KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Artikel 2 Wijze Van Meten
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch - 1
Artikel 4 Agrarisch - 2
Artikel 5 Bedrijf
Artikel 6 Bedrijf - Nutsvoorziening
Artikel 7 Bedrijf - Oude Stationsstraat 25
Artikel 8 Centrum
Artikel 9 Gemengd
Artikel 10 Groen
Artikel 11 Horeca
Artikel 12 Maatschappelijk
Artikel 13 Recreatie
Artikel 14 Sport
Artikel 15 Tuin
Artikel 16 Verkeer
Artikel 17 Verkeer - Spoorweg
Artikel 18 Water
Artikel 19 Wonen
Artikel 20 Leiding
Artikel 21 Waarde - Archeologie 1
Artikel 22 Waarde - Archeologie 2
Artikel 23 Waarde - Archeologie 3
Artikel 24 Waarde - Plaatse Strabrecht
Artikel 25 Waterstaat - Attentiegebied Ehs
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 26 Anti-dubbeltelregel
Artikel 27 Algemene Bouwregels
Artikel 28 Algemene Aanduidingsregels
Artikel 29 Algemene Afwijkingsregels
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 30 Overgangsrecht
Artikel 31 Slotregel
Bijlagen Bij De Regels
Bijlage 1 Staat Van Bedrijfsactiviteiten
Bijlage 2 Staat Van Bedrijfsactiviteiten Oude Stationsstraat 25

Bestemmingsplan Kom Heeze 2015

Bestemmingsplan - Gemeente Heeze-Leende

Vastgesteld op 13-04-2015 - deels onherroepelijk in werking

Bestanden

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder:

1.1 plan:

het bestemmingsplan "Kom Heeze 2015" met identificatienummer NL.IMRO.1658.BPkomheeze2014-vs01 van de gemeente Heeze-Leende;

1.2 bestemmingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en bijlagen;

1.3 aanbouw/uitbouw:

een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, dan wel als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;

1.4 aanduiding:

een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik of het bebouwen van deze gronden;

1.5 aanduidingsgrens:

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;

1.6 aan-huis-verbonden bedrijf:

een bedrijf of het bedrijfsmatig uitoefenen van bedrijvigheid gericht op consumentenverzorging, geheel of gedeeltelijk door middel van handwerk, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende gebouwen, met behoud van woonfunctie, kan worden uitgeoefend;

1.7 aan-huis-verbonden beroep:

een dienstverlenend beroep, niet gericht op consumentenverzorging, dat in of bij een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is. Gastouder als bedoeld in de Wet Kinderopvang en Kwaliteitseisen Peuterspeelzalen (WKKP) is hieronder begrepen;

1.8 afhankelijke woonruimte:

een bijgebouw dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de woning met een zelfstandige woonvoorziening waarin een huishouding uit een oogpunt van mantelzorg gehuisvest is;

1.9 agrarisch bedrijf:

een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen (houtteelt daaronder begrepen) of het houden van dieren, met uitzondering van intensieve veehouderij;

1.10 bebouwing:

één of meer gebouwen of bouwwerken geen gebouwen zijnde;

1.11 bedrijf:

een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten;

1.12 bedrijfsvloeroppervlakte:

de totale vloeroppervlakte van de ruimte die wordt gebruikt voor een bedrijf, inclusief opslagruimten, sanitaire ruimten en dergelijke;

1.13 bedrijfswoning:

een woning in of bij een gebouw of op een terrein, bestemd voor de huisvesting van (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is;

1.14 bestemmingsgrens:

de grens van een bestemmingsvlak;

1.15 bestemmingsvlak:

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;

1.16 bijgebouw:

een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch en functioneel opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;

1.17 bouwen:

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;

1.18 bouwgrens:

de grens van een bouwvlak;

1.19 bouwlaag:

het doorlopende geheel van op gelijke of nagenoeg gelijke vloerhoogte gelegen ruimten in een gebouw met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van kelder, onderbouw, zolder en vliering;

1.20 bouwlocatie:

plaats die dient voor de opbouw en afbraak van Brabantsedagwagens en waar ten behoeve van deze functie een tijdelijk bouwwerk, dat dient als onderkomen voor deze praalwagens, mag worden opgericht;

1.21 bouwperceel:

een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;

1.22 bouwperceelgrens:

de grens van een bouwperceel;

1.23 bouwvlak:

een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;

1.24 bouwwerk:

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

1.25 cultuurhistorische waarde:

de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan en door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis van dat bouwwerk of dat gebied heeft gemaakt, zoals dat onder meer tot uitdrukking komt in de beplanting, het reliëf, de verkaveling, het sloten- of wegenpatroon of de architectuur;

1.26 detailhandel:

het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit. Bedrijven gericht op consumentenverzorging, zoals kappers, schoonheidsspecialisten en nagelstudio's zijn hieronder begrepen;

1.27 dienstverlening:

het verlenen van diensten aan derden, waarvan de uitoefening geschiedt in een rechtstreeks contact met het publiek, al dan niet door middel van een baliefunctie, met uitzondering van een seksinrichting;

1.28 evenement:

een georganiseerde publieke gebeurtenis in de vorm van een voor het publiek toegankelijke verrichting van vermaak in de vorm van sport, spel, cultuur, tradities en dergelijke;

1.29 extensief recreatief medegebruik:

een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan en waarbij het gebruik weinig invloed heeft op de doeleinden binnen de bestemming;

1.30 gebouw:

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

1.31 groothandel:

het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen of afleveren van goederen aan wederverkopers, dan wel aan instellingen dan wel personen ter aanwending in een andere bedrijfsactiviteit;

1.32 handel in volumineuze goederen:

detailhandel die vanwege de aard en omvang van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig hebben voor de uitstalling, zoals caravans, auto's etc. Bouwmarkten zijn hieronder tevens begrepen.

1.33 hoofdgebouw:

een gebouw, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een bouwperceel en, gelet op die bestemming, het belangrijkste is;

1.34 horecabedrijf:

een bedrijf dat is gericht op het verstrekken van dranken of etenswaren voor gebruik ter plaatse, het exploiteren van zaalaccommodatie of nachtverblijf. Tot de hieronder genoemde begrippen Horeca 1 tot en met Horeca 3 worden mede begrepen de niet genoemde, maar naar aard, omvang en uitstraling op het woon- en leefmilieu vergelijkbare horecasoorten:

Horeca 1 (daghoreca):

vormen van horeca-activiteiten die qua exploitatievorm en openingstijden aansluiten bij winkelvoorzieningen en waarbij de activiteiten primair gericht zijn op het bedrijfsmatig verstrekken van etenswaren of dranken voor nuttiging al dan niet ter plaatse en waarvan de exploitatie doorgaans geen of slechts in lichte mate een aantasting van het woon- en leefklimaat kan veroorzaken, zoals broodjeszaken, ijssalons en lunchrooms.

Horeca 2:

een bedrijf waar bedrijfsmatig dranken of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt, zoals (eet)cafés, restaurants, brasseriën, cafetaria's etc., met uitzondering van een discotheek, een en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie.

Horeca 3:

een bedrijf waar bedrijfsmatig logies worden verstrekt met als nevenfunctie het verstrekken van maaltijden of dranken (aan de logerende gasten), zoals hotels en pensions.

1.35 huishouden:

een verzameling van één of meer personen die een huishouding voeren, waarbij sprake is van continuïteit in samenstelling en onderling verbondenheid;

1.36 intensieve veehouderij:

een agrarisch bedrijf met een bedrijfsvoering die geheel of in overwegende mate in gebouwen plaatsvindt en gericht is op het houden van dieren, zoals rundveemesterij, varkens-, vleeskalver-, pluimvee-, pelsdier-, geiten- of schapenhouderij of een combinatie van deze bedrijfsvormen, alsmede naar de aard daarmee gelijk te stellen bedrijfsvormen;

1.37 kamerverhuur:

de verhuur van een woning of woongebouw geheel of nagenoeg geheel via kameruitgifte, waarbij kamers geen zelfstandige woonruimte vormen door het ontbreken er in van wezenlijke voorzieningen zoals een eigen kook- of wasgelegenheid of toilet;

1.38 kantoor:

een locatie die dient voor het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij afnemers niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord worden gestaan en geholpen;

1.39 landschappelijke waarden:

het geheel van waarden in verband met bijzondere landschappelijke kenmerken van een gebied of object, in de zin van karakteristieke verschijningsvorm, herkenbaarheid/identiteit en diversiteit, dat bestaat uit aardkundige, archeologische, cultuurhistorische en visueel-ruimtelijke waarden, afzonderlijk of in onderlinge samenhang;

1.40 maatschappelijke voorzieningen:

educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorzieningen, alsmede voorzieningen ten behoeve van sportieve recreatie en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening;

1.41 mantelzorg:

het bieden van zorg aan een ieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband;

1.42 natuurlijke waarden:

de waarden in verband met de aanwezigheid van bijzondere planten, dieren en leefgemeenschappen in onderlinge samenhang en in samenhang met hun leefomgeving (biotoop) en welke verband houden met zaken als verscheidenheid/zeldzaamheid, natuurlijkheid/ongestoordheid en kenmerkendheid voor het gebied;

1.43 ondergeschikte detailhandel:

beperkte op de eindgebruiker gerichte verkoop van goederen, die functioneel rechtstreeks verband houden met de bedrijfsactiviteiten;

1.44 ondersteunende horeca:

horeca-activiteiten die uitsluitend in samenhang met en ondersteunend aan de hoofdactiviteit mogen plaatsvinden en waarbij de openingstijden van de horeca-activiteiten gelijk zijn aan de openingstijden van de hoofdactiviteit;

1.45 overkapping:

een bouwwerk dat bestaat uit een dakconstructie met maximaal 2 wanden;

1.46 peil:

  1. a. bij nieuw te bouwen hoofdgebouwen en daarbij behorende aan- of uitbouwen:
    het straatpeil ter plaatse van de perceelgrens vermeerderd met 3 centimeter per meter afstand tussen de hoofdtoegang van het gebouw en die perceelgrens met een maximum van 30 centimeter;
  2. b. bij nieuw te bouwen bijgebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde:
    de gemiddelde maaiveldhoogte van het aansluitend afgewerkte terrein;
  3. c. bij bestaande gebouwen:
    een denkbeeldig vlak op 5 centimeter onder het niveau van de afgewerkte begane grondvloer;

1.47 prostitutiebedrijf:

een bedrijf, waarin het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding als beroep wordt uitgeoefend;

1.48 seksinrichting:

een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte, waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig is seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;

1.49 vloeroppervlak:

de totale oppervlakte van hoofdgebouwen en aan- en bijgebouwen op de begane grond;

1.50 voorgevel:

de gevel van een gebouw, die is gekeerd naar de weg of het openbaar gebied waarop het bouwperceel overwegend georiënteerd is (bij een hoekgevel is er slechts sprake van één voorgevel);

1.51 voorgevellijn:

de lijn waarin de voorgevel van een bouwwerk is gelegen alsmede het verlengde daarvan;

1.52 water en waterhuishoudkundige voorzieningen:

al het oppervlaktewater zoals sloten, greppels, (infiltratie)vijvers, kanalen, beken en andere waterlopen, ook als deze incidenteel of structureel droogvallen. Alsmede voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer waterafvoer, en waterberging, hemelwaterinfiltratie en waterkwaliteit. Hierbij kan gedacht worden aan duikers, stuwen, infiltratievoorzieningen, gemalen, inlaten et cetera;

1.53 woning:

een complex van ruimten, dat uitsluitend bedoeld is voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden;

1.54 zorgwoning:

een gebouw of een zelfstandig gedeelte van een gebouw, bedoeld voor de huisvesting van personen die niet zelfstandig kunnen wonen, gericht op het verlenen van zorg;

1.55 zorgwonen:

begeleid wonen, waarbij voorzieningen voor 24-uurs begeleiding tot de mogelijkheden behoort.

Artikel 2 Wijze Van Meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

2.1 Meetwijzen

de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens

de kortste afstand van enig punt van een bouwwerk tot de zijdelingse grens van het bouwperceel;

de bebouwde oppervlakte van een bouwperceel

de gezamenlijke oppervlakten van de gebouwen, die op hetzelfde bouwperceel zijn of mogen worden opgericht op grond van een verleende vergunning of zijn opgericht op grond van artikel 2.3 lid 1 Bor juncto artikel 3 van bijlage 2 Bor, met inbegrip van de oppervlakten van (gedeelte van) gebouwen die volledig onder maaiveld zijn gelegen;

de bouwhoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;

de dakhelling

langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;

de goothoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;

de inhoud van een bouwwerk

tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;

de lengte, breedte en diepte van een gebouw

tussen de buitenwerkse gevelvlakken of de harten van scheidsmuren;

de oppervlakte van een bouwwerk

tussen de buitenwerkse gevelvlakken of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;

de ondergrondse bouwdiepte van een bouwwerk

vanaf het peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend;

2.2 Ondergeschikte bouwdelen

Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1 meter is.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Agrarisch - 1

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. agrarische doeleinden;
  2. b. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  3. c. behoud van bestaande paden en wegen.

3.2 Bouwregels

Artikel 4 Agrarisch - 2

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. een agrarisch bedrijf;
  2. b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - melkrundveehouderij', een melkrundveehouderij;
  3. c. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning': één bedrijfswoning al dan niet met aan-huis-verbonden-beroep;

met de daarbij behorende

  1. d. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  2. e. verkeer- en parkeervoorzieningen.

4.2 Bouwregels

4.3 Specifieke gebruiksregels

Artikel 5 Bedrijf

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. ter plaatse van de aanduiding:
    1. 1. 'bedrijven categorie 1': bedrijven voor zover deze bedrijven voorkomen in categorie 1 van de in Bijlage 1 bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    2. 2. 'bedrijven t/m categorie 2': bedrijven voor zover deze bedrijven voorkomen in de categorieën 1 en 2 van de in Bijlage 1 bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    3. 3. 'specifieke vorm van bedrijf - autowasserette': autowasserette;
    4. 4. 'specifieke vorm van bedrijf - bedrijfsverzamelgebouw': een bedrijfsverzamelgebouw, voor zover deze bedrijven voorkomen in de categorieën 1 en 2 van de in Bijlage 1 bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    5. 5. 'specifieke vorm van bedrijf - buitenopslag': buitenopslag;
    6. 6. 'specifieke vorm van bedrijf - garagebedrijf': garagebedrijf;
    7. 7. 'specifieke vorm van bedrijf - gemeentewerf': gemeentewerf;
    8. 8. 'specifieke vorm van bedrijf - molen': molen;
    9. 9. 'specifieke vorm van bedrijf - showroom': showroom;
    10. 10. 'bedrijfswoning': één bedrijfswoning al dan niet met aan-huis-verbonden-beroep;
    11. 11. 'verkooppunt voor motorbrandstoffen met lpg': verkooppunt voor motorbrandstoffen met lpg;
    12. 12. 'verkooppunt voor motorbrandstoffen zonder lpg': verkooppunt voor motorbrandstoffen zonder lpg;
    13. 13. 'groothandel': groothandel;
    14. 14. 'hovenier': hovenier;
    15. 15. 'brandweerkazerne': brandweerkazerne;
    16. 16. 'specifieke vorm van bedrijf – onderzoek en ontwikkelingswerk': bedrijf in onderzoek en ontwikkelingswerk;
  2. b. bedrijven zoals genoemd in de 'Tabel Bedrijven':

Tabel Bedrijven:

Nr.

sb
Adres Bedrijfsactiviteiten
1. Vondellaan 2a Dierenarts
2. Prins Bernhardlaan 5 Fijnmechanica
3. Geldropseweg 114 Opnamestudio
4. Achter Nieuwendijk 36/38 Vleesverwerking
5. Nieuwendijk 42a Handel in rondhout
6. Achter Ginderover 18/20 Utiliteitsbouw
7. Ginderover 19a Gitarenfabriek
8. Achter Ginderover 23a Hovenier
9. Achter Sterkselseweg 16 Autotechniek
10. Achter Sterkselseweg 20 Handel in auto's en motorfietsen, onderdelen reparatie en service
11. Sterkselseweg 24/26 Aannemersbedrijf, betonverwerking
12. Somerenseweg 37a Sloopwerkzaamheden
13. Heipoldersstraat 6 Beton – en houtbouw
  1. c. opslag;

met de daarbij behorende

  1. d. ondergeschikte detailhandel;
  2. e. erven en terreinen;
  3. f. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  4. g. groenvoorzieningen;
  5. h. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

5.2 Bouwregels

5.3 Specifieke gebruiksregels

5.4 Afwijken van de gebruiksregels

5.5 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 6 Bedrijf - Nutsvoorziening

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - Nutsvoorziening' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. voorzieningen van openbaar nut, zoals energie-, warmte- en telecommunicatievoorzieningen en naar de daarmee gelijk te stellen voorzieningen;


met de daarbij behorende:

  1. b. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  2. c. groenvoorzieningen;
  3. d. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

6.2 Bouwregels

Artikel 7 Bedrijf - Oude Stationsstraat 25

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - Oude Stationsstraat 25' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. ter plaatse van de aanduiding:
    1. 1. 'specifieke vorm van bedrijf - bedrijfsverzamelgebouw': een bedrijfsverzamelgebouw voor zover deze bedrijven voorkomen in de in Bijlage 2 bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten Oude Stationsstraat 25;
  2. b. opslag;


met de daarbij behorende:

  1. c. ondergeschikte detailhandel;
  2. d. erven en terreinen;
  3. e. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  4. f. groenvoorzieningen;
  5. g. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

7.2 Bouwregels

7.3 Specifieke gebruiksregels

7.4 Afwijken van de gebruiksregels

7.5 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 8 Centrum

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Centrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. woningen, al dan niet met aan huis-verbonden-beroep, waarbij het aantal woningen niet meer mag bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' is aangegeven;
  2. b. detailhandel, niet zijnde detailhandel in volumineuze goederen;
  3. c. dienstverlening;
  4. d. kantoor, met uitzondering van ter plaatse van de aanduiding "kantoren uitgesloten (-k)";
  5. e. ondersteunende horeca;
  6. f. maatschappelijke voorzieningen;
  7. g. horecabedrijven uit de categorie Horeca 1;
  8. h. evenementen;
  9. i. kiosk;
  10. j. ter plaatse van de aanduiding:
    1. 1. 'supermarkt': een supermarkt;
    2. 2. 'garage': garageboxen;
    3. 3. 'specifieke vorm van centrum - garagebedrijf': garagebedrijf;
    4. 4. 'verkooppunt voor motorbrandstoffen zonder lpg': verkooppunt voor motorbrandstoffen zonder lpg;
    5. 5. 'horeca categorie Horeca 2': horecabedrijven uit de categorie Horeca 2;

met de daarbij behorende:

  1. k. erven en terreinen;
  2. l. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  3. m. groenvoorzieningen;
  4. n. terrassen;
  5. o. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

8.2 Bouwregels

8.3 Afwijken van de bouwregels

8.4 Specifieke gebruiksregels

8.5 Afwijken van de gebruiksregels

8.6 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 9 Gemengd

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. woningen, al dan niet met aan huis-verbonden-beroep, waarbij het aantal woningen niet meer mag bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' is aangegeven;
  2. b. dienstverlening;
  3. c. kantoor;
  4. d. maatschappelijke voorzieningen;
  5. e. ter plaatse van de aanduiding:
    1. 1. 'detailhandel'; detailhandel, niet zijnde handel in volumineuze goederen;
    2. 2. 'detailhandel volumineus': handel in volumineuze goederen;
    3. 3. 'supermarkt': supermarkt;

met de daarbij behorende:

  1. f. erven en terreinen;
  2. g. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  3. h. groenvoorzieningen;
  4. i. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

9.2 Bouwregels

9.3 Specifieke gebruiksregels

9.4 Afwijken van de gebruiksregels

9.5 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 10 Groen

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. groenvoorzieningen;
  2. b. bermen;
  3. c. speelvoorzieningen;
  4. d. extensief recreatief medegebruik;
  5. e. evenementen;
  6. f. kunstobjecten;
  7. g. paden;
  8. h. kiosk;
  9. i. ter plaatse van de aanduiding:
    1. 1. 'geluidscherm': geluidswerende voorzieningen;
    2. 2. 'parkeerterrein': parkeren;
    3. 3. 'specifieke vorm van groen - bouwlocatie': bouwlocaties voor praalwagens;

met de daarbij behorende:

  1. j. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

10.2 Bouwregels

10.3 Specifieke gebruiksregels

Artikel 11 Horeca

11.1 Bestemmingsomschrijving

  1. a. horecabedrijven uit de categorie Horeca 2 en 3, waarbij het aantal woningen niet meer mag bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' is aangegeven;
  2. b. woningen, al dan niet met aan huis-verbonden-beroep;
  3. c. ter plaatse van de aanduiding:
    1. 1. 'specifieke vorm van horeca - gamehal': een gamehal;

met de daarbij behorende:

  1. d. terrassen;
  2. e. erven en terreinen;
  3. f. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  4. g. groenvoorzieningen;
  5. h. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

11.2 Bouwregels

11.3 Specifieke gebruiksregels

Artikel 12 Maatschappelijk

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. maatschappelijke voorzieningen;
  2. b. woningen, al dan niet met aan huis-verbonden-beroep, waarbij het aantal woningen niet meer mag bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' is aangegeven;
  3. c. ondersteunende horeca;
  4. d. ter plaatse van de aanduiding:
    1. 1. 'begraafplaats': begraafplaatsen;
    2. 2. 'horeca': horeca 1 en 2;
    3. 3. 'kinderdagverblijf': kinderdagverblijf
    4. 4. 'zorgwonen': zorgwoningen

met de daarbijbehorende:

  1. e. erven en terreinen;
  2. f. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  3. g. groenvoorzieningen;
  4. h. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

12.2 Bouwregels

12.3 Specifieke gebruiksregels

12.4 Afwijken van de gebruiksregels

12.5 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 13 Recreatie

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. kampeerterrein;

met de daarbij behorende:

  1. b. erven en terreinen;
  2. c. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  3. d. groenvoorzieningen;
  4. e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

13.2 Bouwregels

13.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend:

  1. a. het gebruik van bijgebouwen als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte;
  2. b. het gebruik van de buitenruimte voor opslag;
  3. c. het gebruik van panden voor kamerverhuur.

Artikel 14 Sport

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. de beoefening van sport met bijbehorende voorzieningen;
  2. b. ondersteunende horeca;
  3. c. evenementen;
  4. d. speelvoorzieningen;
  5. e. ter plaatse van de aanduiding:
    1. 1. 'specifieke vorm van sport - bouwlocatie': bouwlocaties voor praalwagens;

met de daarbij behorende

  1. f. erven en terreinen;
  2. g. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  3. h. groenvoorzieningen;
  4. i. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

14.2 Bouwregels

Artikel 15 Tuin

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. tuin, behorende bij de op de aangrenzende bestemming 'Wonen' gelegen hoofdgebouwen;

met de daarbij behorende:

  1. b. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  2. c. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

15.2 Bouwregels

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

15.3 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 15.2.2 onder a en toegestaan worden dat erkers, entreeportalen, luifels en overkappingen mogen worden gebouwd achter de voorgevel:

  1. a. het straatbeeld daardoor ruimtelijk niet wordt aangetast,
  2. b. de verkeerssituatie zich daartegen niet verzet;
  3. c. geen afbreuk wordt gedaan aan de benodigde parkeermogelijkheden op eigen terrein;
  4. d. hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

15.4 Specifieke gebruiksregels

Binnen de bestemming 'Tuin' is het op onderstaande adressen toegestaan om de achterliggende bedrijven te ontsluiten:

  • Prins Bernhardlaan 5, Heeze
  • Ginderover 20, Heeze
  • Ginderover 23a, Heeze
  • Ginderover 53, Heeze
  • Sterkselseweg 16, Heeze
  • Sterkselseweg 20, Heeze
  • de Kluis 8, Heeze
  • de Waarden 26, Heeze

Artikel 16 Verkeer

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. wegen, straten en paden;
  2. b. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  3. c. speelvoorzieningen;
  4. d. evenementen;
  5. e. kunstobjecten;
  6. f. kiosk;
  7. g. terrassen behorende bij aangrenzende horecavoorzieningen;
  8. h. ter plaatse van de aanduiding:
    1. 1. 'garage': garageboxen;
    2. 2. 'evenemententerrein': evenemententerrein;
    3. 3. 'specifieke vorm van verkeer - fietsenstalling': fietsenstalling;
    4. 4. 'specifieke vorm van verkeer - bouwlocatie': bouwlocaties voor praalwagens;

met de daarbijbehorende:

  1. i. erven en terreinen;
  2. j. groenvoorzieningen;
  3. k. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

16.2 Bouwregels

Artikel 17 Verkeer - Spoorweg

17.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Spoorweg' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. spoorwegverkeersdoeleinden met de bijbehorende bouwwerken en voorzieningen;

met de daarbij behorende

  1. b. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  2. c. groenvoorzieningen;
  3. d. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

17.2 Bouwregels

Artikel 18 Water

18.1 Bestemmingsomschrijvingen

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  2. b. het behoud en de ontwikkeling van de natuur- en landschappelijke waarden van de waterloop en bijbehorende oevers;
  3. c. extensief recreatief medegebruik;

met de daarbij behorende

  1. d. wegen en paden;
  2. e. groenvoorzieningen.

18.2 Bouwregels

18.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Artikel 19 Wonen

19.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. woningen, al dan niet met aan huis-verbonden-beroep, waarbij het aantal woningen niet meer mag bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' is aangegeven;
  2. b. ter plaatse van de aanduiding:
    1. 1. 'garage': garageboxen;
    2. 2. 'zorgwoning': zorgwonen;
    3. 3. 'specifieke vorm van wonen - bouwlocatie': bouwlocaties voor praalwagens;

met de daarbij behorende

  1. c. erven en terreinen;
  2. d. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  3. e. groenvoorzieningen;
  4. f. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

19.2 Bouwregels

19.3 Specifieke gebruiksregels

19.4 Afwijken van de gebruiksregels

19.5 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 20 Leiding

20.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding' aangewezen gronden zijn, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen (basisbestemmingen), tevens bestemd voor:

  1. a. de aanleg, instandhouding of bescherming van:
    1. 1. bovengrondse hoogspanningsleidingen ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - hoogspanning';
    2. 2. ondergrondse rioolwaterleiding ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - rioolwaterleiding';
  2. b. groenvoorzieningen;
  3. c. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

waarbij de volgende bestemmingsbreedten gelden gemeten aan weerszijden uit het hart van de leiding:

Leiding Bestemmingsbreedte
Hoogspanningsleiding tussen de masten 111 en 115 70 meter
Hoogspanningsleiding (overig) 80 meter
Rioolwaterleiding van gemaal richting riool zuid (Eindhoven) 10 meter
Rioolwaterleiding (overig) 5 meter

20.2 Bouwregels

In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald ten aanzien van het bouwen krachtens de overige bestemmingen van deze gronden, mogen op of in de in deze bestemming begrepen gronden uitsluitend worden gebouwd:

  1. a. bouwwerken tot een maximale bouwhoogte van 3 meter voor de aanleg en instandhouding van de ondergrondse transportleidingen;
  2. b. hoogspanningsmasten tot een maximale bouwhoogte van 35 meter ten behoeve van bovengrondse hoogspanningsleidingen.
  3. c. uitbreidingen van hoofdgebouwen of aanbouwen, bijgebouwen of overkappingen bij hoofdgebouwen bij bestaande, positief bestemde woningen.

20.3 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 20.2 voor het bouwen ten behoeve van de overige bestemmingen van deze gronden. Hiervoor gelden de volgende regels:

  1. a. het behoud van een veilige ligging en de continuïteit van de energie- en afvalwatervoorziening dient te zijn gewaarborgd;
  2. b. het bevoegd gezag dient schriftelijk advies te hebben ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder.

20.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Artikel 21 Waarde - Archeologie 1

21.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie 1' (gebied met een hoge archeologische verwachting, historische kern en linten) aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) mede bestemd voor instandhouding en bescherming van de in de grond verwachte archeologische waarden.

21.2 Bouwregels

21.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de afmetingen en situering van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermingswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn erop gericht dat de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) worden behouden.

21.4 Afwijken van de bouwregels

21.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

21.6 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 22 Waarde - Archeologie 2

22.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie 2' (gebied met een hoge archeologische verwachting) aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) mede bestemd voor instandhouding en bescherming van de in de grond verwachte archeologische waarden.

22.2 Bouwregels

22.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de afmetingen en situering van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermingswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn erop gericht dat de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) worden behouden.

22.4 Afwijken van de bouwregels

22.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

22.6 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 23 Waarde - Archeologie 3

23.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie 3' (gebied met een middelhoge archeologische verwachting) aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) mede bestemd voor instandhouding en bescherming van de in de grond verwachte archeologische waarden.

23.2 Bouwregels

23.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de afmetingen en situering van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermingswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn erop gericht dat de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) worden behouden.

23.4 Afwijken van de bouwregels

23.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

23.6 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 24 Waarde - Plaatse Strabrecht

24.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Plaatse Strabrecht' aangewezen gronden zijn behalve voor de andere daar voorkomende bestemming mede bestemd voor de bescherming en het in stand houden van de binnen het ensemble Strabrecht voorkomende, dan wel de daar aan eigen cultuurhistorische waarden, met in het bijzonder de herkenbaarheid van de volgende elementen:

  1. a. het driehoekig plein, met informele loofbomenstructuur in het grasveld;
  2. b. het collectieve open voorerf aan de oostzijde van het plein;
  3. c. de bestaande wegenstructuur;
  4. d. de informele bebouwingsstructuur in langgeveltypologie, evenwijdig aan de straatas, met doorkijk naar het achtererf;
  5. e. hagen binnen de bestemming 'Tuin' tot maximaal 1 m hoog als erfafscheiding.

24.2 Bouwregels

In aanvulling op de regels ten aanzien van de maatvoering in de basisbestemming, gelden de volgende regels:

24.3 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan, gehoord de monumentencommissie en de welstandscommissie, worden afgeweken van het bepaalde in 24.2.1 en 24.2.2, teneinde de bestaande hoofdvormgeving te veranderen, mits:

  1. a. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het stedenbouwkundig en landschappelijk karakter en van de bouwkundige samenhang van de bebouwing.

24.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Artikel 25 Waterstaat - Attentiegebied Ehs

25.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Waterstaat – Attentiegebied EHS’ aangegeven gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor verdrogingsbestrijding.

25.2 Bouwregels

In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald ten aanzien van het bouwen krachtens de overige bestemmingen van deze gronden, mogen op of in deze bestemming begrepen grond uitsluitend bouwwerken tot een maximale bouwhoogte van 3 m worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.

25.3 Afwijken van de bouwregels

25.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Hoofdstuk 3 Algemene Regels

Artikel 26 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 27 Algemene Bouwregels

27.1 Bestaande afwijkende maatvoering

Met betrekking tot bestaande maten gelden de volgende regels:

  1. a. de op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan met een verleende omgevingsvergunning toegestane afstands-, hoogte-, inhouds-, hellings- en oppervlaktematen, die meer bedragen dan de maximale maten welke in hoofdstuk 2 zijn voorgeschreven, moeten als ten hoogste toelaatbaar worden aangehouden;
  2. b. de op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan met een verleende omgevingsvergunning toegestane afstands-, hoogte-, inhouds-, hellings- en oppervlaktematen die minder bedragen dan de minimale maten welke hoofdstuk 2 is voorgeschreven, moeten als ten minste toelaatbaar worden aangehouden;
  3. c. in geval van (her)bouw is het bepaalde onder a en b slechts van toepassing, indien de (her)bouw op dezelfde plaats plaatsvindt, waarbij de afwijking niet groter mag zijn dan de vergunde situatie.

27.2 Parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden bij of in gebouwen

Artikel 28 Algemene Aanduidingsregels

28.1 Overige zone - aardkundig waardevol

28.2 Veiligheidszone

28.3 Vrijwaringszone - Molenbiotoop

28.4 Waterberging, EHS, EVZ en beekherstel

Artikel 29 Algemene Afwijkingsregels

29.1 Algemeen

Indien niet op grond van een andere bepaling kan worden afgeweken van deze regels kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van het volgende:

  1. a. de bestemmingsregels en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
  2. b. het oprichten van liftschachten en trappenhuizen als onderdeel van de hoofdbouw tot maximaal 3 meter boven de toegelaten goothoogte voor de hoofdbouw;
  3. c. het oprichten van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ter wering van geluidhinder of luchtverontreiniging, brand- en explosiegevaar, mits de hoogte ten hoogste 5 meter is;
  4. d. het oprichten van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, voor reclamedoeleinden direct nabij de openbare weg, mits de hoogte ten hoogste 2,5 meter is.

29.2 Aan-huis-verbonden-bedrijf

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de bestemmingsplanregels om toe te staan dat een aan-huis-verbonden-bedrijf in of bij een (bedrijfs)woning mogelijk is, met dien verstande dat:

  1. a. de omvang van de activiteit niet meer bedraagt dan 45 m²;
  2. b. de woonfunctie de hoofdfunctie blijft;
  3. c. het gebruik geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer en geen onevenredige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer en geen onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaakt;
  4. d. detailhandel alleen plaatsvindt ondergeschikt aan en in direct verband met de lichte bedrijvigheid;
  5. e. de activiteit wordt uitgeoefend door de bewoner.

29.3 Bed & breakfast

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de bestemmingsplanregels ten behoeve van het gebruik van ruimten binnen de woning of bijgebouwen bij de woning voor bed and breakfast-voorzieningen, voor zover dit gebruik ondergeschikt blijft aan de woonfunctie en mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

  1. a. de voorzieningen dienen te worden gerealiseerd binnen de bestaande bebouwing;
  2. b. het maximaal aantal personen dat logies en ontbijt kan worden geboden bedraagt acht, met een maximum verblijfsduur van 6 weken;
  3. c. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden;
  4. d. er mag geen sprake zijn van een onevenredige verkeersaantrekkende werking;
  5. e. bedoeld gebruik mag geen hinder voor het woonmilieu opleveren en mag geen onevenredige afbreuk doen aan het woonkarakter van de wijk of buurt;
  6. f. bedoeld gebruik mag geen belemmering voor de omliggende bedrijven opleveren;
  7. g. het gebruik de woonfunctie dient te ondersteunen, dat wil zeggen dat degene die de activiteiten in het hoofdgebouw of bijbehorend bouwwerk uitvoert, tevens de gebruiker van het hoofdgebouw is;
  8. h. de maximale oppervlakte in totaal 75 m² bedraagt, met dien verstande dat maximaal 50% van het vloeroppervlak van het hoofdgebouw ten behoeve van de Bed & Breakfast in gebruik mag zijn.

29.4 Internetverkoop

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de bestemmingsplanregels ten behoeve van het gebruik van ruimten voor internetverkoop, voor zover dit gebruik ondergeschikt blijft aan de hoofdfunctie en mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

  1. a. er mag geen showroom of andersoortige winkelopstelling aanwezig zijn;
  2. b. het assortiment is alleen te bezichtigen via internet of catalogus;
  3. c. fysiek bezoek door klanten is niet toegestaan;
  4. d. levering van producten vindt alleen plaats via post of koeriersdiensten;
  5. e. de vestiging mag niet leiden tot onveilige c.q. overlastgevende (verkeers)situaties.

29.5 Mantelzorg

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de bestemmingsplanregels voor het gebruik van een deel van de (bedrijfs)woning of een (vrijstaand) bijgebouw bij een woning als afhankelijke woonruimte, mits:

  1. a. een dergelijke bewoning noodzakelijk is van uit een oogpunt van mantelzorg, blijkend uit een advies van een terzake deskundige;
  2. b. de oppervlakte die wordt gebruikt als afhankelijk woonruimte, niet meer bedraagt dan de maximaal toegestane gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen tot een maximum van 80 m²;
  3. c. de belangen van derden niet onevenredig worden aangetast;
  4. d. de afstand tussen het hoofdgebouw en het vrijstaande bijgebouw dat wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte niet meer dan 20 m bedraagt.

De omgevingsvergunning zoals hierboven vermeld kan worden ingetrokken als de noodzaak voor mantelzorg niet meer aanwezig is.

29.6 Ondergronds bouwen ten behoeve van parkeren

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de bestemmingsplanregels voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken ten behoeve van parkeren buiten het bouwvlak, mits:

  1. a. de ondergrondse bouwdiepte van ondergrondse bouwwerken maximaal 4 meter onder peil bedraagt.
  2. b. er geen blijvende verstoring van de waterhuishouding plaatsvindt. Alvorens te beslissen over de omgevingsvergunning wint het bevoegd gezag advies in bij het waterschap.

29.7 Bouwlocatie voor praalwagens

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de bestemmingsplanregels voor bouwlocaties van praalwagens, waarbij voor het bouwen van bouwwerken de volgende regels gelden:

  1. a. de bouwhoogte van tenten voor praalwagens is maximaal 8,5 meter;
  2. b. bouwwerken van de bij de tenten behorende gebouwen is maximaal 3,5 meter;
  3. c. de bouwhoogte van terreinafscheidingen is maximaal 2 meter;
  4. d. de totale oppervlakte per bouwgroep bedraagt maximaal 800 m²;
  5. e. de bouwwerken zijn toegestaan tussen 1 juni en 1 oktober.

Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels

Artikel 30 Overgangsrecht

30.1 Overgangsrecht bouwwerken

  1. a. een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    1. 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  2. b. het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%;
  3. c. het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

30.2 Overgangsrecht gebruik

  1. a. het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;
  2. b. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het bepaalde in sub a te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;
  3. c. indien het gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;
  4. d. het bepaalde onder a is niet van toepassing op het gebruik, dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

30.3 Hardheidsclausule

Voor zover toepassing van het overgangsrecht gebruik leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard voor een of meer natuurlijke personen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan grond en opstallen gebruiken in strijd met het voordien geldende bestemmingsplan kan het bevoegd gezag ten behoeve van die persoon of personen van dat overgangsrecht afwijken.

Artikel 31 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Kom Heeze 2015 van de gemeente Heeze-Leende.

Bijlagen Bij De Regels

Bijlage 1 Staat Van Bedrijfsactiviteiten

Bijlage 2 Staat Van Bedrijfsactiviteiten Oude Stationsstraat 25