Sportlandgoed de Haamen
Bestemmingsplan - Gemeente Beek
Vastgesteld op 27-06-2013 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan:
het bestemmingsplan Sportlandgoed de Haamen van de gemeente Beek;
1.2 bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0888.BPSPORTHAAMEN12-VA01 met de bijbehorende regels (en eventuele bijlagen);
1.3 aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.4 aanduidingsgrens:
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
1.5 archeologische waarde:
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de kennis en de studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteit uit het verleden;
1.6 bebouwing:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
1.7 beheersobject:
een complex van natuurgebieden en/of bosgebieden en/of landschappelijk/natuurlijk waardevol agrarische gebieden, die ruimtelijk min of meer een eenheid vormen en waarvoor een beheersregime geldt;
1.8 beperkt kwetsbaar object:
een beperkt kwetsbaar object als bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
1.9 bestaand:
- bestaand bij bouwwerken: zoals bestond ten tijde van de tervisielegging van het ontwerp van het bestemmingsplan;
- bestaand bij gebruik: zoals bestond ten tijde van de inwerkingtreding van dit bestemmingsplan;
1.10 bestemmingsgrens:
de grens van een bestemmingsvlak;
1.11 bestemmingsvlak:
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
1.12 bijbehorend bouwwerk:
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;
1.13 bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het
vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen
of veranderen van een standplaats;
1.14 bouwgrens:
de grens van een bouwvlak;
1.15 bouwperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij
elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
1.16 bouwperceelgrens:
de grens van een bouwperceel;
1.17 bouwvlak:
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de
regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
1.18 bouwwerk:
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die
hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun
vindt in of op de grond;
1.19 cultuurhistorische waarde:
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis van dat bouwwerk of dat gebied heeft gemaakt, archeologische waarden zijn hieronder begrepen;
1.20 detailhandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
1.21 evenement:
een publieke activiteit met een tijdelijk, plaatsgebonden en van het reguliere gebruik afwijkend karakter, plaatsvindend in de open lucht of in tijdelijke onderkomens en in het algemeen bedoeld ter ontspanning en/of vermaak, waaronder begrepen commerciële, culturele, religieuze, recreatieve en/of sportieve of daarmee gelijk te stellen activiteiten zoals markten, braderieën, beurzen, kermissen, festiviteiten, wedstrijden, bijeenkomsten, festivals e.d;
1.22 gebouw:
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk
met wanden omsloten ruimte vormt;
1.23 geluidgevoelige functies:
bewoning of andere geluidgevoelige functies zoals bedoeld in de Wet geluidhinder dan wel het Besluit geluidhinder;
1.24 horeca:
het bedrijfsmatig gebruiken of verstrekken van dranken en/of etenswaren;
1.25 kantine:
aan sportactiviteiten ondergeschikte horecavoorziening;
1.26 kwetsbaar object:
een object als bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
1.27 landschappelijke waarde:
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het waarneembare deel van het aardoppervlak, die wordt bepaald door de onderlinge samenhang en beïnvloeding van niet-levende en levende natuur;
1.28 maatschappelijke doeleinden:
doeleinden ten behoeve van onderwijs, openbaar bestuur, religieuze functies, overdekte sport- en spelaccomodaties, medische-sociale functies, maatschappelijke en culturele functies. Seksinrichtingen en/of pornobedrijven vallen hier in ieder geval niet onder;
1.29 natuurlijke waarde:
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door geologische, geomorfologische, hydrologische, bodemkundige en biologische elementen, zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang;
1.30 normale onderhoudswerkzaamheden:
werkzaamheden die ter plaatse regelmatig terugkeren, teneinde tot een goed beheer van de gronden te komen. Hieronder vallen niet de incidentele ingrepen in bijvoorbeeld de cultuurtechnische situatie of werkzaamheden die een onherstelbare aantasting betekenen van de aan een gebied toegekende waarde;
1.31 nutsvoorzieningen:
een voorziening ten behoeve van de telecommunicatie en de gas-, water- en electriciteitsdistributie alsmede soortgelijke voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval worden begrepen ondergrondse leidingen, transformatorhuisjes, pompstations, gemalen, telefooncellen en zendmasten;
1.32 omgevingskwaliteit:
het samenhangende systeem van water, milieu-, natuur- en landschapskwaliteit;
1.33 peil:
- a. voor gebouwen, waarvan de toegang onmiddellijk aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang
- b. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld;
1.34 seksinrichting:
de voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotische-massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
1.35 selectiebesluit:
een archeologisch inhoudelijke afweging na een onderzoeksfase over eventuele archeologische vervolgstappen, door bevoegd gezag;
1.36 sportvoorzieningen:
het geheel van voorzieningen t.b.v. sportbeoefening, zoals: (openlucht)zwembad, sportvelden, atletiekbaan, tennisbaan /-complex, sporthal, alsmede bijbehorende bebouwing zoals kleedruimten, clubhuis/verenigingsgebouw, opslagruimten, technische ruimten e.d.;
1.37 straatmeubilair:
bouwwerken ten behoeve van al dan niet openbare voorzieningen, zoals:
- a. verkeersgeleiders, verkeersborden, lichtmasten, zitbanken, bloembakken;
- b. telefooncellen, beveiligingscamera's, abri's, kunstwerken, speeltoestellen en draagconstructies voor reclame;
- c. kleinschalige bouwwerken ten behoeve van (openbare) nutsvoorzieningen met een inhoud van ten hoogste 50 m3 en een hoogte van ten hoogste 3 m, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van telecommunicatie, energievoorziening en brandkranen;
- d. afvalinzamelsystemen;
1.38 straatprostitutie:
het zich op de openbare weg respectievelijk op openbare ruimten of in een zich op de openbare weg respectievelijk openbare ruimten bevindend voertuig beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
1.39 verbeelding:
de verbeelding (digitaal en/of analoog) waarop de bestemmingen van de in het plan begrepen gronden zijn aangewezen;
1.40 waterhuishoudkundige voorzieningen:
voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, hemelwaterinfiltratie en waterkwaliteit;
1.41 Wgh-inrichting:
een inrichting als bedoeld in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer.
Artikel 2 Wijze Van Meten
2.1 de lengte c.q. de breedte van een bouwwerk:
horizontaal buitenwerks tussen de hoofdgevelvlakken en/of de harten van gemeenschappelijke scheidingsmuren;
2.2 de goothoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord, of een
daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
2.3 de bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen
gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals
schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
2.4 de oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren,
neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein
ter plaatse van het bouwwerk;
2.5 de inhoud van een bouwwerk:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of
het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
2.6 de breedte van een bouwperceel:
tussen de twee zijdelingse bouwperceelgrenzen, gemeten op een afstand van 10 meter uit de bouwperceelsgrens aan de zijde van een weg danwel gemeten in de bouwgrens, indien een bouwgrens staat aangeduid;
2.7 de afstand tot de zijdelingse bouwperceelgrens:
de kortste afstand tussen de zijdelings grenzen en enig punt van het op dat bouwperceel voorkomende bouwwerk;
2.8 het bebouwd oppervlak van een bouwperceel, een bouwvlak of een ander terrein:
de oppervlakten van alle op een bouwperceel/bouwvlak of een ander terrein gelegen bouwwerken tezamen;
2.9 de dakhelling:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Maatschappelijk
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “ Maatschappelijk " aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. maatschappelijke doeleinden; en tevens ter plaatse van de aanduiding “specifieke vorm van maatschappelijk - "gemeentewerf” een gemeentewerf;
- b. groenvoorzieningen;
- c. waterhuishoudkundige voorzieningen;
- d. nutsvoorzieningen.
Een en ander met bijbehorende voorzieningen.
3.2 Bouwregels
3.3 Afwijken van de bouwregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde:
- a. in artikel 3.2.2 onder 3, gehoord de wegbeheerder, tot vermindering van de daar geëiste afstand tot 5 meter, mits:
- 1. dit in het kader van de bedrijfsvoering noodzakelijk is;
- 2. het verkeersbelang niet onevenredig wordt aangetast;
- 3. ze passen voor het overige naar aard en afmetingen bij deze bestemming.
3.4 Nadere eisen
- a. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:
- 1. de landschappelijke waarden van het gebied;
- 2. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 3. de milieusituatie;
- 4. de verkeersveiligheid;
- 5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
- 6. voorzieningen ter voorkoming van hemelwaterproblematiek in verband met de nieuwe bebouwing.
- b. Deze nadere eisen kunnen uitsluitend worden gesteld met het oog op de verbetering van de landschappelijke en/of stedenbouwkundige kwaliteit van de omgeving.
- c. Bij de gebruikmaking van de bevoegdheid tot het stellen van nadere eisen is de procedure als genoemd in artikel 14.1 van dit plan, van toepassing.
3.5 Specifieke gebruiksregels
Artikel 4 Recreatie
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “ Recreatie ” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. sportvoorzieningen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "sport";
- b. parkeren uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "parkeerterrein";
- c. kantine functies;
- d. verhardingen;
- e. groenvoorzieningen;
- f. waterhuishoudkundige voorzieningen;
- g. nutsvoorzieningen.
Een en ander met bijbehorende voorzieningen.
4.2 Bouwregels
4.3 Afwijken van de bouwregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder a ten behoeve van hekwerken (ballenvangers) met een bouwhoogte van maximaal 15 meter die geplaatst worden als erfafscheiding.
4.4 Nadere eisen
- a. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:
- 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 2. de milieusituatie;
- 3. de verkeersveiligheid;
- 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
- 5. voorzieningen ter voorkoming van hemelwaterproblematiek in verband met de nieuwe bebouwing.
- b. Deze nadere eisen kunnen uitsluitend worden gesteld met het oog op de verbetering van de landschappelijke en/of stedenbouwkundige kwaliteit van de omgeving.
- c. Bij de gebruikmaking van de bevoegdheid tot het stellen van nadere eisen is de procedure als genoemd in artikel 14.1 van dit plan, van toepassing.
4.5 Specifieke gebruiksregels
Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gronden en opstallen anders dan het toegestane gebruik op grond van het bepaalde in artikel 4.1 , meer in het bijzonder:
- a. voor ambachtelijke en/of industriële doeleinden;
- b. voor detailhandel en groothandel;
- c. voor transport- en/of garagebedrijven;
- d. voor horecadoeleinden, uitgezonderd de kantine;
- e. voor permanente of tijdelijke bewoning;
- f. voor opslagdoeleinden, uitgezonderd opslag verband houdende met de sportbeoefening.
4.6 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 5 Verkeer - Wegverkeer
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor " Verkeer - Wegverkeer " aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. verkeersdoeleinden;
- b. fietspaden;
- c. geluidwerende voorzieningen;
- d. verhardingen, parkeren, bermen en groenvoorzieningen;
- e. waterhuishoudkundige voorzieningen;
- f. nutsvoorzieningen;
- g. infrastructuurgerelateerde voorzieningen.
Een en ander met bijbehorende voorzieningen.
5.2 Bouwregels
5.3 Nadere eisen
- a. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:
- 1. de natuurlijke en/of landschappelijke waarden van het gebied;
- 2. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 3. de milieusituatie;
- 4. de verkeersveiligheid;
- 5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
- 6. voorzieningen ter voorkoming van hemelwaterproblematiek in verband met de nieuwe bebouwing.
- b. Deze nadere eisen kunnen uitsluitend worden gesteld met het oog op de verbetering van de landschappelijke en/of stedenbouwkundige kwaliteit van de omgeving.
- c. Bij de gebruikmaking van de bevoegdheid tot het stellen van nadere eisen is de procedure als genoemd in artikel 14.1 van dit plan, van toepassing.
Artikel 6 Leiding - Hoogspanningsverbinding
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor " Leiding - Hoogspanningsverbinding " aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor :
- a. het transporteren van energie via de hoogspanningsverbinding(en);
- b. de bescherming, het beheer en het onderhoud van de hoogspanningsverbinding.
Een en ander met bijbehorende voorzieningen.
6.2 Bouwregels
Op en in de tot " Leiding - Hoogspanningsverbinding " aangewezen gronden mogen in afwijking van het bepaalde in de afzonderlijke artikelen, geen bouwwerken worden gebouwd.
6.3 Afwijken van de bouwregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2, mits de bouwhoogte niet meer dan 3 meter bedraagt en de bouwhoogte van hoogspanningsmasten niet meer dan 40 meter, onder de voorwaarden dat:
- a. door de bouw of plaatsing of de aanwezigheid van een bouwwerk geen schade wordt of kan worden toegebracht aan de in artikel 6.1 omschreven doeleinden;
- b. alvorens burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning verlenen, zij de beheersinstantie van de betrokken leidingen horen.
6.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 7 Leiding - Gas
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Leiding - Gas" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- a. het transport van gas via een hogedruk aardgastransportleiding en hogedruk gasvoedingsleiding;
- b. de bescherming, het beheer en het onderhoud van de leidingen;
waarbij de bestemmingsbreedte 4 meter bedraagt, gemeten aan weerszijden uit het hart van de leiding.
Een en ander met bijbehorende voorzieningen.
7.2 Bouwregels
Op en in de voor “ Leiding - Gas " aangewezen gronden mogen in afwijking van het bepaalde in de afzonderlijke artikelen, uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bedoelde leiding worden gebouwd.
7.3 Afwijken van de bouwregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2, mits de bouwhoogte niet meer dan 3 meter bedraagt, onder de voorwaarden dat:
- a. door de bouw of plaatsing of de aanwezigheid van een bouwwerk geen schade wordt of kan worden toegebracht aan de in artikel 4.1 omschreven doeleinden;
- b. alvorens burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning verlenen, zij de beheersinstantie van de betrokken leidingen horen.
7.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 8 Waarde - Archeologie 2
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 2' (gebied met lage verwachtingswaarde) aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, de bescherming en/of het herstel van de voorkomende archeologische waarden.
8.2 Bouwregels
8.3 Afwijken van de bouwregels
8.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 9 Waarde - Archeologie 3
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 3' (gebied met middelhoge verwachtingswaarde) aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, de bescherming en/of het herstel van de voorkomende archeologische waarden.
9.2 Bouwregels
9.3 Afwijken van de bouwregels
9.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 10 Waarde - Archeologie 4
10.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 4' (gebied met hoge verwachtingswaarde) aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, de bescherming en/of het herstel van de voorkomende archeologische waarden.
10.2 Bouwregels
10.3 Afwijken van de bouwregels
10.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 11 Waarde - Archeologie 5
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 5' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, de bescherming en/of het herstel van de voorkomende archeologische waarden.
11.2 Bouwregels
11.3 Afwijken van de bouwregels
11.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 12 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 13 Algemene Gebruiksregels
13.1 Strijdig gebruik
Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met de in het plan aan de grond gegeven bestemming.
Onder een strijdig gebruik met de bestemming wordt tenminste verstaan:
- a. het gebruik voor opslag, al dan niet voor de verhuur of de verkoop van machines, voer- of vaartuigen, welke bruikbaar en niet aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken zijn, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden;
- b. het gebruik voor het opslaan, storten of bergen van bruikbare en/of onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen of producten behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gericht gebruik van de grond;
- c. het (laten) gebruiken van gronden en gebouwen ten behoeve van een seksinrichting, prostitutie en straatprostitutie.
13.2 Afstand tot waterlopen
Bestaande watergangen dienen gehandhaafd te worden waarbij aan weerszijden van de watergang een onderhoudstrook van 4 meter in acht dient te worden gehouden.
Artikel 14 Algemene Aanduidingsregels
14.1 geluidzone - industrie 50 dB(A)
14.2 milieuzone - bodembeschermingsgebied Mergelland
Artikel 15 Algemene Procedureregels
15.1 Nadere eisen
Bij het stellen van nadere eisen dient bij de voorbereiding van het betreffende besluit de volgende procedure te worden gevolgd:
- a. het ontwerp van het besluit met bijbehorende stukken ligt gedurende drie weken ter inzage;
- b. Burgemeester en Wethouders maken de terinzagelegging tevoren in een of meer in de gemeente verspreid wordende dag- en/of nieuwsbladen bekend;
- c. in het voorkomende geval wordt tevens de aanvrager van de omgevingsvergunning, naar aanleiding waarvan de nadere eisen worden gesteld, tevoren in kennis gesteld van de terinzagelegging;
- d. de bekendmaking houdt mededeling in van de bevoegdheid voor belanghebbenden om gedurende de termijn van terinzagelegging schriftelijk zienswijzen omtrent het ontwerpbesluit in te dienen bij burgemeester en wethouders;
- e. Burgemeester en Wethouders nemen zo spoedig mogelijk een beslissing. De beslissing is, als tegen het ontwerpbesluit zienswijzen zijn ingediend, gemotiveerd.
Artikel 16 Overige Regels
16.1 Rangorde dubbelbestemmingen
- a. Waar een bestemming samenvalt met een dubbelbestemming geldt primair het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming;
- b. Waar dubbelbestemmingen samenvallen geldt de volgende rangorde:
- 1. in de eerste plaats artikel 7 "leiding - Hoogspanningsverbinding".
- 2. in de tweede plaats artikel 10 "Waarde - archeologie 5", artikel 9 "Waarde -, artikel 8 "Waarde archeologie 3" en artikel 7 "Waarde archeologie 2".
16.2 Andere wettelijke regelingen
Indien en voor zover in deze planregels wordt verwezen naar andere wettelijke regelingen, dienen deze regelingen te worden gelezen zoals deze luiden op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 17 Overgangsrecht
17.1 Overgangsrecht bouwwerken
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
17.2 Afwijken
Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig in afwijking van artikel 16.1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in artikel 16.1 met maximaal 10%.
17.3 Uitzondering op het overgangsrecht bouwwerken
Artikel 16.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
17.4 Overgangsrecht gebruik
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
17.5 Strijdig gebruik
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in artikel 16.4 , te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
17.6 Verboden gebruik
Indien het gebruik, bedoeld in het artikel 16.4 , na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Artikel 18 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Sportlandgoed de Haamen van de gemeente Beek.
Bijlage 1 Vooronderzoek Conform Nen 5725
Bijlage 1 Vooronderzoek conform NEN 5725
Bijlage 2 Verkennend Bodemonderzoek Conform Nen 5740
Bijlage 2 Verkennend bodemonderzoek conform NEN 5740
Bijlage 3 Aanvullend Milieukundig Onderzoek
Bijlage 3 Aanvullend milieukundig onderzoek
Bijlage 4 Quickscan Naar De Milieubelemmeringen
Bijlage 4 Quickscan naar de milieubelemmeringen
Bijlage 5 Externe Veiligheid Transport Van Gevaarlijke Stoffen Door De Lucht
Bijlage 5 Externe veiligheid transport van gevaarlijke stoffen door de lucht
Bijlage 6 Akoestisch Onderzoek Sportpark De Haamen
Bijlage 6 Akoestisch onderzoek sportpark De Haamen
Bijlage 7 Archeologisch Inventariserend Veldonderzoek
Bijlage 7 Archeologisch Inventariserend Veldonderzoek
Bijlage 8 Quickscan Flora En Fauna
Bijlage 8 Quickscan flora en fauna
Bijlage 9 Notitie Verkeersproductie En -Attractie
Bijlage 9 Notitie Verkeersproductie en -attractie
Bijlage 10 Onderbouwing Ten Behoeve Van De Waterparagraaf
Bijlage 10 Onderbouwing ten behoeve van de waterparagraaf