Gennep Zuid 2012
Bestemmingsplan - gemeente Gennep
Vastgesteld op 13-05-2013 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan:
het bestemmingsplan 'Gennep Zuid 2012' met identificatienummer NL.IMRO.0907.BP12023ZUIDGNP-VA01 van de gemeente Gennep.
1.2 bestemmingsplan
de geometrische bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
1.3 de verbeelding
de analoge en digitale voorstelling van de in het bestemmingsplan opgenomen digitale ruimtelijke informatie.
1.4 aanbouw
een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
1.5 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
1.6 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
1.7 aan huis verbonden beroep
een dienstverlenend beroep op zakelijk, maatschappelijk, juridisch, medisch, ontwerptechnisch of kunstzinnig gebied, dat in of bij een woning wordt uitgeoefend door maximaal twee personen waaronder de gebruik(st)er, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is, met dien verstande dat er geen detailhandel is toegestaan met uitzondering van detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit bij de uitoefening van een aan huis verbonden beroep.
1.8 aan huis verbonden bedrijf
een bedrijf dat in een (gedeelte van) of bij een woning wordt uitgeoefend en dat is gericht op het vervaardigen van producten en/of het leveren van diensten, door maximaal twee personen waaronder de gebruik(st)er van de woning; hieronder worden tevens internet(web)winkels begrepen.
1.9 afwijking
een afwijking als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder c van de Wet ruimtelijke ordening.
1.10 agrarisch bedrijf
een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren.
1.11 ander-werk
een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid.
1.12 andere geluidsgevoelige gebouwen
gebouwen als bedoeld in artikel 1 van de Wet geluidhinder.
1.13 archeologisch beschermd monument
gebied of terrein van zeer hoge archeologische waarde dat van rijkswege of gemeentewege is beschermd. Indien het monument door de Minister is aangewezen, is het beschermd conform de Monumentenwet 1988. De beschermde monumenten kennen een aanduiding op de verbeelding.
1.14 archeologische monumentenzorg
zorg die zich richt op het optimaal beheer van de bodem als unieke bron van informatie over de geschiedenis van Nederland.
1.15 archeologisch onderzoek
diverse vormen van onderzoek naar de archeologische waarden binnen een plangebied, uitgevoerd volgens de geldende versie van de Kwaliteitsnorm Nederlandse archeologie.
1.16 archeologische waarde(n)
de aan een gebied toegekende waarden in verband met de kennis en studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteit in het verleden, tenminste ouder dan 50 jaar.
1.17 archeologisch rapport
in rapportvorm vervat verslag van een volgens de in de archeologische beroepsgroep gebruikelijke normen verricht archeologisch onderzoek, op basis waarvan een conclusie kan worden getrokken over de aanwezigheid van archeologische waarden.
1.18 bebouwing
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
1.19 bebouwingspercentage
een in dit plan aangegeven percentage, dat de grootte van het bouwvlak aangeeft, dat maximaal mag worden bebouwd, tenzij in dit plan anders is bepaald.
1.20 bed and breakfast:
een activiteit ondergeschikt aan een woning die in hoofdzaak bestaat uit het verstrekken van nachtverblijf voor korte tijd en waarbij het verstrekken van maaltijden en/of dranken aan de logerende gasten (daaraan) ondergeschikt is.
1.21 bedrijf
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis verbonden beroepen daaronder niet begrepen.
1.22 bedrijfsgebouw
een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf.
1.23 bedrijfswoning
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk en/of wenselijk is.
1.24 bestaand
- a. bij bouwwerken: een bouwwerk dat op het moment van inwerkingtreding van het plan bestaat of wordt gebouwd, dan wel nadien kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning, waarvoor de aanvraag voor het tijdstip van inwerkingtreding is ingediend, tenzij in de regels anders is bepaald;
- b. bij gebruik: het gebruik dat op het moment van inwerkingtreding van het plan bestaat, tenzij in de regels anders is bepaald.
1.25 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak.
1.26 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
1.27 bijbehorend bouwwerk
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak.
1.28 bijgebouw
een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
1.29 boomgaard
een kunstmatig beplant stuk grond waar vruchten- of notenbomen op gekweekt worden. De boomgaard kan zowel een esthetische als een nutsfunctie hebben.
1.30 bos
een begroeiing die voornamelijk uit bomen bestaat met de daarbij behorende ondergroei van planten en struiken. De begroeiing kan de vorm hebben van een natuurlijk bos, productiebos of recreatief bos.
1.31 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
1.32 bouwgrens
de grens van een bouwvlak.
1.33 bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
1.34 bouwperceelgrens
de grens van een bouwperceel.
1.35 bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
1.36 bouwwerk
een bouwkundige constructie van enig omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
1.37 bruto vloeroppervlak (b.v.o.)
de totale vloeroppervlakte van de ruimte die wordt gebruikt voor een (dienstverlenend) bedrijf of instelling, inclusief opslag- en administratieruimten en dergelijke.
1.38 cultuur en ontspanning
het bedrijfsmatig verrichten van activiteiten gericht op cultuur en ontspanning.
1.39 detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, in dit plan wordt een horecabedrijf niet aangemerkt als detailhandel.
1.40 dienstverlening
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij afnemers rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord worden gestaan en geholpen, waaronder een belwinkel en internetcafé.
1.41 erf
het gedeelte van een bouwperceel gelegen buiten het, binnen het bouwperceel gelegen, bouwvlak.
1.42 erotisch getinte vermaaksfunctie
een vermaaksfunctie, welke is gericht op het doen plaatsvinden van voorstellingen en/of vertoningen van erotische/pornografische aard, waaronder begrepen een seksbioscoop, een seksclub en een seksautomatenhal.
1.43 evenement
een publieke activiteit met een tijdelijk, plaatsgebonden en van het reguliere gebruik afwijkend karakter, plaatsvindend in de open lucht of in tijdelijke onderkomens en in het algemeen bedoeld ter ontspanning en/of vermaak, waaronder begrepen commerciële, culturele, religieuze, recreatieve en/of sportieve, of daarmee gelijk te stellen activiteiten, zoals markten, braderieën, beurzen, kermissen, festiviteiten, wedstrijden, bijeenkomsten en festivals.
1.44 extensieve (dag)recreatie
recreatief medegebruik van gronden zoals wandelen, paardrijden, fietsen, varen, zwemmen en vissen.
1.45 gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
1.46 gebruiken
gebruiken, het doen gebruiken, laten gebruiken en in gebruik geven.
1.47 geluidsbelasting vanwege een industrieterrein
de etmaalwaarde van het equivalente geluidsniveau in dB(A) op een bepaalde plaats, veroorzaakt door de gezamenlijke inrichtingen en toestellen, aanwezig op het industrieterrein, het geluid van niet tot de inrichtingen behorende motorvoertuigen op het terrein daaronder niet begrepen, zoals bedoeld in de Wet geluidhinder.
1.48 gemeentelijke archeologische beleidskaart
kaart, vastgesteld op 25 mei 2009, waarop de gemeentelijke archeologische gebieden zijn geregistreerd.
1.49 gevoelige bestemming (hoogspanningsverbinding):
woningen, scholen, crèches en kinderopvangplaatsen, waarbij geldt dat locaties waar zich wel kinderen bevinden maar waar de verblijftijd vergeleken met wonen als kort kan worden bestempeld, niet als gevoelige bestemming worden aangemerkt.
1.50 groepswoningen:
woningen die uit twee of meer leefeenheden of -ruimten bestaan, waarbij sprake is van gedeelde woonvoorzieningen; reguliere woningen (zoals bedoeld in lid 1.91) hieronder niet begrepen.
1.51 grondgebonden agrarisch bedrijf
een agrarisch bedrijf waarvan de bedrijfsvoering volledig of nagenoeg volledig is gericht op het gebruik maken van grond als productiemiddel.
1.52 hogere grenswaarde
een maximale waarde voor de geluidsbelasting, die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet geluidhinder.
1.53 hoofdgebouw
een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
1.54 horeca
een bedrijf waar hoofdzakelijk dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin logies wordt verstrekt, zoals bijvoorbeeld een café, restaurant, hotel, pension, en naar de aard en openingstijden daarmee gelijk te stellen bedrijven, een en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie.
1.55 incidenteel evenement:
een eenmalig, niet periodiek terugkerend evenement voor de duur van maximaal 5 dagen, inclusief op- en afbouw.
1.56 inwoning
twee of meer huishoudens die één woning bewonen met gemeenschappelijk gebruik van een of meerdere voorzieningen of (verblijfs)ruimten van die woning en waarbij de woning één hoofdtoegang behoudt en de voorzieningen c.q. (verblijfs)ruimten onderling vrij toegankelijk zijn.
1.57 kampeermiddel
tent, tentwagen, kampeerauto of caravan dan wel enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde, waarvoor een omgevingsvergunning vereist is; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.
1.58 kantoor
een gebouw, dat dient voor de uitoefening van administratieve werkzaamheden en werkzaamheden die verband houden met het doen functioneren van (semi)overheidsinstellingen, het bankwezen en naar de aard daarmee gelijk te stellen instellingen/het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij afnemers niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
1.59 kleinschalig kamperen
het houden van een kampeerterrein voor ten hoogste 25 kampeermiddelen.
1.60 kortstondig evenement
een evenement voor de duur van maximaal 1 dag, inclusief op- en afbouw.
1.61 landschapswaarden
de aan een gebied toegekende waarde(n) in visueel-ruimtelijk en/of cultuurhistorisch en/of ecologisch en/of geomorfologisch opzicht.
1.62 maatschappelijke voorzieningen
culturele, educatieve, medische, sociale en levensbeschouwelijke voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen.
1.63 mantelzorg
de langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt gegeven aan een hulpbehoevende door één of meer personen uit diens directe omgeving en waarbij de zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt.
1.64 medische voorzieningen:
voorzieningen die met de geneeskunde samenhangen.
1.65 nachtverblijf
het verblijven, zich ophouden dan wel aanwezig zijn tussen 23.00 en 07.00 uur.
1.66 natuurwaarden
de aan een gebied eigen zijnde ecologische waarden.
1.67 nevenactiviteit
een activiteit ondergeschikt aan de hoofdactiviteit in zowel omvang (m2), omzet (€) als de effecten op het woon- en leefklimaat.
1.68 opgraving
archeologische maatregel waarbij een aangetroffen en gewaardeerde vindplaats ex situ wordt behouden.
1.69 overig bouwwerk
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
1.70 overkapping
een bouwwerk op het erf van een gebouw of standplaats, dat strekt tot vergroting van het woongenot van het gebouw of de standplaats en dat, voor zover gebouwd vóór (het verlengde van) de voorgevel van een gebouw, geen tot de constructie zelf behorende wanden heeft en, voor zover gebouwd achter (het verlengde van) de voorgevel van een gebouw, maximaal drie wanden heeft waarvan maximaal twee tot de constructie behoren.
1.71 pand
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is.
1.72 paramedische voorzieningen:
voorzieningen die verwant zijn aan of zijdelings met de geneeskunde samenhangen, zonder er specifiek toe te behoren, bijvoorbeeld fysiotherapie, ergotherapie, logopedie, diëtetiek, mondhygiëne en dergelijke.
1.73 peil
- a. voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang;
- b. voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de hoogte van het terrein ter hoogte van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw;
- c. indien in of op het water wordt gebouwd: de hoogte van het terrein ter plaatse van het meest nabijgelegen punt waar het water grenst aan het vasteland;
- d. voor een hoofdgebouw, gelegen in de bestemming 'Wonen - 4': de hoogte van het terrein bij de voltooiing van de bouw ter hoogte van de bouwgrens, gelegen aan de Israëlstraat;
- e. voor aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, gelegen in de bestemming 'Wonen - 4': de hoogte van het terrein bij voltooiing van de bouw;
- f. voor een hoofdgebouw en voor aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, gelegen in de bestemming 'Wonen - 6': de hoogte van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang.
1.74 pleisterplaats:
een openbare en als zodanig ingerichte rust- en transitieplaats waar de recreant, de bezoeker of de inwoner van de Regio Maasduinen uitgenodigd wordt de hoofdweg te verlaten en de schoonheid van het achterliggende gebied te ontdekken.
1.75 prostitutie
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.
1.76 rijstrook
strook van de rijbaan van een weg, welke voldoende plaats biedt aan een enkele rij rijdende motorvoertuigen op meer dan drie wielen, of, indien door middel van markering een bredere strook als rijstrook is aangegeven, die strook.
1.77 schuilgelegenheid
een gebouw dat uitsluitend dient voor de beschutting van dieren tegen weersinvloeden.
1.78 seksinrichting
een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotische/pornografische aard plaatsvinden, waaronder in ieder geval worden verstaan een prostitutiebedrijf, een erotische massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar.
1.79 slopen
het al dan niet geheel afbreken van gebouwen en andere bouwwerken.
1.80 Staat van Bedrijfsactiviteiten
een als bijlage 1 bij deze regels behorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst van bedrijven en instellingen.
1.81 Staat van Horeca-activiteiten
een als bijlage 2 bij deze regels behorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst van horecabedrijven.
1.82 uitbouw
een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw door de vorm kan worden onderscheiden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
1.83 uitvoeren
uitvoeren, het doen uitvoeren, laten uitvoeren en in uitvoering geven.
1.84 verkoopvloeroppervlak (v.v.o.)
de voor het publiek zichtbare en toegankelijke (besloten) winkelruimte ten behoeve van de detailhandel.
1.85 vindplaats
een op de gemeentelijke archeologische beleidskaart aangeduide locatie met een vastgestelde archeologische waarde.
1.86 voorgevel
de naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die kennelijk als zodanig dient te worden aangemerkt.
1.87 voorste bouwgrens
de naar de weg gekeerde bouwgrens of, indien het een bouwvlak betreft met meer dan één naar de weg gekeerde bouwgrens, de bouwgrens die kennelijk als zodanig dient te worden aangemerkt.
1.88 voorste bouwperceelgrens
de naar de weg gekeerde bouwperceelgrens of, indien het een bouwperceel betreft met meer dan één naar de weg gekeerde grens, de bouwperceelgrens die kennelijk als zodanig dient te worden aangemerkt.
1.89 waterpeil
de hoogte (het niveau) van de waterspiegel gemeten naar NAP op het moment van aanvraag van de vergunning, afwijking of bestemmingswijziging. Dit kan betrekking hebben op zowel oppervlaktewater als grondwater.
1.90 wijziging
een wijziging als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening.
1.91 woning
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden, waaronder begrepen eventueel gemeenschappelijk gebruik van bepaalde ruimten.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.1 de afstand tot de zijdelingse bouwperceelgrens
tussen de zijdelingse grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is.
2.2 de bouwhoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
2.3 de dakhelling
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
2.4 de goothoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
2.5 de diepte van een gebouw
de diepte van een gebouw, gemeten loodrecht vanaf de gevel waaraan wordt gebouwd.
2.6 de inhoud van een bouwwerk
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
2.7 de oppervlakte van een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
2.8 de oppervlakte van een overkapping
tussen de buitenzijde van de afdekking van de overkapping, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van de overkapping.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. de uitoefening van grondgebonden agrarische bedrijfsactiviteiten;
- b. de hobbymatige uitoefening van agrarische bedrijfsactiviteiten;
- c. bestaande infrastructurele voorzieningen;
- d. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden, bergen, aan- en afvoeren van water, waaronder bergbezinkbassins en niet zijnde voorzieningen ten behoeve van ijsbanen of siervijvers;
- e. voorzieningen ten behoeve van extensief recreatief medegebruik zoals wandel-, fiets- en ruiterpaden en parkeervoorzieningen ten behoeve van toeristische overstappunten;
en tevens voor:
- f. een schuilgelegenheid voor dieren, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - dierenverblijf';
- g. een paardenbak, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbak';
met bijbehorende overige bouwwerken.
3.2 Bouwregels
Artikel 4 Agrarisch Met Waarden - Natuur En Landschap
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. de uitoefening van grondgebonden agrarische bedrijfsactiviteiten;
- b. de hobbymatige uitoefening van agrarische bedrijfsactiviteiten;
- c. het behoud, het herstel en/of de ontwikkeling van de landschappelijke en natuurlijke waarde van de gronden, zoals deze tot uitdrukking komt in de openheid van de gronden, de beplantingselementen, de geomorfologische en bodemkundige waarden en de aanwezige flora en fauna;
- d. bos- en/of natuurelementen;
- e. landschappelijke inpassing en/of erfbeplanting;
- f. bestaande infrastructurele voorzieningen;
- g. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden, bergen, aan- en afvoeren van water, waaronder bergbezinkbassins en niet zijnde voorzieningen ten behoeve van ijsbanen of siervijvers;
- h. voorzieningen ten behoeve van extensief recreatief medegebruik zoals wandel-, fiets- en ruiterpaden en parkeervoorzieningen ten behoeve van toeristische overstappunten.
met bijbehorende overige bouwwerken.
4.2 Bouwregels
4.3 Afwijken van de bouwregels
4.4 Specifieke gebruiksregels
4.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 5 Bedrijf
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. bedrijven en/of bedrijfsactiviteiten tot en met categorie 2 als genoemd in de Staat van Bedrijfsactiviteiten, zoals opgenomen als bijlage 1 bij deze regels;
- b. ondergeschikte productiegebonden detailhandel, met uitzondering van detailhandel in voedings- en genotmiddelen, waarvan de totale verkoopvloeroppervlakte niet meer mag bedragen dan 10% van de totale bedrijfsvloeroppervlakte, met een maximum van 150 m²;
en tevens voor:
- c. een bedrijfswoning, ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
- d. een brandweerkazerne, ter plaatse van de aanduiding 'brandweerkazerne';
- e. detailhandel, ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel', met dien verstande dat de oppervlakte maximaal 400 m2 b.v.o. mag bedragen;
- f. een drukkerij uit categorie 3.2 als genoemd in de Staat van Bedrijfsactiviteiten, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - drukkerij';
- g. een kantoor, ter plaatse van de aanduiding 'kantoor';
- h. een elektriciteitsdistributiebedrijf uit categorie 3.2. als genoemd in de Staat van Bedrijfsactiviteiten, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - elektriciteitsdistributiebedrijf';
- i. een gemeentewerf, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - gemeentewerf';
- j. medische en paramedische voorzieningen, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk – medisch en paramedisch';
- k. buitenopslag, ter plaatse van de aanduiding 'opslag'; overeenkomstig het bepaalde in lid 5.3.2;
- l. een showroom, wasplaats, werkplaats en schadeherstel voor motorvoertuigen, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - autobedrijf';
- m. een verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg; ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg';
maar uitsluitend voor:
- n. een nutsvoorziening, ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening';
- o. een zend-/ontvangstinstallatie, ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie';
met bijbehorende gebouwen, overige bouwwerken, wegen en paden, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.
5.2 Bouwregels
5.3 Specifieke gebruiksregels
5.4 Afwijken van de gebruiksregels
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in artikel 5.1 voor:
- a. het toestaan van een ander bedrijf dan ter plaatse is toegestaan, met uitzondering van nutsvoorzieningen en zend-/ontvangstinstallaties, mits:
- 1. het bedrijf is opgenomen in de categorieën 1 of 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten, zoals opgenomen als bijlage 1 bij deze regels; dan wel het een bedrijf betreft dat voor wat betreft de aard en de omvang van de milieuhinder die het veroorzaakt gelijk kan worden gesteld met een bedrijf genoemd in de categorieën 1 of 2;
- 2. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de bouw- en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- b. het gebruik van een deel van het hoofdgebouw of bijgebouwen bij een bedrijfswoning als afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
- 1. een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit het oogpunt van mantelzorg;
- 2. op het perceel al een bedrijfswoning aanwezig is;
- 3. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in het geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en bedrijven;
- 4. per bedrijfswoning maximaal één afwijking ten behoeve van inwoning voor mantelzorg mag worden verleend;
- 5. inwoning in beginsel dient plaats te vinden bij, in of direct aansluitend aan de bedrijfswoning, waarbij de afhankelijke woonruimte een onderlinge verbinding met de bedrijfswoning dient te hebben, het gebruik van een vrijstaand bijgebouw als afhankelijke woonruimte is uitsluitend toegestaan indien realisering van de inwoning in of aan het hoofdgebouw voor de inwoner of andere bewoner(s) onredelijk bezwarend is;
- 6. maximaal 75 m² van hoofdgebouw en/of bijgebouwen mag worden gebruikt ten behoeve van de inwoning;
- 7. het gebruik dient te worden beëindigd, zodra de noodzaak van inwoning niet meer aan de orde is.
- c. het toestaan van bedrijfswoningen, ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - ontheffingsgebied', met dien verstande, dat:
- 1. een bedrijfswoning uitsluitend toelaatbaar is, indien sprake is van een functionele noodzaak daartoe en in de nabijheid gelegen bedrijven hierdoor in hun bedrijfsvoering niet worden belemmerd;
- 2. per bouwperceel één bedrijfswoning is toegestaan en in totaal maximaal 5 bedrijfswoningen zijn toegestaan;
- 3. bedrijfswoningen binnen het bouwvlak dienen te worden gebouwd;
- 4. de voorgevel van de bedrijfswoning in of maximaal 3 m achter de bouwgrens dient te worden gebouwd;
- 5. de kaphelling van een niet-inpandige bedrijfswoning minimaal 25° en maximaal 60° bedraagt;
- 6. de goothoogte en bouwhoogte van een niet-inpandige bedrijfswoning maximaal 6 m respectievelijk 10 m bedraagt;
- 7. de inhoud van een bedrijfswoning maximaal 600 m3 bedraagt;
- 8. de gezamenlijke oppervlakte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij een bedrijfswoning mag per bouwperceel niet meer bedragen dan 20%, met dien verstande, dat de totale bebouwde oppervlakte van de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen niet meer mag bedragen dan 40 m2;
- 9. de hoogte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen maximaal 3,5 m mag bedragen
- d. het toestaan van buitenopslag, buiten de aanduiding 'opslag', mits er sprake is van een uit visueel oogpunt en vanuit een oogpunt van brandveiligheid aanvaardbare opslag, gelet op:
- 1. de situering van de buitenopslag;
- 2. de hoogte en de oppervlakte van de buitenopslag;
- 3. de aard van de goederen of stoffen die worden opgeslagen;
- 4. de blijvende bereikbaarheid van het bouwperceel voor de brandweer.
5.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders:
- a. kunnen het plan wijzigen voor het toestaan van een bedrijf dat is opgenomen in categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten, zoals opgenomen als bijlage 1 bij deze regels, dan wel een bedrijf dat voor wat betreft de aard en de omvang van de milieuhinder die het veroorzaakt gelijk kan worden gesteld met een bedrijf genoemd in categorie 3.1, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- 1. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de verkeersveiligheid;
- 2. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van een goed woon- en leefklimaat voor omliggende woningen;
- 3. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de bouw- en gebruiksmogelijkheden van nabijgelegen gronden.
- b. kunnen de gronden ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 1' wijzigen in de bestemming 'Wonen - 1', mits:
- 1. deze wijziging niet plaatsvindt binnen 2 jaar na beëindiging van het bedrijf, tenzij het pand reeds eerder uitsluitend voor bewoning wordt gebruikt;
- 2. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- de kwaliteit van de openbare ruimte, zoals een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
- de verkeersveiligheid;
- de sociale veiligheid;
- het aantal parkeervoorzieningen;
- de functionele en ruimtelijke structuur, zoals aansluiting op (structurele) groenelementen en waterelementen;
- de bebouwingsmogelijkheden, gebruiksmogelijkheden en/of bezonning van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
- het milieu;
- 3. voldaan wordt aan de onderzoeksverplichting op de volgende onderdelen:
- luchtkwaliteit;
- parkeerbehoefte;
- geluid;
- bodemkwaliteit;
- watertoets;
- archeologie;
- externe veiligheid (afweging van het groepsrisico);
- ecologie, toetsing Flora- en faunawet;
- economische uitvoerbaar en kostenverhaal;
- 4. het provinciaal en gemeentelijk volkshuisvestingsbeleid in acht wordt genomen.
Artikel 6 Bos
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. bos en bebossing;
- b. extensieve dagrecreatie;
- c. water en voorzieningen voor de waterhuishouding;
met bijbehorende overige bouwwerken, wegen en verhardingen, parkeervoorzieningen.
6.2 Bouwregels
6.3 Specifieke gebruiksregels
Onder een gebruik in strijd met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen:
- a. een gebruik van gronden en bouwwerken als stand- of ligplaats voor kampeermiddelen;
- b. het permanent verwijderen van houtopstanden;
- c. het gebruik van gronden als paardenbak, rijbaan of anderszins voor het regelmatig berijden van paarden, met uitzondering van de daarvoor aangelegde en aanwezige ruiterpaden.
6.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 7 Detailhandel
7.1 Bestemmingsomschrijving
7.2 Bouwregels
7.3 Afwijken van de gebruiksregels
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in artikel 7.1 voor het gebruik van een deel van het hoofdgebouw of bijgebouwen bij een bedrijfswoning als afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
- a. een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit het oogpunt van mantelzorg;
- b. op het perceel al een bedrijfswoning aanwezig is;
- c. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in het geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en bedrijven;
- d. per bedrijfswoning maximaal één afwijking ten behoeve van inwoning voor mantelzorg mag worden verleend;
- e. inwoning in beginsel dient plaats te vinden bij, in of direct aansluitend aan de bedrijfswoning, waarbij de afhankelijke woonruimte een onderlinge verbinding met de bedrijfswoning dient te hebben, het gebruik van een vrijstaand bijgebouw als afhankelijke woonruimte is uitsluitend toegestaan indien realisering van de inwoning in of aan het hoofdgebouw voor de inwoner of andere bewoner(s) onredelijk bezwarend is;
- f. maximaal 75 m² van hoofdgebouw en/of bijgebouwen mag worden gebruikt ten behoeve van de inwoning;
- g. het gebruik dient te worden beëindigd, zodra de noodzaak van inwoning niet meer aan de orde is.
7.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen de gronden wijzigen in de bestemming 'Wonen - 1', mits:
- a. deze wijziging niet plaatsvindt binnen 2 jaar na beëindiging van het bedrijf, tenzij het pand reeds eerder uitsluitend voor bewoning wordt gebruikt;
- b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. de kwaliteit van de openbare ruimte, zoals een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
- 2. de verkeersveiligheid;
- 3. de sociale veiligheid;
- 4. het aantal parkeervoorzieningen;
- 5. de functionele en ruimtelijke structuur, zoals aansluiting op (structurele) groenelementen en waterelementen;
- 6. de bebouwingsmogelijkheden, gebruiksmogelijkheden en/of bezonning van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
- 7. het milieu;
- c. voldaan wordt aan de onderzoeksverplichting op de volgende onderdelen:
- 1. luchtkwaliteit;
- 2. parkeerbehoefte;
- 3. geluid;
- 4. bodemkwaliteit;
- 5. watertoets;
- 6. archeologie;
- 7. externe veiligheid (afweging van het groepsrisico);
- 8. ecologie, toetsing Flora- en faunawet;
- 9. economische uitvoerbaar en kostenverhaal;
- d. het provinciaal en gemeentelijk volkshuisvestingsbeleid in acht wordt genomen.
Artikel 8 Gemengd - 1
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Gemengd - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. uitsluitend op de begane grond:
- 1. dienstverlening;
- 2. maatschappelijke voorzieningen;
- 3. cultuur en ontspanning;
- b. wonen;
met bijbehorende gebouwen, overige bouwwerken, wegen en paden, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.
8.2 Bouwregels
8.3 Specifieke gebruiksregels
Het aantal woningen bedraagt maximaal het ter plaatse van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden' aangegeven aantal, met dien verstande dat het aantal woningen in de bestemmingen 'Woongebied' en 'Gemengd - 1' samen niet meer mag bedragen dan 77.
8.4 Afwijken van de gebruiksregels
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in artikel 8.1 voor het gebruik van een deel van het hoofdgebouw of bijgebouwen bij een woning als afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
- a. een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit het oogpunt van mantelzorg;
- b. op het perceel al een woning aanwezig is;
- c. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in het geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en bedrijven;
- d. per woning maximaal één afwijking ten behoeve van inwoning voor mantelzorg mag worden verleend;
- e. inwoning in beginsel dient plaats te vinden bij, in of direct aansluitend aan de woning, waarbij de afhankelijke woonruimte een onderlinge verbinding met de woning dient te hebben, het gebruik van een vrijstaand bijgebouw als afhankelijke woonruimte is uitsluitend toegestaan indien realisering van de inwoning in of aan het hoofdgebouw voor de inwoner of andere bewoner(s) onredelijk bezwarend is;
- f. maximaal 75 m² van hoofdgebouw en/of bijgebouwen mag worden gebruikt ten behoeve van de inwoning;
- g. het gebruik dient te worden beëindigd, zodra de noodzaak van inwoning niet meer aan de orde is.
Artikel 9 Gemengd - 2
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Gemengd - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. kantoren;
- b. maatschappelijke voorzieningen;
- c. gestapelde woningen;
en tevens voor:
- d. een ondergrondse parkeergarage, ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage';
met bijbehorende gebouwen, overige bouwwerken, wegen en paden, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.
9.2 Bouwregels
9.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing, waaronder begrepen de plaatsing van dakkapellen, ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving.
Artikel 10 Gemengd - 3
10.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Gemengd - 3' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. detailhandel;
- b. dienstverlening;
- c. een bedrijfswoning;
- d. bedrijven en/of bedrijfsactiviteiten in categorie 1 als genoemd in de Staat van Bedrijfsactiviteiten, zoals opgenomen als bijlage 1 bij deze regels;
met bijbehorende gebouwen, overige bouwwerken, wegen en paden, parkeervoorzieningen, speelvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.
10.2 Bouwregels
10.3 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen de gronden wijzigen in de bestemming 'Wonen - 1', mits:
- a. deze wijziging niet plaatsvindt binnen 2 jaar na beëindiging van het bedrijf, tenzij het pand reeds eerder uitsluitend voor bewoning wordt gebruikt;
- b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. de kwaliteit van de openbare ruimte, zoals een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
- 2. de verkeersveiligheid;
- 3. de sociale veiligheid;
- 4. het aantal parkeervoorzieningen;
- 5. de functionele en ruimtelijke structuur, zoals aansluiting op (structurele) groenelementen en waterelementen;
- 6. de bebouwingsmogelijkheden, gebruiksmogelijkheden en/of bezonning van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
- 7. het milieu;
- c. voldaan wordt aan de onderzoeksverplichting op de volgende onderdelen:
- 1. luchtkwaliteit;
- 2. parkeerbehoefte;
- 3. geluid;
- 4. bodemkwaliteit;
- 5. watertoets;
- 6. archeologie;
- 7. externe veiligheid (afweging van het groepsrisico);
- 8. ecologie, toetsing Flora- en faunawet;
- 9. economische uitvoerbaar en kostenverhaal;
- d. het provinciaal en gemeentelijk volkshuisvestingsbeleid in acht wordt genomen.
Artikel 11 Groen
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. groenvoorzieningen, bermen en beplanting;
- b. parken en plantsoenen;
- c. paden, speelvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding;
- d. nutsvoorzieningen;
- e. incidentele of kortstondige evenementen;
- f. reclame-voorzieningen van overheidsinstanties in het kader van het algemeen belang;
en tevens voor:
- g. de aanleg, het behoud en/of het herstel van een houtwal, ter plaatse van de aanduiding 'houtwal';
- h. een sirenemast, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - sirenemast';
- i. een skatebaan, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - skatebaan';
- j. recreatief-toeristische voorzieningen in de vorm van een pleisterplaats, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - pleisterplaats';
maar in ieder geval voor:
- k. een fiets-/wandelpad, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - langzaamverkeer';
met bijbehorende overige bouwwerken, wegen en verhardingen en met inachtneming van de keur van het waterschap.
11.2 Bouwregels
11.3 Specifieke gebruiksregels
Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gronden voor parkeren, behalve ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - pleisterplaats'.
11.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
11.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om de bestemming te wijzigen in 'Verkeer', met dien verstande dat aan de volgende voorwaarden voldaan dient te worden:
- a. het gebruik voor verkeer tast de waarden van de bestemmingen in de omgeving niet onevenredig aan;
- b. aangetoond is dat door de wijziging de waterhuishouding en verkeerskundige en stedenbouwkundige situatie niet onevenredig worden verstoord.
Artikel 12 Horeca
12.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. horeca tot en met categorie 2 van de Staat van Horeca-activiteiten; zoals opgenomen als bijlage 2 bij deze regels;
en tevens voor:
- b. een bedrijfswoning, ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
met bijbehorende gebouwen, overige bouwwerken, wegen en paden, parkeervoorzieningen, speelvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.
12.2 Bouwregels
12.3 Afwijken van de gebruiksregels
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in lid 12.1 voor het toestaan van een andere vorm van horeca dan ter plaatse is toegestaan, mits:
- a. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het woon- en leefklimaat;
- b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de bouw- en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
12.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen de gronden wijzigen in de bestemming 'Wonen - 1', mits:
- a. deze wijziging niet plaatsvindt binnen 2 jaar na beëindiging van het bedrijf, tenzij het pand reeds eerder uitsluitend voor bewoning wordt gebruikt;
- b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. de kwaliteit van de openbare ruimte, zoals een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
- 2. de verkeersveiligheid;
- 3. de sociale veiligheid;
- 4. het aantal parkeervoorzieningen;
- 5. de functionele en ruimtelijke structuur, zoals aansluiting op (structurele) groenelementen en waterelementen;
- 6. de bebouwingsmogelijkheden, gebruiksmogelijkheden en/of bezonning van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
- 7. het milieu;
- c. voldaan wordt aan de onderzoeksverplichting op de volgende onderdelen:
- 1. luchtkwaliteit;
- 2. parkeerbehoefte;
- 3. geluid;
- 4. bodemkwaliteit;
- 5. watertoets;
- 6. archeologie;
- 7. externe veiligheid (afweging van het groepsrisico);
- 8. ecologie, toetsing Flora- en faunawet;
- 9. economische uitvoerbaar en kostenverhaal;
- d. het provinciaal en gemeentelijk volkshuisvestingsbeleid in acht wordt genomen.
Artikel 13 Maatschappelijk
13.1 Bestemmingsomschrijving
13.2 Bouwregels
13.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 13.2.1 sub a, met dien verstande dat:
- a. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
- b. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen niet onevenredig worden geschaad.
13.4 Specifieke gebruiksregels
13.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen:
- a. het bestemmingsvlak dat grenst aan de Rijssenbeeklaan wijzigen ten behoeve van het toestaan van zorgwoningen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- 1. de bouwregels in artikel 13.2.1 zijn van toepassing;
- 2. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden mogen niet onevenredig worden geschaad;
- 3. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen mogen niet onevenredig worden geschaad;
- b. het wijzigen van de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied 2' in de bestemming 'Wonen - 1', met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- 1. het aantal woningen bedraagt maximaal 2; in tegenstelling tot de bepaling omtrent het aantal woningen in lid 16.1;
- 2. gestapelde woningen zijn niet toegestaan;
- 3. de bouwhoogte zoals toegestaan krachtens de regels in artikel 13.2.1 mag niet worden overschreden;
- 4. de woningen passen binnen de kaders van het regionaal en gemeentelijk huisvestingsbeleid;
- 5. de (milieuhygiënische) haalbaarheid van het wijzigingsplan wordt aangetoond;
- 6. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden mogen niet onevenredig worden geschaad;
- 7. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen mogen niet onevenredig worden geschaad.
Artikel 14 Sport
14.1 Bestemmingsomschrijving
14.2 Bouwregels
14.3 Specifieke gebruiksregels
Artikel 15 Verkeer
15.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. verharde en onverharde wegen en straten met maximaal 2x1 rijstroken, wandel- en (brom)fietspaden met een functie voornamelijk gericht op verblijf, en de afwikkeling van het doorgaande verkeer;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'evenemententerrein' tevens voor een evenemententerrein;
- c. parkeer-, groen- en speelvoorzieningen;
- d. kunstwerken;
- e. nutsvoorzieningen;
- f. waterhuishoudkundige doeleinden, waterberging en waterlopen;
- g. incidentele of kortstondige evenementen;
- h. reclame-voorzieningen van overheidsinstanties in het kader van het algemeen belang;
met bijbehorende gebouwen en overige bouwwerken.
15.2 Bouwregels
15.3 Specifieke gebruiksregels
Ter plaatse van de aanduiding 'evenemententerrein' zijn jaarlijks terugkerende evenementen toegestaan voor de duur van maximaal 15 dagen per evenement, inclusief op- en afbouw van voorzieningen ten behoeve van dat evenement.
15.4 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in lid 15.3 voor het houden van evenementen buiten de aanduiding 'evenemententerrein' voor de duur van maximaal 15 dagen per evenement, inclusief op- en afbouw van voorzieningen ten behoeve van dat evenement.
Artikel 16 Wonen - 1
16.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het bestaande aantal woningen; en ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' tevens voor het aantal nieuwe woningen zoals aangegeven;
en tevens voor:
- b. aan huis verbonden beroepen tot 50 m2, met dien verstande dat het bruto vloeroppervlak ten behoeve van aan huis verbonden beroepen maximaal 70 m2 mag bedragen, ter plaatse van de aanduiding 'beroep aan huis'; zie ook lid 16.4.2;
- c. aan huis verbonden bedrijven en/of bedrijfsactiviteiten tot en met categorie 2 als genoemd in de Staat van Bedrijfsactiviteiten, zoals opgenomen als bijlage 1 bij deze regels, ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf aan huis';
- d. een kantoor ter plaatse van de aanduiding 'kantoor', met dien verstande dat het bruto vloeroppervlak van het kantoor niet meer dan 60 m² mag bedragen;
- e. een kunstgalerie, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - kunstgalerie';
- f. een muziekstudio, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - muziekstudio';
maar uitsluitend voor:
- g. garageboxen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - garagebox';
met bijbehorende gebouwen, overige bouwwerken, tuinen en erven.
16.2 Bouwregels
16.3 Afwijken van de bouwregels
16.4 Specifieke gebruiksregels
16.5 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 17 Wonen - 2
17.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het bestaande aantal gestapelde woningen;
en tevens voor:
- b. een gebouwde parkeervoorziening, ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage';
met bijbehorende gebouwen, overige bouwwerken, tuinen en erven.
17.2 Bouwregels
17.3 Specifieke gebruiksregels
17.4 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 18 Wonen - 3
18.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - 3' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. woningen, niet zijnde gestapelde woningen;
en in ieder geval voor:
- b. een inrit, ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting';
met bijbehorende gebouwen, overige bouwwerken, tuinen en erven.
18.2 Bouwregels
18.3 Afwijken van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van:
18.4 Specifieke gebruiksregels
18.5 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 19 Wonen - 4
19.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - 4' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. woningen, niet zijnde gestapelde woningen;
met bijbehorende gebouwen, overige bouwwerken, tuinen en erven.
19.2 Bouwregels
19.3 Afwijken van de bouwregels
19.4 Specifieke gebruiksregels
19.5 Afwijken van de gebruiksregels
19.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 20 Wonen - 5
20.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - 5' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het bestaande aantal woningen;
en tevens voor:
- b. aan huis verbonden bedrijven als genoemd in categorie 1 en 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten, zoals opgenomen als bijlage 1 bij deze regels; uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf aan huis';
met bijbehorende gebouwen, overige bouwwerken, tuinen en erven.
20.2 Bouwregels
20.3 Afwijken van de bouwregels
20.4 Specifieke gebruiksregels
20.5 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 21 Wonen - 6
21.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - 6' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het bestaande aantal woningen; en ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' tevens voor het aantal nieuwe woningen zoals aangegeven.
en tevens voor:
- b. aan huis verbonden beroepen tot 50 m2, zie ook lid 21.4.2;
met bijbehorende gebouwen, overige bouwwerken, tuinen en erven.
21.2 Bouwregels
21.3 Afwijken van de bouwregels
21.4 Specifieke gebruiksregels
21.5 Afwijken van de gebruiksregels
21.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 22 Woongebied
22.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen;
met bijbehorende gebouwen, overige bouwwerken, tuinen en erven.
22.2 Bouwregels
22.3 Afwijken van de bouwregels
22.4 Specifieke gebruiksregels
22.5 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 23 Leiding - Hoogspanningsverbinding
23.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:
- a. een bovengrondse hoogspanningsverbinding van 150 kV ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - hoogspanningsverbinding';
- b. het beheer en onderhoud van de verbinding;
- c. de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de leiding;
met bijbehorende overige bouwwerken.
23.2 Bouwregels
23.3 Afwijken van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in artikel 23.2.1 voor het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen, mits advies is verkregen van de leidingbeheerder.
23.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
23.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door het bepaalde in lid 23.1 te wijzigen, indien de beheerder van de hoogspanningsverbinding het voltage wil wijzigen, mits voldaan wordt aan de afwegingsverplichting op het gebied van de magneetveldzone.
Artikel 24 Leiding - Water
24.1 bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Water' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:
- a. een ondergrondse hoofdtransportwaterleiding;
- b. het beheer en onderhoud van de leiding;
- c. de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de leiding;
met bijbehorende overige bouwwerken.
24.2 Bouwregels
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 22) mogen geen nieuwe bouwwerken worden gebouwd.
24.3 Afwijken van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 24.2 voor het toestaan van de functies en de bouwwerken ten behoeve van de onderliggende bestemming(en), mits:
- a. ter plaatse een aanvaardbaar woon- en leefklimaat kan worden gerealiseerd;
- b. advies is verkregen van de leidingbeheerder.
24.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 25 Waarde - Archeologie 3
25.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. Deze bestemming is primair ten opzichte van de overige aan deze gronden toegekende bestemmingen.
25.2 Bouwregels
25.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
25.4 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
Artikel 26 Waarde - Archeologie 4
26.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. Deze bestemming is primair ten opzichte van de overige aan deze gronden toegekende bestemmingen.
26.2 Bouwregels
26.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
26.4 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
Artikel 27 Waterstaat - Waterkering
27.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming, het onderhoud en de verbetering van de waterkering, met bijbehorende overige bouwwerken, zoals duikers, keerwanden en merktekens.
27.2 Bouwregels
Op de voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden:
- a. mogen uitsluitend overige bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de waterkering;
- b. mag de bouwhoogte van overige bouwwerken niet meer dan 3 m bedragen;
- c. mogen geen nieuwe bouwwerken ten dienste van de overige daar voorkomende bestemmingen worden gebouwd.
27.3 Afwijken van de bouwregels
27.4 Omgevingsvergunning
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 28 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 29 Algemene Bouwregels
29.1 Ondergronds bouwen
Binnen de gronden waar op grond van de regels gebouwen mogen worden gebouwd, mogen gebouwen tevens ondergronds worden gebouwd met dien verstande dat de verticale diepte van ondergrondse gebouwen maximaal 4 m bedraagt.
29.2 Bestaande maximale afwijkingen
In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Wabo en/of Woningwet tot stand zijn gekomen meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.
29.3 Bestaande minimale afwijkingen
In die gevallen dat de bestaande afstand tot enige op de verbeelding aangegeven lijn van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Wabo en/of Woningwet tot stand zijn gekomen minder bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven, geldt die afstand in afwijking daarvan als minimaal toegestaan.
29.4 Afwijkingen bebouwingspercentage
In die gevallen dat een bestaand bebouwingspercentage, dat in overeenstemming met het bepaalde in de Wabo en/of Woningwet tot stand is gekomen, meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven, geldt dat bebouwingspercentage in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.
Artikel 30 Algemene Gebruiksregels
Onder een gebruik in strijd met alle bestemmingen wordt in ieder geval begrepen:
- a. een gebruik van gronden als stort- en/of opslagplaats van grond en/of afval, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud;
- b. een gebruik van gronden en bouwwerken voor het beproeven van voertuigen, voor het racen of crossen met motorvoertuigen of bromfietsen en voor het beoefenen van de modelvliegsport;
- c. een gebruik van gronden als stallings- en/of opslagplaats van één of meer aan het gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud;
- d. een gebruik van gronden en bouwwerken voor een seksinrichting dan wel ten behoeve van prostitutie.
Artikel 31 Algemene Aanduidingsregels
31.1 Geluidzone - industrie
31.2 Milieuzone - leeflaag
31.3 Veiligheidszone - magneetveldzone
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - magneetveldzone' geldt dat geen nieuwe gevoelige bestemmingen mogen worden gerealiseerd.
Artikel 32 Algemene Afwijkingsregels
32.1 Afwijken
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, afwijken van:
- a. de bij recht in de regels gegeven maten, afmetingen, percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages;
- b. de bestemmingsbepalingen en toestaan dat het beloop of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of -intensiteit daartoe aanleiding geven;
- c. de bestemmingsbepalingen en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
- d. de bestemmingsbepalingen ten aanzien van de bouwhoogte van overige bouwwerken en toestaan dat de bouwhoogte van de overige bouwwerken wordt vergroot tot niet meer dan 10 m;
- e. de bestemmingsbepalingen ten aanzien van de bouwhoogte van overige bouwwerken en toestaan dat de bouwhoogte van overige bouwwerken ten behoeve van zend-, ontvang- en/of sirenemasten, wordt vergroot tot niet meer dan 40 m;
- f. het bepaalde ten aanzien van de maximale bouwhoogte van gebouwen en toestaan dat de bouwhoogte van de gebouwen ten behoeve van plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftkokers en lichtkappen, mits:
- 1. de oppervlakte van de vergroting niet meer dan 30 m² bedraagt,
- 2. de bouwhoogte niet meer dan 1,25 maal de maximale bouwhoogte van het betreffende gebouw bedraagt;
- g. de bestemmingsbepalingen en toestaan dat de bouwhoogte van overige bouwwerken ten behoeve van communicatievoorzieningen, worden vergroot tot niet meer dan 35 m.
32.2 Evenementen
Het bevoegd gezag kan afwijken van de bestemmingsbepalingen voor het houden van evenementen voor de duur van maximaal 15 dagen per evenement, inclusief op- en afbouw van voorzieningen ten behoeve van dat evenement.
32.3 Voorwaarden
Afwijken als bedoeld in artikel 32.1 en 32.2 is slechts mogelijk, mits:
- a. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
- b. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen niet onevenredig worden geschaad.
Artikel 33 Algemene Wijzigingsregels
Burgemeester en wethouders kunnen:
- a. het plan wijzigen in de vorm van het aanbrengen van geringe veranderingen in de plaats, ligging en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- 1. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden mogen niet onevenredig worden geschaad;
- 2. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen mogen niet
onevenredig worden geschaad;
- b. het plan wijzigen door:
- 1. de bestemming 'Waarde - Archeologie 3' en/of 'Waarde - Archeologie 4', geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn; of
- 2. aan gronden de bestemming 'Waarde - Archeologie 3' en/of 'Waarde - Archeologie 4' toe te kennen, indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat de bestemming van deze gronden, gelet op ter plaatse aanwezige archeologische waarden, aanpassing behoeft.
Artikel 34 Uitsluiting Aanvullende Werking Bouwverordening
De voorschriften van de bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van stedenbouwkundige aard blijven overeenkomstig het bepaalde in artikel 9 lid 2 van de Woningwet buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen:
- a. de bereikbaarheid van gebouwen voor wegverkeer;
- b. de bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten;
- c. het bouwen bij hoogspanningsleidingen en ondergrondse hoofdtransportleidingen;
- d. de parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden;
- e. de ruimte tussen bouwwerken.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 35 Overgangsrecht
35.1 Overgangsrecht bouwwerken
35.2 Overgangsrecht gebruik
35.3 Overgangsrecht gebruik locatie Heijenseweg 31
In afwijking van het bepaalde in lid 35.1 en 35.2 mag gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan of viel onder het algemeen overgangsrecht van het voorheen geldende bestemmingsplan op het perceel gelegen aan de Heijenseweg 31, kadastraal bekend gemeente Gennep, sectie B, nummer 5845, worden voortgezet door de personen, diens rechtsopvolgers uitgesloten, die op het tijdstip van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan bij de Gemeentelijke Basis Administratie (GBA) staan ingeschreven op Heijenseweg 31 te Gennep. Onder gebruik wordt hier verstaan: het gebruik van gronden en opstallen voor handelsbemiddeling tussen klant en groothandel in natuursteen en tegels met een maximale oppervlakte van 495 m².
Artikel 36 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Gennep Zuid 2012.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 13 mei 2013.
De voorzitter, De griffier,
……………… ………………