Parapluplan parkeren en overgangsrecht Rucphen
Bestemmingsplan - Gemeente Rucphen
Vastgesteld op 13-12-2017 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 plan
het bestemmingsplan "Parapluplan parkeren en overgangsrecht Rucphen" met identificatienummer NL.IMRO.0840.1000P0001-DEF1 van de gemeente Rucphen;
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
1.3 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
1.4 omgevingsvergunning
vergunning als bedoeld in artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo).
Artikel 2 Toepassingsgebied
Dit bestemmingsplan is van toepassing op de in bijlage 1 bij deze regels vermelde bestemmingsplannen.
Hoofdstuk 2 Algemene Regels
Artikel 3 Algemene Bouwregels
3.1 Bestaande afstanden
Artikel 4 Overige Regels
4.1 Parkeerregeling
Tenzij in de genoemde bestemmingsplannen als opgenomen in bijlage 1 bij de regels expliciet is voorzien in een andere regel ten aanzien van de aanwezigheid van voldoende parkeergelegenheid, geldt de volgende regeling:
- a. bij de uitoefening van de bevoegdheid voor het verlenen van een omgevingsvergunning voor bouwen en/of afwijken, dient tenminste voldaan te worden aan het gemeentelijk beleid ten aanzien van parkeernormen, zoals opgenomen in de 'Nota Parkeernormen Rucphen 2017 ' d.d. 31 mei 2017;
- b. het bevoegd gezag kan omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in sub a. indien wordt voorzien in parkeervoorziening, die gelet op de parkeerbelasting naar aard en invloed op de omgeving gelijkwaardig is als bedoeld in sub a;
- c. indien de 'Nota Parkeernormen Rucphen 2017' als bedoeld onder sub a gedurende de planperiode van dit bestemmingsplan wordt gewijzigd, wordt bij de verlening van de omgevingsvergunning getoetst aan deze wijziging.
- d. parkeergelegenheid die is gerealiseerd om te voorzien in voldoende parkeergelegenheid dient in stand te worden gehouden.
Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels
Artikel 5 Overgangsrecht
In de bestemmingsplannen zoals opgenomen in bijlage 1 bij deze regels wordt het artikel 'Overgangsrecht', zoals opgenomen in hoofdstuk 4 van de regels van de bestemmingsplannen geschrapt en vervangen door onderstaand artikel dat als volgt luidt:
5.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a. een omgevingsvergunning verlenen van het bepaalde onder a. voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a. met maximaal 10%.
- c. het bepaalde onder a. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
5.2 Overgangsrecht gebruik
- a. het gebruiken van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a., te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. indien het gebruik, bedoeld onder a., na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. het bepaalde onder a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 6 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan "Parapluplan parkeren en overgangsrecht Rucphen".
Bijlagen Bij De Regels
Bijlage 1 Overzicht Vigerende Bestemmingsplannen
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding En Doel
Voorliggend paraplubestemmingsplan ziet toe op twee onderwerpen, namelijk op het waarborgen van voldoende parkeergelegenheid en het herstellen van het overgangsrecht. Onderstaand wordt op beide onderwerpen nader ingegaan.
Parkeren
Totstandkoming wetgeving
Tot 29 november 2014 was het mogelijk om stedenbouwkundige voorschriften op te nemen in de gemeentelijke bouwverordening (artikel 8, lid 5 Woningwet). Stedenbouwkundige voorschriften voorzagen, naast de regels van het bestemmingsplan, onder meer in voorschriften ten aanzien van voorgevel- en achtergevelrooilijnen, bouwhoogten, parkeren en laad- en losmogelijkheden.
Aanleiding voor het gebruik van stedenbouwkundige voorschriften naast bestemmingsplannen betrof de enkele verplichting conform de Wet op de ruimtelijke ordening (WRO) (oud) om uitsluitend voor het buitengebied een bestemmingsplan vast te stellen en daarmee regels voor bouwen en gebruik op te nemen. Het toepassingsbereik van de stedenbouwkundige voorschriften richtte zich daarmee vooral op het stedelijk gebied.
Met de inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) is de verplichting voor het opstellen van bestemmingsplannen verbreed naar het gehele gemeentelijk grondgebied. Met de Invoeringswet Wet ruimtelijke ordening werd vervolgens beoogd om stedenbouwkundige voorschriften uit de bouwverordening over te hevelen naar bestemmingsplannen, nu voor de verstedelijkte gebieden ook verplicht bestemmingsplannen vastgesteld dienen te worden (artikel 8.17 deel B Invoeringswet Wro).
De invoering van artikel 8.17 deel B Invoeringswet Wro was echter uitgesteld tot een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. De reden daarvoor was dat gemeenten zich afvroegen of het wel mogelijk zou zijn om het onderwerp parkeren, als onderdeel van de stedenbouwkundige voorschriften, in bestemmingsplannen net zo flexibel te regelen als de regeling als opgenomen in artikel 2.5.30 van de modelbouwverordening. Het criterium daarin is dat moet worden voorzien in voldoende parkeerruimte. Wat in een concreet geval, bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor bouwen en/of gebruiken, voldoende is, wordt dan ingevuld aan de hand van beleid. De vraag van gemeenten was dus of in bestemmingsplannen ook zou kunnen worden volstaan met een abstracte norm, te concretiseren door middel van beleid.
Op 29 november 2014 is bij koninklijk besluit de "Reparatiewet BZK 2014" in werking getreden (Stb. 2014, 458). Art. XXIII onderdeel H van de "Reparatiewet BZK 2014" voegt het nieuwe art. 133 toe aan de Woningwet. Art. 133, lid 1 Woningwet luidt dat (onder meer) art. 8, lid 5 Woningwet slechts van toepassing blijft tot het tijdstip van wijziging van een bestemmingsplan (ex art. 3.1 Wro) voor het gebied, doch uiterlijk tot 1 juli 2018.
Dit betekent dat met de wetswijziging gemeenten per 29 november 2014 bestemmingsplannen kunnen vaststellen met beleidsregels. Uit de memorie van toelichting op artikel 3.1.2 lid 2 onder a Bro blijkt dat met de bepaling over het opnemen van 'wetsinterpreterende beleidsregels' in bestemmingsplannen is bedoeld om het onderwerp 'parkeren' op een vergelijkbare wijze te regelen als nu het geval is in de gemeentelijke bouwverordening. Concreet betekent dat in een bestemmingsplan kan worden volstaan met het voorschrijven van voldoende parkeerruimte en dat dit aan de hand van een beleidsregel dat concreet kan worden ingevuld.
Noodzaak regelen parkeren in bestemmingsplannen
Bestemmingsplan die voor 29 november 2014 zijn vastgesteld, vallen onder het overgangsrecht. Voor deze bestemmingsplannen zijn de parkeernormen uit de bouwverordening tot 1 juli 2018 nog steeds van toepassing, zoals bepaald in artikel 133, lid 1 van de Woningwet. De bestemmingsplannen die na 29 november 2014 zijn vastgesteld vallen niet onder het overgangsrecht. Vanaf deze datum dienen plannen te voorzien in passende parkeerregeling.
Het niet regelen van het onderwerp parkeren in een bestemmingsplan kan namelijk tot onwenselijke situaties leiden, omdat (bouw)plannen dan niet meer op het aspect parkeren kunnen worden getoetst en dus bij het ontbreken van voldoende parkeergelegenheid op grond daarvan niet kunnen worden afgewezen.
Doel paraplubestemmingsplan ten aanzien van parkeren
De gemeente Rucphen heeft per 31 mei 2017 nieuw parkeerbeleid vastgesteld in de vorm van de Nota Parkeernormen Rucphen 2017. Onderdelen van deze nota zijn ruimtelijk relevant en dienen daarom conform de Reparatiewet te worden verankerd in een bestemmingsplan. De Nota Parkeernormen 2017 is derhalve een beleidsregel ex artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Voor nagenoeg alle betrokken delen van het gemeentelijk grondgebied heeft de gemeente voor 29 november 2014 de bestemmingsplannen geactualiseerd. Tot 1 juli 2018 geldt derhalve het overgangsrecht. Het is echter niet gewenst om opnieuw alle bestemmingsplannen integraal te herzien, uitsluitend voor de uitwerking van de Nota Parkeernormen 2017. Om die reden wenst de gemeente Rucphen een paraplubestemmingsplan vast te stellen dat betrekking heeft op het voornoemde beleidsplan. Dit paraplubestemmingsplan geldt dan naast de overige geldende vigerende bestemmingsplannen.
Overgangsrecht
Overgangsrecht conform art. 3.2.1 en 3.2.2 Bro
Het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) schrijft standaardregels voor in het bestemmingsplan voor in het kader van het overgangsrecht. Dit betreft een artikel over het overgangsrecht voor bouwwerken en een artikel over het overgangsrecht voor gebruik. De bepalingen uit het Bro luiden als volgt:
Overgangsrecht bouwwerken
- a. een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a. een omgevingsvergunning verlenen van het bepaalde onder a. voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a. met maximaal 10%.
- c. het bepaalde onder a. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Overgangsrecht gebruik
- a. het gebruiken van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a., te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. indien het gebruik, bedoeld onder a., na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. het bepaalde onder a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Ten behoeve van het overgangsrecht dienen bovenstaande artikelen in hoofdstuk 4 van het bestemmingsplan verwerkt te worden. In diverse bestemmingsplannen binnen de gemeente Rucphen blijkt echter dat er meer zaken worden geregeld in hoofdstuk 4, die in een ander hoofdstuk van de regels behorend bij een bestemmingsplan toebehoren of in de huidige situatie als zinledig kunnen worden beschouwd. In lid 3 van het artikel overgangsrecht is in deze bestemmingsplannen een afwijking van het overgangsrecht opgenomen, overeenkomstig art. 3.2.3 van het Bro. Dit betreft echter persoonsgebonden overgangsrecht. Aangezien in het artikel geen toenaam of adres voor het persoonsgebonden overgangsrecht wordt benoemd, is dit artikel momenteel zinledig. Abusievelijk is binnen het overgangsrecht ook een bestaande maten en afstanden regeling opgenomen. Dit betreft een omissie, want deze regel had binnen de algemene bouwregels van hoofdstuk 3 moeten staan.
Doel paraplubestemmingsplan ten aanzien van het overgangsrecht
De gemeente Rucphen wenst een eenduidige regeling in het overgangsrecht op te nemen, waarmee voldaan wordt aan de vereisten van het Bro. De omissie betreft het herstellen van hoofdstuk 4 van de regels met uitsluitend een regeling voor het standaard overgangsrecht afkomstig van het Bro alsmede het verplaatsen van de regels omtrent bestaande maten en afstanden naar de algemene bouwregels van hoofdstuk 3 van de regels.
1.2 Begrenzing Plangebied
Het plangebied van het onderhavige paraplubestemmingsplan omvat de digitaal ontsloten plannen als vastgesteld na 1 januari 2010. Voor de digitale bestemmingsplannen geldt het digitaliseringsvereiste ex artikel 8.1.2 Bro. Binnen de gemeente gelden echter nog drie analoge bestemmingsplannen. Het betreffen hier het bestemmingsplan "Kom Sprundel" d.d. 6 november 2008, het adres Oliepot 7 waar het bestemmingsplan "Buitengebied Rucphen 1998" d.d. 16 november 1998 van toepassing is en een locatie in de Binnentuin waar het bestemmingsplan "Sport en Vrijetijdscentrum 'De Vijfsprong'" d.d. 25 juni 1996 nog van toepassing is. Voor deze bestemmingsplannen zal een separaat paraplubestemmingsplan analoog worden vastgesteld. Afzonderlijk worden aan dit plangebied voorschriften en een plankaart verbonden.
In onderstaande tabel zijn de relevante bestemmingsplannen opgenomen. Deze beslaan zowel het bestaand stedelijk gebied, als het buitengebied. Het plan wijzigt de regels op het gebied van parkeren en het overgangsrecht van 72 vigerende bestemmingsplannen. De begrenzing van al deze plannen tezamen vormt het plangebied.
Het gaat om de volgende bestemmingsplannen:
Nr. | Naam bestemmingsplan | Vastgesteld | |
1. | Bestemmingsplan Sport- en vrijetijdscentrum De Vijfsprong, Skidome Rucphen | 08-06-2010 | |
2. | Bestemmingsplan Bebouwde Kom St. Willebrord, Emmastraat - Irenestraat | 05-04-2011 | |
3. | Bestemmingsplan Kaaistraat | 03-11-2011 | |
4. | Bestemmingsplan Nijverhei 2009 | 11-02-2010 | |
5. | Bestemmingsplan kom Sprundel, Koekoekstraat ongenummerd, tussen 54 en 56 | 08-02-2011 | |
6. | Bestemmingsplan kom Sprundel, Koekoekstraat 81 | 30-09-2010 | |
7. | Bestemmingsplan kom Sprundel, Noorderstraat 85 | 16-12-2010 | |
8. | Buitengebied 1998, Pierestraat 16 | 16-12-2010 | |
9. | Bestemmingsplan Sport- en vrijetijdscentrum De Vijfsprong, Baanvelden 22 | 27-09-2012 | |
10. | Bestemmingsplan Buitengebied 1998, Ettenseweg 4 | 08-11-2012 | |
11. | Bestemmingsplan Bebouwde Kom St. Willebrord, Irenestraat ongenummerd, tussen nummer 63 en 69 | 30-06-2011 | |
12. | Bestemmingsplan Kom Sprundel, Krommestraat 55 | 29-09-2011 | |
13. | Bestemmingsplan Bebouwde Kom Zegge, Onze Lieve Vrouwestraat 101, Zegge | 18-09-2013 | |
14. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012 | 29-03-2012 | |
15. | Bedrijventerrein Nijverhei 2009, Sprundelseweg ongenummerd tussen 29A en 31 | 27-09-2012 | |
16. | Bestemmingsplan Kom St. Willebrord | 27-09-2012 | |
17. | Bestemmingsplan Sport- en vrijetijdscentrum, De Vijfsprong, Skidome Rucphen, wijzigingsplan 1 | 07-02-2012 | |
18. | Bestemmingsplan Nijverhei 2009, 1e herziening | 26-06-2012 | |
19. | Buitengebied Rucphen 2012, Wijzigingsplan 3 gasleidingen Gasunie | 14-08-2012 | |
20. | Buitengebied 2012, De Leijkens | 11-12-2012 | |
21. | Bestemmingsplan Kom Schijf | 06-02-2013 | |
22. | Bestemmingsplan Kom Zegge | 25-06-2013 | |
23. | Bestemmingsplan Bebouwde kom St. Willebrord, De Gagelrijzen 4 | 13-12-2012 | |
24. | Bestemmingsplan Kom St. Willebrord, Verlengde Vosdonkseweg | 11-12-2013 | |
25. | Bestemmingsplan Kom St. Willebrord, Verlengde Helakkerstraat | 11-12-2013 | |
26. | Bestemmingsplan Nijverhei 2009, Korte Hei 3 | 25-06-2013 | |
27. | Bestemmingsplan bebouwde kom Rucphen, Jan Vermeerstraat ongenummerd naast 17 | 11-12-2013 | |
28. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, 1e herziening | 11-12-2013 | |
29. | Bestemmingsplan bebouwde kom Zegge, A.M. de Jongstraat, ongenummerd | 12-02-2014 | |
30. | Bestemmingsplan Centrum Rucphen, Raadhuisstraat 32 | 28-09-2016 | |
31. | Bestemmingsplan Kom Schijf | 06-02-2013 | |
32. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, wijzigingsplan Bredasebaan ongenummerd tussen 62 en 68 | 01-07-2013 | |
33. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, Roosendaalseweg 39 | 25-06-2013 | |
34. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, wijzigingsplan Kolkstraat 13a | 03-10-2012 | |
35. | Bestemmingsplan Kom Rucphen | 25-06-2013 | |
36. | Bestemmingsplan Bebouwde Kom Sprundel, Wijzigingsplan Hertogstraat 17 te Sprundel | 11-03-2014 | |
37. | Bestemmingplan Buitengebied Rucphen 2012, wijzigingsplan Puinbroekstraat 15 te Sprundel | 26-03-2013 | |
38 | Bestemmingsplan Bedrijventerrein Nijverhei 2009, 2e herziening | 26-06-2013 | |
39. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, Scherpenbergsebaan 8a | 11-11-2015 | |
40. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, Heimolendreef 20-22 te Rucphen | 28-09-2016 | |
41. | Bestemmingsplan Vissenberg II, fase 2/Vorenseindseweg tussen nr. 38 en 42 | 18-09-2013 | |
42. | Bestemmingsplan Kom St. Willebrord, Irenestraat ongenummerd tussen nummer 87 en 89 | 11-12-2013 | |
43. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, Antwerpsebaan 18 te Schijf | 25-06-2013 | |
44. | Bestemmingsplan Emmausplein e.o. - St. Willebrord | 08-04-2015 | |
45. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, wijzigingsplan Waterstraat 17 te Sprundel | 01-05-2014 | |
46. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, Langendijksestraat 29 te Rucphen | 12-02-2014 | |
47. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Heimolen te Rucphen | 23-09-2015 | |
48. | Bestemmingsplan Kom St. Willebrord, Kenbelstraatje naast 15 e.o. | 12-08-2014 | |
49. | Bestemmingsplan Kom Schijf, Den Aanwas nr. 9 | 24-02-2016 | |
50. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, verkeersvoorzieningen Bernhardstraat | 23-09-2015 | |
51. | Bestemmingsplan Kom Sprundel, Rucphensebaan 1k | 13-07-2016 | |
52. | Bestemmingsplan Herverkaveling binnen project Hooghei I - Zegge | 23-09-2015 | |
53. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, 3e herziening | 16-12-2015 | |
54. | Bestemmingsplan Kom St. Willebrord, Irenestraat ongenummerd tussen 67 en 69 | 23-09-2015 | |
55. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, wijzigingsplan Hoeksestraat ong. naast 18 te Schijf | 05-07-2016 | |
56. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, wijzigingsplan Bernhardstraat ongenummerd naast 46 te Rucphen | 06-10-2015 | |
57. | Bestemmingsplan Kom Sprundel, Koekoekstraat ongenummerd naast 74 | 13-04-2016 | |
58. | Bestemmingsplan Herontwikkeling centrum Rucphen | 15-06-2016 | |
59. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, Schijfsebaan 4a en 2b te Schijf | 16-12-2015 | |
60. | Bestemmingsplan Bebouwde Kom Sprundel, Wijzigingsplan Sint Janstraat 13 te Sprundel | 19-04-2016 | |
61. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, Turfstraat 36 te Sprundel | 11-11-2015 | |
62. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, wijzigingsplan Scherpenbergsebaan ong. te Schijf | 10-05-2016 | |
63. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, Gebrande Hoefstraat 2 te Rucphen | 28-09-2016 | |
64. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, Ettenseweg 4 te Sprundel | 31-05-2017 | |
65. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, wijzigingsplan Berkstraat 1 en 3 te Sprundel | 11-10-2016 | |
66. | Bestemmingsplan Kom St. Willebrord, Pastoor Bastiaansensingel (vm. Parkzicht) | 08-02-2017 | |
67. | Bestemmingsplan Kom Sprundel, wijzigingsplan Hoogakker naast 51 te Sprundel | 17-01-2017 | |
68. | Bestemmingsplan Kom Sprundel, wijzigingsplan Sint Janstraat 95-97 te Sprundel | 17-01-2017 | |
69. | Bestemmingsplan Kom St. Willebrord, Processiepark e.o. | 05-07-2017 | |
70. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, Scherpenbergsebaan 49 te Schijf | 14-12-2016 | |
71. | Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, 4e herziening | 08-02-2017 | |
72. | Bestemmingsplan Kom Zegge, Kapelstraat 39 te Zegge | 31-05-2017 |
1.3 Leeswijzer
In hoofdstuk 2 van deze toelichting wordt de actuele Nota Parkeernormen Rucphen 2017 nader toegelicht. Hoofdstuk 3 omvat de juridische toelichting en geeft weer welke bestemmingsplannen worden aangepast in het kader van het opnemen van een parkeerregeling en het herstellen van het overgangsrecht. Hoofdstuk 4 gaat in op de economische uitvoerbaarheid van het paraplubestemmingsplan. Tenslotte beschrijft hoofdstuk 5 de uitkomsten van de wettelijk gevolgde procedure.
Hoofdstuk 2 Beleidskader Parkeren
2.1 Inleiding
In onderhavig hoofdstuk wordt het parkeerbeleidsplan nader toegelicht. Daarnaast is een actueel overzicht opgenomen van de ontwikkelingen van de jurisprudentie inzake de regeling parkeren in bestemmingsplannen.
2.2 Nota Parkeernormen Rucphen 2017
Op 31 mei 2017 heeft de gemeenteraad van Rucphen de Nota Parkeernormen Rucphen 2017 vastgesteld. De doelstelling van de nota betreft het vaststellen van gemeentelijke parkeernormen voor nieuwe ruimtelijke plannen en projecten in de gemeente Rucphen om in de toekomst in een parkeerbehoefte te kunnen voorzien. Waar mogelijk wordt hiermee de bereikbaarheid en leefbaarheid van de gemeente gewaarborgd.
In de nota wordt gekozen voor het hanteren van twee gebieden waarbinnen parkeernormen per te realiseren functie gelden. Het betreft hier het centrum van de diverse kernen en de schil/overloopgebied. Onderstaand schema toont de gebiedsbeschrijving per zone van de diverse kernen in Rucphen. De Nota Parkeernormen Rucphen 2017 gaat daarnaast vergezeld van de zones ingetekend op kaart, bijgevoegd als bijlage 1 bij de nota.
Zones per dorpskern | |
Kern | Gebiedsbeschrijving |
St. Willebrord | |
- Centrum | Dorpsstraat vanaf De Gagelrijzen tot Pastoor Bastiaansensingel alsmede aan beide zijde 150 meter achtergebied. |
- Schil/overloopgebied | Overig deel bebouwde kom St. Willebrord. |
Rucphen | |
- Centrum | Raadhuisplein, Raadhuisstraat alsmede 150 meter directe omgeving. |
- Schil/overloopgebied | Overige deel bebouwde kom Rucphen. |
Sprundel | |
- Centrum | Sint Janstraat, Neerhof alsmede 150 meter achtererfgebied Sint Janstraat. |
- Schil/overloopgebied | Overig deel bebouwde kom Sprundel |
Zegge | |
- Centrum | De gehele bebouwde kom Zegge |
Schijf | |
- Centrum | De gehele bebouwde kom Schijf |
Nijverhei | |
- Centrum | Het gehele bedrijventerrein |
Binnen de twee gebieden gelden, afhankelijk van de te realiseren functie, parkeernormen afgestemd op de kencijfers van de CROW-publicatie 317 als opgenomen in de ASVV. Met onderhavig bestemmingsplan wordt de actuele Nota parkeren juridische planologisch verankerd. Tevens maakt het bestemmingsplan het mogelijk dat door middel van een omgevingsvergunning afgeweken kan worden van de toe te passen parkeernorm. Het college van burgemeester en wethouders is daartoe het bevoegd gezag.
In de bijlage bij deze toelichting is de Nota Parkeernormen Rucphen 2017 volledigheidshalve toegevoegd.
Hoofdstuk 3 Juridische Plantoelichting
3.1 Inleiding
Dit hoofdstuk bespreekt de wijze waarop het parkeerbeleid van de gemeente voor het plangebied in het bestemmingsplan is vertaald. Bij het opstellen van de juridische regeling heeft het uitgangspunt centraal gestaan om te voorzien in een dynamische parkeerregeling. Daarnaast geeft dit hoofdstuk weer op welke manier het overgangsrecht wordt aangepast.
3.2 Opbouw Van De Regels
Het bestemmingsplan bestaat uit regels en een verbeelding, vergezeld van een toelichting. De regels en de verbeelding vormen het juridisch bindende deel van het bestemmingsplan. De verbeelding geeft de omvang van het plangebied waarop het paraplubestemmingsplan betrekking heeft.
De regels bestaan uit drie hoofdstukken, te weten:
- inleidende regels;
- algemene regels;
- overgangs- en slotregels.
In de toelichting wordt de toepassing van de parkeerregel en het overgangsrecht uiteengezet. Ondanks het feit dat de toelichting geen onderdeel uitmaakt van het juridische plangedeelte, fungeert de toelichting wel als interpretatiekader voor de uitleg van de regels, indien hierover interpretatieverschillen blijken te bestaan.
3.3 Regels
3.3.1 Hoofdstuk 1 Inleidende regels
Artikel 1 Begrippen
In dit artikel worden begrippen gedefinieerd, die in de regels worden gehanteerd. Bij de toetsing aan het bestemmingsplan moet worden uitgegaan van de in dit artikel aan de betreffende begrippen toegekende betekenis.
Artikel 2 Toepassingsgebied
In dit artikel is opgenomen voor welke plannen het onderhavige parapluplan van toepassing wordt verklaard.
3.3.2 Hoofdstuk 2 Algemene regels
Artikel 3 Algemene bouwregels
In dit artikel is de regeling omtrent bestaande afstanden en andere maten opgenomen. Abusievelijk stond deze regel in hoofdstuk 4 van diverse vigerende bestemmingsplannen. Aangezien deze regel hoort te staan in hoofdstuk 3, onder de algemene bouwregels, is de regeling hier naar toe verplaatst.
Artikel 4 Overige regels
In dit artikel is de parkeerregeling opgenomen.
3.3.3 Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels
Dit hoofdstuk omvat één artikel:
Slotregel
De regels kunnen worden aangehaald onder de naam: regels van het bestemmingsplan "Parapluplan parkeren en overgangsrecht Rucphen".
Hoofdstuk 4 Economische Uitvoerbaarheid
4.1 Inleiding
In dit hoofdstuk wordt de economische uitvoerbaarheid beschreven. Indien het bestemmingsplan voorziet in de uitvoering van werken door de gemeente moet de financieel-economische uitvoerbaarheid hiervan worden aangetoond. Er wordt nader ingegaan op de grondexploitatie en de koppeling met het exploitatieplan.
4.2 Toepassing Grondexploitatiewet
De wet ruimtelijke ordening maakt het vaststellen van een exploitatieplan verplicht voor een aantal bouwactiviteiten wanneer de bouw planologisch mogelijk wordt gemaakt in een bestemmingsplan, een wijziging van een bestemmingsplan of een projectafwijkingsbesluit. De bouwplannen waarbij een exploitatieplan verplicht is staan in artikel 6.2.1 van het Bro. Dit betreft onder meer plannen voor de bouw van een of meer woningen en de bouw van een of meer andere hoofdgebouwen. Bovendien is een exploitatieplan nodig als locatie-eisten (aan openbare ruimte of woningcategorieën) gesteld moeten worden en/of het bepalen van een tijdvak of fasering noodzakelijk is.
4.3 Economische Uitvoerbaarheid
Onderzoek naar de economische uitvoerbaarheid van bestemmingsplannen heeft in het algemeen betrekking op nieuwe ontwikkelingen waarvoor bestemmingswijzigingen nodig zijn en die door de gemeente worden gerealiseerd. Het bestemmingsplan "Parapluplan parkeren en overgangsrecht Rucphen" heeft betrekking op te bebouwen gronden en/of gebruiken van bebouwde gronden binnen de gemeente, waarbij de ontwikkelingen al dan niet aan particuliere initiatiefnemers worden overgelaten.
De door de gemeente te maken kosten van onderhavig bestemmingsplan bestaan uitsluitend uit plankosten en de kosten van onderzoek, dat nodig is met het oog op de voorbereiding van het plan. Deze uitgaven komen ten laste van de algemene middelen van de gemeente. Omdat het voorliggende plan niet voorziet in een bouwplan als bedoeld in artikel 6.12, lid 1 Wro, hoeft geen exploitatieplan te worden vastgesteld. Er doet zich dus geen mogelijkheid voor van kostenverhaal als bedoeld in afdeling 6.4 Wro.
Hoofdstuk 5 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
5.1 Inleiding
Het onderhavige paraplubestemmingsplan is een juridisch-technische aanpassing van de regels. Daarom wordt uitsluitend de door de Wro voorgeschreven procedure gevolgd: terinzagelegging van een ontwerp bestemmingsplan met de mogelijkheid van zienswijzen, en daarna vaststelling door de gemeenteraad.
5.2 Vooroverleg
Ten behoeve van het bestemmingsplan wordt wel vooroverleg gevoerd met het waterschap, de provincie en de brandweer Midden- en West-Brabant. De vooroverlegreacties worden te zijner tijd opgenomen in de bijlagen van het bestemmingsplan.
5.3 Zienswijzen
Het ontwerp bestemmingsplan heeft vanaf 14 september 2017 gedurende een termijn van zes weken, tot en met 25 oktober 2017, ter inzage gelegen. Gedurende de termijn van terinzagelegging heeft een ieder over het ontwerpbestemmingsplan een zienswijze naar voren kunnen brengen. De geboden mogelijkheid heeft geleid tot één schriftelijke zienswijze. In bijlage 2 van deze toelichting is de Nota van Zienswijzen opgenomen. In deze nota is de inhoud van de zienswijze en de inhoudelijke reactie op de zienswijze opgenomen. In de nota is te lezen dat de zienswijze ongegrond is en derhalve geen aanleiding geeft om het bestemmingsplan aan te passen.