Horst 28 Gilze
Bestemmingsplan - gemeente Gilze en Rijen
Vastgesteld op 09-10-2023 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan
het bestemmingsplan Horst 28 van de gemeente Gilze en Rijen.
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0784.BPHorst28-VA01 met de bijbehorende regels.
1.3 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of een figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
1.4 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
1.5 aan- en uitbouw/aangebouwd bijgebouw
een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.
1.6 aan-huis-gebonden beroep
vrije beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten die ten hoogste vallen binnen de categorieën A en B van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' in bijlage 3, waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen en vergunningbesluit milieubeheer geldt en dat in een woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
1.7 afhankelijke woonruimte
een bijgebouw/bedrijfsgebouw dat een ruimtelijke en planologische eenheid vormt met de woning en waarin een gedeelte van de huishouding uit het oogpunt van mantelzorg is gehuisvest.
1.8 archeologisch deskundige
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige of commissie van deskundigen inzake archeologie.
1.9 archeologisch onderzoek
onderzoek verricht door of namens een dienst of instelling die over een opgravingsvergunning beschikt.
1.10 archeologische waarde
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden.
1.11 bebouwing
een of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
1.12 bed & breakfast
recreatief nachtverblijf in de vorm van logies met ontbijt binnen bestaande gebouwen.
1.13 bedrijf
een onderneming gericht op het vervaardigen, bewerken, herstellen, installeren of inzamelen van goederen.
1.14 bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet.
1.15 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak.
1.16 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming; bestemmingsvlakken ten behoeve van bestemmingen die verbonden zijn door middel van de aanduiding 'relatie', worden geacht één bestemming te vormen.
1.17 Bevi-inrichtingen
bedrijven zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
1.18 boomteelthekken
permanente teeltondersteunende voorziening om schade aan gewassen door dieren te voorkomen.
1.19 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een standplaats.
1.20 bouwgrens
de grens van een bouwvlak.
1.21 bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten; bouwvlakken ten behoeve van bedrijven die verbonden zijn door middel van de aanduiding 'relatie', worden geacht één bouwvlak voor één bedrijf te vormen.
1.22 bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
1.23 bijgebouw
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en architectonisch opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw en ten dienste staat van het woongenot.
1.24 cultuurhistorische waarde
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde in verband met ouderdom en gaafheid.
1.25 ecologische verbindingszones
natuurlijke elementen die als verbindingsweg fungeren tussen verschillende leefgebieden.
1.26 erf- en terreinafscheiding
een bouwwerk dat dient ter afscheiding van het erf of een terrein.
1.27 gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijk overdekt geheel met twee of meer wanden omsloten ruimte vormt.
1.28 geluidshinderlijke inrichtingen/Wgh-inrichting
bedrijven, zoals bedoeld in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer, die in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken.
1.29 gevellijn
de denkbeeldige lijn die strak loopt langs de voorgevel van een gebouw tot aan de perceelsgrenzen.
1.30 hoofdgebouw
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
1.31 Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer
besluit van 5 januari 1993 (Stb. 50) houdende uitvoering van de hoofdstukken 1 en 8 van de Wet milieubeheer en hoofdstuk V van de Wet geluidhinder, zoals dit luidde op het moment van tervisielegging van het ontwerp van dit bestemmingsplan.
1.32 kantoor
voorzieningen gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
1.33 landschapswaarde
de aan een gebied toegekende waarde met betrekking tot het waarneembare deel van het aardoppervlak, die wordt bepaald door de herkenbaarheid en de identiteit van de onderlinge samenhang tussen levende en niet-levende natuur.
1.34 mantelzorg
het bieden van zorg aan eenieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband.
1.35 milieudeskundige
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige of commissie van deskundigen inzake milieu.
1.36 nutsvoorzieningen
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
1.37 overkapping
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van maximaal drie gesloten wanden.
1.38 opslag
het bewaren van goederen, materialen en stoffen zonder dat ter plaatse sprake is van productie, bewerking, verwerking, handel en/of activiteiten van administratieve aard.
1.39 peil
- a. voor bouwwerken die onmiddellijk aan de weg grenzen: de hoogte van die weg, ter plaatse van de hoofdtoegang;
- b. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld.
1.40 seksinrichting
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden; onder een seksinrichting wordt in elk geval verstaan: een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
1.41 Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging'
de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' die van deze regels deel uitmaakt.
1.42 verbeelding
de digitale weergave van het bestemmingsplan.
1.43 volwaardig agrarisch bedrijf
een agrarisch bedrijf in de omvang van ten minste één volledige arbeidskracht met een daarbij passende bedrijfsomvang.
1.44 woning
een (gedeelte van een) gebouw, uitsluitend geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden, of een andere daarmede vergelijkbare economische eenheid.
1.45 zijdelingse perceelsgrens
de zijdelingse grens tussen twee (of meerdere) percelen.
Artikel 2 Wijze Van Meten
2.1 de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens
tussen de zijdelingse grenzen van een perceel en enig punt van het betreffende bouwwerk, waar de afstand het kortste is.
2.2 de bouwhoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
2.3 de dakhelling
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
2.4 de goothoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
2.5 de inhoud van een bouwwerk
tussen de onderzijde van de beganegrondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
2.6 de oppervlakte van een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. grondgebonden veehouderij, paardenfokkerij en akker- en vollegrondstuinbouw;
- b. recreatief medegebruik;
- c. evenementen;
- d. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- e. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, laad- en losvoorzieningen en (ontsluitings)wegen;
met uitzondering van:
- f. aan-huis-gebonden beroepen;
met dien verstande dat:
- g. tevens het bepaalde in de artikelen 7, 8 en 12 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
3.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en permanente teeltondersteunende voorzieningen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
- b. het bepaalde in sub a is niet van toepassing voor erf- of terreinafscheidingen, veekeringen, tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen en permanente boomteelthekken;
- c. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouw vlak | max. bouw hoogte | min afstand zijde lingse perceelsgrens | min afstand voor gevel rooilijn | ||
erf- of terreinafscheidingen binnen bouw- vlakken - voor de voorgevelrooilijn - overige plaatsen buiten bouwvlakken -erfafscheidingen | - | 1m 2m 1m | - | - | |
antennes/windturbine | 1 | 12m | 5m | 10m | |
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | 6m | - | - |
- = Niet van toepassing.
3.3 Ontheffing van de bouwregels
3.4 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
- paardenbakken buiten het bouwvlak zijn niet toegestaan.
3.5 Ontheffing van de gebruiksregels
Artikel 4 Groen - Landschappelijke Inpassing
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen – Landschappelijke inpassing' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het aanleggen en in stand houden van gebiedseigen beplanting overeenkomstig het landschappelijk inpassingsplan, ter inpassing van gebouwen, verhardingen en andere voorzieningen in het landschap;
- b. onder landschappelijk inpassingsplan wordt in deze regels verstaan het landschappelijk inpassingsplan als opgenomen in bijlage 2 van deze regels;
- c. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
een en ander met bijbehorende voorzieningen.
4.2 Bouwregels
4.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden voor:
- a. het realiseren van parkeerplaatsen;
- b. het gebruik als kampeerterrein;
- c. buitenopslag;
- d. het lozen en/of opslaan van stoffen.
4.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 5 Verkeer
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wegen met ten hoogste 2 x 2 doorgaande rijstroken, alsmede opstelstroken, busstroken, voet- en fietspaden;
- b. nutsvoorzieningen;
- c. bij deze bestemming behorende voorzieningen zoals geluidswerende voorzieningen, groenvoorzieningen, parkeervoorzieningen, bermen, verkeersregelingen, aanwijzingsborden en water ten behoeve van wateraanvoer en -afvoer, waterberging en sierwater.
5.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming met een bouwhoogte van ten hoogste 8,5 m worden gebouwd;
- b. het oppervlak voor gebouwen voor nutsvoorzieningen bedraagt ten hoogste 10 m²;
- c. in afwijking op het bepaalde in sub a bedraagt de bouwhoogte voor gebouwen voor openbare nutsvoorzieningen ten hoogste 4 m;
- d. in afwijking op het bepaalde in sub a bedraagt de bouwhoogte ter plaatse van de aanduiding 'geluidswal' ten hoogste 5 m.
5.3 Specifieke gebruiksregel
Verkooppunten voor motorbrandstoffen zijn niet toegestaan.
Artikel 6 Wonen
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het wonen
- b. gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde;
- c. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, water en (ontsluitings)wegen;
- d. aan-huis-gebonden beroepen;
met dien verstande dat:
- e. tevens het bepaalde in de artikelen 7, 8 en 12 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
6.2 Bouwregels
Op deze gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
- a. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erfafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
met dien verstande dat:
- b. de gebouwen voldoen aan het boerenerfopzet, onder boerenerfopzet wordt in deze regels verstaan de stedenbouwkundige opzet als opgenomen in bijlage 4 van deze regels
- c. algehele herbouw van de woning uitsluitend mag plaatsvinden op bestaande fundamenten
- d. ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding 'kaprichting' wordt het hoofdgebouw voorzien van een kap met een nokrichting evenwijdig aan de gevellijn;
- e. de voorgevel van hoofdgebouwen mag uitsluitend in de voorste bouwgrens met figuur 'gevellijn' worden gebouwd;
- f. ter plaatse van de functieaanduiding specifieke vorm van wonen 'ruimte-voor-ruimtewoning' geldt het volgende:
- 1. Inhoud van de ruimte-voor-ruimtewoning bedraagt maximaal 750 m3;
- 2. Oppervlakte van een bijgebouw horende bij een ruimte-voor-ruimtewoning bedraagt maximaal 100 m2;
- g. overigens geldt het volgende, zie onderstaande tabel:
max. aantal per bouw vlak | maxop per vlak | max. inhoud | max. goot hoogte | max. bouw hoogte | dakhel ling (min./ max.) | min. afstand zijde lingse per ceels grens | afstand tot de woning (min./ max.) | min. af stand tot de voor gevel rooilijn | |
woning (inclusief aan- en uitbouwen) | één | 750 m³ | 5 m | 10 m | 20°/55° | 5 m | - | - | |
bijgebouwen en overkappingen bij de woning | 100 m2 tenzij op de verbeelding anders aangegeven | 3 m | 5,5 m | 20°/55° | 5 m | 2 m/ 10 m | 5 m | ||
erfafscheidingen binnen het bouw vlak: - voor de voorgevel - overige plaatsen buiten het bouw vlak | 1 m 2 m 1 m | ||||||||
antennes en windturbines | 1 | 12 m | 5 m | 2 m/- | 10 m | ||||
overige bouw werken, geen gebouwen zijnde (met uitzondering van erfafschei dingen) | 6 m |
6.3 Ontheffing bouwregels
6.4 Specifieke gebruiksregels
6.5 Ontheffing van de gebruiksregels
Ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 6.1 sub c ten behoeve van het toestaan van aan-huis-gebonden beroepen die ten hoogste vallen binnen de categorieën A en B1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten en waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer geldt met inachtneming van het volgende:
- a. het vloeroppervlak ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen mag niet meer dan 60 m² bedragen;
- b. buitenopslag en buitenactiviteiten ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen zijn niet toegestaan;
- c. in het kader van de aan-huis-gebonden beroepen is geen horeca en detailhandel toegestaan uitgezonderd horeca en detailhandel ondergeschikt en gelieerd aan het aan-huis-gebonden beroep;
- d. aan-huis-gebonden beroepen zijn toegestaan indien er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
- e. het aan-huis-gebonden beroep leidt niet tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven, voortvloeiende uit de milieuwetgeving;
- f. ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid binnen het bouwvlak;
- g. het gebruik voor aan-huis-gebonden beroepen heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer;
- h. één van de bewoners van het hoofdgebouw dient eigenaar/bedrijfsleider te zijn van het aan-huis-gebonden beroep.
Artikel 7 Waarde - Archeologie
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming van de archeologische (verwachtings)waarden en archeologische vindplaatsen, waarbij de bestemming 'Waarde - Archeologie' voorrang heeft op de andere daar voorkomende enkelbestemming.
7.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
7.3 Nadere eisen
7.4 Afwijken van de bouwregels
7.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
7.6 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
7.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 8 Waarde - Landschap - 4
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Landschap - 4' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) - bestemd voor behoud, versterking en ontwikkeling van de waarden die samenhangen met het hoevenlandschap te weten:
- a. het besloten karakter;
- b. de clusters van bebouwing met daartussen open, soms bol gelegen weide- en akkercomplexen;
- c. het waaiervormig wegenpatroon;
- d. de verspreid staande bomen en boomgroepen;
- e. het reliëf.
8.2 Bouwregels
Met betrekking tot het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- permanente boomteelthekken zijn niet toegestaan.
8.3 Ontheffing bouwregels
8.4 Specifieke gebruiksregel
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak zijn niet toegestaan.
8.5 Aanlegvergunning
8.6 Wijzigingsbevoegdheid
Wijzigingsbevoegdheid met betrekking tot andere bestemmingen
Indien met betrekking tot de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) het plan kan worden gewijzigd, wordt hierbij het volgende in acht genomen:
- a. door de planwijziging mogen de waarden, zoals in lid 781 bedoeld, niet worden geschaad.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 9 Antidubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 10 Algemene Bouwregels
10.1 Bestaande maten
Met betrekking tot bestaande maten gelden de volgende regels:
- a. de bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen die meer bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten hoogste toelaatbaar worden aangehouden;
- b. de bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen die minder bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten minste toelaatbaar worden aangehouden;
- c. ingeval van herbouw is dit lid onder a en b uitsluitend van toepassing, indien de herbouw op dezelfde plaats plaatsvindt.
10.2 Ondergronds bouwen
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden, behoudens in deze regels opgenomen afwijkingen, de volgende bepalingen:
- a. ondergrondse bouwwerken zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak;
- b. de onderkant van het bouwwerk (inclusief fundering) bedraagt ten hoogste 4 m onder het peil;
- c. burgemeester en wethouders ontheffing kunnen verlenen van het bepaalde in sub b indien het hydrologisch belang niet wordt geschaad; alvorens ontheffing te verlenen vragen burgemeester en wethouders advies in bij het waterschap en de provincie omtrent de vraag of het hydrologisch belang niet wordt geschaad.
Artikel 11 Algemene Gebruiksregels
- a. Het is verboden gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel strijdig met de aan de grond gegeven bestemming, de doeleindenomschrijving en de overige regels.
- b. Het gebruik van bijgebouwen als zelfstandige woning of afhankelijke woonruimte is niet toegestaan.
- c. Burgemeester en wethouders verlenen ontheffing van het bepaalde in lid a, indien strikte toepassing van het verbod leidt tot beperkingen in het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen worden gerechtvaardigd.
Artikel 12 Algemene Aanduidingsregels
12.1 Overige zone - ihcs 1
In aanvulling op hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de aanduiding 'Overig IHCS' (met nummer) ten behoeve van het obstakelvrije (start- en landings)vlak met zijkanten een bouwverbod voor gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, met een hogere bouwhoogte dan 56 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 1' in verband met het beschermingsgebied van in- en uitvliegfunnel van vliegtuigen.
12.2 Overige zone - kernrandzone
In aanvulling op hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overig - kernrandzone' de volgende regels:
Artikel 13 Algemene Ontheffingsregels
13.1 Ten behoeve van mantelzorg
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen ten behoeve van het gebruik van een (vrijstaand) bijgebouw/bedrijfsgebouw als afhankelijke woonruimte, met inachtneming van het volgende:
- a. binnen het bestemmingsvlak dient een (legale) burger aanwezig te zijn;
- b. een dergelijke bewoning is aantoonbaar nodig vanuit een oogpunt van mantelzorg. Alvorens vrijstelling te verlenen vragen burgemeester en wethouders hieromtrent ter zake deskundig advies;
- c. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de in het geding zijnde belangen, waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
- d. de ontwikkeling dient milieuhygiënisch inpasbaar te zijn;
- e. de maximale oppervlakte welke wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte mag niet meer bedragen dan 80 m²;
- f. er dient gebruik te worden gemaakt van het dichtst bij de hoofdwoning gelegen bijgebouw;
- g. de afhankelijke woonruimte dient te worden bewoond door degene(n) die de zorg nodig heeft/hebben, en in voorkomend geval, zijn/haar partner zoals bepaald bij huwelijk, geregistreerd partnerschap of notariële samenlevingsovereenkomst;
- h. de afhankelijke woonruimte dient te voldoen aan de eisen van het Bouwbesluit;
- i. de afhankelijke woonruimte dient te voldoen aan de specifieke zorgbehoefte, zoals gebleken uit het advies van een ter zake deskundige instantie;
- j. splitsing is niet toegestaan;
- k. aan de afhankelijke woonruimte mag geen eigen ontsluiting worden toegevoegd;
- l. parkeren dient op eigen erf plaats te vinden;
- m. de ontheffing kan worden ingetrokken zodra de noodzaak vanuit mantelzorg niet meer bestaat.
Artikel 14 Algemene Wijzigingsregels
14.1 Archeologische waarden
14.2 Wijziging ten behoeve van de bestemming Verkeer
Burgemeester en wethouders kunnen een of meer bestemmingen in dit bestemmingsplan wijzigen in de bestemming verkeer indien:
- a. de wijziging ten dienste staat van het toevoegen van opstelstroken, voet- en fietspaden, parkeerstroken of de bij de bestemming Verkeer behorende voorzieningen zoals opgenomen in artikel 5 lid 5.2 sub c;
met dien verstande dat:
- b. de wijzigingsbevoegdheid niet van toepassing is op de verbreding van wegen door toevoeging van rijstroken.
Artikel 15 Algemene Procudureregels
Bij toepassing van een wijzigingsbevoegdheid ingevolge dit plan, is de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4 Algemene wet bestuursrecht van toepassing.
Artikel 16 Overige Regels
De wettelijke regelingen waarnaar in de regels wordt verwezen, gelden zoals deze luiden op het moment van vaststelling van het plan.
16.1 Parkeren
Tenzij in Hoofdstuk 2 expliciet is voorzien in een andere regel ten aanzien van de aanwezigheid van voldoende parkeergelegenheid, geldt de volgende regeling:
- a. bij de uitoefening van de bevoegdheid voor het verlenen van:
- 1. een omgevingsvergunning voor het bouwen ten behoeve van het bouwen van een gebouw; of
- 2. een omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan;dient tenminste voldaan te worden aan het gemeentelijke beleid ten aanzien van parkeernormen, zoals opgenomen in de 'Nota Parkeernormen Gilze en Rijen 2017', als vastgesteld op 3 april 2017
- b. het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het gemeentelijke beleid ten aanzien van parkeernormen als bedoeld onder a. indien:
- 1. het voldoen aan het gemeentelijke beleid ten aanzien van parkeernormen door bijzondereomstandigheden op overwegende bezwaren stuit; of
- 2. op andere wijze in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, met dien verstande datwordt voldaan aan de regels voor maatwerk (ontheffing) zoals neergelegd in de onder a. bedoelde nota parkeernormen;
- c. indien het gemeentelijke beleid ten aanzien van parkeernormen als bedoeld onder a. of de regels voor maatwerk (ontheffing) als bedoeld onder b. gedurende de planperiode van dit bestemmingsplan worden gewijzigd, wordt bij de verlening van de omgevingsvergunning rekening gehouden met die wijziging;
- d. parkeergelegenheid die is gerealiseerd om te voorzien in voldoende parkeergelegenheid dient aldus in stand te worden gehouden.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 17 Overgangsrecht
17.1 Overgangsrecht bouwwerken
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
- a. een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan;
- b. burgemeester en wethouders kunnen eenmalig ontheffing verlenen van het bepaalde onder lid a voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%;
- c. het onder lid a bepaalde is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
17.2 Overgangsrecht gebruik
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
- a. het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;
- b. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in dit lid onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;
- c. indien het gebruik, bedoeld in dit lid onder a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;
- d. dit lid onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsregeling van dat plan.
Artikel 18 Slotregel
Deze regels worden aangehaald onder de naam 'Regels van het bestemmingsplan Horst 28' van de gemeente Gilze en Rijen.
Bijlage 1 Te Slopen Bebouwing
Bijlage 2 Landschappelijke Inpassing
Bijlage 2 Landschappelijke inpassing
Bijlage 3 Staat Van Bedrijfsactiviteiten
Bijlage 3 Staat van bedrijfsactiviteiten
Bijlage 4 Stedenboukundige Opzet
Bijlage 4 Stedenboukundige opzet
Bijlage 1 Stedenbouwkundige Opzet
Bijlage 1 Stedenbouwkundige opzet
Bijlage 2 Bodemonderzoek
Bijlage 3 Archeologisch Onderzoek
Bijlage 3 Archeologisch onderzoek
Bijlage 4 Landschappelijke Inpassing
Bijlage 4 Landschappelijke inpassing
Bijlage 5 Omgevingsdialoog Horst 28 Gilze
Bijlage 5 Omgevingsdialoog Horst 28 Gilze
Bijlage 6 Ecologische Quickscan
Bijlage 6 Ecologische Quickscan
Bijlage 7 Aerius Gebruiksfase
Bijlage 8 Invoergegevens Gebruiksfase Aerius
Bijlage 8 Invoergegevens gebruiksfase AERIUS
Bijlage 9 Invoergegevens Bouwfase Aerius
Bijlage 9 Invoergegevens bouwfase AERIUS
Bijlage 10 Aerius Bouwfase
Bijlage 11 Nota Van Vooroverleg Horst 28 6-6-2023
Bijlage 11 Nota van vooroverleg Horst 28 6-6-2023