het bestemmingsplan 'Grondverkopen' met het identificatienummer NL.IMRO.1586.BPGV1700-VG01.

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels.

het bestemmingsplan Dorpskern Lichtenvoorde 2009 met identificatienummer NNL.IMRO.1586.BPLIC100-VS04 zoals vastgesteld door de gemeenteraad van Oost Gelre op 25 mei 2010, zie bestemmingsplan Dorpskern Lichtenvoorde 2009.

het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre met identificatienummer NL.IMRO.1586.BPBUI1500-VG05 zoals vastgesteld door de gemeenteraad van Oost Gelre op 15 juli 2014, zie bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre.

het bestemmingsplan Stadscentrum Groenlo met identificatienummer NL.IMRO.1586.BPGRO400-VA05 zoals vastgesteld door de gemeenteraad van Oost Gelre op 30 oktober 2012, zie bestemmingsplanStadscentrum Groenlo.

het bestemmingsplan Woonwijken Groenlo met identificatienummer NL.IMRO.1586.BPGRO500-OW05 zoals vastgesteld door de gemeenteraad van Oost Gelre op 30 oktober 2012, zie bestemmingsplanWoonwijken Groenlo.

het bestemmingsplan Woonwijken Lichtenvoorde met identificatienummer NL.IMRO.1586.BPLIC200-VG05 zoals vastgesteld door de gemeenteraad van Oost Gelre op 8 oktober 2013, zie bestemmingsplan Woonwijken Lichtenvoorde.

installatie om de waterstand in een polder, waterschapsgebied, watergang of (deel van) een kanaal te regelen, waarbij de aandrijving niet, zoals bij een molen, wordt verkregen door wind- of waterkracht, maar veelal door stoom of elektriciteit.

Op de gronden met de bestemming Bedrijf is de bestemming Bedrijf uit het bestemmingsplanReparatieplan Buitengebied Oost Gelre van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat

1. a. ter plaatse van deze aanduiding nutsvoorziening:
   1. 1. een nutsvoorziening is toegestaan;
   2. 2. uitsluitend bestaande gebouwen zijn toegestaan;
   3. 3. de maatvoering van de bebouwen mag niet meer bedragen dan de bestaande maatvoering.

Op de gronden met de bestemming Maatschappelijk is:

1. a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - 1' de bestemming Maatschappelijk uit het bestemmingsplan Dorpskern Lichtenvoorde van overeenkomstige toepassing; (zie artikel 10 Maatschappelijk uit dat plan)
2. b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - 2' de bestemming Maatschappelijk uit het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre van overeenkomstige toepassing, (zie artikel 10 Maatschappelijk uit dat plan), met dien verstande dat:
   1. 1. ter plaatse van de aanduiding 'gemaal' een gemaal is toegestaan;
   2. 2. de bouwhoogte van palen en masten mag niet meer bedragen dan 8 m;
   3. 3. indien de bestaande bebouwing afwijkt van het bepaalde onder b dan geldt de bestaande bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, mits deze op een legale wijze tot stand is gebracht.

Op de gronden met de bestemming Tuin is:

1. a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van tuin - 1' de bestemming Tuin uit het bestemmingsplan Woonwijken Groenlo van overeenkomstige toepassing (zie artikel 16 Tuin uit dat plan);
2. b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van tuin - 2' de bestemming Tuin uit het bestemmingsplan Woonwijken Lichtenvoorde van overeenkomstige toepassing (zie artikel 13 Tuin uit dat plan);
3. c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van tuin - 3' de bestemming Tuin uit het bestemmingsplan Dorpskern Lichtenvoorde 2009 van overeenkomstige toepassing (zie artikel 11Tuin uit dat plan).

Op de gronden met de bestemming Wonen is:

1. a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - 1' de bestemming Wonen-1 uit het bestemmingsplan Woonwijken Groenlo van overeenkomstige toepassing (zie artikel 19 Wonen uit dat plan);
2. b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - 2' de bestemming Wonen uit het bestemmingsplan Stadscentrum Groenlo van overeenkomstige toepassing (zie artikel 18 Wonen uit dat plan);
3. c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - 3' de bestemming Wonen uit het bestemmingsplan Woonwijken Lichtenvoorde van overeenkomstige toepassing (zie artikel 16Wonen uit dat plan);
4. d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - 4' de bestemming Wonen uit het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied van overeenkomstige toepassing (zie artikel 19Wonen uit dat plan).

De dubbelbestemmingen zoals deze binnen het plangebied aanwezig zijn op grond van de bestemmingsplannen bestemmingsplan Dorpskern Lichtenvoorde 2009, bestemmingsplanReparatieplan Buitengebied Oost Gelre, bestemmingsplanStadscentrum Groenlo, bestemmingsplanWoonwijken Groenlo, bestemmingsplan Woonwijken Lichtenvoorde zijn van overeenkomstige toepassing.

Ter plaatse van de aanduiding:

• 'specifieke vorm van maatschappelijk - 2' en 'specifieke vorm van wonen - 4' zijn de algemene regels uit het plan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre van overeenkomstige toepassing (zie hoofdstuk3 Algemene regels uit dat plan);
• 'specifieke vorm van tuin - 1' en 'specifieke vorm van wonen -1' zijn de algemene regels uit het plan Woonwijken Groenlo van overeenkomstige toepassing (zie hoofdstuk 3 Algemene regels uit dat plan);
• 'specifieke vorm van tuin - 2' en 'specifieke vorm van wonen - 3' zijn de algemene regels uit het plan Woonwijken Lichtenvoorde van overeenkomstige toepassing (zie hoofdstuk 3 Algemene regels uit dat plan);
• 'specifieke vorm van maatschappelijk - 1' en 'specifieke vorm van tuin - 3' zijn de algemene regels uit het plan Dorpskern Lichtenvoorde van overeenkomstige toepassing (zie hoofdstuk 3 Algemeneregels uit dat plan);
• 'specifieke vorm van wonen - 2' zijn de algemene regels uit het plan Stadskern Groenlo van overeenkomstige toepassing (zie hoofdstuk 3 Algemene regels uit dat plan).

1. a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:

1. 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
2. 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.

1. a. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a. een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder sub a met maximaal 10%.
2. b. Het bepaalde onder sub a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

1. a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
2. b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder sub a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
3. c. Indien het gebruik, bedoeld onder sub a, na het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
4. d. Het bepaalde onder sub a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

De regels worden aangehaald als: 'Regels van het bestemmingsplan 'Grondverkopen'.

Voorliggend bestemmingsplan heeft betrekking op een aantal locaties in de gemeente Oost Gelre. Het bestemmingsplan dient met name actualisatie van vigerende ruimtelijke plannen binnen de gemeente. Sinds 2011 hebben er namelijk diverse grondverkopen van stukjes groen, die geen structuurgroen hoeven te blijven, plaats gevonden. Het doel van voorliggend bestemmingsplan is de bestemmingsregelingen aan te passen naar de nieuwe bestemmingen naar aanleiding van de verkopen van groenstroken die geen structuurfunctie hebben en twee omissies in eerdere bestemmingplannen.

Het plangebied bestaat uit 45 op zichzelf staande locaties in de gemeente Oost Gelre. Zestien behoren tot de kern Lichtenvoorde, 28 locaties behoren tot de kern Groenlo en één locatie behoort tot de kern Vragender.

Voor de locaties vigeren vijf bestemmingsplannen, namelijk:

• Bestemmingsplan Dorpskern Lichtenvoorde, vastgesteld op 25 mei 2010;
• Bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied, vastgesteld op 15 juli 2014;
• Bestemmingsplan Woonwijken Groenlo, vastgesteld op 30 oktober 2012;
• Bestemmingsplan Woonwijken Lichtenvoorde, vastgesteld op 8 oktober 2013;
• Bestemmingsplan Stadscentrum Groenlo, vastgesteld op 30 oktober 2012.

In onderstaande tabel is voor elke locatie zichtbaar welk bestemmingsplan geldt en welke bestemming daarbij hoort.

Het bestemmingsplan Grondverkopen bestaat uit toelichting, regels en verbeelding. De bestemming van de gronden is geometrisch bepaald door middel van lijnen, coderingen en arceringen. Aan de bestemmingen zijn regels ten aanzien van het bouwen en het gebruik toegekend. Het plan gaat vergezeld van deze toelichting. In de toelichting worden de keuzes die zijn gemaakt bij het opstellen van het bestemmingsplan verantwoord en verduidelijkt. Vervolgens wordt hierin de uitvoerbaarheid van het plan aangetoond.

In deze toelichting wordt, na dit inleidende hoofdstuk, in hoofdstuk 2 een schematisch overzicht van de aanpassingen. Hoofdstuk 3 gaat in op het relevante beleidskader. De diverse milieuaspecten worden behandeld in hoofdstuk 4 en hoofdstuk 5 gaat tenslotte in op de uitvoerbaarheid van het plan.

In dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de aanpassing per locatie.

Tabel 2.1 geeft een overzicht van de locaties die opgenomen zijn in het bestemmingsplan Grondverkopen. De tabel laat per locatie zien welke bestemming de locatie heeft op basis van het vigerende bestemmingsplan en welke nieuwe bestemming en aanduiding het betreffende perceel krijgt in dit bestemmingsplan. Daar waar een functieaanduiding is opgenomen is dit opgenomen in de tabel.

Tabel 2.1 Aanpassingen per locatie

De bestemmingen die de gewijzigde percelen krijgen zijn inhoudelijk afgestemd op de vigerende bestemmingsplannen zodat geen onderscheid kan ontstaan in de bouw- en gebruiksmogelijkheden. De bestemmingsregels en verbeelding van de onderliggende bestemmingsplannen blijven van kracht met uitzondering van de enkelbestemming die ter plaatse geldt. Die wordt namelijk gewijzigd met dit bestemmingsplan. De dubbelbestemmingen blijven onverkort van toepassing.

Daarnaast voorziet dit plan enkel in een wijziging in de bestemmingsregels van het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied met betrekking tot de bestemmingen 'Bedrijf' en 'Maatschappelijk'. Deze wijziging heeft betrekking op de Oude Borculoseweg ongenummerd, waar een gemaal staat en de Kapelweg ongenummerd, waar nutsvoorzieningen zijn toegestaan. Deze aanduidingen worden toegevoegd aan de regels.

Een bestemmingsplan mag niet in strijd zijn met de beleidskaders op nationaal, provinciaal en gemeentelijk niveau. Op nationaal niveau zijn de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) en het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) relevant, en op provinciaal niveau de Omgevingsvisie en Omgevingsverordening van de provincie Gelderland.

De zaken die in dit bestemmingsplan mogelijk gemaakt worden vallen op te delen in twee categorieën:

• het bestemmen van de toegestane nieuwe bestemmingen naar aanleiding van de verkopen van groenstroken die geen structuurfunctie hebben;
• het herstellen van twee kleine omissies in de vigerende plannen.

Gelet op de aard, de inhoud en de schaal van de wijzigingen, waarbij het bovendien gaat om het positief bestemmen van reeds legaal aanwezige functies, dan wel bouwwerken, speelt noch Rijksbeleid, noch provinciaal beleid een rol in dit plan. Daarnaast zijn de locaties van dit plangebied niet op gronden gelegen waarvoor specifieke eisen uit geldende beleidstukken op Rijks- en provinciaal niveau voortvloeien. Dit plan is dan ook in overeenstemming met dit beleid.

In het kader van een goede ruimtelijke ordening mag een bestemmingsplan niet in strijd is met een aantal milieuaspecten. Dit betreft de milieuaspecten water, bodem, archeologie, cultuurhistorie, luchtkwaliteit, bedrijven en milieuzonering, externe veiligheid, kabels en leidingen en ecologie.

Voorliggend bestemmingsplan heeft als doel een aantal kleine percelen uit de vigerende plannen te bestemmen naar feitelijk gebruik. Dit bestemmingsplan maakt dus geen directe ontwikkelingen mogelijk. De vigerende bestemmingsplannen zijn allemaal recentelijk vastgesteld en dus nog voldoende actueel. In deze bestemmingsplannen is reeds onderzoek gedaan naar de milieuaspecten. Gezien het bovenstaande en de aard, schaal en inhoud van de wijzigingen, kan afgezien worden van onderzoek in dit bestemmingsplan en volstaat een verwijzing naar de betreffende onderzoeken in de vigerende plannen.

Dit bestemmingsplan voorziet niet in de uitvoering van werken door de gemeente Oost Gelre en maakt ook geen aangewezen bouwplannen mogelijk. Hiermee worden aangewezen bouwplannen bedoeld zoals in artikel 6.2.1 Bro. Het gaat hierbij om de bouw van woningen/hoofdgebouwen en uitbreiding van tenminste 1.000 m². Deze ontwikkelingen worden op de kleine percelen niet mogelijk gemaakt. Het plan voorziet namelijk uitsluitend in aanpassing van de bestemmingsregeling. Er wordt daarom geen exploitatieplan vastgesteld.

Het bestemmingsplan doorloopt de in de Wro opgenomen bestemmingsplanprocedure. Voor de start van de wettelijke procedure is op grond van artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening de Uniforme Openbare Voorbereidingsprocedure (afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht) doorlopen. Hierbij is mondeling vooroverleg geweest met waterschap.

Daarnaast wordt eenieder in de gelegenheid gesteld een zienswijze naar voren te brengen ten aanzien van het ontwerpbestemmingsplan.