hoogste 1,5 m bedraagt.

8.2 Bestaande maten en andere maten

Artikel 9 Algemene Afwijkingsregels

Het bevoegd gezag kan - tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds afwijking mogelijk is - bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels voor:

  1. a. Afwijkingen van maten (waaronder percentages) met ten hoogste 10%.
  2. b. Overschrijding van bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; de overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 m bedragen en het bouwvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.
  3. c. Omgevingsvergunning wordt niet verleend, indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

Artikel 10 Algemene Wijzigingsregels

10.1 Overschrijding bestemmingsgrenzen

Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.

Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels

Artikel 11 Overgangsrecht

11.1 Overgangsrecht bouwwerken

Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:

  1. a. een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
    1. 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. 2. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan;
  2. b. het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van dit lid onder a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in dit lid onder a met maximaal 10%;
  3. c. dit lid onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

11.2 Overgangsrecht gebruik

Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:

  1. a. het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;
  2. b. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in dit lid onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;
  3. c. indien het gebruik, bedoeld in dit lid onder a, na het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;
  4. d. dit lid onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 12 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: 'Regels van het bestemmingsplan Oude Kerk'.

Hoofdstuk 1 Het Plan

1.1 Aanleiding En Doel Bestemmingsplan

De Oude Kerk aan de Kerkstraat in Dongen is gedeeltelijk in gebruik als kerk. Het gedeelte van de kerk dat een ruïnekerk is, wordt op dit moment niet gebruikt. De eigenaar wil een breed scala aan maatschappelijke, commerciële en culturele activiteiten gaan exploiteren in de gehele kerk.

Voor het plangebied geldt op dit moment het bestemmingsplan Zuid en West Dongen, dat op 30 september 2010 is vastgesteld door de gemeenteraad van Dongen. In figuur 1.1 is een uitsnede van de plankaart van dit bestemmingsplan opgenomen. In dit bestemmingsplan heeft de kerk de bestemming Maatschappelijk, waarmee een aantal verschillende maatschappelijke voorzieningen mogelijk worden gemaakt: bibliotheken, gezondheidszorg, jeugd- en kinderopvang, onderwijs, openbare dienstverlening, verenigingsleven, religieuze en levensbeschouwelijke activiteiten en bijeenkomsten. De beoogde activiteiten zijn niet mogelijk binnen deze bestemming. Om de beoogde ontwikkeling juridisch-planologisch mogelijk te maken is voorliggend bestemmingsplan opgesteld. Overigens is in de transepten (zijbeuken) de aanduiding voor kantoren opgenomen. Deze blijft gehandhaafd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0766.BP2013000016-VG02_0001.png"

Figuur 1.1 Uitsnede vigerend bestmmingsplan Zuid en West Dongen

Uitspraak Raad van State

Op 27 juni 2013 heeft de gemeenteraad het bestemmingsplan Oude Kerk vastgesteld. Dit bestemmingsplan voorzag reeds in een verbreding van het gebruik van de Oude Kerk. Een breed scale aan maatschappelijke, commerciële en culturele activiteiten waren reeds in dit bestemmingsplan mogelijk gemaakt. Tegen het vaststellingsbesluit is beroep ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (RvS). Op 14 mei 2014 heeft de RvS in een tussenuitspraak (zie bijlage 3) bepaald dat het besluit op een aantal punten gebreken vertoont. De RvS heeft de gemeenteraad opgedragen om de geconstateerde gebreken te herstellen.

Als gevolg van de uitspraak is nader onderzoek verricht naar de aspecten geluid en parkeren. Uit deze onderzoeken is naar voren gekomen dat deze aspecten een verbreding van het gebruik van de Oude Kerk niet in de weg staan, mits er een (beperkte) aanpassing in de regels plaatsvindt. Deze aanpassingen van de regels zijn nader toegelicht in paragraaf 3.3. De resultaten van de nadere onderzoeken zijn opgenomen in hoofdstuk 2.

Voor de volledigheid zijn de wijzigingen ten opzichte van het vorige vastgestelde plan geel gemarkeerd in de tekst.

1.2 Huidige Situatie En Omgeving

Ontstaan Dongen

Dongen is rond 800 ontstaan als nederzettingen langs de Donge en het daaromheen liggende moerassig gebied. Rond de Kerkstraat en de Heuvel is op uitlopers van de Drunense Duinen de eerste bebouwing ontstaan. In het begin maakte het dorp geen grote ontwikkeling door en in de 17e eeuw is het dorp grotendeels platgebrand. Door de opkomst van de leer- en schoenenindustrie is Dongen verder ontwikkeld. Hierdoor kwam ook woningbouw verder op gang. In de huidige situatie is het merendeel van de industriële activiteiten uit Dongen verdwenen. Na de oorlog is Dongen verder ontwikkeld tot haar hedendaagse vorm.

Analyse omgeving

De Kerkstraat, waaraan de Oude Kerk is gelegen, is één van de karakteristieke oorspronkelijke bebouwingslinten dat nog steeds duidelijk herkenbaar is. In vergelijking tot de andere historische linten is het bebouwingsbeeld van de Kerkstraat functioneel gemengd, dichter en gevarieerder. Door de omvangrijke uitbreidingen aan de oost- en westzijde van het dorp is de relatie met de rivier en de omringende landbouwgronden grotendeels verdwenen.

De Kerkstraat onderscheidt zich daarbij door de kinderkopjes als bestrating, historische gevels en aanwezige platanen als cultuurhistorisch karakteristiek element. De Oude Kerk vormt hierbij een beeldbepalend element binnen het plangebied, vanwege de cultuurhistorische waarde, de positionering en de gevarieerde bouwkundige staat.

De gronden in het plangebied rondom de kerk zijn aangemerkt als onderdeel van het landschappelijk waardevol gebied langs de gehele Kerkstraat. De bescherming van de landschappelijke waarde is in het bestemmingsplan Zuid en West Dongen reeds aangegeven. Het bestemmingsplan ziet erop toe de landschappelijke waarden te waarborgen.

Huidige situatie

Een gedeelte van de Oude Kerk is een ruïnekerk. In figuur 1.2 is de ligging van de kerk aangegeven. Zowel de kerk als de toren zijn aangewezen als Rijksmonument (monumentennummers 13220 en 13221).

afbeelding "i_NL.IMRO.0766.BP2013000016-VG02_0002.jpg"

Figuur 1.2 Ligging Oude Kerk in Dongen

Het gedeelte van de Oude Kerk dat geen ruïne is, wordt in de huidige situatie gebruikt als kerk. Het betreft hier het koor met de viering en de transepten. De toren (zie figuur 1.3) verkeert nog in goede staat.

afbeelding "i_NL.IMRO.0766.BP2013000016-VG02_0003.png"

Figuur 1.3 Aanzicht Oude Kerk

Huidige gebouw

Op de locatie van de Oude Kerk is in de 14e eeuw een kapel gebouwd. In de loop der eeuwen is dit uitgebouwd tot de huidige kerk. In het begin van de 19e eeuw wordt de kerk gerestaureerd en in gebruik genomen voor onder meer een politiebureau en archief. Halverwege de 19e eeuw wordt de kerk opnieuw gerestaureerd en wordt tussen het schip en het koor een muur gemetseld. Daarna wordt uitsluitend het koorgedeelte gebruikt voor kerkdiensten. In 1922 wordt de kerk, mede vanwege de bouwvalligheid verlaten. Door een storm stort in 1928 het dak van de kerk in, waardoor de kerk nog meer in verval raakt. In het begin van de jaren '30 van de vorige eeuw worden het priesterkoor en de dwarsbeuken herbouwd. Het middenschip bleef in ruineuze staat. De huidige kerk ziet er in grote lijnen nog hetzelfde uit als na deze restauratie. Het middenschip met de beide zijbeuken is op dit moment een ruïne, zoals uit figuur 1.4 blijkt is het dak van dit gedeelte verdwenen. De muren en de kolommen staan nog overeind. De ramen in de buitenmuren zijn nog steeds behouden.

afbeelding "i_NL.IMRO.0766.BP2013000016-VG02_0004.jpg"afbeelding "i_NL.IMRO.0766.BP2013000016-VG02_0005.jpg"

Figuur 1.4 Ruïnedeel van de kerk

1.3 Beoogde Ontwikkeling

Restauratie oude kerk

In 2007 is door Stichting 'De Oude Kerk' een plan gemaakt om de kerk multifunctioneel te kunnen gebruiken, om zo de ruïne te kunnen behouden. De plannen worden door de provincie Noord-Brabant en de gemeente Dongen gesubsidieerd. Met diverse herstelwerkzaamheden is reeds gestart. Dit zijn werkzaamheden die eveneens mogelijk zijn binnen het vigerende bestemmingsplan.

Het betreft hier diverse werkzaamheden aan het koor en de transepten, zoals het herstel van het voegwerk en herstel van glas in lood. Aan de ruïne-zijde worden goten en leien aangebracht en worden veiligheidsmaatregelen getroffen om verder verval tegen te gaan: muren worden opgemetseld en afgedekt met een betonbalk, muren worden schoongemaakt en behandeld met een steenversteviger. Binnen de muren wordt bestrating aangebracht en worden voorzieningen gemaakt ten behoeve van het gebruik (elektra, riolering). In figuur 1.5 is een plattegrond van de gehele kerk opgenomen. Op 25 mei 2012 is de gerestaureerde kerk geopend.

Nieuwe functie

Om de gerestaureerde kerk te kunnen exploiteren is een breed scala aan activiteiten voorzien. Voor deze activiteiten worden zowel het kerkgedeelte als het ruïnegedeelte gebruikt. De activiteiten die zijn beoogd, betreffen maatschappelijke, commerciële en culturele activiteiten. Te denken valt aan symposia, muziek en zanguitvoeringen, presentaties en lezingen, toneel, dans, tentoonstellingen, openlucht voorstellingen etc. Hiervoor kunnen zowel het kerkgedeelte als het ruïnegedeelte worden gebruikt. Aangezien het ruïnedeel niet wordt overdekt, betreft het hier activiteiten in de open lucht. Het gedeelte in de kerk is ongeveer 325 m2, het onoverdekte gedeelte is circa 350 m2. Het geheel heeft twee ingangen: de bestaande ingang in de hoek van het koor en de noordelijke transept en een ingang aan de zuidzijde van de zijbeuk. In onderstaande tabel is aangegeven welke functies voorzien zijn. Het gedeelte ten zuiden van de ingang bij de zuidelijke zijbeuk kan eveneens worden gebruikt voor buitenactiviteiten (buiten ruimte in de tabel).

In het vigerende bestemmingsplan is voor de zijbeuken aangegeven dat ter plaatse eveneens kantoren zijn toegestaan. Hoewel hiervoor nu geen concrete plannen zijn, blijft deze functie wel gehandhaafd. Op deze manier kan worden aangesloten bij een eventuele vraag, indien een kantoor (dat aansluit bij de activiteiten in de kerk) zich hier wil vestigen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0766.BP2013000016-VG02_0006.jpg"

Figuur 1.5 Plattegrond Oude Kerk

Tabel 1.1 Voorziene functies in Oude Kerk

Kerkdeel Ruïne Buiten ruimte
Trouwlocatie (gemeentelijk en kerkelijk) x
Uitvaartbijeenkomst (alle gezindten) x
Recepties (huwelijk, jubileum, zakelijk) x
Concerten, klassieke en moderne muziek x x
Theater voor toneel en dans x x
Lezingen en presentaties x
Exposities x x
Kunstmanifestatie x x x
Welzijnsmarkt x x x
Hobbymarkt x x x
Kerstmarkt x x
Locatie voor de zomerspelen x x
Locatie voor TV- en filmopnamen x x x
Symposia x x
Bedrijfspresentaties x x
Evenementen x x x
Atledo "Dwars door Dongen" x x
Toeristische functie x x x

1.4 Planologische Afweging

De gemeente is van mening dat de beoogde functie passend is voor het gebouw. Op deze manier wordt ervoor gezorgd dat een cultuurhistorisch waardevol gebouw dat aangewezen is als rijksmonument binnen Dongen behouden blijft. Aangezien de Oude Kerk ligt in het gemengde gebied van de Kerkstraat, waar verschillende functies aanwezig zijn, is de functie eveneens passend binnen de omgeving.

Hoofdstuk 2 Afweging Beleid En Sectorale Aspecten

2.1 Inleiding

In dit hoofdstuk wordt de voorliggende ontwikkeling beoordeeld op basis van het geldende beleidskader en sectorale aspecten. Voor die aspecten die niet van toepassing zijn op dit plan of waarvan blijkt dat ze de uitvoering van het project niet in de weg staan wordt verwezen naar bijlage 1 en 2. Hierin is aangegeven op welke onderdelen de ontwikkeling is getoetst. Verschillende onderdelen staan uitgebreider omschreven in de bijlagen. Aspecten die wel invloed hebben, zijn hierna beschreven.

2.2 Beleid

Voor een kleine ontwikkeling als deze is vooral het gemeentelijk beleid van toepassing. Alhoewel de ontwikkeling in strijd is met het vigerend bestemmingsplan, past deze wel in het gemeentelijk beleid om het cultuurhistorisch waardevolle element van de Oude Kerk als landmark te behouden. In bijlage 1 is de toetsing aan het beleid samengevat.

2.3 Parkeren En Verkeer

Parkeren

Op basis van de normen van het CROW, kan geraamd worden wat de parkeerbehoefte is van de verschillende activiteiten die in de Oude Kerk worden georganiseerd. Voor de bepaling hiervan is het bvo van belang. Bij de bepaling van het bvo dient rekening te worden gehouden met de oppervlakte in gebouwen. Bij de bepaling van de parkeerbehoefte wordt in dit geval eveneens rekening gehouden met de ruimte die wordt gebruikt in het ruïnegedeelte, in het kader van een worst-case benadering. Dit gedeelte zal immers ook gebruikt worden. De oppervlakte van de totale kerk bedraagt circa 675 m2.

Voor de bepaling van de parkeerbehoefte wordt uitgegaan van drie soorten functies: cultureel centrum, zalenverhuur en religieus centrum/kerk. Per functie wordt hierna de parkeerbehoefte bepaald.

  • De parkeerbehoefte van een cultureel centrum bedraagt op basis van de CROW 3 parkeerplaatsen per 100 m2 bvo. Dit betekent dat de parkeerbehoefte 21 parkeerplaatsen bedraagt.
  • Een zalencentrum is niet opgenomen in de lijst met functies van het CROW. De functie die hier het dichtst bij in de buurt komt is een discotheek. Voor deze functie geldt een parkeerbehoefte van 6 parkeerplaatsen per 100 m2 bvo, wat neerkomt op 41 parkeerplaatsen.
  • Voor een kerk geldt een parkeerbehoefte, waarbij moet worden uitgegaan van het aantal zitplaatsen in de kerk. Het parkeerkencijfer bedraagt 0,1 tot 0,2 parkeerplaatsen per zitplaats. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt naar de reguliere wekelijkse kerkdiensten en de bijzondere diensten (Kerstmis, Pasen en bij huwelijks- en uitvaartdiensten. Bij de regulieren diensten is er sprake van maximaal 150 personen, bij bijzondere diensten van maximaal 250 personen. Dit betekent bij normale diensten een parkeerbehoefte maximaal 30 parkeerplaatsen en bij bijzondere diensten maximaal 50 parkeerplaatsen.

Rekening moet worden gehouden met een maximale parkeerbehoefte van 50 parkeerplaatsen. In de meeste gevallen is er sprake van een veel lagere parkeerbehoefte. Dit komt ongeveer overeen met de huidige parkeerbehoefte van de kerk. In de huidige situatie zijn hierover geen problemen bekend. Er kan echter sprake zijn van een combinatie van evenementen (kerkdienst en een evenement buiten), waardoor een hogere parkeerbehoefte mogelijk is.

In de omgeving van de Oude Kerk zijn op verschillende locaties parkeerplaatsen beschikbaar in het openbaar gebied. Om na te gaan of er voldoende parkeerplaatsen beschikbaar zijn voor de parkeervraag die optreedt als gevolg van de verbreding van de functie van de Oude Kerk, is een nader onderzoek uitgevoerd naar de parkeerdruk (zie bijlage 4). Hierbij is een onderscheid gemaakt naar een zone van 100 m rondom de Oude Kerk en naar 200 m rondom de Oude Kerk, waarin de parkeercapaciteit is geïnventariseerd. Uit dit onderzoek blijkt dat in alle gevallen binnen een straal van 200 m voldoende parkeergelegenheid is om de parkeervraag van de Oude Kerk op te vangen.

De parkeercapaciteit in het gebied binnen een straal van 100 meter rondom de Oude Kerk kent een tekort op werkdagavonden, zaterdagavonden en zondagochtenden indien er een evenement plaatsvindt waarbij een parkeerbehoefte optreedt ter grootte van het maximale kencijfer voor evenementen van 11 parkeerplaatsen per 100 m². Dat zal over het algemeen aan de orde zijn bij evenementen met een regionaal karakter. Bij evenementen met een lokaal karakter is de parkeerbehoefte lager en is net als bij het gebruik als religiegebouw of cultureel centrum binnen 100 meter voldoende parkeerruimte.

Gezien het karakter van de evenementen die binnen de Oude Kerk georganiseerd kunnen worden (met een maximaal aantal toelaatbare bezoekers van 150 binnen het ruïnegedeelte) vindt een maximale parkeerbehoefte als gevolg van de ontwikkeling alleen in uitzonderlijke situaties plaats. In dit soort situaties worden grotere loopafstanden tussen parkeervoorzieningen en bestemmingen geaccepteerd. Het onderzoek toont aan dat op een relatief korte afstand (binnen een straal van 200 m) voldoende parkeercapaciteit aanwezig is om de parkeerbehoefte geheel op te kunnen vangen.

Op het beoogde overloopterrein aan het Wilhelminaplein (gelegen op minder dan 600 meter van de Oude Kerk) is tevens nog meer restcapaciteit aanwezig. Mocht daar aanleiding voor zijn, dan kan ook naar deze parkeervoorziening worden verwezen. Op basis van het onderzoek is dat echter in geen van de gevallen noodzakelijk: de parkeerbehoefte kan in voldoende mate binnen 200 meter van de locatie worden opgevangen.

Verkeer

De locatie wordt ontsloten via de Kerkstraat, de Julianastraat en Kardinaal van Rossumstraat. De totale verkeersgeneratie is afhankelijk van de activiteit die in de Oude Kerk wordt georganiseerd. Hiervoor wordt aangesloten bij verschillende activiteiten die in publicatie 272 van het CROW worden benoemd. Wanneer dit niet mogelijk is, dient het aantal parkeerplaatsen als basis. Hierbij is het uitgangspunt dat per keer dat een parkeerplaats wordt gebruikt twee verkeersbewegingen worden gegenereerd. Indien wordt uitgegaan van een maximale parkeerbehoefte van 41 parkeerplaatsen en van het feit dat elke parkeerplaats twee keer per dag wordt gebruikt, geldt een verkeersaantrekkende werking van 160-170 motorvoertuigen per etmaal. Dit is een zeer beperkte verkeersgeneratie, die naar verwachting goed is af te wikkelen door de omliggende wegen.

2.4 Bedrijven En Milieuhinder

Beleid en normstelling

In een bestemmingsplan dient rekening te worden gehouden met eventuele milieuhinder door bedrijfsactiviteiten. Uitgangspunt daarbij is dat bedrijven niet in hun bedrijfsvoering worden beperkt en dat ter plaatse van woningen sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Voor de afstemming tussen milieugevoelige en milieuhinderlijke functies wordt milieuzonering toegepast. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de VNG publicatie Bedrijven en Milieuzonering (editie 2009). In deze publicatie is een lijst opgenomen waarin de meest voorkomende bedrijven en bedrijfsactiviteiten zijn gerangschikt naar mate van milieubelasting. Voor elke bedrijfsactiviteit is de maximale richtafstand ten opzichte van milieugevoelige functies aangegeven op grond waarvan een categorie-indeling heeft plaats gevonden. De richtafstanden gelden ten opzichte van het omgevingstype 'rustige woonwijk'. Voor andere omgevingstypen dan een rustige woonwijk kunnen kleinere richtafstanden worden gehanteerd. Milieuzonering beperkt zich tot de milieuaspecten met een ruimtelijke dimensie: geluid, geur, gevaar en stof.

In gebieden waar functiemenging aanwezig is of wordt nagestreefd wordt de toelaatbaarheid van milieubelastende activiteiten niet bepaald aan de hand van richtafstanden. In deze gebieden wordt gebruik gemaakt van een indeling van activiteiten op basis van de toelaatbaarheid direct naast of onmiddellijk boven woonbebouwing. Voor de activiteiten waarvan is bepaald dat deze direct naast wonen mogelijk zijn is aangenomen dat een bouwkundige afscheiding voldoende is om het ontstaan van hinder te voorkomen.

Indien niet aan de richtafstanden kan worden voldaan dient door middel van specifiek onderzoek te worden aangetoond dat er sprake is van een goed woon- en leefklimaat.

Onderzoek

Omgevingstype

De omgeving van de Oude Kerk is te typeren als een rustig woongebied. Voor richtafstanden die worden gehanteerd, geldt dat deze zijn gebaseerd op de uitvoering van activiteiten in gebouwen, waarbij de isolerende werking van gebouwen wordt meegerekend. In dit geval vindt een deel van de activiteiten echter in de open lucht plaats, aangezien er sprake is van een ruïnekerk.

Richtafstanden milieuzonering

In de Oude Kerk wordt een combinatie van verschillende activiteiten mogelijk gemaakt. Deze hele combinatie van functies komt niet voor in de lijst met meest voorkomende bedrijven en bedrijfsactiviteiten. De verschillende functies zijn wel vergelijkbaar met verschillende bedrijfsactiviteiten die zijn opgenomen in de VNG-lijst. In onderstaande tabel is opgenomen welke activiteiten mogelijk worden gemaakt en met welke activiteiten in de VNG-lijst deze activiteit vergelijkbaar is. Voor de beoogde activiteiten die vallen onder de categorie evenementen (of markten) gelden geen richtafstanden, deze activiteiten zijn niet opgenomen in onderstaande tabel. Voor alle beoogde activiteiten geldt dat geluid het maatgevend milieuaspect is.

Tabel 2.1 Overzicht van de diverse beoogde activiteiten in de Oude Kerk

Activiteit Activiteit in VNG-lijst SBI-code Categorie Richtafstand rustige woonwijk Aspect
Religieuze activiteiten Kerkgebouw 9491 2 30 m Geluid
Expositie Museum 9101, 9102 1 10 m Geluid
Voorstellingen Theaters 9004 2 30 m Geluid
Zalenverhuur, recepties e.d. Discotheken, muziekcafé's 563 2 30 m Geluid
Verenigingsleven Buurt- en clubhuizen 94991 2 30 m Geluid

De omliggende woningen liggen op meer dan 30 m van de Oude Kerk. Gelet op deze afstand wordt op grond van de richtafstanden uit de VNG publicatie aangenomen dat ter plaatse van de omliggende woningen geen sprake is van onaanvaardbare milieuhinder. Dit geldt alleen voor de milieuhinder van activiteiten binnen het kerkdeel (die vallen onder het Activiteitenbesluit) en de milieuhinder als gevolg van de verkeersaantrekkende werking.

Akoestisch onderzoek

Voor de afstemming met de omgeving is van belang dat er sprake is van een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer. Op het ten gehore brengen van muziek in de buitenlucht is daarom het toetsingskader voor geluid uit het Activiteitenbesluit van toepassing. Om inzicht te geven in de geluidsituaties die kunnen voorkomen bij het gebruik van de Oude Kerk zoals dat in voorliggend bestemmingsplan mogelijk wordt gemaak, is een akoestisch onderzoek uitgevoerd. Dit onderzoek is opgenomen in bijlage 5. In dit onderzoek is inzichtelijk gemaakt wat de geluiduitstraling naar de woningen in de directe omgeving is, als gevolg van de voorgenomen acitiviteiten. Er zijn zowel akoestische berekeningen uitgevoerd voor activiteiten die vallen onder het toetsingskader voor geluid uit het Activiteitenbesluit als voor activiteiten die vallen onder de Evenementennota. Dat laatste betreft de open lucht activiteiten.

Het onderzoek maakt duidelijk wellke activiteiten zonder meer binnen de normstelling van het Activiteitenbesluit en het evenementenbeleid zijn toegestaan. Voor de overige activiteiten is ontheffing mogelijk. Het Activiteitenbesluit staat niet meer dan 12 keer per jaar een ontheffing toe en geeft daarmee al een beperking aan de mogelijke activiteiten binnen de Oude Kerk.

Voor de activiteiten die niet onder het Acitiviteitenbesluit vallen geldt dat in het kader van het de melding op grond van het Activiteitenbesluit geen toetsing van de geluidbelasting plaatsvindt. Om te voorkomen dat gebruik plaatsvindt (bij activiteiten in de open lucht) dat leidt tot milieuhinder, zijn in het voorliggende plan specifieke gebruiksregels opgenomen:

  • het gebruik van versterkt muziekgeluid is in het ruïnedeel niet toegestaan;
  • voor het gebruik van recepties, evenementen, concerten en dergelijke is bepaald dat deze activiteiten uitsluitend tot 23:00 uur zijn toegestaan, waarbij het maximale bezoekersaantal is gesteld op 150 personen;
  • het gebruik ten behoeve van evenementen zonder versterkte muziek is maximaal 12 keer per jaar toegestaan.

Voorts is bepaald dat het gebruik ten behoeve van een (drive in) discotheek, bar-dancing, nachtclub en een met het voorgaande vergelijkbaar gebruik niet is toegestaan. Deze functies zijn niet gewenst op deze locatie (en daarom overigens ook niet onderzocht).

Deze criteria zijn opgesteld op basis van algemene kenmerken waarmee is gerekend in het akoestisch onderzoek. Het kan echter zijn dat bepaalde activiteiten, die afwijken van de specifieke gebruiksregels, toch gewenst zijn. In de regels van het voorliggende bestemmingsplan is daarom opgenomen dat kan worden afgeweken van de gebruiksregels tot een maximum van 12 maal per jaar. Daarbij is specifiek aangegeven wat de maximale geluidbelasting is die in deze situaties ter plaatse van de omliggende woningen kan optreden. Deze waarden zijn gebaseerd op de Evenementennota.

Conclusie

Op basis van het akoestisch onderzoek dat is uitgevoerd, zijn in dit bestemmingsplan specifieke regels gesteld ten aanzien van de activiteiten die uitgevoerd mogen worden in de Oude Kerk. Hierdoor kan worden gesteld dat bij uitvoering van de activiteiten in de Oude Kerk sprake is van een goed woon- en leefklimaat voor de omgeving.

2.5 Overige Aspecten

Ook aan de overige milieu-aspecten zoals luchtkwaliteit, externe veiligheid, bodem, externe veiligheid en relatie tot omliggende bebouwing is getoetst. De resultaten hiervan zijn verwerkt in de tabel die is opgenomen in bijlage 2. Hieruit blijkt dat de verschillende sectorale aspecten de uitvoerbaarheid van het plan niet in de weg staan.

Hoofdstuk 3 Toelichting Op De Bestemmingsregeling

3.1 Inleiding

De Wet ruimtelijke ordening (Wro) bepaalt dat ruimtelijke plannen digitaal en analoog beschikbaar moeten zijn. Dit brengt met zich mee dat bestemmingsplannen digitaal uitwisselbaar en op vergelijkbare wijze gepresenteerd moeten worden. Met het oog hierop stellen de Wro en de onderliggende regelgeving eisen waaraan digitale en analoge plannen moeten voldoen. Zo bevat de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP) bindende afspraken voor het bestemmingsplan. De SVBP kent (onder meer) hoofdgroepen van bestemmingen, een lijst met functie- en bouwaanduidingen, gebiedsaanduidingen en een verplichte opbouw van de regels en het renvooi.

3.2 Gehanteerde Bestemmingen

In het bestemmingsplan zijn twee enkelbestemmingen opgenomen en twee zogenoemde dubbelbestemmingen. Voor de bestemmingslegging is aangesloten bij het vigerende bestemmingsplan Zuid en West Dongen.

Groen (artikel 3)

De gronden rondom de kerk zijn bestemd tot Groen. Behalve voor groen en beplantingen is tevens bepaald dat de gronden gebruikt kunnen worden ten behoeve van de aangrenzende bestemmingen. Op deze manier kunnen activiteiten die in de kerk worden gehouden (zoals markten) ook op de gronden rondom de kerk worden georganiseerd.

Maatschappelijk (artikel 4)

De kerk is bestemd tot maatschappelijk. In de eerste plaats worden de functies die in het bestemmingsplan Zuid en West Dongen mogelijk zijn gemaakt in de bestemming opgenomen (bibliotheken, gezondheidszorg, jeugd- en kinderopvang, onderwijs, openbare dienstverlening, verenigingsleven, religieuze en levensbeschouwelijke activiteiten en bijeenkomsten). Daarnaast zijn de nieuwe beoogde functies toegevoegd. Het betreft hier een breed pallet aan maatschappelijke, commerciële en culturele activiteiten. In de bestemmingsbepalingen is opgenomen dat tevens gebruik ten behoeve van zalenverhuur is toegestaan, inclusief gebruik ten behoeve van recepties, (muziek)evenementen, (theater)voorstellingen, exposities, kunstmanifestaties en dergelijke. Hiermee worden de functies die zijn opgenomen in tabel 1.1 mogelijk gemaakt. Overigens is een nadere begripsbepaling voor evenement opgenomen om te bewaken dat er geen sprake is van grootschalige evenementen die niet passen bij de aard en omvang van de Oude Kerk. In de specifieke gebruiksbepalingen zijn bepalingen opgenomen die moeten waarborgen dat er geen onevenredige overlast ontstaat voor de omwonenden.

Waarde - Archeologie (artikel 5)

Voor de gronden geldt een archeologische verwachtingswaarde. Daarom is een dubbelbestemming opgenomen om eventuele archeologische resten te beschermen. Bij werkzaamheden over een groter oppervlak dan 100 m2 met een diepte van meer dan 50 cm dient archeologisch onderzoek te worden uitgevoerd.

Waarde-Landschap (artikel 6)

De gronden rondom de kerk zijn in het bestemmingsplan Zuid en West Dongen aangemerkt als landschappelijk waardevol. Hiertoe is de dubbelbestemming Waarde-Landschap opgenomen. Deze dubbelbestemming is over andere bestemmingen gelegd. Voor de betreffende gronden moet worden voldaan aan de regels voor beide bestemmingen. Indien een handeling volgens de ene bestemming is toegestaan en strijdig met de andere niet, dan kan het dus niet.

3.3 Wijzigingen Ten Opzichte Van Eerder Besluit

Als gevolg van de uitspraak en de aanvullende onderzoeken is aanpassing van artikel 4 “Maatschappelijk” van de planregels nodig. De specifieke gebruiksregels (lid 4.3) worden aangepast. Tevens wordt toegevoegd in de afwijkingsmogelijkheden (lid 4.4) dat geen muziekcorrectie wordt toegepast op de bepaling van de geluidsbelasting.

Hieronder volgt een toelichting op de aanpassingen.

  • Uit het akoestisch onderzoek is gebleken dat versterkt muziekgeluid in het ruïnedeel bijna in alle gevallen leidt tot overschrijding van de geluidnormen van het Activiteitenbesluit. Het gebruik van versterkt muziekgeluid in het ruïnedeel zal derhalve in de regel voor overlast zorgen. Om deze reden wordt voorgesteld versterkt muziekgeluid in het ruïnedeel niet rechtstreeks toe te staan, maar uitsluitend nadat gebruik is gemaakt van de afwijkingsmogelijkheid. Hiertoe wordt lid 4.3 onder a. aangepast en is het oude lid 4.3 onder b. niet meer noodzakelijk.
  • In artikel 4.3 onder b. wordt het woord bijeenkomsten verwijderd, zodat het duidelijker is dat de sluitingstijd geldt voor alle activiteiten als bedoeld in artikel 4.1 onder c.
  • Artikel 4.3 onder c. ziet toe op de uitspraak van de RvS dat niet is onderbouwd dat een met discotheek vergelijkbare functie is uitgesloten (zie overweging 5.2 van de uitspraak).
  • Artikel 4.3 onder d. is opgenomen vanwege overweging 9.1 van de uitspraak dat niet is geregeld dat maximaal 150 bezoekers zijn toegestaan. De formulering sluit daarmee aan bij de uitgangspunten van het akoestisch onderzoek.
  • Artikel 4.3 onder e. heeft te maken met de afstand tot parkeervoorzieningen (zie overweging 5.4 van de uitspraak van de RvS). Indien niet vaker dan 12 keer per jaar een evenement zonder versterkt muziekgeluid wordt toegestaan, is het verantwoord dat bij een (onvoorziene) te grote parkeerdruk wordt uitgeweken naar parkeerplaatsen op maximaal 600 meter afstand. Overigens blijkt uit het geactualiseerde parkeeronderzoek dat bij evenementen een gebruik van parkeervoorzieningen op meer dan 200 meter niet noodzakelijk is.
  • De toevoeging in artikel 4.4 inzake de muziekcorrectie komt overeen met het voorstel dat is gedaan in het kader van de beroepsprocedure. Dit voorstel is door de RvS in overweging 9.2. van de uitspraak aanvaard.

Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid

4.1 Financiële Uitvoerbaarheid

Exploitatieplan

In de Wet ruimtelijke ordening is de grondexploitatiewet opgenomen. Deze afdeling regelt verplicht kostenverhaal door de gemeente. De gemeente legt dit kostenverhaal vast in een exploitatieplan. Kostenverhaal dient te worden verzekerd bij het opstellen van een bestemmingsplan. In een bestemmingsplan is sprake van kostenverhaal (hoofdstuk 6 Bro) als een bouwplan wordt mogelijk gemaakt. De gemeente heeft met de initiatiefnemer een anterieure overeenkomst gesloten.

Financiële haalbaarheid

Ten behoeve van de restauratie zijn subsidies ontvangen van de provincie Noord-Brabant en de gemeente Dongen. Hiermee kan het merendeel van de restauratie worden bekostigd. De raming is dat de exploitatie van het gebouw uit de exploitatieopbrengsten van de verschillende activiteiten kan worden bekostigd.

4.2 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid

Op grond van artikel 3.1.6 Bro dient inzicht te worden gegeven in de maatschappelijke uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan. Het gaat daarbij zowel om de wijze waarop burgers en maatschappelijke organisaties bij de planvoorbereiding zijn betrokken alsook om de resultaten van het overleg ex artikel 3.1.1 Bro.

In het kader van het vooroverleg is het bestemmingsplan naar verschillende overlegpartners verzonden. Voor zover is gereageerd, konden de overlegpartners instemmen met de inhoud van het bestemmingsplan.

Ter voorbereiding van de procedure, heeft stichting De Oude Kerk op 25 januari 2012 een informatieavond georganiseerd waarop de plannen voor het gebruik van de kerk aan omwonenden en andere belangstellenden zijn toegelicht. Deze plannen zijn vertaald in onderhavig bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan heeft in het kader van de vaststellingprocedure vanaf 2 november tot en met 13 december tervisie gelegen. In deze periode zijn twee zienswijzen ingediend, waarbij één zienswijze door diverse personen is ingediend. In bijlage 6 is de Nota zienswijze opgenomen met een addendum (bij vaststelling is de Nota zienswijzen gewijzigd vastgesteld).

Het bestemmingsplan is op 27 juni 2013 vastgesteld door de gemeenteraad. Tegen dit besluit is beroep aangetekend bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (RvS). De RvS heeft in een tussenuitspraak (zie bijlage 3) bepaald dat het besluit op een aantal punten gebreken vertoont. De RvS heeft de gemeenteraad opgedragen om de geconstateerde gebreken te herstellen. In de uitspraak is aangegeven dat voor vaststelling niet opnieuw toepassing aan afdeling 3.4 van de Awb hoeft te worden gegeven. Het bestemmingsplan is daarom, met inachtneming van de uitspraak, niet opnieuw tervisie gelegd.

Bijlage 1 Toetsing Beleidskader

In deze bijlage wordt een overzicht gegeven van het relevante beleid van rijk, provincie en gemeente. Er wordt afgewogen of de beoogde ontwikkeling past in het beleid.

beleid
overheid en kader beoordelingsaspect nvt afweging
Rijk Bij dergelijke relatief kleinschalige ontwikkelingen, staat het rijksbeleid de uitvoering niet in de weg. x
Provincie Noord-Brabant
Structuurvisie Noord-Brabant De structuurvisie Noord-Brabant is van een dusdanig hoog abstractieniveau dat deze niet toepasbaar is op de beoogde ontwikkeling. De beoogde ontwikkeling is daarnaast niet aan te merken als een project met een provinciaal belang. x
Verordening ruimte Noord-Brabant Stedelijke ontwikkeling. Bestemmingsplannen die voorzien in een stedelijke ontwikkeling zijn uitsluitend gelegen in bestaand stedelijk gebied. De kern Dongen is aangewezen
als bestaand stedelijk gebied.
Gemeente Dongen
Structuurvisie Dongen Cultuurhistorie.
De aantrekkelijkheid van Dongen moet worden vergroot door de cultuurhistorisch waardevolle aspecten te versterken, waardoor aantrekkelijke plekken ontstaan. De Oude Kerk is aangemerkt als te behouden landmark.
De beoogde ontwikkeling voorziet in het behoud van een cultuur-historisch element. De Oude Kerk blijft als landmark behouden.
Welstandsbeleid Algemene aspecten van welstand.
Van een bouwwerk dat voldoet aan redelijke eisen van welstand mag worden verwacht dat de verschijningsvorm een relatie heeft met het gebruik ervan en de wijze waarop het gemaakt is, terwijl de vormgeving daarnaast ook zijn eigen samenhang en logica heeft.
De Oude Kerk wordt gerestaureerd en blijft deels in gebruik als kerk. Hierdoor blijft de verschijningsvorm een relatie hebben met het gebruik.
Relatie bouwwerk en omgeving.
Van een bouwwerk dat voldoet aan redelijke eisen van welstand mag worden verwacht dat het een positieve bijdrage levert aan de kwaliteit van de openbare (stedelijke of landschappelijke) ruimte.
De Oude Kerk is aangemerkt als landmark. Door de functiewijziging is het mogelijk de Oude Kerk de behouden. Hierbij levert het een bijdrage aan de kwaliteit van de openbare ruimte.

Bijlage 2 Toetsing Aan Sectorale Aspecten

In deze bijlage wordt een overzicht gegeven van het relevante sectorale beleid. Er wordt afgewogen of de beoogde ontwikkeling past in het beleid. De aspecten verkeer, parkeren en bedrijven en milieuhinder zijn uitgebreider opgenomen in hoofdstuk 2.

toetsing sectorale aspecten
aspect kader beoordelingsaspect afweging
Bodem- kwaliteit Besluit bodem kwaliteit/ Wet bodembescherming Bodemkwaliteit dient voldoende te zijn
voor beoogde functie
Ter plaatse van de kerk en de bijbehorende gronden is gelet op de historie geen sprake geweest van potentiele bodembedreigend activiteiten.
Functie mag geen bedreiging vormen
voor bodemkwaliteit
Er is geen sprake van een functiewijziging, het gebruik van het gebouw en de gronden binnen de bestemming 'maatschappelijk' wordt enkel uitgebreid. In het kader van het bestemmingsplan is daarom geen bodemonderzoek nodig.
Archeologie Archeologische beleidskaart Is er sprake van een hoge
verwachtingswaarde?
Ja. De archeologische verwachtingswaarde wordt beschermd door middel van een dubbelbestemming. Hierin is geregeld dat voor werkzaamheden met een oppervlakte van meer dan 100 m2 die dieper reiken dan 50 cm archeologisch onderzoek moet worden uitgevoerd. Voor de uitvoering van de beoogde werkzaamheden is hiervan geen sprake.
Water Watertoets Het waterschap is verantwoordelijk voor het waterbeheer (waterkwaliteit en -kwantiteit) binnen het plangebied. Voor waterhuishoudkundige ingrepen is de Keur van toepassing. De Keur is een waterschapsverordening die gebods- en verbodsbepalingen bevat met betrekking tot ingrepen die consequenties hebben voor de waterhuishouding en het waterbeheer.

Om bodemverontreiniging te voorkomen, dienen milieuvriendelijke en niet-uitlogende bouwmaterialen toegepast te worden (dus geen lood, koper, zink en zacht PVC).
In het vigerende bestemmingsplan zijn de gronden bestemd voor Groen en Maatschappelijk. Na de voorgenomen ontwikkeling komt hier nagenoeg geen verandering in.

Derhalve heeft de renovatie van de Oude Kerk geen (kwalitatief) effect op de waterhuishouding.
Er wordt zoveel mogelijk rekening gehouden om het gebruik van niet-uitlogende materialen te voorkomen.
Weg-
verkeers-
lawaai
Wet geluidhinder Is sprake van een nieuwe geluidgevoelige functie? Er wordt geen geluidgevoelige functie mogelijk gemaakt. Evenmin is sprake van nieuwe geluidhinderlijke functies (wegen). Toetsing aan de Wet geluidhinder kan derhalve achterwege blijven. In het akoestisch onderzoek naar de activiteiten in de Oude Kerk (zie bijlage 5) is overigens wel onderzoek uitgevoerd naar de indirecte hinder, waarbij de geluidsbelasting als gevolg van de activiteiten in de Oude Kerk inzichtelijk zijn gemaakt. Dit leidt niet tot onevenredige toenames van de geluidsbelasting op de omliggende woningen.
Externe veiligheid Bevi-inrichtingen en vervoer gevaarlijke stoffen. Wordt voldaan aan normen plaatsgebonden risico en groepsrisico. In de omgeving zijn geen Bevi-inrichtingen aanwezig en vindt geen vervoer gevaarlijke stoffen plaats.
Luchtkwali
teit
Wet luchtkwaliteit Wordt voldaan aan de genoemde grenswaarden in de Wet luchtkwaliteit? De voorgenomen ontwikkeling valt vanwege de geringe extra verkeersaantrekkende werking onder de regeling niet in betekende mate (nibm) en vormt derhalve geen belemmering.
Ecologie Natuurbeschermingswet 1998 Is er sprake van significant negatieve effecten? Het is een kleinschalige ontwikkeling niet nabij Natura 2000-gebied. Toetsing is dan ook niet noodzakelijk
Flora- en faunawet Is er sprake van aantasting, verontrusting of verstoren van beschermde dier- en plantensoorten, hun nesten, holen en andere voortplantings- of vast rust- en verblijfsplaatsen? Alleen algemene soorten (tabel 1) en broedvogels. De werkzaamheden van de restauratie zijn grotendeels uitgevoerd. Ontheffing is niet noodzakelijk.
In de kerk is een kerkuil en zijn vleermuizen aanwezig. De productie van geluid van de activiteiten zullen geen gevolgen hebben voor de kerkuil: een kerkuil kan goed tegen geluid, aangezien de soort vaak in kerktorens met bijbehorende kerkklokken broeden. Van vleermuizen is niet bekend dat zij worden verstoord door geluid. Vleermuizen komen immers voor in veel verschillende soorten gebouwen.
Kabels en leidingen Telecommunicatiewet Zijn er planologisch relevante leidingen en hoogspanningslijnen in de directe omgeving aanwezig? Nee

Bijlage 3 Uitspraak Raad Van State

Bijlage 3 Uitspraak Raad van State

Bijlage 4 Onderzoek Parkeerdruk

Bijlage 4 Onderzoek parkeerdruk

Bijlage 5 Akoestisch Onderzoek

Bijlage 5 Akoestisch onderzoek

Bijlage 6 Nota Zienswijzen

Bijlage 6 Nota zienswijzen