Hoogspanningsverbinding Maasgouw
Bestemmingsplan - gemeente Maasgouw
Vastgesteld op 15-10-2019 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan
het bestemmingsplan "Hoogspanningsverbinding Maasgouw" met identificatienummer NL.IMRO.1641.BPL078-VG01 van de gemeente Maasgouw;
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
1.3 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.4 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
1.5 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak;
1.6 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
1.7 moederplannen
de bestemmingsplannen:
- "Heel - Panheel" met identificatienummer NL.IMRO.1641.BPL036-DO01;
- "Bedrijventerreinen - Maasbracht" met identificatienummer NL.IMRO.1641.BPL003-DO01;
- "Linne" met identificatienummer NL.IMRO.1641.BPL027-OH01;
- "Maasbracht - Brachterbeek" met identificatienummer NL.IMRO.1641.BPL037-OH01;
- "Reparatieplan" met identificatienummer NL.IMRO.1641.BPL061-OH01;
- "Ohé en Laak" met identificatienummer NL.IMRO.1641.BPL009-OH01;
- "Stevensweert" met identificatienummer NL.IMRO.1641.BPL017-OH01;
- "Beegden" met identificatienummer NL.IMRO.1641.BPL014-OH01.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 2 Toepassingsbereik Regels
De regels behorende bij de moederplannen zijn onverminderd van toepassing, met uitzondering van de begrippen zoals in artikel 1 van dit plan in lid 1.1 tot en met 1.7 zijn opgenomen. Artikel 3 komt in de plaats van de dubbelbestemming 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' van de moederplannen. Het gaat daarbij om de volgende artikelen:
Geldende bestemmingsplannen | dubbelbestemming "Leiding - Hoogspanningsverbinding" |
bestemmingsplan "Heel - Panheel" | art. 31 |
bestemmingsplan "Bedrijventerreinen - Maasbracht" | art. 14 |
bestemmingsplan "Linne" | art. 26 |
bestemmingsplan "Maasbracht - Brachterbeek" | art. 29 |
bestemmingsplan "Reparatieplan" | art. 26 |
bestemmingsplan "Beegden" | art. 24 |
bestemmingsplan "Stevensweert" | art. 18 |
bestemmingsplan "Ohé en Laak" | art. 21 |
Voor de anti-dubbeltelregel, het overgangsrecht en de slotregel uit de moederplannen komen respectievelijk artikel 4, 5 en 6 van dit plan in de plaats.
Artikel 3 Leiding - Hoogspanningsverbinding
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, bestemd voor een hoogspanningsverbinding en bij de hoogspanningsverbinding behorende beschermingszone.
3.2 Bouwregels
3.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning af laten wijken van het bepaalde in 3.2 en toestaan dat binnen de beschermingszone bouwwerken worden gebouwd, mits:
- a. geen aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de leiding;
- b. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder(s).
3.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 4 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 5 Overgangsrecht
5.1 Overgangsrecht bouwwerken
- 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- 2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
- 3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
5.2 Overgangsrecht gebruik
- 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;
- 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;
- 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;
- 4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 6 Slotregel
Deze regels worden aangehaald: Regels van het bestemmingsplan 'Hoogspanningsverbinding Maasgouw'.
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
TenneT TSO B.V. is de beheerder van het landelijk hoogspanningsnet. Het hoogspanningsnet is de ruggengraat van de Nederlandse elektriciteitsvoorziening. Vanwege het grote, nationale belang daarvan wil de rijksoverheid dat hoogspanningsnet ruimtelijk beschermen. Eén van de maatregelen daartoe is de verplichting in het Barro (Besluit algemene regels ruimtelijke ordening) voor gemeenten om bestaande hoogspanningsverbindingen van 220kV en hoger op te nemen in de betreffende bestemmingsplannen. Deze verplichting leidt er toe, dat bestaande tracés van hoogspanningsverbindingen niet zonder meer kunnen worden gewijzigd en dat andere ruimtelijke activiteiten op of langs de tracés tot op zekere hoogte worden beperkt. Het hoogspanningsnet wordt in die zin dus ruimtelijk beschermd om te kunnen doen waar het voor is bedoeld, namelijk het transporteren van elektriciteit.
In de bestemmingsplannen "Heel - Panheel", "Bedrijventerreinen Maasbracht", "Linne", "Stevensweert" en "Ohé en Laak" is een regeling opgenomen voor de bovengrondse hoogspanningsverbinding binnen de gemeente Maasgouw. In de regels van dit vijftal bestemmingsplannen geldt voor de hoogspanningsmasten een maximale hoogte van 60 meter. Dit komt niet overeen met de vergunde en gerealiseerde situatie.
Om de bestaande hoogspanningsverbinding planologisch op een juiste wijze te regelen, is een bestemmingsplanherziening noodzakelijk. Het voorliggende bestemmingsplan, genaamd bestemmingsplan “Hoogspanningsverbinding Maasgouw”, is een herziening van de bestemmingsplannen "Heel - Panheel", "Bedrijventerreinen Maasbracht", "Linne", "Stevensweert" en "Ohé en Laak".
Binnen de gemeente Maasgouw zijn ook drie andere bestemmingsplannen van kracht waarin een regeling is opgenomen voor de bovengrondse 380kV-hoogspanningsverbindingen. De regelingen in de bestemmingsplannen "Maasbracht - Brachterbeek", "Reparatieplan" en "Beegden" komen wel overeen met de vergunde en gerealiseerde situatie. Met het oog op het realiseren van één generieke en overzichtelijke regeling is ervoor gekozen ook de 380 kV-verbindingen uit deze drie plannen mee te nemen in voorliggend bestemmingsplan.
1.2 Leeswijzer
Deze toelichting bevat vier hoofdstukken:
- Hoofdstuk 1 Inleiding;
- Hoofdstuk 2 Aanpassingen;
- Hoofdstuk 3 Juridische planopzet;
- Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid.
Hoofdstuk 2 Aanpassingen
Ten opzichte van het vijftal vigerende bestemmingsplannen worden beperkte wijzigingen doorgevoerd met voorliggend bestemmingsplan. In deze bestemmingsplannen zijn telkens regels met betrekking tot de dubbelbestemming 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' opgenomen. In de bouwregels is een maximale bouwhoogte voor hoogspanningsmasten van 60 meter opgenomen.
Geldende bestemmingsplannen | dubbelbestemming "Leiding - Hoogspanningsverbinding" |
bestemmingsplan "Heel - Panheel" | art. 31 |
bestemmingsplan "Bedrijventerreinen - Maasbracht" | art. 14 |
bestemmingsplan "Linne" | art. 26 |
bestemmingsplan "Maasbracht - Brachterbeek" | art. 29 |
bestemmingsplan "Reparatieplan" | art. 26 |
bestemmingsplan "Beegden" | art. 24 |
bestemmingsplan "Stevensweert" | art. 18 |
bestemmingsplan "Ohé en Laak" | art. 21 |
Figuur 1: Overzichtstabel van geldende bestemmingsplannen
Dit komt - voor zover het de bestemmingsplannen "Heel - Panheel", "Bedrijventerreinen - Maasbracht", "Linne", "Stevensweert" en "Ohé en Laak" betreft - niet overeen met de vergunde en gerealiseerde situatie. Om het bestemmingsplan overeenkomstig de werkelijke situatie te maken wordt in voorliggend bestemmingsplan de dubbelbestemmingen "Leiding - Hoogspanningsverbinding" herzien voor de 380 kV-hoogspanningsverbindingen in de gemeente Maasgouw.
De staalhoogte van de hoogspanningsverbindingen in het plangebied loopt uiteen van 43,7 tot 98,5 meter. De daadwerkelijke bouwhoogte van de hoogspanningsmasten is dan ook groter, zeker gezien de bij sommige masten aanwezige bovengrondse fundering. Binnen het plangebied bevinden zich bovendien twee masten met een bouwhoogte van 98,5 die zich direct aan weerszijden van de Maas staan. Ook bevat het plangebied één mast met een bouwhoogte van 76 meter aan de westzijde van het Julianakanaal.
Afgezien van dit drietal masten zijn de hoogspanningsmasten in het plangebied niet hoger dan 63,6 meter. In het bestemmingsplan wordt dan ook een maximale bouwhoogte van 65 meter opgenomen. Daarnaast wordt een aanduiding opgenomen ter plaatse van waar de hoogspanningsverbinding de Maas overspant en een bouwhoogte van 100 meter is toegestaan. Ter plaatse van de mast van 76 meter wordt tevens een aanduiding opgenomen waarmee een bouwhoogte van 80 meter is toegestaan. Er worden geen andere aanpassingen gedaan ten opzichte van de vigerende bestemmingsplannen.
Voor de leesbaarheid is de hoogspanningsverbinding, waarop dit bestemmingsplan betrekking heeft, opgenomen in de verbeelding (figuur 2). Dit bestemmingsplan stelt uitsluitend regels die zien op de hoogspanningsverbinding voor zover die is weergegeven op de verbeelding. Voor alle andere bestemmingen en dubbelbestemmingen wordt verwezen naar de verbeelding en regels van de vigerende bestemmingsplannen.
Figuur 2: Plangebied met dubbelbestemming 'Leiding - Hoogspanningsverbinding'
Hoofdstuk 3 Juridische Planopzet
Dit plan is een herziening van de bestemmingsplannen "Heel - Panheel", "Bedrijventerreinen - Maasbracht", "Linne", "'Maasbracht - Brachterbeek", "Reparatieplan", "Ohé en Laak", "Stevensweert" en "Beegden". Na onherroepelijk worden van deze herziening maakt dit plan als zodanig onderdeel uit van de genoemde bestemmingsplannen.
Algemeen
Op 1 juli 2008 is de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) in werking getreden. In artikel 1.2.5 van het Bro is onder meer bepaald dat bestemmingsplannen en partiële herzieningen daarvan digitaal beschikbaar gesteld dienen te worden. Vanaf 1 juli 2013 is daarbij toepassing van de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2012 (SVBP2012) verplicht. Deze partiële herziening is opgesteld volgens die standaard.
Partiële herziening
Het digitale bestemmingsplan "Hoogspanningsverbinding Maasgouw" is de verzameling geometrisch bepaalde planobjecten dat is vervat in een GML-bestand (NL.IMRO.1641.BPL078-VG01) met bijbehorende regels. Dit bestemmingsplan is via elektronische weg uitwisselbaar en raadpleegbaar. Het geeft de bestemming en de bebouwingsmogelijkheden van de gronden aan. De digitale herziening treedt gedeeltelijk in de plaats van de bestemmingsplannen "Heel - Panheel", "Bedrijventerreinen - Maasbracht", "Linne", "'Maasbracht - Brachterbeek", "Reparatieplan", "Ohé en Laak", "Stevensweert" en "Beegden".
Regels
In artikel 1 is een aantal begrippen opgenomen, zodat duidelijk wordt wat onder het plan, de moederplannen en de partiële herziening wordt verstaan. Hierin zijn verder de begrippen opgenomen die volgens het SVBP 2012 verplicht zijn.
In artikel 2 is de verhouding tussen de herziening en de vigerende plannen vastgelegd. De regels behorende bij het bestemmingsplan zijn onverminderd van toepassing voor de onderhavige herziening, tenzij in deze herziening anders wordt bepaald.
In artikel 3 is de dubbelbestemming "Leiding - Hoogspanningsverbinding'' uit de moederplannen integraal overgenomen, waarbij de maximale bouwhoogte van hoogspanningsmasten is aangepast naar maximaal 65 meter. Tevens zijn er twee aanduiding opgenomen waar respectievelijk een maximale bouwhoogte van 100 meter en 80 meter zijn toegestaan.
In de regels van de herziening is voorts een algemene regel opgenomen conform het Besluit ruimtelijke ordening. Het gaat hierbij om de in artikel 4 opgenomen anti-dubbeltelregel.
Tot slot is in hoofdstuk 4 van de regels het op grond van het Besluit ruimtelijke ordening voorgeschreven overgangsrecht (artikel 5) opgenomen en de slotregel (artikel 6).
Verbeelding
Op de verbeelding bij deze herziening is voor alle percelen waarop op grond van deze herziening de bouwhoogte van hoogspanningsmasten binnen de dubbelbestemming "Leiding -Hoogspanningsverbinding" wordt doorgevoerd weergegeven. Tevens is er ter plaatse van twee masten een aanduiding voor een maximale bouwhoogte van 100 meter opgenomen en ter plaatse van één mast een aanduiding voor een maximale bouwhoogte van 80 meter opgenomen.
De overige bestemmingen en eventuele aanduidingen uit de vigerende plannen blijven onverminderd van kracht.
Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid
4.1 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
Het ontwerpbestemmingsplan is voor een periode van zes weken ter inzage gelegd. In deze periode kon eenieder een zienswijze indienen. Er zijn geen zienswijzen ingediend.
4.2 Economische Uitvoerbaarheid
Op grond van artikel 6.12 lid 1 in samenhang met artikel 6.12 lid 4 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) is de gemeenteraad verplicht voor het verhaal van kosten een exploitatieplan op te stellen en vast te stellen gelijktijdig met de vaststelling van het bestemmingsplan tenzij het kostenverhaal anderszins is geregeld, bijvoorbeeld middels een anterieure overeenkomst (art. 6.12 lid 2 sub a Wro).
Deze partiële herziening is consoliderend van aard. Het plan voorziet in een aanpassing om de bestaande situatie juist te bestemmen. Hoewel deze partiële herziening daarom geen financiële consequenties heeft voor de gemeente, zal toch een planschadeverhaalsovereenkomst worden gesloten zoals in casu gebruikelijk is. Er wordt geen exploitatieplan opgesteld.