Parapluplan 2023
Bestemmingsplan - Gemeente Neder-Betuwe
Vastgesteld op 04-07-2024 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan:
het bestemmingsplan 'Parapluplan 2023' met identificatienummer NL.IMRO.1740.bpNBparaplu2023-vst1 van de gemeente Neder-Betuwe;
1.2 bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
1.3 bestaand:
- bij bouwwerken: bouwwerken die op het tijdstip van de ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan bestonden of in uitvoering waren, dan wel gebouwd zijn of gebouwd kunnen worden krachtens een verleende omgevingsvergunning;
- bij gebruik: gebruik dat op het tijdstip van de ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan bestond;
1.4 streekproducten
lokaal en/of regionaal (in de Betuwe) geproduceerde agrarische producten uit de foodsector die de identiteit van de streek kenmerken, zoals fruitteelt.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 2 Zelfstandige Kantoren Op Bedrijventerreinen
2.1 Toepassingsbereik
Het bepaalde in het bestemmingsplan 'Bedrijventerrein', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 27 juni 2013, wordt aangevuld met het bepaalde in 2.2 in die zin dat na 6.5.5 een nieuwe bepaling 6.5.6 wordt toegevoegd.
2.2 Zelfstandige kantoren op bedrijventerreinen
6.5.6 Afwijking huisvesting van zelfstandige kantoren op bedrijventerreinen
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.1.2 onder d sub 1 teneinde zelfstandige kantoren toe te staan ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - gemengd gebied', mits wordt voldaan aan onderstaande voorwaarden:
- a. er wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein dan wel het terrein van derden conform de Nota Parkeernormen of de nadien gewijzigde beleidsregels met betrekking tot parkeren;
- b. de kantoorhuisvesting heeft een goede bouwtechnische kwaliteit;
- c. de kantoorhuisvesting heeft een goede ruimtelijke uitstraling;
- d. het moet gaan om een niet-publieksgericht kantoor zonder baliefunctie;
- e. het plan is afgestemd met de buren;
- f. het plan draagt bij aan een gezonde en duurzame werkomgeving;
- g. uit milieuoogpunt bestaan er geen bezwaren ten aanzien van vestiging van de genoemde zelfstandige kantoren, waaronder bedrijven en milieuzonering.
Het bepaalde onder a tot en met e wordt nader gepreciseerd in de beleidsregel houdende regels omtrent de huisvestingsmogelijkheden voor kantoren op bestaande bedrijventerreinen, zoals die door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 14 mei 2020 is vastgesteld en op 17 september 2020 in werking is getreden en als Bijlage 1 bij deze regels is gevoegd.
Artikel 3 Verkoop Van Streekproducten
3.1 Toepassingsbereik
- 1. De agrarische bestemmingen in de bestemmingsplannen, zoals genoemd in Bijlage 2, worden aangevuld met het bepaalde opgenomen in 3.2.
- 2. Het bepaalde in 3.2 geldt tevens ter plaatse van de aanduiding 'tuincentrum', zoals deze voorkomt in de volgende bestemmingsplannen:
- a. 'Buitengebied Kesteren', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 24 mei 2012;
- b. 'Buitengebied Dodewaard en Echteld', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 30 mei 2013;
- c. 'Witte Vlekken', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 12 september 2013.
3.2 Verkoop van streekproducten
De verkoop van streekproducten als nevenactiviteit bij een functionerend agrarisch bedrijf en/of tuincentrum is toegestaan, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
- a. het verkoopvloeroppervlak mag niet meer bedragen dan 100 m2;
- b. buitenopslag van goederen, materiaal of materieel ten behoeve van de verkoop van streekproducten is niet toegestaan;
- c. er is geen sprake van een onevenredige toename van een publieks- en/of verkeersaantrekkende werking;
- d. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden;
- e. de nevenactiviteit wordt uitgeoefend door de persoon die tevens exploitant is van het agrarische bedrijf c.q. tuincentrum;
- f. de verkoop van alcohol is niet toegestaan.
Artikel 4 Integraal Ensemble: Rijnbandijk - Boveneindsestraat
4.1 Toepassingsbereik
- 1. Het bepaalde in het bestemmingsplan 'Buitengebied Kesteren', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 24 mei 2012, wordt aangevuld met het bepaalde in 4.2 in die zin dat na artikel 28 (Waarde - Archeologie 5) een nieuw artikel 29 (Waarde - Integraal ensemble: Rijnbandijk - Boveneindsestraat) wordt toegevoegd waarna de huidige artikelen 29 tot en met 41 worden vernummerd tot 32 tot en met 44;
- 2. Het bepaalde in het bestemmingsplan 'Boveneindsestraat 18 te Kesteren', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 14 september 2017, wordt aangevuld met het bepaalde in 4.2 in die zin dat na artikel 6 (Waarde - Cultuurhistorisch waardevol gebied) een nieuw artikel 7 (Waarde - Integraal ensemble: Rijnbandijk - Boveneindsestraat) wordt toegevoegd waarna de huidige artikelen 7 tot en met 14 worden vernummerd tot 9 tot en met 16.
- 3. Het bepaalde in het bestemmingsplan 'Kernen Neder-Betuwe', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 14 mei 2020, wordt aangevuld met het bepaalde in 4.2 in die zin dat het huidige artikel 29 (Waarde - Beschermd dorpsgezicht) komt te vervallen en dat in plaats daarvan een nieuw artikel 29 (Waarde - Integraal ensemble: Rijnbandijk - Boveneindsestraat) wordt toegevoegd.
- 4. Het bepaalde in het bestemmingsplan 'Rijnbandijk ong. Kesteren', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 25 maart 2021, wordt aangevuld met het bepaalde in 4.2 in die zin dat na artikel 5 (Waarde - Cultuurhistorisch waardevol gebied 2) een nieuw artikel 6 (Waarde - Integraal ensemble: Rijnbandijk - Boveneindsestraat) wordt toegevoegd waarna de huidige artikelen 6 tot en met 11 worden vernummerd tot 7 tot en met 12.
- 5. Het bepaalde in het bestemmingsplan 'Kesteren, Boveneindsestraat 1', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 10 december 2020, wordt aangevuld met het bepaalde in 4.2 in die zin dat na artikel 5 (Waarde - Archeologie 2) een nieuw artikel 6 (Waarde - Integraal ensemble: Rijnbandijk - Boveneindsestraat) wordt toegevoegd waarna de huidige artikelen 6 tot en met 13 worden vernummerd tot 7 tot en met 14.
4.2 Waarde - Integraal ensemble: Rijnbandijk - Boveneindsestraat
Artikel 5 Integraal Ensemble: De Spees - Rijnbandijk - Opheusdens Veer
5.1 Toepassingsbereik
- 1. Het bepaalde in het bestemmingsplan 'Buitengebied Kesteren', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 24 mei 2012, wordt aangevuld met het bepaalde in 5.2 in die zin dat na het nieuwe artikel 30 (Waarde - Beschermd dorpsgezicht Kesteren) een nieuw artikel 31 (Waarde - Integraal ensemble: De Spees - Rijnbandijk - Opheusdens Veer) wordt toegevoegd waarna de huidige artikelen 29 tot en met 41 worden vernummerd tot 32 tot en met 44.
- 2. Het bepaalde in het bestemmingsplan 'Witte vlekken', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 12 september 2013, wordt aangevuld met het bepaalde in 5.2 in die zin dat na artikel 28 (Waarde - Cultuurhistorie) een nieuw artikel 29 (Waarde - Integraal ensemble: Rijnbandijk - Boveneindsestraat) wordt toegevoegd waarna de huidige artikelen 29 tot en met 39 worden vernummerd tot 30 tot en met 40.
- 3. Het bepaalde in het bestemmingsplan 'Kernen Neder-Betuwe', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 14 mei 2020, wordt aangevuld met het bepaalde in 5.2 in die zin dat na het nieuwe artikel 29 (Waarde - Integraal ensemble: Rijnbandijk - Boveneindsestraat) een nieuw artikel 30 (Waarde - Integraal ensemble: De Spees - Rijnbandijk - Opheusdens Veer) wordt toegevoegd waarna de huidige artikelen 30 tot en met 39 worden vernummerd tot 32 tot en met 41.
5.2 Waarde - Integraal ensemble: De Spees - Rijnbandijk - Opheusdens Veer
Artikel 6 Integraal Ensemble: Dijkzone Dodewaard & Hien
6.1 Toepassingsbereik
- 1. Het bepaalde in het bestemmingsplan 'Buitengebied Dodewaard en Echteld', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 30 mei 2013, wordt aangevuld met het bepaalde in 6.2 in die zin dat na het artikel 41 (Waarde - Ecologie) een nieuw artikel 42 (Waarde - Integraal ensemble: Dijkzone Dodewaard & Hien) wordt toegevoegd waarna de huidige artikelen 42 tot en met 50 worden vernummerd tot 44 tot en met 52.
- 2. Het bepaalde in het wijzigingsplan 'Dodewaard, Waalbandijk 97', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 5 april 2022, wordt aangevuld met het bepaalde in 6.2 in die zin dat na artikel 7 (Waarde - Cultuurhistorie karakteristiek) een nieuw artikel 8 (Waarde - Integraal ensemble: Dijkzone Dodewaard & Hien) wordt toegevoegd waarna de huidige artikelen 8 tot en met 14 worden vernummerd tot 9 tot en met 15.
6.2 Waarde - Integraal ensemble: Dijkzone Dodewaard & Hien
Artikel 7 Integraal Ensemble: Echteld
7.1 Toepassingsbereik
- 1. Het bepaalde in het bestemmingsplan 'Buitengebied Dodewaard en Echteld', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 30 mei 2013, wordt aangevuld met het bepaalde in 7.2 in die zin dat na het nieuwe artikel 42 (Waarde - Integraal ensemble: Dijkzone Dodewaard & Hien) een nieuw artikel 43 (Waarde - Integraal ensemble: Echteld) wordt toegevoegd waarna de huidige artikelen 42 tot en met 50 worden vernummerd tot 44 tot en met 52.
- 2. Het bepaalde in het bestemmingsplan 'Kernen Neder-Betuwe', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 14 mei 2020, wordt aangevuld met het bepaalde in 7.2 in die zin dat na het nieuwe artikel 30 (Waarde - Integraal ensemble: De Spees - Rijnbandijk - Opheusdens Veer) een nieuw artikel 31 (Waarde - Integraal ensemble: Echteld) wordt toegevoegd waarna de huidige artikelen 30 tot en met 39 worden vernummerd tot 32 tot en met 41.
7.2 Waarde - Integraal ensemble: Echteld
Artikel 8 Parkeren
8.1 Toepassingsbereik
De parkeerregeling, zoals die is opgenomen in de regels van alle bestemmingsplannen, uitwerkingsplannen, wijzigingsplannen en beheersverordeningen op het grondgebied van de gemeente Neder-Betuwe, wordt herzien met het bepaalde in 8.2 en laten de regels voor het overige ongewijzigd.
8.2 Voorwaardelijke verplichting parkeren
- a. Een omgevingsvergunning voor het bouwen binnen de bestemmingen van de in 8.1 genoemde plannen wordt slechts verleend, indien bij de aanvraag wordt aangetoond dat voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein en veilig gesteld is dat deze parkeergelegenheid in stand wordt gehouden.
- b. Van voldoende parkeergelegenheid is sprake, indien wordt voldaan aan de Nota Parkeernormen of de nadien gewijzigde beleidsregels met betrekking tot parkeren, zoals die gelden ten tijde van de indiening van de aanvraag om een omgevingsvergunning voor het bouwen.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 9 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 10 Overige Regels
10.1 Voorrangsregel
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 11 Overgangsrecht
11.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan in afwijking van het bepaalde onder a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
- c. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
11.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op het gebruik, dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 12 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het Parapluplan 2023
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
De aanleiding voor dit paraplubestemmingsplan is vierledig en heeft betrekking op de thema's:
- Huisvesting zelfstandige kantoren op bedrijventerreinen;
- Verkoop van streekproducten;
- Integrale ensembles;
- Parkeren.
Met deze parapluherziening worden in het kader van de bovenstaande thema's regelingen uit geldende ruimtelijke plannen aangevuld dan wel herzien.
Huisvesting zelfstandige kantoren op bedrijventerreinen
Op 14 mei 2020 heeft de gemeenteraad de 'Beleidsregel van de gemeenteraad van de gemeente Neder-Betuwe houdende regels omtrent de huisvestingsmogelijkheden voor kantoren op bestaande bedrijventerreinen' vastgesteld. In het beleid zijn zones aangewezen waar de vestiging van zelfstandige kantoren, onder voorwaarden, mogelijk is. In het voorliggende paraplubestemmingsplan is deze mogelijkheid doorvertaald in een binnenplanse afwijkingsmogelijkheid.
Verkoop van streekproducten
De gemeente Neder-Betuwe heeft er geen bezwaar tegen dat agrarische bedrijven en/of tuincentra zelf geteelde en/of verwerkte streekproducten van andere agrarische bedrijven gaan verkopen, mits sprake is van een ondergeschikte nevenactiviteit en aan de voorwaarden wordt voldaan. Om het voornoemde te formaliseren is in het voorliggende paraplubestemmingsplan een regeling opgenomen.
Integrale ensembles
Op 27 januari 2022 heeft de gemeenteraad het nieuwe erfgoedbeleid en de daarbij behorende integrale ensemble kaart en de kenmerken- en waarderingskaarten vastgesteld. Op de waarderingskaarten staan de hoog en zeer hoog gewaardeerde cultuurhistorische, stedenbouwkundige en landschappelijke waarden en elementen, die gemeente Neder-Betuwe wil behouden en waar mogelijk versterken.
Een integraal ensemble is het gebied waar er een onderlinge samenhang is tussen de hoog en zeer hoog gewaardeerde cultuurhistorische, stedenbouwkundige en landschappelijke waarden en elementen. De onderlinge samenhang van deze waarden en elementen vormt de beeldkwaliteit, die de gemeente Neder-Betuwe wil behouden en waar mogelijk wil versterken.
In het rapport 'Het beste van Neder-Betuwe; cultuurhistorische beschrijvingen van waardevolle integrale ensembles' zijn - per integraal ensemble - zowel de individuele waarden en elementen als de onderlinge samenhang (beeldkwaliteit) nader beschreven en weergegeven op een waarderingskaart. In het onderhavige parapluplan worden de vier integrale ensembles planologisch-juridisch geborgd.
Beschermd dorpsgezicht
Het ten noordoosten van de dorpskern Kesteren gelegen gemeentelijk beschermd dorpsgezicht 'Boveneindsestraat Kesteren' is op 1 maart 2005 definitief aangewezen. Bij toetsing van de planinitiatieven is gebleken dat de onderbouwing, inhoud en uitwerking van het besluit ontoereikend is om het dorpsgezicht de bescherming te geven die het verdient. Daarnaast is het gebied van het integraal ensemble Rijnbandijk - Boveneindsestraat groter dan het beschermd dorpsgezicht Boveneindsestraat. Dit vormt de reden waarom de 'Waarde - Integraal ensemble: Rijnbandijk - Boveneindsestraat' ter plaatse van het dorpsgezicht Boveneindsestraat Kesteren wordt toegevoegd.
Het voornemen is om de integrale ensembles uiteindelijk de status van beschermd dorpsgezicht te geven. Hiervoor wordt de procedure opgestart. De gemeenteraad is bevoegd om een gebied aan te wijzen als beschermd dorpsgezicht. Wanneer de gemeenteraad hierover een besluit heeft genomen, zal dit besluit worden vertaald in het omgevingsplan.
Parkeren
De gemeente Neder-Betuwe wenst de geldende parkeerregeling te herzien. De thans opgenomen afwijkingsregelingen zijn onnodig en worden zodoende in het onderhavige paraplubestemmingsplan geschrapt. In de geldende parkeerregeling wordt namelijk verwezen naar de gemeentelijke parkeernota en deze bevat zelf al mogelijkheden voor afwijkingen en de mogelijkheid om gemotiveerd af te wijken. Via voorliggend paraplubestemmingsplan wordt de algemene parkeerregeling in het bestemmingsplan 'Parapluregeling Parkeren', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 26 april 2018, herzien.
1.2 Ligging Plangebied
Per aanvulling/herziening geldt een eigen, specifiek plangebied. Hiervoor wordt verwezen naar de verbeelding van de verschillende onderdelen.
1.3 Geldende Plannen
Het voorliggende paraplubestemmingsplan is van toepassing op alle geldende bestemmings- en wijzigingsplannen in de gemeente Neder-Betuwe. De regels in dit paraplubestemmingsplan vormen een aanvulling op of herziening van de thans geldende plannen. Voor het overige blijven de onderliggende bestemmings- en wijzigingsplannen onverkort van kracht.
1.4 Leeswijzer
Het bestemmingsplan bestaat uit meerdere onderdelen: een verbeelding waarop de dubbelbestemmingen en aanduidingen in het plangebied zijn aangegeven en regels waarin de bepalingen voor de op de verbeelding vermelde dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn opgenomen.
Het bestemmingsplan gaat vergezeld van een toelichting waarin de achtergronden van het bestemmingsplan zijn beschreven. De verbeelding vormt samen met de regels het juridische bindende deel van het bestemmingsplan. In de toelichting worden de keuzes die in het bestemmingsplan worden gemaakt nader gemotiveerd en verantwoord.
Deze toelichting bestaat uit vijf hoofdstukken. Na deze inleiding volgt hoofdstuk 2 waarin de uitgangspunten voor dit paraplubestemmingsplan worden besproken. In hoofdstuk 3 worden de juridische aspecten van dit plan beschreven. Hoofdstuk 4 bevat de beschrijving van de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid. Tenslotte wordt in hoofdstuk 5 de procedure beschreven.
Hoofdstuk 2 Planbeschrijving
2.1 Doel
Doel van voorliggend paraplubestemmingsplan is om regelingen uit geldende bestemmingsplannen in het kader van een viertal thema's te herzien en/of aan te vullen. Een paraplubestemmingsplan biedt de mogelijkheid alle - voor deze thema's relevante - bestemmingsplannen binnen de gemeente in één keer te wijzigen.
In het vervolg van deze paragraaf wordt nader ingegaan op de noodzaak van dit paraplubestemmingplan per thema en is aangegeven op welke wijze hier invulling aan is gegeven.
2.2 Huisvesting Zelfstandige Kantoren Op Bedrijventerreinen
Op 14 mei 2020 heeft de gemeenteraad de 'Beleidsregel van de gemeenteraad van de gemeente Neder-Betuwe houdende regels omtrent de huisvestingsmogelijkheden voor kantoren op bestaande bedrijventerreinen' vastgesteld. Met dit beleid wil de gemeente graag ruimte bieden aan uiteenlopende bedrijven om zich te vestigen. Eerder was er maar beperkt ruimte voor zelfstandige kantoren (bedrijven met een kantoor als hoofdfunctie), terwijl er vanuit de markt in Neder-Betuwe een toenemende vraag is.
Om van deze mogelijkheid gebruik te maken vraagt de gemeente initiatiefnemers om aan de volgende voorwaarden te voldoen:
- de beoogde locatie dient in een gemengde zone te liggen;
- het plan dient bij te dragen aan een gezonde werkomgeving;
- het plan dient afgestemd te zijn met de buren in de omgeving;
- het dient te gaan om een kantoor zonder baliefunctie;
- het plan dient te voldoende aan de bouw- en welstandseisen;
- parkeren dient plaats te vinden op eigen terrein.
Met deze voorwaarden wil de gemeente voorkomen dat kantoren en andere bedrijven elkaar teveel in de weg gaan zitten en wil de gemeente zorg dragen voor een gezonde, duurzame en veilige werkomgeving.
In het voorliggende paraplubestemmingsplan is de mogelijkheid tot huisvesting van zelfstandige kantoren op bedrijventerreinen doorvertaald in een binnenplanse afwijkingsmogelijkheid, die enkel van toepassing is op de zogenaamde gemengde zones van de bedrijventerreinen.
In de gemengde zones is naast de huidige reguliere bedrijvigheid, ook zelfstandige kantoorhuisvesting toegestaan. De huidige planologische mogelijkheden voor de vestiging van bedrijven in deze zones verandert niet. De regeling voegt alleen de mogelijkheid voor zelfstandige kantoorhuisvesting toe, mits aan de voorwaarden wordt voldaan.
De zones zijn zorgvuldig bepaald. Er is rekening gehouden met de locaties van bedrijven in hoge milieucategorieën, perceelsgrenzen, mogelijke gevolgen voor het verkeer, de uitstraling van de terreinen en een verhouding van circa 40% gemengd en 60% regulier gebied op de grote terreinen.
De kleine terreinen zijn geheel gemengd. Op de grotere terreinen zijn de randgebieden benoemd tot gemengde zone. Het middelste deel is en blijft regulier bedrijventerrein. Kantoorvestiging mag geen belemmering opleveren voor gevestigde bedrijven.
Het gaat om de bedrijventerreinen 't Panhuis en Broekdijk in Kesteren, Bonegraaf in Dodewaard, Tolsestraat in Opheusden en De Heuning in Ochten. Per bedrijventerrein is op navolgende afbeeldingen de betreffende gemengde zone aangegeven.
Beleidszonering Bonegraaf Dodewaard
Beleidszonering 't Panhuis Kesteren
Beleidszonering De Heuning Ochten
Beleidszonering Tolsestraat in Opheusden en Broekdijk in Kesteren
2.3 Verkoop Van Streekproducten
De agrarische bestemmingen in het bestemmingsplan 'Buitengebied Dodewaard en Echteld' maken het mogelijk om - naast grondgebonden agrarische productie - ter plaatse geteelde en geproduceerde goederen te verkopen met een maximale omvang van 100 m2 verkoopvloeroppervlakte. Daarnaast bevat dit bestemmingsplan een wijzigingsbevoegdheid voor de verkoop van streekproducten tot een omvang van 100 m2. Hierbij is echter niet gedefinieerd wordt hieronder wordt verstaan.
Daarnaast is er binnen de gemeente een tuincentrum gevestigd waar streekproducten verkocht worden. Het ter plaatse geldende bestemmingsplan maakt dit echter niet mogelijk. De gemeente vindt het wenselijk dat tuincentra in het buitengebied de mogelijkheid wordt geboden om streekproducten te verkopen, onder dezelfde voorwaarden als bij de agrarische bedrijven.
Conform de detailhandelsstructuurvisie (DSV) van de gemeente wordt slechts de verkoop van ter plaatse geproduceerde goederen toegestaan tot een verkoopvloeroppervlak van 25 m², om oneerlijke concurrentie tegen te gaan en de winkelconcentratie te bevorderen. Ondanks de terecht aangevoerde argumenten in de DSV bevindt de gemeente zich op het standpunt dat een beperkte verruiming van het beleid mogelijk is. Vanuit het oogpunt van agrotoerisme heeft het juist charme en is het van toegevoegde waarde wanneer een winkel in streekproducten is gevestigd op de plek waar (een deel) van de producten vervaardigd wordt.
De gemeente heeft er derhalve geen bezwaar tegen dat een agrarisch bedrijf producten gaat verkopen van zelf geteelde en/of verwerkte streekproducten van andere agrarische bedrijven (dus uit de foodsector). Onder streekproducten wordt verstaan:
"Een lokaal en/of regionaal (in de streek Betuwe) geproduceerd agrarisch product uit de foodsector, dat de identiteit van de streek kenmerkt (o.a. fruitteelt)."
De gemeente is van mening dat de thans opgenomen 25 m2 in de detailhandelsstructuurvisie te beperkt is, maar is tegelijkertijd niet bereid om van de huidige bovengrens uit het bestemmingsplan 'Buitengebied Dodewaard en Echteld' (100 m2) af te wijken. Daarmee wordt voorkomen dat voorzieningen ontstaan die meer op een zelfstandige winkel c.q. supermarkt gaan lijken en gaan concurreren met bestaande detaillisten in de centra. Bovendien voorkomt het handhaven van deze bovengrens dat er geen sprake meer is van een 'aan de hoofdactiviteit ondergeschikte nevenactiviteit'. Omdat de verkoop van streekproducten altijd een nevenactiviteit betreft van het op hetzelfde perceel aanwezige agrarisch bedrijf of tuincentrum, dient deze derhalve te worden uitgeoefend door degene, die ook de exploitant is van de hoofdactiviteit. Indien de (agrarische) hoofdactiviteit is/wordt beëindigd, is ook de ondergeschikte verkoop niet langer toegestaan. Tot slot is ook de verkoop van alcohol nadrukkelijk niet toegestaan.
De gemeente wenst de voornoemde beleidsopvatting te formaliseren via een paraplubestemmingsplan, waardoor een eenduidige regeling voor de verkoop van streekproducten bij agrarische bedrijven en tuincentra tot stand komt. Voorliggend paraplubestemmingsplan is daarom van toepassing op alle agrarische bedrijven en tuincentra in het buitengebied van de gemeente Neder-Betuwe. Naast het plangebied van het vigerende en reeds genoemde bestemmingsplan 'Buitengebied Dodewaard en Echteld' gaat het dus ook om het plangebied van het bestemmingsplan 'Buitengebied Kesteren', alsmede diverse postzegelbestemmingsplannen in het buitengebied.
Met het voorliggende parapluplan is een uniforme regeling opgenomen voor de verkoop van streekproducten als nevenactiviteit bij een functionerend agrarisch bedrijf en/of tuincentrum, waarbij voldaan moet worden aan de volgende voorwaarden:
- het verkoopvloeroppervlak mag niet meer bedragen dan 100 m2;
- de nevenactiviteit dient plaats te vinden in bestaande bedrijfsbebouwing;
- opslag binnen vindt in maximaal één bestaand gebouw plaats;
- buiten geen sprak is van de opslag van goederen, materiaal of materieel ten behoeve van de verkoop van streekproducten;
- geen sprake is van een onevenredige toename van een publieks- en/of verkeersaantrekkende werking;
- de nevenactiviteit wordt uitgeoefend door de persoon die tevens exploitant is van het agrarische bedrijf c.q. tuincentrum;
- geen sprake is van de verkoop van alcohol.
2.4 Integrale Ensembles
Integrale ensembles
In de gemeente Neder-Betuwe zijn in het kader van de cultuurhistorische waardenkaart vier integrale ensembles gedefinieerd. Een integraal ensemble is het gebied waar er een onderlinge samenhang is tussen cultuurhistorische, stedenbouwkundige en landschappelijke waarden en elementen. Deze onderlinge samenhang vormt de beeldkwaliteit van het integraal ensemble. De vier integrale ensembles waar de gemeente zowel de individuele waarden en elementen als de onderlinge samenhang wil behouden en waar mogelijk wil versterken, zijn:
- Rijnbandijk – Boveneindsestraat;
- De Spees – Rijnbandijk – Opheusdens Veer;
- Dijkzone Dodewaard & Hien;
- Echteld.
Per ensemble is op navolgende afbeeldingen de bijbehorende waardenkaart weergegeven.
Waardenkaart Rijnbandijk - Boveneindsestraat, zie ook Bijlage 4 bij de regels
Het integraal ensemble Rijnbandijk – Boveneindestraat omvat de landschappelijke en gebouwde context van de stroomrug waarop het dorp Kesteren en het bebouwingslint langs de Rijnbandijk en Boveneindsestraat liggen. Als geheel geeft het een zeer goed beeld van landschap en bewoning op een bedijkte oeverwal langs een oude Rijngeul, zowel in de vorm van de dorpskern van Kesteren als van de lintbebouwing langs de dijk. Zowel de nederzettingsstructuur als de landschappelijke context zijn vooral ten oosten van de Betuwsestraatweg-Spoorstraat nog zeer goed bewaard gebleven. Hier is een fraaie afwisseling van kleinschalig (bij de kolken) naar grootschalig (ten oosten daarvan) landschap aanwezig. Ten westen van dit punt is de koppeling met het landschap door de ontwikkeling van de kern van Kesteren minder het geval, maar hier is juist de historische relatie tussen het gestrekte esdorp met dorpsplein, de middeleeuwse kerk en de hoge Rijnbandijk én de inpassing van de dijkzone in een parkzone in het naoorlogs stedelijk weefsel goed te zien.
Waardenkaart De Spees - Rijnbandijk - Opheusdens Veer, zie ook Bijlage 5 bij de regels
Het integraal ensemble De Spees – Rijnbandijk – Opheusdens Veer ontleent zijn belangrijkste waarde aan de grote ruimtelijke relaties tussen rivier, uiterwaarden met veer en relicten van steenfabricage, bandijk en bewoningslint op de oeverwal alsmede een dijkgebonden militair fort met aanzet van een linie door het rivierengebied. Vanaf de dijk en het fraai herstelde fort bestaat bovendien een indrukwekkend zicht over de uiterwaarden op de Grebbeberg. Het ensemble van veerhuis, nog functionerend veer en veerdam met laanbeplanting, vrij liggend in uiterwaarden met overwegend grasland vormt een bijzondere eenheid, ook in relatie tot de resten van steenfabricage aan de overzijde van de Rijn. Het dijklint langs de zuidzijde van de Rijnbandijk is weliswaar sterk verdicht en plaatselijk door recentere bedrijfsbebouwing ontsierd, maar heeft desondanks een aantal zeer waardevolle kwaliteiten in de vorm van karakteristieke erven en doorzichten op het achterliggende gebied.
Waardenkaart Dijkzone Dodewaard & Hien, zie ook Bijlage 6 bij de regels
Het integraal ensemble 'Dijkzone Dodewaard & Hien' beslaat de binnen- en buitendijkse zone voor de oude kerken van Dodewaard en Hien. De fraaie overgang van de bijzondere uiterwaarden – met relicten van geleidelijke landvorming door aanslibbing – naar het binnendijkse gebied is van grote waarde. Daartoe behoren zowel de onregelmatig verkavelde oeverwal van de 'dode waard' rond de kerk als het systematisch en strookvormig verkavelde binnendijkse gebied ten oosten van de Wilhelminalaan. Waardevol is de landschappelijke context van de lintbebouwing langs de hele dijk, doordat de bebouwde kom van Dodewaard zich op een heel specifieke wijze naar het noorden toe heeft uitgebreid. Daardoor bleven beide kerken en hun historische context door een groene omgeving met wilgenpassen en boomgaardjes omgeven.
Waardenkaart Echteld, zie ook Bijlage 7 bij de regels
Het integraal ensemble Echteld omvat het gebouwde en groene ensemble van historische dorpskern, kerk met kerkhof en kasteel met kasteelpark inclusief zijn landschappelijke context, die vooral naar het zuiden toe nog gaaf bewaard gebleven is. Samen geeft dit ensemble een goed beeld van een kasteeldorp met kerk en kerkhof in de context van het rivierenlandschap van de Neder-Betuwe, inclusief de voor de historische context zo belangrijke hoogstamboomgaarden.
In het voorliggende paraplubestemmingsplan wordt ter plaatse van de vier integrale ensembles het behoud, beheer, versterking en herstel van de onderling samenhangende cultuurhistorische, stedenbouwkundige en landschappelijke waarden van de gebieden en de bebouwing planologisch-juridisch geborgd.
2.5 Parkeren
De gemeente Neder-Betuwe wenst de geldende parkeerregeling te herzien. In de geldende parkeerregeling zijn afwijkingsmogelijkheden opgenomen. Wanneer niet alle parkeerplaatsen op eigen terrein kunnen worden gerealiseerd, kan het college afwijken van het aantal te realiseren parkeerplaatsen op eigen terrein. In de Nota Parkeernormen Neder-Betuwe zijn deze eveneens opgenomen en nader uitgewerkt:
- de initiatiefnemer realiseert in de openbare ruimte extra parkeercapaciteit op acceptabele loopafstand;
- de initiatiefnemer beschikt over voldoende parkeercapaciteit op acceptabele loopafstand;
- het kan ook voorkomen dat de gemeente reeds beschikt over parkeerplaatsen binnen een acceptabele loopafstand van een nieuwe ruimtelijke ontwikkeling die – vanwege de lage parkeerdruk – de parkeerbehoefte van de nieuwe ruimtelijke ontwikkeling kan opvangen, zonder dat dit leidt tot een onaanvaardbare parkeerdruk in de omgeving van die parkeerplaatsen.
- de gemeente heeft concrete voornemens om binnen een acceptabele loopafstand (extra) parkeerplaatsen te realiseren. De initiatiefnemer zal hieraan financieel moeten bijdragen.
Het is onnodig dat de afwijkingsmogelijkheden zowel in de gemeentelijke parkeernota als in de geldende parkeerregeling zijn opgenomen. Gezien deze in de parkeernota nader zijn uitgewerkt, worden de afwijkingsmogelijkheden in de parkeerregeling geschrapt. Via voorliggend paraplubestemmingsplan wordt de algemene parkeerregeling in het bestemmingsplan 'Parapluregeling Parkeren', zoals is vastgesteld door de gemeenteraad van Neder-Betuwe op 26 april 2018, herzien.
Hoofdstuk 3 Juridische Planbeschrijving
3.1 Algemeen
Het bestemmingsplan bestaat uit een verbeelding en regels en is voorzien van een toelichting. De regels en verbeelding vormen het juridisch bindende deel, terwijl de toelichting geen juridische binding heeft, maar moet worden beschouwd als handvat voor de uitleg en de onderbouwing van de opgenomen regelingen. De regels bevatten het juridisch instrumentarium voor het regelen van het gebruik van de gronden. De verbeelding heeft een rol voor toepassing van de regels.
In deze paragraaf worden de systematiek van de regels en de wijze waarop de regels gehanteerd dienen te worden, uiteengezet. De regels van het plan bestaan uit drie hoofdstukken, waarin achtereenvolgens de inleidende regels, algemene regels en de overgangs- en slotregels aan de orde komen. Hieronder wordt de opbouw en dergelijke van de regels kort toegelicht.
3.2 Inleidende Regels
Begrippen
In deze bepaling zijn omschrijvingen gegeven van de in het bestemmingsplan gebruikte begrippen. Deze worden opgenomen om interpretatieverschillen te voorkomen. Begripsbepalingen zijn alleen nodig voor begrippen die gebruikt worden in de regels en die tot verwarring kunnen leiden of voor meerdere uitleg vatbaar zijn.
3.3 Bestemmingsregels
De vier thema's waarop dit paraplubestemmingsplan ziet, worden in afzonderlijke artikelen geregeld:
- Artikel 2 Zelfstandige kantoren op bedrijventerreinen
- Artikel 3 Verkoop van streekproducten
- Artikel 4 Integraal ensemble: Rijnbandijk - Boveneindsestraat
- Artikel 5 Integraal ensemble: De Spees - Rijnbandijk - Opheusdens Veer
- Artikel 6 Integraal ensemble: Dijkzone Dodewaard & Hien
- Artikel 7 Integraal ensemble: Echteld
- Artikel 8 Parkeren
Toepassingsbereik
Per artikel wordt in lid 1 steeds eerst het toepassingsbereik weergegeven. Met toepassingsbereik wordt bedoeld: welke regeling wordt er aangevuld dan wel herzien?
Inhoud
In het tweede lid wordt aangegeven op welke wijze de bestaande regeling(en) worden aangevuld dan wel herzien.
3.4 Overgangs- En Slotregels
Overgangsrecht
In dit laatste onderdeel van de regels komen de overgangs- en slotregels aan de orde. De overgangsregel betreft de vorm en inhoud van het overgangsrecht. Het gebruik van de grond en opstallen, dat afwijkt van de regels op het moment van inwerkingtreding van het plan, mag worden voortgezet. De nieuwe parkeernormen gelden dus niet bij ongewijzigd gebruik van de gronden.
Slotregel
Dit artikel geeft aan op welke manier de regels kunnen worden aangehaald.
Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid
4.1 Economische Uitvoerbaarheid
4.1.1 Exploitatieverplichting
Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan dient op grond van artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) in de plantoelichting van een bestemmingsplan minimaal inzicht te worden gegeven in de economische uitvoerbaarheid van het plan. Tevens bestaat op grond van de Wet ruimtelijke ordening de verplichting om, indien sprake is van ontwikkelingen waarvoor de gemeente redelijkerwijs kosten moet maken, bijvoorbeeld voor de aanleg van voorzieningen van openbaar nut, en de plankosten, deze moeten kunnen worden verhaald op de initiatiefnemer c.q. ontwikkelaar. Een en ander dient te worden vastgelegd in privaatrechtelijke overeenkomsten met iedere grondeigenaar. Als er met een grondeigenaar geen overeenkomst is gesloten en het kostenverhaal niet anderszins is verzekerd, moet een exploitatieplan worden opgesteld dat tegelijkertijd met het bestemmingsplan moet worden vastgesteld.
4.1.2 Conclusie
Dit paraplubestemmingsplan voorziet in de juridisch-planologische verankering van vier thema's in een groot aantal ruimtelijke plannen in de gemeente Neder-Betuwe. Aan dit plan zijn, behalve de kosten van het opstellen van het plan, geen kosten verbonden voor de gemeente. Ook voorziet dit plan niet in een bouwplan, waardoor er geen exploitatieplanverplichting is. Gezien het voorgaande wordt het plan economisch uitvoerbaar geacht.
4.2 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
Het ontwerp van het paraplubestemmingsplan wordt ter inzage gelegd, waarbij een ieder de mogelijkheid heeft hierop te reageren.
Hoofdstuk 5 Procedure
5.1 Ontwerpfase
Het ontwerpbestemmingsplan heeft van 21 december 2023 t/m 31 januari 2024 ter inzage gelegen. Binnen deze termijn is een ieder in de gelegenheid gesteld schriftelijk en/of mondeling een zienswijze op het plan in te dienen. Er is één zienswijze ingediend. Deze zienswijze is in bijlage 1 bij de toelichting van een gemeentelijke reactie voorzien..
5.2 Vaststellingsfase
Tegen het besluit tot vaststelling staat, voor belanghebbenden, direct beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Direct na de beroepstermijn treedt, indien tijdens de beroepstermijn geen verzoek om voorlopige voorziening is ingediend, het plan in werking waarna tot planrealisatie kan worden overgegaan. Overigens kan ook na de beroepstermijn een verzoek om voorlopige voorziening worden ingediend, als er tijdig een beroepschrift is ingediend.
Bijlage 1 Beleidsregel Houdende Regels Omtrent De Huisvestingsmogelijkheden Voor Kantoren Op Bestaande Bedrijventerreinen
Bijlage 2 Bijlage Bij Artikel 3.1 Onder 1
Bijlage 2 Bijlage bij artikel 3.1 onder 1
Bijlage 3 Cultuurhistorische Beschrijvingen Van Waardevolle Integrale Ensembles
Bijlage 3 Cultuurhistorische beschrijvingen van waardevolle integrale ensembles
Bijlage 4 Waardenkaart Integraal Ensemble Rijnbandijk - Boveneindsestraat
Bijlage 4 Waardenkaart integraal ensemble Rijnbandijk - Boveneindsestraat
Bijlage 5 Waardenkaart Integraal Ensemble De Spees - Rijnbandijk - Opheusdens Veer
Bijlage 5 Waardenkaart integraal ensemble De Spees - Rijnbandijk - Opheusdens Veer
Bijlage 6 Waardenkaart Integraal Ensemble Dijkzone Dodewaard & Hien
Bijlage 6 Waardenkaart integraal ensemble Dijkzone Dodewaard & Hien
Bijlage 7 Waardenkaart Integraal Ensemble Echteld
Bijlage 7 Waardenkaart integraal ensemble Echteld