De regels van het bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische bebouwing Bernheze 2018' met planidentificatie NL.IMRO.1721.BPVAB2018-vg01 zoals door de gemeenteraad vastgesteld op 18 april 2019 worden herzien zoals aangegeven in deze regels. Voor het overige blijven de regels van het bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische bebouwing Bernheze 2018' ongewijzigd van toepassing.

De volgende bepalingen worden vervangen door de volgende omschrijving en/of ingevoegd in artikel 1:

het bestemmingsplan 'Herziening Vrijkomende Agrarische Bebouwing Bernheze 2018' met identificatienummer NL.IMRO.1721.BPVAB2018herz-vg01 van de gemeente Bernheze;

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

Het bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische bebouwing Bernheze 2018' wordt aangevuld met de wijzigingsbevoegdheden zoals opgenomen in lid 2.2 sub a en b in:

3. c. Artikel 3 Agrarisch als artikel 3.9.1 sub k en l;
4. d. Artikel 4 Agrarisch – Landbouwontwikkelingsgebied als artikel 3.9.1 sub i en j;
5. e. Artikel 5 Agrarisch met waarden - Landschappelijke, cultuurhistorische en/of abiotische waarden als artikel 5.9.1 sub j en k;
6. f. Artikel 6 Agrarisch met waarden - Leefgebied dassen als artikel 6.9.1 sub j en k;
7. g. Artikel 7 Agrarisch met waarden - Leefgebied struweelvogels als artikel 7.9.1 sub j en k.

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen en:

1. a. Het bouwvlak ter plaatse van de aanduidingen met functietype 'bedrijf', 'maatschappelijk', 'recreatief' wijzigen en/of vergroten voor het toestaan van meer bebouwing, onder voorwaarden dat:
   1. 1. voldaan wordt aan artikel 3.9 van de Interim Omgevingsverordening van Provincie Noord-Brabant en op basis van de 'Beleidsregel landschappelijke kwaliteitsverbetering van de gemeente Bernheze' landschappelijke kwaliteitsverbetering plaats vindt. De sloop van opstallen als benoemd in lid 10 kan onderdeel uitmaken van deze landschappelijke kwaliteitsverbetering;
   2. 2. indien sprake is van ligging in de gebiedsaanduiding 'groenblauwe mantel' wijziging alleen plaats kan vinden indien het wijzigingsplan:
      • strekt tot behoud, herstel of duurzame ontwikkeling van het watersysteem en de daarmee samenhangende ecologische waarden en kenmerken en landschappelijke waarden en kenmerken;
      • regels stelt ter bescherming van de ecologische, landschappelijke en hydrologische waarden en kenmerken van het gebied;
      • borgt dat een ontwikkeling gepaard gaat met een positieve bijdrage aan de bescherming en ontwikkeling van de ecologische waarden en kenmerken en landschappelijke waarden en kenmerken.
   3. 3. sprake is van een uitbreiding die past binnen de gewenste ontwikkelingsrichting van het gebied waarbij de volgende aspecten zijn betrokken:
      • een gebiedsgerichte benadering welke activiteiten en functies passen in de omgeving;
      • welke effecten de mogelijke ontwikkeling heeft op andere aspecten, waaronder mobiliteit, agrarische ontwikkeling, leefbaarheid en leegstand elders;
      • hoe de uitbreiding bijdraagt aan het versterken van de omgevingskwaliteit, waaronder een bijdrage aan de sloop van overtollig en leegstaand vastgoed in het Landelijk Gebied.
   4. 4. uit een inrichtingsplan moet blijken dat een goede ruimtelijke inpassing gewaarborgd is. Een landschappelijke inrichting vormt in ieder geval onderdeel van dit inrichtingsplan;
   5. 5. de oppervlakte van het aangepaste bouwvlak mag niet meer bedragen dan 1,5 ha.;
   6. 6. aangetoond is dat sprake is van een goede ruimtelijke ordening;
   7. 7. aangetoond is dat er geen sprake is van een onevenredige beperking van de gebruiksmogelijkheden van omliggende functies;
   8. 8. aangetoond is dat er geen sprake is van een verslechtering van de waterhuishoudkundige situatie;
   9. 9. een anterieure overeenkomst met de gemeente wordt aangegaan waarin sowieso planschade verhaald wordt op de initiatiefnemer;
   10. 10. aangetoond is dat binnen het grondgebied van de gemeente Bernheze agrarische bebouwing is gesaneerd door sloop of herbestemming waarbij het gebruik van die bebouwing juridisch en feitelijk is beëindigd;
   11. 11. de onder 10 benoemde gesloopte of herbestemde agrarische bebouwing mag niet ook voor andere regelingen ingezet worden;
   12. 12. voor iedere 100 m² aan extra bebouwing die wordt toegestaan op een andere locatie binnen de gemeente Bernheze tenminste 110 m² aan agrarische bedrijfsgebouwen worden gesloopt;
   13. 13. voldaan wordt aan de voorwaarden benoemd in de 'Beleidsregel van Gemeente Bernheze houdende regels omtrent staldering Bernheze' zoals vastgesteld op 18 april 2019 door de gemeenteraad van Bernheze of de meest actuele versie hiervan;
   14. 14. gelijktijdig met het uitbreiden van het bouwvlak zoals benoemd onder a wordt het bouwvlak ter plaatse van de aanduidingen 'agrarisch bedrijf', 'intensieve veehouderij' en 'agrarisch verwant bedrijf' verkleind of geheel verwijderd, onder voorwaarden dat:
       • Het toegestane aantal vierkante meter aan agrarische bebouwing binnen het bouwvlak wordt verkleind overeenkomstig de hoeveelheid vierkante meters te slopen agrarische bebouwing zoals dat volgt uit het bepaalde onder voorwaarde 10en 11.
2. b. de functieaanduiding 'intensieve veehouderij' schrappen en wijzigen in de functieaanduiding 'agrarisch bedrijf' onder voorwaarde dat aangetoond is dat de functie van intensieve veehouderij juridisch en feitelijk is beëindigd, waarbij sprake is van sloop van overtollige bebouwing die in gebruik was voor de functie intensieve veehouderij.

Het bepaalde in artikel 31 'Overgangsrecht' van het bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische bebouwing Bernheze 2018' van de gemeente Bernheze blijft onverkort van toepassing op dit bestemmingsplan.

Deze regels worden aangehaald als:

'Regels van het bestemmingsplan Herziening Vrijkomende Agrarische Bebouwing Bernheze 2018'.

De gemeente Bernheze heeft op 14 december 2017 de ‘Beleidsnotitie aanpak VAB Bernheze, Toe te passen beleidsregels’ vastgesteld. Hoofduitgangspunt voor de beleidsnotitie is het tegengaan van verrommeling in het buitengebied door het herbestemmen of slopen van leegstaande stallen, zo nodig na een tijdelijk toegelaten afwijkend gebruik. Middels een gedegen VAB-aanpak wil de gemeente tevens de transformatie naar een duurzame en maatschappelijk geaccepteerde veehouderij ondersteunen.

Het vastgestelde VAB-beleid is vertaald in het bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische Bedrijven Bernheze 2018'. Dit bestemmingsplan is echter niet geheel in overeenstemming met het VAB-beleid. Een wijzigingsbevoegdheid voor het toepassen van Stalderingsregels ontbreekt. Ook een wijzigingsbevoegdheid ontbreekt die het mogelijk maakt om de functieaanduiding 'intensieve veehouderij ' te schrappen. Op die wijze wordt ingespeeld deelname van veehouderijen aan de Regeling warme sanering varkenshouderij. Middels onderhavige herziening van het bestemmingsplan wordt de omissie hersteld en wordt ingespeeld op de genoemde regeling. Deze herziening betreft uitsluitend een aanvulling op de regels van het bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische Bedrijven Bernheze 2018'.

Het plangebied omvat het gehele plangebied van het bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische Bedrijven Bernheze 2018'. Het plangebied omvat het buitengebied van de gemeente Bernheze. In figuur 1.1 is het plangebied met de zwarte bolletjeslijn op een luchtfoto aangeduid.

Voor een volledige beschrijving van de huidige situatie van het plangebied, wordt verwezen naar de

toelichting van de bestemmingsplannen 'Vrijkomende Agrarische Bedrijven Bernheze 2018' vastgesteld op 18 april 2018 en ‘Buitengebied Bernheze’ vastgesteld op 26 juni 2012.

Figuur 1.1 Luchtfoto met plangebied als bolletjeslijn (bron: bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische Bedrijven Bernheze 2018')

De herziening van dit plan betreft het toevoegen van een wijzigingsbevoegdheid waarin de Stalderingsregels van de gemeente Bernheze worden opgenomen.

Het door de gemeenteraad van Bernheze op 14 december 2017 vastgestelde ‘Beleidsnotitie aanpak VAB Bernheze, Toe te passen beleidsregels’ is middels een wijziging van het bestemmingsplan 'Buitengebied Bernheze' in het bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische Bedrijven Bernheze 2018' vastgelegd. Hiermee worden mogelijkheden geboden voor herbestemming van voormalige agrarische bedrijfslocaties.

Met dit bestemmingsplan wordt een wijzigingsbevoegdheid voor het toepassen van Stalderingsregels toegevoegd. Met deze wijzigingsbevoegdheid wordt het mogelijk om bij niet-agrarische bedrijven extra bouwmogelijkheden toe te staan indien elders in het buitengebied van de gemeente Bernheze bebouwing wordt gesloopt. Daarnaast wordt een wijzigingsbevoegdheid opgenomen die het mogelijk maakt om de functieaanduiding 'intensieve veehouderij ' te schrappen. Op die wijze wordt ingespeeld deelname van veehouderijen aan de Regeling warme sanering varkenshouderij.

Middels dit bestemmingsplan wordt het bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische Bedrijven Bernheze 2018' herzien. Aan artikel 3 'Agrarisch', artikel 4 'Agrarisch – Landbouwontwikkelingsgebied', artikel 5 'Agrarisch met waarden - Landschappelijke', artikel 6 'Agrarisch met waarden - Leefgebied dassen' en artikel 7 'Agrarisch met waarden - Leefgebied struweelvogels' worden de volgende wijzigingsbevoegdheden toegevoegd:

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen en:

1. a. Het bouwvlak ter plaatse van de aanduidingen met functietype 'bedrijf', 'maatschappelijk', 'recreatief' wijzigen en/of vergroten voor het toestaan van meer bebouwing, onder voorwaarden dat:
   1. 1. voldaan wordt aan artikel 3.9 van de Interim Omgevingsverordening van Provincie Noord-Brabant en op basis van de 'Beleidsregel landschappelijke kwaliteitsverbetering van de gemeente Bernheze' landschappelijke kwaliteitsverbetering plaats vindt. De sloop van opstallen als benoemd in lid 10 kan onderdeel uitmaken van deze landschappelijke kwaliteitsverbetering;
   2. 2. indien sprake is van ligging in de gebiedsaanduiding 'groenblauwe mantel' wijziging alleen plaats kan vinden indien het wijzigingsplan:
      • strekt tot behoud, herstel of duurzame ontwikkeling van het watersysteem en de daarmee samenhangende ecologische waarden en kenmerken en landschappelijke waarden en kenmerken;
      • regels stelt ter bescherming van de ecologische, landschappelijke en hydrologische waarden en kenmerken van het gebied;
      • borgt dat een ontwikkeling gepaard gaat met een positieve bijdrage aan de bescherming en ontwikkeling van de ecologische waarden en kenmerken en landschappelijke waarden en kenmerken.
   3. 3. sprake is van een uitbreiding die past binnen de gewenste ontwikkelingsrichting van het gebied waarbij de volgende aspecten zijn betrokken:
      • een gebiedsgerichte benadering welke activiteiten en functies passen in de omgeving;
      • welke effecten de mogelijke ontwikkeling heeft op andere aspecten, waaronder mobiliteit, agrarische ontwikkeling, leefbaarheid en leegstand elders;
      • hoe de uitbreiding bijdraagt aan het versterken van de omgevingskwaliteit, waaronder een bijdrage aan de sloop van overtollig en leegstaand vastgoed in het Landelijk Gebied.
   4. 4. uit een inrichtingsplan moet blijken dat een goede ruimtelijke inpassing gewaarborgd is. Een landschappelijke inrichting vormt in ieder geval onderdeel van dit inrichtingsplan;
   5. 5. de oppervlakte van het aangepaste bouwvlak mag niet meer bedragen dan 1,5 ha.;
   6. 6. aangetoond is dat sprake is van een goede ruimtelijke ordening;
   7. 7. aangetoond is dat er geen sprake is van een onevenredige beperking van de gebruiksmogelijkheden van omliggende functies;
   8. 8. aangetoond is dat er geen sprake is van een verslechtering van de waterhuishoudkundige situatie;
   9. 9. een anterieure overeenkomst met de gemeente wordt aangegaan waarin sowieso planschade verhaald wordt op de initiatiefnemer;
   10. 10. aangetoond is dat binnen het grondgebied van de gemeente Bernheze agrarische bebouwing is gesaneerd door sloop of herbestemming waarbij het gebruik van die bebouwing juridisch en feitelijk is beëindigd;
   11. 11. de onder 10 benoemde gesloopte of herbestemde agrarische bebouwing mag niet ook voor andere regelingen ingezet worden;
   12. 12. voor iedere 100 m² aan extra bebouwing die wordt toegestaan op een andere locatie binnen de gemeente Bernheze tenminste 110 m² aan agrarische bedrijfsgebouwen worden gesloopt;
   13. 13. voldaan wordt aan de voorwaarden benoemd in de 'Beleidsregel van Gemeente Bernheze houdende regels omtrent staldering Bernheze' zoals vastgesteld op 18 april 2019 door de gemeenteraad van Bernheze of de meest actuele versie hiervan;
   14. 14. gelijktijdig met het uitbreiden van het bouwvlak zoals benoemd onder a wordt het bouwvlak ter plaatse van de aanduidingen 'agrarisch bedrijf', 'intensieve veehouderij' en 'agrarisch verwant bedrijf' verkleind of geheel verwijderd, onder voorwaarden dat:
       • Het toegestane aantal vierkante meter aan agrarische bebouwing binnen het bouwvlak wordt verkleind overeenkomstig de hoeveelheid vierkante meters te slopen agrarische bebouwing zoals dat volgt uit het bepaalde onder voorwaarde 10en 11.
2. b. de functieaanduiding 'intensieve veehouderij' schrappen en wijzigen in de functieaanduiding 'agrarisch bedrijf' onder voorwaarde dat aangetoond is dat de functie van intensieve veehouderij juridisch en feitelijk is beëindigd, waarbij sprake is van sloop van overtollige bebouwing die in gebruik was voor de functie intensieve veehouderij.

De overige regels van het bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische Bedrijven Bernheze 2018' worden overeenkomstig van toepassing verklaard en ondervinden hiermee dan ook geen wijzigingen.

Het Rijksbeleid is op het gemeentelijke VAB-beleid niet van toepassing. De feitelijke situatie binnen het plangebied wijzigt door het opnemen van de wijzigingsbevoegdheid niet. Derhalve wordt in deze toelichting niet nader ingegaan op het Rijksbeleid.

Het provinciaal beleid is op het gemeentelijke VAB-beleid niet rechtstreeks van toepassing. Wel

zijn de regels van het bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische Bedrijven Bernheze 2018' aangepast aan de provinciale voorwaarden.

De feitelijke situatie binnen het plangebied wijzigt door deze herziening van het bestemmingsplan niet. Wel heeft de provincie verzocht de regeling zoals opgenomen in het ontwerpbestemmingsplan in overeenstemming te brengen met de Interim omgevingsverordening Noord-Brabant. Onderstaand daarom een toets aan dit beleid.

Op grond van het provinciaal beleid dient bij initiatieven beoordeeld te worden dat het initiatief past binnen de gewenste ontwikkelingsrichting van het gebied (artikel 3.73 van de Interim omgevingsverordening van de provincie Noord-Brabant). Dit betekent dat sec een onderbouwing van het initiatief zelf niet voldoende is. Er dient onder meer sprake te zijn van een gebiedsgerichte benadering welke activiteiten en functies passen in de omgeving.

Gemeente Bernheze beschikt in het geldende bestemmingsplan Buitengebied al over een bestemmingsplansystematiek die gebaseerd is op gebiedsbestemmingen. Het voordeel van deze opzet is dat de samenhang met het omringende gebied duidelijk tot uiting komt. Immers, de gebiedsbestemming ligt eveneens op het betreffende perceel en is steeds in beeld bij het maken van afwegingen. Daarnaast zijn op diverse plekken ontwikkelingsgebieden opgenomen die een gewenste ontwikkelingsrichting geven.

Op grond van artikel 3.9 IOV dient een plan dat een ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk gebied mogelijk maakt gepaard te gaan met een kwaliteitsverbetering van het landschap. Deze voorwaarde is toegevoegd aan de regels onder artikel 2.2. lid a. sub 1.

Om te voorkomen dat voorliggend plan in strijd is met artikel 3.32 IOV (aangaande de bescherming van waarden binnen de Groenblauwe Mantel) moet op die locaties waar ook deze gebiedsbescherming geldt getoetst worden of voldaan kan blijven worden aan de voorwaarden tot behoud, herstel, bescherming en/of ontwikkeling van ecologische, landschappelijke en/of hydrologische waarden. Deze voorwaarde is toegevoegd aan de regels onder artikel 2.2. lid a. sub 2.

Op grond van artikel 3.71 IOV kan een bestemmingsplan dan wel wijzigingsplan voorzien in een redelijke uitbreiding van een bestaande niet-agrarische functie als dat past binnen de gewenste ontwikkelingsrichting van het gebied. Bij de bepaling daarvan dient een ontwikkeling aan de hand van enkele ruimtelijk kwalitatieve aspecten, zoals genoemd in artikel 3.71, sub c IOV, te worden onderbouwd. Deze aspecten dienen als voorwaarde aan de wijzigingsbevoegdheid te worden verbonden. Deze voorwaarde is toegevoegd aan de regels onder artikel 2.2. lid a. sub 3.

Door de gemeenteraad van Bernheze is op 14 december 2017 de ‘Beleidsnotitie aanpak VAB Bernheze, Toe te passen beleidsregels’ vastgesteld. Hoofduitgangspunt voor de beleidsnotitie is het tegengaan van verrommeling van voormalige agrarische bedrijfslocaties in het buitengebied. In de gemeentelijke beleidsvisie wordt een drieledige aanpak voorgesteld:

1. 1. Het opzetten van een sloopbonusregeling om sloop te stimuleren
2. 2. Ruimere herbestemmingsmogelijkheden
3. 3. Toepassen van tijdelijke vergunningen om uiteindelijk sloop te financieren.

Het bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische Bedrijven Bernheze 2018' is opgesteld om het gemeentelijk VAB-beleid juridisch te verankeren in de bestemmingsplanregels. In dat bestemmingsplan zijn de Stalderingsregels voor het ruimere herbestemmingsmogelijkheden niet volledig opgenomen.

Dit bestemmingsplan betreft een herziening van het vigerende bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische Bedrijven Bernheze 2018', waarbij de regels op enkele onderdelen worden aangevuld. Middels deze herziening wordt het VAB-beleid nader verankerd in de bestemmingsplanregels en een regeling opgenomen waarmee ingespeeld kan worden op deelname van veehouderijen aan de Regeling warme sanering varkenshouderij

De feitelijke situatie binnen het plangebied wijzigt als gevolg van dit bestemmingsplan niet. Naast de gemeentelijke beleidsvisie aangaande VAB-beleid is het overige gemeentelijke beleid niet relevant.

Dit bestemmingsplan heeft feitelijk geen wijzigingen tot gevolg. Dit bestemmingsplan heeft dan ook geen invloed op milieuaspecten en vormt geen bezwaar in het kader van milieu. Ook het aspect cultuurhistorie, archeologie en ecologie zijn in het kader van dit bestemmingsplan niet relevant.

Deze herziening betreft de herziening van het geldende bestemmingsplan 'Vrijkomende Agrarische Bedrijven Bernheze 2018' zoals dat d.d. 18 april 2019 door de gemeenteraad van Bernheze is vastgesteld.

Met deze herziening worden aan artikel 3 'Agrarisch', artikel 4 'Agrarisch – Landbouwontwikkelingsgebied', artikel 5 'Agrarisch met waarden - Landschappelijke', artikel 6 'Agrarisch met waarden - Leefgebied dassen' en artikel 7 'Agrarisch met waarden - Leefgebied struweelvogels' twee wijzigingsbevoegdheden toegevoegd.

Omdat er sprake is van een aanvulling op de vastgestelde bestemmingsplanregeling is het opstellen van een complete set regels niet noodzakelijk en volstaat een verwijzing naar de regels van het geldende bestemmingsplan.

Op 1 juli 2008 is samen met de Wet ruimtelijke ordening (Wro) de Grondexploitatiewet (Grexwet) in werking getreden. In deze Grexwet is bepaald dat een gemeente bij het vaststellen van een planologische maatregel dat mogelijkheden biedt voor de bouw van één of meer hoofdgebouwen, verplicht is maatregelen te hebben genomen die verzekeren dat de kosten die gepaard gaan met de ontwikkeling van de locatie worden verhaald op de initiatiefnemer van het plan. Middels dit bestemmingsplan worden geen bouwplannen mogelijk gemaakt. Het project is derhalve niet exploitatieplichtig.

Het ontwerpbestemmingsplan heeft zes weken, van 20 augustus 2020 tot en met 30 september 2020 ter inzage gelegen. Gedurende deze periode heeft iedereen een zienswijze kunnen indienen. Tevens is het ontwerpplan toegezonden aan Waterschap Aa en Maas en de provincie Noord-Brabant. Van deze overlegpartners is binnen deze termijn van provincie Noord-Brabant een reactie ontvangen. Deze reactie is samengevat en beantwoord in de Nota zienswijzen. Deze nota is bijgevoegd in bijlage 1.

Op 10 december 2020 is het bestemmingsplan vastgesteld door de gemeenteraad. Het vastgestelde bestemmingsplan wordt 6 weken ter inzage gelegd voor de mogelijkheid tot indienen van beroep.