Paraplubestemmingsplan huisvesting arbeidsmigranten
Bestemmingsplan - gemeente Zundert
Vastgesteld op 24-04-2014 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Aan de begripsbepalingen van iedere planologische regeling als bedoeld in bijlage 1 van deze regels, worden de volgende begrippen toegevoegd en/of aangepast.
1.1 plan:
het bestemmingsplan Paraplubestemmingsplan huisvesting arbeidsmigranten met identificatienummer NL.IMRO.0879.BPHuisvArbeidsmig-VS01 van de gemeente Zundert;
1.2 bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels, dat onderdeel uitmaakt van de bestemmingsplannen als bedoeld in bijlage 1;
1.3 huishouden:
een huishouden bestaat uit één of meer personen die op hetzelfde adres wonen en een economisch-consumptieve eenheid vormen. Vaak is een huishouden gebaseerd op bloedverwantschap en huwelijksbinding of een met een huwelijksverbinding gelijk te stellen samenlevingsverband;
1.4 woning:
een (gedeelte van een) gebouw, dat bestaat uit een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van:
- één afzonderlijk huishouden, of;
- één huishouden plus maximaal twee individuele personen, of;
- vier individuele personen;
waarbij de volgende woningtypen te onderscheiden zijn:
- 1. vrijstaande woning: een woning, waarbij het hoofdgebouw met bijbehorende aanbouwen en aangebouwde bijgebouwen, geen gemeenschappelijke wand heeft met een naastgelegen hoofdgebouw dan wel daar bijbehorende aanbouwen en aangebouwde bijgebouwen;
- 2. twee-aaneengebouwde woning:
- a. een woning, die deel uitmaakt van een blok van twee als woning aan elkaar gebouwde hoofdgebouwen (twee-onder-één-kap);
- b. een woning, waarbij het hoofdgebouw met bijbehorende aanbouwen en aangebouwde bijgebouwen één of meerdere gemeenschappelijke wanden heeft met een naastgelegen hoofdgebouw dan wel daar bijbehorende aanbouwen en aangebouwde bijgebouwen (geschakeld);
- 3. aaneengebouwde woning: een woning, die deel uitmaakt van een blok van meer dan twee als woning aan elkaar gebouwde hoofdgebouwen;
- 4. gestapelde woning: een woning in een woongebouw dat twee of meer geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen bevat.
Artikel 2 Wijze Van Meten
2.1 bruto vloeroppervlak (bvo):
de bruto vloeroppervlakte van de ruimte(n) van een gebouw wordt gemeten op vloerniveau langs de buitenomtrek van de (buitenste) opgaande scheidingsmuren en/of het hart van de gemeenschappelijke scheidingsconstructie, die de desbetreffende ruimte(n) omhullen over alle bouwlagen van een gebouw met uitzondering van parkeergarages en/of bergingen bij gestapelde woningen.
Hoofdstuk 2 Algemene Regels
Artikel 3 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 4 Algemene Afwijkingsregels
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in het paraplubestemmingsplan voor het gebruik van een woning in strijd met het begrip woning als bedoeld in lid 1.4 ten behoeve van de huisvesting van maximaal tien personen, op voorwaarde dat aan de volgende regels wordt voldaan:
- a. de woning heeft een totale bruto vloeroppervlakte tussen de 120 m2 en 250 m2;
- b. er kunnen voor het extra aantal te huisvesten personen voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein worden gerealiseerd; daarbij geldt een parkeernorm van één parkeerplaats op eigen terrein per twee personen;
- c. de initiatiefnemer dient aan te tonen dat zij voldoet aan alle wettelijke eisen (bouwbesluit 2012), een adequaat (parkeer)beheer toepast en tevens wordt gevraagd een communicatieprotocol en klachtenregistratie in te stellen;
- d. de maximale loopafstand van een punt in de woning tot de toegang mag maximaal 30 meter bedragen;
- e. er wordt geen onevenredig afbreuk gedaan aan:
- 1. het algemeen belang dat gediend is met handhaving van de woonregelgeving;
- 2. het gebruik geen nadelige invloed heeft op de afwikkeling van het verkeer en/of niet leidt tot een onaanvaardbare parkeerdruk.
Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels
Artikel 5 Overgangsrecht
5.1 Overgangsrecht bouwwerken
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
5.2 Afwijking
Het bevoegd gezag kan eenmalig bij omgevingsvergunning afwijken van lid 5.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 5.1 met maximaal 10%.
5.3 Uitzondering op het overgangsrecht bouwwerken
Lid 5.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder omgevingvergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
5.4 Overgangsrecht gebruik
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
5.5 Strijdig gebruik
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 5.4, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
5.6 Verboden gebruik
Indien het gebruik, bedoeld in lid 5.4, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
5.7 Uitzondering op het overgangsrecht gebruik
Lid 5.4 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 6 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Paraplubestemmingsplan huisvesting arbeidsmigranten'.
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding En Doel
De gemeente Zundert kent een relatief groot aantal arbeidsmigranten binnen haar gemeentegrenzen. Naar schatting verblijven er op dit moment 2.500 tot 4.500 arbeidsmigranten in de gemeente Zundert, waarvan er nu circa 1.600 geregistreerd staan. De migranten leveren een belangrijke bijdrage aan de lokale en regionale economie, maar ook aan de leefbaarheid van de dorpen doordat zij gebruikmaken van de voorzieningen die Zundert rijk is. Zundert vindt het dan ook belangrijk dat ook deze inwoners op een prettige manier kunnen participeren en wonen in onze samenleving.
De toename van arbeidsmigranten in de regio heeft het college er toe doen besluiten om een integraal beleid arbeidsmigranten te formuleren. Enerzijds om beter zicht op deze groep te krijgen en misstanden (uitbuiting, overlast en problemen met de huisvesting) te voorkomen. Anderzijds om de stroom arbeidsmigranten zodanig te faciliteren dat aan de vraag naar arbeid tegemoet gekomen kan worden.
Een belangrijk uitgangspunt van het beleid is dat het gericht is op legale (woon)situaties die passen binnen de lokale context van Zundert. Hoewel het beleid specifiek bedoeld is voor de legale huisvesting van arbeidsmigranten, kan in dit paraplubestemmingsplan (zonder te discrimineren) geen onderscheid gemaakt worden tussen arbeidsmigranten en andere individuele personen. Om die reden is de regeling uit dit paraplubestemmingsplan naast arbeidsmigranten van toepassing op elk ander individu.
De huisvesting van arbeidsmigranten in Zundert geschiedt momenteel op verschillende manieren. Er is sprake van huisvesting op agrarische bedrijven, op campings en recreatieterreinen in het buitengebied en in de kernen in particuliere woningen.
In het recent vastgestelde bestemmingsplan 'Buitengebied Zundert' is het beleid voor huisvesting van arbeidsmigranten reeds vertaald. Binnen de kernen vindt deze bewoning deels plaats op ongewenste en onrechtmatige locaties, omdat het gebruik in strijd is met de bestemming. Dit komt doordat in de huidige bestemmingsplannen voor de kernen de begrippen 'huishouden' en 'woning' niet (eenduidig) zijn opgenomen. Daarnaast is het begrip 'huishouden' niet gedefinieerd in de bestemmingsplannen, en dient op dit moment uitgegaan te worden van spraakgebruik en huidige jurisprudentie waarop aangesloten kan worden. Er dient volgens die jurisprudentie sprake te zijn van een zekere continue samenstelling waarbij de onderlinge verbondenheid aangetoond kan worden. Voor de huisvesting van arbeidsmigranten zijn de huidige begrippen niet toereikend om huisvesting op legale wijze mogelijk te maken.
Om de handhaving van illegale bewoning te vergemakkelijken en legale situaties te creëren is het wenselijk de definitie van 'huishouden' en 'woning' in alle bestemmingsplannen aan te passen dan wel te integreren en zodanig te formuleren dat illegale bewoning kan worden tegengegaan. Daarnaast wordt met dit paraplubestemmingsplan het meetvoorschrift 'bruto vloeroppervlak (bvo)' toegevoegd. Dit meetvoorschrift is nog niet in onderliggende bestemmingsplannen opgenomen en is noodzakelijk voor de toetsing bij de toepassing van de in dit plan opgenomen afwijkingsbevoegdheid.
Om dit te realiseren is onderhavig paraplubestemmingsplan opgesteld; met dit bestemmingplan worden de definities toegevoegd aan, en voor zover reeds opgenomen gewijzigd in, de vigerende bestemmingsplannen.
1.2 Ligging En Begrenzing Van Het Plangebied
Het paraplubestemmingsplan is van toepassing op een groot deel van het gemeentelijk grondgebied en daarmee op alle vigerende bestemmingsplannen (en daaraan gelieerde herzieningen, uitwerkingsplannen en afwijkingen van bestemmingsplannen) binnen de gemeente Zundert. Dit betreft de gronden welke kunnen worden gezien als bestaand stedelijk gebied (woonkernen, centrumgebieden, bedrijventerreinen). Dit plan is niet van toepassing op het buitengebied. Een overzicht van de vigerende bestemmingsplannen waarop het parapluplan betrekking heeft is opgenomen in bijlage 1 van de regels.
Afbeelding 1.1: ligging en begrenzing plangebied
Het paraplubestemmingsplan past de vigerende regels aan en voegt daarbij een afwijkingsbevoegdheid toe. Het paraplubestemmingsplan gaat deel uitmaken van de vigerende regels van deze bestemmingsplannen.
Een regeling voor het huisvesten van arbeidsmigranten in het buitengebied is reeds geregeld in het bestemmingsplan 'Buitengebied Zundert' en valt dus buiten de reikwijdte van dit paraplubestemmingsplan. In het buitengebied bevinden zich nog een aantal gebieden die niet zijn opgenomen in het bestemmingsplan 'Buitengebied Zundert'. Voor deze gebieden zijn/worden nieuwe bestemmingsplannen opgesteld, waarin de huisvesting van arbeidsmigranten mogelijk wordt/zal worden gemaakt.
1.3 Leeswijzer
De toelichting is opgebouwd uit vijf hoofdstukken. Na dit inleidende hoofdstuk worden in hoofdstuk 2 de relevante beleidskaders van Rijk, provincie/regio en gemeente beschreven. In hoofdstuk 3 volgt een uiteenzetting van de juridische regeling. In hoofdstuk 4 en 5 wordt ingegaan op de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid.
Hoofdstuk 2 Beleidskader
2.1 Inleiding
In dit hoofdstuk wordt in het kort en voor zover relevant het beleidskader toegelicht, waarbinnen onderhavig paraplubestemmingsplan moet passen. Achtereenvolgens wordt het nationaal, provinciaal/ regionaal en gemeentelijk beleid beschreven.
2.2 Rijksbeleid
Algemeen
De samenleving is constant aan het veranderen. Dit is ook te zien aan de samenlevingsvormen die nu ontstaan. De traditionele huishouding steeds wordt meer losgelaten. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) (volkstelling 1971, woningbehoeftenonderzoeken) heeft hierop al op ingespeeld om een particulier huishouden te omschreven als: „een groep van twee of meer personen die in huiselijk verkeer met elkaar samenwoont en een gemeenschappelijke huishouding voert (onder één dak woont, gezamenlijk de hoofdmaaltijd gebruikt en een gezamenlijke woonkamer heeft)”. Daarnaast wordt ook een alleenstaande, iemand die alleen woont, in het sociaal onderzoek en in de statistiek als een huishouden beschouwd.
Met de uitbreiding van de Europese Unie tot 27 lidstaten - en het daarbij behorende vrij verkeer van goederen, personen en kapitaal - is er langzaam maar zeker een arbeidsmigrantengolf op gang gekomen vanuit Midden- en Oost-Europa naar onder andere Nederland. Door deze nieuwe doelgroep kregen de gemeenten problemen met het huisvesten van arbeidsmigranten. In het bijzonder zijn de kleine gemeenten hierop niet ingericht. Grotere gemeenten waren al bekend met tijdelijk huisvesting van bijvoorbeeld kamerverhuur voor studenten.
Door wettelijke aanpassingen in bijvoorbeeld de Leegstandswet en Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) heeft het Rijk de gemeenten de mogelijkheid gegeven om huisvesting van arbeidsmigranten en andere vormen van huishouding gemakkelijker te realiseren.
Deze maatregelen vormen het kader voor het provinciaal, regionaal en gemeentelijk beleid ten aanzien van tijdelijk huisvesting van arbeidsmigranten en andere groepen.
Brief minister Kamp
Op 14 april 2011 heeft minister Kamp de Tweede Kamer een brief doen toekomen over arbeidsmigratie uit Midden- en Oost- Europa over de te nemen maatregelen om de arbeidsmigratie in goede banen te leiden. Deze maatregelen richten zich op de thema's:
- voorlichting en registratie;
- werk;
- sociale voorzieningen; uitkeringen, zorg en maatschappelijke opvang;
- huisvesting;
- taal, inburgering en onderwijs.
Deze maatregelen hebben het kader gevormd voor het gemeentelijk beleid ten aanzien van arbeidsmigranten. Het onderhavige paraplubestemmingsplan is een uitwerking van het gemeentelijk beleid.
2.3 Provinciaal En Regionaal Beleid
Algemeen
In de Regio West-Brabant bestaat er steeds meer aandacht voor het thema arbeidsmigranten. Niet op de laatste plaats omdat de regio op sociaal-economisch terrein erbij gebaat is dat deze groep zich in de regio vestigt. Het is één van de mogelijke oplossingen voor de tekorten in sommige sectoren die de regio rijk is en het biedt ook perspectieven in relatie tot krimp. Daarnaast staat het huisvestingsvraagstuk op de agenda.
De huisvesting van arbeidskrachten afkomstig uit het buitenland leidt in sommige gemeenten tot spanningen en problemen. Om overlast en verplaatsing van overlast te voorkomen is regionaal afgestemd beleid nodig. De regio heeft hiertoe al een aantal stappen gezet, hetgeen is af te lezen uit de convenanten die zijn opgesteld en de acties die de Regio West-Brabant (RWB) inmiddels heeft gezet.
Convenant 'Toezicht en handhaving onrechtmatige en onveilige woonsituaties'
Op 3 februari 2011 ondertekenden onder andere de gemeente Zundert, de Politieregio Midden- en West-Brabant en de Belastingdienst Zuidwest en de Belastingdienst Oost-Brabant het convenant 'Toezicht en handhaving onrechtmatige en onveilige woonsituaties in de regio Midden- en West-Brabant'. De partijen werken samen om onrechtmatige en onveilige woonsituaties op hun grondgebieden aan te pakken en tegen te gaan. De gemeenten, de Belastingdienst en de (Vreemdelingen-)politie in de regio Midden- en West-Brabant komen vaak (massale) huisvesting tegen van economisch zwakkeren, asielzoekers, Oost-Europeanen en illegalen. De gemeenten willen vooral illegale bewoning en uitkeringsfraude tegengaan. Ook is het voor hen belangrijk dat de persoonsgegevens uit de GBA (Gemeentelijke Basis Administratie) juist en volledig zijn om goed toezicht te kunnen houden. Alles is erop gericht om een veilige woonomgeving te creëren. Hierbij zal nauw moeten worden samengewerkt met de afdelingen Bouw- en Woningtoezicht, Milieu en Vergunningverlening en Handhaving. Het convenant is behalve door de gemeente Zundert ook door n andere gemeente ondertekend.
Regionale aandachtspunten huisvesting arbeidsmigranten regio Breda (2010)
In 2010 heeft het toenmalige Regiobureau Breda een notitie uitgegeven die duidelijkheid schept in de vraag waar, wanneer én hoe arbeidsmigranten binnen de regio Breda gehuisvest worden. Daarnaast worden in de notitie randvoorwaarden gegeven waaraan huisvesting dient te voldoen. Deze voorwaarden hebben betrekking op bestemmingsplannen, bouwtechnische eisen, brandveiligheid, handhaving, de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) en overige wetgeving. Aan de hand van deze notitie kunnen bestaande huisvesting en aanvragen met betrekking tot nieuwe huisvestingsmogelijkheden worden getoetst. Wanneer een bestaande situatie niet aan de voorwaarden uit de notitie voldoet, worden mogelijkheden gegeven om handhavend op te kunnen treden. Tevens scheppen deze aandachtspunten duidelijkheid over de mogelijkheid om arbeidsmigranten in onze maatschappij te integreren. De notitie is opgesteld als handreiking voor gemeenten die nog geen (actueel) gemeentelijk arbeidsmigrantenbeleid hebben. Deze notitie is dan ook gehanteerd bij opstellen van het beleid voor de gemeente Zundert. Het onderhavige paraplubestemmingsplan is een uitwerking van het opgestelde beleid.
Quick-scan Arbeidsmigranten Regio West-Brabant
Maart 2012 heeft minister Spies aan de regio West-Brabant een brief verzonden, waarin ze vermeldt dat een 'Nationale Verklaring tijdelijke arbeidsmigranten' is ondertekend. Hierop is in de Regionale bestuurcommissie RO en Wonen (ROW) aandacht gegeven door middel van een Quick-scan Arbeidsmigranten Regio West-Brabant. Deze Quickscan is 30 mei 2013 vastgesteld door de gemeenteraad van Zundert.
Uit deze Quick-scan zijn vijftal conclusies getrokken.
- Opgave tot 2020: Huisvesting legaliseren en verbeteren;
- Opgave na 2020: Uitbreiding van de huisvesting ;
- De regionale opgave verdeeld: opgave per gemeente (voor gemeente Zundert 1250 arbeidsmigranten);
- Huisvestingsvorm: short-stay faciliteren, mis-stay organisatie;
- Arbeidsmigranten zijn van essentieel belang voor de regio.
2.4 Gemeentelijk Beleid
Arbeidsmigranten in Zundert; een integraal beleidskader
Op 27 september 2012 heeft de gemeenteraad van Zundert het beleidsdocument "Arbeidsmigranten in Zundert; een integraal beleidskader" vastgesteld. In dit beleidskader wordt bepaald hoe wordt omgegaan met arbeidsmigranten.
De gemeente Zundert wil haar arbeidsmigranten vooralsnog primair huisvesten bij de agrariërs, waar het grootste gedeelte van de migranten werkzaam is. Middels het nieuwe bestemmingsplan buitengebied is het mogelijk om middels een tijdelijke afwijking op grond van de Wabo arbeidsmigranten te huisvesten.
Hiervoor zijn beleidsregels opgesteld in 'Huisvesting arbeidsmigranten op agrarische bedrijven' in 2009 en op 16 maart 2010 zijn de daarvoor van toepassing zijnde toetsingsrichtlijnen vastgesteld door het college.
De gemeente Zundert wil de mogelijkheden voor het wonen binnen de daarvoor bedoelde bestemming 'wonen' dusdanig reguleren dat overbewoning en daaruit voortvloeiende overlast wordt tegengegaan.
Bestaande situaties die voldoen aan de eisen worden gelegaliseerd en tegen onwenselijke situaties wordt opgetreden.
Daarom stelt de gemeente dat woningen slechts kunnen worden gebruikt voor:
- één huishouden, OF;
- voor één huishouden + 2 individuen, OF;
- maximaal 4 individuen.
Voor woningen met een woonoppervlakte tot 250 m² wordt een binnenplanse afwijkingsmogelijkheid opgenomen om bewoning voor meer personen toe te staan, tot een maximum van 10 personen. Hierbij dient wel aan een aantal gestelde randvoorwaarden te worden voldaan, voordat medewerking kan worden verleend. Een van deze randvoorwaarden is dat voorzien moet worden in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein. Daarbij geldt een parkeernorm van één parkeerplaats op eigen terrein per twee personen.
Voorzieningen voor meer dan 10 personen (individuen) worden gezien als logiesvoorzieningen. De mogelijkheden voor het realiseren van meerdere kleinschalige of grootschalige logiesvoorzieningen dienen zorgvuldig te worden onderzocht. Daarbij stelt de gemeente dat in eerste instantie (her)gebruik van bestaande gebouwen voorgaat ten opzichte van nieuwbouw. De gemeenteraad heeft bij vaststelling van het beleid aangegeven over een dergelijk initiatief te willen beslissen. Hiervoor dient dan ook een separate procedure gevolgd te worden.
Door middel van dit paraplubestemmingsplan wil de gemeente Zundert de mogelijkheden voor wonen binnen de daarvoor bedoelde bestemming dusdanig reguleren, dat zogenaamde overbewoning voorkomen wordt. Tevens kunnen, door het begrip 'Woning' anders te definiëren, ook andere doelgroepen dan de traditionele huishoudens gehuisvest worden binnen de bestemming 'Wonen'.
De gemeente heeft al diverse mogelijkheden tot haar beschikking om te handhaven, maar wil de mogelijkheid om te handhaven op basis van het bestemmingsplan verder aanscherpen. Hiermee kan de huisvesting van arbeidsmigranten in woningen op een gereguleerde manier verder mogelijk worden gemaakt. De nu geldende bestemmingsplannen zijn hiervoor niet toereikend. Een mogelijkheid om dit te faciliteren is het opstellen van onderhavig paraplubestemmingsplan. Om de handhaving te vergemakkelijken zijn de definities van 'huishouden' en 'woning' aangepast en middels dit paraplubestemmingsplan op alle vigerende bestemmingsplannen (met uitzondering van de bestemmingsplannen gelegen in het buitengebied) van toepassing zodanig dat illegale bewoning kan worden tegengegaan.
Hoofdstuk 3 Juridische Planopzet
3.1 Inleiding
Het paraplubestemmingsplan geldt voor het gehele grondgebied van de gemeente Zundert, met uitzondering van de bestemmingsplannen gelegen in het buitengebied, en beslaat daarom het plangebied van verschillende bestemmingsplannen. Het paraplubestemmingsplan beoogt het juridisch regelen van het huisvesten van individuen in het stedelijk gebied.
3.2 Indeling Van De Regels
De indeling van de regels is als volgt: Hoofdstuk 1 'Inleidende regels', Hoofdstuk 2 'Algemene regels' en Hoofdstuk 3 'Overgangs- en slotregels'.
Hoofdstuk 1 Inleidende regels
Hoofdstuk 1 omvat een artikel met de begripsomschrijvingen, waaronder de begrippen 'huishouden' en 'woning'. Daarnaast een artikel met 'wijze van meten' opgenomen met het meetvoorschrift voor het bruto vloeroppervlak (bvo). Dit meetvoorschrift is niet opgenomen in onderliggende bestemmingsplannen. Ten behoeve van een juiste toetsing van het bvo is dit meetvoorschrift toegevoegd.
Hoofdstuk 2 Algemene regels
Hoofdstuk 2 omvat een artikel met een anti-dubbeltelbepaling en een artikel met een afwijkingsmogelijkheid.
Afwijkingsbevoegdheid
Met de afwijkingsmogelijkheid wordt geregeld dat een woning met maximaal 10 personen kan worden bewoond, mits voldaan wordt aan de gestelde randvoorwaarden.
Bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid is het mogelijk tot maximaal 10 personen te huisvesten in een woning. Dit kunnen allemaal individuen zijn. Echter bestaat ook de mogelijkheid om naast een huishouden meer dan twee individuen (zoals direct is toegestaan) te huisvesten tot een maximum van 10 personen in totaal. Na toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid mag het aantal personen dat in de woning gehuisvest is (inclusief de personen die deel uitmaken van het huishouden) nooit meer bedragen dan het aantal waarvoor is afgeweken.
Bij toepassing van de afwijkingsbevoegdheid geldt een parkeernorm van één parkeerplaats op eigen terrein per twee personen. Hiervoor moeten alle gehuisveste personen worden meegerekend. Hierbij wordt dus geen onderscheid gemaakt in personen die onderdeel uitmaken van het huishouden of individuen. Voor de berekening van het aantal benodigde parkeerplaatsen worden dus alle personen die in de woning zullen verblijven opgeteld. Dit is gelijk aan het aantal personen waarvoor wordt afgeweken. Op basis van dat aantal worden de benodigde parkeerplaatsen bepaald. Bij een oneven aantal moet het aantal parkeerplaatsen omhoog worden afgerond. In tabel 3.1 zijn een aantal voorbeelden gegeven voor de berekening die daarbij gemaakt moet worden.
Totaal aantal personen in de woning (het totaal waarvoor wordt afgeweken) | Te realiseren parkeer- plaatsen op eigen terrein | ||
3 | 2 | ||
4 | 2 | ||
5 | 3 | ||
6 | 3 | ||
7 | 4 | ||
8 | 4 | ||
9 | 5 | ||
10 | 5 |
Tabel 3.1: rekenvoorbeeld toepassing parkeernorm
Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels
Hoofdstuk 3 (slotbepalingen) omvat de volgende wettelijk verplichte artikelen: een overgangsbepaling en een titelbepaling.
Hoofdstuk 4 Economische Uitvoerbaarheid
Het opstellen van dit paraplubestemmingsplan heeft geen financiële consequenties voor de gemeente. Daarmee is het plan financieel uitvoerbaar.
Hoofdstuk 5 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
De maatschappelijke uitvoerbaarheid van het paraplubestemmingsplan wordt getoetst met het versturen van het plan naar de verschillende overlegpartners. Naast de overlegpartners wordt een ieder in de gelegenheid gesteld het plan te beoordelen.
Op 27 september 2012 heeft de gemeenteraad van Zundert het beleidsdocument "Arbeidsmigranten in Zundert, een integraal beleidskader" vastgesteld. In aanloop naar de vaststelling heeft reeds veel afstemming en overleg plaatsgevonden met diverse partijen en belanghebbenden. Daarbij is het paraplubestemmingsplan Huisvesting Arbeidsmigranten een uitwerking van een onderdeel van het beleidsdocument. In dat kader is besloten de termijn van het vooroverleg in te korten, namelijk 4 weken in plaats van 6 weken en de inspraakprocedure over te slaan. Vervolgens wordt de planologische procedure gestart met het ter visie leggen van het ontwerpbestemmingsplan, waarbij wettelijke termijnen gehanteerd worden.
Onderstaand is aangegeven op welke manier de maatschappelijke uitvoerbaarheid getoetst wordt.
5.1 Inspraak
Op basis van artikel 4, lid 2 van de gemeentelijke inspraakverordening kan het bestuursorgaan voor een of meer beleidsvoornemens een andere inspraakprocedure vaststellen. De inspraak voor onderhavige bestemmingsplan is een beleidsvoornemen waarvoor een andere inspraakprocedure vastgesteld. Doordat reeds in de procedure voor vaststelling van het beleidsvoornemen inspraak heeft plaatsgevonden is ervoor gekozen om voor dit paraplubestemmingsplan niet nogmaals inspraak toe te passen.
5.2 Overleg Ex Artikel 3.1.1 Bro
5.2.1 Vooroverleg
In het kader van het overleg als bedoeld in artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is het (concept)ontwerpbestemmingsplan 'Paraplubestemmingsplan huisvesting arbeidsmigranten' voorgelegd aan de volgende instanties:
- Provincie;
- ministerie van BZK;
- ministerie van IenM;
- Waterschap Brabantse Delta;
- Regionale Brandweer Midden en West-Brabant;
- Gasunie;
- RWB;
- Woonstichting Thuisvester;
- Gemeente Rucphen;
- Gemeente Etten-Leur;
- Gemeente Breda;
- Gemeente Hoogstraten;
- Gemeente Wuustwezel.
5.2.2 Resultaten vooroverleg
In bijlage 1 zijn de vooroverlegreacties bijgevoegd aan onderhavig bestemmingsplan. Voor de volledige reactie wordt hier kortheidshalve naar verwezen. Niet alle vooroverleginstanties hebben een reactie ingediend. Onderstaand een samenvatting van de vooroverlegreacties:
Provincie Noord-Brabant
De provincie Noord-Brabant geeft aan dat er geen aanleiding is tot het maken van opmerkingen op het onderhavig plan.
Waterschap Brabantse Delta
Het Waterschap geeft aan geen opmerkingen te hebben bij het onderhavig plan en geven daarom een positief wateradvies.
Regioarcheoloog RWB
De regioarcheoloog geeft aan dat er geen aanleiding is tot het maken van opmerkingen op het onderhavig plan.
Woonstichting Thuisvester
Thuisvester heeft een drietal reacties ingediend in het kader van vooroverleg.
- 1. Vooroverlegreactie
Op pagina 11 wordt gesteld dat woningen slechts gebruikt kunnen worden door één huishouden en maximaal twee individuen. Thuisvester wijst er op dat het huurders van Thuisvester niet is toegestaan de woning, of een deel daarvan, onder te verhuren, tenzij er schriftelijk toestemming is gegeven.
Gemeentelijke reactie
Uiteraard dienen huurcontracten te worden nageleefd en gerespecteerd. In andere gevallen wordt deze mogelijkheid op basis van het bestemmingsplan geboden.
Conclusie
De vooroverlegreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.
- 2. Vooroverlegreactie
Op pagina 11 wordt ten aanzien van de conclusies uit de Quick-scan voor de huisvestingsvorm mid-stay organisatie genoemd. Onduidelijk wat hiermee bedoeld wordt.
Gemeentelijke reactie
In de Quick-scan Arbeidsmigranten Regio West-Brabant wordt met mid-stay een permanent tijdelijk verblijf bedoeld, waar het dus geen reguliere huisvesting betreft. Het verblijf duurt wel langer dan zes maanden of jaarlijks terugkerend. Deze groep vraagt een eigen slaapkamer, maar met meer flexibiliteit dan een permanente woning.
Conclusie
De vooroverlegreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.
- 3. Vooroverlegreactie
Ten aanzien van de algemene afwijkingsregels in artikel 4 op pagina 24 is:
- onduidelijk waarom een maximale bvo van 250 m2 wordt gehanteerd;
- onduidelijk of de parkeernorm geldend is voor het totaal aantal te huisvesten personen, of voor het extra aantal te huisvesten personen. Zie ook hoofdstuk 2 op pagina 13. Advies om deze norm te hanteren voor het extra aantal te huisvesten personen, boven het maximaal aantal te huisvesten individuele personen per woning;
- onduidelijk is wat bedoeld wordt met een communicatieprotocol en klachtenregistratie.
Gemeentelijke reactie
Allereerst merken wij op dat de voorwaarden die opgenomen zijn in de algemene afwijkingsregels overgenomen zijn uit het beleidsdocument "Arbeidsmigranten in Zundert; een integraal beleidskader", vastgesteld door de gemeenteraad op 27 september 2012.
De maximale oppervlakte van 250 m2 is gebaseerd op advies van de Brandweer Midden- en West Brabant. Voor woningen groter dan 250 m2 gelden namelijk veel strengere eisen, zoals een brandmeldinstallatie, wat een huisvestingsvorm van maximaal 10 personen kostbaar maakt. Daarnaast wordt een maximale oppervlakte per arbeidsmigrant van 25 m2 geboden, wat voldoende wordt geacht. Als vuistregel wordt namelijk gewerkt met een minimale oppervlakte per persoon van 12 m2.
De parkeernorm geldt, wanneer gebruik wordt gemaakt van de afwijkingsbevoegdheid, voor alle te huisvesten personen, ongeacht of het individuen of een huishouden betreft. Dit is ook heel moeilijk te controleren. Er wordt een mogelijkheid gecreëerd tien personen in elke samenstelling te huisvesten, dan dient daar ook (mede ten opzichte van de directe omgeving) een duidelijke afspraak voor parkeren tegenover te staan, om overlast te beperken.
Een initiatiefnemer is verantwoordelijk voor het instellen van een communicatieprotocol en een klachtenregistratie. Hiervoor zijn geen formats, maar de insteek is om met elkaar, zowel met de omgeving als met betrokken instanties, goede afspraken te maken over communicatie en het afhandelen van klachten.
Conclusie
Naar aanleiding van de vooroverlegreactie wordt het bestemmingsplan op onderdelen aangepast.
Gemeente Breda
De gemeente Breda geeft aan geen opmerkingen te hebben bij onderhavig bestemmingsplan.
5.3 Zienswijzen
Het ontwerp paraplubestemmingsplan is gedurende zes weken, vanaf donderdag 19 december 2013 tot en met woensdag 29 januari 2014, ter inzage gelegd. Openbare kennisgeving heeft plaatsgevonden in de Staatscourant, de Zundertse Bode en op de websites www.zundert.nl en www.ruimtelijkeplannen.nl.
Tijdens de terinzagelegging van zes weken is iedereen de mogelijkheid geboden om schriftelijk of mondeling gemotiveerde zienswijzen naar voren te brengen bij de gemeenteraad van de gemeente Zundert.
Gedurende de terinzagelegging zijn er geen zienswijzen ingediend.
5.4 Ambtshalve Wijzigingen
De volgende ambtshalve wijzigingen worden noodzakelijk geacht.
Gedurende de periode tussen het ontwerp paraplubestemmingsplan en het moment van vaststelling van dit paraplubestemmingsplan is er een aantal (bestemmings)plannen vastgesteld. Daarnaast ontbreekt er een partiële herziening in de lijst, te weten '4de partiële herziening bestemmingsplan Klein Zundert, Klein Zundertseweg – Kapellekestraat'.
Dit paraplubestemmingsplan dient eveneens van toepassing te zijn op deze bestemmingsplannen, waaronder tevens worden begrepen eventuele partiële herzieningen en wijzigingsplannen. Bijlage 1 van de regels wordt aangevuld met onderstaande (bestemmings)plannen.
(bestemmings)plan | Vastgesteld | Onherroepelijk | ||
Uitbreiding Conijnsberghe te Rijsbergen | 26-9-2013 | 21-11-2013 | ||
Wonen Werken Waterman te Rijsbergen | 10-12-2013 | 30-1-2014 | ||
De Luwte | 10-12-2013 | 14-2-2014 | ||
4de partiële herziening bestemmingsplan Klein Zundert, Klein Zundertseweg – Kapellekestraat | 22-12-2009 | 11-2-2010 | ||
Partiële herziening Parc Tichelt | 4-2-2014 | 3-4-2014 | ||
Wijzigingsplan Parc Tichelt | 28-11-2013 | 16-1-2014 |
Het paraplubestemmingsplan is naar aanleiding van deze aanvulling gewijzigd vastgesteld.
Bijlage 1 Bestemmingsplannen Waar Dit Paraplubestemmingsplan Op Van Toepassing Is
Bestemmingsplan | Vastgesteld | Onherroepelijk |
Partiële herziening Parc Tichelt | 4 februari 2014 | 3 april 2014 |
De Luwte | 10 december 2013 | 14 februari 2014 |
Wonen Werken Waterman te Rijsbergen | 10 december 2013 | 30 januari 2014 |
Wijzigingsplan Parc Tichelt | 28 november 2013 | 16 januari 2014 |
Uitbreiding Conijnsberghe te Rijsbergen | 26 september 2013 | 21 november 2013 |
De Waterman | 31 januari 2013 | 29 augustus 2013 |
De Ambachten | 30 mei 2013 | 15 augustus 2013 |
Kerkakkerstraat 10 te Rijsbergen | 25 juni 2013 | 15 augustus 2013 |
Bedrijventerrein Beekzicht | 1 maart 2012 | 15 mei 2013 |
MFA Achtmaal | 31 januari 2013 | 21 maart 2013 |
Centrumgebied Rijsbergen | 13 december 2012 | 14 februari 2013 |
Centrumgebied Zundert | 13 december 2012 | 14 februari 2013 |
Tiendpad 46 | 26 januari 2012 | 24 januari 2013 |
Parc Tichelt Rijsbergen | 22 november 2012 | 17 januari 2013 |
Schouwland | 25 oktober 2012 | 10 januari 2013 |
Kern Wernhout | 20 oktober 2011 | 30 december 2012 |
Uitbreiding Aldi Molenstraat 47-53 Zundert | 29 september 2012 | 29 november 2012 |
Kastanjehof te Zundert | 27 september 2012 | 29 november 2012 |
Kern Klein Zundert | 29 september 2011 | 24 november 2012 |
Reigerstraat-Patrijsstraat | 1 maart 2012 | 26 april 2012 |
Parkeren de Berk | 20 oktober 2011 | 26 januari 2012 |
Parkeren Rijsbergen | 20 oktober 2011 | 26 januari 2012 |
De Kosterswoning, Zundert | 5 juli 2011 | 1 september 2011 |
Pastoor de Bakkerstraat 18A | 5 juli 2011 | 1 september 2011 |
Kern Achtmaal | 28 april 2011 | 7 juli 2011 |
Woongebieden Rijsbergen | 28 april 2011 | 7 juli 2011 |
Woongebieden Zundert | 25 november 2010 | 30 juni 2011 |
Stokperdje | 31 maart 2011 | 26 mei 2011 |
Leijakker | 28 oktober 2010 | 23 december 2010 |
4de partiële herziening bestemmingsplan Klein Zundert, Klein Zundertseweg – Kapellekestraat | 22 december 2009 | 11 februari 2010 |