MOV Roermond
Projectbesluit - Gemeente Roermond
Vastgesteld op 14-12-2010 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Voorschriften
Artikel 1 Begrippen
In deze voorschriften wordt verstaan onder:
1.1 plan:
het projectbesluit 'MOV Roermond;
1.2 projectbesluit:
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in GML-bestand NL.IMRO.0957.PB00000018-VG01met de bijbehorende voorschriften;
1.3 aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de voorschriften voorschriften worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.4 aanduidingsgrens:
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
1.5 bebouwing:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
1.6 bedrijf:
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis verbonden beroepen daaronder niet begrepen;
1.7 besluitgebied:
het object besluitgebied, is het werkingsgebied van een projectbesluit;
1.8 besluitsubvlak:
het object besluitsubvlak is een gebied, geometrisch vastgelegd binnen een object besluitgebied, met een inhoudelijke relatie met een of meer bovenliggende geometrisch vastgelegde objecten besluitvlak of andere objecten besluitsubvlak en heeft geen direct inhoudelijke relatie met het hele werkingsgebied van het gebiedsbesluit (het object besluitgebied);
1.9 besluitsubvlakgrens:
de grens van een besluitsubvlak indien het een vlak betreft;
1.10 besluitvlakgrens:
de grens van een besluitvlak;
1.11 besluitvlak:
het object besluitvlak is een gebied, geometrisch vastgelegd binnen een object besluitgebied, dat zelfstandige eigenschappen heeft (bijvoorbeeld daaraan gekoppelde voorschriften);
1.12 bestaand:
- bij bebouwing: bebouwing zoals aanwezig of wordt gebouwd op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp-projectbesluit, dan wel mag worden gebouwd krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde bouwvergunning;
- bij gebruik: gebruik zoals aanwezig op het tijdstip dat het plan of het betreffende planonderdeel inwerking is getreden;
1.13 bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
1.14 bouwgrens:
de grens van een bouwvlak;
1.15 bouwperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de voorschriften een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
1.16 bouwperceelsgrens:
de grens van een bouwperceel;
1.17 bouwvlak:
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de voorschriften bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;
1.18 bouwwerk:
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
1.19 evenement:
al of niet periodiek terugkerende publieke gebeurtenis op het gebied van sport, cultuur, folklore, handel, recreatie, liefdadigheid, religie, gezondheid, wetenschap, amusement en vergelijkbare gebeurtenissen;
1.20 gebouw:
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.21 horeca:
het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse, één en ander al dan niet in combinatie met ondersteunende activiteiten of met een vermaaksfunctie, met uitzondering van seksinrichtingen;
1.22 kantoor:
een ruimte die door haar aard, indeling en inrichting is bedoeld voor het verrichten van werkzaamheden van hoofdzakelijke administratieve aard;
1.23 keermuur
een muur die door vorm, gewicht en fundering zonder verankering de grond keert, teneinde de druk van een hoger gelegen bodem te weerstaan.
1.24 maatschappelijke opvang:
het tijdelijk bieden van onderdak, begeleiding, informatie en advies aan personen die door een of meer problemen, al dan niet gedwongen, de thuissituatie hebben verlaten en niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving;
1.25 nutsvoorzieningen:
voorzieningen ten behoeve van het op het openbare net aangesloten nutsvoorziening, het telecommunicatieverkeer, het openbaar vervoer en/of het wegverkeer;
1.26 ondergeschikt:
het in verband met een andere hoofdactiviteit uitoefenen van activiteiten in die mate dat duidelijk herkenbaar is dat die hoofdactiviteit de kernactiviteit is die op het perceel plaatsvindt en het uitoefenen van de bedoelde andere activiteiten alleen plaatsvindt als beperkt en ondergeschikt onderdeel van en voortvloeiende uit de hoofdactiviteit;
1.27 overkragen:
uitsteken;
1.28 peil:
- voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang;
- in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld;
1.29 perceelgrens:
een grenslijn tussen bouwpercelen onderling;
1.30 prostitutie:
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
1.31 seksinrichting:
de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of gelegenheid wordt geboden seksuele handelingen te verrichten dan wel vertoningen en/of voorstellingen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in ieder geval verstaan:
- een prostitutiebedrijf;
- een raamprostitutiebedrijf;
- een erotische massagesalon;
- een seksbioscoop;
- een sekstheater;
- een parenclub;
- geheel of gedeeltelijke bedrijfsvoering in overwegend seksueel geaarde dienstverlening;
al dan niet in combinatie met elkaar;
1.32 voorgevellijn:
denkbeeldige lijn die strak loopt langs de voorgevel van een gebouw tot aan de perceelsgrenzen;
1.33 wet/wettelijke regelingen:
indien en voorzover in deze voorschriften wordt verwezen naar wettelijke regelingen c.q. verordeningen e.d., dienen deze regelingen te worden gelezen zoals deze luiden op het tijdstip van de tervisielegging van het ontwerp-projectbesluit, tenzij anders bepaald;
Artikel 2 Wijze Van Meten
2.1 Meetwijze
Bij toepassing van deze voorschriften wordt als volgt gemeten:
de dakhelling:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
- a. de goothoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
- b. de inhoud van een bouwwerk:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
- c. de bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van onderschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
- d. de oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
- e. afstand tot de bouwperceelsgrens:
tussen de grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is;
- f. de breedte van een zone langs een watergang:
vanaf de insteek van de betreffende zijde van de watergang.
2.2 Ondergeschikte bouwdelen
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen binnen bestemmingsvlakken worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de bouw- c.q. besluitvlakgrens met niet meer dan 0,5 m wordt overschreden.
Hoofdstuk 2 Voorschriften Ten Aanzien Van Besluitvlakken
Artikel 3 Groen
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. openbare groenvoorzieningen;
- b. water en waterhuishoudkundige voorzieningen, waaronder begrepen (ondergrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen;
- c. paden en wegen;
- d. parkeervoorzieningen;
met de daarbij behorende:
- e. bouwwerken geen gebouwen zijnde;
- f. nutsvoorzieningen;
- g. evenementen;
- h. verhardingen.
3.2 Bouwvoorschriften
Artikel 4 Maatschappelijk
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het uitoefenen van activiteiten gericht op maatschappelijke opvangvoorzieningen waaronder wordt verstaan:
- 1. dagopvang en dagbesteding
- 2. nachtopvang
- 3. crisisopvang en verblijfsvoorziening
- 4. verslavingszorg
- 5. gebruikersruimte en methadonverstrekking
- 6. bijbehorende kantoorvoorzieningen.
- b. water- en waterhuishoudkundige voorzieningen, waaronder begrepen (ondergrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen;
met de daarbij behorende:
- c. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- d. parkeervoorzieningen;
- e. wegen en paden;
- f. groenvoorzieningen.
4.2 Bouwvoorschriften
4.3 Specifieke gebruiksvoorschriften
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor seks- en horeca-inrichtingen.
Artikel 5 Verkeer
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wegen, straten en paden met hoofdzakelijk een verkeersfunctie;
- b. voet- en fietspaden;
- c. parkeervoorzieningen;
- d. groenvoorzieningen, waaronder begrepen bermen en beplanting;
- e. nutsvoorzieningen;
- f. water- en waterhuishoudkundige voorzieningen, waaronder begrepen (ondergrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen;
- g. oeververbindingen (bruggen);
- h. onderdoorgangen en tunnels ten behoeve van het wegverkeer, uitsluitend ter plaatse van het besluitsubvlak 'tunnel';
met de daarbij behorende:
- i. bouwwerken geen gebouwen zijnde;
- j. evenementen.
5.2 Bouwvoorschriften
5.3 Specifieke gebruiksvoorschriften
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
- a. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de besluitvlakken gerichte gebruik van de grond;
- b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de besluitvlakken gerichte gebruik van de grond.
Hoofdstuk 3 Algemene Voorschriften
Artikel 6 Overige Voorschriften
6.1 Bepaling met betrekking tot het aantal parkeerplaatsen op eigen terrein
Bij het oprichten van gebouwen of het veranderen van gebruik dient de inrichting van elk perceel zodanig te zijn dat voldoende ruimte aanwezig is om zowel het parkeren als het eventueel laden en lossen te kunnen afwikkelen. In totaal dient voorzien te zijn in voldoende parkeeraccommodatie, inclusief parkeergelegenheid voor werknemers en bezoekers, conform de parkeernormen zoals opgenomen in bijlage 1. Voor de toepassing dienen de normen uit de kolom 'rest bebouwde kom' gebruikt te worden voor arbeidsextensieve en bezoekersextensieve bedrijven.
Hoofdstuk 4 Slotvoorschrift
Artikel 7 Slotvoorschrift
Deze voorschriften worden aangehaald als: Voorschriften van het projectbesluit 'MOV Roermond'.
Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders
………………………
De burgemeester, De secteraris,
………. ………
Bijlage 1 Parkeernormen
Bijlage 1 Zienswijzenverslag
Bijlage 2 Externe Veiligheidsonderzoek
Bijlage 2 Externe veiligheidsonderzoek
Bijlage 3 Waterparagraaf
Bijlage 4 Verkennend En Aanvullend Bodemonderzoek
Bijlage 4 Verkennend en aanvullend bodemonderzoek
Bijlage 5 Archeologisch Onderzoek
Bijlage 5 Archeologisch onderzoek
Bijlage 6 Luchtkwaliteitsonderzoek
Bijlage 6 Luchtkwaliteitsonderzoek
Bijlage 7 Historisch Bodemonderzoek
Bijlage 7 Historisch bodemonderzoek
Bijlage 8 Flora En Fauna Onderzoek
Bijlage 8 Flora en fauna onderzoek
Bijlage 9 2e Aanvullend Vleermuisonderzoek
Bijlage 9 2e aanvullend vleermuisonderzoek