Buitengebied
Bestemmingsplan - Gemeente Gilze en Rijen
Vastgesteld op 01-07-2013 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan
het bestemmingsplan Buitengebied van de gemeente Gilze en Rijen.
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0784.BPbuitengebied-VG02 met de bijbehorende regels.
1.3 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of een figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
1.4 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
1.5 aan- en uitbouw/aangebouwd bijgebouw
een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.
1.6 aan-huis-gebonden beroep
vrije beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten die ten hoogste vallen binnen de categorieën A en B van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' in bijlage 1, waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen en vergunningbesluit milieubeheer geldt en dat in een woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
1.7 africhtingsbedrijf voor paarden
een bedrijf gericht op het africhten en trainen van paarden.
1.8 agrarisch bedrijf
een bedrijf, gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren, nader te onderscheiden in:
- a. akker- en vollegrondstuinbouw: de teelt van gewassen op open grond, waaronder bollenteelt, daaronder niet begrepen sier- en fruitteelt, boomkwekerij en bosbouw;
- b. boomkwekerij: een bedrijf gericht op het telen van bomen al dan niet gecombineerd met de verhandeling daarvan;
- c. bosbouw: de teelt van bomen ten behoeve van de houtproductie;
- d. grondgebonden veehouderij: het houden van melk- en ander vee (nagenoeg) geheel op open grond, waaronder tevens wordt verstaan een paardenfokkerij;
- e. intensieve veehouderij: een agrarisch bedrijf met een bedrijfsvoering die geheel of in overwegende mate in gebouwen plaatsvindt en gericht is op het houden van dieren, zoals rundveemesterij, varkens-, vleeskalver-, pluimvee-, pelsdier-, geiten- of schapenhouderij of een combinatie van deze bedrijfsvormen, alsmede naar de aard daarmee gelijk te stellen bedrijfsvormen;
- f. glastuinbouw: de teelt van gewassen (nagenoeg) geheel met behulp van kassen;
- g. sierteelt: de teelt van tuin- en potplanten en/of bomen;
- h. fruitteelt: de teelt van fruit;
- i. bollenteelt: de teelt van bloembollen in samenhang met de teelt van bolbloemen;
- j. intensieve kwekerij: de teelt van gewassen of dieren (anders dan bij wijze van intensieve veehouderij) (nagenoeg) zonder gebruik te maken van daglicht;
- k. paardenfokkerij: het houden van paarden ten behoeve van de fokkerij waarbij het africhten van en de handel in paarden in ondergeschikte mate plaatsvindt; onder paardenfokkerij wordt niet verstaan paardenstalling en manege.
1.9 agrarisch deskundige
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige of commissie van deskundigen inzake land- en tuinbouw.
1.10 agrarisch hergebruik
het opnieuw in gebruik nemen van voormalige agrarische bebouwing voor agrarische doeleinden.
1.11 agrarisch loonwerkbedrijf
een bedrijf dat uitsluitend of overwegend gericht is op het verlenen van diensten aan agrarische bedrijven met behulp van landbouwwerktuigen en landbouwapparatuur en/of op het verrichten van werkzaamheden tot onderhoud van landbouwwerktuigen of -apparatuur.
1.12 agrarisch-technisch hulpbedrijf
een bedrijf dat is gericht op het verlenen van diensten aan agrarische bedrijven door middel van het telen van gewassen, het houden van dieren, of de toepassing van andere landbouwkundige methoden, met uitzondering van mestbewerking; voorbeelden van agrarisch-technische hulpbedrijven zijn: grootveeklinieken, KI-stations, mestopslag- en mesthandelsbedrijven, agrarische loonwerkbedrijven (inclusief verhuurbedrijven voor landbouwwerktuigen), veetransportbedrijven, veehandelsbedrijven.
1.13 agrarisch verwant bedrijf
een bedrijf of instelling gericht op het verlenen van diensten aan particulieren of niet-agrarische bedrijven door middel van het telen van gewassen, het houden van dieren of de toepassing van andere landbouwkundige methoden; voorbeelden van agrarisch verwante bedrijven zijn: dierenasiels, dierenklinieken, groencomposteringsbedrijven, hondenkennels, hoveniersbedrijven, stalhouderijen, instellingen voor agrarisch praktijkonderwijs, proefbedrijven en volkstuinen.
1.14 agrarisch verwante sociale functie
een functie waarbij het agrarische bedrijf wordt ingezet om mensen met een integratieproblematiek door ziekte, handicap, problematische opvoedingssituatie of (licht) delinquent verleden via aangepaste dagbesteding te laten (re)integreren in de samenleving.
1.15 afhankelijke woonruimte
een bijgebouw/bedrijfsgebouw dat een ruimtelijke en planologische eenheid vormt met de woning en waarin een gedeelte van de huishouding uit het oogpunt van mantelzorg is gehuisvest.
1.16 ambachtelijk bedrijf
een bedrijf dat gericht is op het bedrijfsmatig, geheel of overwegend door middel van handwerk, vervaardigen, bewerken of herstellen en het installeren van goederen alsook het verkoop en/of leveren - als ondergeschikte nevenactiviteit - van goederen die verband houden met het ambacht zoals een kaasmakerij of een klompenmakerij.
1.17 archeologisch deskundige
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige of commissie van deskundigen inzake archeologie.
1.18 archeologisch onderzoek
onderzoek verricht door of namens een dienst of instelling die over een opgravingsvergunning beschikt.
1.19 archeologische waarde
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden.
1.20 bebouwing
een of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
1.21 bed & breakfast
recreatief nachtverblijf in de vorm van logies met ontbijt binnen bestaande gebouwen.
1.22 bedrijf
een onderneming gericht op het vervaardigen, bewerken, herstellen, installeren of inzamelen van goederen.
1.23 bedrijfsgebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of twee of meer met wanden omsloten ruimte vormt en in gebruik is ten behoeve van bedrijfsmatige activiteiten.
1.24 bedrijfsmatige recreatieve doeleinden/exploitatie
het via één bedrijf, stichting of ander rechtspersoon voeren van een zodanig beheer/exploitatie van een recreatieterrein, dat in de logiesverblijven en op de standplaatsen daadwerkelijk recreatieve (nacht)verblijfsmogelijkheden worden geboden.
1.25 bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet.
1.26 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak.
1.27 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming; bestemmingsvlakken ten behoeve van bestemmingen die verbonden zijn door middel van de aanduiding 'relatie', worden geacht één bestemming te vormen.
1.28 Bevi-inrichtingen
bedrijven zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
1.29 boomteelthekken
permanente teeltondersteunende voorziening om schade aan gewassen door dieren te voorkomen.
1.30 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een standplaats.
1.31 bouwgrens
de grens van een bouwvlak.
1.32 bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten; bouwvlakken ten behoeve van bedrijven die verbonden zijn door middel van de aanduiding 'relatie', worden geacht één bouwvlak voor één bedrijf te vormen.
1.33 bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
1.34 bijgebouw
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en architectonisch opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw en ten dienste staat van het woongenot.
1.35 biomassa- en vergistingsbedrijven
bedrijven gericht op het omzetten van biomassa in energierijk gas.
1.36 café
een horecabedrijf, niet zijnde een discotheek of bar/dancing, uitsluitend of overwegend gericht op het verstrekken van dranken voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van kleine etenswaren, al dan niet ter plaatse bereid.
1.37 cultuurhistorische waarde
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde in verband met ouderdom en gaafheid.
1.38 detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of leveren van goederen aan degene die deze goederen kopen voor eigen gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
1.39 dienst- of bedrijfswoning
een woning, bij een bedrijf of instelling, bestemd voor de huisvesting (het huishouden) van een persoon die op dat bedrijf werkzaam is.
1.40 duurzame locatie intensieve veehouderij
een bestaand agrarisch bouwvlak met een zodanige ligging dat het zowel vanuit milieuoogpunt (ammoniak, stank en dergelijke) als vanuit ruimtelijk oogpunt (natuur, landschap en dergelijke) verantwoord is om het te laten groeien tot een bouwvlak van maximaal 2,5 ha voor een intensieve veehouderij.
1.41 ecologische verbindingszones
natuurlijke elementen die als verbindingsweg fungeren tussen verschillende leefgebieden.
1.42 erf- en terreinafscheiding
een bouwwerk dat dient ter afscheiding van het erf of een terrein.
1.43 evenementen
gebeurtenissen, gericht op een groot publiek, op het gebied van kunst, sport, ontspanning en cultuur.
1.44 extensief recreatief medegebruik/recreatief medegebruik
een extensieve recreatieve niet-bedrijfsmatige gebruiksvorm, welke zich beperkt tot bijvoorbeeld wandelen, paardrijden, fietsen, picknicken, kanoën en natuurgerichte recreatie zoals vogelobservatie en de daarbij behorende extensieve recreatieve voorzieningen zoals banken, bewegwijzering en picknicktafels, ondergeschikt aan de overige ingevolge de doeleindenomschrijving toegestane bestemming, en dientengevolge niet het primaire c.q. hoofdgebruik betreffende.
1.45 foeragehandel
een groothandel in veevoer en stro.
1.46 gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijk overdekt geheel met twee of meer wanden omsloten ruimte vormt.
1.47 geluidshinderlijke inrichtingen/Wgh-inrichting
bedrijven, zoals bedoeld in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer, die in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken.
1.48 gevoelige functies ten opzichte van kassen
objecten categorie I:
- aaneengesloten woonbebouwing, zijnde drie of meer woningen, die telkens op minder dan 5 m afstand van elkaar zijn gelegen;
- gevoelige objecten, zijnde gebouwen of delen van gebouwen, bestemd voor het verblijf van personen of objecten, gebouwen of terreinen bestemd voor verblijfs- of dagrecreatie, niet zijnde een kleinschalig kampeerterrein met ten hoogste 15 kampeermiddelen;
objecten categorie II:
- overige woningen van derden;
- restaurants.
1.49 gevoelige functies ten opzichte van landbouwbedrijven
gebouw, bestemd voor en blijkens aard, indeling en inrichting geschikt om te worden gebruikt voor menselijk wonen of menselijk verblijf en die daarvoor permanent of een daarmee vergelijkbare wijze van gebruik, wordt gebruikt.
1.50 hervestigen
het opnieuw vestigen van een agrarisch bedrijf op een bestaand agrarisch bouwvlak.
1.51 hondenkennel
een bedrijf gericht op het africhten, fokken en verzorgen van honden.
1.52 hoofdgebouw
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
1.53 horecabedrijf
een bedrijf dat is gericht op het verstrekken van nachtverblijf en/of van ter plaatse te nuttigen voedsel en/of dranken en/of het exploiteren van zaalaccommodaties; hieronder valt eveneens het geven van feesten en partijen niet zijnde discotheken en/of dancings.
1.54 hotel
een horecabedrijf, dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van logies (per nacht) met - al dan niet - als nevenactiviteit het verstrekken van maaltijden en dranken voor consumptie ter plaatse.
1.55 hoveniersbedrijf
een bedrijf, gericht op de aanleg, de inrichting en het onderhoud van tuinen en groen, met gebruikmaking van de daarbij behorende materialen en gereedschappen, zonder dat detailhandel wordt uitgeoefend.
1.56 houtproductie
het voortbrengen van hout op bedrijfsmatige wijze door een mede daarop afgestemd duurzaam beheer van bos.
1.57 Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer
besluit van 5 januari 1993 (Stb. 50) houdende uitvoering van de hoofdstukken 1 en 8 van de Wet milieubeheer en hoofdstuk V van de Wet geluidhinder, zoals dit luidde op het moment van tervisielegging van het ontwerp van dit bestemmingsplan.
1.58 kampeerboerderij
een agrarisch gebouw dat aan zijn oorspronkelijke functie onttrokken is of een nieuw gebouw op een voormalig agrarisch bouwvlak dat geschikt is gemaakt voor recreatief nachtverblijf van groepen.
1.59 kampeermiddelen
een tent, tentwagen, kampeerauto, caravan, stacaravan of hiermee gelijk te stellen onderkomens, die bestemd zijn voor recreatief verblijf en waarbij de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
1.60 kampeerterrein
terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht en bedrijfsmatig geëxploiteerd, en blijkens die inrichting en exploitatie bestemd om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen, recreatiewoningen en/of logiesgebouwen ten behoeve van recreatief nachtverblijf.
1.61 kantoor
voorzieningen gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
1.62 kas
een agrarisch bedrijfsgebouw waarvan de wanden en het dak voornamelijk bestaan uit glas of ander lichtdoorlatend materiaal en dienend tot kweken, trekken, vermeerderen, opkweken of verzorgen van vruchten, bloemen, groenten planten of bomen, alsmede in voorkomende gevallen tot bescherming van de omgeving tegen milieubelastende stoffen.
1.63 kleinschalig kamperen
een kampeerterrein voor niet-permanente kampeermiddelen dat ruimte biedt voor ten hoogte 25 standplaatsen en voorzien is van een randbeplanting van 5 m breed.
1.64 kleinschalige horecagelegenheid
theeschenkerij of proeverij van streekeigen producten dan wel producten afkomstig van het eigen bedrijf, géén café, restaurant of ander horecabedrijf zijnde.
1.65 landschapswaarde
de aan een gebied toegekende waarde met betrekking tot het waarneembare deel van het aardoppervlak, die wordt bepaald door de herkenbaarheid en de identiteit van de onderlinge samenhang tussen levende en niet-levende natuur.
1.66 logiesgebouw
gebouw of gedeelte van een gebouw, waarin twee of meer logiesfuncties liggen, die zijn aangewezen op een of meer gemeenschappelijke verkeersroutes.
1.67 manege/rijschool
een bedrijf dat op eigen terrein binnen of buiten een gebouw gelegenheid geeft tot het beoefenen van de paardensport en al dan niet mogelijkheden biedt voor het verblijf en de verzorging van paarden al dan niet gecombineerd met het fokken, africhten en de verkoop van paarden.
1.68 mantelzorg
het bieden van zorg aan eenieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband.
1.69 mestverwerking
het door middel van chemische, fysische en/of biologische behandeling omzetten van kippenmest, varkensdrijfmest, rundveemest en/of overige mestsoorten in relatief droge producten ten behoeve van de bemesting van de bodem en/of producten die een ander toepassingsgebied hebben.
1.70 milieudeskundige
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige of commissie van deskundigen inzake milieu.
1.71 nevenactiviteit
een bedrijfs- of beroepsmatige activiteit die in ruimtelijk, functioneel en inkomenswervend opzicht duidelijk ondergeschikt is aan de op de in dit bestemmingsplan toegestane hoofdfunctie op een bestemming.
1.72 nieuwvestiging van een agrarisch bedrijf
de projectie van een agrarisch bouwvlak op een locatie die niet is voorzien van een bouwvlak.
1.73 nutsvoorzieningen
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
1.74 omschakeling van een agrarisch bedrijf
het geheel of gedeeltelijk overstappen van de ene agrarische bedrijfsvorm in een andere agrarische bedrijfsvorm dan wel het overstappen van agrarisch gebruik in een niet-agrarische bedrijfsvorm.
1.75 ondergeschikte detailhandel
Detailhandel als activiteit die in ruimtelijk, functioneel en inkomenswervend opzicht duidelijk ondergeschikt is aan de op de ingevolge het bestemmingsplan toegestane hoofdfunctie. De detailhandelsactiviteit is van zulke beperkte bedrijfsmatige en/of ruimtelijke omvang dat de (niet-detailhandel) functie waaraan zij wordt toegevoegd qua aard, omvang en verschijningsvorm, overwegend of nagenoeg geheel als hoofdfunctie duidelijk herkenbaar blijft.
1.76 ondergeschikte horeca
Het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse als ondergeschikte activiteit bij de hoofdfunctie, waarbij de ondergeschikte horeca-activiteiten passen bij de hoofdfunctie en niet zelfstandig worden uitgeoefend en niet toegankelijk zijn los van de hoofdfunctie.
1.77 outdooractiviteiten
buitenactiviteiten in de vorm van bijvoorbeeld challenge parcours, funtrophy, klimwand/klimrek, paalsprong, touwbanen, joggen, mountainbike, kano varen, roeien, beach-volleybal/voetbal/handbal, touwtrekken, vlotten bouwen, speurtochten, survival parcours, boomhangen, spooktocht, touwbrug maken.
1.78 overkapping
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van maximaal drie gesloten wanden.
1.79 opslag
het bewaren van goederen, materialen en stoffen zonder dat ter plaatse sprake is van productie, bewerking, verwerking, handel en/of activiteiten van administratieve aard.
1.80 paalkampeerterrein
een terrein, zonder verdere voorzieningen, waarbinnen een straal van 10 m rond de paal vrij mag worden gekampeerd en overnacht.
1.81 paardenbak
een buitenrijbaan ten behoeve van paardrijactiviteiten, met een bodem van zand, hout, boomschors of ander materiaal om de bodem te verstevigen en al dan niet voorzien van een omheining.
1.82 paardenpension/paardenstalling
het houden van paarden en pony's ten behoeve van verhuur en eigen gebruik, alsmede het bieden van gelegenheid aan derden om hun paarden en pony's in pension te stallen en te weiden; onder paardenpension/paardenstalling worden geen maneges verstaan.
1.83 peil
- a. voor bouwwerken die onmiddellijk aan de weg grenzen: de hoogte van die weg, ter plaatse van de hoofdtoegang;
- b. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld.
1.84 permanente bewoning
het verblijven in een kampeermiddel, een recreatieverblijf, een verblijfsrecreatief appartement of in een gebouw, geen woning zijnde, met het kennelijke doel om dat kampeermiddel, recreatieverblijf, verblijfsrecreatief appartement dan wel het gebouw als hoofdverblijf te gebruiken.
1.85 permanente teeltondersteunende voorzieningen
teeltondersteunende voorzieningen die langer dan 6 maanden, worden gebruikt zoals bakken op stellingen, regenkappen en containervelden; hieronder worden niet verstaan teeltondersteunende kassen en boomteelthekken.
1.86 recreatiewoning
een permanent ter plaatse aanwezig gebouw, geen kampeermiddel of logiesgebouw zijnde, die bestemd is voor recreatief verblijf en waarbij de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
1.87 restaurant
een horecabedrijf, uitsluitend of overwegend gericht op het verstrekken van maaltijden voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van dranken.
1.88 seksinrichting
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden; onder een seksinrichting wordt in elk geval verstaan: een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
1.89 Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging'
de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' die van deze regels deel uitmaakt.
1.90 Staat van Horeca-activiteiten
de Staat van Horeca-activiteiten die van deze regels deel uitmaakt.
1.91 teeltondersteunende kassen
kassen, schuur-, tunnel- en boogkassen of daarmee gelijk te stellen constructies hoger dan 1,5 m.
1.92 tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen
teeltondersteunende voorzieningen (niet zijnde teeltondersteunende kassen of boomteelthekken) die maximaal 6 maanden op dezelfde locatie gebruikt mogen worden waaronder worden verstaan folies, insectengaas, acryldoek, vraatnetten, boogkassen tot 1,5 m, hagelnetten, wandelkappen en schaduwhallen.
1.93 trekkershut
recreatieverblijf in de vorm van een eenvoudig gebouw, dat dient als recreatief verblijf gedurende een gedeelte van het jaar en waarvan de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
1.94 tuincentrum
een bedrijf, in hoofdzaak gericht op het bedrijfsmatig kweken en rechtstreeks verkopen aan de consument van boomkwekerijproducten, planten, bloembollen, bloemen, kamerplanten, artikelen voor de aanleg en het onderhoud van de tuinen alsmede tuininrichtingsartikelen en aanverwante artikelen zoals bloempotten, vazen, plantenbakken en dergelijke.
1.95 tunnel- en boogkassen
verankerde menstoegankelijke kassen met een tijdelijk karakter, behorende bij een vollegrondsgroente-, fruit-, bloemen-, planten- en boomteeltbedrijf ter teeltondersteuning.
1.96 veekering
een afscherming (zoals hekken, heggen of houtwallen) ter voorkoming van het uitbreken van vee.
1.97 verbeelding
de digitale weergave van het bestemmingsplan.
1.98 verkoop streekeigen agrarische producten
het te koop aanbieden, verkopen en/of leveren van agrarische producten aan particulieren, bij wijze van neventak van een agrarisch bedrijf, voor zover deze agrarische producten op het eigen bedrijf/in de regio zijn geteeld en hooguit op ambachtelijke wijze op het eigen bedrijf/in de regio zijn verwerkt of bewerkt.
1.99 volwaardig agrarisch bedrijf
een agrarisch bedrijf in de omvang van ten minste één volledige arbeidskracht met een daarbij passende bedrijfsomvang.
1.100 voorgevelrooilijn
de denkbeeldige lijn die strak loopt langs de voorgevel van een gebouw tot aan de perceelsgrenzen.
1.101 woning
een (gedeelte van een) gebouw, uitsluitend geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden, of een andere daarmede vergelijkbare economische eenheid.
1.102 zalencentrum
een locatie waar zalen worden verhuurd voor feesten en partijen.
1.103 zijdelingse perceelsgrens
de zijdelingse grens tussen twee (of meerdere) percelen.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.1 de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens
tussen de zijdelingse grenzen van een perceel en enig punt van het betreffende bouwwerk, waar de afstand het kortste is.
2.2 de bouwhoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
2.3 de dakhelling
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
2.4 de goothoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
2.5 de hoogte van een windturbine
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine.
2.6 de inhoud van een bouwwerk
tussen de onderzijde van de beganegrondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
2.7 de oppervlakte van een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. grondgebonden veehouderij, paardenfokkerij en akker- en vollegrondstuinbouw;
- b. recreatief medegebruik;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'bomenteelt': tevens voor bomenteelt/kwekerij, sierteelt en fruitteelt;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'fruitteelt': tevens voor fruitteelt, sierteelt en bomenteelt;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'glastuinbouw': tevens voor glastuinbouw;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'intensieve veehouderij': tevens voor intensieve veehouderij;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'sierteelt': tevens voor sierteelt, bomenteelt en fruitteelt;
- h. ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek': cultuurhistorisch waardevolle en beeldbepalende panden;
- i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - ves': uitsluitend een veldschuur;
- j. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - vee': een ondergeschikte veehandel;
- k. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - ko': kinderopvang met een oppervlakte van ten hoogste 520 m2;
- l. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbak: uitsluitend een paardenbak;
- m. bedrijfswoningen;
- n. evenementen;
- o. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- p. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, laad- en losvoorzieningen en (ontsluitings)wegen;
met uitzondering van:
- q. aan-huis-gebonden beroepen;
met dien verstande dat:
- r. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
3.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' is bouwen uitsluitend toegestaan indien voldaan wordt aan het bepaalde in artikel 40.7;
- b. gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en permanente teeltondersteunende voorzieningen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
- c. het bepaalde in sub b is niet van toepassing voor erf- of terreinafscheidingen, veekeringen, tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen en permanente boomteelthekken; met dien verstande dat uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch – paardenbak' omheiningen rond paardenbakken zijn toegestaan en verder op geen enkele locatie buiten de bouwvlakken;
- d. in aanvulling op het bepaalde in sub c geldt dat ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding 'tov' tevens permanente teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak zijn toegestaan;
- e. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouw vlak | max.oppervlak | maxin houd | max. goot hoog te | max. bouw hoogte | dakhel ling min/ max | min afstand zijde lingse perceelsgrens | min afstand voor gevel rooilijn | min. afstand tot de bedrijfswoning (min./ max.) | |
bedrijfswoning (inclusief aan- en uitbouwen) | één, tenzij anders op de verbeelding aangegeven | - | 750 m³ | 5 m | 11 m | 18°/55° | 5 m | - | -/- |
bijgebouwen + overkappingen bij de bedrijfswoning | - | 100 m² | - | 3 m | 5,5 m | 18°/55° | 5 m | 5 m | 2/10 |
bedrijfsgebouwen (niet zijnde teeltondersteunende kassen) ter plaatse van de aanduiding 'glastuinbouw' | - | 0,5 ha | - | 5 m | 11 m | 18°/55° | 5 m | 10 m | 2/- |
kassen ter plaatse van de aanduiding 'glastuinbouw' | - | 2 ha | - | 6,5 m | 10 m | -/- | 5 m | 10 m | 2/- |
bedrijfsgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur' | - | - | - | 5 m | 18°/55° | 5 m | - | -/- | |
overige bedrijfsgebouwen (niet zijnde teeltondersteunende kassen) | - | - | - | 5 m | 11 m | 18°/55° | 5 m | 10 m | 2/- |
permanente teeltondersteunende kassen | - | 0,5 ha | - | 6,5 m | 10 m | -/- | 5 m | 10 m | 2/- |
mestsilo's sleufsilo's overige silo's | - | - | - | - | 8,5 m 2,5 m 15 m | -/- | 5 m 5 m 5 m | 10 m 10 m 10 m | 2/- 2/- 2/- |
erf- of terreinafscheidingen binnen bouw- vlakken - voor de voorgevelrooilijn - overige plaatsen buiten bouwvlakken -erfafscheidingen - veekering/omheining rondom paardenbakken * | - | - | - | - | 1 m 2 m 1 m 1,5 m | -/- | - | - | -/- -/- -/- -/- |
antennes/windturbine** | 1 | - | - | - | 12 m | -/- | 5 m | 10 m | -/- |
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde ** | - | - | - | - | 6 m | -/- | - | - | -/- |
- = Niet van toepassing.
* = uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbak'
** = niet ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbak'
3.3 Ontheffing van de bouwregels
3.4 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
- paardenbakken buiten het bouwvlak zijn niet toegestaan.
3.5 Ontheffing van de gebruiksregels
3.6 Aanlegvergunning
3.7 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 1' de bestemming wijzigen in de bestemming 'Natuur' indien de gronden ten behoeve van een natuurdoelstelling zijn verworven en worden ingericht.
Artikel 4 Bedrijf
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduidingen zoals genoemd in de onderstaande tabel: een bedrijfsactiviteit met SBI-code zoals hierna in de tabel genoemd, uit de ten hoogste voor de bedrijfsactiviteit in de tabel aangegeven categorie van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' zoals opgenomen in bijlage 1 van de regels:
aanduiding bedrijfsactiviteit SBI-code uit ten hoogste milieucategorie specifieke vorm van bedrijf - aan aannemersbedrijf/bouwbedrijf/klussenbedrijf 45.3 B1 specifieke vorm van bedrijf - gar autobedrijf 501/502/504 B1 specifieke vorm van bedrijf - car caravanstalling 6321.3 B1 specifieke vorm van bedrijf - ces coating en straalbedrijf 453 B1 specifieke vorm van bedrijf - gro groothandel 517 C specifieke vorm van bedrijf - hmm handel in melkmachines 5162.2 C specifieke vorm van bedrijf - hou houthandel 5153 B1 specifieke vorm van bedrijf - lgb loodgietersbedrijf 453 B1 specifieke vorm van bedrijf - lwb agrarisch loonwerkbedrijf/grondverzetbedrijf 014.1 B2 specifieke vorm van bedrijf - met metaalbewerkingsbedrijf 2852.2 B2 specifieke vorm van bedrijf - omb onderhouds- en montagebedrijf 453 B1 specifieke vorm van bedrijf - sch schildersbedrijf 453 B1 specifieke vorm van bedrijf - tis technisch installatiebedrijf 453.2 B1 specifieke vorm van bedrijf - trb transportbedrijf 6024.0 C specifieke vorm van bedrijf - gww grond-, weg- en waterbouwkundig bedrijf 713 C - b. ter plaatse van de aanduidingen zoals genoemd in de onderstaande tabel: een bedrijfsactiviteit behorende bij de in de tabel aangegeven aanduiding:
aanduiding bedrijfsactiviteit specifieke vorm van bedrijf - ath agrarisch technisch hulpbedrijf, toeleveringsbedrijf en grond-, weg- en waterbouwkundigbedrijf specifieke vorm van bedrijf - foe foeragehandel specifieke vorm van bedrijf - grd gronddepot specifieke vorm van bedrijf - kaa kaasmakerij specifieke vorm van bedrijf - lmb landbouw mechanisatiebedrijf specifieke vorm van bedrijf - wzi waterzuiveringsinstallatie specifieke vorm van bedrijf - wwb waterwinbedrijf specifieke vorm van bedrijf - abp africhtingsbedrijf voor paarden zoals bedoeld in artikel 1 lid 1.7 specifieke vorm van bedrijf - hkp hondenkennel/pension zoals bedoeld in artikel 1 lid 1.51 specifieke vorm van bedrijf - pap paardenpension/-paardenstalling zoals bedoeld in artikel 1 lid 1.79 specifieke vorm van bedrijf - kau kleinschalig automatiseringsbedrijf Specifieke vorm van bedrijf - wer werkplaats voor Brabantse Delta specifieke vorm van bedrijf - hot bedrijf gericht op hondentraining specifieke vorm van bedrijf - hok hondenkennel met daaraan ondergeschikt het fokken van mini-pony's en shetlanders specifieke vorm van bedrijf - kvk verkoop van kaas specifieke vorm van bedrijf - zdr zeefdrukkerij specifieke vorm van bedrijf - dis distributiecentrum specifieke vorm van bedrijf - bvt stalling bergingsvoertuigen specifieke vorm van bedrijf - gvb grondverzetbedrijf specifieke vorm van bedrijf - hfs hoefsmid nutsvoorziening nutsvoorzieningen opslag opslag van zweefvliegtuigen verkooppunt motorbrandstoffen lpg
verkooppunt voor motorbrandstoffen, met lpg met daarbij behorende andere detailhandel als bedoeld in categorie 1a van de Staat van Horeca-activiteiten verkooppunt motorbrandstoffen verkooppunt voor motorbrandstoffen, zonder lpg met daarbij behorende andere detailhandel als bedoeld in categorie 1a van de Staat van Horeca-activiteiten - c. ter plaatse van de bouwaanduiding 'karakteristiek': cultuurhistorisch waardevolle en beeldbepalende panden;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - car' tevens voor ondergeschikte detailhandel en reparatie;
- e. bedrijfswoningen;
- f. evenementen;
- g. gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde;
- h. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, laad- en losvoorzieningen en (ontsluitings)wegen;
met uitzondering van:
- i. aan-huis-gebonden beroepen;
met dien verstande dat:
- j. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
4.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' is bouwen uitsluitend toegestaan indien voldaan wordt aan het bepaalde in artikel 40.7
- b. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
- c. ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding 'antennemast': is uitsluitend een antennemast toegestaan;
met dien verstande dat:
- d. algehele herbouw van de woning uitsluitend mag plaatsvinden op bestaande fundamenten;
- e. ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding 'vab' het volgende geldt:
- 1. het uitbreiden van bestaande bebouwing is in geen geval toegestaan;
- 2. nieuwbouw is in geen geval toegestaan;
- 3. het gebruik van kassen is in geen geval toegestaan;
- 4. van het bepaalde onder 2 kan worden afgeweken indien voormalige agrarische bebouwing wordt gesaneerd, met dien verstande dat het oppervlak van de nieuw op te richten bebouwing maximaal 20% mag bedragen van de oppervlakte van de bebouwing die wordt afgebroken met een maximum van 400 m²;
- f. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouw vlak | max. oppervlak | max. in- houd | max. goot hoog te | max. bouwhoog te | dakhel ling (min./max.) | min. afstand tot zijdeling se perceels grens | min. afstand tot voor gevel lijn | min. afstand tot de bedrijfswoning (min./ max.) | |
bedrijfs woning (inclusief aan- en uitbouw en) | één, tenzij anders op de verbeel ding aangegeven | - | 750 m³ | 5 m | 11 m | 20°/ 55° | 5 m | - | -/- |
bijgebouwen en overkap pingen bij de bedrijfs woning | - | 100 m² | - | 3 m | 5,5 m | 20°/ 55° | 5 m | 5 m | -/- |
bedrijfsgebouwen ter plaatse van de aandui ding 'specifieke vorm van bedrijf - wwb' | - | zoals aangegeven op de ver beel ding | - | 5.5 m | 9 m | 20°/ 55° | 5 m | - | 2/- |
overige bedrijfsgebouwen | - | zoals aangegeven op de ver beel ding | - | 5 m | 11 m | 20°/ 55° | 5 m | 10 m | 2/- |
zendmasten ter plaatse van de aandui ding 'nutsvoor ziening' | - | - | - | - | 100 m | -/- | - | - | 2/- |
overige bouwwerken en bouwwerken, geen gebouw en zijnde, ter plaatse van de aandui ding 'nutsvoor ziening' | - | - | - | - | 4 m | -/- | - | - | 2/- |
erf- of terreinaf scheidingen ter plaatse van de aandui ding 'specifieke vorm van bedrijf –wwb' | - | - | - | - | 3 m | -/- | - | - | -/- |
bouwwerken, geen gebouw en zijnde, ter plaatse van de aandui ding 'specifieke vorm van bedrijf - wwb' | - | - | - | - | 5,5 m | -/- | - | - | -/- |
overige erf- of terreinaf scheidingen voor de voorgevel overige plaatsen | - | - | - | - | 1 m 2 m | -/- | - | - | -/- |
antennes/windtur bine | 1 | 12 m | -/- | 5 m | 10 m | 2/- | |||
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | - | - | - | 6 m | -/- | - | - | -/- |
- = Niet van toepassing.
4.3 Ontheffing bouwregels
4.4 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:
- a. nieuwe Bevi-inrichtingen zijn niet toegestaan;
- b. nieuwe Wgh-inrichtingen zijn niet toegestaan;
- c. detailhandel is niet toegestaan, behoudens bij handelsbedrijven zoals opgenomen in lid 4.1;
- d. zelfstandige kantoren zijn niet toegestaan;
- e. per bedrijf mag de oppervlakte kantoor niet meer bedragen dan 50% van het totale vloeroppervlak met een maximum van 400 m² per bedrijf;
- f. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage;
4.5 Ontheffing van de gebruiksregels
4.6 Aanlegvergunning
4.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 5 Cultuur En Ontspanning
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Cultuur en Ontspanning' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'speeltuin'; een overdekte kinderspeeltuin met daaraan ondergeschikt een horecavoorziening ten dienste van de bestemming en een dierenparkje;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'seksinrichting'; een seksinrichting met daaraan ondergeschikt een sauna;
- c. bedrijfswoningen;
- d. evenementen;
- e. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- f. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, laad- en losvoorzieningen en (ontsluitings)wegen;
met uitzondering van:
- g. aan-huis-gebonden beroepen;
met dien verstande dat:
- h. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
5.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen en verlichting, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
met dien verstande dat:
- b. algehele herbouw van de woning uitsluitend mag plaatsvinden op bestaande fundamenten;
- c. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouw vlak | max. opper vlak | max. inhoud | max. goot hoog te | max. bouwhoog te | dakhel ling (min./ max.) | min. af stand tot zijde lingse per ceels grens | min. af stand tot voor gevel lijn | min. afstand tot de bedrijfswoning (min./ max.) | |
bedrijfswoning (inclusief aan- en uitbouwen) | één, tenzij anders op de verbeel ding aangegeven | - | 750 m³ | 5 m | 11 m | 20°/55° | 5 m | - | -/- |
bijgebouwen en overkap pingen bij de bedrijfs woning | - | 100 m² | - | 3 m | 5,5 m | 20°/55° | 5 m | 5 m | -/- |
bedrijfsge bouwen | - | zoals aangegeven op de verbeelding | - | 5 m | 11 m | 20°/55° | 5 m | 10 m | 2/- |
erf- of terreinaf scheiding en: binnen bouwvlak ken: - voor de voorgevel - overige plaatsen buiten bouwvlak ken | - | - | - | - | 1 m 2 m 2 m | -/- | - | - | -/- |
lichtmasten | 6 m | ||||||||
antennes/ windturbine | 12 m | -/- | 5 m | 10 m | 2/- | ||||
overige bouwwerk en, geen gebouwen zijnde | - | - | - | - | 6 m | -/- | - | - | -/- |
- = Niet van toepassing.
5.3 Ontheffing bouwregels
5.4 Ontheffing van de gebruiksregels
Ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 5.1 sub g ten behoeve van het toestaan van aan-huis-gebonden beroepen die ten hoogste vallen binnen de categorieën A en B1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten en waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer geldt met inachtneming van het volgende:
- a. het vloeroppervlak ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen mag niet meer dan 60 m² bedragen;
- b. buitenopslag en buitenactiviteiten ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen zijn niet toegestaan;
- c. in het kader van de aan-huis-gebonden beroepen is geen horeca en detailhandel toegestaan uitgezonderd horeca en detailhandel ondergeschikt en gelieerd aan het aan-huis-gebonden beroep;
- d. aan-huis-gebonden beroepen zijn toegestaan indien er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
- e. ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid binnen het bouwvlak;
- f. het gebruik voor aan-huis-gebonden beroepen heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer;
- g. één van de bewoners van het hoofdgebouw dient eigenaar/bedrijfsleider te zijn van het aan-huis-gebonden beroep.
5.5 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 6 Detailhandel
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'tuincentrum' een tuincentrum;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - vko': uitsluitend verkoop van kampeerartikelen en outdoor sportartikelen;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - cro': uitsluitend caravanhandel, reparatie en onderhoud van caravans;
- d. ter plaatse van de aanduiding ´karakteristiek': cultuurhistorische waardevolle- en beeldbepalende panden;
- e. bedrijfswoningen;
- f. evenementen;
- g. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- h. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, laad- en losvoorzieningen en (ontsluitings)wegen;
met uitzondering van:
- i. aan-huis-gebonden beroepen;
met dien verstande dat:
- j. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
6.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' is bouwen uitsluitend toegestaan indien voldaan wordt aan het bepaalde in artikel 40.7
- b. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
met dien verstande dat:
- c. algehele herbouw van de woning uitsluitend mag plaatsvinden op bestaande fundamenten;
- d. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouw vlak | max. opper vlak | max. in houd | max. goot hoog te | max. bouw hoog te | dakhel ling (min./ max.) | min. afstand tot zijdelingse perceelsgrens | min. afstand tot voor gevel lijn | min. afstand tot de bedrijfswoning (min./max.) | |
bedrijfswoning (inclusief aan- en uit bouwen) | één, tenzij anders op de verbeelding aange geven | - | 750 m³ | 5 m | 11 m | 20°/55° | 5 m | - | -/- |
bijgebouwen en overkap pingen bij de bedrijfs woning | - | 100 m² | - | 3 m | 5,5 m | 20°/55° | 5 m | 5 m | -/- |
bedrijfsgebouwen | - | zoals aange geven op de verbeelding | - | 5 m | 11 m | 20°/55° | 5 m | 10 m | 2/- |
erf- of terreinaf scheiding en: binnen bouwvlak ken: - voor de voorgevel - overige plaatsen buiten bouwvlak ken | - | - | - | - | 1 m 2 m 1 m | -/- | - | - | -/- |
antennes/windtur bine | 1 | 12 m | -/- | 5 m | 10 m | 2/- | |||
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | - | - | - | 6 m | -/- | - | - | -/- |
6.3 Ontheffing bouwregels
6.4 Ontheffing van de gebruiksregels
Ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 6.1 sub i ten behoeve van het toestaan van aan-huis-gebonden beroepen die ten hoogste vallen binnen de categorieën A en B1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten en waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer geldt met inachtneming van het volgende:
- a. het vloeroppervlak ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen mag niet meer dan 60 m² bedragen;
- b. buitenopslag en buitenactiviteiten ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen zijn niet toegestaan;
- c. in het kader van de aan-huis-gebonden beroepen is geen horeca en detailhandel toegestaan uitgezonderd horeca en detailhandel ondergeschikt en gelieerd aan het aan-huis-gebonden beroep;
- d. aan-huis-gebonden beroepen zijn toegestaan indien er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
- e. ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid binnen het bouwvlak;
- f. het gebruik voor aan-huis-gebonden beroepen heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer;
- g. één van de bewoners van het hoofdgebouw dient eigenaar/bedrijfsleider te zijn van het aan-huis-gebonden beroep.
6.5 Aanlegvergunning
6.6 Wijzigingsbevoegdheid
Ten behoeve van het maximaal te bebouwen oppervlak
Burgemeester en wethouders kunnen de maximumoppervlaktemaat ten behoeve van het bebouwd oppervlak wijzigen, met inachtneming van het volgende:
- a. het bestaande bebouwde oppervlak mag met ten hoogste 15% worden vergroot;
- b. de verkeersaantrekkende werking mag niet toenemen;
- c. er mag geen sprake zijn van een vergroting van de milieubelasting op de omgeving;
- d. er dient voorzien te worden in een adequate landschappelijke inpassing binnen het bouwvlak, waarvoor het volgende geldt:
- 1. de bestemming van de gronden die worden ingezet ten behoeve van de landschappelijke inpassing dienen te worden gewijzigd in de bestemming Groen zodat dat de groene inpassing planologisch wordt beschermd.
Artikel 7 Gemengd
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. kantoordoeleinden;
- b. maatschappelijke en culturele voorzieningen;
- c. wonen;
- d. behoud van ecologische waarden door middel van het waarborgen van de rust- en overwinteringplaats van vleermuizen in een oven;
- e. behoud van de cultuurhistorische waarde in de vorm van behoud en herstel van de voormalige ringoven;
- f. ondergeschikte horeca;
alsmede voor:
- g. ter plaatse van de aanduiding 'groen': behoud en bescherming van de ter plaatse aanwezige:
- 1. waardevolle bomen;
- 2. open weidegronden;
- 3. poel en sloot en het aansluitende landbiotoop;
- h. ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden': behoud, bescherming en herkenbaarheid van de cultuurhistorische waarden van de fundamenten en overblijfselen van de steenfabriek;
- i. ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek': cultuurhistorisch waardevolle en beeldbepalende panden;
- j. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, water en (ontsluitings)wegen;
met dien verstande dat:
- k. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
7.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
- b. in afwijking op het bepaalde in sub a geldt dat de voormalige oven ook buiten het bouwvlak gesitueerd mag zijn;
met dien verstande dat:
- c. algehele herbouw van de woning uitsluitend mag plaatsvinden op bestaande fundamenten;
- d. het profiel, de bouwmassa, de situering en de oriëntatie van bebouwing ter plaatse van de bouwaanduiding 'karakteristiek' gehandhaafd moet blijven;
- e. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouwvlak | max. opper vlak | max. inhoud | max. goothoogte | max. bouw hoogte | |
inpandige bedrijfswoning (inclusief aan- en uitbouwen en bijgebouwen) | één, tenzij anders op de verbeelding aangegeven | 450 m2 | - | - | |
gebouwen waarvan: - maatschappelijke en culturele voorzieningen - kantoorfunctie als hoofdfunctie - kantoorfunctie als nevenfunctie bij maatschappelijke en culturele voorzieningen - schuilhut ter plaatse van de aanduiding 'groen' | - | bestaand 1.200 m² 300 m² 30 m² 75 m² | bestaand - - - | bestaand - - - 3 m | bestaand - - - 5 m |
vlaggen- en lichtmasten | 6 m | ||||
schoorstenen | bestaand | ||||
erf- of terreinafscheidingen | 1 m | ||||
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | - | - | - | 3 m |
- = Niet van toepassing.
- f. met dien verstande dat lichtmasten allen zijn toegestaan voor zover deze noodzakelijk zijn voor het kunnen functioneren.
7.3 Ontheffing van de bouwregels
7.4 Aanlegvergunning
Artikel 8 Groen
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. groen;
- b. landschappelijke inpassing;
- c. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
alsmede voor:
- d. geluidswerende voorzieningen;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'cultuur en ontspanning': objecten voor beeldende kunst, voor zover deze ondergeschikt zijn aan de hoofdbestemming;
- f. bij deze bestemming behorende voorzieningen als nutsvoorzieningen, fiets- en voetpaden, parkeer- en stallingsvoorzieningen.
8.2 Bouwregels
Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 3 m. Met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'cultuur en ontspanning' een bouwwerk is toegestaan met een maximale bouwhoogte van 25 m.
8.3 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen in:
- a. de bestemming 'Natuur', indien gronden ten behoeve van een natuurdoelstelling zijn verworven en worden ingericht;
- b. de bestemming 'Agrarisch' indien deze bestemmingswijziging het gevolg is of noodzakelijk is vanwege een bouwvlakvergroting/-verandering zoals bedoeld in artikel 42.
Artikel 9 Horeca
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. horecabedrijven uit categorie 1 van de Staat van Horeca-activiteiten;
alsmede voor:
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - cre'; café en restaurant uit categorie 2 van de Staat van Horeca activiteiten;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - crz': een café, restaurant en zalencentrum uit categorie 3 van de Staat van Horeca activiteiten;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - hrz': een hotel, restaurant en zalencentrum uit categorie 3 van de Staat van Horeca activiteiten;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - crhz': een café, restaurant, hotel en zalencentrum uit categorie 3 van de Staat van Horeca activiteiten;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - crs': een café en restaurant, waarbij tevens speelvoorzieningen voor de gasten zijn toegestaan;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - crm'; café en restaurant uit categorie 2 van de Staat van Horeca activiteiten met daaraan ondergeschikt de verkoop van motorbrandstoffen ten behoeve van vrachtverkeer;
- h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - hrzw': een hotel, restaurant, zalencentrum, speelautomatenhal, kleinschalige speelvoorzieningen en een wellnesscentrum uit categorie 3 van de Staat van Horeca-activiteiten, met daaraan verwante ondergeschikte detailhandel;
- i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - hcre: hotel, café en restaurant uit categorie 2 van de Staat van Horeca-activiteiten, alsmede ondergeschikte detailhandel uitsluitend binnen de bestaande bedrijfsgebouwen;
- j. ter plaatse van de bouwaanduiding 'karakteristiek': cultuurhistorisch waardevolle en beeldbepalende panden;
- k. bedrijfswoningen;
- l. evenementen;
- m. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- n. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, laad- en losvoorzieningen en (ontsluitings)wegen;
met uitzondering van:
- o. aan-huis-gebonden beroepen;
met dien verstande dat:
- p. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
9.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' is bouwen uitsluitend toegestaan indien voldaan wordt aan het bepaalde in artikel 40.7
- b. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
met dien verstande dat:
- c. algehele herbouw van de woning uitsluitend mag plaatsvinden op bestaande fundamenten;
- d. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouw vlak | max. opper vlak | max. inhoud | max. goot hoogte | max. bouw hoogte | dakhel ling (min./ max.) | min. afstand tot zijdelingse perceelsgrens | min. af stand tot voorgevellijn | min. af stand tot de be drijfswo ning (min./max.) | |
bedrijfs woning (inclusief aan- en uitbouw en) | één, tenzij anders op de verbeelding aangegeven | - | 750 m³ | 5 m | 11 m | 20°/55° | 5 m | - | -/- |
bijgebouwen en overkappingen bij de bedrijfswoning | - | 100 m² | - | 3 m | 5,5 m | 20°/55° | 5 m | 5 m | -/- |
bedrijfsgebouwen | - | zoals aangegeven op de verbeelding | - | 5 m | 11 m | 20°/55° | 5 m | 10 m | 2/- |
erf- of terreinaf scheidingen - voor de voorgevel- overige plaatsen | - | - | - | - | 2 m 2 m | -/- | - | - | -/- |
antennes/windturbine | 1 | 12 m | -/- | 5 m | 10 m | 2/- | |||
ingangs partij ter plaatse van de aandui ding 'specifieke vorm van horeca - hrzw' | - | - | - | - | 15 m | - | - | - | - |
overige bouwwerken, geen gebouw en zijnde | - | - | - | - | 6 m | -/- | - | - | -/- |
- = Niet van toepassing.
9.3 Ontheffing bouwregels
9.4 Ontheffing van de gebruiksregels
9.5 Aanlegvergunning
9.6 Wijzigingsbevoegdheid
Ten behoeve van het maximaal te bebouwen oppervlak
Burgemeester en wethouders kunnen de maximumoppervlaktemaat ten behoeve van het bebouwd oppervlak wijzigen, met inachtneming van het volgende:
- a. het bestaande bebouwde oppervlak mag met ten hoogste 15% worden vergroot;
- b. de verkeersaantrekkende werking mag niet toenemen;
- c. er mag geen sprake zijn van een vergroting van de milieubelasting op de omgeving;
- d. er dient voorzien te worden in een adequate landschappelijke inpassing binnen het bouwvlak, waarvoor het volgende geldt:
- 1. de bestemming van de gronden die worden ingezet ten behoeve van de landschappelijke inpassing dienen te worden gewijzigd in de bestemming Groen zodat dat de groene inpassing planologisch wordt beschermd.
Artikel 10 Maatschappelijk
10.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - sco': gebouwen ten behoeve van de scouting;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'zbo': een zorgboerderij;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - zvb': een zorg- en verblijfboerderij, met daaraan ondergeschikt een kleinschalig kampeerterrein, het houden van kinderfeestjes, het geven van workshops, het geven van rondleidingen en het schenken van thee en koffie;
- d. ter plaatse van de bouwaanduiding 'karakteristiek': cultuurhistorisch waardevolle en beeldbepalende panden;
- e. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, water en (ontsluitings)wegen;
met uitzondering van:
- f. aan-huis-gebonden beroepen;
met dien verstande dat:
- g. op het kleinschalig kampeerterrein ter plaatse van de aanduiding 'zbo':
- 1. uitsluitend tijdelijke kampeermiddelen (zoals tenten en toercaravans) geplaatst mogen worden;
- 2. de kampeermiddelen uitsluitend tussen 15 maart en 31 oktober geplaatst mogen worden;
- 3. maximaal 10 kampeermiddelen en gedurende schoolvakanties maximaal 15 kampeermiddelen geplaatst mogen worden;
- 4. de kampeermiddelen zoveel mogelijk op het bouwblok en vanaf 25 m afstand tot een verharde weg geplaatst moeten worden;
- h. ten aanzien van de overige nevenactiviteiten (kinderfeestjes, workshops, rondleidingen en het schenken van thee en koffie) ter plaatse van de aanduiding 'zbo' uitsluitend gebruikt mag worden gemaakt van bestaande gebouwen tot een oppervlak van ten hoogste 250 m²;
- i. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
10.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' is bouwen uitsluitend toegestaan indien voldaan wordt aan het bepaalde in artikel 40.7 ;
- b. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
met dien verstande dat:
- c. algehele herbouw van de woning uitsluitend mag plaatsvinden op bestaande fundamenten;
- d. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouwvlak | max. opper vlak | max. in houd | max. goot hoog te | max. bouw hoog te | dakhel ling (min./ max.) | min. afstand tot zijdelingse perceelsgrens | min. af stand tot voor gevel lijn | min. af stand tot de be drijfswo ning (min./max.) | |
bedrijfswoning (inclusief aan- en uit bouwen) | één, tenzij anders op de verbeel ding aangege ven | - | 750 m³ | 5 m | 11 m | 20°/55° | 5 m | - | -/- |
bijge bouwen en over kapping en bij de bedrijfs woning | - | 100 m² | - | 3 m | 5,5 m | 20°/55° | 5 m | 5 m | -/- |
bedrijfs gebouw en | - | zoals aangegeven op de verbeelding | - | 5 m | 11 m | 20°/55° | 5 m | 10 m | 2/- |
erf- of terreinaf scheidingen: binnen bouwvlakken - voor de voorgevel- overige plaatsen buiten bouwvlakken | - | - | - | - | 1 m 2 m 1 m | -/- | - | - | -/- |
antennes/wind turbine | 1 | 12 m | -/- | 5 m | 10 m | 2/- | |||
overige bouwwerken, geen gebouw en zijnde | - | - | - | - | 6 m | -/- | - | - | -/- |
- = Niet van toepassing.
10.3 Ontheffing bouwregels
10.4 Ontheffing van de gebruiksregels
Ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 10.1 sub f ten behoeve van het toestaan van aan-huis-gebonden beroepen die ten hoogste vallen binnen de categorieën A en B1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten en waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer geldt met inachtneming van het volgende:
- a. het vloeroppervlak ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen mag niet meer dan 60 m² bedragen;
- b. buitenopslag en buitenactiviteiten ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen zijn niet toegestaan;
- c. in het kader van de aan-huis-gebonden beroepen is geen horeca en detailhandel toegestaan uitgezonderd horeca en detailhandel ondergeschikt en gelieerd aan het aan-huis-gebonden beroep;
- d. aan-huis-gebonden beroepen zijn toegestaan indien er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
- e. ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid binnen het bouwvlak;
- f. het gebruik voor aan-huis-gebonden beroepen heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer;
- g. één van de bewoners van het hoofdgebouw dient eigenaar/bedrijfsleider te zijn van het aan-huis-gebonden beroep.
10.5 Aanlegvergunning
10.6 Wijzigingsbevoegdheid
Ten behoeve van het maximaal te bebouwen oppervlak
Burgemeester en wethouders kunnen de maximumoppervlaktemaat ten behoeve van het bebouwd oppervlak wijzigen, met inachtneming van het volgende:
- a. het bestaande bebouwde oppervlak mag met ten hoogste 15% worden vergroot;
- b. de verkeersaantrekkende werking mag niet toenemen;
- c. er mag geen sprake zijn van een vergroting van de milieubelasting op de omgeving;
- d. er dient voorzien te worden in een adequate landschappelijke inpassing binnen het bouwvlak, waarvoor het volgende geldt:
- 1. de bestemming van de gronden die worden ingezet ten behoeve van de landschappelijke inpassing dienen te worden gewijzigd in de bestemming Groen zodat de groene inpassing planologisch wordt beschermd.
Artikel 11 Maatschappelijk - Asielzoekerscentrum
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk - Asielzoekerscentrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. een centrum voor de opvang van asielzoekers;
- b. ter plaatse van de bouwaanduiding 'karakteristiek': cultuurhistorisch waardevolle en beeldbepalende panden;
- c. bedrijfswoningen;
- d. gebouwen, geen gebouwen zijnde;
- e. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, water en (ontsluitings)wegen;
met dien verstande dat:
- f. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
11.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' is bouwen uitsluitend toegestaan indien voldaan wordt aan het bepaalde in artikel 40.7 ;
- b. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
met dien verstande dat:
- c. algehele herbouw van de woning uitsluitend mag plaatsvinden op bestaande fundamenten;
- d. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouwvlak | max. oppervlak | max. inhoud | mag. goothoog te | max. bouwhoog te | |
bedrijfswoning (inclusief aan- en uitbouw | één, tenzij anders op de verbeel ding is aangege ven | - | 750 m³ | 5 m | 11 m |
bijgebouwen en overkappingen bij de bedrijfswoning | - | 100 m² | - | 3 m | 5,5 m |
overige gebouwen | - | zoals aangegeven op de verbeelding | - | - | 8 m |
antennes | - | - | - | - | 12 m |
erf- of terreinafscheidingen | - | - | - | - | 2 m |
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | - | - | - | 4 m |
- = Niet van toepassing.
11.3 Ontheffing van de bouwregels
11.4 aanlegvergunning
Artikel 12 Maatschappelijk - Begraafplaats
12.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk - Begraafplaats' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. lijkbezorging;
- b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals een aula annex bergruimte, hekwerken, gedenktekens, groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, water en (ontsluitings)wegen;
met dien verstande dat:
- c. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
12.2 Bouwregels
Voor dezen gronden gelden de volgende regels:
- a. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
- b. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouwvlak | max. oppervlak | max. inhoud | max. goot hoogte | max. bouw hoogte | min. afstand tot zijdelingse perceelsgrens | |
gebouwen | 1 | 25 m² | - | 3,5 m | 7,5 m | 3 m |
erf- of terreinafscheiding en -voor de voorgevel -overige plaatsen | - | - | - | - | 1 m 2 m | - |
antennes | - | - | - | - | 12 m | - |
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | - | - | - | 3 m | - |
- = Niet van toepassing.
Artikel 13 Maatschappelijk - Defensieterrein - 1
13.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk – Defensieterrein - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het houden van militaire oefeningen;
- b. bosbouw en houtteelt;
- c. behoud van landschappelijke en natuurwaarden zoals stuifzand- en heidegebieden;
- d. agrarisch gebruik van binnen het gebied aanwezige open bouwlanden;
- e. extensief recreatief medegebruik;
- f. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, water en (ontsluitings)wegen;
met dien verstande dat:
- g. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
13.2 Bouwregels
Op deze gronden mogen ten dienste van de bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.
13.3 Aanlegvergunning
Artikel 14 Maatschappelijk - Defensieterrein - 2
14.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk - Defensieterrein - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor militair logistiek terrein met de volgende doeleinden:
- a. militaire opslag en bevoorrading;
met dien verstande dat:
- b. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
14.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen gebouwen (niet zijnde woningen) en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
- b. in afwijking van het bepaalde in sub a geldt dat uitsluitend op het terrein, gelegen aan de Oosterhoutseweg, maximaal één bedrijfswoning mag worden gebouwd met een inhoud van 750 m³;
- c. op deze gronden geldt een maximaal bebouwingspercentage van 15%;
- d. de goothoogte van de bedrijfswoning bedraagt ten hoogste 5 m;
- e. de goothoogte van overige gebouwen mag ten hoogste 13 m bedragen;
- f. de bouwhoogte mag ten hoogste bedragen voor:
- | bedrijfswoning | 10 m; | |
- | gebouwen | 15 m; | |
- | zendmasten | 100 m; | |
- | overige bouwwerken | 6 m. |
Artikel 15 Maatschappelijk - Militaire Vliegbasis - 1
15.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk - Militaire vliegbasis - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor militaire vliegbasis met de volgende doeleinden:
- a. militaire vliegbasis;
- b. bescherming en ontwikkeling van waardevolle natuurgebieden;
- c. behoud van landschappelijke en natuurwaarden met betrekking tot bosgebieden;
- d. recreatief medegebruik in de vorm van zweefvliegen en het vliegen met motorsportvliegtuigen;
alsmede voor:
- e. behoud en/of ontwikkeling van landschappelijke en ecologisch waarden, welke bestaan uit een aaneengesloten structuur van naald- en loofbos, heischraalgrasland met ruigte en natuurterrein en de aanwezigheid van:
- 1. laaggelegen vochtig en geaccidenteerd bosgebied;
- 2. een gevarieerde bosstructuur;
- 3. een bosgebied met bebouwing en infrastructuur;
- 4. de zeer zeldzame boomkikker ter plaatse van de aanduiding 'natuurwaarden';
- f. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, water en (ontsluitings)wegen;
met dien verstande dat:
- g. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
15.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
- b. op deze gronden geldt een maximaal bebouwingspercentage van 2%;
- c. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste voor:
- | een verkeerstoren | max. 25 m; | |
- | overige gebouwen | max. 15 m; | |
- | zendmasten en radartorens | max. 100 m; | |
- | overige andere bouwwerken | max. 15 m. |
15.3 Specifieke gebruiksregels
Het is verboden gronden met de aanduiding 'natuurwaarden' te gebruiken voor het dempen van poelen.
15.4 Aanlegvergunningen
Artikel 16 Maatschappelijk - Militaire Vliegbasis - 2
16.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk - Militaire vliegbasis - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor militaire vliegbasis met de volgende doeleinden:
- a. militaire vliegbasis;
- b. bescherming en ontwikkeling van waardevolle natuurgebieden;
- c. behoud van landschappelijke en natuurwaarden met betrekking tot bosgebieden;
- d. recreatief medegebruik in de vorm van zweefvliegen en het vliegen met motorsportvliegtuigen;
alsmede voor:
- e. operationele delen van de vliegbasis en de aanwezigheid van:
- 1. basisvoorzieningen ten behoeve van onder andere administratie, materieelopslag, onderhoud en personeelsaccommodatie;
- 2. parkachtig ingerichte bebouwde gebieden;
- f. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, water en (ontsluitings)wegen;
met dien verstande dat:
- g. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
16.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
- b. op deze gronden geldt een maximaal bebouwingspercentage van 10%;
- c. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste voor:
- | een verkeerstoren | max. 25 m; | |
- | overige gebouwen | max. 15 m; | |
- | zendmasten en radartorens | max. 100 m; | |
- | overige andere bouwwerken | max. 15 m. |
16.3 Aanlegvergunningen.
Artikel 17 Maatschappelijk - Militaire Vliegbasis - 3
17.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk - Militaire vliegbasis - 3' aangewezen gronden zijn bestemd voor militaire vliegbasis met de volgende doeleinden:
- a. militaire vliegbasis;
- b. bescherming en ontwikkeling van waardevolle natuurgebieden;
- c. behoud van landschappelijke en natuurwaarden met betrekking tot bosgebieden;
- d. recreatief medegebruik in de vorm van zweefvliegen en het vliegen met motorsportvliegtuigen;
alsmede voor:
- e. het start-, landings- en taxibanenstelsel;
- f. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, water en (ontsluitings)wegen;
met dien verstande dat:
- g. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
17.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
- b. op deze gronden geldt een maximaal bebouwingsoppervlak van 2.000 m²;
- c. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste voor:
- | een verkeerstoren | max. 25 m; | |
- | overige gebouwen | max. 15 m; | |
- | zendmasten en radartorens | max. 100 m; | |
- | overige andere bouwwerken | max. 15 m. |
17.3 Aanlegvergunningen.
Artikel 18 Natuur
18.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. bos en natuurgebieden;
- b. behoud, herstel en ontwikkeling van natuur- en landschapswaarden;
- c. recreatief medegebruik;
- d. extensief agrarisch gebruik ten behoeve van de bestemming;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport': mede voor outdooractiviteiten;
- f. bij deze doeleinden behorende voorzieningen, zoals groenvoorzieningen, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, ontsluitingswegen, wandel- en fietspaden en water ten behoeve van wateraanvoer en -afvoer en waterberging;
met daaraan ondergeschikt:
- g. de productie van hout;
- h. ecologische verbindingszones
18.2 Bouwregels
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 3 m.
18.3 Aanleg vergunning
Artikel 19 Recreatie - Dagrecreatie
19.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie - Dagrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'volkstuin': een volkstuin;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - grh': een groepsaccommodatie ten behoeve van dagrecreatie met daaraan ondergeschikt horeca ten dienste van de bestemming;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - vtg': een volkstuin met daaraan ondergeschikt een groepsaccommodatie ten behoeve van de volkstuin;
- d. bedrijfswoningen;
- e. evenementen;
- f. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- g. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, laad- en losvoorzieningen en (ontsluitings)wegen;
met uitzondering van:
- h. aan-huis-gebonden beroepen;
met dien verstande dat:
- i. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
19.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen en kassen en bergingen ter plaatse van de aanduiding 'volkstuin', mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'volkstuin' zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals gereedschapskisten en platglaskassen met een bouwhoogte van ten hoogste 1,5 m toegestaan;
- c. in afwijking op sub b geldt dat ten behoeve van volkstuinen met een minimale oppervlakte van 1.000 m² tevens bergingen en kassen binnen het bouwvlak mogen worden gebouwd;
met dien verstande dat:
- d. algehele herbouw van de woning uitsluitend mag plaatsvinden op bestaande fundamenten;
- e. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouwvlak | max. oppervlak | max. in houd | max. goot hoogte | max. bouwhoog te | dak helling (min./max.) | min. afstand tot zijdelingse perceels grens | |
bedrijfswoning (inclusief aan- en uitbouwen) | 1 tenzij anders op de verbeel ding is aangege ven | 750 m³ | 5 m | 11 m | 20°/ 55° | 5 m | |
bijgebouwen en overkappingen behorende bij de bedrijfswoning | 100 m² | 3 m | 5,5 m | 20°/ 55° | 5 m | ||
bergingen ter plaatse van volkstuinen > 1.000 m² | 20 m² | - | 3 m | 5 m | 5 m | ||
kassen ter plaatse van volkstuinen > 1.000 m² | 1 | 10 m² | - | 3 m | 5 m | 5 m | |
bijenhal | 1 | 50 m² | - | - | 1,5 m | 5 m | |
bebouwing ter plaatse van de aanduiding specifieke vorm van recreatie - grh | 1 | zoals aangegeven op de verbeelding | - | 4,5 m | 10 m | 20°/ 55° | 5 m |
bebouwing ter plaatse van de aanduiding specifieke vorm van recreatie - vtg | 1 | zoals aangegeven op de verbeelding | - | - | - | 20°/ 55° | 5 m |
erf- of terreinafscheidingen | - | - | - | - | 2 m | - | |
antennes | - | - | - | - | 12 m | - | |
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | - | - | - | 1,5 m | - |
19.3 Ontheffing bouwregels
Ten behoeve van de herbouw van woningen buiten bestaande fundamenten
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 19.2 sub d teneinde algehele herbouw van een burgerwoning buiten de bestaande funderingen toe te staan met in achtneming van het volgende:
- a. de herbouw vindt plaats op het desbetreffende perceel;
- b. de nieuwe situering van de woning leidt niet tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven, voortvloeiende uit de milieuomgeving;
- c. herbouw leidt tot een betere milieuhygiënische inpasbaarheid;
- d. de herbouw buiten de bestaande funderingen is stedenbouwkundig aanvaardbaar;
- e. door de herbouw wordt het landelijke karakter van het gebied niet onevenredig aangetast.
19.4 Ontheffing van de gebruiksregels
Ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 19.1 sub h ten behoeve van het toestaan van aan-huis-gebonden beroepen die ten hoogste vallen binnen de categorieën A en B1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten en waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer geldt met inachtneming van het volgende:
- a. het vloeroppervlak ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen mag niet meer dan 60 m² bedragen;
- b. buitenopslag en buitenactiviteiten ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen zijn niet toegestaan;
- c. in het kader van de aan-huis-gebonden beroepen is geen horeca en detailhandel toegestaan uitgezonderd horeca en detailhandel ondergeschikt en gelieerd aan het aan-huis-gebonden beroep;
- d. aan-huis-gebonden beroepen zijn toegestaan indien er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
- e. ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid binnen het bouwvlak;
- f. het gebruik voor aan-huis-gebonden beroepen heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer;
- g. één van de bewoners van het hoofdgebouw dient eigenaar/bedrijfsleider te zijn van het aan-huis-gebonden beroep.
19.5 Wijzigingsbevoegdheid
Ten behoeve van het maximaal te bebouwen oppervlak
Burgemeester en wethouders kunnen de maximumoppervlaktemaat ten behoeve van het bebouwd oppervlak ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van recreatie - ghr' en 'specifieke vorm van recreatie - vtg' wijzigen, met inachtneming van het volgende:
- a. het bestaande bebouwde oppervlak mag met ten hoogste 15% worden vergroot;
- b. de verkeersaantrekkende werking mag niet toenemen;
- c. er mag geen sprake zijn van een vergroting van de milieubelasting op de omgeving;
- d. er dient voorzien te worden in een adequate landschappelijke inpassing binnen het bouwvlak, waarvoor het volgende geldt:
- 1. de bestemming van de gronden die worden ingezet ten behoeve van de landschappelijke inpassing dienen te worden gewijzigd in de bestemming Groen zodat de groene inpassing planologisch wordt beschermd.
Artikel 20 Recreatie - Verblijfsrecreatie
20.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kta': een kampeerterrein met 390 standplaatsen, een logiesgebouw bestaande uit ten hoogste 22 logies en 8 recreatiewoningen waar tevens horeca ten dienste van de bestemming is toegestaan;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - ktb': een kampeerterrein met 750 standplaatsen waar tevens horeca ten dienste van de bestemming is toegestaan;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - ktc': een kampeerterrein met 232 standplaatsen en 20 recreatiewoningen waar tevens horeca ten dienste van de bestemming is toegestaan;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - ktd': een kampeerterrein met 360 standplaatsen waar tevens horeca ten dienste van de bestemming is toegestaan;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kte': een kampeerterrein met 20 standplaatsen;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - klk: kleinschalig kamperen;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'kampeerboerderij': een kampeerboerderij alsmede ondergeschikte horeca;
- h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - srw': een solitaire recreatiewoning;
- i. bedrijfswoningen;
- j. evenementen;
- k. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- l. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, laad- en losvoorzieningen en (ontsluitings)wegen
met uitzondering van:
- m. aan-huis-gebonden beroepen;
met dien verstande dat:
- n. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
20.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- en terreinafscheidingen, sanitaire voorzieningen en kampeermiddelen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
met dien verstande dat:
- b. algehele herbouw van de woning uitsluitend mag plaatsvinden op bestaande fundamenten;
- c. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouw- vlak | max. opper- vlak | max. inhoud | max. goothoogte | max. bouw- hoogte | dakhel-ling (min./ max.) | min. afstand tot | |
bedrijfswoning (inclusief aan- en uitbouwen) | 1 tenzij anders op de verbeel-ding is aange- geven | 750 m³ | 5 m | 11 m | 20°/55° | - | |
bijgebouwen en overkappingen behorende bij de bedrijfs woning | 100 m² | 3 m | 5,5 m | 20°/55° | bedrijfs woning: 2 m zijdelingse perceels- grens: 5 m voorgevel-rooilijn 10 m | ||
bebouwing ten behoeve van gemeenschap pelijke voorzieningen | zoals aange- geven op de verbeel-ding | 3 m, tenzij anders op de verbeelding is aangege ven | 6 m, tenzij anders op de verbeel- ding is aangege-ven | 20°/55° | bedrijfs- woning: 2 m | ||
sanitaire voorzieningen buiten het bouwvlak | 50 m² | 3 m, tenzij anders op de verbeelding is aangege ven | 6 m, tenzij anders op de verbeel- ding is aangege-ven | bedrijfs- woning: 2 m zijdelingse perceels- grens: 10 m | |||
kampeermiddel | zoals aange- geven in lid 20.1 | 50 m² | 3 m | 4 m | bedrijfs- woning: 2 m zijdelingse perceels grens: 10 m overige kampeer middelen: 3 m | ||
vrijstaande bebouwing per kampeermiddel | 1 | 7,5 m² | 3 m | bedrijfs woning: 2 m zijdelingse perceels grens: 10 m overige vrijstaan de bebouw ing: 3 m | |||
recreatiewo ningen (inclusief inpandige berging) | zoals aange- geven in lid 20.1 | perceelsopper- vlak: 200 m² | 250m³ | 3 m | 7 m | 20°/55° | bedrijfs woning: 2 m zijdelingse perceels grens: 10 m overige recreatie woningen: 3 m |
logiesgebouw | zoals aange- geven in lid 20.1 | 700 m² | 5,5 m | 10 m | 20°/55° | bedrijfs woning: 2 m zijdelingse perceels grens: 10 m | |
kampeerboer- derij | zoals aangegeven op de verbeel ding | 5 m | 10 m | 20°/55° | bedrijfs woning: 2 m zijdelingse perceels grens: 10 m | ||
erf- of terreinaf scheidingen: binnen bouwvlakken: -voor de voorgevel rooilijn - overige plaatsen buiten bouwvlakken | 1 m 2 m 1 m | ||||||
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde (met uitzondering van erf- of terreinafschei dingen) | 4 m |
20.3 Ontheffing van de bouwregels
20.4 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
- a. kampeerterreinen met recreatiewoningen dienen bedrijfsmatig te worden geëxploiteerd;
- b. permanente bewoning van kampeermiddelen en recreatiewoningen is niet toegestaan;
- c. kleinschalig kamperen is alleen toegestaan in de periode van 15 maart tot en met 31 oktober.
20.5 Ontheffing van de gebruiksregels
Ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 20.1 sub m ten behoeve van het toestaan van aan-huis-gebonden beroepen die ten hoogste vallen binnen de categorieën A en B1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten en waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer geldt met inachtneming van het volgende:
- a. het vloeroppervlak ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen mag niet meer dan 60 m² bedragen;
- b. buitenopslag en buitenactiviteiten ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen zijn niet toegestaan;
- c. in het kader van de aan-huis-gebonden beroepen is geen horeca en detailhandel toegestaan uitgezonderd horeca en detailhandel ondergeschikt en gelieerd aan het aan-huis-gebonden beroep;
- d. aan-huis-gebonden beroepen zijn toegestaan indien er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
- e. ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid binnen het bouwvlak;
- f. het gebruik voor aan-huis-gebonden beroepen heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer;
- g. één van de bewoners van het hoofdgebouw dient eigenaar/bedrijfsleider te zijn van het aan-huis-gebonden beroep.
20.6 Wijzigingsbevoegdheid
Ten behoeve van het maximaal te bebouwen oppervlak
Burgemeester en wethouders kunnen de maximumoppervlaktemaat ten behoeve van het bebouwd oppervlak wijzigen, met inachtneming van het volgende:
- a. het bestaande bebouwde oppervlak mag met ten hoogste 15% worden vergroot;
- b. de verkeersaantrekkende werking mag niet toenemen;
- c. er mag geen sprake zijn van een vergroting van de milieubelasting op de omgeving;
- d. er dient voorzien te worden in een adequate landschappelijke inpassing binnen het bouwvlak, waarvoor het volgende geldt:
- 1. de bestemming van de gronden die worden ingezet ten behoeve van de landschappelijke inpassing dienen te worden gewijzigd in de bestemming Groen zodat de groene inpassing planologisch wordt beschermd.
Artikel 21 Sport
21.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. een sportterrein;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'golfbaan': uitsluitend een golfbaan met bijbehorende voorzieningen zoals een clubgebouw, bergruimten, afslagplaats en driving-range;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'manege': uitsluitend een manege met bijbehorende voorzieningen;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'pitch en put': een pitch en put golfbaan alsmede midgetgolf, jeu de boule en een clubhuis met een terras;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - sch': een schietbaan;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'ecologische verbindingszone': tevens voor ontwikkeling en behoud van een natte 'ecologische verbindingszone' met bijbehorende natuurwaarden, alsmede voor de waterhuishouding;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting': tevens een hoofdontsluiting voor auto- en langzaam verkeer;
- h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - landschappelijke inpassing' tevens voor een groene omzoming van de golfbaan door middel van opgaande beplanting;
- i. ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein': een parkeerterrein;
- j. ter plaatse van de bouwaanduiding 'karakteristiek': cultuurhistorisch waardevolle en beeldbepalende panden;
- k. bedrijfswoningen;
- l. evenementen;
- m. gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde;
- n. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, laad- en losvoorzieningen en (ontsluitings)wegen;
met daaraan ondergeschikt:
- o. ter plaatse van de aanduiding 'horeca': een horecavoorziening ten dienste van de bestemming;
met uitzondering van:
- p. aan-huis-gebonden beroepen;
met dien verstande dat:
- q. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
21.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' is bouwen uitsluitend toegestaan indien voldaan wordt aan het bepaalde in artikel 40.7
- b. gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- of terreinafscheidingen, speelattributen, speelveldvoorzieningen, toiletvoorzieningen, ballenvangers en schuilhutten ter plaatse van de aanduiding 'golfbaan', mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
met dien verstande dat:
- c. algehele herbouw van de woning uitsluitend mag plaatsvinden op bestaande fundamenten;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'ecologische verbindingszone' geen bebouwing is toegestaan indien deze zich niet verhoudt met de doelstellingen van de ecologische verbindingszone;
- e. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouw vlak | max. opper vlak | max. inhoud | max. goot hoog te | max. bouw hoog te | dak helling (min./max.) | min. afstand tot zijde lingse perceelsgrens | min. af stand tot voor gevel lijn | min. afstand tot de bedrijfs woning (min./ max.) | |
bedrijfswoning (inclusief aan- en uit bouwen) | één, tenzij anders op de verbeel ding aangegeven | - | 750 m³ | 5 m | 11 m | 20°/ 55° | 5 m | - | -/- |
bijgebouwen en overkap pingen bij de bedrijfs woning | - | 100 m² | - | 3 m | 5,5 m | 20°/ 55° | 5 m | 5 m | -/- |
schuilhut ten en toiletge bouwen buiten het bouwvlak ter plaatse van de aandui ding 'golfbaan' | - | 20 m² | - | - | 3 m | - | 5 m | - | -/- |
Overige bebouw ing | - | zoals aange geven op de verbeelding | - | 5 m | 11 m | 20°/ 55° | 5 m | 10 m | 2/- |
erf- of terreinaf scheiding en: binnen bouwvlak ken - voor de voorgevel - overige plaatsen buiten bouwvlakken | - | - | - | - | 1 m 2 m 1 m | -/- | - | - | -/- |
antennes/windturbine | 1 | 12 m | -/- | 5 m | 10 m | 2/- | |||
speelattributen, sportveld voorzien ingen en ballenvangers | - | - | - | - | 20 m | - | - | - | -/- |
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | - | - | - | 6 m | -/- | - | - | -/- |
- = Niet van toepassing.
21.3 Ontheffing van de bouwregels
21.4 Ontheffing van de gebruiksregels
21.5 Aanlegvergunning
Artikel 22 Verkeer
22.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wegen met ten hoogste 2 x 2 doorgaande rijstroken, alsmede opstelstroken, busstroken, voet- en fietspaden;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'geluidswal': een geluidswal;
- c. nutsvoorzieningen;
- d. bij deze bestemming behorende voorzieningen zoals geluidswerende voorzieningen, groenvoorzieningen, parkeervoorzieningen, bermen, verkeersregelingen, aanwijzingsborden en water ten behoeve van wateraanvoer en -afvoer, waterberging en sierwater.
22.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming met een bouwhoogte van ten hoogste 8,5 m worden gebouwd;
- b. het oppervlak voor gebouwen voor nutsvoorzieningen bedraagt ten hoogste 10 m²;
- c. in afwijking op het bepaalde in sub a bedraagt de bouwhoogte voor gebouwen voor openbare nutsvoorzieningen ten hoogste 4 m;
- d. in afwijking op het bepaalde in sub a bedraagt de bouwhoogte ter plaatse van de aanduiding 'geluidswal' ten hoogste 5 m.
22.3 Specifieke gebruiksregel
Verkooppunten voor motorbrandstoffen zijn niet toegestaan.
Artikel 23 Verkeer - Railverkeer
23.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Railverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. spoorwegen en de daarbij behorende bermen, taluds, kruisingen van spoorwegen met verkeerswegen, geluidswerende voorzieningen en beplanting;
- b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals geluidswerende voorzieningen, groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, (ontsluitings)wegen en water.
23.2 Bouwregels
Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming zoals seinpalen, bovenleidingen en geluidswerende voorzieningen, worden gebouwd met een maximale bouwhoogte van 8,5 m.
Artikel 24 Water
24.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. de wateraanvoer en -afvoer en de waterberging;
- b. de ontsluiting van aangrenzende percelen;
- c. bruggen, dammen en aanlegsteigers;
- d. nutsvoorzieningen;
- e. recreatief medegebruik;
- f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van waterstaatkundige doeleinden en beheer zoals oeverbeschoeiing en duikers;
- g. alsmede het gebruik van gronden als ecologische verbindingszone.
24.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van waterstaatkundige doeleinden en beheer zoals oeverbeschoeiing, duikers, bruggen, dammen en steigers worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 3 m;
- b. de breedte van het brugdek mag ten hoogste 4 m bedragen.
Artikel 25 Wonen
25.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het wonen;
- b. gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde;
- c. ter plaatse van de bouwaanduiding 'karakteristiek': cultuurhistorisch waardevolle en beeldbepalende panden;
- d. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, water en (ontsluitings)wegen;
met daaraan ondergeschikt:
- e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - pkt': tevens een paalkampeerterrein voor ten hoogste 3 tenten;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - kws': tevens de stalling van 3 koelwagens;
- g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - ko': kinderopvang met een oppervlakte van ten hoogste 115 m²;
met uitzondering van:
- h. aan-huis-gebonden beroepen;
met dien verstande dat:
- i. tevens het bepaalde in de artikelen 26 t/m 38 en 42 van toepassing is als de gronden zijn voorzien van een dubbelbestemming of een gebiedsaanduiding.
25.2 Bouwregels
Op deze gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' is bouwen uitsluitend toegestaan indien voldaan wordt aan het bepaalde in artikel 40.7;
- b. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erfafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
met dien verstande dat:
- c. algehele herbouw van de woning uitsluitend mag plaatsvinden op bestaande fundamenten;
- d. ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding 'voormalig agrarische bedrijf' het volgende geldt:
- 1. bestaand is toegestaan, maar het uitbreiden van bestaande bebouwing is in geen geval toegestaan;
- 2. nieuwbouw is in geen geval toegestaan;
- 3. het gebruik van kassen is in geen geval toegestaan;
- 4. van het bepaalde onder 2 kan worden afgeweken indien voormalige agrarische bebouwing wordt gesaneerd, met dien verstande dat een bebouwde oppervlakte aan bijgebouwen is toegestaan van 100 m2, vermeerderd met 25% van het oppervlak aan gesloopte bebouwing, waarbij de totale oppervlakte van bijgebouwen plus de oppervlakte aan te herbouwen bijgebouwen nooit meer mag bedragen dan 200 m²;
- e. overigens geldt het volgende:
max. aantal per bouw vlak | maxop per vlak | max. inhoud | max. goot hoogte | max. bouw hoogte | dakhel ling (min./ max.) | min. afstand zijde lingse per ceels grens | afstand tot de woning (min./ max.) | min. af stand tot de voor gevel rooilijn | |
woning (inclusief aan- en uitbouwen) | één, tenzij anders op de verbeelding aange geven | 750 m³ | 5 m, tenzij anders op de verbeelding aange geven | 10 m, tenzij anders op de verbeel ding aangegeven | 20°/55°, tenzij anders op de verbeel ding aangegeven | 5 m | - | - | |
bijge bouwen en overkappingen bij de woning | 100 m² | 3 m, tenzij anders op de verbeelding aange geven | 5,5 m, tenzij anders op de verbeel ding aangegeven | 20°/55°, tenzij anders op de verbeel ding aangegeven | 5 m | 2 m/ 10 m | 5 m | ||
erfafscheidingen binnen het bouw vlak: - voor de voorge vel - overige plaatsen buiten het bouw vlak | 1 m 2 m 1 m | ||||||||
anten nes en windtur bines | 1 | 12 m | 5 m | 2/- | 10 m | ||||
overige bouw werken, geen gebouwen zijnde (met uitzon dering van erf afschei dingen) | 6 m |
25.3 Ontheffing bouwregels
25.4 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels;
- a. ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding 'vab' is buitenopslag in geen geval toegestaan;
- b. paardenbakken binnen het bouwvlak zijn niet toegestaan.
25.5 Ontheffing van de gebruiksregels
Ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 25.1 sub h ten behoeve van het toestaan van aan-huis-gebonden beroepen die ten hoogste vallen binnen de categorieën A en B1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten en waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer geldt met inachtneming van het volgende:
- a. het vloeroppervlak ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen mag niet meer dan 60 m² bedragen;
- b. buitenopslag en buitenactiviteiten ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen zijn niet toegestaan;
- c. in het kader van de aan-huis-gebonden beroepen is geen horeca en detailhandel toegestaan uitgezonderd horeca en detailhandel ondergeschikt en gelieerd aan het aan-huis-gebonden beroep;
- d. aan-huis-gebonden beroepen zijn toegestaan indien er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
- e. het aan-huis-gebonden beroep leidt niet tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven, voortvloeiende uit de milieuwetgeving;
- f. ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid binnen het bouwvlak;
- g. het gebruik voor aan-huis-gebonden beroepen heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer;
- h. één van de bewoners van het hoofdgebouw dient eigenaar/bedrijfsleider te zijn van het aan-huis-gebonden beroep.
25.6 Aanlegvergunning
Artikel 26 Leiding - Brandstof
26.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Brandstof' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor een brandstoftransportleiding met een diameter van ten hoogste 110 m en een druk van 80 bar.
26.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in lid 26.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 4 m;
- b. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
26.3 Ontheffing van de bouwregels
26.4 Aanlegvergunning
Artikel 27 Leiding - Gas -1
27.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Gas - 1' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een ondergrondse hogedrukaardgastransportleidingen met een diameter van 4 en 12 inch en een druk van 25 en 40 bar met een belemmerde strook ter breedte van 4 m aan weerszijden van de hartlijn van de leidingen.
27.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in lid 27.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 4 m;
- b. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
27.3 Ontheffing van de bouwregels
27.4 Aanlegvergunning
Artikel 28 Leiding - Gas - 2
28.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Gas - 2' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een ondergrondse hoge druk hoofdaardgastransportleiding met een diameter van 18 inch en een druk van 66,2 bar met een belemmerde strook ter breedte van 5 m aan weerszijden van de hartlijn van de leiding.
28.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in lid 28.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 4 m;
- b. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
28.3 Ontheffing van de bouwregels
28.4 Aanlegvergunning
Artikel 29 Leiding - Gas - 3
29.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Gas - 3' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een ondergrondse hoge druk hoofdaardgastransportleiding met een diameter van maximaal 6 inch en een druk van maximaal 40 bar met een belemmerde strook ter breedte van 4 m aan weerszijden van de hartlijn van de leiding.
29.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in lid 29.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 4 m;
- b. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en g ebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
29.3 Afwijking van de bouwregels
29.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden
29.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming Leiding - Gas - 3 en/ of de hartlijn wijzigen en/of gedeeltelijk verwijderen voor zover van belang voor een betere realisering van de bestemming dan wel voor zover wijziging noodzakelijk is in verband met de werkelijke mogelijkheden voor aanleg van de leiding. Uitsluitend de gronden tot een afstand van ten hoogste 6 m aan weerszijden van de bestemming Leiding - Gas - 3, zoals deze geldt op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, komen voor wijziging in aanmerking. Voorwaarde voor toepassing van de wijziging is dat de veiligheid van de leiding en de nabijgelegen gronden en bouwwerken is gewaarborgd.
Artikel 30 Leiding - Riool
30.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor een rioolpersleiding.
30.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in lid 30.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 4 m;
- b. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
30.3 Ontheffing van de bouwregels
30.4 Aanlegvergunning
Artikel 31 Leiding - Water
31.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Water' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor een watertransportleiding.
31.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in lid 31.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 4 m;
- b. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
31.3 Ontheffing van de bouwregels
31.4 Aanlegvergunning
Artikel 32 Waarde - Archeologie
32.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
32.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in lid 32.1 genoemde bestemming en ten dienste van archeologisch onderzoek uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 3 m;
- b. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag binnen de bouwvlakken - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - worden gebouwd;
- c. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag voor de overige gronden - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien:
- 1. de aanvrager van de bouwvergunning een rapport heeft overlegd waarin de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld;
- 2. de betrokken archeologische waarden, gelet op dit rapport, door de bouwactiviteiten niet worden geschaad of mogelijke schade wordt voorkomen door aan de bouwvergunning regels te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem, het doen van opgravingen dan wel het begeleiden van de bouwactiviteiten door een archeologische deskundige;
- d. het bepaalde in dit lid onder b.1 en b.2 is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
- 1. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering;
- 2. een bouwwerk met een oppervlakte van ten hoogste 100 m²;
- 3. een bouwwerk dat zonder graafwerkzaamheden dieper dan 40 cm en zonder heiwerkzaamheden kan worden geplaatst.
32.3 Aanlegvergunning
Artikel 33 Waarde - Landschap - 1
33.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Landschap - 1' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) - tevens bestemd voor behoud, versterking en ontwikkeling van de waarden die samenhangen met het open karakteristiek landschap te weten:
- de openheid.
33.2 Bouwregels
Met betrekking tot het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- permanente boomteelthekken zijn niet toegestaan.
33.3 Ontheffing bouwregels
33.4 Specifieke gebruiksregel
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak zijn niet toegestaan.
33.5 Ontheffing van de gebruiksregels
33.6 Aanlegvergunning
33.7 Wijzigingsbevoegdheid
Wijzigingsbevoegdheid met betrekking tot andere bestemmingen
Indien met betrekking tot de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) het plan kan worden gewijzigd, wordt hierbij het volgende in acht genomen:
- door de planwijziging mogen de waarden, zoals in lid 33.1 bedoeld, niet worden geschaad.
Artikel 34 Waarde - Landschap - 2
34.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Landschap - 2' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) - bestemd voor behoud, versterking en ontwikkeling van de waarden die samenhangen met het leefgebied voor weidevogels, foerageergebied voor ganzen te weten:
- het open weidegebied.
34.2 Bouwregels
Met betrekking tot het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- a. permanente teeltondersteunde kassen zijn niet toegestaan;
- b. permanente boomteelthekken zijn niet toegestaan.
34.3 Ontheffing bouwregels
34.4 Specifieke gebruiksregel
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak zijn niet toegestaan.
34.5 Ontheffing gebruiksregels
34.6 Aanlegvergunning
34.7 Wijzigingsbevoegdheid
Wijzigingsbevoegdheid met betrekking tot andere bestemmingen
Indien met betrekking tot de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) het plan kan worden gewijzigd, wordt hierbij het volgende in acht genomen:
- door de planwijziging mogen de waarden, zoals in lid 34.1 bedoeld, niet worden geschaad.
Artikel 35 Waarde - Landschap - 3
35.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Landschap - 3' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) - bestemd voor behoud, versterking en ontwikkeling van de waarden die samenhangen met het leefgebied voor struweelvogels te weten:
- a. de halfopen of besloten landschapsstructuur met kleinschalige percelering;
- b. het struweel, de houtwallen en de beplanting;
- c. de ruige perceelsranden en slootkanten;
- d. de onverharde wegen en paden.
35.2 Bouwregels
Met betrekking tot het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- a. permanente teeltondersteunde kassen zijn niet toegestaan;
- b. permanente boomteelthekken zijn niet toegestaan.
35.3 Ontheffing bouwregels
35.4 Specifieke gebruiksregel
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak zijn niet toegestaan.
35.5 Ontheffing gebruiksregels
35.6 Aanlegvergunning
35.7 Wijzigingsbevoegdheid
Wijzigingsbevoegdheid met betrekking tot andere bestemmingen
Indien met betrekking tot de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) het plan kan worden gewijzigd, wordt hierbij het volgende in acht genomen:
- door de planwijziging mogen de waarden, zoals in lid 35.1 bedoeld, niet worden geschaad.
Artikel 36 Waarde - Landschap - 4
36.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Landschap - 4' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) - bestemd voor behoud, versterking en ontwikkeling van de waarden die samenhangen met het hoevenlandschap te weten:
- a. het besloten karakter;
- b. de clusters van bebouwing met daartussen open, soms bol gelegen weide- en akkercomplexen;
- c. het waaiervormig wegenpatroon;
- d. de verspreid staande bomen en boomgroepen;
- e. het reliëf.
36.2 Bouwregels
Met betrekking tot het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- permanente boomteelthekken zijn niet toegestaan.
36.3 Ontheffing bouwregels
36.4 Specifieke gebruiksregel
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak zijn niet toegestaan.
36.5 Ontheffing gebruiksregels
36.6 Aanlegvergunning
36.7 Wijzigingsbevoegdheid
Wijzigingsbevoegdheid met betrekking tot andere bestemmingen
Indien met betrekking tot de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) het plan kan worden gewijzigd, wordt hierbij het volgende in acht genomen:
- door de planwijziging mogen de waarden, zoals in lid 36.1 bedoeld, niet worden geschaad.
Artikel 37 Waarde - Landschap - 5
37.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Landschap - 5' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) - bestemd voor behoud, versterking en ontwikkeling van de waarden die samenhangen met het beekdal te weten:
- a. het reliëf;
- b. het contrast tussen open weidegebied en beboste gebieden.
37.2 Bouwregels
Met betrekking tot het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- permanente boomteelthekken zijn niet toegestaan.
37.3 Ontheffing bouwregels
37.4 Specifieke gebruiksregel
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak zijn niet toegestaan.
37.5 Ontheffing gebruiksregels
37.6 Aanlegvergunning
37.7 Wijzigingsbevoegdheid
Wijzigingsbevoegdheid met betrekking tot andere bestemmingen
Indien met betrekking tot de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) het plan kan worden gewijzigd, wordt hierbij het volgende in acht genomen:
- door de planwijziging mogen de waarden, zoals in lid 37.1 bedoeld, niet worden geschaad.
Artikel 38 Waarde - Landschap - 6
38.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Landschap - 6' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) - bestemd voor behoud, versterking en ontwikkeling van de waarden die samenhangen met de RNLE te weten:
- a. groene en landelijke uitstraling;
- b. afwisselende openheid en beslotenheid.
38.2 Bouwregels
Met betrekking tot het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- permanente boomteelthekken zijn niet toegestaan.
38.3 Ontheffing bouwregels
38.4 Specifieke gebruiksregel
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:
- tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak zijn niet toegestaan.
38.5 Ontheffing gebruiksregels
38.6 Wijzigingsbevoegdheid
Wijzigingsbevoegdheid met betrekking tot andere bestemmingen
Indien met betrekking tot de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) het plan kan worden gewijzigd, wordt hierbij het volgende in acht genomen:
- door de planwijziging mogen de waarden, zoals in lid 38.1 bedoeld, niet worden geschaad.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 39 Antidubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 40 Algemene Bouwregels
40.1 Bestaande maten
Met betrekking tot bestaande maten gelden de volgende regels:
- a. de bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen die meer bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten hoogste toelaatbaar worden aangehouden;
- b. de bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen die minder bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten minste toelaatbaar worden aangehouden;
- c. ingeval van herbouw is dit lid onder a en b uitsluitend van toepassing, indien de herbouw op dezelfde plaats plaatsvindt.
40.2 Afstanden van woningen tot wegen
- a. ingeval van het toevoegen van woningen ingevolge planwijziging of ontheffing of herbouw van een woning elders op een bouwvlak, mag de afstand van de woning (inclusief aanbouwen) tot de as van de weg - ter beperking van geluidshinder - in geen geval minder bedragen dan de in de tabel aangegeven afstand;
weg | afstand 48 dB-contour1) |
regionale wegen | |
Klein Zwitserland | 31 m |
Bavelseweg | 52 m |
Chaamseweg (asfalt/beton) | 47/43 m |
Dongenseweg | 94 m |
Tilburgsebaan | 61 m |
Provinciale wegen | |
N631 (N282-Nassaulaan) | 234 m |
N631 (Nassaulaan-Ketenbaan) | 214 m |
N260 (Hulten-RW58) | 301 m |
N260 (RW58-Tilburgsebaan) | 317 m |
N260 (Tilburgsebaan-Alphenseweg) | 179 m |
N260 (Alphenseweg-Alphen) | 168 m |
N282 (Spoorstr.(Dorst)-N631) | 230 m |
N282 (N631-Julianastraat) | 269 m |
N282 (Julianastraat-N260) | 384 m |
N282 (N260-Burg. Brokxweg) | 310 m |
Rijkswegen | |
Rijksweg A58 | 614 m |
1) Alle waarden met aftrek volgens artikel 110g Wgh.
- b. toegevoegde woningen ingevolge planwijziging of ontheffing mogen op een kleinere afstand worden gebouwd dan in lid a en tabel 1 is aangegeven, indien:
- 1. uit geluidsberekeningen blijkt dat op die afstand aan de voorkeursgrenswaarde uit de Wet geluidhinder wordt voldaan;
- 2. de 10-6-contour voor het plaatsgebonden risico vanwege wegen niet wordt overschreden;
- c. burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid a en de tabel teneinde herbouw van woningen toe te staan op een kleinere afstand, indien:
- 1. uit geluidsberekeningen blijkt dat op die afstand aan de voorkeursgrenswaarde uit de Wet geluidhinder wordt voldaan;
- 2. de 10-6-contour voor het plaatsgebonden risico vanwege wegen niet wordt overschreden.
40.3 Afstanden van woningen tot spoorwegen
- a. ingeval van het toevoegen van woningen ingevolge planwijziging of ontheffing of herbouw van een woning elders op een bouwvlak, mag de afstand van de woning (inclusief aanbouwen) tot de as van de spoorweg - ter beperking van geluidshinder - in geen geval minder bedragen dan de in de tabel aangegeven afstand;
spoorweg afstand 55 dB-contour traject 650 (Breda-Tilburg) 620 m - b. toegevoegde woningen ingevolge planwijziging of ontheffing mogen op een kleinere afstand worden gebouwd dan in lid a en tabel 1 is aangegeven, indien:
- 1. uit geluidsberekeningen blijkt dat op die afstand aan de voorkeursgrenswaarde uit de Wet geluidhinder wordt voldaan;
- 2. de 10-6-contour voor het plaatsgebonden risico vanwege spoorwegen niet wordt overschreden;
- c. burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid a en de tabel teneinde herbouw van woningen toe te staan op een kleinere afstand, indien:
- 1. uit geluidsberekeningen blijkt dat op die afstand aan de voorkeursgrenswaarde uit de Wet geluidhinder wordt voldaan;
- 2. de 10-6-contour voor het plaatsgebonden risico vanwege spoorwegen niet wordt overschreden.
40.4 Afstanden gevoelige objecten ten opzichte van landbouwbedrijven
Onverminderd hetgeen in hoofdstuk 2 is bepaald, dient ten minste de volgende afstand in acht genomen te worden tussen landbouwbedrijven en gevoelige objecten:
inrichting waar landbouwhuisdieren worden gehouden | inrichting waar geen landbouwhuisdieren worden gehouden | |
minimumafstand tot objecten categorie I en II | 100 m* | 50 m* |
minimumafstand tot objecten categorie III, IV en V | 50 m* | 25 m* |
* Tenzij uit de Geurverordening (vastgesteld d.d. 15 december 2008) blijkt dat een andere afstand tussen landbouwbedrijven en gevoelige objecten in acht genomen moet/kan worden.
40.5 Afstand gevoelige objecten ten opzichte van kassen
Onverminderd hetgeen in hoofdstuk 2 is bepaald, dient ten minste de volgende afstand in acht genomen te worden tussen kassen en gevoelige objecten:
soort objecten | aan te houden afstand | |
indien kassen voor 1 mei 1996 zijn opgericht (met inbegrip van eventuele uitbreidingen) | indien kassen na 30 april 1996 zijn opgericht | |
categorie I | 25 m | 50 m |
categorie II | 10 m | 25 m |
40.6 Ondergronds bouwen
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden, behoudens in deze regels opgenomen afwijkingen, de volgende bepalingen:
- a. ondergrondse bouwwerken zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak;
- b. de onderkant van het bouwwerk (inclusief fundering) bedraagt ten hoogste 4 m onder het peil;
- c. burgemeester en wethouders ontheffing kunnen verlenen van het bepaalde in sub b indien het hydrologisch belang niet wordt geschaad; alvorens ontheffing te verlenen vragen burgemeester en wethouders advies in bij het waterschap en de provincie omtrent de vraag of het hydrologisch belang niet wordt geschaad.
40.7 Cultuurhistorisch waardevolle bebouwing
Artikel 41 Algemene Gebruiksregels
- a. Het is verboden gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel strijdig met de aan de grond gegeven bestemming, de doeleindenomschrijving en de overige regels.
- b. Het gebruik van bijgebouwen als zelfstandige woning of afhankelijke woonruimte is niet toegestaan.
- c. Burgemeester en wethouders verlenen ontheffing van het bepaalde in lid a, indien strikte toepassing van het verbod leidt tot beperkingen in het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen worden gerechtvaardigd.
Artikel 42 Algemene Aanduidingsregels
42.1 Luchtvaartverkeerszone
In aanvulling op hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone' (met nummer) dat ten behoeve van het obstakelvrije (start- en landings)vlak met zijkanten de bouwhoogte van een bouwwerk in geen enkel opzicht meer mag bedragen dan de hoogte die wordt verkregen door lineaire interpolatie van:
- a. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 1' de hoogtematen van 0 m en 15 m boven NAP;
- b. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 2' de hoogtematen van 15 m en 20 m boven NAP;
- c. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 3' de hoogtematen van 20 m en 25 m boven NAP;
- d. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 4' de hoogtematen van 25 m en 30 m boven NAP;
- e. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 5' de hoogtematen van 30 m en 35 m boven NAP;
- f. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 6' de hoogtematen van 35 m en 40 m boven NAP;
- g. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 7' de hoogtematen van 40 m en 45 m boven NAP;
- h. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 8' de hoogtematen van 45 m en 50 m boven NAP ;
- i. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 9' de hoogtematen van 50 m en 55 m boven NAP;
- j. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 10' de hoogtematen van 55 m en 56 m boven NAP;
- k. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 11' de hoogtematen van 56 m en 115 m boven NAP;
in verband met het beschermingsgebied van in- en uitvliegfunnel van vliegtuigen.
42.2 Overig - IHCS
In aanvulling op hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de aanduiding 'Overig IHCS' (met nummer) ten behoeve van het obstakelvrije (start- en landings)vlak met zijkanten een bouwverbod voor gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, met een hogere bouwhoogte dan:
- a. 56 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 1';
- b. 60 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 2';
- c. 65 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 3';
- d. 70 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 4';
- e. 75 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 5';
- f. 80 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 6';
- g. 85 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 7';
- h. 90 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 8';
- i. 95 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 9';
- j. 100 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 10';
- k. 105 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 11';
- l. 110 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 12';
- m. 115 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 13';
- n. 120 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 14';
- o. 125 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 15';
- p. 130 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 16';
- q. 135 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 17';
- r. 140 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 18';
- s. 145 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 19';
- t. 150 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 20';
- u. 155 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'Overig - IHCS - 21';
in verband met het beschermingsgebied van in- en uitvliegfunnel van vliegtuigen.
42.3 Vrijwaringszone - ILS
42.4 Milieuzone - geluidsgevoelige functie - 1 (35-45 Ke-lijn)
In aanvulling op hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'milieuzone - geluidsgevoelige functie - 1' de volgende regels:
- a. het is niet toegestaan woningen toe te voegen binnen de gebiedsaanduiding 'milieuzone - geluidsgevoelige functie - 1';
- b. burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in sub a teneinde het toevoegen van woningen toe te staan met dien verstande dat uitsluitend woningbouw kan worden toegestaan indien er sprake is van een grondgebonden karakter van de woning.
42.5 Milieuzone - geluidsgevoelige functie - 2 (>35-45 Ke-lijn)
In aanvulling op hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'milieuzone - geluidsgevoelige functie - 2' de volgende regel:
- het is niet toegestaan woningen toe te voegen binnen de gebiedsaanduiding 'milieuzone - geluidsgevoelige functie - 2';
42.6 Milieuzone - geluidsgevoelige functie - 3 (50 dB(A)-contour)
In aanvulling op hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'milieuzone -
geluidsgevoelige functie - 3' de volgende regel:
- a. het is niet toegestaan woningen toe te voegen binnen de gebiedsaanduiding 'milieuzone - geluidsgevoelige functie - 3'.
- b. burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in sub a teneinde het toevoegen van woningen toe te staan met dien verstande dat uitsluitend woningbouw kan worden toegestaan indien kan worden aangetoond dat de wettelijk bepaalde uiterste grenswaarde ten aanzien van de geluidsbelasting op de gevel niet wordt overschreden.
42.7 Veiligheidszone - munitie - 1
In aanvulling op hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - munitie - 1' de volgende regels:
- a. het oprichten van bebouwing is niet toegestaan;
- b. het inrichten van een terrein ten behoeve van recreatieve voorzieningen en parkeervoorzieningen is niet toegestaan.
42.8 Veiligheidszone - munitie - 2
In aanvulling op hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - munitie - 2' de volgende regel:
- het is niet toegestaan gebouwen te bouwen waarin zich vaak personen bevinden zoals woningen, winkels, kantoren, cafés en dergelijke, alsmede recreatieve voorzieningen.
42.9 Veiligheidszone - munitie - 3
In aanvulling op hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - munitie - 3' de volgende regel:
- het is niet toegestaan gebouwen te bouwen met vlies- of gordijngevelconstructies alsmede gebouwen te bouwen met zeer grote glasoppervlakten waarin zich als regel een groot aantal personen bevindt.
42.10 Vrijwaringszone weg
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone - weg' is het niet toegestaan om te bouwen, met uitzondering van ontwikkelingen ten behoeve van de infrastructurele voorziening.
42.11 Overig - agrarisch ontwikkelingsgebied
In aanvulling op hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overig - agrarisch ontwikkelingsgebied' de volgende regels:
42.12 Overig - agrarisch balansgebied
In aanvulling op hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overig - agrarisch balansgebied' de volgende regels:
42.13 Overig - agrarisch verbredingsgebied
In aanvulling op hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overig - agrarisch verbredingsgebied' de volgende regels:
42.14 Overig - kernrandzone
In aanvulling op hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overig - kernrandzone' de volgende regels:
42.15 Overig - ecologische verbindingszone
In aanvulling op hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overig - ecologische verbindingszone' de volgende regels:
Artikel 43 Algemene Ontheffingsregels
43.1 Ten behoeve van mantelzorg
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen ten behoeve van het gebruik van een (vrijstaand) bijgebouw/bedrijfsgebouw als afhankelijke woonruimte, met inachtneming van het volgende:
- a. binnen het bestemmingsvlak dient een (legale) burger - dan wel een bedrijfswoning aanwezig te zijn;
- b. een dergelijke bewoning is aantoonbaar nodig vanuit een oogpunt van mantelzorg. Alvorens vrijstelling te verlenen vragen burgemeester en wethouders hieromtrent ter zake deskundig advies;
- c. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de in het geding zijnde belangen, waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
- d. de ontwikkeling dient milieuhygiënisch inpasbaar te zijn;
- e. de maximale oppervlakte welke wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte mag niet meer bedragen dan 80 m²;
- f. er dient gebruik te worden gemaakt van het dichtst bij de hoofdwoning gelegen bijgebouw/bedrijfsgebouw, tenzij op grond van doelmatigheidsmotieven binnen het bedrijfscomplex gelegen bijgebouw / bedrijfsgebouw meer geschikt is;
- g. de afhankelijke woonruimte dient te worden bewoond door degene(n) die de zorg nodig heeft/hebben, en in voorkomend geval, zijn/haar partner zoals bepaald bij huwelijk, geregistreerd partnerschap of notariële samenlevingsovereenkomst;
- h. de afhankelijke woonruimte dient te voldoen aan de eisen van het Bouwbesluit;
- i. de afhankelijke woonruimte dient te voldoen aan de specifieke zorgbehoefte, zoals gebleken uit het advies van een ter zake deskundige instantie;
- j. splitsing is niet toegestaan;
- k. aan de afhankelijke woonruimte mag geen eigen ontsluiting worden toegevoegd;
- l. parkeren dient op eigen erf plaats te vinden;
- m. de ontheffing kan worden ingetrokken zodra de noodzaak vanuit mantelzorg niet meer bestaat.
Artikel 44 Algemene Wijzigingsregels
44.1 Archeologische waarden
44.2 Wijziging ten behoeve van verandering van een bouwvlak
Burgemeester en wethouders kunnen de vorm van de bouwvlakken veranderen, indien de bebouwing ten behoeve van de - voor dat bouwvlak geldende - bestemming zonder deze verandering niet of niet goed zou kunnen worden gerealiseerd met inachtneming van het volgende:
- a. voor zover de gronden zijn aangeduid als 'Waarde archeologie' dient op grond van archeologisch onderzoek dient te blijken dat de verandering van het bouwvlak geen afbreuk doet aan de bescherming of de veiligstelling van de aanwezige archeologische waarden;
- b. vormverandering dient noodzakelijk te zijn voor een doelmatige bedrijfsvoering/-ontwikkeling;
- c. een verzoek om toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid wordt ter toetsing voorgelegd aan een agrarisch deskundige omtrent de vraag of aan het gestelde onder b wordt voldaan;
- d. er dient voorzien te worden in een adequate landschappelijke inpassing binnen het bouwvlak waarvoor het volgende geldt:
- 1. de bestemming van de gronden die worden ingezet ten behoeve van de landschappelijke inpassing dienen te worden gewijzigd in de bestemming Groen zodat de groene inpassing planologisch wordt beschermd;
- e. de ontwikkeling dient milieuhygiënisch inpasbaar te zijn.
44.3 Wijziging ten behoeve van de bestemming Verkeer
Burgemeester en wethouders kunnen een of meer bestemmingen in dit bestemmingsplan wijzigen in de bestemming verkeer indien:
- a. de wijziging ten dienste staat van het toevoegen van opstelstroken, voet- en fietspaden, parkeerstroken of de bij de bestemming Verkeer behorende voorzieningen zoals opgenomen in artikel 22 lid 22.2 sub c;
met dien verstande dat:
- b. de wijzigingsbevoegdheid niet van toepassing is op de verbreding van wegen door toevoeging van rijstroken.
Artikel 45 Algemene Procedureregels
Bij toepassing van een wijzigingsbevoegdheid ingevolge dit plan, is de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4 Algemene wet bestuursrecht van toepassing.
Artikel 46 Overige Regels
De wettelijke regelingen waarnaar in de regels wordt verwezen, gelden zoals deze luiden op het moment van vaststelling van het plan.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 47 Overgangsrecht
47.1 Overgangsrecht bouwwerken
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
- a. een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan;
- b. burgemeester en wethouders kunnen eenmalig ontheffing verlenen van het bepaalde onder lid a voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%;
- c. het onder lid a bepaalde is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
47.2 Overgangsrecht gebruik
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
- a. het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;
- b. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in dit lid onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;
- c. indien het gebruik, bedoeld in dit lid onder a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;
- d. dit lid onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsregeling van dat plan.
Artikel 48 Slotregel
Deze regels worden aangehaald onder de naam 'Regels van het bestemmingsplan Buitengebied' van de gemeente Gilze en Rijen.
Bijlage 1 Staat Van Bedrijfsactiviteiten 'Functiemenging'
Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging'
Bijlage 2 Staat Van Horeca-activiteiten
Categorie I 'lichte horeca'
Bedrijven die in beginsel alleen overdag en 's avonds behoeven te zijn geopend (vooral verstrekking van etenswaren en maaltijden) en daardoor slechts beperkte hinder voor omwonenden veroorzaken. Binnen deze categorie worden de volgende subcategorieën onderscheiden:
1a. Aan de detailhandelsfunctie verwante horeca
- automatiek;
- broodjeszaak;
- cafetaria;
- croissanterie;
- koffiebar;
- lunchroom;
- ijssalon;
- snackbar;
- tearoom;
- traiteur.
1b. Overige lichte horeca
- bistro;
- restaurant (zonder bezorg- en/of afhaalservice);
- hotel.
1c. Bedrijven met een relatief grote verkeersaantrekkende werking
- bedrijven genoemd onder 1a en 1b met een bedrijfsoppervlak van meer dan 250 m²;
- restaurant met bezorg- en/of afhaalservice (o.a. pizza, chinees, McDrives).
Categorie 2 'middelzware horeca'
Bedrijven die normaal gesproken ook delen van de nacht geopend zijn en die daardoor aanzienlijke hinder voor omwonenden kunnen veroorzaken:
- bar;
- bierhuis;
- biljartcentrum;
- café;
- proeflokaal;
- shoarma/grillroom;
- zalenverhuur (zonder regulier gebruik ten behoeve van feesten en muziek-/dansevenementen).
Categorie 3 'zware horeca'
Bedrijven die voor een goed functioneren ook 's nachts geopend zijn en die tevens een groot aantal bezoekers aantrekken en daardoor grote hinder voor de omgeving met zich mee kunnen brengen:
- dancing;
- discotheek;
- nachtclub;
- partycentrum (regulier gebruik ten behoeve van feesten en muziek-/dansevenementen.
Bijlage 3 Beoordelingskader Duurzame Locaties
Bijlage 3 Beoordelingskader duurzame locaties