KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Hoofdstuk 2 Regels
Artikel 2 Van Toepassing Verklaring
Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels
Artikel 3 Overgangsrecht
Artikel 4 Slotregel
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding En Doel
1.2 Ligging En Kadastrale Begrenzing
1.3 Vigerend Bestemmingsplan
Hoofdstuk 2 Gebiedsanalyse
2.1 Bebouwing En Functies
2.2 Ontsluiting
2.3 Groen En Water
Hoofdstuk 3 Plan
3.1 Bebouwing En Functies
3.2 Verkeer En Parkeren
3.3 Groen En Water
Hoofdstuk 4 Beleid
4.1 Nationaal Niveau
4.2 Provinciaal Niveau
4.3 Gemeentelijk Niveau
Hoofdstuk 5 Uitvoeringsaspecten
5.1 Milieu
5.2 Waarden
5.3 Waterparagraaf
Hoofdstuk 6 Economische Uitvoerbaarheid
6.1 Kostenverhaal
6.2 Gemeentelijke Grondexploitatie
Hoofdstuk 7 Juridische Aspecten
Hoofdstuk 8 Procedure
8.1 Terinzagelegging Ontwerpwijzigingsplan
Bijlage 1 Inrichtingsschets
Bijlage 2 Verkennend Bodemonderzoek
Bijlage 3 Quickscan Flora En Fauna

Deutersestraat 41A, Cromvoirt

Wijzigingsplan - Gemeente Vught

Vastgesteld op 07-05-2019 - geheel onherroepelijk in werking

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan

Het wijzigingsplan Deutersestraat 41A, Cromvoirt met identificatienummer NL.IMRO.0865.bgWPDeutersestr41A-VG01 van de gemeente Vught.

1.2 wijzigingsplan

De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.

Hoofdstuk 2 Regels

Artikel 2 Van Toepassing Verklaring

De regels deel uitmakende van:

  1. a. het bestemmingsplan "Buitengebied 2011" (NL.IMRO.0865.vghBPbuitengebied-OH01), vastgesteld op 20 september 2012;
  2. b. het bestemmingsplan ''Parapluplan Parkeren'' (NL.IMRO.0865.BPParkeren-VG01), vastgesteld op 6 juni 2018;

zijn mede van toepassing op dit plan en dienen hier als herhaald en ingelast te worden beschouwd.

A.

Artikel 28.2.2 van het bestemmingsplan "Buitengebied 2011" wordt als volgt gewijzigd:

  • onderdeel d komt te luiden:
    a. de inhoud van de woning bedraagt maximaal 600 m³ exclusief onderkeldering, tenzij op de verbeelding een andere inhoud is aangegeven;.

B.
Artikel 28.2.3 van het bestemmingsplan "Buitengebied 2011" wordt als volgt gewijzigd:

  • onderdeel a komt te luiden:
    a. de gezamenlijke oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken bij de woning bedraagt maximaal 80 m², tenzij op de verbeelding een andere oppervlakte is aangegeven;.

C.
Artikel 28,4 van het bestemmingsplan ''Buitengebied 2011'' wordt als volgt gewijzigd:

  1. a. Na het opschrift worden een subopschrift toegevoegd, luidende:
    28.4.1 Algemeen
  2. b. Aan het artikel worden een lid toegevoegd, luidende:

    28.4.2 Voorwaardelijke verplichtingen
    Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor wonen, voordat de sloop van overtollige bebouwing heeft plaatsgevonden.

Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels

Artikel 3 Overgangsrecht

3.1 Overgangsrecht bouwwerken

  1. 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    1. a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  2. 2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
  3. 3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

3.2 Overgangsrecht gebruik

  1. 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  2. 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  3. 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  4. 4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 4 Slotregel

Deze regels kunnen worden aangehaald als:
'Regels van het wijzigingsplan Deutersestraat 41A, Cromvoirt'.

Hoofdstuk 1 Inleiding

Voorliggend rapport betreft het wijzigingsplan "Deutersestraat 41A, Cromvoirt" van de gemeente Vught.

1.1 Aanleiding En Doel

Het perceel Deutersestraat 41-41A te Cromvoirt ligt in twee bestemmingen. Een deel van het perceel heeft de bestemming 'Wonen - 2'. Dit deel bevat een burgerwoning met een onbebouwd deel van het achterperceel. Deze woning heeft huisnummer 41.
Het overige deel van het perceel ligt binnen de bestemming 'Agrarisch met waarden Kampen- of hoevenlandschap', waarvan een groot deel tevens een agrarisch bouwvlak betreft. Op dit deel staan een bedrijfswoning (die samen met de eerdergenoemde burgerwoning één gebouw vormt) en een aantal voormalige agrarische opstallen. Verder bevinden zich op dit perceel een paardenbak en een weide. Dit perceeldeel heeft huisnummer 41A.

De eigenaar van het perceel wenst het agrarische bouwvlak weg te nemen en de voormalige bedrijfswoning om te zetten in een burgerwoning. Voorts wordt een deel van de bedrijfsbebouwing gesloopt. Deze ontwikkelingen zijn niet rechtstreeks toegestaan, maar het vigerende bestemmingsplan bevat wel een wijzigingsbevoegdheid voor de functieverandering van de voormalige bedrijfswoning naar een burgerwoning (artikel 4.7.5). Daarvan wordt gebruik gemaakt.

Voorliggend wijzigingsplan bevat de ruimtelijke onderbouwing voor het toepassen van de wijzigingsbevoegdheid.

1.2 Ligging En Kadastrale Begrenzing

Onderstaande afbeelding geeft de topografische situatie weer.

afbeelding "i_NL.IMRO.0865.bgWPDeutersestr41A-VG01_0001.jpg"

TOPOGRAFISCHE SITUATIE

Onderstaande afbeelding geeft de kadastrale situatie weer. Tevens is de plangrens van voorliggend wijzigingsplan ingetekend.

afbeelding "i_NL.IMRO.0865.bgWPDeutersestr41A-VG01_0002.jpg"

KADASTRALE SITUATIE

De gronden zijn kadastraal bekend gemeente Vught, sectie I, nummers 905 (gedeeltelijk) en 1482. De oppervlakte van het plangebied bedraagt 4.869 m². De gronden zijn in particulier eigendom.

1.3 Vigerend Bestemmingsplan

Ter plaatse van het plangebied vigeert het bestemmingsplan ''Buitengebied 2011'', vastgesteld door de gemeenteraad op 20 september 2012 en onherroepelijk per 1 mei 2014. Onderstaande afbeelding geeft een uitsnede van de vigerende verbeelding. De ligging van het plangebied is aangegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0865.bgWPDeutersestr41A-VG01_0003.jpg"

UITSNEDE VERBEELDING VIGEREND BESTEMMINGSPLAN

Ter plaatse van het plangebied geldt de bestemming 'Agrarisch met waarden - Kampen- of hoevenlandschap'. De gronden zijn onder meer aangewezen voor:

  1. a. een duurzame agrarische bedrijfsuitoefening;
  2. b. een grondgebonden agrarisch bedrijf;
  3. c. behoud, herstel en/of duurzame ontwikkeling van het kleinschalige cultuurlandschap;
  4. d. behoud, herstel en/of duurzame ontwikkeling van het watersysteem en de ecologische en landschappelijke waarden;
  5. e. wonen in een bedrijfswoning.

Het plangebied bezit tevens de functieaanduiding 'intensieve veehouderij', de bouwaanduiding 'twee-aan-een' en de maatvoeringsaanduiding 'maximum bebouwd oppervlak (m²): 1300'.

Het plangebied ligt in de gebiedsaanduiding 'cultuurhistorisch waardevol'. Deze gebiedsaanduiding bevat een verplichting tot omgevingsvergunning voor bepaalde werken en werkzaamheden ter bescherming van de cultuurhistorische waarden.

Een deel van het plangebied heeft daarnaast de gebiedsaanduiding 'middelhoge en hoge archeologische verwachtingswaarde'. Binnen deze aanduidingen moeten bepaalde bodemingrepen voorafgegaan worden van een archeologisch onderzoek. Het aspect archeologie komt in paragraaf 5.2.1 nader aan de orde.

Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 4.7.5 van het bestemmingsplan bevat een wijzigingsbevoegdheid voor het onder voorwaarden wijzigen van het plan om het agrarische bouwvlak weg te nemen en de voormalige bedrijfswoning om te zetten in een burgerwoning. Dit artikel is hierna overgenomen.

''4.7.5 Omschakeling van een vrijkomend agrarisch bedrijf naar 'Wonen-2'.

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bouwvlak van een vrijkomend agrarisch bedrijf te wijzigen in de bestemming 'Wonen - 2', mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  1. a. het bedrijf is beëindigd;
  2. b. de beoogde ontwikkeling leidt niet tot een bestemmingsvlak met een omvang van meer dan 5.000 m²;
  3. c. er dient een legale bedrijfswoning aanwezig te zijn. Deze woning wordt bestemd als 'Wonen - 2' onder de volgende voorwaarden:
    1. 1. de verandering is milieuhygiënisch aanvaardbaar;
    2. 2. de bestaande natuurlijke, landschappelijke, cultuurhistorische en/of abiotische waarden worden niet onevenredig aangetast;
    3. 3. overtollige bedrijfsbebouwing wordt gesloopt;
  4. d. ten aanzien van de sloop van het op het moment van de ter visie legging van het ontwerp-bestemmingsplan aanwezige overtollige bebouwing aan vrijstaande gebouwen, waaronder bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bepalingen:
    1. 1. de maximaal toegestane oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken van 80 m² oppervlakte wordt verhoogd met maximaal 25% van de gesloopte oppervlakte aan bebouwing als bijbehorend bouwwerk, tot een maximum van 200 m² oppervlakte, of;
    2. 2. de maximaal toegestane inhoud van de woning van 750 m³ mag worden vergroot met 50 m³ per 500 m² aan gesloopte bebouwing, waarbij de inhoud van de woning maximaal 850 m³ bedraagt;
    3. 3. de overtollige bebouwing (alle aanwezige bebouwing boven de standaard maximaal toegestane oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken van 80 m² oppervlakte) moet in één keer worden gesloopt en deze sloop moet als voorwaarde aan de wijziging en omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen worden verbonden;
  5. e. de bestaande waarden van het kleinschalige cultuurlandschap worden niet onevenredig aangetast;
  6. f. de bestaande waarden van het Nationaal Landschap Het Groene Woud worden niet onevenredig aangetast.''

Hieronder wordt het plan aan de voorwaarden getoetst.

ad a. Het bedrijf is al geruime tijd niet meer in werking. De milieuvergunning is op 31 maart 2016 ingetrokken.
ad b. Het bestemmingsvlak 'Wonen - 2' heeft in de beoogde ontwikkeling een oppervlakte van 3085 m².
ad c.1 De voorgenomen functieverandering leidt tot een aanvaardbare verandering van milieuhygiënische aspecten, zoals valt te concluderen uit paragraaf 5.1.
ad c.2 De voorgenomen functieverandering leidt niet tot een onevenredige aantasting van de bestaande natuurlijke, landschappelijke, cultuurhistorische en/of abiotische aspecten, zoals valt te concluderen uit paragraaf 5.2.
ad c.3 Een deel van de overtollige bebouwing is reeds gesloopt in het kader van het golbaanproject. De koeienstal zal begin 2019 worden verwijderd
ad d.1 + d.2 De gebouwen die op het perceel I-1481 stonden, zijn reeds ingezet als onderdeel van de kwaliteitsverbetering van het golbaanproject en worden derhalve buiten beschouwing gelaten.

Ten behoeve van onderhavig plan wordt een voormalige koeienstal met een oppervlakte van cirica 320 m² gesloopt. Omdat deze oppervlakte minder dan 500 m² bedraagt, kan er geen uitbreiding van de woning plaatsvinden. De sloop van de stal wordt daarom geheel ingezet voor het realiseren van bijgebouwen met een grotere oppervlakte dan 80 m².

De uitbreiding mag (25%*320=) eveneens 80 m² bedragen. De gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen mag derhalve maximaal 160 m² bedragen. Deze oppervlakte is in de planregels vastgelegd.
ad d.3 Een deel van de overtollige bebouwing is reeds gesloopt in het kader van het golfbaanproject. De koeienstal zal begin 2019 worden verwijderd. Omdat er geen nieuwe woning wordt gebouwd - de woning staat er immers al - is de voorwaarde van sloop aan de planregels van het gebruik gekoppeld.
ad e. Het plan omvat het verwijderen van voormalige agrarische bedrijfsgebouwen en het toevoegen van erfbeplanting. Een rommelige situatie wordt weggenomen. Het plan draagt daarmee bij aan het beeld van het kleinschalige cultuurlandschap.
ad f. Het plan leidt niet tot een onevenredige aantasting van de bestaande waarden van het Nationaal Landschap Het Groene Woud.

Conclusie

Samenvattend kan worden gesteld dat aan alle voorwaarden wordt voldaan.

Hoofdstuk 2 Gebiedsanalyse

Dit hoofdstuk geeft een ruimtelijk-functionele analyse van het plangebied. Onderstaande afbeelding geeft de bestaande toestand van de directe omgeving en het plangebied weer.

afbeelding "i_NL.IMRO.0865.bgWPDeutersestr41A-VG01_0004.jpg"

PLANGEBIED EN DIRECTE OMGEVING

2.1 Bebouwing En Functies

Het plangebied is onderdeel van de Deutersestraat met verspreide bebouwing. De laatste jaren heeft verdichting plaatsgevonden, waardoor de Deutersestraat een open bebouwingslint is geworden. Ter plaatse van het plangebied is geen doorkijk meer naar het achterliggende agrarische landschap, als gevolg van de aangelegde golfbaan. Het plangebied wordt aan de zuidzijde begrensd door de Cromvoirtsedijk, een cultuurhistorisch waardevol landschapselement.

Langs de Deutersestraat is sprake van een menging van functies: agrarische en niet-agrarische bedrijvigheid en wonen. Binnen het plangebied is de woning Deutersestraat 41 bestemd als burgerwoning en het naastgelegen perceel bestemd voor agrarische bedrijvigheid. Zoals vermeld is het agrarische bedrijf al enige jaren geleden beëindigd.

In het plangebied staan twee bedrijfsgebouwen, waarvan één met een oppervlakte van circa 320 m² en één met een oppervlakte van circa 136 m², ten behoeve van agrarische functies.

2.2 Ontsluiting

De burgerwoning (41) en de bedrijfswoning (naast 41) worden ieder ontsloten door middel van een eigen inrit; ten zuiden respectievelijk ten noorden van de woning.

De Deutersestraat heeft een belangrijke ontsluitingsfunctie voor de dorpskern van Cromvoirt, als directe verbinding met 's-Hertogenbosch. Hierdoor is de verkeersintensiteit relatief hoog.

2.3 Groen En Water

Het plangebied is grotendeels ingericht als een functioneel bedrijfsperceel. Naast de erfbeplanting op de erfgrens aan de voorzijde van de burgerwoning is er in het plangebied sprake van een aantal bomen en van een weide. Binnen het plangebied bevindt zich geen oppervlaktewater.

Hoofdstuk 3 Plan

In dit hoofdstuk is de beschrijving van het plan opgenomen. Bijlage 1 bevat de inrichtingsschets.

3.1 Bebouwing En Functies

Binnen het plangebied is de agrarische bedrijvigheid beëndigd. Het plangebied zal worden opgesplitst in twee woonpercelen, te weten Deutersestraat 41 en Deutersestraat 41A. Het woonperceel Deutersestraat 41 bevat de bestaande burgerwoning, de paardenstal en de paardenbak met weide. De grootte van dit woonperceel is na de splitsing 1384 m². Het woonperceel Deutersestraat 41A omvat 1076 m². Het voormalige agrarische bedrijfsgebouw (koeienstal) wordt gesloopt, waardoor de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen maximaal 160 m² mag bedragen (zie paragraaf 1.3). De bestaande paardenstal bedraagt 136 m², waardoor er 24 m² over blijft voor een nieuw bijgebouw. Een en ander is weergegeven op de inrichtingsschets.

3.2 Verkeer En Parkeren

3.2.1 Verkeersgeneratie

De functieverandering van agrarisch bedrijf naar burgerwoning heeft invloed op verkeersgeneratie. De digitale publicatie ''ASVV 2012'' (CROW) bevat kencijfers voor de verkeersgeneratie van diverse functies. De verkeersgeneratie van een burgerwoning bedraagt 7,4 tot 8,2 mvt/etmaal (koop, twee-onder-een-kap; weinig stedelijk; buitengebied). Er zijn echter geen cijfers opgenomen voor een agrarisch bedrijf.

Een agrarisch bedrijf leidt in algemene zin tot meer verkeersbewegingen dan een woning. Derhalve kan worden gesteld dat de verkeersgeneratie afneemt als gevolg van de voorgenomen ontwikkeling.

3.2.2 Ontsluiting

In de nieuwe situatie zullen beide burgerwoningen gebruik maken van de reeds bestaande eigen inritten. De capaciteit van de Deutersestraat is voldoende om het verkeer te kunnen verwerken.

3.2.3 Parkeren

Het voorzien in voldoende parkeerplaatsen is noodzakelijk voor goed functioneren van het plangebied en voorkomt overlast voor de omgeving. De gemeente Vught heeft hiertoe het bestemmingsplan ''Parapluplan Parkeren'' vastgesteld. Daarin wordt de nota

"Parkeerbeleid en Parkeernota 2013-2022" van toepassing verklaard op het gehele

grondgebied van Vught. De norm voor een twee-onder-een-kap koopwoning, in Cromvoirt en het buitengebied bedraagt 1,9 parkeerplaatsen per woning. Voor de twee burgerwoningen in het plan zijn in totaal 3,8 parkeerplaatsen nodig. Conform artikel 3 van het parapluplan moeten de benodigde parkeerplaatsen in principe op eigen terrein (buiten openbaar gebied) worden gerealiseerd. Het eigen terrein biedt voldoende ruimte om in de benodigde parkeerplaatsen te voorzien.

3.3 Groen En Water

Erfbeplanting voorziet waar nodig in een landschappelijke inpassing van percelen in het buitengebied en zorgt voor een aangename inrichting van het woonperceel.

Voor wat betreft de landschappelijke inpassing zijn in dit geval geen inspanningen nodig.
Het perceel grenst aan de westzijde aan het golfbaangebied, met een flinke hoeveelheid opgaande beplanting in de vorm van bomen en struiken. Vanaf de golfbaan is geen zicht op het woonperceel en vice versa. De golfbaanexploitant heeft de verplichting tot instandhouding van dit groen.
De paardenweide met houten omheining direct ten noorden van het plangebied wordt aan de zijde van het nieuwe woonperceel begrensd met een haag. Deze haag vormt tevens de landschappelijke inpassing van het nieuwe woonperceel. De aanleg en instandhouding van de haag is middels een voorwaardelijke verplichting in de ter plaatse verleende omgevingsvergunning verbonden aan het gebruik van het perceel Deutersestraat 43 voor dierenkliniek. De instandhouding van de haag is hierdoor verzekerd.
De beplanting van de golfbaan en de haag op het noordelijke perceel verzorgen een voldoende landschappelijke inpassing van het nieuwe woonperceel Deutersestraat 41A. Er is geen nadere landschappelijke inpassing nodig.

Op het perceel staat een aantal bomen. Waar mogelijk worden deze bomen in het erfbeplantingsplan opgenomen. Voorts wordt nieuwe erfbeplanting aangebracht.

Het plan omvat geen oppervlaktewater.

Hoofdstuk 4 Beleid

In dit hoofdstuk wordt het plan getoetst aan het relevante vigerende beleid. Achtereenvolgens komt aan de orde het beleid op:

  • nationaal niveau;
  • provinciaal niveau;
  • gemeentelijk niveau.

4.1 Nationaal Niveau

4.1.1 Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte

In 2012 heeft de Minister van Infrastructuur en Milieu de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte [SVIR] ondertekend. De SVIR geeft een integraal kader voor het ruimtelijk beleid en mobiliteitsbeleid op Rijksniveau, en is de 'kapstok' voor bestaand en nieuw Rijksbeleid met ruimtelijke consequenties. In de SVIR worden de ambities van het Rijk tot 2040 geschetst, alsmede doelen, belangen en opgaven tot 2028. In de SVIR kiest het Rijk voor minder nationale belangen en eenvoudiger regelgeving. De reeds ingezette trend om aan de provincies en gemeenten ruimte te laten inzake de ruimtelijke ontwikkelingen wordt versterkt in de SVIR.

De SVIR bevat 13 nationale belangen die worden beschermd middels het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening. Het gaat onder meer om militaire objecten en terreinen, de grote rivieren en het Natuurnetwerk Nederland.

Voor onderhavig plan zijn geen van de nationale belangen aan de orde.

4.1.2 Besluit ruimtelijke ordening: Ladder voor Duurzame Verstedelijking

Met het doel de ruimte zorgvuldig en duurzaam te gebruiken, is de Ladder voor Duurzame Verstedelijking opgesteld. Deze is verankerd in artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening [Bro] (versie 1 juli 2017). Bij nieuwe stedelijke ontwikkelingen moet worden aangetoond dat deze voorzien in een behoefte, en moet - in geval van de ontwikkeling buiten bestaand stedelijk gebied plaatsvindt - een motivering worden opgenomen waarom niet binnen het bestaand stedelijk gebied in die behoefte kan worden voorzien.

Het plan omvat een functiewijziging van een agrarisch bedrijf naar een woonbestemming. Een dergelijke ontwikkeling wordt niet als stedelijke ontwikkeling gezien. Een nadere toetsing aan de Ladder voor Duurzame Verstedelijking is derhalve niet nodig.

Conclusie
Er is geen toetsing aan de Ladder voor Duurzame Verstedelijking nodig. Het plan voldoet aan dit onderdeel van het Besluit ruimtelijke ordening.

4.2 Provinciaal Niveau

Het provinciale ruimtelijk beleid is vastgelegd in de nota's:

  • Structuurvisie Ruimtelijke Ordening;
  • Verordening ruimte Noord-Brabant.

Het plan wordt aan deze twee nota's getoetst.

4.2.1 Structuurvisie Ruimtelijke Ordening

De Structuurvisie Ruimtelijke Ordening 2010, partiële herziening 2014 bevat de hoofdlijnen van het ruimtelijk beleid van het provinciale bestuur op de ontwikkeling van Noord-Brabant.

Analyse

Het plangebied ligt buiten de stedelijke kern van Cromvoirt dat een 'Groenblauwe mantel' betreft. Conform het structuurvisiebeleid zijn deze gebieden veelzijdig in het gebruik. Ontwikkelingen (zoals wonen, werken, (historische) landgoederen, recreatie en toerisme) moeten qua aard, schaal en functie bij de omgeving passen en houden rekening met de omgevingskwaliteiten. De ontwikkeling van functies is in beginsel alleen mogelijk op vrijkomende locaties.

Het plan omvat de functieverandering van een agrarisch bedrijf naar een burgerwoning, waarbij rekening wordt gehouden met de omgevingskwaliteiten. Het plan sluit aan bij het beleid van de Structuurvisie Ruimtelijke Ordening 2010, partiële herziening 2014.

Conclusie
Het plan past in het beleid van de Structuurvisie Ruimtelijke Ordening 2010, partiële herziening 2014.

4.2.2 Verordening ruimte Noord-Brabant

4.3 Gemeentelijk Niveau

4.3.1 Structuurvisie Vught

Op 19 december 2013 heeft de gemeenteraad de Structuurvisie Vught vastgesteld, waarin de gemeentelijke ruimtelijke structuren voor een periode van 10 tot 15 jaar is vastgelegd.

Het plangebied is onderdeel van het buitengebied van Cromvoirt. De structuurvisie voorziet in het behoud en versterking van de kleinschalige en gevarieerde ruimtelijke en functionele karakteristieken, zodat het kleinschalige beeld in stand blijft. Hierbij is van belang dat wordt ingezet op het behoud van de groene uitstraling van het dorp en het vormgeven van de grenzen van het gebied.

Analyse

Het plan omvat de functieverandering van een agrarisch bedrijf naar een burgerwoning. De voormalige agrarische bedrijfsgebouwen worden verwijderd. Het plan sluit daarmee aan bij de uitgangspunten van de structuurvisie waar het gaat om het behoud en versterking van de kleinschalige en gevarieerde ruimtelijke en functionele karakteristieken.

Conclusie
Het plan past binnen c.q. is niet in strijd met de Structuurvisie Vught.

4.3.2 Gebiedsvisie Buitengebied

Op 20 september 2012 is de 'Gebiedsvisie Buitengebied' vastgesteld. Deze gebiedsvisie geeft de gemeente de mogelijkheid regie te voeren op de dynamiek van het buitengebied, door gewenste initiatieven te stimuleren en ongewenste initiatieven te voorkomen. Daartoe is het buitengebied onderverdeeld in een aantal deelgebieden, met doorgroeimogelijkheden voor de verschillende functies.

Onderhavig plangebied ligt in het deelgebied 'Cromvoirt en omgeving'. In de gebiedsvisie wordt geconstateerd dat binnen Cromvoirt functies die in het verleden hier zijn ontstaan vaak nu vastlopen omdat er geen ontwikkelruimte is vanwege milieutechnische en ruimtelijke aspecten. De verwachting bestaat dat een uitruil tussen verschillende functies ontstaat. De vrijkomende plekken gaan gebruikt worden door nieuwe of gelijksoortige functies. Binnen dit deelgebied wordt onder meer ontwikkelingsmogelijkheden geboden voor wonen.

Analyse

Het plan omvat de functieverandering van een agrarisch bedrijf naar een burgerwoning. Deze ontwikkeling past binnen de 'Gebiedsvisie Buitengebied'.

Conclusie

Het plan past in de 'Gebiedsvisie Buitengebied'.

4.3.3 Beleidsnotitie Kwaliteitsverbetering van het landschap

Naar aanleiding van het uitgangspunt van het leveren van een kwaliteitsverbetering van het landschap, zoals opgenomen in artikel 3.2 van de Verordening ruimte 2014 (zie paragraaf 4.2.2.3) en de daaromtrent gemaakte regionale afspraken, heeft de gemeente Vught de "Beleidsnotitie Kwaliteitsverbetering van het landschap" vastgesteld. Deze paragraaf bevat een beschrijving van de wijze van kwaliteitsverbetering van het landschap, zoals bedoeld in artikel 3.2 van de Verordening.

Voor het bepalen van de benodigde investering is de categorie-indeling van ruimtelijke ontwikkelingen buiten bestaand stedelijk gebied van toepassing:

  • categorie 1: geen ruimtelijke impact; geen tegenprestatie nodig;
  • categorie 2: beperkte impact; landschappelijke inpassing volstaat;
  • categorie 3: grote impact; landschappelijke inpassing én berekende kwaliteitsverbetering van het landschap.

De functieverandering van een agrarisch bedrijf naar een burgerwoning, waarbij het bestemmingsvlak wordt verkleind tot maximaal 5.000 m² en de maximaal 500 m² voormalige bedrijfsgebouwen resteert, betreft een categorie 2-ontwikkeling. Onderhavig plan voldoet aan deze categorie. Dat betekent dat een landschappelijke inpassing volstaat. Zoals uit paragraaf 3.3 blijkt, is het perceel reeds voldoende landschappelijk ingepast en hoeven er geen nieuwe landschapselementen te worden aangebracht.

Hoofdstuk 5 Uitvoeringsaspecten

In dit hoofdstuk worden de uitvoeringsaspecten beschreven. Achtereenvolgens komen aan de orde:

  1. 1. milieu;
  2. 2. waarden;
  3. 3. waterhuishouding.

5.1 Milieu

Conform het bepaalde in artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening moet een toetsing plaatsvinden van de voorgenomen ontwikkelingen aan de relevante milieu-aspecten, teneinde het toekomstige gebruik af te stemmen op de omgeving. In deze paragraaf worden de milieu-aspecten afzonderlijk beschreven.

5.1.1 Bodemkwaliteit

5.1.2 Bedrijven en milieuzonering

5.1.3 Externe veiligheid

5.1.4 Geurhinder veehouderijen

5.1.5 Geluid

5.1.6 Luchtkwaliteit

5.1.7 Volksgezondheid

5.1.8 Milieueffectrapportage

5.2 Waarden

5.2.1 Archeologie

5.2.2 Cultuurhistorie

5.2.3 Natuurwaarden

5.3 Waterparagraaf

5.3.1 Inleiding

Het plangebied ligt binnen het beheergebied van Waterschap De Dommel

De watertoets is het hele proces van vroegtijdig informeren, adviseren, afwegen en uiteindelijk beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in ruimtelijke plannen en besluiten. Het doel van de watertoets is dat de waterbelangen evenwichtig worden meegewogen bij de totstandkoming van een plan. Deze waterparagraaf is een onderdeel van de watertoets.

De waterparagraaf beschrijft zowel de huidige als toekomstige waterhuishoudkundige situatie (oppervlaktewater, grondwater, hemelwater en afvalwater).

5.3.2 Beleid

De verschillende overheidslagen hebben hun waterbeleid vastgelegd in diverse beleidsdocumenten. De algemene strekking met betrekking tot ruimtelijke ontwikkelingen betreft:

  • het scheiden van het schone hemelwater en het vuile afvalwater;
  • het verwerken van het hemelwater op het eigen terrein, of middels een gezamenlijke voorziening heeft de voorkeur boven afvoer via het oppervlaktewater.

5.3.3 Watersysteem

Het plangebied ligt niet in of nabij een gebied waarin waterschapsbelangen een rol spelen, zoals waterkering, waterberging of waterwinning.

5.3.4 Hemelwater

Het plan leidt tot een afname van gebouwen en verharding. Er hoeft minder hemelwater te worden verwerkt. Het hemelwater wordt op het eigen terrein verwerkt.

5.3.5 Afvalwater

Uitgangspunt is dat het vuile afvalwater en het schone hemelwater worden gescheiden.

Het vuile afvalwater zal op de bestaande drukriolering in de Deutersestraat geloosd worden. Eventuele kosten die hiermee gemoeid zijn komen voor rekening van de initiatiefnemer.

5.3.6 Waterkwaliteit

Er zijn geen bijzondere maatregelen genomen om vervuiling van het oppervlaktewater te voorkomen. Overeenkomstig de eis van het waterschap worden geen uitlogende materialen toegepast.

Hoofdstuk 6 Economische Uitvoerbaarheid

6.1 Kostenverhaal

Artikel 6.12 lid 1 Wro verplicht de gemeente een exploitatieplan vast te stellen voor gronden waarop bepaalde bouwactiviteiten zijn voorgenomen, tenzij het kostenverhaal 'anderszins verzekerd' is (artikel 6.12 lid 2a Wro).

In artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) zijn de bouwactiviteiten genoemd waarvoor het vaststellen van een exploitatieplan verplicht is. De in voorliggend bestemmingsplan opgenomen ontwikkelingen behoren niet tot de in het Bro genoemde bouwactiviteiten. Het vaststellen van een exploitatieplan is derhalve niet verplicht.

6.2 Gemeentelijke Grondexploitatie

De gemeente heeft geen gronden in het plangebied in eigendom. Alle kosten en risico's van de planontwikkeling, -voorbereiding en -uitvoering zijn voor rekening van de initiatiefnemer. De gemeentelijke grondexploitatie wordt dus niet belast door voorliggend ruimtelijk plan. De financiële uitvoerbaarheid van het plan is hiermee aangetoond.

Hoofdstuk 7 Juridische Aspecten

In dit hoofdstuk is de opzet van het wijzigingsplan opgenomen.

Voorliggend wijzigingsplan is het resultaat van het toepassen van de wijzigingsbevoegdheid ex artikel 3.6 Wro, zoals die is opgenomen in het bestemmingsplan "Buitengebied 2011" (NL.IMRO.0865.vghBPbuitengebied-OH01), vastgesteld op 20 september 2012. Bij het opstellen van een wijzigingsplan dient het college van burgemeester en wethouders zich te houden aan de door de raad vastgestelde regels.

Het plan omvat een functieverandering van het bestemmingsvlak 'Agrarisch met waarden - Kampen- of hoevenlandschap' ten behoeve van een nieuw bestemmingsvlak 'Wonen - 2'.

In de planregels worden de planregels van het vigerende bestemmingsplan en het bestemmingsplan ''Parapluplan Parkeren'' van toepassing verklaard.

Hoofdstuk 8 Procedure

Het wijzigingsplan doorloopt de gebruikelijke procedure op grond van artikel 3.9a Wro. De voorziene procedurestappen zijn:

  1. 1. Overleg ex artikel 3.1.1 Bro
  2. 2. Terinzagelegging ontwerpwijzigingsplan
  3. 3. Vaststelling door college van burgemeester en wethouders
  4. 4. Terinzagelegging vastgesteld wijzigingsplan.

8.1 Terinzagelegging Ontwerpwijzigingsplan

Het ontwerpwijzigingsplan heeft van vanaf 14 maart tot en met 24 april 2019 ter inzage gelegen. Er zijn geen zienswijzen ingekomen.

Bijlage 1 Inrichtingsschets

Bijlage 1 Inrichtingsschets

Bijlage 2 Verkennend Bodemonderzoek

Bijlage 2 Verkennend bodemonderzoek

Bijlage 3 Quickscan Flora En Fauna

Bijlage 3 Quickscan Flora en Fauna