Kern Standdaarbuiten
Bestemmingsplan - Moerdijk
Vastgesteld op 14-03-2013 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 plan
het bestemmingsplan 'Kern Standdaarbuiten' van de gemeente Moerdijk.
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1709.standdaarbuiten12-0402 met de bijbehorende regels en bijlage.
1.3 verbeelding
de verbeelding van het bestemmingsplan 'Kern Standdaarbuiten' met kaartnummer 11BROBO111-005.
1.4 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
1.5 aan- en uitbouw
een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.
1.6 aaneengebouwde woning
een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van meer dan twee aaneengebouwde woningen, niet zijnde gestapelde woningen.
1.7 afhankelijke woonruimte
een bijgebouw dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de woning en waarin een gedeelte van de huishouding uit een oogpunt van mantelzorg gehuisvest is.
1.8 agrarisch bedrijf
een bedrijf, gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen of het houden van dieren.
1.9 bebouwing
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
1.10 bebouwingspercentage
een in de regels aangegeven percentage, dat de grootte van het bouwperceel/bouwvlak aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd.
1.11 bedrijf
een onderneming gericht op het vervaardigen van, bewerken, herstellen, installeren of inzamelen van goederen.
1.12 bedrijf aan huis
het door de bewoner van de woning bedrijfsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid, geheel of overwegend door handwerk, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijgebouwen ondergeschikt aan de woonfunctie kan worden uitgeoefend, niet zijnde detailhandel, behoudens de beperkte verkoop van artikelen verband houdende met de activiteiten.
1.13 bedrijfswoning
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die slechts is bestemd voor bewoning door(het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar noodzakelijk is, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein.
1.14 bedrijfsvloeroppervlak
de totale vloeroppervlakte van kantoren, winkels of bedrijven met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten.
1.15 beroep aan huis
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijgebouwen, ondergeschikt aan de woonfunctie, kan worden uitgeoefend.
1.16 bestaande afstands-, hoogte-, inhoud- en oppervlakte maten
afstands-, hoogte-, inhoud- en oppervlakte maten, die op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet.
1.17 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak.
1.18 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
1.19 bevoegd gezag
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
1.20 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
1.21 bouwgrens
de grens van een bouwvlak.
1.22 bouwlaag
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat is begrensd door op (nagenoeg) gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen en dat zodanige afmetingen en vormen heeft dat dit gedeelte zonder ingrijpende voorzieningen voor woonfuncties geschikt of geschikt te maken is. Een kap wordt in ieder geval niet aangemerkt als bouwlaag.
1.23 bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
1.24 bouwperceelsgrens
de grens van een bouwperceel.
1.25 bouwvlak
een aangegeven vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waarop ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
1.26 bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
1.27 bijgebouw
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
1.28 café
een horecabedrijf, niet zijnde een discotheek of bar/dancing, dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van dranken voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van kleine etenswaren, al dan niet ter plaatse bereid, indien en zover de activiteiten behoren tot categorie 1 horeca-activiteiten.
1.29 consumentenvuurwerk
vuurwerk dat is bestemd voor particulier gebruik.
1.30 cultuurhistorische waarde
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis van dat bouwwerk of dat gebied heeft gemaakt;
1.31 dakkapel
een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich tussen de dakgoot en de nok van een dakvlak bevindt, waarbij deze constructie onder de noklijn is gelegen en de onderzijde van de constructie in het dakvlak is geplaatst.
1.32 detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
1.33 dienstverlening
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren, en bankfilialen.
1.34 erf
de gronden die behoren bij het hoofdgebouw, 1 meter gelegen achter de denkbeeldige lijn in het verlengde van de lijn van het bouwvlak waar de voorgevel van het hoofdgebouw aanligt, voor zover deze gronden gelegen zijn buiten het bouwvlak van het hoofdgebouw.
1.35 gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
1.36 geluidzone - industrie
de met de gebiedsaanduiding geluidzone - industrie aangegeven zone, zoals bedoeld in artikel 40 en artikel 41 leden 1 en 2 van de Wet geluidhinder.
1.37 hoofdgebouw
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
1.38 horeca
het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken, het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie en/of het bedrijfsmatig verstrekken van nachtverblijf, waaronder een feestzaal.
Niet onder horeca wordt verstaan een al dan niet tegen betaling toegankelijke lokaliteit, die geheel of nagenoeg is ingericht of wordt gebruikt voor het dansen, zoals discotheken en dancings, waarin al dan niet dranken voor gebruik ter plaatse worden verstrekt of inrichtingen waarin een kans- of behendigheidsspel wordt uitgeoefend.
1.39 kantoor
voorzieningen gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen discipline, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
1.40 kap
een gesloten bovenbeëindiging van een gebouw, voor ten minste 2/3 deel bestaande uit een dakconstructie van schuin, bol of hol naar elkaar toelopende dakvlakken, dan wel een dakconstructie van een naar één zijde schuin, bol of hol toelopend dakvlak.
1.41 kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten
het in een woning door de bewoner op bedrijfsmatige wijze uitoefenen van activiteiten, waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer geldt en waarbij de woning in overwegende mate zijn woonfunctie behoudt met een ruimtelijke uitstraling die daarbij past.
1.42 mantelzorg
het bieden van zorg aan eenieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband.
1.43 ondergeschikte horeca
beperkte op de eindgebruiker gerichte horeca, die functioneel rechtstreeks verband houdt met de bestemming.
1.44 overkapping
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak.
1.45 peil
- voor gebouwen binnen 5 m afstand van een weg: de hoogte van de kruin van die weg;
- in andere gevallen en voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld.
1.46 risicovolle inrichtingen
- a. een inrichting bij welke ingevolge het BEVI een grenswaarde, richtwaarde voor het risico c.q. een risico- afstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten;
- b. een AMvB- inrichting waarvoor krachtens artikel 8.40 van de Wet Milieubeheer afstanden gelden met het oog op de externe veiligheid.
1.47 staat van bedrijfsactiviteiten
de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'Bedrijventerrein' die als bijlage 1 onderdeel uitmaakt van deze regels.
1.48 twee-aaneengebouwde woning
een woning de onderdeel uitmaakt van twee aaneengebouwde woningen.
1.49 volumineuze goederen
detailhandel in de volgende categorieën:
- auto's, boten, caravans, landbouwwerktuigen en grove bouwmaterialen.
1.50 voorgevel
de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie of ''uitstraling'' als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.
1.51 voorzieningen van openbaar nut
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van openbaar vervoer, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
1.52 vrijstaande woning
een woning zonder gemeenschappelijke wand met een andere woning.
1.53 woning
een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.
1.54 zorgwoning
woning bestemd voor groepen, zoals ouderen, personen met fysieke en psychische beperkingen en dak- en thuislozen, waar intensieve zorgverlening/begeleiding mogelijk is (zoals voor rolstoelgebruik) en/of zorg op afroep of 24 uurszorg beschikbaar is vanuit een verpleeg- of verzorgingshuis, woon-zorgcentrum of bijvoorbeeld een dienstencentrum.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.1 afstand
afstanden tussen bouwwerken onderling alsmede afstanden van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn.
2.2 bouwhoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van onderschikte bouwdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
2.3 breedte, lengte en diepte van een bouwwerk
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren.
2.4 vloeroppervlakte
de gebruiksoppervlakte volgens NEN 2580.
2.5 dakhelling
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
2.6 inhoud van een bouwwerk
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
2.7 oppervlakte van een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. de uitoefening van agrarische bedrijvigheid;
- b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water en parkeervoorzieningen.
3.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mag worden gebouwd;
- b. gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak;
- c. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
- d. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven;
- e. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt ten hoogste 2 meter.
3.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2 ten behoeve van het bouwen van bouwwerken, uitsluitend ten behoeve van het agrarisch gebruik van de grond, mits:
- a. de gronden niet mede bestemd zijn als 'Waarde - Ecologische verbindingszone';
- b. deze bouwwerken uit een oogpunt van agrarisch bodemgebruik, gehoord de Adviescommissie Agrarisch Bouwaanvragen, ter plaatse noodzakelijk zijn;
- c. de oppervlakte van gebouwen niet meer dan 50 m² bedraagt;
- d. de goothoogte van gebouwen niet meer dan 3 meter bedraagt;
- e. de afstand tot de bouwperceelgrens niet minder dan 5 meter bedraagt;
- f. de bouwwerken niet betreffen aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken voer- en vaartuigen;
- g. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 10 meter bedraagt.
3.4 Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik en het laten gebruiken voor:
- a. als standplaats van onderkomens en als standplaats van kampeermiddelen;
- b. als opslag-, stort-, lozings-, of bergplaats van bruikbare en/of onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen of producten;
- c. als terrein voor het al dan niet voor de verkoop opslaan of opstellen van ongebruikte en/of gebruikte, dan wel geheel of gedeeltelijk uit gebruikte onderdelen samengestelde machines, voer-, vaar-, of vliegtuigen, c.q. onderdelen daarvan welke bruikbaar en niet aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken zijn;
- d. als opslagplaats van hout en/of aannemersmaterialen;
- e. van gebouwen voor bewoning;
- f. van gebouwen voor recreatief nachtverblijf.
3.5 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 4 Bedrijf
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. bedrijven behorende tot en met categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met 3.1': bedrijven tot en met categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten, met dien verstande dat uitsluitend bedrijven uit categorie 3.1 zijn toegestaan voorzover aanwezig op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - molen': een molen;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning': een bedrijfswoning;
- e. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, voorzieningen van openbaar nut, parkeervoorzieningen en laad- en losvoorzieningen.
4.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mag worden gebouwd;
- b. gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak;
- c. de bouwhoogte van bedrijfsgebouwen mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven;
- d. het totale oppervlak van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' is aangegeven. Indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt voor het bouwvlak een bebouwingspercentage van 100%;
- e. de afstand van gebouwen tot de perceelsgrens bedraagt ten minste 5 meter;
- f. in afwijking van het bepaalde onder b is de bouw van erkers, luifels, balkons en andere ondergeschikte bouwdelen van gebouwen buiten het bouwvlak toegestaan, waarbij geldt dat:
- 1. de diepte ten hoogste 1,25 meter bedraagt;
- 2. het oppervlak ten hoogste 6 m² bedraagt;
- 3. de afstand tot de begrenzing met de bestemming Verkeer of Verkeer-Verblijfsgebied ten minste 1 meter bedraagt;
- g. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' kan een bedrijfswoning worden gebouwd, waarbij geldt dat:
- 1. niet meer bedrijfswoningen mogen worden gebouwd dan ter plaatse van de aanduiding 'aantal wooneenheden' is aangegeven;
- 2. de inhoud ten hoogste 750 m³ bedraagt;
- 3. de bouwhoogte niet meer mag bedragen 11 meter;
- 4. de oppervlakte van de bij de bedrijfswoning behorende bijgebouwen ten hoogste 90 m² mag bedragen, de goothoogte 3 meter en de bouwhoogte 5 meter;
- 5. de afstand van de bij de bedrijfswoning behorende bijgebouwen tot aan de bedrijfswoning niet meer mag bedragen dan 15 meter. Indien de bestaande afstand minder bedraagt, geldt deze afstand;
- h. de bouwhoogte van erfafscheidingen op minder dan 1 meter afstand van het openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1 meter;
- i. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 meter;
- j. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 6 meter;
- k. de bouwhoogte van antenne-installaties ten behoeve van mobiele telecommunicatie, niet zijnde schotelantenne-installaties, bedraagt gemeten vanaf de voet van de antenne-installatie ten hoogste 5 meter;
- l. de bouwhoogte van schotelantenne-installaties bedraagt gemeten vanaf de voet van de schotelantenne-installatie ten hoogste 3 meter;
- m. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 meter.
4.3 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik en het laten gebruiken van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
- a. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieu-effectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage;
- b. opslag van goederen met een totale stapelhoogte van meer dan 4 meter is op onbebouwde gronden niet toegestaan;
- c. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
- d. geluidhinderlijke inrichtingen en risicovolle inrichtingen (Bevi-inrichtingen) zijn niet toegestaan;
- e. per bedrijf is kantoorvloeroppervlak die meer bedraagt dan 50% van het bedrijfsvloeroppervlak niet toegestaan; kantoorvloeroppervlak van meer dan 400 m² per bedrijf is in geen geval toegestaan.
4.4 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 5 Bedrijf - Brandweerkazerne
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf - Brandweerkazerne' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. een brandweerkazerne;
- b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, voorzieningen van openbaar nut en parkeervoorzieningen.
5.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mag worden gebouwd;
- b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak, met uitzondering van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen', waar gebouwen van ondergeschikte aard zijn toegestaan tot een gezamenlijk oppervlakte van 20 m² en een maximale hoogte van 3 meter;
- c. overschrijding van het bouwvlak naar de wegzijde toe is uitsluitend toegestaan indien dit uit verkeerskundig en stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar is met ondergeschikte onderdelen van gebouwen, zoals erkers, luifels en balkons, mits:
- 1. de diepte niet meer bedraagt dan 1,25 meter;
- 2. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 6 m²;
- 3. de afstand tot de begrenzing van de bestemming, die gericht is naar de weg, niet minder dan 1 meter bedraagt;
- d. de bouwhoogte van hoofdgebouwen mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven;
- e. het totale oppervlak van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' is aangegeven;
- f. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt ten hoogste 2 meter;
- g. de bouwhoogte van antennes en lichtmasten bedraagt ten hoogste 10 meter;
- h. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 meter.
Artikel 6 Bedrijf - Nutsvoorziening
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf - Nutsvoorziening' aangewezen gronden zijn bestemd voor voorzieningen van openbaar nut.
6.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mag worden gebouwd;
- b. gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak;
- c. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
- d. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven;
- e. de goothoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 3,5 meter;
- f. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 5,5 meter bedragen, met uitzondering van erfafscheidingen;
- g. de hoogte van erfafscheidingen mag maximaal 2,5 meter bedragen.
Artikel 7 Bedrijventerrein
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf van categorie 2': voor bedrijven uit categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf van categorie 2 tot en met categorie 3.1': voor bedrijven uit de categorieën 2 en 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf van categorie 2 tot en met categorie 4.1: voor bedrijven uit de categorieën 2 en 3.1 en tevens voor bedrijven uit categorie 4.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten, met dien verstande dat uitsluitend bedrijven uit categorie 4.1 zijn toegestaan voorzover aanwezig op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'gemaal': een rioolgemaal;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning': een bedrijfswoning;
- f. ter plaatse van de aanduiding ' speciefieke vorm van bedrijf - autostalling': het stallen van auto's;
- g. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, voorzieningen van openbaar nut, parkeervoorzieningen en laad- en losvoorzieningen.
7.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mag worden gebouwd;
- b. gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak;
- c. de bouwhoogte van hoofdgebouwen mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven;
- d. het totale oppervlak van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' is aangegeven. Het bebouwingspercentage moet berekend worden over het het deel van het bouwperceel dat achter de bouwgrens is gelegen;
- e. indien gebouwen op een bouwperceel niet aaneen worden gebouwd, geldt een onderlinge afstand van ten minste 5 meter;
- f. in afwijking van het bepaalde onder b is de bouw van erkers, luifels, balkons en andere ondergeschikte bouwdelen van gebouwen buiten het bouwvlak toegestaan, waarbij geldt dat:
- 1. de diepte ten hoogste 1,25 meter bedraagt;
- 2. het oppervlak ten hoogste 6 m² bedraagt;
- 3. de afstand tot de begrenzing met de bestemming Verkeer of Verkeer-Verblijfsgebied ten minste 1 meter bedraagt;
- g. de breedte van een bouwperceel bedraagt minimaal 40 m;
- h. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' kan een bedrijfswoning worden gebouwd, waarbij geldt dat:
- 1. niet meer bedrijfswoningen mogen worden gebouwd dan ter plaatse van de aanduiding 'aantal wooneenheden' is aangegeven;
- 2. de inhoud ten hoogste 750 m³ bedraagt;
- 3. de bouwhoogte niet meer mag bedragen 10 meter;
- 4. de oppervlakte van de bij de bedrijfswoning behorende bijgebouwen ten hoogste 90 m² mag bedragen, de goothoogte 3 meter en de bouwhoogte 5 meter;
- 5. de afstand van de bij de bedrijfswoning behorende bijgebouwen tot aan de bedrijfswoning niet meer mag bedragen dan 15 meter;
- i. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt ten hoogste 3 meter;
- j. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 6 meter;
- k. de bouwhoogte van antenne-installaties ten behoeve van mobiele telecommunicatie, niet zijnde schotelantenne-installaties, bedraagt gemeten vanaf de voet van de antenne-installatie ten hoogste 5 meter;
- l. de bouwhoogte van schotelantenne-installaties bedraagt gemeten vanaf de voet van de schotelantenne-installatie ten hoogste 3 meter;
- m. de bouwhoogte van silo's behorende bij de Molenstraat 38-40 bedraagt maximaal 25 meter, met een maximaal oppervlak van 580 m²;
- n. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 meter.
7.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.2 onder c voor het toestaan van een maximale bouwhoogte van 15 meter, indien de cultuurhistorische en architectonische waarden niet onevenredig worden aangetast.
7.4 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik en het laten gebruiken van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
- a. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieu-effectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage;
- b. opslag van goederen met een totale stapelhoogte van meer dan 4 m is op onbebouwde gronden niet toegestaan;
- c. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
- d. geluidhinderlijke inrichtingen en Bevi- inrichtingen zijn niet toegestaan;
- e. risicovolle inrichtingen, voor zover de veiligheidafstanden buiten de eigen inrichtingsgrenzen vallen, zijn niet toegestaan;
- f. detailhandel is niet toegestaan, met uitzondering van detailhandel in volumineuze goederen;
- g. per bedrijf is kantoorvloeroppervlak die meer bedraagt dan 50% van het bedrijfsvloeroppervlak niet toegestaan; kantoorvloeroppervlak van meer dan 400 m² per bedrijf is in geen geval toegestaan;
- h. nieuwvestiging van bedrijven is toegestaan voorzover de kavelgrootte minimaal 1000 m² en maximaal 5000 m² bedraagt. Wanneer bestaande bedrijven willen uitbreiden, geldt dat dezelfde minimale en maximale kavel aangehouden moet worden als bij nieuwvestiging, met dien verstande dat bedrijven, waarvan de bestaande kavelgrootte reeds groter is dan 5000 m², mogen worden uitgebreid met 15%.
7.5 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 8 Detailhandel
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. detailhandel en dienstverlening;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - fitnesscentrum': tevens een fitnesscentrum;
- c. wonen;
- d. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water en parkeervoorzieningen.
8.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mag worden gebouwd;
- b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak;
- c. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven;
- d. het aantal woningen mag niet meer bedragen dan aanwezig ten tijde van de inwerking treding van dit plan;
- e. het totale oppervlak van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' is aangegeven. Indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt voor het bouwvlak een bebouwingspercentage van 100%;
- f. de bouwhoogte van erfafscheidingen op minder dan 1 meter afstand van openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1 meter;
- g. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 meter;
- h. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 meter.
8.3 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik en het laten gebruiken van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
- a. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
- b. verkooppunten voor motorbrandstoffen zijn niet toegestaan.
Artikel 9 Groen
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. groen, water, bruggen, speelvoorzieningen en voet- en fietspaden;
- b. voorzieningen van openbaar nut;
- c. parkeervoorzieningen.
9.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
- b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 5 meter, met uitzondering van lichtmasten waarvan de bouwhoogte ten hoogste 8 meter bedraagt.
9.3 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik en het laten gebruiken van gronden en bouwwerken geldt de volgende regel:
- a. bouwverkeer ten behoeve van bouwactiviteiten die nodig zijn voor de verwezenlijking van een andere in hoofdstuk 2 van dit plan voorkomende bestemming is toegestaan.
Artikel 10 Horeca
10.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. horeca;
- b. wonen;
- c. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water en parkeervoorzieningen;
10.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mag worden gebouwd;
- b. gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak;
- c. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven;
- d. het aantal woningen mag niet meer bedragen dan aanwezig ten tijde van de inwerking treding van dit plan;
- e. het totale oppervlak van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' is aangegeven. Indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt voor het bouwvlak een bebouwingspercentage van 100%;
- f. in afwijking van het bepaalde onder b is de bouw van erkers, luifels, balkons en andere ondergeschikte bouwdelen van gebouwen buiten het bouwvlak toegestaan, waarbij geldt dat:
- 1. de diepte ten hoogste 1,25 meter bedraagt;
- 2. het oppervlak ten hoogste 6 m² bedraagt;
- 3. de afstand tot de begrenzing met de bestemming Verkeer of Verkeer-Verblijfsgebied ten minste 1 meter bedraagt;
- g. de bouwhoogte van erfafscheidingen op minder dan 1 meter afstand van openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1 meter;
- h. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 meter;
- i. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 4 meter.
Artikel 11 Kantoor
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. kantoor;
- b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water en parkeervoorzieningen.
11.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mag worden gebouwd;
- b. gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak;
- c. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven;
- d. het totale oppervlak van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' is aangegeven. Indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt voor het bouwvlak een bebouwingspercentage van 100%;
- e. de bouwhoogte van erfafscheidingen op minder dan 1 meter afstand van openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1 meter;
- f. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 meter;
- g. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 meter.
Artikel 12 Maatschappelijk
12.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. voorzieningen inzake bibliotheken, gezondheidszorg, jeugd- en kinderopvang, onderwijs, opvoeding, cultuur, openbaar bestuur, openbare dienstverlening en verenigingsleven;
- b. wonen, met dien verstande dat het aantal woningen niet meer mag bedragen dan aanwezig ten tijde van de ter inzage legging van het ontwerp van het plan;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'gezondheidzorg': uitsluitend voorzieningen inzake gezondheidszorg zoals o.a. een verzorgingstehuis;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'wonen': uitsluitend zorgwoningen;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'horeca', tevens een bedrijf dat is gericht op het verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken alsmede zalen;
- f. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water en speel- en parkeervoorzieningen.
12.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Artikel 13 Maatschappelijk - Religie
13.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk-Religie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. faciliteiten voor levensbeschouwelijke activiteiten en/of religieuze bijeenkomsten;
- b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water en parkeervoorzieningen.
13.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mag worden gebouwd;
- b. gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak;
- c. met uitzondering van het bepaalde onder d mag de bouwhoogte van gebouwen niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven;
- d. ter plaatse van de Johannes de Doperkerk mag de maximale bouwhoogte niet meer bedragen dan de bouwhoogte ten tijde van de ter inzage legging van het ontwerp van het plan;
- e. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
- f. de bouwhoogte van erfafscheidingen op minder dan 1 meter afstand van openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1 meter;
- g. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 meter;
- h. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 meter.
Artikel 14 Maatschappelijk - Uitvaartcentrum
14.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk-Uitvaartcentrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. een begraafplaats, een crematorium, een rouwcentrum en een mortuarium of een daarmee vergelijkbare instelling;
- b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals (ontsluitings)wegen, groen, water en parkeervoorzieningen.
14.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mag worden gebouwd;
- b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak, met uitzondering van gebouwen van ondergeschikte aard, die zijn toegestaan tot een gezamenlijk oppervlakte van 30 m²;
- c. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven;
- d. de bouwhoogte van gebouwen van ondergeschikte aard bedraagt ten hoogste 3 meter;
- e. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt ten hoogste 2 meter;
- f. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 meter.
Artikel 15 Recreatie
15.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. een dierenweide conform de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - dierenweide' op de verbeelding;
- b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals voetpaden, groen en water.
15.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mag worden gebouwd;
- b. het gezamenlijk oppervlak van de bebouwing bedraagt ten hoogste 28 m²;
- c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt maximaal 3 meter;
- d. de bouwhoogte van erfafscheidingen op ten minste 1 meter afstand van het openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1 meter;
- e. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 meter;
- f. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 meter.
Artikel 16 Sport
16.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - clubhuis': een clubhuis met de daarbij behorende en daaraan ondergeschikte horeca;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'tennisbaan': een tennisbaan;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'sportveld': sportvelden;
- d. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals lichtmasten, bergingen, dugouts, ballenvangers, (ontsluitings)wegen, groen, water, voorzieningen van openbaar nut en parkeervoorzieningen.
16.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mag worden gebouwd;
- b. gebouwen worden uitsluitend gebouwd binnen het bouwvlak, met uitzondering van het bepaalde in sub e;
- c. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven;
- d. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'sportvelden' zijn, in afwijking van bepaalde in 16.2 sub b, gebouwtjes toegestaan buiten het bouwvlak met een gezamelijk oppervlakte van maximaal 100 m², waarvan de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 4 meter;
- f. de bouwhoogte van erfafscheidingen op ten minste 1 meter afstand van het openbaar gebied bedraagt ten hoogste 2,5 meter;
- g. de bouwhoogte van erfafscheidingen en vanghekken ter plaatse van de aanduiding 'tennisbaan' bedraagt ten hoogste 4 meter;
- h. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 meter;
- i. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 20 meter;
- j. de bouwhoogte van ballenvangers bedraagt ten hoogste 7 meter;
- k. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 meter.
Artikel 17 Tuin
17.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. tuinen behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen;
- b. parkeervoorzieningen.
17.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde, worden gebouwd;
- b. in afwijking van het bepaalde onder a is de bouw van erkers, luifels, balkons en andere ondergeschikte bouwdelen van het hoofdgebouw toegestaan, waarbij geldt dat:
- 1. de diepte ten hoogste 1,25 meter bedraagt;
- 2. het oppervlak ten hoogste 6 m² bedraagt;
- 3. de afstand tot de begrenzing met de bestemming Verkeer of Verkeer-Verblijfsgebied ten minste 1 meter bedraagt;
- c. de bouwhoogte van erfafscheidingen voor de voorgevel en het verlengde daarvan bedraagt ten hoogste 1 meter;
- d. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 meter;
- e. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 meter.
Artikel 18 Verkeer
18.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. paden en wegen met ten hoogste 2x1 doorgaande rijstrook (opstelstroken en busstroken daaronder niet begrepen);
- b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals geluidwerende voorzieningen, voorzieningen van openbaar nut, groen, water, reclame-uitingen en parkeervoorzieningen.
18.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
- b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ten behoeve van de verkeersregeling, verkeersaanduiding, wegaanduiding of verlichting bedraagt niet meer dan 4 meter.
Artikel 19 Verkeer - Verblijfsgebied
19.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. verblijfsgebied met een functie voor verblijf, verplaatsing en gebruik ten dienste van de aangrenzende bestemmingen;
- b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals voorzieningen van openbaar nut, groen, water, reclame-uitingen, speeltoestellen en parkeervoorzieningen.
19.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
- b. De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ten behoeve van de verkeersregeling, verkeersaanduiding, wegaanduiding of verlichting bedraagt ten hoogste 4 meter.
Artikel 20 Water
20.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. verkeer te water;
- b. water ten behoeve van de waterhuishouding;
- c. natuur, voor zover het de Mark betreft;
- d. bij deze bestemming behorende voorzieningen waaronder bruggen, kademuren, aanlegsteigers en beschoeiingen.
20.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
- b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt niet meer dan 4 meter.
Artikel 21 Wonen
21.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het wonen;
- b. beroep aan huis of bedrijf aan huis, voor zover het vloeroppervlak ten behoeve van de laatstbedoelde activiteiten niet meer bedraagt dan 30% van het vloeroppervlak van het hoofdgebouw, inclusief aan- en uitbouwen, met een maximum van 50 m²;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - kinderopvang': voor kinderopvang;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'garage': voor garages en bergingen ten behoeve van de woningen;
- e. ter plaatse van de aanduiding 'atelier': voor een atelier;
- f. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals erven, tuinen, water en parkeervoorzieningen.
21.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
21.3 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik en het laten gebruiken van gronden en bouwwerken geldt de volgende regel:
- a. gebruik van bijgebouwen als zelfstandige woning of als afhankelijke woonruimte is niet toegestaan.
Artikel 22 Wonen - 1
22.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het wonen;
- b. beroep aan huis of bedrijf aan huis, voor zover het vloeroppervlak ten behoeve van de laatstbedoelde activiteiten niet meer bedraagt dan 30% van het vloeroppervlak van het hoofdgebouw, inclusief aan- en uitbouwen, met een maximum van 50 m²;
- c. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals erven, tuinen, water en parkeervoorzieningen.
22.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
22.3 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik en het laten gebruiken van gronden en bouwwerken geldt de volgende regel:
- a. gebruik van bijgebouwen als zelfstandige woning of als afhankelijke woonruimte is niet toegestaan.
Artikel 23 Wonen - 2
23.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het wonen;
- b. beroep aan huis of bedrijf aan huis, voor zover het vloeroppervlak ten behoeve van de laatstbedoelde activiteiten niet meer bedraagt dan 30% van het vloeroppervlak van het hoofdgebouw, inclusief aan- en uitbouwen, met een maximum van 50 m²;
- c. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals erven, tuinen, water en parkeervoorzieningen.
23.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
23.3 Specifieke gebruiksregels
Met betrekking tot het gebruik en het laten gebruiken van gronden en bouwwerken geldt de volgende regel:
- a. gebruik van bijgebouwen als zelfstandige woning of als afhankelijke woonruimte is niet toegestaan.
Artikel 24 Waarde - Ecologische Verbindingszone
24.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde – Ecologische verbindingszone' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor de aanleg, instandhouding en bescherming van een ecologische ader met natte gebieden.
24.2 Bouwregels
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen mag niet worden gebouwd.
24.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 25 Waterstaat - Waterkering
25.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor voorzieningen ten behoeve van de waterkering.
25.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
- a. op de gronden mogen ten behoeve van de in lid 25.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen, worden gebouwd;
- b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 4 meter;
- c. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet worden uitgebreid en gebruik gemaakt worden van de bestaande fundering.
25.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 25.2 onder c. indien de bij de bestemming behorende bouwregels in acht genomen worden en het belang van de waterkering door de bouwactiviteiten niet onevenredig wordt geschaad.
25.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 26 Anti-dubbeltelbepaling
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 27 Algemene Bouwregels
27.1 Overschrijding bouwgrenzen
De bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen in afwijking van bestemmingsregels worden overschreden door:
- a. tot gebouwen behorende stoepen, stoeptreden, trappen(huizen), galerijen, hellingbanen, funderingen, balkons, entreeportalen, veranda's en afdaken, mits de overschrijding ten hoogste 2,5 meter bedraagt;
- b. tot gebouwen behorende erkers en serres, mits de overschrijding ten hoogste 2 meter bedraagt;
- c. andere ondergeschikte onderdelen van gebouwen, mits de overschrijding ten hoogste 1,5 meter bedraagt.
27.2 Toegelaten bouwwerken met afwijkende maten
- a. Voor een bouwwerk, dat bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden en dat in het plan ingevolge de bestemming is toegelaten, maar waarvan de bestaande, afstands-, hoogte-, inhouds-, en oppervlaktematen afwijken van de maatvoeringsbepalingen in de bouwregels van de betreffende bestemming, geldt dat:
- 1. bestaande maten, die meer bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten hoogste toelaatbaar worden aangehouden;
- 2. bestaande maten, die minder bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten minste toelaatbaar worden aangehouden.
- b. In geval van herbouw is lid a onder 1 en 2 uitsluitend van toepassing, indien de herbouw op dezelfde plaats plaatsvindt.
- c. Op een bouwwerk als hiervoor bedoeld, is het Overgangsrecht bouwwerken als opgenomen in dit plan niet van toepassing.
Artikel 28 Algemene Aanduidingsregels
28.1 Vrijwaringszone - molenbiotoop
In afwijking van hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' de volgende regels:
- a. binnen een afstand van 100 meter tot het middelpunt van de molen wordt geen bebouwing opgericht hoger dan de onderste punt van de verticaal staande wiek;
- b. binnen een afstand van 100 tot 400 meter tot het middelpunt van de molen wordt geen bebouwing opgericht met een hoogte die meer bedraagt dan 1/30 van de afstand van het bouwwerk tot het middelpunt van de molen, gerekend vanaf de onderste punt van de verticaal staande wiek;
- c. het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van dit lid onder a, indien:
- 1. de vrije windvang of het zicht op de molen al zijn beperkt vanwege aanwezige bebouwing en de windvang en het zicht op de molen niet verder worden beperkt vanwege de nieuw op te richten bebouwing;
- 2. toepassing van de in dit lid onder a bedoelde afstands- en/of hoogtematen de belangen in verband met de nieuw op te richten bebouwing onevenredig zouden schaden;
- d. indien op grond van hoofdstuk 2 een lagere maximale bouwhoogte geldt dan de maximaal toelaatbare bouwhoogte ingevolge dit lid onder a t/m c, prevaleert de maximaal toelaatbare bouwhoogte van hoofdstuk 2.
28.2 Geluidzone - industrie
In afwijking van hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - industrie' dat binnen deze zone geen woningen zijn toegestaan, met uitzondering van woningen die op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan reeds aanwezig zijn.
Artikel 29 Algemene Afwijkingsregels
29.1 Afwijkingen van maten en overschrijdingen van bouwgrenzen
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken - tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds een omgevingsvergunning kan worden verleend - van de regels voor:
- a. overschrijding van bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; de overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 meter bedragen en het bouwvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.
Een omgevingsvergunning om af te wijken wordt niet verleend, indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
29.2 Afwijken mantelzorg
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in hoofdstuk 2 voor het toestaan van het gebruik van een vrijstaand bijgebouw als afhankelijke woonruimte, met inachtneming van de volgende regels:
- a. een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit een oogpunt van mantelzorg;
- b. wordt ingetrokken zodra de onder a bedoelde noodzaak is komen te vervallen;
- c. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van in het geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
- d. de afhankelijke woonruimte binnen de vigerende regeling inzake bijgebouwen wordt ingepast met een maximale oppervlakte van 80 m².
Artikel 30 Algemene Wijzigingsregels
30.1 Overschrijding bestemmingsgrenzen
Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 meter bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.
Artikel 31 Uitsluiting Aanvullende Werking Bouwverordening
De regels van stedenbouwkundige aard en de bereikbaarheidseisen van paragraaf 2.5 van de bouwverordening zijn uitsluitend van toepassing, voorzover het betreft:
- a. bereikbaarheid van bouwwerken voor wegverkeer, brandblusvoorzieningen;
- b. brandweeringang;
- c. bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten;
- d. de ruimte tussen bouwwerken;
- e. parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden bij of in gebouwen.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 32 Overgangsrecht
32.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk, dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan eenmalig een omgevingsvergunning verlenen ten behoeve van het afwijken van het bepaalde onder a voor het vergroten van de inhoud van het bouwwerk als bedoeld in het bepaalde onder a met maximaal 10%.
- c. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op bouwwerken, die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
32.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het bepaalde in sub a te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op het gebruik, dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 33 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Kern Standdaarbuiten'.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van: …………………… De voorzitter, De griffier, ………. ……… |
Bijlage 1 Staat Van Bedrijfsactiviteiten
Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten
Bijlage 1 Ruimtelijke Onderbouwing Woning Markiezenlaan
Bijlage 1 Ruimtelijke onderbouwing woning Markiezenlaan
Bijlage 2 Milieuaspecten Bp Rmwb
Bijlage 2 Milieuaspecten BP RMWB
Bijlage 3 Akoestisch Onderzoek Woning Markiezenlaan
Bijlage 3 Akoestisch onderzoek woning Markiezenlaan
Bijlage 4 Brief Rmwd
Bijlage 5 Akoestisch Onderzoek Woning Markt 5
Bijlage 5 Akoestisch onderzoek woning Markt 5
Bijlage 6 Natuurwaardenonderzoek Zomervlinder
Bijlage 6 Natuurwaardenonderzoek Zomervlinder
Bijlage 7 Bodemonderzoek Woning Markt 5
Bijlage 7 Bodemonderzoek woning Markt 5
Bijlage 8 Bodemonderzoek Woning Markiezenlaan
Bijlage 8 Bodemonderzoek woning Markiezenlaan
Bijlage 9 Advies Externe Veiligheid Rmwd
Bijlage 9 Advies externe veiligheid RMWD
Bijlage 10 Actualisatie Advies Externe Veiligheid Rmwb
Bijlage 10 Actualisatie advies externe veiligheid RMWB
Bijlage 11 Actualisatie Advies Externe Veiligheid Rmwb
Bijlage 11 Actualisatie advies externe veiligheid RMWB
Bijlage 12 Verantwoording Groepsrisico En Advies Brandweer
Bijlage 12 Verantwoording groepsrisico en advies brandweer
Bijlage 13 Actualisatie Rapport Milieuaspecten Rmwb
Bijlage 13 Actualisatie rapport milieuaspecten RMWB