Centrum locatie Burgemeester Hobusstraat, Nederweert
Bestemmingsplan - Gemeente Nederweert
Vastgesteld op 28-05-2019 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 Plan
het bestemmingsplan 'Centrum locatie Burgemeester Hobusstraat, Nederweert' met identificatienummer NL.IMRO.0946.BPcentrBurgHob2018-VA01 van de gemeente Nederweert.
1.2 Bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
1.3 Aanduiding
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
1.4 Aanduidingsgrens
Grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
1.5 Aan-huis-gebonden beroep
de uitoefening aan huis van een beroep of de beroepsmatige verlening van diensten aan huis op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen beroep, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is. Hieronder wordt geen detailhandel en seksinrichting begrepen.
1.6 Achtergevelrooilijn
De denkbeeldige lijn die wordt getrokken langs de achtergevel van het hoofdgebouw - zonder aanbouwen en aangebouwde bijgebouwen - alsmede het verlengde daarvan.
1.7 Afvalcontainer
een ondergrondse- of bovengrondse voorziening om huishoudelijk afval of herbruikbare materialen (kleding, schoenen e.d.) te verzamelen.
1.8 Archeologisch onderzoek
onderzoek verricht door of namens de gemeente of door een dienst, bedrijf of instelling, beschikkend over een opgravingsvergunning ex artikel 45 van de Monumentenwet en werkend volgens de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie (KNA).
1.9 Archeologische verwachting
de aan een gebied toegekende verwachting in verband met de kans op het voorkomen van archeologische relicten.
1.10 Archeologische waarde
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende archeologische relicten (resten uit het verleden).
1.11 Bebouwing
een of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
1.12 Bedrijf aan huis
het bedrijfsmatig, geheel of overwegend door middel van handwerk vervaardigen, bewerken of herstellen en het installeren van goederen, alsmede het verkopen en/of leveren als ondergeschikte activiteit van goederen, die verband houden met het ambacht.
1.13 Begane grondlaag
een bouwlaag geen verdieping zijnde.
1.14 Bestaand
- bij bouwwerken: bestaand ten tijde van de terinzagelegging van het bestemmingsplan als ontwerp;
- bij gebruik: bestaand ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan.
1.15 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak.
1.16 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
1.17 Bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
1.18 Bouwgrens
de grens van een bouwvlak.
1.19 Bouwlaag
een gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met uitsluiting van onderbouw en zolder.
1.20 Bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
1.21 Bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
1.22 Bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct, hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
1.23 Bijgebouw
een met het hoofdgebouw verbonden of daarvan vrijstaand gebouw dat ten dienste staat van het hoofdgebouw en door zijn ligging, constructie of afmetingen ondergeschikt is aan het hoofdgebouw. Erkers worden hier niet onder begrepen.
1.24 Carport
een bijgebouw, niet zijnde een overkapping met een open constructie, al dan niet aangebouwd aan een gebouw of een ander bouwwerk, bestaande uit slechts van boven afgesloten c.q. afgedekte, en uit ten hoogste twee wanden, niet zijnde een voorwand, voorziene ruimte van lichte constructie, kennelijk slechts bestemd om te dienen als overdekte stalling voor een motorrijtuig.
1.25 Consumentverzorgende dienstverlening
Het beroepsmatig uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid, in tegenstelling tot het aan-huis-gebonden beroep, gericht op consumentverzorging geheel of overwegend door middel van handwerk. Een seksinrichting wordt hier in ieder geval niet onder begrepen.
1.26 Deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg
een door het college van het bevoegd gezag aan te wijzen deskundige op het gebied van archeologie. Deze dient in ieder geval te voldoen aan de in de KNA gestelde kwalificaties van senior archeoloog.
1.27 Detailhandel
het bedrijfsmatig aan particulieren te koop of te huur aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of leveren van goederen aan personen, die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, met uitzondering van supermarkten.
1.28 Detailhandel in voluminieuze goederen
detailhandel die vanwege de omvang van de gevoerde goederen artikelen een groot oppervlak nodig heeft voor de uitstraling.
1.29 Dienstverlening
het verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden, zoals bijvoorbeeld een uitzendbureau, reisbureau, kapper, schoonheidssalon, fysiotherapeut etc.; kantoren worden hier onder begrepen.
1.30 Discotheek/bar/dancing
een horecabedrijf dat als hoofddoel heeft het verstrekken van dranken voor gebruik ter plaatse, met een in het algemeen hoge bezoekersfrequentie gedurende de avond en de nacht, waarbij het doen beluisteren van overwegend mechanische muziek en het gelegenheid bieden tot dansen een wezenlijk onderdeel vormen.
1.31 Erker
uitbouw aan een gevel waardoor een gedeelte van die gevel voor het hoofdgebouw is gelegen.
1.32 Escortbedrijf
de natuurlijke persoon, groep van personen of rechtspersoon die bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, prostitutie aanbiedt, die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte wordt uitgeoefend zoals escortservices en bemiddelings- bureaus.
1.33 Evenement
een tijdelijke activiteit in de open lucht al dan niet in tijdelijke tenten of paviljoens, gericht op het bereiken van een algemeen of besloten publiek voor informerende, educatieve, culturele en /of levensbeschouwelijke doeleinden.
1.34 Gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
1.35 Gestapelde woning
een woning in een woongebouw dat twee of meer geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen bevat.
1.36 Hoofdgebouw
een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie en/of afmetingen als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
1.37 Horecabedrijf
een bedrijf dat is gericht op het verstrekken van een nachtverblijf en/of het ter plaatse nuttigen van voedsel en dranken en/of het exploiteren van zaalaccommodatie, een en ander gepaard gaande met dienstverlening en niet zijnde een discotheek/bar/dancing.
Tot de a t/m c genoemde begrippen worden mede begrepen de niet genoemde, maar naar aard, omvang en uitstraling op het woon- en leefmilieu vergelijkbare horecasoorten:
horeca categorie 1:
- a. winkelondersteunende/winkelgebonden horeca: horeca waarbij de bedrijfsactiviteit is gericht op het al dan niet voor gebruik ter plaatse verstrekken van al dan niet in dezelfde onderneming bereide of bewerkte etenswaren en dranken zoals een tearoom, conditorei, koffiecorner, croissanterie, ijssalon;
- b. restaurant/eetcafé/brasserie/cafetarie/snackbar/shoarmazaak/ automatiek: een bedrijf, dat in hoofdzaak bestaat uit het verstrekken van maaltijden voor het gebruik ter plaatse en waarbij het verstrekken van drank daaraan ondergeschikt is;
- c. bar/café/pub/grand-café of taverne : een zelfstandige, niet geheel of gedeeltelijk deel uitmakend van een hotel of restaurant voorkomende bedrijvigheid, die in hoofdzaak bestaat uit het verstrekken van drank voor gebruik ter plaatse en waar het verstrekken van maaltijden daaraan ondergeschikt is.
horeca categorie 2:
- d. hotel: een bedrijf dat in hoofdzaak bestaat uit het verstrekken van nachtverblijf en/of het exploiteren van zaalaccommodatie en waarbij het verstrekken van voedsel en dranken (daaraan) ondergeschikt is;
- e. pension: een gebouw, waarin op kleine schaal tegen vergoeding nachtverblijf wordt verstrekt, zonder exploitatie van zaalaccommodatie.
1.38 Kantoor
een gebouw dat door zijn aard, indeling en inrichting is bedoeld voor het verrichten van werkzaamheden van hoofdzakelijk administratieve aard.
1.39 Kantoor met baliefunctie
een kantoor met een publieksaantrekkende hoofdfunctie zoals een bank, postkantoor, reisbureau en uitzendbureau.
1.40 Kunstwerk
civieltechnisch werk voor de infrastructuur van wegen, water, spoorbanen, waterkeringen en/of leidingen niet bedoeld voor permanent menselijk verblijf.
1.41 Maatschappelijke voorzieningen
educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke, sport- en recreatieve voorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel ten dienste van deze voorzieningen.
1.42 Omgevingsvergunning
een vergunning voor het uitvoeren van een project dat invloed heeft op de fysieke leefomgeving, op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: Wabo).
1.43 Omgevingsvergunning voor het afwijken
omgevingsvergunning voor het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met dit plan met toepassing van de in dit plan opgenomen regels inzake afwijking, op grond van artikel 2.1 lid 1 onder c jo. artikel 2.12 lid 1 sub a onder 1 van de Wabo.
1.44 Omgevingsvergunning voor het bouwen
omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk, op grond van artikel 2.1 lid 1 onder a van de Wabo.
1.45 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden
omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheid, op grond van artikel 2.1 lid 1 onder b van de Wabo.
1.46 Perceelsgrens
een grens van een bouwperceel.
1.47 Peil
- a. voor gebouwen waarvan de toegang onmiddellijk aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
- b. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld.
1.48 Primaire voorzieningen
voorzieningen die minimaal noodzakelijk zijn voor het dagelijks gebruik van een woning; te weten: woonkamer, keuken, badkamer/toilet, één slaapkamer.
1.49 Prostitutie
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele diensten ten behoeve van een ander tegen vergoeding.
1.50 Raamprostitutie
een seksinrichting met één of meer ramen van waarachter de prostituee/prostitué tracht de aandacht van passanten op zich te vestigen.
1.51 Seksinrichting
een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden.
Onder een seksinrichting worden in ieder geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub, een (raam)prostitutiebedrijf en een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
1.52 Straatmeubilair
alle objecten op straat die niet tot de weg zelf behoren, zoals lantaarnpalen, abri's, winkelwagenstallingen en dergelijke.
1.53 Supermarkt
een detailhandelsbedrijf, dat zich in hoofdzaak richt op het verkopen van voedings- en genotmiddelen en dagelijkse levensbenodigdheden in een algemeen assortiment, in de vorm van een zelfbedieningszaak;
1.54 Voorzieningen voor openbaar nut
kleinschalige nutsvoorzieningen zoals transformatorhuisjes en schakelkastjes, ondergrondse lokale leidingen, tele- en datacommunicatieleidingen, riolering, telefooncellen en wachthuisjes, straatvoorzienignen (onder andere voor afvalstoffen). Een bouwwerk geen gebouw zijnde in de vorm van een jongeren ontmoetingsplan (JOP) wordt hier in ieder geval niet onder begrepen.
1.55 Voorgevelrooilijn
de op de verbeelding aangegeven lijn (bouwgrens en scheidingslijn tussen tuin en achtertuin), die niet door gebouwen mag worden overschreden, behoudens krachtens deze regels toegelaten afwijkingen.
1.56 Voorzieningen voor cultuur en ontspanning
culturele en ontspannende voorzieningen die qua aard en omvang passen binnen een centrumgebied. Hier worden in ieder geval niet onder begrepen een attractiepark, bordeel, casino, dierentuin, prostitutie, raamprostitutie, raamexploitatie, en seksinrichting.
1.57 Waterhuishoudkundige voorzieningen
voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging en waterkwaliteit, waaronder duikers, stuwen, gemalen, inlaten en voorzieningen ten behoeve van berging en infiltratie van hemelwater.
1.58 Weg
alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de wegen of paden behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de wegen liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen.
1.59 Winkelwagenstalling
Opstelplaats van winkelkarren, al dan niet voorzien van een overkapping.
1.60 Woning
een gebouw of een gedeelte van een gebouw dat blijkens aard, inrichting en indeling geschikt en bestemd is voor de huisvesting van één huishouden, dan wel een gebouw dat blijkens aard, inrichting en indeling geschikt en bestemd is voor begeleid wonen in groepsverband zonder dat sprake is van één huishouden.
1.61 zorgverlenende dienstverlening
dienstverlening in het kader van maatschappelijke en/of medische zorg, waaronder tevens wordt begrepen de verkoop en verhuur van zorgmaterialen en zorgmaterieel.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.1 afstand tot de zijdelingse perceelsgrens
de kortste afstand tussen de (zijdelingse) grenzen van een bouwperceel en enig punt van het op dat bouwperceel voorkomende bouwwerk.
2.2 breedte van woningen
tussen de hoofdzijgevelvlakken in de naar de zijde van de weg gekeerde bouwgrens.
2.3 bouwhoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
2.4 goothoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel. Bij een lessenaarsdak wordt de laagste snijlijn als goothoogte aangemerkt.
2.5 inhoud van een bouwwerk
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
2.6 lengte, breedte en diepte van een bouwwerk
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels (en/of hart van scheidsmuren).
2.7 oppervlakte van een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
De in deze regels gegeven bepalingen omtrent plaatsing, afstanden en maten zijn niet van toepassing op goot- en kroonlijsten, pilasters, plinten, stoeptreden, kozijnen, dorpels en soortgelijke bouwdelen.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Centrum
3.1 bestemmingsomschrijving
De voor ‘Centrum’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. detailhandel, uitsluitend op de begane grond;
- b. maatschappelijke voorzieningen;
- c. kantoren met en zonder baliefunctie;
- d. bedrijven, voor zover deze voorkomen in de categorieën 1 en 2 van de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten Centrum;
- e. een supermarkt, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'supermarkt';
- f. horeca categorieën 1 en 2;
- g. dienstverlening en zorgverlenende dienstverlening;
- h. wonen op de verdieping;
- i. aan-huis-gebonden beroep, uitsluitend in het hoofdgebouw;
- j. voorzieningen voor cultuur en ontspanning;
- k. voorzieningen voor verkeer en verblijf;
- l. parkeervoorzieningen;
- m. groenvoorzieningen;
- n. speelvoorzieningen;
- o. tuinen, erven en verhardingen;
- p. voorzieningen voor openbaar nut:
- q. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
3.2 Bouwregels
3.3 Nadere eisen
Ter uitvoering van de functies genoemd in lid 3.1 is het bevoegd gezag, met inachtneming van het bepaalde in de bouwregels, bij het verlenen van omgevingsvergunningen voor het bouwen, bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van:
- a. de situering en afmetingen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- b. de situering en afmetingen van de bouwpercelen;
mits deze eisen blijven binnen de in het plan neergelegde begrenzingen en indien zulks noodzakelijk is in verband met:
- 1. de woonsituatie;
- 2. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 3. in verband met de verkeers-, sociale en brandveiligheid;
- 4. de milieusituatie;
- 5. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen;
- 6. het gemeentelijke parkeerbeleid.
3.4 Afwijken van de bouwregels
3.5 Specifieke gebruiksregels
3.6 Afwijken van de gebruiksregels
3.7 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 4 Verkeer
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Verkeer’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. voorzieningen voor verkeer en verblijf;
- b. evenementen;
- c. parkeervoorzieningen;
- d. straatmeubilair;
- e. groenvoorzieningen;
- f. speelvoorzieningen;
- g. voorzieningen voor afvalcontainers en winkelwagenstalling;
- h. voorzieningen voor openbaar nut;
- i. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
- j. standplaatsen voor ambulante detailhandel;
- k. overbouwing behorende bij de op de aangrenzende bestemming gelegen gebouwen.
4.2 bouwregels
4.3 Nadere eisen
Ter uitvoering van de functies genoemd in lid 4.1 zijn Burgemeester en Wethouders, met inachtneming van het bepaalde in de bouwregels, bij het verlenen van omgevingsvergunningen voor het bouwen, bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van:
- a. de situering en afmetingen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- b. de situering en afmetingen van de bouwpercelen;
mits deze eisen blijven binnen de in het plan neergelegde begrenzingen en indien zulks noodzakelijk is in verband met:
- 1. de woonsituatie;
- 2. het straat- en bebouwingsbeeld;
- 3. in verband met de verkeers-, sociale en brandveiligheid;
- 4. de milieusituatie;
- 5. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen;
- 6. het gemeentelijke parkeerbeleid.
4.4 Afwijken van de bouwregels
4.5 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 5 Waarde - Archeologisch Waardevol 3
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologisch waardevol 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor instandhouding en bescherming van de in de grond aanwezige archeologische waarden.
5.2 Bouwregels
5.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden
5.4 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 6 Waarde - Archeologie Middelhoog
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie middelhoog' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor instandhouding en bescherming van de in de grond te verwachten archeologische waarden.
6.2 Bouwregels
6.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden
6.4 Wijzigingsbevoegdheid
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 7 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 8 Algemene Bouwregels
8.1 Bouwlagen
De hoogte van een bouwlaag mag niet meer bedragen dan:
- 1. 3,5 m bij woningen respectievelijk woongebouwen;
- 2. 5,5 m bij andere gebouwen.
8.2 Bestaande afwijkende maatvoering
In die gevallen, dat de goot- en/of bouwhoogte, de oppervlakte, de inhoud, een bebouwingspercentage en/of de afstand tot enige bouwperceels-, bestemmings- of bouwvlakgrens en andere maten, voor zover in overeenstemming met het bepaalde in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht tot stand gekomen, op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van het plan minder dan wel meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven respectievelijk toegestaan, geldt die bestaande maatvoering in afwijking daarvan als minimaal respectievelijk maximaal toegestaan.
Artikel 9 Algemene Gebruiksregels
9.1 Strijdig gebruik
Onder strijdig gebruik van de gronden wordt in ieder geval verstaan:
- a. de opslag van oude metalen, schroot, lompen, papier, puin of vuilnis, met uitzondering van gemeentelijke afval inzamelvoorzieningen;
- b. de opslag van rij- of voertuigen, die voor de sloop bestemd zijn, of reeds gedeeltelijk gesloopt zijn, of daaruit reeds gesloopte materialen;
- c. gebruik van gronden, gebouwen, bouwwerken en onderkomens ten behoeve van een seksinrichting en/of escortbedrijf, raamprostitutie en straatprostitutie.
9.2 Laden en lossen
9.3 Voorwaardelijke verplichting supermarkt
Het gebruik als bedoeld in artikel 3.1 onder e is uitsluitend toegestaan indien het bestaande gebruik van de supermarkt aan de Lambertushof is beëindigd en beëindigd blijft binnen een maand na ingebruikname van de nieuwe bebouwing, zoals toegestaan onder artikel 3.2.
9.4 Voorwaardelijke verplichting wonen
Het gebruik van de gronden als woningen conform de bestemming 'Centrum' is enkel toegestaan indien er maatregelen voortvloeiend uit akoestisch onderzoek zijn genomen om te waarborgen dat er sprake zal zijn van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat in de woningen.
9.5 Voorwaardelijke verplichting externe veiligheid
Het gebruik van de gronden als bedoeld in artikel 3.1 is enkel toegestaan indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
- a. Het in gebouw en woningen aanwezige mechanische ventilatiesystemen dienen te worden voorzien van de mogelijkheid om dit systeem met één druk op de knop uit te schakelen;
- b. Er dient een nieuwe brandkraan aangelegd te worden met een capaciteit van 75 m3/uur ter hoogte van de entree van de nieuwe appartementen en de bestaande brandkraan van 70 m3/uur ten noorden van de parkeerplaats dient te worden gehandhaafd.
Artikel 10 Algemene Wijzigingsregels
10.1 Wetgevingzone - wijzigingsgebied
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingzone - wijzigingsgebied' de gebruiks- en bebouwingsmogelijkheden te wijzigen ten behoeve van het uitbreiden van de supermarkt en het realiseren van maximaal 9 woningen, waarbij de volgende regels gelden:
- a. wijziging is uitsluitend mogelijk naar de bestemmingen 'Centrum' en/of 'Verkeer'.
- b. Het totaal aantal supermarkten mag niet meer bedragen dan 1.
- c. Het aantal woningen mag niet meer bedragen dan 9 woningen.
- d. De ontwikkeling mag geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en moet voorzien in voldoende parkeerplaatsen conform het gemeentelijk beleid.
- e. Door middel van nader akoestisch onderzoek naar de geluidwering van de gevels van de woningen is aangetoond dat aan de maximum toegelaten binnenwaarde wordt voldaan.
- f. Er mag geen sprake zijn van milieuhygienische of planologische belemmeringen met betrekking tot de aspecten bodem, geluid, luchtkwaliteit, geur, archeologie, natuurwaarden en externe veiligheid.
- g. De woningbouw dient te passen binnen het gemeentelijk volkshuisvestingsbeleid.
- h. De noodzaak van de uitbreiding van de supermarkt en realisatie van de commerciële ruimten is aangetoond.
- i. De ontwikkeling dient inpasbaar te zijn vanuit stedenbouwkundig-ruimtelijk oogpunt.
- j. De ontwikkeling dient te voldoen aan het gemeentelijk beleid ten aanzien van duurzaamheid.
- k. De economische haalbaarheid dient te zijn gegarandeerd.
Artikel 11 Algemene Procedureregels
11.1 Nadere eisen
Bij toepassing van een nadere eisen regeling, die onderdeel uitmaakt van dit plan, is op de voorbereiding van het besluit de procedure als bedoeld in de afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.
Artikel 12 Overige Regels
12.1 Wettelijke regelingen
Indien en voor zover in deze regels wordt verwezen naar wetten, verordeningen of enig andere algemeen verbindende regeling, dienen deze regelingen te worden gelezen zoals deze luiden op het tijdstip van tervisielegging van het ontwerpbestemmingsplan.
12.2 Parkeernormen
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 13 Overgangsrecht
13.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%;
- c. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
13.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 14 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Centrum locatie Burgemeester Hobusstraat, Nederweert'.
Bijlagen Bij Regels
Bijlage 1 Staat Van Bedrijfsactiviteiten Categorie 1 En 2
Bijlage 1 Ladder Voor Duurzame Verstedelijking Woningbouw Centrumgebied
Bijlage 1 Ladder voor duurzame verstedelijking woningbouw Centrumgebied
Bijlage 2 Functionele Effectenanalyse Supermarktontwikkeling Centrumgebied
Bijlage 2 Functionele effectenanalyse supermarktontwikkeling centrumgebied
Bijlage 3 Rapportage Infrastructureel Onderzoek Burgemeester Hobusstraat Te Nederweert
Bijlage 3 Rapportage infrastructureel onderzoek Burgemeester Hobusstraat te Nederweert
Bijlage 4 Akoestisch Onderzoek Wegverkeerslawaai Centrumplan Te Nederweert
Bijlage 4 Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai Centrumplan te Nederweert
Bijlage 5 Akoestisch Onderzoek Supermarkt Cp Nederweert, Bijlage Iii Berekeningsgegevens
Bijlage 5 Akoestisch onderzoek supermarkt CP Nederweert, bijlage III berekeningsgegevens
Bijlage 6 Onderzoek Luchtkwaliteit
Bijlage 6 Onderzoek luchtkwaliteit
Bijlage 7 Akoestisch Onderzoek Industrielawaai Centrumplan Te Nederweert
Bijlage 7 Akoestisch onderzoek industrielawaai Centrumplan te Nederweert
Bijlage 8 Bureau- En Verkennend Onderzoek Burgemeester Hobusstraat Te Nederweert
Bijlage 8 Bureau- en verkennend onderzoek Burgemeester Hobusstraat te Nederweert
Bijlage 9 Plan Van Aanpak Aanvullend Onderzoek In De Vorm Van Profielputten
Bijlage 9 Plan van aanpak Aanvullend onderzoek in de vorm van profielputten
Bijlage 10 Aanvullend Archeologisch Onderzoek Burgemeester Hobusstraat Te Nederweert
Bijlage 10 Aanvullend archeologisch onderzoek Burgemeester Hobusstraat te Nederweert
Bijlage 11 Quickscan Flora En Fauna Centrumgebied Te Nederweert
Bijlage 11 Quickscan flora en fauna Centrumgebied te Nederweert
Bijlage 12 Nader Ecologisch Veldonderzoek Vleermuizen Centrumgebied Nederweert
Bijlage 12 Nader ecologisch veldonderzoek vleermuizen Centrumgebied Nederweert
Bijlage 13 Onderzoek Stikstofdepositie Centrumplan Te Nederweert
Bijlage 13 Onderzoek stikstofdepositie Centrumplan te Nederweert
Bijlage 14 Verkeersadvies Centrumplan Nederweert
Bijlage 14 Verkeersadvies Centrumplan Nederweert