Buitengebied Someren - Deelgebied 4
Bestemmingsplan - Gemeente Someren
Vastgesteld op 08-02-2023 - geheel in werking
1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan:
1.2 bestemmingsplan:
1.3 verbeelding:
1.4 aan huis verbonden beroep:
1.5 aanduiding:
1.6 aanduidingsgrens:
1.7 aardkundige waarden:
1.8 abiotische waarden:
1.9 Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen (AAB):
1.10 agrarisch bedrijf:
1.11 agrarisch gebruik/doeleinden:
1.12 agrarisch huiskavel:
1.13 agrarisch loonbedrijf:
1.14 agrarisch-technisch hulpbedrijf:
1.15 agrarisch verwant bedrijf:
1.16 ambachtelijk bedrijf:
1.17 arbeidsmigrant:
1.18 archeologisch deskundige:
1.19 archeologisch monument:
1.20 archeologisch onderzoek:
1.21 archeologische waarden:
1.22 architectonische waarden:
1.23 A-waterloop:
1.24 bebouwing:
1.25 bebouwingscluster:
1.26 bebouwingsconcentratie:
1.27 bebouwingslint:
1.28 bebouwingspercentage:
1.29 bed and breakfast:
1.30 bedrijf (bedrijfsinrichting):
1.31 bedrijfsgebouw:
1.32 bedrijfsmatige exploitatie:
1.33 bedrijfswoning:
1.34 beeldbepalend pand:
1.35 beeldkwaliteit:
- de plaats van de bebouwing in het verleden en nu;
- de maten en verhoudingen van de gebouwen in het verleden en nu;
- het ritme of patroon van de bebouwing langs de weg in het verleden en nu;
- de beplanting langs de openbare weg en op particuliere gronden;
- het materiaalgebruik voor de bebouwing en de straat;
- kenmerkende objecten zoals een molen, kerk, bos, houtwal, kunst e.d.;
- staat van verzorging, detaillering en onderhoud van gebouwen, weg- en bermonderhoud, verlichting e.d.;
- abiotische omgeving, patronen en structuren.
1.36 beeldkwaliteitsplan buitengebied:
1.37 beperkingen veehouderij:
1.38 Besluit omgevingsrecht (Bor):
1.39 bestaande bebouwing:
1.40 bestaand gebruik:
1.41 bestemmingsgrens:
1.42 bestemmingsvlak:
1.43 bevoegd gezag:
1.44 bewoning:
1.45 bijgebouw:
1.46 boerderij/boerderijgebouw:
1.47 bouwen:
1.48 bouwen, ondergronds:
1.49 bouwlaag:
1.50 bouwperceel:
1.51 (bouw)perceelgrens:
1.52 bouwvlak:
1.53 bouwwerk:
1.54 Brabantse Zorgvuldigheidscore Veehouderij (BZV):
1.55 buitenopslag
1.56 buitenrijbaan:
1.57 covergisting(installatie):
1.58 cultuurhistorische waarden:
1.59 cultuurhistorisch waardevolle woning:
1.60 cultuurhistorisch waardevolle bebouwing:
1.61 cumulatieve geurhinder (achtergrondbelasting):
1.62 dagbesteding:
1.63 dagrecreatie:
1.64 detailhandel:
1.65 dierenverblijf:
1.66 differentiatievlak:
1.67 dove gevel:
1.68 ecologische verbindingszone (evz):
1.69 erf:
1.70 erfbeplanting:
1.71 erotische dienstverlening:
1.72 escortbedrijf:
1.73 evenement:
1.74 extensief recreatief medegebruik:
1.75 gebouw:
1.76 gebruiken:
1.77 geluidsreducerende voorzieningen:
1.78 gietwatervoorziening:
1.79 glastuinbouwbedrijf:
1.80 groenvoorzieningen:
1.81 groepsaccommodatie:
1.82 grondgebonden teeltbedrijf:
1.83 grondgebonden veehouderij:
- de veebezetting bedraagt niet meer dan 2.75 GVE/hectare, berekend over de grond die blijkens de gecombineerde opgave bij het bedrijf in gebruik is, voor zover gelegen binnen 15 km1 van de bedrijfslocatie; en/of
- tenminste 75% van de op het bedrijf geproduceerde mest, uitgedrukt in fosfaat, wordt aangewend op grond die blijkens de gecombineerde opgave bij het bedrijf in gebruik is voor gewassen die overwegend voor de eigen bedrijfsvoering worden geteeld, voor zover gelegen binnen 15 km1 van de bedrijfslocatie. Een veehouder toont via de jaarlijkse gecombineerde opgave aan dat de veehouderij aan dit criterium voldoet; en/of
- tenminste 95% van het ruwvoer (gras en mais), uitgedrukt in fosfaat, wordt gewonnen op grond die blijkens de gecombineerde opgave bij het bedrijf in gebruik is voor gewassen die overwegend voor de eigen bedrijfsvoering worden geteeld, voor zover gelegen binnen 15 km1 van de bedrijfslocatie. Daarbij is tenminste 50% van het fosfaat in het rantsoen afkomstig uit ruwvoer (gras en mais). Een veehouder toont via een jaarlijkse rapportage uit BEX aan dat de veehouderij aan dit criterium voldoet; en/of
- indien in de veehouderij dieren worden gehouden uitsluitend of in hoofdzaak voor natuurbeheer.
1.84 GVE (groot vee-eenheid):
1.85 hervestiging agrarisch bedrijf:
1.86 hobbymatig houden van dieren:
1.87 hokdierhouderij:
1.88 hoofdgebouw:
1.89 horeca(-bedrijf):
1.90 houtteelt:
1.91 huishouden:
1.92 huisvesting van arbeidsmigranten:
1.93 hydrologisch neutraal ontwikkelen:
1.94 hydrologische waarden:
- eveneens aanwezige aardkundige waarden;
- eveneens aanwezige waterafhankelijke natuurwaarden;
- eveneens aanwezige mogelijkheden voor ontwikkeling van waterafhankelijke natuurwaarden;
1.95 infiltratie:
1.96 infiltratievoorziening:
1.97 inrichtingsplan:
1.98 Interim omgevingsverordening:
1.99 kampeermiddel:
1.100 kampeerterrein:
1.101 kamperen:
1.102 kas of hoge tunnel:
1.103 kernrandzone:
1.104 kinderopvang:
1.105 kwaliteitsverbetering:
1.106 landbouw:
1.107 landschappelijk inpassingsplan:
1.108 landschapswaarden:
1.109 landschapselement:
1.110 lawaaisport:
1.111 maaiveld:
1.112 maatschappelijke voorzieningen:
1.113 manege:
1.114 mestbewerking:
1.115 milieucategorie:
1.116 milieuhygiëne:
1.117 minicamping:
1.118 Natuur Netwerk Brabant:
1.119 natuurwaarden:
1.120 nevenfunctie:
1.121 niet-agrarisch bedrijf:
1.122 nieuwvestiging:
1.123 noodwoning:
1.124 nutsvoorziening:
1.125 omgevingsvergunning:
1.126 omschakeling:
1.127 ondergeschikt bouwdeel:
1.128 ondergeschikte functie:
1.129 onderkomen:
1.130 ondersteunende detailhandel:
1.131 ondersteunende functie:
1.132 ondersteunende (dag)horeca:
- ondersteunende horeca: horeca die ten dienste staat van de hoofdfunctie en die in ruimtelijk opzicht hieraan ondergeschikt is. Het ondersteunend karakter dient van beperkte functionele en ruimtelijke omvang te zijn zodat de hoofdfunctie qua aard, omvang en verschijningsvorm overwegend of nagenoeg geheel als zodanig herkenbaar blijft. Daar waar ondersteunende horeca is toegestaan, zijn feesten, partijen en vergaderingen niet toegestaan.
- ondersteunende daghoreca: in aanvulling op het hetgeen gesteld wordt onder sub a, geldt voor daghoreca het volgende: horeca die gericht is op het verstrekken van eenvoudige maaltijden en dranken gedurende de dagperiode van 09:00 uur tot uiterlijk 17:00 uur en daarmee een bijdrage levert aan de exploitatie van de voorziening waarvan zij onderdeel uitmaakt.
1.133 open gebied:
1.134 openbare weg:
1.135 openheid:
1.136 oppervlaktewaterlichaam:
1.137 overig-agrarisch bedrijf:
1.138 overkapping:
1.139 paardenhouderij:
- gebruiksgerichte paardenhouderij: een paardenhouderij waar het accent ligt op het bedrijfsmatig houden en stallen van paarden en pony’s met als nevenfunctie eventueel het fokken en africhten ervan. Voorbeelden zijn: stalhouderijen en paardenpensions.
- productiegerichte paardenhouderij: een vorm van een agrarisch bedrijf waar uitsluitend of in hoofdzaak handelingen aan of met paarden worden verricht die primair gericht zijn op het voortbrengen, africhten, trainen en verhandelen van paarden. Voorbeelden zijn fokkerijen, stoeterijen en paardenmelkerijen.
1.140 piekberging:
1.141 plattelandswoning:
1.142 productiegebonden detailhandel:
1.143 recreatie:
1.144 recreatiebedrijf:
1.145 recreatiewoning:
1.146 referentiesituatie:
1.147 routegebonden horeca:
1.148 ruimtelijke kwaliteit:
1.149 ruimtelijke ontwikkeling:
1.150 schuilgelegenheid voor dieren
1.151 SNF:
1.152 stacaravan:
1.153 stalderingsgebied:
1.154 statische opslag:
1.155 teeltondersteunende voorzieningen:
- (teelt)ondersteunende kassen:
een (teelt)ondersteunende voorziening in de vorm van een (permanente) kas. - hoge permanente teeltondersteunende voorzieningen:
teeltondersteunende voorzieningen, anders dan teeltondersteunende kassen, hoger dan 1,50 m1 en vrij makkelijk verwijderbaar zijn, maar waarbij dat niet na elk teeltseizoen plaatsvindt. Hieronder worden in ieder geval verstaan: teeltbakken in stellingen of teelttafels, eventueel met regenkappen; plastic-/foliekassen, -tunnels en -regenkappen. - hoge tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen:
teeltondersteunende voorzieningen, anders dan teeltondersteunende kassen, hoger dan 1,50 m1, die aanwezig zijn gedurende de periode dat de teelt dat vereist, en die na (een deel van) het teeltseizoen, en uiterlijk binnen 6 maanden, weer worden verwijderd. Hieronder worden in ieder geval verstaan: menstoegankelijke wandelkappen; schaduwhallen; hagelnetten. - lage permanente teeltondersteunende voorzieningen of containervelden:
permanente teeltondersteunende voorzieningen voor plantaardige teelten, niet hoger dan 1,50 m1, die op of nabij de grond worden aangebracht, voor zogenaamde containerteelt. Hierbij kan het volgende onderscheid worden gemaakt:- containervelden als onomkeerbare voorziening, waarbij gebruik gemaakt wordt van een geheel verharde ondergrond veelal van niet-opneembare/gesloten verhardingen, zoals beton;
- containervelden als omkeerbare voorzieningen, waarbij gebruik gemaakt wordt van anti-worteldoek met daartussen opneembare of open verhardingen, zoals betonplaten, tegel- of klinkerbestratingen.
- lage tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen:
teeltondersteunende voorzieningen, niet hoger dan 1,50 m1, aanwezig gedurende de periode dat de teelt dat vereist, en die na (een deel van) het teeltseizoen, en uiterlijk binnen 6 maanden na plaatsing, weer worden verwijderd. Hieronder worden in ieder geval verstaan: lage tunnels, van halfronde bogen waarover plastic of gaasdoek wordt gespannen; insectengaas; afdekfolies; acryldoek; vlakveldfolies; vraatnetten. - overige teeltondersteunende voorzieningen of boomteelthekken:
een permanente teeltondersteunende voorziening c.q. bouwwerken in de vorm van hekwerken met afrastering, niet hoger dan 1,50 m1, op boomteeltpercelen waarmee dieren van die percelen geweerd worden.
1.156 terras:
1.157 terreinafscheiding:
1.158 trekkershut:
1.159 tuin:
1.160 tuinbouwbedrijf:
1.161 veehouderij:
1.162 veldschuur:
1.163 verblijfsrecreatie:
1.164 verhard oppervlak:
1.165 volière:
1.166 volwaardig agrarisch bedrijf:
1.167 voorgevelrooilijn:
- gelijk is aan de in deze regels voorgeschreven afstand van gebouwen tot de as van de weg op het betreffende bouwperceel;
- gelijk is aan de afstand van bestaande gebouwen tot de as van de weg op het betreffende bouwperceel, indien die afstand kleiner is dan de in de regels voorgeschreven afstand.
1.168 Wabo:
1.169 water:
1.170 waterhuishoudkundige voorzieningen:
1.171 wonen:
1.172 wonen plus:
1.173 woning/wooneenheid:
1.174 woningsplitsing:
1.175 woonunit:
1.176 zelfstandige bewoning:
1.177 zorgboerderij:
1.178 zorgvuldige veehouderij:
Artikel 2 Wijze Van Meten
2.1 de afstand tot de as van de weg:
2.2 de afstand tot de bestemmingsgrens:
2.3 het bebouwingspercentage:
2.4 de dakhelling:
2.5 de breedte van een bestemmingsvlak:
2.6 de breedte van een bouwperceel:
2.7 de goothoogte van een bouwwerk:
2.8 de bouwhoogte van een bouwwerk:
2.9 de inhoud van een bouwwerk:
2.10 de lengte c.q. breedte van een bouwwerk:
2.11 de oppervlakte van een bouwwerk:
2.12 het peil:
- voor bouwwerken en gebouwen waarvan de toegang onmiddellijk grenst aan de weg: de hoogte van de weg ter plaatse van deze toegang;
- in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het bestaande aansluitende afgewerkte maaiveld.
2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch
3.1 Bestemmingsomschrijving
- al dan niet bedrijfsmatige agrarische doeleinden, inclusief tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'rijbak' tevens een buitenrijbaan voor paarden;
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van landschappelijke en natuurlijke waarden;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- landschapselementen, groenvoorzieningen, erfbeplanting en landschappelijke inpassing;
- verhardingen, (onverharde) paden, parkeerplaatsen en parkeervoorzieningen;
- nutsvoorzieningen;
- extensief recreatief medegebruik.
3.2 Bouwregels
3.3 Specifieke gebruiksregels
3.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
3.5 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 4 Agrarisch - Agrarisch Bedrijf
4.1 Bestemmingsomschrijving
- de uitoefening van een agrarisch bedrijf met de bijbehorende bedrijfsbebouwing, niet zijnde een veehouderij, een glastuinbouwbedrijf;
- één bedrijfswoning per bestemmingsvlak, tenzij anders aangeduid;
- bij het agrarisch bedrijf behorende gebouwen, bouwwerken, installaties en voorzieningen op bedrijfsniveau, hieronder in ieder geval begrepen bedrijfsgebouwen (anders dan kassen), verwerkingsruimten, sleufsilo’s, voerplaten, (vaste) mestplaten, waterbassins van folie, alsmede permanente en tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen;
- mestopslagsilo’s en mestbassins van folie ten behoeve van een op dezelfde locatie gevestigde veehouderij, paardenhouderij of een grondgebonden teeltbedrijf;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - productiegerichte paardenhouderij' is tevens een productiegerichte paardenhouderij toegestaan;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - veehouderij' tevens een veehouderij;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - veehouderij' tevens mestbewerking ten behoeve van ter plaatse geproduceerde mest afkomstig van de op die locatie gevestigde veehouderij;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - covergisting' tevens een nevenfunctie in de vorm van een covergistingsinstallatie met als doel het opwekken van energie en/of CO2;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning' tevens het wonen in de bedrijfswoning door derden die geen relatie hebben met het agrarisch bedrijf;
- ter plaatse van de functieaanduiding ‘specifieke vorm van agrarisch - opslag ruwvoer’ is het oprichten van voerplaten, sleufsilo’s of andere voorzieningen voor de opslag van ruwvoer toegestaan;
- ter plaatse van de functieaanduiding ‘specifieke vorm van agrarisch - agrarisch loonwerkbedrijf 400’ en ‘specifieke vorm van agrarisch - agrarisch loonwerkbedrijf 401’ tevens een nevenfunctie in de vorm van een agrarisch loonwerkbedrijf, met een maximale oppervlakte van 3.000 m2 aan bebouwing;
- productiegebonden detailhandel (verkoop van eigen producten), uitsluitend als ondergeschikte functie tot een maximum van 50 m2 bruto vloeroppervlakte;
- aan huis verbonden beroepen conform de bepalingen in artikel 4.4.2;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- landschapselementen, groenvoorzieningen, erfbeplanting en landschappelijke inpassing, hieronder tevens begrepen tuinen en erven;
- verhardingen, (onverharde) paden, parkeerplaatsen en parkeervoorzieningen;
- extensief recreatief medegebruik.
4.2 Bouwregels
4.3 Afwijken van de bouwregels
4.4 Specifieke gebruiksregels
4.5 Afwijken van de gebruiksregels
4.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
4.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 5 Agrarisch Met Waarden - Abiotische Waarden
5.1 Bestemmingsomschrijving
- al dan niet bedrijfsmatige agrarische doeleinden;
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van de aanwezige abiotische waarden in het algemeen en verder in het bijzonder:
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - aardkundig waardevol' voor het behoud van de aanwezige aardkundige waarden;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - hydrologisch waardevol' voor het behoud en/of herstel van de hydrologische waarden van het gebied;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - visueel waardevol; besloten' voor het behoud van het besloten karakter van het landschap;
- ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - ecologische verbindingszone' tevens voor de instandhouding en ontwikkeling van een ecologische verbindingszone;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'rijbak' tevens een buitenrijbaan voor paarden;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- landschapselementen, groenvoorzieningen en landschappelijke inpassing;
- extensief recreatief medegebruik.
5.2 Bouwregels
5.3 Afwijken van de bouwregels
5.4 Specifieke gebruiksregels
5.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
5.6 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 6 Agrarisch Met Waarden - Landschapswaarden
6.1 Bestemmingsomschrijving
- al dan niet bedrijfsmatige agrarische doeleinden;
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van de aanwezige landschapswaarden in het algemeen en verder in het bijzonder:
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - aardkundig waardevol' voor het behoud van de aanwezige aardkundige waarden;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch waardevol' voor het behoud en/of herstel van aanwezige cultuurhistorische waarden;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - hydrologisch waardevol' voor het behoud en/of herstel van de hydrologische waarden van het gebied;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - visueel waardevol; besloten' voor het behoud van het besloten karakter van het landschap;
- ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - ecologische verbindingszone' tevens voor de instandhouding en ontwikkeling van een ecologische verbindingszone;
- ter plaatse van de functieaanduiding ‘specifieke vorm van agrarisch - schuilgelegenheid voor dieren 400’ tevens een schuilgelegenheid voor dieren;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 400', 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 401', 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 402', 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 403', 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 404', 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 405', 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 406', 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 407' en 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 408' tevens voor de opslag van agrarische grondstoffen, producten en/of werktuigen voor het gebruik, beheer en onderhoud van de direct aangrenzende agrarische gronden;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 400', 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 402', 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 405', 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 406', 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 407' en 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur 408' tevens voor het hobbymatig houden van dieren;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'rijbak' tevens een buitenrijbaan voor paarden;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - teeltondersteunende voorzieningen' tevens tijdelijke en/of permanente teeltondersteunende voorzieningen;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'waterberging' uitsluitend een waterberging;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- landschapselementen, groenvoorzieningen en landschappelijke inpassing;
- extensief recreatief medegebruik.
6.2 Bouwregels
6.3 Afwijken van de bouwregels
6.4 Specifieke gebruiksregels
6.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
6.6 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 7 Agrarisch Met Waarden - Natuurwaarden
7.1 Bestemmingsomschrijving
- al dan niet bedrijfsmatige agrarische doeleinden;
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van de aanwezige natuurwaarden in het algemeen en verder in het bijzonder:
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - hydrologisch waardevol' voor het behoud en/of herstel van de hydrologische waarden van het gebied;
- ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - ecologische verbindingszone' tevens voor de instandhouding en ontwikkeling van een ecologische verbindingszone;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'rijbak' tevens een buitenrijbaan voor paarden;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- landschapselementen, groenvoorzieningen en landschappelijke inpassing;
7.2 Bouwregels
7.3 Afwijken van de bouwregels
7.4 Specifieke gebruiksregels
7.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
7.6 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 8 Bedrijf
8.1 Bestemmingsomschrijving
- bedrijven in milieucategorie 1 en 2, zoals genoemd in de Brochure bedrijven en milieuzonering van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten;
- in afwijking van sub a is ter plaatse van een locatie waar een agrarisch verwant bedrijf of agrarisch-technisch hulpbedrijf is gevestigd en als dusdanig opgenomen in de tabel in artikel 8.2.1 sub d, uitsluitend een agrarisch verwant bedrijf of agrarisch-technisch hulpbedrijf toegestaan;
- in afwijking van sub a en sub b is ter plaatse van een locatie die is opgenomen in de tabel in artikel 8.2.1 sub d, ook de in die tabel opgenomen specifieke activiteit en bijbehorende hogere milieucategorie toegestaan;
- per bestemmingsvlak is één bedrijf toegestaan;
- productiegebonden detailhandel (verkoop van eigen producten), uitsluitend als ondergeschikte functie tot een maximum van 50 m2 bruto vloeroppervlakte;
- één bedrijfswoning, tenzij anders aangeduid in de tabel in artikel 8.2.1 sub d;
- ter plaatse van de functieaanduiding ‘specifieke vorm van bedrijf - buitenopslag 400’ tevens buitenopslag in de vorm van het plaatsen en gebruiken van materieel ten behoeve van het ter plaatse gevestigde bedrijf;
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van landschappelijke en natuurlijke waarden;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- landschapselementen, groenvoorzieningen, erfbeplanting en landschappelijke inpassing, hieronder tevens begrepen tuinen en erven;
- verhardingen, (onverharde) paden, parkeerplaatsen en parkeervoorzieningen;
- nutsvoorzieningen;
- extensief recreatief medegebruik.
8.2 Bouwregels
8.3 Afwijken van de bouwregels
8.4 Specifieke gebruiksregels
8.5 Afwijken van de gebruiksregels
8.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
8.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 9 Bedrijf - Nutsvoorziening
9.1 Bestemmingsomschrijving
- nutsvoorzieningen van algemeen en openbaar belang;
- voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval begrepen (ondergrondse) kabels en leidingen, openbare verlichting, bewegwijzering en straatmeubilair;
- ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - ecologische verbindingszone' tevens voor de instandhouding en ontwikkeling van een ecologische verbindingszone;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- landschapselementen, groenvoorzieningen en landschappelijke inpassing;
- verhardingen en (onverharde) paden.
9.2 Bouwregels
9.3 Specifieke gebruiksregels
Artikel 10 Bos
10.1 Bestemmingsomschrijving
- bosbouwkundige doeleinden voor het behoud van duurzaam bosgebied en de groeiplaats ter plaatse;
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van natuurgebieden en leefgebied van daar voorkomende soorten;
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van de aanwezige landschapswaarden in het algemeen en verder in het bijzonder:
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch waardevol' voor het behoud en/of herstel van aanwezige cultuurhistorische waarden;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - hydrologisch waardevol' voor het behoud en/of herstel van de hydrologische waarden van het gebied;
- ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - ecologische verbindingszone' tevens de instandhouding en ontwikkeling van een ecologische verbindingszone;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van bos - multifunctioneel bos' tevens voor:
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van natuurwaarden in het algemeen en van de op de verbeelding aangeduide natuurwaarden in het bijzonder;
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van abiotische en landschapswaarden;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'kampeerterrein' tevens een verenigingskampeerterrein;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van bos - aanplanting bos' dient de aanplanting van bos, overeenkomstig het beplantingsplan zoals opgenomen in bijlage 48 bij het onderhavige bestemmingsplan, binnen 12 maanden na de inwerkingtreding van dit bestemmingsplan te zijn uitgevoerd en vervolgens in stand te worden gehouden;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- bestaande verhardingen, (onverharde) paden, parkeerplaatsen en parkeervoorzieningen ten behoeve van extensief recreatief medegebruik en/of onderhoud;
- extensief recreatief medegebruik.
10.2 Bouwregels
10.3 Afwijken van de bouwregels
10.4 Specifieke gebruiksregels
10.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 11 Maatschappelijk
11.1 Bestemmingsomschrijving
- maatschappelijke doeleinden met bijbehorende maatschappelijke en culturele voorzieningen en specifieke activiteiten zoals opgenomen in de tabel in artikel 11.2.1 sub d;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - 400' uitsluitend religieuze doeleinden;
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van landschappelijke en natuurlijke waarden;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- landschapselementen, groenvoorzieningen, erfbeplanting en landschappelijke inpassing, hieronder tevens begrepen (gemeenschappelijke) tuinen en erven;
- verhardingen, (onverharde) paden, parkeerplaatsen en parkeervoorzieningen;
- extensief recreatief medegebruik.
11.2 Bouwregels
11.3 Afwijken van de bouwregels
11.4 Specifieke gebruiksregels
11.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 12 Natuur
12.1 Bestemmingsomschrijving
- bosbouwkundige doeleinden voor het behoud van duurzaam bosgebied en de groeiplaats ter plaatse;
- behoud, herstel en/of ontwikkeling van natuurgebieden en leefgebied van daar voorkomende soorten;
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van de aanwezige natuurwaarden in het algemeen en verder in het bijzonder:
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch waardevol' voor het behoud en/of herstel van aanwezige cultuurhistorische waarden;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - hydrologisch waardevol' voor het behoud en/of herstel van de hydrologische waarden van het gebied;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van waarde - visueel waardevol; besloten' voor het behoud van het besloten karakter van het landschap;
- ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - ecologische verbindingszone' de instandhouding en ontwikkeling van een ecologische verbindingszone;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- bestaande verhardingen, (onverharde) paden, parkeerplaatsen en parkeervoorzieningen ten behoeve van extensief recreatief medegebruik en/of onderhoud;
- extensief recreatief medegebruik.
12.2 Bouwregels
12.3 Afwijken van de bouwregels
12.4 Specifieke gebruiksregels
12.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
12.6 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 13 Recreatie
13.1 Bestemmingsomschrijving
- recreatieve doeleinden met bijbehorende recreatieve voorzieningenen en specifieke activiteiten zoals opgenomen in de tabel in artikel 13.2.1 sub d;
- één bedrijfswoning, tenzij anders aangeduid in de tabel in artikel 13.2.1 sub d;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 400' tevens verblijfsrecreatieve voorzieningen in de vorm van een vakantiehuisje;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 401' tevens verblijfsrecreatieve voorzieningen in de vorm van een recreatiebedrijf, met daarbij ondersteunende horeca;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- landschapselementen, groenvoorzieningen, erfbeplanting en landschappelijke inpassing, hieronder tevens begrepen tuinen en erven;
- verhardingen, (onverharde) paden, parkeerplaatsen en parkeervoorzieningen;
- nutsvoorzieningen.
13.2 Bouwregels
13.3 Afwijken van de bouwregels
13.4 Specifieke gebruiksregels
13.5 Afwijken van de gebruiksregels
13.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 14 Sport
14.1 Bestemmingsomschrijving
- sportdoeleinden, met de daarbij behorende ondersteunende functies, daaronder in ieder geval begrepen ondersteunende horeca tijdens sportactiviteiten in verenigingsverband;
- voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval begrepen (ondergrondse) kabels en leidingen, openbare verlichting, bewegwijzering en straatmeubilair;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- landschapselementen, groenvoorzieningen, erfbeplanting en landschappelijke inpassing;
- verhardingen, (onverharde) paden, parkeerplaatsen en parkeervoorzieningen.
14.2 Bouwregels
14.3 Afwijken van de bouwregels
14.4 Specifieke gebruiksregels
14.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 15 Verkeer
15.1 Bestemmingsomschrijving
- wegverkeer en verkeerskundige doeleinden;
- verharde en onverharde wegen, alsmede fiets- en voetpaden;
- verharde en onverharde verkeers- en erfontsluitingen;
- voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval begrepen (ondergrondse) kabels en leidingen, rioleringen, openbare verlichting, bewegwijzering en straatmeubilair;
- ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - ecologische verbindingszone' tevens de instandhouding en ontwikkeling van een ecologische verbindingszone;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'verblijfsgebied' tevens een parkeerplaats annex uitrustplaats voor passanten;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen' tevens een verkooppunt voor motorbrandstoffen;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' tevens een zendmast voor telecommunicatie;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van verkeer - particuliere weg' uitsluitend een particuliere weg;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van verkeer - onverharde weg' uitsluitend een onverharde weg;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'vaarweg' tevens voor water en waterhuishoudkundige voorzieningen voor de scheepvaart met daarbij behorende voorzieningen zoals stuwen, sluizen, bruggen, bewegwijzering en bebording, dijken, oevers en onderhoudswegen;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- landschapselementen, groenvoorzieningen en landschappelijke inpassing, hieronder ook begrepen bermen en (berm)beplanting;
- parkeren en daarbij horende voorzieningen;
- extensief recreatief medegebruik.
15.2 Bouwregels
15.3 Specifieke gebruiksregels
15.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 16 Water
16.1 Bestemmingsomschrijving
- waterhuishoudkundige doeleinden;
- waterhuishoudkundige doeleinden ten behoeve van de natuurwaarden in het algemeen;
- waterhuishoudkundige doeleinden en voorzieningen ten behoeve van aan- en afvoer van water voor landbouw en natuur;
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van landschappelijke en natuurlijke waarden, alsmede natuurvriendelijke oevers;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'vaarweg' tevens voor water en waterhuishoudkundige voorzieningen voor de scheepvaart met daarbij behorende voorzieningen zoals stuwen, sluizen, bruggen, bewegwijzering en bebording, dijken, oevers en onderhoudswegen;
- ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - ecologische verbindingszone' de instandhouding en ontwikkeling van een ecologische verbindingszone;
- extensief recreatief medegebruik.
16.2 Bouwregels
16.3 Afwijken van de bouwregels
16.4 Specifieke gebruiksregels
Artikel 17 Wonen
17.1 Bestemmingsomschrijving
- wonen;
- ter plaatse van de functieaanduiding ‘bed & breakfast’ tevens een verblijfsrecreatieve voorziening in de vorm van bed and breakfast;
- aan huis verbonden beroepen conform de bepalingen in artikel 17.4.2;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van wonen - wonen plus' is één kleinschalig bedrijf toegestaan in de milieucategorieën 1 en 2, of aantoonbaar daarmee gelijk te stellen qua aard en invloed, zoals genoemd in de Brochure bedrijven en milieuzonering, van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - zorgbedrijf 400' tevens maatschappelijke doeleinden met bijbehorende maatschappelijke voorzieningen zijnde een zorgverblijf in de vorm van dagbesteding, persoonlijke begeleiding en kleinschalige recreatieve overnachtingsmogelijkheden voor speciale doelgroepen;
- ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - zorgbedrijf 401' tevens maatschappelijke doeleinden met bijbehorende maatschappelijke voorzieningen zijnde een zorgverblijf in de vorm van dagbesteding, persoonlijke begeleiding, kleinschalige routegebonden horeca, kleinschalige recreatieve overnachtingsmogelijkheden voor speciale doelgroepen en kleinschalige kinderopvang;
- het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van landschappelijke en natuurlijke waarden;
- water en waterhuishoudkundige voorzieningen ten behoeve van water, waterberging en infiltratie;
- landschapselementen, groenvoorzieningen, erfbeplanting en landschappelijke inpassing, hieronder tevens begrepen tuinen en erven;
- verhardingen, (onverharde) paden, parkeerplaatsen en parkeervoorzieningen;
- extensief recreatief medegebruik.
17.2 Bouwregels
17.3 Afwijken van de bouwregels
17.4 Specifieke gebruiksregels
17.5 Afwijken van de gebruiksregels
17.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
17.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 18 Leiding - Gas
18.1 Bestemmingsomschrijving
- aanleg, gebruik, instandhouding en/of bescherming van een ondergrondse hogedruk aardgastransportleiding;
- groen en groenvoorzieningen, mits niet diepwortelend.
18.2 Bouwregels
18.3 Afwijken van de bouwregels
- het doelmatig functioneren en de continuïteit van de in artikel 18.1 bedoelde leiding(en) mag niet worden aangetast;
- er worden geen kwetsbare objecten toegestaan;
- voorafgaand aan de verlening van een omgevingsvergunning wordt door het bevoegd gezag schriftelijk advies ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder;
- de bebouwing voldoet aan de overige bepalingen van de onderliggende (dubbel)bestemming(en).
18.4 Specifieke gebruiksregels
18.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 19 Leiding - Hoogspanningsverbinding
19.1 Bestemmingsomschrijving
- de aanleg, gebruik, instandhouding en/of bescherming van een bovengrondse hoogspanningsverbinding;
- groen en groenvoorzieningen.
19.2 Bouwregels
- uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd ten behoeve van de aanleg en/of instandhouding van de hoogspanningsleiding;
- de maximale bouwhoogte bedraagt 65 m1.
19.3 Afwijken van de bouwregels
- het doelmatig functioneren en de continuïteit van de in artikel 19.2 bedoelde leiding(en) mag niet worden aangetast;
- voorafgaand aan de verlening van een omgevingsvergunning wordt door het bevoegd gezag positief schriftelijk advies ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder;
- de bebouwing voldoet aan de overige bepalingen van de onderliggende (dubbel)bestemming(en).
19.4 Specifieke gebruiksregels
19.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 20 Waarde - Archeologie 2
20.1 Bestemmingsomschrijving
- de instandhouding en bescherming van de in de grond aanwezige of te verwachten archeologische waarden.
20.2 Bouwregels
- Voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende enkel- en/of dubbelbestemmingen dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, met een oppervlakte groter dan 100 m2 en/of een diepte van meer dan 40 cm1, een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag zullen worden verstoord, naar oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld.
- Indien uit het in sub a genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen of kunnen worden verstoord, kan het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning:
- de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden;
- de verplichting tot het doen van archeologische opgravingen;
- de verplichting om de werken en/of werkzaamheden die leiden tot de bodemverstoring, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
- in afwijking van het bepaalde in sub a kan het bevoegd gezag omgevingsvergunning verlenen indien de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld. Hieronder worden onder meer verleende vergunningen en/of andere feitelijke gegevens verstaan, waaruit kan worden afgeleid dat de bodem ter plaatse dermate is geroerd dat het alleszins aannemelijk is dat er geen sprake meer is van archeologische waarden die door de voorgenomen werken en/of werkzaamheden kunnen worden verstoord.
20.3 Specifieke gebruiksregels
20.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 21 Waarde - Archeologie 3
21.1 Bestemmingsomschrijving
- de instandhouding en bescherming van de in de grond aanwezige of te verwachten archeologische waarden.
21.2 Bouwregels
- voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende enkel- en/of dubbelbestemmingen dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, met een oppervlakte groter dan 250 m2 en/of een diepte van meer dan 40 cm1, een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag zullen worden verstoord, naar oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld;
- indien uit het in sub a genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen of kunnen worden verstoord, kan het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning:
- de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden;
- de verplichting tot het doen van archeologische opgravingen;
- de verplichting om de werken en/of werkzaamheden die leiden tot de bodemverstoring, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
- in afwijking van het bepaalde in sub a kan het bevoegd gezag omgevingsvergunning verlenen indien de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld. Hieronder worden onder meer verleende vergunningen en/of andere feitelijke gegevens verstaan, waaruit kan worden afgeleid dat de bodem ter plaatse dermate is geroerd dat het alleszins aannemelijk is dat er geen sprake meer is van archeologische waarden die door de voorgenomen werken en/of werkzaamheden kunnen worden verstoord.
21.3 Specifieke gebruiksregels
21.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 22 Waarde - Archeologie 4
22.1 Bestemmingsomschrijving
- de instandhouding en bescherming van de in de grond aanwezige of te verwachten archeologische waarden.
22.2 Bouwregels
- voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende enkel- en/of dubbelbestemmingen dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, met een oppervlakte groter dan 250 m2 en/of een diepte van meer dan 40 cm1, een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag zullen worden verstoord, naar oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld;
- indien uit het in sub a genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen of kunnen worden verstoord, kan het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning:
- de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden;
- de verplichting tot het doen van archeologische opgravingen;
- de verplichting om de werken en/of werkzaamheden die leiden tot de bodemverstoring, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
- in afwijking van het bepaalde in sub a kan het bevoegd gezag omgevingsvergunning verlenen indien de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld. Hieronder worden onder meer verleende vergunningen en/of andere feitelijke gegevens verstaan, waaruit kan worden afgeleid dat de bodem ter plaatse dermate is geroerd dat het alleszins aannemelijk is dat er geen sprake meer is van archeologische waarden die door de voorgenomen werken en/of werkzaamheden kunnen worden verstoord.
22.3 Specifieke gebruiksregels
22.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 23 Waarde - Archeologie 5
23.1 Bestemmingsomschrijving
- de instandhouding en bescherming van de in de grond aanwezige of te verwachten archeologische waarden.
23.2 Bouwregels
- voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende enkel- en/of dubbelbestemmingen dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, met een oppervlakte groter dan 2.500 m2 en/of een diepte van meer dan 40 cm1, een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag zullen worden verstoord, naar oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld;
- indien uit het in sub a genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen of kunnen worden verstoord, kan het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning:
- de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden;
- de verplichting tot het doen van archeologische opgravingen;
- de verplichting om de werken en/of werkzaamheden die leiden tot de bodemverstoring, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van archeologische monumentenzorg die voldoet aan door het bevoegd gezag bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties.
- in afwijking van het bepaalde in sub a kan het bevoegd gezag omgevingsvergunning verlenen indien de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld. Hieronder worden onder meer verleende vergunningen en/of andere feitelijke gegevens verstaan, waaruit kan worden afgeleid dat de bodem ter plaatse dermate is geroerd dat het alleszins aannemelijk is dat er geen sprake meer is van archeologische waarden die door de voorgenomen werken en/of werkzaamheden kunnen worden verstoord.
23.3 Specifieke gebruiksregels
23.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 24 Waarde - Cultuurhistorie
24.1 Bestemmingsomschrijving
- de opbouw, het behoud en het herstel en waar mogelijk versterking van de algemene cultuurhistorische waarden, daaronder ook begrepen landschappelijke, architectonische en (steden)bouwkundige waarden.
24.2 Bouwregels
24.3 Afwijken van de bouwregels
- het (ver)bouwen mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische waarden;
- alvorens op de aanvraag om omgevingsvergunning wordt besloten wint het bevoegd gezag advies in van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg of de gemeentelijke monumentencommissie.
24.4 Specifieke gebruiksregels
24.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 25 Waarde - Ecologie
25.1 Bestemmingsomschrijving
- behoud, herstel, versterking en duurzame ontwikkeling van de op de beheertypenkaart en de ambitiekaart van het Natuurbeheerplan Brabant vastgelegde ecologische, natuurlijke en landschappelijke waarden en kenmerken van het op deze gronden gelegen 'Natuur Netwerk Brabant';
- andere aanwezige waarden en kenmerken, zoals rust, stilte, donkerte en cultuurhistorische waarden en kenmerken;
- behoud, herstel, versterking en duurzame ontwikkeling van bosgebieden, kleinere bosjes en houtopstanden die vallen onder het beschermingsregime van de Wet natuurbescherming.
25.2 Bouwregels
25.3 Afwijken van de bouwregels
- het belang van de in artikel 25.1 genoemde waarden wordt niet aangetast;
- de betreffende bebouwing is mogelijk op grond van de onderliggende enkel- en/of dubbelbestemming(en).
25.4 Specifieke gebruiksregels
25.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 26 Waterstaat - Waterkering
26.1 Bestemmingsomschrijving
- dijken, kaden en andere voorzieningen ten behoeve van de waterkering.
26.2 Bouwregels
26.3 Afwijken van de bouwregels
- het doelmatig functioneren en de continuïteit van de in artikel 26.1 omschreven bestemming niet wordt aangetast;
- voorafgaand aan de verlening van een omgevingsvergunning door het bevoegd gezag advies wordt ingewonnen bij de betreffende beheerder van de watergang dan wel -kering;
- bebouwing mogelijk is op grond van de onderliggende enkel- en/of dubbelbestemming(en).
26.4 Specifieke gebruiksregels
26.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
3 Algemene Regels
Artikel 27 Anti-dubbeltelregel
Artikel 28 Voorrangsregeling Dubbelbestemmingen En Aanduidingen
28.1 Voorrangsregeling dubbelbestemmingen
- de regels in de dubbelbestemming(en) die van toepassing zijn gaan vóór de regels die in andere bestemmingen voor de gronden gelden;
- indien voor gronden meerdere dubbelbestemmingen van toepassing zijn, geldt het strengste regiem ten aanzien van al deze dubbelbestemmingen;
- ter plaatse van de dubbelbestemming 'Waarde - Ecologie' geldt dat, zolang het 'Natuur Netwerk Brabant' niet is gerealiseerd, de bestaande bebouwing en het bestaande planologische gebruik is toegestaan.
28.2 Voorrangsregeling gebiedsaanduidingen
Artikel 29 Algemene Bouwregels
29.1 Uitsluiting aanvullende werking Bouwverordening
- de richtlijnen voor het verlenen van vrijstelling van de stedenbouwkundige bepalingen;
- de bereikbaarheid van gebouwen voor het wegverkeer;
- de bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten;
- het bouwen bij ondergrondse transportleidingen;
- de ruimte tussen bouwwerken.
29.2 Bestaande afwijkende maten en hoeveelheden
- Indien afstandsmaten tot de bestemmingsgrens en/of de (as van de) openbare weg tot bestaande bouwwerken en/of de bouw- en/of goothoogten van bestaande bouwwerken, die gebouwd zijn met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht niet voldoen en op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan meer respectievelijk minder bedragen dan in gevolge het in regels hoofdstuk 2 en/of regels hoofdstuk 3 bepaald is, dan mogen deze maten en hoeveelheden als maximaal danwel minimaal toelaatbaar worden aangehouden.
- In het geval van volledige sloop en (her-)bouw van bouwwerken, zowel gebouwen als bouwwerken, geen gebouwen zijnde, is het bepaalde onder sub a alleen van toepassing indien de (her-)bouw geschiedt op exact dezelfde plaats en met inachtneming van geldende bouw- en goothoogten, danwel een minder afwijkende bouw- en goothoogte.
29.3 Ondergronds bouwen
29.4 Het bouwen van bouwwerken voor geleiding van bomen
- de constructies mogen uitsluitend binnen een bouwperceel worden gebouwd;
- de bouwhoogte van de constructie mag niet meer bedragen dan 5,00 m1;
- de constructie voor het (ge)leiden van bomen mag op niet minder dan 0,50 m1 uit de bouwperceelgrens worden gebouwd;
- de bomen moeten ten allen tijde vanaf het eigen bouwperceel gesnoeid kunnen worden;
- er mag geen sprake zijn van overhangende takken over de bouwperceelgrens.
29.5 Figuur 'relatie' tussen bouwvlakken
29.6 Nadere eisen bij bouwactiviteiten
- Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering, de afmetingen en de vormgeving van gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouw zijnde, alsmede aan de situering van in- en uitritten en het parkeren op een bouwperceel.
- De onder sub a genoemde nadere eisen mogen slechts worden gesteld met inachtneming van de bouwregels:
- indien dit noodzakelijk is voor de bescherming en waarborging van de ruimtelijke kwaliteit en/of het stedenbouwkundig danwel landschappelijke beeld, dan wel indien dit noodzakelijk is voor een verantwoorde stedenbouwkundige en/of architectonische inpassing van de bebouwing in de omgeving;
- ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden, gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Artikel 30 Algemene Aanduidingsregels
30.1 Milieuzone - attentiezone waterhuishouding
30.2 Veiligheidszone - bevi
30.3 Vrijwaringszone - invliegfunnel
30.4 Vrijwaringszone - radar
30.5 Vrijwaringszone - vaarweg
30.6 Vrijwaringszone - watergang
30.7 Vrijwaringszone - weg 0-50 meter
30.8 Vrijwaringszone - weg 50-100 meter
30.9 Overige zone - bebouwingsconcentratie
30.10 Overige zone - behoud en herstel watersystemen
30.11 Overige zone - beperkingen veehouderij
30.12 Overige zone - cultuurhistorische waarden
30.13 Overige zone - ecologische verbindingszone
30.14 Overige zone - groenblauwe mantel
30.15 Overige zone - reserveringsgebied waterberging
30.16 Overige zone - stalderingsgebied
30.17 Functieaanduiding 'specifieke vorm van groen - landschappelijke inpassing'
30.18 Voorwaardelijke verplichting
Artikel 31 Algemene Afwijkingsregels
31.1 Afwijken voor het houden van evenementen
- het evenement maximaal één keer per jaar wordt georganiseerd;
- er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in het geding zijnde belangen waaronder die van omliggende (agrarische) bedrijven en woningen en rekening wordt gehouden met aanwezige milieuhygiënische aspecten, waaronder begrepen ten minste de aspecten geur, geluid en veiligheid;
- er geen onevenredige verkeerskundige belemmeringen plaatsvinden;
- onder andere zijn toegestaan tenten, paviljoens en kramen.
31.2 Afwijken van de maatvoering met maximaal 10%
- deze regeling niet geldt voor veehouderijen;
- de afwijking vanuit een goede of doelmatige functionele, stedenbouwkundige, bouwkundige of architectonische inpassing noodzakelijk is;
- de afwijking alleen mag worden toegepast indien elders in deze regels geen andere regels voor afwijking van deze maten zijn opgenomen;
- de ruimtelijke kwaliteit wordt gewaarborgd conform de bepalingen uit artikel 33.2.
31.3 Afwijken voor het bouwen op kleinere afstand tot de bestemmingsgrens
- de ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende (niet-)agrarische bedrijven mogen niet worden belemmerd;
- er moet worden aangetoond dat de afwijking voldoet aan de eisen die gelden in het kader van het woon- en leefklimaat;
- er moet worden aangetoond dat de afwijking noodzakelijk is vanuit bedrijfseconomisch, landschappelijk of stedenbouwkundig belang op basis van de onderliggende bestemming, danwel een algemeen maatschappelijk belang;
- de landschappelijke, stedenbouwkundige en/of cultuurhistorische kenmerken van (bouwwerken in) de directe omgeving mogen niet onevenredig worden aangetast door toepassing van de afwijkingsbevoegdheid;
- er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering;
- de ruimtelijke kwaliteit wordt gewaarborgd conform de bepalingen uit artikel 33.2.
31.4 Afwijken voor het bouwen op kleinere afstand tot de (as van de) weg
- de noodzaak vanuit een doelmatige bedrijfsvoering en/of perceelsinrichting is aangetoond;
- er geen onevenredige verkeerskundige belemmeringen plaatsvinden;
- de overschrijding niet mag leiden tot een vermindering van de gebruiksmogelijkheden van de gronden voor piekberging en infiltratie;
- de wegbeheerder en het waterschap worden gehoord;
- de afstand tot de as van de weg waaraan wordt gebouwd, niet minder is dan minimaal de afstand van bestaande reeds dichter bij de weg gelegen bebouwing in hetzelfde bouw- of bestemmingsvlak. Als het bouwperceel aan twee of meer zijden direct grenst aan een weg is het mogelijk om slechts tot één weg die bestaande, kleinere afstand aan te houden. Tot de andere weg dient een afstand van niet minder dan 10 m1 te worden aangehouden.
31.5 Afwijken voor het bouwen op grotere afstand tussen een vrijstaand bijgebouw en de woning
- er is geen sprake van planologische en/of milieuhygiënische belemmeringen;
- er moet worden aangetoond dat de afwijking noodzakelijk is vanuit landschappelijk of stedenbouwkundig belang op basis van de onderliggende bestemming, danwel een algemeen maatschappelijk belang;
- de landschappelijke, stedenbouwkundige en/of cultuurhistorische kenmerken van (bouwwerken in) de directe omgeving mogen niet onevenredig worden aangetast door toepassing van de afwijkingsbevoegdheid;
- er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering;
- de ruimtelijke kwaliteit wordt gewaarborgd conform de bepalingen uit artikel 33.2.
31.6 Afwijken voor een grotere bouwhoogte van terreinafscheidingen buiten een bouwvlak
- de maximaal toegestane bouwhoogte bedraagt 2,50 m1;
- de terreinafscheiding is noodzakelijk ten dienste van de in artikel 3.1, artikel 5.1 respectievelijk artikel 6.1 genoemde bestemming;
- aangetoond is dat er geen sprake is van onevenredige aantasting van de omliggende functies en de binnen de bestemming aanwezige gebiedswaarden en -kwaliteiten;
- de ruimtelijke kwaliteit wordt gewaarborgd conform de bepalingen uit artikel 33.2.
31.7 Afwijken voor het oprichten van buitenrijbanen voor paarden buiten een bouwvlak
- er is maximaal één buitenrijbaan toegestaan, direct aansluitend aan een bestemmingsvlak 'Wonen' of daarmee gelijk te stellen bestemming waar een (bedrijfs-)woning en gebouwen opgericht mogen worden en/of aanwezig mogen zijn;
- de buitenrijbaan is uitsluitend voor hobbymatig gebruik toegestaan;
- de afstand van de buitenrijbak tot enige (bedrijfs-)woning van derden bedraagt minimaal 50 m1;
- de oppervlakte van de buitenrijbaan bedraagt maximaal 1.200 m2;
- de bouwhoogte van de afscheiding van de rijbak bedraagt maximaal 1,50 m1;
- per buitenrijbak zijn maximaal 4 lichtmasten toegestaan onder de volgende voorwaarden:
- de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt maximaal 6,00 m1;
- binnen een afstand van 100 m1 van gronden met de bestemming 'Natuur', 'Bos' en/of de gebiedsaanduiding 'overige zone - ecologische verbindingszone' zijn geen lichtmasten toegestaan.
- de ruimtelijke kwaliteit wordt gewaarborgd conform de bepalingen uit artikel 33.2.
31.8 Afwijken voor het bouwen van schuilgelegenheden voor dieren buiten een bouwvlak
- een schuilgelegenheid is uitsluitend toegestaan binnen een bebouwingsconcentratie;
- een schuilgelegenheid is niet toegestaan binnen de dubbelbestemming 'Waarde - Ecologie';
- aangetoond is dat het redelijkerwijs niet mogelijk om een soortgelijke voorziening ter plaatse van de aangrenzende bestemming 'Wonen' of andere daarmee gelijk te stellen bestemming kan worden opgericht of bestaande bebouwing als schuilgelegenheid in gebruik kan worden genomen;
- de schuilgelegenheid wordt niet opgericht ten behoeve van of in gebruik genomen door een agrarisch bedrijf;
- het agrarisch perceel waar de schuilgelegenheid wordt opgericht heeft een minimale oppervlakte van 2.500 m2;
- per aaneengesloten agrarisch perceel is maximaal één schuilgelegenheid toegestaan;
- de schuilgelegenheid wordt opgericht op een afstand van ten minste 2,00 m1 en ten hoogste 10 m1 van de bestemmingsgrenzen;
- de schuilgelegenheid moet aan minimaal één zijde open zijn;
- de maximaal toegestane goothoogte bedraagt 2,50 m1;
- de maximaal toegestane bouwhoogte bedraagt 3,00 m1;
- de maximaal toegestane oppervlakte bedraagt 25 m2;
- de dakhelling bedraagt minimaal 20 graden en maximaal 45 graden;
- binnen- en buitenopslag van goederen en aanverwante zaken is niet toegestaan;
- aangetoond is dat er geen sprake is van onevenredige aantasting van de omliggende functies en de binnen de bestemming aanwezige gebiedswaarden en -kwaliteiten;
- de schuilgelegenheid wordt passend in het landschap ingepast, waarbij voldaan moet worden aan het beeldkwaliteitsplan buitengebied;
- de ruimtelijke kwaliteit wordt gewaarborgd conform de bepalingen uit artikel 33.2.
Artikel 32 Algemene Wijzigingsregels
32.1 Wijziging voor het verwijderen van de aanduiding 'te slopen bebouwing'
- er is feitelijk uitvoering gegeven aan de sloop van de in artikel 30.18.1 en artikel 30.18.3 van dit plan opgenomen bebouwing en/of voorzieningen overeenkomstig de in die artikelen opgenomen voorwaardelijke verplichtingen;
- na uitvoering van voornoemde verplichting er niet meer bebouwing aanwezig is dan op grond van dit plan en de daarin opgenomen (bouw)regels rechtsreeks vergund kan worden;
- de gronden waar sloop heeft plaatsgevonden zijn aangevuld en schoon opgeleverd, al dan niet na eventuele grondsanering. Hiervan worden bewijsstukken aangeleverd door de initiatiefnemer c.q. grondeigenaar.
32.2 Wijziging voor het in overeenstemming brengen met de Omgevingsverordening
- de wijziging kan uitsluitend worden toegepast op grond van:
- wijziging van de regels en/of verbeelding uit de (interim) Omgevingsverordening voor zover dit een aanpassing van reeds bestaande aanduidingen en/of regels uit de (interim) Omgevingsverordening betreft; en/of
- toevoeging van nieuwe rechtstreeks werkende regels en/of aanduidingen in de (interim) Omgevingsverordening;
- de wijziging van de regels en/of verbeelding van het plan kan pas worden vastgesteld door het bevoegd gezag, nadat de aanpassing(en) van de (interim) Omgevingsverordening in werking zijn getreden;
- de wijziging van de regels en/of verbeelding van het plan kan worden gecombineerd met andere wijzigingsbevoegdheden, zoals opgenomen in het plan.
Artikel 33 Overige Regels
33.1 Hydrologisch neutraal ontwikkelen
- Alle gronden binnen het plangebied zijn mede bestemd voor het behoud, herstel en/of versterking van de waterhuishoudkundige waarden.
- Regenwater dient op eigen terrein te worden opgevangen en verwerkt.
- Uitgangspunt voor 'omgaan met afstromend hemelwater' is de voorkeursvolgorde: hergebruik – vasthouden – bergen – afvoeren.
- Indien het toepassen van de in dit bestemmingsplan opgenomen afwijkingsmogelijkheden en wijzigingsbevoegdheden resulteren in een toename aan verhard oppervlak, vindt in alle gevallen een toets plaats aan de eis dat er sprake moet zijn van hydrologisch neutraal ontwikkelen conform de Keur, beleidsregels en algemene regels van het betreffende waterschap. Het bevoegd gezag wint in die gevallen advies in van het betrokken waterschap.
33.2 Waarborgen van de ruimtelijke kwaliteit
33.3 Waarborgen van de belangen van derden en andere aanwezige waarden
33.4 Parkeren, laden en lossen
4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 34 Overgangsrecht
34.1 Overgangsrecht bouwwerken
- Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- Het bevoegd gezag kan eenmalig een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde onder sub a voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder sub a met maximaal 10%.
- Sub a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
34.2 Overgangsrecht gebruik
- Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder sub a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- Indien het gebruik, zoals bedoeld onder sub a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- Sub a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 35 Slotregel
Bijlagen Bij Regels - 1
Bijlage 1 Beeldkwaliteitsplan Buitengebied 2022
Bijlagen Bij Regels - 2
Bijlage 2 Nota Ruimtelijke Kwaliteit 2012
Bijlagen Bij Regels - 3
Bijlage 3 Inpassingsplan Achterbroek 6-6a
Bijlagen Bij Regels - 4
Bijlage 4 Inpassingsplan Achterbroek 22-24
Bijlagen Bij Regels - 5
Bijlage 5 Inpassingsplan Achterbroek 26-26a-26b
Bijlagen Bij Regels - 6
Bijlage 6 Inpassingsplan Achterbroek 32-34
Bijlagen Bij Regels - 7
Bijlage 7 Inpassingsplan Achterbroek 33
Bijlagen Bij Regels - 8
Bijlage 8 Inpassingsplan Broekkant 4-5
Bijlagen Bij Regels - 9
Bijlage 9 Inpassingsplan Broekkant 13a
Bijlagen Bij Regels - 10
Bijlage 10 Inpassingsplan Eindje 6-6a-6b
Bijlagen Bij Regels - 11
Bijlage 11 Inpassingsplan Eindje 8
Bijlagen Bij Regels - 12
Bijlage 12 Inpassingsplan Eindje 11
Bijlagen Bij Regels - 13
Bijlage 13 Inpassingsplan Eindje ong. (percelen U703 en U704)
Bijlagen Bij Regels - 14
Bijlage 14 Inpassingsplan Gebergte 6
Bijlagen Bij Regels - 15
Bijlage 15 Inpassingsplan Hersel 1
Bijlagen Bij Regels - 16
Bijlage 16 Inpassingsplan Hersel 10
Bijlagen Bij Regels - 17
Bijlage 17 Inpassingsplan Herselseweg 4
Bijlagen Bij Regels - 18
Bijlage 18 Inpassingsplan Herselseweg 17-17a
Bijlagen Bij Regels - 19
Bijlage 19 Inpassingsplan Herselseweg 18
Bijlagen Bij Regels - 20
Bijlage 20 Inpassingsplan Herselseweg 34
Bijlagen Bij Regels - 21
Bijlage 21 Inpassingsplan Herselseweg 37
Bijlagen Bij Regels - 22
Bijlage 22 Inpassingsplan Kerkenhuis 3
Bijlagen Bij Regels - 23
Bijlage 23 Inpassingsplan Kerkenhuis 5
Bijlagen Bij Regels - 24
Bijlage 24 Inpassingsplan Kerkenhuis 7-10
Bijlagen Bij Regels - 25
Bijlage 25 Inpassingsplan Lungendonk 14-14a
Bijlagen Bij Regels - 26
Bijlage 26 Inpassingsplan Lungendonk 17
Bijlagen Bij Regels - 27
Bijlage 27 Inpassingsplan Lungendonk 18
Bijlagen Bij Regels - 28
Bijlage 28 Inpassingsplan Lungendonk 21
Bijlagen Bij Regels - 29
Bijlage 29 Inpassingsplan Lungendonk 22
Bijlagen Bij Regels - 30
Bijlage 30 Inpassingsplan Mierloseweg 20
Bijlagen Bij Regels - 31
Bijlage 31 Inpassingsplan Oude Goorenweg 5
Bijlagen Bij Regels - 32
Bijlage 32 Inpassingsplan Steemertseweg 11
Bijlagen Bij Regels - 33
Bijlage 33 Inpassingsplan Varenschutseweg 5
Bijlagen Bij Regels - 34
Bijlage 34 Inpassingsplan Varenschutseweg 11
Bijlagen Bij Regels - 35
Bijlage 35 Inpassingsplan Veldweg 1
Bijlagen Bij Regels - 36
Bijlage 36 Inpassingsplan Veldweg 20
Bijlagen Bij Regels - 37
Bijlage 37 Inpassingsplan Verhagenstraat 18
Bijlagen Bij Regels - 38
Bijlage 38 Inpassingsplan Winkelstraat 3
Bijlagen Bij Regels - 39
Bijlage 39 Inpassingsplan Winkelstraat 6
Bijlagen Bij Regels - 40
Bijlage 40 Inpassingsplan Winkelstraat 8
Bijlagen Bij Regels - 41
Bijlage 41 Inpassingsplan Winkelstraat 10
Bijlagen Bij Regels - 42
Bijlage 42 Inpassingsplan Winkelstraat 12
Bijlagen Bij Regels - 43
Bijlage 43 Inpassingsplan Winkelstraat 13
Bijlagen Bij Regels - 44
Bijlage 44 Inpassingsplan Winkelstraat 15
Bijlagen Bij Regels - 45
Bijlage 45 Inpassingsplan Winkelstraat 18
Bijlagen Bij Regels - 46
Bijlage 46 Inpassingsplan Winkelstraat 21
Bijlagen Bij Regels - 47
Bijlage 47 Overzicht te slopen bebouwing Winkelstraat 21
Bijlagen Bij Regels - 48
Bijlage 48 Schouwenweg ong. (percelen P42 en P43)
Bijlagen Bij Toelichting - 1
Bijlage 1 Ruimtelijke onderbouwing Herselseweg 17-17a
Bijlagen Bij Toelichting - 2
Bijlage 2 Ruimtelijke onderbouwing Oude Goorenweg 5
Bijlagen Bij Toelichting - 3
Bijlage 3 Ruimtelijke onderbouwing Winkelstraat 21
Bijlagen Bij Toelichting - 4
Bijlage 4 PlanMER bestemmingsplan Buitengebied Someren - Deelgebied 4
Bijlagen Bij Toelichting - 5
Bijlage 5 Aanvulling op het planMER bestemmingsplan Buitengebied Someren - Deelgebied 4
Bijlagen Bij Toelichting - 6
Bijlage 6 Toetsingsadvies Commissie m.e.r.
Bijlagen Bij Toelichting - 7
Bijlage 7 Eindverslag inspraak en vooroverleg
Bijlagen Bij Toelichting - 8
Bijlage 8 Nota van zienswijzen bestemmingsplan Buitengebied Someren - Deelgebied 4