KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Artikel 2 Wijze Van Meten
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 3 Overige Regels
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 4 Overgangsrecht
Artikel 5 Slotregel
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding En Doelstelling
1.2 Plangebied En De Vigerende Bestemmingsplannen
Hoofdstuk 2 Ondersteunende Horeca: De Regeling
Hoofdstuk 3 Randvoorwaarden
Hoofdstuk 4 Economische Uitvoerbaarheid
Hoofdstuk 5 Het Juridisch Plan
5.1 Algemeen
5.2 Toelichting Afzonderlijke Bestemmingen
Hoofdstuk 6 Overleg, Inspraak En Zienswijze
6.1 Procedure Bestemmingsplan
6.2 Overleg
6.3 Inspraak
6.4 Verslag Zienswijzen

Ondersteunende horeca

Bestemmingsplan - Gemeente Neder-Betuwe

Vastgesteld op 30-01-2014 - geheel onherroepelijk in werking

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

De geldende begripsbepalingen uit de onderliggende van kracht zijnde bestemmingsplannen blijven onverminderd van toepassing behoudens:

1.1 plan

het bestemmingsplan Ondersteunende horeca met identificatienummer NL.IMRO.1740.bpOndersteunhoreca-vst1 van de gemeente Neder-Betuwe.

1.2 bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij horende bijlagen.

Artikel 2 Wijze Van Meten

De geldende wijze van meten uit de onderliggende van kracht zijnde bestemmingsplannen blijven onverminderd van toepassing.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

De geldende bestemmingsregels uit de onderliggende van kracht zijnde bestemmingsplannen blijven onverminderd van toepassing.

Hoofdstuk 3 Algemene Regels

De geldende algemene regels uit de onderliggende van kracht zijnde bestemmingsplannen blijven onverminderd van toepassing.

Artikel 3 Overige Regels

3.1 ondersteunende horeca

In de onderliggende van kracht zijnde bestemmingsplannen wordt:

  1. 1. de bepaling dat voor ondersteunende horeca een maximum bedrijfsvloeroppervlakte geldt van niet meer dan 20% en / of het totale verkoopvloeroppervlak niet meer dan 30 m² mag bedragen geschrapt;
  2. 2. aanvullend bepaald dat ondersteunende horeca ondergeschikt en ondersteunend aan de functie binnen de bestemming moet zijn.

Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels

Artikel 4 Overgangsrecht

4.1 Overgangsrecht bouwwerken

  1. 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
    1. a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan;
  2. 2. Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig afwijken van het eerste lid onder artikel 4.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%;
  3. 3. Het eerste lid onder artikel 4.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

4.2 Overgangsrecht gebruik

  1. 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;
  2. 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid onder artikel 4.2, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;
  3. 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid onder artikel 4.2, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;
  4. 4. Het eerste lid onder artikel welke feitelijk al functioneren zoals de regeling 4.2 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 5 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het bestemmingsplan 'Ondersteunende horeca'.

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding En Doelstelling

De gemeente Neder-Betuwe heeft recentelijk bestemmingsplannen vastgesteld voor Dodewaard, Echteld, Kesteren, Ochten en Opheusden. Bij het werken met deze plannen in de dagelijkse praktijk is een probleem ontdekt. Er is bepaald dat horeca bij maatschappelijke bestemmingen en bij sportbestemmingen niet een groter bedrijfsvloeroppervlakte mag hebben dan 20% en geen groter verkoopvloeroppervlakte mag hebben dan 30 m2. Dit wringt met de dagelijkse praktijk. De oppervlaktemaat is bijna altijd groter en de Drank- en Horecawet eist dat de oppervlakte ten minste 35 m2 moet zijn om vergunning te kunnen verlenen voor het schenken van alcoholische dranken .

Via voorliggend bestemmingsplan wordt in alle onderliggende bestemmingsplannen de oppervlakteregeling geschrapt. In de plaats daarvan komt een nieuwe regeling (zie hoofdstuk 2).

1.2 Plangebied En De Vigerende Bestemmingsplannen

Het plangebied betreft de volgende locaties (met erachter de naam van het bestemmingsplan en de bijhorende bestemming):

  1. 1. Sportkantine VV Uchta, Keizerstraat 102, 4053 HK IJzendoorn; bestemmingsplan Dodewaard en Echteld – Sport;
  2. 2. Clubhuis Tennisvereniging De Kleimeppers, Keizerstraat 106, 4053 HK IJzendoorn; bestemmingsplan Dodewaard en Echteld – Sport;
  3. 3. Sportkantine Sporthal De Leede, Kasteelstraat 4, 4041 JB Kesteren. bestemmingsplan kern Kesteren – Maatschappelijk;
  4. 4. Sociaal Cultureel Centrum De Hoenderik, Nedereindsestraat 27c, 4041 XE Kesteren; bestemmingsplan kern Kesteren – Maatschappelijk;
  5. 5. Dorpshuis Ons Dorpshuis, Nedereindsestraat 27a, 4041 XE Kesteren; bestemmingsplan kern Kesteren – Maatschappelijk;
  6. 6. Jeugdsoos Marquee, Nedereindsestraat 27c, 4041 XE Kesteren; bestemmingsplan kern Kesteren – Maatschappelijk;
  7. 7. Kerkelijk centrum PKN De Voorhof, Nedereindsestraat 30c, 4041 XG Kesteren; bestemmingsplan kern Kesteren – Maatschappelijk;
  8. 8. Sportkantine SV Olympia, Liniestraat 2a, 4051 BP Ochten; bestemmingsplan Kern Ochten – Maatschappelijk;
  9. 9. Verenigingsgebouw De Notenbalk, Hamsestraat 6, 4043 LH Opheusden; Kern Opheusden – Maatschappelijk;
  10. 10. Soos Activiteitenvereniging De Snellenburg, Vuurdoornstraat 2, 4043 NS Opheusden; bestemmingsplan Kern Opheusden – Maatschappelijk;
  11. 11. Gemeentehuis, Burgemeester Lodderstraat 20, 4043 KM Opheusden; bestemmingsplan Kern Opheusden - Maatschappelijk.

Voorliggend bestemmingsplan is een partiële herziening van alle hiervoor genoemde geldende plannen in dat plangebied. Een partiële herziening wordt vaak ook wel 'parapluplan' genoemd. Een partiële herziening herziet de onderliggende plannen op een onderdeel (en soms op meer). Voorliggend bestemmingsplan Ondersteunende horeca verwijdert in de onderliggende plannen de bepalingen dat het oppervlak niet groter mag zijn dan 30 m2 en dat het niet groter mag zijn dan 20% van het bedrijfsvloeroppervlak en voegt er een nieuwe regeling aan toe. Voor al het overige blijft het bepaalde in de onderliggende, de geldende, bestemmingsplannen onverminderd van kracht (tot het moment dat de onderliggende plannen geheel herzien worden en daarmee vervallen).

Hoofdstuk 2 Ondersteunende Horeca: De Regeling

Als beschreven in hoofdstuk 1 is de regeling voor ondersteunende horeca in de dagelijkse praktijk niet toepasbaar. Deze regeling wordt daarom uit de verschillende plannen gehaald. Daarvoor in de plaats komt een nieuwe regeling. De doelstelling van deze nieuwe regeling is om het ruimtelijke effect te reguleren en niet een exact aantal vierkante meters. Immers: een grote sportkantine kan vanuit ruimtelijke optiek prima functioneren in de omgeving zonder overlast met een grotere maat en een kleine 'bar' in een maatschappelijke instelling ergens in een woonwijk kan best voor overlast zorgen.

Instellingen met de bestemming Maatschappelijk en Sport mogen horeca uitoefenen. Belangrijk daarbij is het volgende:

  • Het moet voortkomen uit de functie zelf, ondersteunend zijn aan de functie, daar bij horen. Thee en koffie drinken met taart of een broodje voor of na een buurtbijeenkomst is passend net zoals een biertje drinken na het basketballen passend is. Echter, een trouwerij of de 80-jarige verjaardag van opa met de hele familie is niet passend: deze festiviteiten komen niet voort uit de functie zelf maar zijn op zichzelf staand (het is dus ook niet toegestaan opa's verjaardag voor de familie te vieren ook al is hij 40 jaar actief lid van de club. Maar als de club stil staat bij 40 jaar actieve dienst van deze man past het weer wel). Huwelijken en verjaardagsfeesten e.a. horen in een pand met een passende bestemming waar zelfstandige horeca is toegestaan;
  • De horeca moet ruimtelijk gezien ondergeschikt zijn aan de hoofdfunctie. Het ruimtelijke effect van een maatschappelijk instelling of sportfaciliteit moet in de eerste plaats de maatschappelijke of de sportfunctie betreffen en dus niet de horeca zelf. In een sportkantine kan het dus best gezellig druk zijn tot 22.00 's avonds terwijl deze drukte bij een kleine maatschappelijke instelling midden in een woonwijk niet inpasbaar is.

Hoofdstuk 3 Randvoorwaarden

De uitvoerbaarheid van een bestemmingsplan moet ingevolge de Wet ruimtelijke ordening (Wro) aangetoond worden (artikel 3.1 lid 3 van de Wro). Daaronder valt zowel de onderzoeksverplichting naar verschillende ruimtelijk relevante aspecten (geluid, bodem, ect.) als ook de economische uitvoerbaarheid van het plan.

Voor voorliggend plan geldt dat het een gebruiksbepaling betreft bij bestaande voorzieningen welke feitelijk al functioneren zoals de regeling beoogt. Voorliggend plan heeft daarmee geen effect op aspecten zoals omschreven in de Wet geluidhinder, regelgeving omtrent lucht, archeologie, ecologie, bodem etc. De desbetreffende instellingen dienen, uiteraard, wel gewoon te voldoen aan andere wettelijke bepalingen zoals bijvoorbeeld het Activiteitenbesluit en de Drank- en Horecawet. De verharding neemt door dit bestemmingsplan niet toe waardoor ook water geen uitvoeringsvraagstukken met zich mee brengt. Voorliggend bestemmingsplan is daarmee uitvoerbaar in de zin van de Wet ruimtelijke ordening.

Hoofdstuk 4 Economische Uitvoerbaarheid

Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan dient, op grond van artikel 3.1.6 lid 1, sub f van het Bro, onderzoek plaats te vinden naar de (economische) uitvoerbaarheid van het plan. In principe dient bij vaststelling van een ruimtelijk besluit tevens een exploitatieplan vastgesteld te worden om verhaal van plankosten zeker te stellen. Op basis van 'afdeling 6.4 grondexploitatie', artikel 6.12, lid 2 van de Wro kan de gemeenteraad bij het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan echter besluiten geen exploitatieplan vast te stellen indien:

  • het verhaal van kosten van de grondexploitatie over de in het plan of besluit begrepen gronden anderszins verzekerd is;
  • het bepalen van een tijdvak of fasering als bedoeld in artikel 6.13, eerste lid, onder c, 4°, onderscheidenlijk 5°, niet noodzakelijk is;
  • het stellen van eisen, regels, of een uitwerking van regels als bedoeld in artikel 6.13, tweede lid, onderscheidenlijk b, c of d, niet noodzakelijk is.

Planspecifiek

Voorliggend plan wordt gemaakt in het kader van de actualisatie van de bestemmingsplannen. Voorliggend plan kent geen nieuwe ontwikkelingen. Voor dit plan zijn er, behalve de ambtelijke kosten en de advieskosten, verder geen kosten. Dit plan kent geen verhaalbare kosten. In het kader van de actualisatie is voorzien in deze kosten.

Hoofdstuk 5 Het Juridisch Plan

5.1 Algemeen

Voor het bestemmingsplan is gebruik gemaakt van de in de Wet ruimtelijke ordening opgenomen standaardvorm van de Standaard Vergelijkbare Bestemmingplannen 2012.

Dit bestemmingsplan bestaat uit een verbeelding, planregels en een toelichting. De verbeelding en de planregels vormen samen het juridisch bindende gedeelte van het bestemmingsplan. Beide planonderdelen dienen in onderlinge samenhang te worden bezien en toegepast. Op de verbeelding zijn de bestemmingen aangewezen. Aan deze bestemmingen zijn bouwregels en regels betreffende het gebruik gekoppeld.

De toelichting heeft geen rechtskracht, maar vormt niettemin een belangrijk onderdeel van het plan. De toelichting van dit bestemmingsplan geeft een weergave van de beweegredenen, de onderzoeksresultaten en de beleidsuitgangspunten die aan het bestemmingsplan ten grondslag liggen. Ook is de toelichting van wezenlijk belang voor een juiste interpretatie en toepassing van het bestemmingsplan. Tot slot maakt een eventuele bijlage onlosmakelijk onderdeel uit van het bestemmingsplan.

5.2 Toelichting Afzonderlijke Bestemmingen

Voorliggend plan is een partiële herziening (zie ook de inleiding in 1.2). De onderliggende bestemmingsplannen blijven derhalve onverminderd van kracht. Via een algemene gebruiksbepaling in hoofdstuk 3, het artikel 'Overige regels' wordt een deel van de onderliggende bestemmingsplannen 'geschrapt' en deels 'aangevuld': het betreft het schrappen van de oppervlaktemaat van maximaal 30 m2 en het bepalen dat de horeca ondergeschikt en ondersteunend moet zijn aan de functie.

Met dit hoofdstuk is voldaan aan artikel 3.1.6 van het Bro.

Hoofdstuk 6 Overleg, Inspraak En Zienswijze

6.1 Procedure Bestemmingsplan

Het bestemmingsplan wordt volgens de gebruikelijke procedure voor de bestemmingsplannen ter inzage gelegd. Eenieder kan dan voor een periode van zes weken eventueel zijn zienswijze op het bestemmingsplan kenbaar maken. Naar aanleiding van deze ronde kunnen wijzigingen in het bestemmingsplan worden verwerkt.

Het plan wordt daarna vastgesteld.

6.2 Overleg

Omdat voorliggend plan weinig nieuwswaarde kent is er voor gekozen om geen vooroverleg te houden.

6.3 Inspraak

Omdat voorliggend plan geen nieuwswaarde kent is er voor gekozen om geen inspraak te houden.

6.4 Verslag Zienswijzen

In deze paragraaf, of in een separate bijlage, worden te zijner tijd de zienswijzen op het ontwerpbestemmingsplan en de gemeentelijke reactie hierop opgenomen.