KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 2 Herziening Diverse Bestemmingsplannen
Artikel 3 Verwijzing Naar Beleidsregels
Artikel 4 Terras
Artikel 5 Terrassenregeling
Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels
Artikel 6 Overgangsrecht
Artikel 7 Slotregel
Hoofdstuk 1 Plan En Plangebied
1.1 Aanleiding Tot Planontwikkeling
1.2 Het Plangebied
1.3 Voorgaande Plannen
Hoofdstuk 2 Ruimtelijk Beleidskader
2.1 Inleiding
2.2 Rijk En Provincie
2.3 Gemeente
Hoofdstuk 3 Thematische Beleidskaders
3.1 Terrasregels Tilburg 2018
Hoofdstuk 4 Milieuaspecten
4.1 Inleiding
4.2 Milieuhinder Bedrijven
Hoofdstuk 5 Opzet Planregels
5.1 Begrippen
5.2 Bestemmingen
5.3 Verwijzing Naar Beleidsregels
5.4 Overgangs- En Slotregels
Hoofdstuk 6 Uitvoerbaarheid
Hoofdstuk 7 Omgevingsdialoog En Overleg
7.1 Kennisgeving Ex Artikel 1.3.1 Bro
7.2 Omgevingsdialoog
7.3 Zienswijzen
Bijlage 1 Bestemmingsplannen
Bijlage 1 Terrasregels Tilburg 2018
Bijlage 2 Collegebesluit Terrasregels Tilburg 2018
Bijlage 3 Informatiebrief Horecaexploitanten Terrassen

Tilburg, Terrasregels 2019

Bestemmingsplan - gemeente Tilburg

Vastgesteld op 01-07-2019 - geheel onherroepelijk in werking

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 bestemmingsplan:

De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en daarbij behorende bijlage(n).

1.2 plan:

Het bestemmingsplan Tilburg, Terrasregels 2019 met identificatienummer NL.IMRO.0855.BSP2018016-e001 van de gemeente Tilburg.

1.3 eilandterras

Een vrijliggend terras welke solitair op het plein of in de openbare ruimte wordt geplaatst, zonder directe koppeling aan de gevel van het betreffende horecapand.

1.4 gevelterras

Terras dat direct tegen de buitengevel van het ter plaatse gevestigde horecabedrijf wordt geplaatst.

1.5 maaiveld

de bovenkant van het terrein dat een bouwwerk omgeeft.

1.6 plangrens

Een weergegeven lijn die de grens van het plan aanduidt.

1.7 Parasol

In één voetstuk of op één steun staand uitvouwbaar zonnescherm(en)

1.8 terras

Een buiten de besloten ruimte van een inrichting liggend deel van een horecabedrijf waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie kunnen worden verstrekt.

1.9 terrasgrens

(Afgebakende) begrenzing tussen terras en openbaar gebied en/of terrassen onderling waarvoor op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening terrasvergunning is verleend.

1.10 terrasscherm

Fysieke afscheiding tussen terras en openbaar gebied en/of terrassen onderling

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 2 Herziening Diverse Bestemmingsplannen

Van toepassing zijn de in Bestemmingsplannen genoemde bestemmingsplannen, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op bijbehorende datum vaststelling, met dien verstande dat het/de bij het betreffende bestemmingsplan genoemde artikel(en):

  1. wordt/worden gewijzigd overeenkomstig artikel 4 van dit plan en

  2. wordt/worden aangevuld met artikel 5van dit plan.

Artikel 3 Verwijzing Naar Beleidsregels

Burgemeester en wethouders passen de in de artikel 4 en 5 opgenomen regels toe met in achtneming van de door hen vastgestelde beleidsregels in Bijlage 1 terrasregels Tilburg 2018 en Bijlage 2 collegebesluit Terrasregels Tilburg 2018, deel uitmakende van de toelichting op het plan. Indien deze nota's gedurende de planperiode worden gewijzigd dient te worden voldaan aan de dan geldende beleidsregels.

Artikel 4 Terras

Voor zover binnen de in artikel 2 opgenomen bestemmingsplannen en de daarbij in de bijlage genoemde artikelen sprake is van de zinsnede 'terrassen, sanisettes, (wekelijkse) markten, standplaatsen voor kramen, alsmede voor incidentele activiteiten en evenementen, zoals kermis, circus, (sport)evenementen, rommelmarkten, braderieën, buurtfeesten, fancy fairs, festivals, stadspromotionele activiteiten (bv. Tilburg culinair, winterpark / kerstmarkt) e.d.', wordt het van toepassing zijnde artikel als volgt aangepast:

  1. het begrip 'terrassen' komt te vervallen binnen de opsomming: 'terrassen, sanisettes, (wekelijkse) markten, standplaatsen voor kramen, alsmede voor incidentele activiteiten en evenementen, zoals kermis, circus, (sport)evenementen, rommelmarkten, braderieën, buurtfeesten, fancy fairs, festivals, stadspromotionele activiteiten (bv. Tilburg culinair, winterpark / kerstmarkt) e.d.';

  2. de volgende zin wordt aan het van toepassing zijnde artikel toegevoegd: 'terrassen behorende bij horecagelegenheden en voor zover deze het gebruik van de gronden als verkeer- en verblijfsfunctie niet onaanvaardbaar belemmeren'.

Artikel 5 Terrassenregeling

5.1 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van terrassen bij horecagelegenheden

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van terrassen bij horecagelegenheden mogen binnen de bestemming Verkeer, Verkeer - Verblijf en Verkeer - Hoofdwegen uitsluitend terrasschermen, vaste (met de grond verankerde) parasols en voor zover sprake is van Rijksbeschermd Stadsgezicht zonneschermen worden gebouwd, met dien verstande dat:

  1. ten aanzien van terrasschermen:

  1. terrasschermen zijn uitsluitend toegestaan op gevelterrassen behorende bij een horecagelegenheid waarbij de diepte van het terras meer bedraagt dan 1,50m;

  2. terrasschermen worden geplaatst op de terrasgrens, haaks op de gevel (niet evenwijdig aan de gevel);

  3. de lengte van een terrasscherm mag maximaal 2/3 van de diepte van het gevelterrasbedragen. De resterende 1/3 blijft vrij van schermen en vormt de overgang naar het publieke domein met dien verstande dat bij een gevelterras met een diepte minder dan 3 meter een terrasscherm over de volledige diepte mag worden geplaatst;

  4. de bouwhoogte van een terrasscherm mag maximaal 1,80 meter bedragen, gemeten vanaf het maaiveld:

  5. terrasschermen moeten demontabel zijn;

  1. ten aanzien van vaste (met de grond verankerde) parasols:

  1. de bouwhoogte van vaste (met de grond verankerde) parasols mag maximaal 3 meter bedragen;

  2. vaste (met de grond verankerde) parasols moeten demontabel zijn;

  1. ten aanzien van zonneschermen binnen Rijksbeschermd Stadsgezicht:

  1. zonneschermen mogen op geen enkel moment lager hangen dan 2,20 meter gemeten vanaf het maaiveld en mogen niet hoger dan de eerste verdiepingsvloer van het gebouw zijn aangebracht;

  2. zonneschermen zijn slechts toelaatbaar voor zover ze beweegbaar zijn en dus niet voortdurend een uitstekend gevelelement vormen;

  3. zonneschermen zijn vrijdragend/vrijhangend en steunen niet constructief op kolommen of wanden in het openbare gebied;

  4. markiezen of zonneschermen vast aan de gevel mogen niet meer dan 2/3 van de diepte van het terras beslaan.

5.2 Binnenplans afwijken t.b.v. bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van terrassen bij horecagelegenheden

Het bevoegd gezag kan (met inachtneming van de voorwaarden in 5.3) omgevingsvergunning verlenen voor het binnenplans afwijken van:

  1. het bepaalde in 5.1 sub 1 onder b voor wat betreft de situering van terrasschermen;

  2. het bepaalde in 5.1 sub 1 indien sprake is van een eilandterras;

  3. het bepaalde in 5.1 sub 1 onder d voor wat betreft de bouwhoogte van een terrasscherm tot een hoogte van maximaal 2.00m;

  4. het bepaalde in 5.1 met dien verstande dat sprake is van een maatwerkregeling bijvoorbeeld bij vernieuwende concepten, groepsgewijze voorstellen en gebiedsbenaderingen;

  5. het bepaalde in 5.1 sub 2 onder a voor wat betreft de bouwhoogte van parasols tot maximaal 5.00m;

  6. het bepaalde in 5.1 sub 3 onder b voor wat betreft niet beweegbare zonneschermen.

5.3 Voorwaarden

Omgevingsvergunning voor het binnenplans afwijken van de bouwregels kan slechts worden verleend indien:

  1. vanuit stedenbouwkundig en ruimtelijk oogpunt sprake is van een positieve bijdrage aan de kwaliteit van de openbare ruimte;

  2. het vanuit de omgevingsfactoren wenselijk is bijvoorbeeld indien sprake is van windhinder of verkeer

  3. door de omgevingscommissie een positief advies wordt verstrekt;

  4. door de brandweer positief wordt geadviseerd;

  5. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden niet worden beperkt;

  6. de sociale veiligheid niet onevenredig wordt aangetast;

  7. de verkeersveiligheid niet onevenredig wordt aangetast;

  8. een specifiek gebiedsprofiel voor het gebied wordt opgesteld indien sprake is van een gebiedsbenadering zoals gesteld onder artikel 5.2 sub d.

Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels

Artikel 6 Overgangsrecht

6.1 Overgangsrecht bouwwerken

  1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:

  1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;

  2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan;

  1. het bevoegd gezag kan eenmalig omgevingsvergunning verlenen voor het binnenplans afwijken van het bepaalde onder a. voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a. met maximaal 10%;

  2. het bepaalde onder a. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen het overgangsrecht van dat plan.

6.2 Overgangsrecht gebruik

  1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;

  2. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a., te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;

  3. indien het gebruik, bedoeld onder a., na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;

  4. het bepaalde onder a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen het overgangsrecht van dat plan.

Artikel 7 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: 'Regels van het bestemmingsplan Tilburg, Terrasregels 2019'.

Hoofdstuk 1 Plan En Plangebied

1.1 Aanleiding Tot Planontwikkeling

Algemeen

Tilburg kent een rijk en aantrekkelijk terrassenaanbod. Terrassen verhogen de sfeer en de gezelligheid op plekken in de stad waar mensen samenkomen. Een goed terrassenaanbod is in het belang van de bewoners, bezoekers en ondernemers van de stad.

De afgelopen jaren is er een verandering te zien ten aanzien van het gebruik van de terrassen. Zo heeft de invoering van het rookverbod er onder andere toe geleid dat mensen vaker gebruik maken van het terras. Daarnaast was vroeger een terras seizoensgebonden en blijkt nu dat de terrassen het hele jaar door blijven staan door het gebruik van terrasverwarming.

Deze veranderingen hebben invloed op de uitstraling en de aankleding van terrassen. Er verschijnen heaters, de windschermen worden hoger, luifels en parasols zijn groter en staan het hele jaar door uitgeklapt. Het terras wordt steeds vaker een verlengde van de onderneming. Ook is in Nederland een terras cultuur ontstaan die een belangrijk deel van het functioneren van de ondernemingen geworden zijn en voor een belangrijk deel de sfeer in de stad bepalen.

Omdat deze terrassen cultuur (ook ingebouwde vorm) steeds meer het straatbeeld gaat bepalen is het van belang om hier heldere, bruikbare en actuele uitgangspunten voor te formuleren waarbij ook de veiligheid in acht wordt genomen.

Daarnaast is het wenselijke om de kwaliteit van de terrassen en de uitstraling voor elke ondernemer en voor elk gebied te versterken. Tevens bestaat er vanwege bestaande excessen of toekomstige excessen behoefte om hiertegen op te treden. De basis hiervoor kan alleen worden gevonden in heldere terrasregels die voor elke exploitant van een terras gelden. Deze regels moeten dan natuurlijk ook gehandhaafd worden. Geconstateerd is dat voor een aantal bouwwerken op terrassen waaronder zonneschermen binnen het Rijksbeschermd Stadsgezich, terrasschermen en vaste (met de grond verankerde) parasols een omgevingsvergunning nodig is. Dit houdt in dat naast de terrasvergunning ook een omgevingsvergunning voor het bouwen noodzakelijk is. In de bestaande bestemmingsplannnen is voor bouwwerken op terrassen niets specifieks geregeld.

Besluit en draagvlak

Op 6 maart 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders besloten de Terrasregels Tilburg 2018 vast te stellen. Voorafgaand aan de vaststelling heeft het college op 26 juni 2017 de terrasregels uitvoerig besproken met de themacommissie Leefbaarheid. De commissie is akkoord gegaan met de regeling maar daarbij is door de commissie aangegeven dat maatwerkoplossingen niet moeten leiden tot willekeur en dat heldere regels wenselijk zijn.

Met betrekking tot de totstandkoming van de terrasregels is in samenspraak met de Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Tilburg, een delegatie gevormd van de Tilburgse horeca. Om het draagvlak ten aanzien van de terrasregels te versterken zijn met deze delegatie in 2017 inhoudelijke gesprekken gevoerd over de gewenste uitstraling van de terrassen, het functioneren van de terrassen in de verschillende gebieden en de gewenste uitstraling van de openbare ruimte in onze horeca concentratiegebieden/binnenstad. Uiteindelijk heeft dit geleid tot de nieuwe Terrasregels Tilburg 2018 en is met de gemeente en de delegatie een rondgang door de stad gemaakt om de afspraken te toetsen aan de bestaande situatie.

Geldende bestemmingsplannen

De geldende bestemmingsplannen van de gemeente Tilburg zijn gebaseerd op de bestemmingsplan- systematiek die hiervoor als onderlegger/uitgangspunt dient. Binnen de plansystematiek en dus ook in de geldende bestemmingsplannen worden terrassen behorende bij horecagelegenheden binnen de bestemmingen 'Verkeer', 'Verkeer - Verblijf' en 'Verkeer-Hoofdwegen' bestemd als bijbehorende voorziening voor zover deze het gebruik van de gronden als verkeer- en verblijfsfunctie niet onaanvaardbaar belemmeren. Op basis van de bouwregels bestaat de mogelijkheid om in het algemeen bouwwerken, geen gebouw zijnde te realiseren waarbij een bouwhoogte geldt van 15m. Hieronder vallen bijvoorbeeld ook lichtmasten, abri's, reclamemasten etcetc.

Om het bouwen van zonneschermen binnen het Rijksbeschermd Stadsgezicht, terrasschermen en vaste (met de grond verankerde) parasols op terrassen bij horecagelegenheden te reguleren en excessen uit te sluiten, is door het college van burgemeester en wethouders besloten hiervoor regels op te stellen.

Duidelijke uniforme terrasregels zijn noodzakelijk, maatwerk is onder voorwaarden mogelijk.

Het is belangrijk om voor alle belanghebbenden duidelijk te maken welke regels er nu precies gelden voor terrassen.

Er wordt uitgegaan van een aantal basisregels die in de meeste situaties kunnen worden toegepast. Om ruimte te bieden aan alternatieve voorstellen is in specifieke situaties, op basis van argumenten, maatwerk mogelijk. Dat maatwerk is bedoeld om ruimte te bieden aan ondernemerschap voor vernieuwende concepten, groepsgewijze voorstellen, nieuwe technieken en gebiedsbenaderingen. In geval van maatwerk met het karakter en omvang van een gebiedsbenadering kan - op initiatief van ondernemers - samen met hen worden bekeken of een specifiek gebiedsprofiel kan worden opgesteld. Soms is de plek van een terras zo dat maatwerk nodig is om te grote negatieve omgevingsfactoren die het comfortabel gebruikmaken van het terras zonder voorzieningen onmogelijk maken, bijvoorbeeld als het gaat om windhinder (door tunneleffect van omliggende bebouwing) of grote verkeersdrukte.

Aanpassing bestemmingsplannen via een zogenaamd paraplubestemmingsplan.

Dit bestemmingsplan is een zogenaamd 'paraplubestemmingsplan' en is een partiële herziening van de geldende bestemmingsplannen. Dit houdt in dit geval in dat het plan een aanvullende regeling bevat ten opzichte van de geldende bestemmingsplannen. De overige regels uit de geldende bestemmingsplannen blijven van toepassing.

In dit bestemmingsplan 'Tilburg, Terrasregels 2019' wordt een nieuwe bouwregel 'bouwwerken, geen gebouw zijnde ten behoeve van terrassen bij horecagelegenheden' ingevoerd die specifiek van toepassing is op terrassen behorende bij horecagelegenheden. De bouwregel geldt met name voor het bouwen van zonneschermen binnen het Rijksbeschermd Stadsgezicht, terrasschermen en vaste (met de grond verankerde) parasols die omgevingsvergunningplichtig zijn en gerealiseerd worden op terrassen bij horecagelegenheden binnen het openbaar gebied met de bestemming 'Verkeer', 'Verkeer - Verblijf' en 'Verkeer-Hoofdwegen'.

Gelijktijdig wordt met dit parapluplan een omissie binnen de vigerende bestemmingsplannen hersteld. In de huidige bestemmingsplannen worden terrassen niet rechtstreeks binnen de bestemmingen 'Verkeer',

'Verkeer - Verblijf' en 'Verkeer-Hoofdwegen' mogelijk gemaakt maar als bijbehorende voorziening. Geregeld wordt dat terrassen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde onderdeel uitmaken van de bestemming 'Verkeer', 'Verkeer - Verblijf' en 'Verkeer-Hoofdwegen' en dat het gebruik ten behoeve hiervan in beginsel is toegestaan mits het gebruik niet leidt tot een onaanvaardbare belemmering van de hoofdfunctie (de doorstroom van voetgangers mag niet vrijwel onmogelijk worden gemaakt).

De bestaande regeling luidt: De voor 'Verkeer'/'Verkeer - Verblijf'/'Verkeer-Hoofdwegen'aangewezen gronden zijn tevens bestemd voor:

'terrassen, sanisettes, (wekelijkse) markten, standplaatsen voor kramen, alsmede voor incidentele activiteiten en evenementen, zoals kermis, circus, (sport)evenementen, rommelmarkten, braderieën, buurtfeesten, fancy fairs, festivals, stadspromotionele activiteiten (bv. Tilburg culinair, winterpark / kerstmarkt) e.d.'

De regeling wordt als volgt gewijzigd. Het begrip terrassen in de zin wordt verwijderd en zal worden vervangen door een nieuw sub-lid dat luidt: 'terrassen behorende bij horecagelegenheden en voor zover deze het gebruik van de gronden als verkeer- en verblijfsfunctie niet onaanvaardbaar belemmeren'.

1.2 Het Plangebied

Het plangebied omvat alle bestemmingsplannen die in de bijlage bij artikel 2 van de regels zijn opgenomen.

1.3 Voorgaande Plannen

Dit bestemmingsplan is van toepassing op de vigerende bestemmingsplannen binnen de gemeente Tilburg zoals opgenomen in de bijlage behorende bij de regels.

Hoofdstuk 2 Ruimtelijk Beleidskader

2.1 Inleiding

In dit hoofdstuk volgt een korte weergave van het bij het opstellen van dit bestemmingsplan van kracht zijnde ruimtelijke beleidskader.

2.2 Rijk En Provincie

Er spelen met betrekking tot dit plan geen provinciale of rijksbelangen. Derhalve wordt het ruimtelijk beleidskader op provinciaal en rijksniveau (provinciale Verordening Ruimte en de AMvB Ruimte) niet besproken.

2.3 Gemeente

2.3.1 Omgevingsvisie Tilburg 2040

Op 21 september 2015 heeft de Raad de Omgevingsvisie Tilburg 2040 vastgesteld.

De Omgevingsvisie richt zich op Tilburg als vitale, duurzame stad in een moderne netwerksamenleving. De ontwikkelingen in de economie, de maatschappij en de leefomgeving gaan niet ten koste van elkaar, maar sluiten op elkaar aan en versterken elkaar. People, planet en profit zijn in balans.

People: Het is prettig wonen en werken in Tilburg, een stad met veel verschillende woonbuurten en verschillende soorten werklocaties. De woonmilieus passen bij de leefstijl van de mensen.

Planet: We gaan voor een gezonde en leefbare stad, anticiperen op de effecten van klimaatverandering, zoals hitte, droogte en hogere temperaturen. In het economisch systeem wordt herbruikbaarheid van producten en grondstoffen steeds belangrijker. Verder krijgen groen en water een steeds prominentere rol in de stad. De grote natuurgebieden om de stad zijn met elkaar verbonden. Dat versterkt het ecologisch systeem en de veerkracht van de natuur.

Profit: Om ook in de toekomst sterk genoeg te zijn, wil Tilburg de kracht van BrabantStad benutten. Tilburg is een stad die mensen kansen biedt: op aangenaam werk en op een fijne woon- en leefomgeving.

Functie van de Omgevingsvisie

De Omgevingsvisie Tilburg 2040 is een koers- en inspiratiedocument. Het is een kompas voor investeringen in

het fysieke domein. Een uitnodiging aan de stad om samen te werken aan de ontwikkeling van een stad waar het fijn wonen, werken, leven en recreëren is. De visie biedt burgers en bedrijven ruimte om initiatief te ontplooien en reikt de gemeente handvatten aan om haar strategie af te stemmen op het geschetste toekomstperspectief. De Omgevingsvisie Tilburg 2040 geeft ook richting aan de inzet van de gemeente; in welke onderdelen de gemeente haar geld, tijd en bestuurskracht investeert. En welke prioriteiten daarbij gelden.

Specifiek t.a.v. de Binnenstad

De binnenstad en het functioneren van de binnenstad speelt in de omgevingsvisie een belangrijke rol, zij is aangewezen als één van de knooppunten uit de Brabantstrategie die het vestigingsklimaat van de stad moet versterken. Het gebruik van de openbare ruimte en de semi openbare ruimte (zoals terrassen) zullen in de toekomst van de stad een steeds belangrijkere rol spelen als de ontmoetingsplek. Een ontmoetingsplek niet alleen in de vrijetijd of als onderdeel van het koopcentrum maar ook als nieuwe werkomgeving.

2.3.2 Algemene plaatselijke verordening

Voor het plaatsen van een terras op de openbare weg is op basis van de Algemene plaatselijke verordening (artikel 13 APV) een terrasvergunning nodig van de burgemeester.

De burgemeester kan deze vergunning weigeren:

  1. indien het beoogde gebruik schade toebrengt aan de weg, gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan, dan wel een belemmering kan vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg;

  2. indien het beoogde gebruik, hetzij op zichzelf, hetzij in verband met de omgeving niet voldoet aan redelijke eisen van welstand;

  3. in het belang van de voorkoming of beperking van overlast voor gebruikers van de in de nabijheid gelegen onroerende zaak.

Uit deze weigeringsgronden blijkt dat zowel de openbare orde als ook de kwaliteit van de leefomgeving bij de beoordeling van een aanvraag om een vergunning in ieder geval een rol spelen. Onder andere ter bescherming van deze belangen wordt al sinds jaar en dag een set voorschriften en beperkingen verbonden aan terrasvergunningen.

Vanwege veranderd terrasgebruik en omdat op enkele plaatsen in de stad sprake is van excessen of situaties die zich mogelijk tot een exces kunnen ontwikkelen, blijken de regels uit de APV niet toereikend te zijn. Daarnaast wordt geconstateerd dat in bestemmingsplannen in het algemeen te ruime regels zijn opgenomen die ook bouwen op terrassen in het openbaar gebied mogelijk maken. Aanpassing van de bouwregels ten behoeve van bouwwerken, geen gebouw zijnde, op terrassen bij horecagelegenheden waarvoor omgevingsvergunning verleend moet worden, is nodig voor zonneschermen binnen het Rijksbeschermd Stadsgezicht, terrasschermen en vaste (met de grond verankerd) parasols. In dit paraplubestemmingsplan worden regels opgenomen die het bouwen van zonneschermen binnen het Rijksbeschermd Stadsgezicht, terrasschermen en vaste (met de grond verankerde) parasols regelt.

Hoofdstuk 3 Thematische Beleidskaders

3.1 Terrasregels Tilburg 2018

Op 6 maart 2018 heeft het college de Terrasregels Tilburg 2018 vastgesteld. In het besluit is onder andere aangegeven dat in bestemmingsplannen het bebouwingsregime voor terrasschermen en vaste (met de grond verankerde) parasols die omgevingsvergunningplichtig zijn en gerealiseerd worden op terrassen bij horecagelegenheden binnen het openbaar gebied dient te worden opgenomen.

De volgende criteria gelden voor terrasschermen:

  • Terrasschermen zijn enkel toegestaan op gevelterrassen met een diepte meer dan 1,5 meter.

  • De terrasschermen worden geplaatst op de terrasgrens, haaks op de gevel (niet evenwijdig aan de gevel).

  • Langs maximaal 2/3 van de diepte van het terras mag een terrasscherm worden geplaatst. De resterende 1/3e blijft vrij van schermen en vormt de overgang naar het publieke domein.

  • Bij een terras met een diepte minder dan 3 meter mag over de volledige diepte een terrasscherm worden geplaatst.

  • Terrasschermen mogen in de grond verankerd worden wanneer dat noodzakelijk is in het kader van de veiligheid, mits kabels en leidingen hierdoor niet worden beschadigd. De verankering moet verzonken zijn en mag niet boven het maaiveld uitsteken.

  • Terrasschermen zijn transparant en mogen een niet transparant onderste deel hebben van maximaal 0,90 meter hoog (gemeten vanaf het maaiveld). Dit deel mag voorzien zijn van reclame.

  • Het frame rond het terrasscherm is slank.

  • Een terrasscherm is maximaal 1,8 meter hoog, gemeten vanaf het maaiveld van de straat/openbare ruimte.

Voor parasols gelden de volgende regels:

  • Voor het plaatsen van een vaste parasol is een omgevingsvergunning nodig. Vaste parasols mogen in de grond verankerd worden, mits kabels en leidingen hierdoor niet worden beschadigd. De verankering moet verzonken zijn en mag niet boven het maaiveld uitsteken.

  • Deze parasols moeten makkelijk te verwijderen zijn.

  • Per terras wordt één type parasol toegestaan. Het doek dient gemaakt te zijn van brandwerend materiaal.

  • Aan de parasol mag geen winddoek worden opgehangen.

Aanvullende beleidsregels specifieke gebieden

Dwaalgebied

Op 20 oktober 2015 heeft de burgemeester beleidsregels vastgesteld voor het verlenen van terrasvergunningen in het Dwaalgebied. Deze beleidsregels blijven, voorzover deze afwijken van de hiervoor geschetste terrasregels, gewoon van kracht, omdat de noodzaak voor specifieke regels voor het Dwaalgebied onverkort aanwezig is.

Doel is een goede balans te behouden tussen de leefbaarheid en de levendigheid in het Dwaalgebied en de sfeerkenmerken van het Dwaalgebied te versterken, waarbij overlast voor gebruikers van de in de nabijheid van de terrassen gelegen onroerende zaken voldoende wordt voorkomen/beperkt (artikel 13 vijfde lid sub c APV). Daarnaast moet de bruikbaarheid en de veiligheid van de weg/het trottoir gewaarborgd blijven (artikel 13 vijfde lid sub a APV).

Vooroverleg

De terrasregels zijn op 26 juni 2017 uitvoerig besproken met de themacommissie Leefbaarheid. Daarnaast is in samenspraak met Koninklijke Horeca Nederland afdeling Tilburg een delegatie gevormd van de Tilburgse horeca. Om het draagvlak ten aanzien van de terrasregels te versterken zijn met deze delegatie (in 2017) inhoudelijke gesprekken gevoerd over de gewenste uitstraling van de terrassen, het functioneren van de terrassen in de verschillende gebieden en de gewenste uitstraling van de openbare ruimte in onze horeca concentratiegebieden/binnenstad. Uiteindelijk heeft dit geleid tot het collegebesluit (Bijlage 2 Collegebesluit Terrasregels Tilburg 2018 en de nieuwe Terrasregels Tilburg 2018 (Bijlage 1 Terrasregels Tilburg 2018 en is door de gemeente en de delegatie een rondgang door de stad gemaakt om de afspraken te toetsen aan de bestaande situatie.

Hoofdstuk 4 Milieuaspecten

4.1 Inleiding

Bij het opstellen van een bestemmingsplan is het van belang dat inzicht wordt verschaft in de invloed van de verschillende functies op elkaar binnen het plangebied. Planologisch gezien mogen die verschillende functies elkaar niet onevenredig negatief beïnvloeden. Voorliggend bestemmingsplan maakt geen nieuwe functies mogelijk, omdat het grotendeels gaat om het vaststellen van een passende juridische regeling voor reeds bestaande situaties. Het paraplubestemmingsplan maakt geen nieuwe horecabedrijven mogelijk. Gelet op de aard en inhoud van het bestemmingsplan kan het onderzoek dan ook beperkt blijven.

  • Archeologische waarden.

Voor het realiseren en in gebruik hebben van terrassen zijn geen bodemingrepen nodig. Eventuele archeologische (verwachtings)waarden kunnen daarom niet aangetast worden. In het kader van het paraplubestemmingsplan is geen nader onderzoek nodig.

  • Geluidhinder.

De Wet geluidhinder is niet van toepassing op terrassen. Voor terrassen geldt echter wel de Wet milieubeheer c.q. het Activiteitenbesluit. Voor terrassen die onderdeel uitmaken van een inrichting, maar die niet overdekt zijn en die niet omsloten worden door bebouwing (binnenterrein) geldt dat het geluid niet hoeft te worden getoetst aan de geluidsnormen in het Activiteitenbesluit (art. 2.18). Dat wil niet zeggen dat terrassen geen overlast kunnen veroorzaken. Bij Milieuhinder bedrijven wordt hierop nader ingegaan.

  • Luchtkwaliteit.

Terrassen bij horeca zijn geen gevoelige bestemming in het kader van de Wet milieubeheer - Luchtkwaliteitseisen. Het gebruik van de terrassen heeft geen negatieve invloed op de luchtkwaliteit, omdat geen schadelijke stoffen vrijkomen. In het kader van het paraplubestemmingsplan is geen nader onderzoek nodig.

  • Externe veiligheid.

Terrassen mogen alleen bij (bestaande) horecabedrijven gerealiseerd worden of in gebruik zijn. Aspecten met betrekking tot de externe veiligheid zijn bij het toelaten van de betreffende horecabedrijven reeds aan de orde geweest. In het kader van het paraplubestemmingsplan is geen nader onderzoek nodig.

  • Natuurwaarden.

Bij de terrassen die in het paraplubestemmingsplan geregeld worden gaat het om een ander gebruik van de (reeds bestaande) openbare ruimte. In de meeste gevallen zal deze openbare ruimte bestraat zijn, zodat geen bijzondere natuurwaarden verwacht worden. Indien een nieuw terras wordt gerealiseerd op gronden die nu een groene inrichting hebben, is in het kader van de realisering van het terras wellicht ecologisch onderzoek nodig. In het kader van het paraplubestemmingsplan is geen nader onderzoek nodig.

  • Water en waterparagraaf.

Het bestemmingsplan is vooral gericht op een passende regeling voor reeds bestaande terrassen. Realisering van nieuwe terrassen zal veelal plaats vinden op gronden die reeds verhard zijn. Het paraplubestemmingsplan heeft geen invloed op de waterhuishouding.

4.2 Milieuhinder Bedrijven

De Wet ruimtelijke ordening (Wro) verplicht om in het kader van een goede ruimtelijke ordening aan te tonen dat (toekomstige) bewoners en gebruikers een goed woon- en leefklimaat kan worden gegarandeerd. Daarnaast dient aangetoond te worden dat (bestaande) bedrijven niet in hun belangen worden geschaad. Hiertoe kan een bepaalde afstand tussen een milieubelastende activiteit en een milieugevoelig object noodzakelijk zijn. Deze afstand wordt een milieuzone genoemd.

Om te bepalen in hoeverre er voldoende afstand is tussen bedrijven en gevoelige objecten kan gebruik gemaakt worden van de brochure 'Bedrijven en milieuzonering' van de VNG.

Wet- en regelgeving

De VNG-uitgave 'Bedrijven en milieuzonering' (hierna: VNG-brochure) geeft handreikingen voor een verantwoorde inpassing van bedrijvigheid in haar fysieke omgeving en voor de inpassing van gevoelige bestemmingen nabij bedrijven. Het is geen wet, maar een gangbare manier om milieuzonering toe te passen.

In de VNG-brochure worden per bedrijfssoort en per milieuaspect indicatieve afstanden gegeven (hierna: richtafstanden) tot gevoelige objecten. Indien aan de richtafstand wordt voldaan, kan gesteld worden dat hinder niet te verwachten is.

De VNG-brochure bevat specifieke regelingen voor "gemengde gebieden" en "gebieden met functiemenging". Dit zijn gebieden waar bewust verschillende functies (wonen en bedrijvigheid) met elkaar worden gemengd, zoals (winkel)centra. Voor deze gebieden wordt een hogere milieubelasting aanvaardbaar geacht.

Uitgangssituatie

Voor horecafuncties zoals bijvoorbeeld restaurants, cafetaria's, snackbars, ijssalons met eigen ijsbereiding, cafés en bars wordt in de VNG-uitgave een richtafstand van 10 meter aangehouden. Deze afstand geldt zowel voor geur (restaurants) als voor geluid. De afstand van 10 meter geldt als richtafstand voor horeca in een "rustige woonwijk". Voor gebieden waar verschillende functies voorkomen en die niet direct als een rustige woonwijk kunnen worden beschouwd, kan een kleinere richtafstand worden aangehouden. Overlast kan verder worden voorkomen bij het toetsen van aanvragen voor exploitatievergunningen en/of door het opnemen van nadere eisen in de vergunning, bijvoorbeeld door het beperken van de openingstijden, de grootte van het terras door het beperken van het aantal zitplaatsen, het opstellen van een terrasreglement.

Hoofdstuk 5 Opzet Planregels

5.1 Begrippen

In artikel 1 wordt verwezen naar nieuwe begrippen met hun omschrijving die van toepassing zijn op dit bestemmingsplan. In de geldende bestemmingsplannen zijn deze begrippen niet opgenomen.

5.2 Bestemmingen

In dit bestemmingsplan zijn geen afzonderlijke bestemmingen opgenomen. Een overzicht van de geldende bestemmingsplannen waarop dit paraplubestemmingsplan van toepassing is, is opgenomen in de bijlage in artikel 2 van de regels. In de bijlage is de datum van vaststelling van het geldende bestemmingsplan opgenomen met tevens een verwijzing naar het desbetreffende artikelnummer. In artikel 4 wordt de omissie in de geldende bestemmingsplannen hersteld voor zover dit onderdeel uit maakt van het artikel 'Bijbehorende voorzieningen' binnen de bestemmingen 'Verkeer', 'Verkeer-Verblijf' en 'Verkeer-Hoofdwegen'. Geregeld wordt dat terrassen en bouwwerken geen gebouwen zijnde onderdeel uitmaken van de bestemming 'Verkeer', 'Verkeer-Verblijf' en 'Verkeer-Hoofdwegen'en dat het gebruik ten behoeve hiervan in beginsel is toegestaan mits het gebruik niet leidt tot een onaanvaardbare belemmering van de hoofdfunctie (de doorstroom van voetgangers mag niet vrijwel onmogelijk worden gemaakt).

In artikel 5 zijn de nieuwe terrasregels opgenomen zoals deze zijn vastgesteld door het college op 6 maart 2018. In het besluit is tevens opgenomen dat het nieuwe beleid moet worden verwoord in de bestemmingsplannen.

De bestemmingen in de geldende bestemmingsplannen blijven, naast dit plan, gelden. Dit bestemmingsplan geldt naast de genoemde bestemmingsplannen.

5.3 Verwijzing Naar Beleidsregels

Op grond van artikel 3.1.2 tweede lid onder a van het Besluit ruimtelijke ordening is het mogelijk om in een bestemmingsplan te verwijzen naar beleidsregels. Daarmee kan een zekere mate van flexibiliteit worden ingebouwd in een bestemmingsplan: beleidswijzigingen die worden aangebracht in beleidsregels werken dan door in het bestemmingsplan, zonder dat het bestemmingsplan moet worden gewijzigd. Ten aanzien van de terrasregels zijn door burgemeester en wethouders op 6 maart 2018 beleidsregels vastgesteld. Deze bevatten onder andere de omgevingstoets die wordt toegepast bij het toetsen van aanvragen om (binnenplanse) afwijking van het bestemmingsplan voor het realiseren van bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van terrassen bij horecagelegenheden. Met artikel 3 van de regels wordt de koppeling gelegd met deze beleidsregels. Bij eventuele aanpassing van de beleidsregels verwijst dit artikel naar die aangepaste beleidsregels.

5.4 Overgangs- En Slotregels

in artikel 6 en 7 zijn de ´Overgangs- en slotregels´ opgenomen. In artikel 6 is het overgangsrecht te vinden met betrekking tot het bouwen van bouwwerken en het gebruik van gronden en opstallen. In de slotbepaling artikel 7 wordt de exacte naam van het bestemmingsplan gegeven.

Hoofdstuk 6 Uitvoerbaarheid

Artikel 3.1.6. van het Bro verplicht de bestemmingsplanwetgever een vast te stellen bestemmingsplan te doen

vergezellen door een toelichting, waarin (o.a.) zijn neergelegd de inzichten over de uitvoerbaarheid van het

plan. Het onderhavige plan heeft betrekking op aanpassing van bestaande regels en het toevoegen van een nieuwe regeling en heeft daarmee geen betrekking op een bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 Bro. De grondexploitatiewet (afdeling 6.4 van de Wro) is derhalve niet van toepassing. Er hoeft geen exploitatieplan te worden opgesteld. De gemeentelijke plan- en apparaatskosten ten behoeve van het opstellen van dit plan worden betaald uit algemene middelen.

Gelet op het vorenstaande is het plan economisch uitvoerbaar.

Hoofdstuk 7 Omgevingsdialoog En Overleg

7.1 Kennisgeving Ex Artikel 1.3.1 Bro

Artikel 1.3.1 van het Bro verplicht bestuursorganen, die een structuurvisie of een bestemmingsplan voorbereiden, waarbij sprake is van een ruimtelijke ontwikkeling en waarbij geen milieu-effectrapport wordt opgesteld, kennis te geven van het voornemen te komen tot vaststelling van die structuurvisie of dat bestemmingsplan. In casu is het voornemen te komen tot vaststelling van het voorliggende bestemmingsplan 'Tilburg, Terrasregeling 2018' op 28 september 2018 gepubliceerd in het Gemeenteblad.

7.2 Omgevingsdialoog

Op 14 april 2016 en 16 januari 2018 heeft overleg plaatsgevonden met KHN (Koninklijke Horeca Nederland afdeling Tilburg). In samenspraak met KHN (Koninklijke Horeca Nederland afdeling Tilburg) is een delegatie gevormd van de Tilburgse horeca. Met deze delegatie zijn inhoudelijke gesprekken gevoerd over de gewenste uitstraling van de terrassen, het functioneren van de terrassen in de verschillende gebieden en de gewenste uitstraling van de openbare ruimte in de horeca concentratiegebieden/binnenstad. Uiteindelijk heeft dit geleid tot het nieuwe beleid Terrasregels Tilburg 2018 en is op 19 mei 2018 met de gemeente en de delegatie een rondgang door de stad gemaakt om de afspraken te toetsen aan de bestaande situatie.

In het collegebesluit van 6 maart 2018 - 05 is opgenomen dat alle horecaondernemers met een brief op de hoogte worden gebracht over de besluitvorming en de nieuwe Terrasregels Tilburg 2018. (zie Bijlage 3 Informatiebrief horecaexploitanten terrassen)

Omdat reeds eerder uitgebreid overleg is gevoerd met de vertegenwoordigers van KHN - afd. Tilburg, zijnde de vertegenwoordigers van de horecaondernemers binnen Tilburg, en ook alle horecaondernemers schriftelijk op de hoogte zijn gesteld van het besluit, wordt het toesturen van het concept plan aan KHN als afdoende beschouwd. Daarnaast zijn de gemaakte afspraken vastgelegd in het door het college op 6 maart 2018 vastgestelde beleid Terrasregels Tilburg 2018. Het vastgestelde beleid is doorvertaald in dit paraplubestemmingsplan.

In het kader van de omgevingsdialoog is het concept plan op 4 en 6 december 2018 toegezonden aan de regiomanager KHN respectievelijk de voorzitter van KHN - afdeling Tilburg met het verzoek om eventuele op- aanmerkingen op het concept plan door te geven. Dit heeft niet geleid tot op-/aanmerkingen.

7.3 Zienswijzen

Het ontwerpbestemmingsplan heeft van maandag 11 maart 2019 tot en met dinsdag 23 april 2019 ter inzage gelegen voor zienswijzen. Er zijn geen zienswijzen ingediend.

Bijlage 1 Bestemmingsplannen

Bijlage 1 Bestemmingsplannen

Bijlage 1 Terrasregels Tilburg 2018

Bijlage 1 Terrasregels Tilburg 2018

Bijlage 2 Collegebesluit Terrasregels Tilburg 2018

Bijlage 2 Collegebesluit Terrasregels Tilburg 2018

Bijlage 3 Informatiebrief Horecaexploitanten Terrassen

Bijlage 3 Informatiebrief horecaexploitanten terrassen