kern Rijssen 2010
Bestemmingsplan - Gemeente Rijssen-Holten
Vastgesteld op 13-12-2012 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
plan
het bestemmingsplan Kern Rijssen 2010 van de gemeente Rijssen-Holten;
de verbeelding
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1742.BPRC2010000-0401 met de bijbehorende regels en eventuele bijlagen;
aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit
een beroeps- of bedrijfsactiviteit, uitgevoerd door (een van) de hoofdbewoner(s) van de woning, waarvan de activiteiten in hoofdzaak niet verkeersaantrekkend of milieuhinderlijk zijn en geen betrekking hebbend op detailhandel of horecagerelateerde activiteiten, die op kleine schaal in een woning en/of daarbij behorende bijgebouwen wordt uitgeoefend, waarbij de desbetreffende activiteit een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie en de woonomgeving ter plaatse;
afwijken van de bouwregels en/of van de gebruiksregels
een afwijking als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder c van de Wet ruimtelijke ordening;
archeologische waarden
de in de plantoelichting beschreven of genoemde sporen van menselijke activiteiten in het verleden, die vanwege hun zeldzaamheid en/of vanwege hun betekenis voor archeologisch onderzoek in aanmerking komen voor behoud, bescherming en - zo mogelijk - herstel en/of bijzonder beheer;
bebouwing
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
bebouwingspercentage
een in de regels aangegeven percentage, dat de grootte aangeeft van het deel van een bouwperceel, dat ten hoogste mag worden bebouwd;
bedrijf
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis verbonden beroepen daaronder niet begrepen;
bedrijfswoning
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bestemd voor (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daarin, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein, noodzakelijk is;
bestaand
- a. het gebruik dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig is binnen het betreffende bouwperceel en/of bebouwing die op dat tijdstip aanwezig of in uitvoering is, dan wel kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning;
- b. het onder 1 bedoelde geldt niet voor zover sprake was van strijd met het voorheen geldende bestemmingsplan, de voorheen geldende Beheersverordening, daaronder mede begrepen het overgangsrecht van het bestemmingsplan of de Beheersverordening, of een andere planologische toestemming;
bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak;
bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
bijgebouw
een vrijstaand gebouw, behorende bij een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw;
bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
bouwgrens
de grens van een bouwvlak;
bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
bruto vloeroppervlak
de totale bebouwde oppervlakte van detailhandelsvestiging, inclusief magazijn- en kantoorruimte en met inbegrip van kelderruimten;
carport
een overdekt bouwwerk, dat geen tot de constructie zelf behorende wanden heeft en dat blijkens zijn aard kennelijk is bestemd voor het stallen van een motorvoertuig;
detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan degenen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
dienstverlening
het bedrijfsmatig verlenen van diensten aan derden, waarbij afnemers rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen;
evenementen van tijdelijke aard
evenementen zoals shows en tentoonstellingen tijdens een periode van maximaal twee weken;
gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
hoofdgebouw
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn indeling of afmetingen als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken;
horecabedrijf
een bedrijf waar hoofdzakelijk dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin logies wordt verstrekt, zoals bijvoorbeeld een café, restaurant, hotel, pension, en naar de aard en openingstijden daarmee gelijk te stellen bedrijven, een en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;
huishouden
de samenlevingsvorm van één gezin, waaronder mede wordt begrepen:
- a. de inwoning, al dan niet bij wijze van mantelzorg, met eigen voorzieningen van ten hoogste 2 verwanten of andere personen;
- b. een met een gezin gelijk te stellen samenlevingsverband;
maatschappelijke voorzieningen
- a. (sociaal-)medische instellingen;
- b. sociaal-culturele instellingen;
- c. bestaande religieuze instellingen;
- d. bestaande bijzondere woonvormen, waaronder verpleging en verzorgingen en begeleid wonen voor jongeren, al dan niet in samenhang centrale voorzieningen;
- e. bestaande onderwijsinstellingen en kinderopvang;
- f. bestaande openbare dienstverlening, waaronder politie, brandweer en gemeenteopslag;
- g. bestaande sportvoorzieningen;
nadere eis
een nadere eis als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder d van de Wet ruimtelijke ordening;
netto vloeroppervlak
het voor het publiek toegankelijke deel van de detailhandelsvestiging die is bestemd als verkoop- en uitstallingsruimte, exclusief magazijn- en kantoorruimte;
omgevingsvergunning
een vergunning als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
een vergunning als bedoeld in artikel 3.3 onder a van de Wet ruimtelijke ordening;
prostitutiebedrijf
een gebouw, voer- of vaartuig, dan wel enig gedeelte daarvan, geheel of gedeeltelijk bestemd, dan wel in gebruik voor het daar uitoefenen van prostitutie; prostitutie is het tegen betaling hebben van sexuele omgang met anderen op een naar buiten toe kenbare wijze;
sex- en/of pornobedrijf
een inrichting bestemd voor het doen plaatsvinden van voorstellingen en/of vertoningen van erotische aard en/of pornografische aard. Onder sex en/of pornobedrijf wordt mede begrepen:
sexbioscoop:
een inrichting, bestemd voor het doen plaatsvinden van film- en/of videovoorstellingen van erotische en/of pornografische aard;
sexclub:
een inrichting, bestemd voor het doen plaatsvinden van vertoningen van erotische aard en/of pornografische aard;
sexautomaat:
een inrichting, bestemd voor het door middel van automaten doen plaatsvinden van films- en/of videovoorstellingen van erotische en/of pornografische aard;
sexwinkel:
een ruimte, bestemd voor het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen uitstalling ten verkoop, verkopen en/of leveren van sexartikelen aan de uiteindelijke verbruiker of gebruiker;
Staat van Bedrijfsactiviteiten
Een van het bestemmingsplan deel uitmakende lijst van bedrijven en instellingen;
uitwerking
Een uitwerking als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder b van de Wet ruimtelijke ordening;
volumineuze goederen
Goederen die vanwege hun omvang een groot oppervlak nodig hebben voor de uitstalling, zoals goederen in bouw- en doe-het-zelf producten, automobielen, motorfietsen, boten, caravans, e.d.;
wijziging
Een wijziging als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening;
woning
Een (gedeelte van een) gebouw, dat dient voor de huisvesting van één huishouden.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de oppervlakte van een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
de inhoud van een bouwwerk
tussen de bovenzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
de bouwhoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk geen gebouwen zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
de goothoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
afstand tot de zijdelingse bouwperceelsgrens
tussen de zijdelingse grenzen van een bouwperceel en een bepaald punt van het op dat bouwperceel voorkomend (hoofd)gebouw, waar die afstand het kortst is;
peil
- a. voor gebouwen waarvan de hoofdtoegang onmiddellijk aan een weg of pad grenst: de bouwhoogte van die weg of dat pad ter plaatse van de hoofdtoegang;
- b. in andere gevallen: de gemiddelde bouwhoogte van het aansluitende, afgewerkte terrein ter plaatse.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Bedrijf
3.1 Bestemmingsomschrijving
3.2 Bouwregels
De bebouwing dient te voldoen aan de volgende regels:
- a. de gebouwen mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken worden gebouwd;
- b. de goothoogte en bouwhoogte van de bedrijfswoning mag maximaal 6,5 m respectievelijk 10,5 m bedragen, dan wel de bestaande grotere goot- en bouwhoogte;
- c. de bouwhoogte van overige gebouwen mag maximaal 11 m bedragen, dan wel de bestaande grotere bouwhoogte;
- d. gebouwen dienen te worden georiënteerd op en de etalages en/of hoofdingang te worden gesitueerd ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn' voor zover deze aanduiding is opgenomen;
- e. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag ten hoogste 2 m bedragen met dien verstande dat:
- 1. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals bedrijfsinstallaties en lichtmasten maximaal 8 m mag bedragen;
- 2. de bouwhoogte van de zendmast, ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie', mag maximaal 40 m mag bedragen.
3.3 Afwijken van de gebruiksregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.1 voor de vestiging van en/of het gebruik voor een bedrijf dat niet in de categorieën 1 en 2 van de 'Staat van Bedrijfsactiviteiten' (bijlage 1) is vermeld, mits het desbetreffende bedrijf wat aard en omvang betreft vergelijkbaar is met de genoemde bedrijven in de categorieën 1 en 2 en het bedrijf geen onevenredige afbreuk doet aan het heersende woon- en leefmilieu.
Artikel 4 Bedrijf - Nutsvoorziening
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Bedrijf - Nutsvoorziening” aangewezen gronden zijn bestemd voor openbare nutsvoorzieningen, een en ander met bijbehorende bebouwing en (on)bebouwde terreinen.
4.2 Bouwregels
De bebouwing dient te voldoen aan de volgende regels:
- a. de gebouwen mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken worden opgericht;
- b. de bouwhoogte van gebouwen mag maximaal 4 m bedragen, dan wel de bestaande grotere bouwhoogte;
- c. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag maximaal 2 m bedragen.
Artikel 5 Centrum - 1
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Centrum - 1” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaande aantal (bedrijfs-)woningen;
- b. dienstverlening;
- c. (sociaal-)medische instellingen;
- d. sociaal-culturele instellingen;
- e. bestaande religieuze instellingen;
- f. bestaande bijzondere woonvormen, waaronder verpleging en verzorgingen en begeleid wonen voor jongeren, al dan niet in samenhang centrale voorzieningen;
- g. bestaande onderwijsinstellingen en kinderopvang;
- h. bestaande openbare dienstverlening, waaronder politie, brandweer en gemeenteopslag;
- i. bestaande sportvoorzieningen;
- j. detailhandel, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel';
- k. ondergrondse parkeervoorzieningen;
- l. verblijfsgebied met bijbehorende voorzieningen;
- m. de op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaande bedrijven;
- n. het behoud van de uitwendige hoofdvorm van gebouwen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek';
een en ander met bijbehorende bebouwing, (on)bebouwde terreinen, parkeervoorzieningen en overige voorzieningen ten behoeve van de bestemming.
5.2 Bouwregels
De bebouwing dient te voldoen aan de volgende regels:
- a. de gebouwen mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken worden gebouwd;
- b. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt maximaal de ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' aangegeven bouwhoogte, met dien verstande dat voor zover geen aanduiding is opgenomen de bouwhoogte maximaal 11 m mag bedragen, dan wel de bestaande grotere bouwhoogte;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang' dient ruimte te zijn voor een onderdoorgang met een minimale hoogte van 2,5 m;
- d. de voorgevels van hoofdgebouwen dienen in de bouwgrens aan de wegzijde te worden opgericht;
- e. hoofdgebouwen dienen te worden georiënteerd op, en de etalages en/of hoofdingang te worden gesitueerd ter plaatse van, de aanduiding 'gevellijn' voor zover deze aanduiding is opgenomen;
- f. gebouwen ten behoeve van ondergrondse parkeervoorzieningen worden gerealiseerd in ten hoogste 1 bouwlaag en mogen in afwijking van het bepaalde onder a zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd;
- g. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 2 m bedragen met dien verstande dat de bouwhoogte van bedrijfsinstallaties en lichtmasten maximaal 8 m mag bedragen.
5.3 Afwijken van de bouwregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
het bepaalde in artikel 5.2 sub d ten behoeve van een overschrijding van de bouwgrens met maximaal 0,50 m voor wat betreft de toevoeging van etalages en/of ingangen onder voorwaarden dat:
- de afwijking noodzakelijk is met het oog op een doelmatige bedrijfsvoering en een efficiënt gebruik van het bouwperceel;
- de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig worden aangetast.
5.4 Afwijken van de gebruiksregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
- a. het bepaalde in artikel 5.1 voor de vestiging van en/of het gebruik van een bedrijf en/of instelling zoals vermeld in de categorieën 1 en 2 van de 'Staat van Bedrijfsactiviteiten' (bijlage 1);
- b. het bepaalde in artikel 5.1 voor de vestiging van en/of het gebruik voor een bedrijf en/of instelling dat niet in de categorieën 1 en 2 van de 'Staat van Bedrijfsactiviteiten' (bijlage 1) is vermeld, mits het desbetreffende bedrijf of de instelling wat aard en omvang betreft vergelijkbaar is met de genoemde bedrijven en/of instellingen in de categorie 1 en het bedrijf en/of instelling geen blijvende onevenredige afbreuk doet aan het heersende woon- en leefmilieu;
- c. het bepaalde in artikel 5.1 voor de bouw van nieuwe woningen voor zover de woningbouw past in de gemeentelijke woningbouwprogrammering.
Artikel 6 Centrum - 2
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Centrum - 2” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. detailhandel;
- b. het op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaande aantal (bedrijfs-)woningen, met dien verstande dat vrijstaande (bedrijfs-)woningen niet zijn toegestaan;
- c. horeca, overeenkomstig categorie 1 vermeld in de bij deze regels behorende 'Categorie-indeling horecabedrijven' (bijlage 2);
- d. horeca, overeenkomstig categorie 1 en 2, vermeld in de bij deze regels behorende 'Categorie-indeling horecabedrijven' (bijlage 2), uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'horeca tot en met horecacategorie 2', met dien verstande, dat het bruto vloeroppervlak per horecavestiging niet meer mag bedragen dan 350 m2, dan wel het op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaande bruto vloeroppervlak;
- e. dienstverlening en maatschappelijke voorzieningen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'dienstverlening';
- f. een opbaarkamer, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van - dienstverlening - opbaarkamer';
- g. kantoren, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'kantoor';
- h. ondergrondse parkeervoorzieningen;
- i. een reclamemast, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - reclamemast';
- j. verblijfsgebied met bijbehorende voorzieningen;
- k. de op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaande bedrijven;
- l. het behoud van de uitwendige hoofdvorm van gebouwen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek';
een en ander met bijbehorende bebouwing, (on)bebouwde terreinen, parkeervoorzieningen en overige voorzieningen ten behoeve van de bestemming.
6.2 Bouwregels
De bebouwing dient te voldoen aan de volgende regels:
- a. de gebouwen mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken worden gebouwd;
- b. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt maximaal de ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' aangegeven bouwhoogte, met dien verstande dat voor zover geen aanduiding is opgenomen de bouwhoogte maximaal 11 m mag bedragen, dan wel de bestaande grotere bouwhoogte;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang' dient ruimte te zijn voor een onderdoorgang met een minimale hoogte van }}2,5 m;
- d. de voorgevels van hoofdgebouwen dienen in de bouwgrens aan de wegzijde te worden opgericht;
- e. hoofdgebouwen dienen te worden georiënteerd op en de etalages en/of hoofdingang te worden gesitueerd ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn' voor zover deze aanduiding is opgenomen;
- f. gebouwen ten behoeve van ondergrondse parkeervoorzieningen worden gerealiseerd in ten hoogste 1 bouwlaag en mogen in afwijking van het bepaalde onder a zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd;
- g. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 2 m bedragen met dien verstande dat:
- 1. de bouwhoogte van bedrijfsinstallaties en lichtmasten maximaal 8 m mag bedragen;
- 2. de bouwhoogte van een reclamemast ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - reclamemast' maximaal 10 m mag bedragen.
6.3 Afwijken van de bouwregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
- a. Het bepaalde in artikel 6.1. sub c en sub d ten aanzien van de bruto vloeroppervlak per horecavestiging teneinde dit met 10% te vergroten, tenzij dit al eerder is verleend;
- b. het bepaalde in artikel 6.2 sub d ten behoeve van een overschrijding van de bouwgrens met maximaal 0,50 m voor wat betreft de toevoeging van etalages en/of ingangen onder voorwaarden dat:
- 1. de afwijking noodzakelijk is met het oog op een doelmatige bedrijfsvoering en een efficiënt gebruik van het bouwperceel;
- 2. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig worden aangetast.
6.4 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van de gronden en bouwwerken als horecabedrijven in de vorm van bar-dancings, nachtclubs en discotheken;
- b. het gebruik van de gronden en bouwwerken als horecabedrijven in een hogere categorie en/of in afwijking van de categorieomschrijving, zoals vermeld in de bij deze regels behorende 'Categorie-indeling horecabedrijven' (bijlage 2).
6.5 Afwijken van de gebruiksregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
- a. het bepaalde in artikel 6.1 voor de vestiging van en/of het gebruik van een bedrijf en/of instelling zoals vermeld in de categorieën 1 en 2 van de 'Staat van Bedrijfsactiviteiten' (bijlage 1);
- b. het bepaalde in artikel 6.1 voor de vestiging van en/of het gebruik voor een bedrijf en/of instelling dat niet in de categorieën 1 en 2 van de 'Staat van Bedrijfsactiviteiten' (bijlage 1) is vermeld, mits het desbetreffende bedrijf of de instelling wat aard en omvang betreft vergelijkbaar is met de genoemde bedrijven en/of instellingen in de categorie 1 en het bedrijf en/of instelling geen blijvende onevenredige afbreuk doet aan het heersende woon- en leefmilieu;
- c. het bepaalde in artikel 6.1 ten behoeve van de vestiging van dienstverlening en maatschappelijke voorzieningen, mits:
- 1. de vestiging qua omvang past binnen de structuur van de bebouwing;
- 2. het aan detailhandel gerelateerde dienstverlening betreft, waarvoor in ieder geval een baliefunctie wordt vereist;
- d. het bepaalde in artikel 6.1 voor het toestaan van nieuwe woningen voor zover de woningbouw past in de gemeentelijke woningbouwprogrammering.
Artikel 7 Groen
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Groen” aangewezen gronden zijn bestemd voor plantsoenen, groenstroken, (fiets-)paden, uitritten, incidentele parkeervoorzieningen, bermen met beplanting, water en speelvoorzieningen, een en ander met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
7.2 Bouwregels
Uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde mogen worden opgericht, met een bouwhoogte van maximaal 2 m met dien verstande dat de bouwhoogte van lichtmasten maximaal 8 m mag bedragen.
Artikel 8 Horeca
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Horeca” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. horeca, overeenkomstig categorie 1, 2 en 3, vermeld in de bij deze regels behorende 'Categorie-indeling horecabedrijven' (bijlage 2), met dien verstande dat het bruto vloeroppervlak per horecavestiging niet meer mag bedragen dan 350 m2, dan wel het op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaande bruto vloeroppervlak;
- b. horeca, overeenkomstig categorie 1, 2, 3 en 4 vermeld in de bij deze regels behorende 'Categorie-indeling horecabedrijven' (bijlage 2), uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'horeca tot en met horecacategorie 4', met dien verstande dat het bruto vloeroppervlak per horecavestiging niet meer mag bedragen dan 350 m2, dan wel het op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaande bruto vloeroppervlak;
- c. detailhandel, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel';
- d. de bestaande bedrijfswoningen met dien verstande dat sloop en herbouw van de bedrijfswoning binnen het betreffende bouwperceel, is toegestaan;
- e. het behoud van de uitwendige hoofdvorm van gebouwen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek';
een en ander met bijbehorende bebouwing, (on)bebouwde terreinen en overige voorzieningen ten behoeve van de bestemming.
8.2 Bouwregels
De bebouwing dient te voldoen aan de volgende regels:
- a. de gebouwen mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken worden gebouwd, met dien verstande dat vrijstaande (bedrijfs-)woningen niet zijn toegestaan;
- b. de bouwhoogte van gebouwen mag maximaal 11 m bedragen, dan wel de bestaande grotere bouwhoogte;
- c. gebouwen dienen te worden georiënteerd op, en de etalages en/of hoofdingang te worden gesitueerd ter plaatse van, de aanduiding 'gevellijn', voor zover deze aanduiding is opgenomen;
- d. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag maximaal 2 m bedragen.
8.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen: het gebruik van de gronden en bouwwerken als horecabedrijven in de vorm van bar-dancings, nachtclubs en discotheken.
8.4 Afwijken van de gebruiksregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in:
- a. artikel 8.1 voor het gebruik van de gronden binnen de bestemming ten behoeve van detailhandel, mits de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig worden aangetast;
- b. artikel 8.1 onder b ten aanzien van het bruto vloeroppervlak per horecavestiging teneinde dit met 10% te vergroten.
Artikel 9 Kantoor
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Kantoor” bestemde gronden zijn bestemd voor kantoren, één en ander met bijbehorende bebouwing, geen bedrijfswoningen zijnde, (on)bebouwde terreinen en overige voorzieningen ten behoeve van de bestemming.
9.2 Bouwregels
De bebouwing dient te voldoen aan de volgende regels:
- a. de gebouwen mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken worden gebouwd;
- b. de bouwhoogte van gebouwen mag maximaal 11 m bedragen, dan wel de bestaande grotere bouwhoogte;
- c. gebouwen dienen te worden georiënteerd op en de etalages en/of hoofdingang te worden gesitueerd ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn', voor zover deze aanduiding is opgenomen;
- d. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 1 m bedragen.
Artikel 10 Maatschappelijk
10.1 Bestemmingsomschrijving
10.2 Bouwregels
De bebouwing dient te voldoen aan de volgende regels:
- a. de gebouwen, waaronder één bedrijfswoning per instelling, mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken worden gebouwd;
- b. de goot- en bouwhoogte van gebouwen bedragen maximaal de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' aangegeven hoogten, met dien verstande dat voor zover geen aanduiding is opgenomen, de goot- en bouwhoogte van de bedrijfswoning maximaal 6,5 m respectievelijk 10,5 m mogen bedragen en de bouwhoogte van overige gebouwen maximaal 11 m mag bedragen, dan wel de bestaande grotere goot- en bouwhoogte;
- c. gebouwen dienen te worden georiënteerd op en de etalages en/of hoofdingang te worden gesitueerd ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn', voor zover deze aanduiding is opgenomen;
- d. gebouwen ten behoeve van ondergrondse parkeervoorzieningen worden gerealiseerd in ten hoogste 1 bouwlaag en mogen in afwijking van het bepaalde onder a zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd;
- e. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag maximaal 2 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals lichtmasten en verwijsborden maximaal 8 m mag bedragen.
Artikel 11 Verkeer
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Verkeer” aangewezen gronden zijn bestemd voor ontsluitingsgebied alsmede bijbehorende parkeer- en groenvoorzieningen en bouwwerken.
11.2 Bouwregels
De bebouwing dient te voldoen aan de volgende regels:
- a. gebouwen mogen niet worden gebouwd;de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 5 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals lichtmasten en verwijsborden maximaal 8 m mag bedragen.
11.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen het gebruik van de gronden en bouwwerken voor het stallen / parkeren van voertuigen ten dienste van voertuig-intensieve bedrijven, zoals garagebedrijven en taxibedrijven, handel/reparatie van auto's; motorfietsen, benzineservicestations, vervoersbedrijven, verhuur/verkoop van transportmiddelen, waaronder wordt begrepen het stallen / parkeren van voertuigen van personeel.
Artikel 12 Verkeer - Autoboxen
12.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Verkeer - Autoboxen” aangewezen gronden zijn bestemd voor stallingsruimten voor auto's, een en ander met bijbehorende bebouwing.
12.2 Bouwregels
De bebouwing dient te voldoen aan de volgende regels:
- a. de gebouwen mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken worden gebouwd;
- b. de bouwhoogte van gebouwen mag ten hoogste 3 m bedragen.
Artikel 13 Verkeer - Railverkeer
13.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Verkeer - Railverkeer” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. spoorwegen, alsmede bijbehorende parkeer- en groenvoorzieningen, een en ander met bijbehorende bebouwing, waaronder geluidwerende voorzieningen, perrons en liften en wachtruimtes;
- b. een tunnel, ter plaatse van de aanduiding 'tunnel'.
13.2 Bouwregels
De bebouwing dient te voldoen aan de volgende regels:
- a. de bouwhoogte van gebouwen mag maximaal 3 m bedragen;
- b. de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen mag maximaal 200 m2 bedragen;
- c. de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde anders dan voor de geleiding, beveiliging en regeling van het railverkeer mag maximaal 5 m bedragen.
Artikel 14 Verkeer - Verblijfsgebied
14.1 Bestemmingsomschrijving
14.2 Bouwregels
De bebouwing dient te voldoen aan de volgende regels:
- a. toiletgebouwtjes met een maximale bouwhoogte van 2,5 m en een maximale oppervlakte van 12 m2;
- b. gebouwen in de vorm van fietsenbergingen met een maximale bouwhoogte van 3 m;
- c. één gebouw ten behoeve van een openbare functie, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - in- en uitgang parkeergarage', met een maximale bouwhoogte van 5 m en een maximale oppervlakte van 30 m2;
- d. gebouwen ten behoeve van ondergrondse parkeervoorzieningen worden gerealiseerd in ten hoogste 1 bouwlaag;
- e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met een maximale bouwhoogte van 5 m, met dien verstande dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals lichtmasten, verwijsborden, kunstwerken en fonteinen maximaal 9 m mag bedragen;
- f. de bouwhoogte van dakoverstekken bedraagt minimaal 11 m;
- g. de doorgangshoogte van de loopbrug bedraagt maximaal 3 m.
Artikel 15 Wonen - Aaneen
15.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Wonen - Aaneen” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen, in aaneen gebouwde (rijtjes)woningen of twee aaneen gebouwde woningen;
- b. aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit in hoofdgebouwen;
- c. water.
15.2 Bouwregels
15.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:
- a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- b. het straat- en bebouwingsbeeld;
- c. de verkeersveiligheid;
nadere eisen stellen aan:
- 1. de plaats en de bouwhoogte van gebouwen en andere bouwwerken;
- 2. de plaats van gebouwen in die zin dat de hoofdgebouwen in de naar de weg gekeerde bouwgrens moeten worden gebouwd;
- 3. de plaats van bijgebouwen die zijn gelegen binnen een afstand van 3 m uit de perceelgrens;
- 4. de grootte en inhoud van de zelfstandige woonruimte noodzakelijk vanuit een oogpunt van de mantelzorg.
15.4 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- b. de verschijningsvorm van karakteristieke panden;
bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
- 1. lid 15.2.3, onder d, voor het verhogen van de maximale oppervlakte van bijgebouwen, in verband met de uitoefening van een aan huis gebonden beroeps- of bedrijfsactiviteit, mits de totale oppervlakte van de bijgebouwen op het bouwperceel maximaal 80 m2 bedraagt en in dat geval het bebouwingspercentage niet meer bedraagt dan 70.
15.5 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen de vestiging van bijzondere woonvormen, waaronder verpleging en verzorging, al dan niet in samenhang centrale voorzieningen.
15.6 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 15.5 ten behoeve van de vestiging van bijzondere woonvormen, waaronder verpleging en verzorging, al dan niet in samenhang centrale voorzieningen.
Artikel 16 Wonen - Appartementen
16.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Wonen - Appartementen” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen, in appartementen;
- b. groenvoorzieningen;
- c. verkeers- en verblijfsvoorzieningen;
- d. water;
- e. ondergrondse parkeervoorzieningen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage'.
16.2 Bouwregels
16.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:
- a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- b. het straat- en bebouwingsbeeld;
- c. de verkeersveiligheid;
nadere eisen stellen aan de plaats van gebouwen, in die zin dat de hoofdgebouwen in de naar de weg gekeerde bouwgrens moeten worden gebouwd.
16.4 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van een bestaand vrijstaand bijgebouw als zelfstandige woonruimte;
- b. de vestiging van bijzondere woonvormen, waaronder verpleging en verzorging, al dan niet in samenhang centrale voorzieningen.
16.5 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 16.4 ten behoeve van de vestiging van bijzondere woonvormen, waaronder verpleging en verzorging, al dan niet in samenhang centrale voorzieningen.
Artikel 17 Wonen - Karakteristiek
17.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Wonen - Karakteristiek” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen;
- b. aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit in hoofdgebouwen;
- c. het behoud van het straatbeeld dat voornamelijk wordt gekenmerkt door bouwmassa van de woningen en van de uitwendige hoofdvorm van woningen die wordt gekenmerkt door nagenoeg gelijke goot- en bouwhoogten en overheersende nokrichting, alsmede materiaalgebruik;
- d. het behoud van de uitwendige hoofdvorm van gebouwen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek';
- e. water;
- f. groenvoorzieningen.
17.2 Bouwregels
17.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:
- a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- b. het straat- en bebouwingsbeeld;
- c. de verkeersveiligheid;
nadere eisen stellen aan:
- 1. de plaats en de bouwhoogte van gebouwen en andere bouwwerken;
- 2. de bouw- en goothoogte van hoofdgebouwen en daarvan onderdeel uitmakende aan- of uitbouwen in de zin dat deze aansluiten bij de naastgelegen woningen;
- 3. de nokrichting van het hoofdgebouw indien de meeste naastgelegen karakteristieke gebouwen een kenmerkend gelijke nokrichting aangeven;
- 4. de plaats van bijgebouwen en aan- of uitbouwen die zijn gelegen binnen een afstand van 3 m uit de perceelgrens;
- 5. de grootte en inhoud van de zelfstandige woonruimte noodzakelijk vanuit een oogpunt van de mantelzorg.
17.4 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- b. het bebouwingsbeeld;
- c. de verkeersveiligheid;
- d. de verschijningsvorm van karakteristieke panden;
bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
- 1. lid 17.2.1, onder c, voor het verhogen van de maximale goothoogte met 30%;
- 2. lid 17.2.2, onder a, voor het verkleinen van de afstand tot de zijdelingse perceelgrens indien de verkleining noodzakelijk is voor het plaatsen van het gebouw in het gelid van de omliggende hoofdgebouwen;
- 3. lid 17.2.3, onder d, voor het verhogen van de maximale oppervlakte van bijgebouwen, in verband met de uitoefening van een aan huis gebonden beroeps- of bedrijfsactiviteit, mits de totale oppervlakte van de bijgebouwen op het bouwperceel maximaal 80m2 bedraagt en in dat geval het bebouwingspercentage niet meer bedraagt dan 70.
17.5 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
Artikel 18 Wonen - Vrijstaand
18.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Wonen - Vrijstaand” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen, in vrijstaande woningen;
- b. aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit in hoofdgebouwen;
- c. water.
18.2 Bouwregels
18.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:
- a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- b. het straat- en bebouwingsbeeld;
- c. de verkeersveiligheid;
nadere eisen stellen aan:
- 1. de plaats en de bouwhoogte van gebouwen en andere bouwwerken;
- 2. de plaats van gebouwen in die zin dat de hoofdgebouwen in de naar de weg gekeerde bouwgrens moeten worden gebouwd;
- 3. de plaats van bijgebouwen die zijn gelegen binnen een afstand van 3 m uit de perceelgrens;
- 4. de grootte en inhoud van de zelfstandige woonruimte noodzakelijk vanuit een oogpunt van de mantelzorg.
18.4 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- b. het bebouwingsbeeld;
- c. de verkeersveiligheid;
- d. de verschijningsvorm van karakteristieke panden;
bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
- 1. lid 18.2.2 onder a, voor het verhogen van de maximale goothoogte tot maximaal 6,5 m;
- 2. lid 18.2.3, onder d, voor het verhogen van de maximale oppervlakte van bijgebouwen, in verband met de uitoefening van een aan huis gebonden beroeps- of bedrijfsactiviteit, mits de totale oppervlakte van de bijgebouwen op het bouwperceel maximaal 80m2 bedraagt en in dat geval het bebouwingspercentage niet meer bedraagt dan 70.
18.5 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- b. het bebouwingsbeeld;
- c. de verkeersveiligheid;
- d. de verschijningsvorm van karakteristieke panden;
bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 18.2.2 onder a, voor het verhogen van de maximale goothoogte tot maximaal 6,5 m.
Artikel 19 Waarde - Amk Terreinen
19.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Waarde - AMK terreinen” aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van de aan de grond eigen zijnde archeologische waarden.
19.2 Bouwregels
In afwijking van het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemmingen, mogen geen nieuwe gebouwen worden gebouwd met een oppervlakte van meer dan 50 m2.
19.3 Afwijken van de bouwregels
19.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
19.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen voor:
- a. het wijzigen van de bestemming “Waarde - AMK terreinen” in een andere archeologische bestemming, indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat dit wenselijk is;
- b. het verwijderen van de bestemming “Waarde - AMK terreinen”, indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat dit mogelijk is.
Artikel 20 Waarde - Hoge Archeologische Verwachting
20.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Waarde - Hoge archeologische verwachting” aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van de aan de grond eigen zijnde archeologische waarden.
20.2 Bouwregels
In afwijking van het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemmingen, mogen geen nieuwe gebouwen worden gebouwd bij ingrepen dieper dan 0,5 meter en met een oppervlakte van meer dan 100 m2 en de oppervlakte van bestaande gebouwen mag niet worden vergroot met een oppervlakte van meer dan 100 m2.
20.3 Afwijken van de bouwregels
20.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
20.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen voor:
- a. het wijzigen van de bestemming “Waarde - Hoge archeologische verwachting” in een andere archeologische bestemming, indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat dit wenselijk is;
- b. het verwijderen van de bestemming “Waarde - Hoge archeologische verwachting”, indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat dit mogelijk is.
Artikel 21 Waarde - Middelhoge Archeologische Verwachting
21.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Waarde - Middelhoge archeologische verwachting” aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van de aan de grond eigen zijnde archeologische waarden.
21.2 Bouwregels
In afwijking van het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemmingen, mogen geen nieuwe gebouwen worden gebouwd bij ingrepen dieper dan 0,5 meter met een oppervlakte van meer dan 250 m2 en de oppervlakte van bestaande gebouwen mag niet worden vergroot met een oppervlakte van meer dan 250 m2.
21.3 Afwijken van de bouwregels
21.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
21.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen voor:
- a. het wijzigen van de bestemming “Waarde - Middelhoge archeologische verwachting” in een andere archeologische bestemming, indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat dit wenselijk is;
- b. het verwijderen van de bestemming “Waarde - Middelhoge archeologische verwachting”, indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat dit mogelijk is.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 22 Anti-dubbeltelbepaling
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 23 Algemene Gebruiksregels
23.1 Algemeen
Onder strijdig gebruik in de zin van artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wabo wordt in ieder geval begrepen; het gebruiken, het te doen of te laten gebruiken of in gebruik te geven van bebouwde en onbebouwde gronden ten behoeve van:
- a. een stort- en/of opslagplaats van aan het gebruik onttrokken goederen en materialen, anders dan als tijdelijke opslag ten behoeve van het normale gebruik en onderhoud;
- b. stalling- en/of opslagplaats van een of meer aan het gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik of onderhoud;
- c. een seksinrichting of prostitutiebedrijf;
op een wijze of tot een doel, strijdig met de in het plan aan de grond gegeven bestemmingen, tenzij voor dit afwijkende gebruik op grond van de regels in dit plan een omgevingsvergunning is verleend.
23.2 "Wonen - Aaneen", "Wonen - Karakteristiek", "Wonen - Vrijstaand"
Onder strijdig gebruik met de bestemming “Wonen - Aaneen”, “Wonen - Karakteristiek” en “Wonen - Vrijstaand” wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van een vrijstaand bijgebouw ten behoeve van aan huis verbonden beroeps- en bedrijfsactiviteiten;
- b. het gebruik van een bestaand vrijstaand bijgebouw als zelfstandige woonruimte.
Artikel 24 Algemene Aanduidingsregels
24.1 Vrijwaringszone - straalpad
Artikel 25 Algemene Afwijkingsregels
25.1
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de regels van het plan ten behoeve van:
- a. het oprichten van bouwwerken van openbaar nut, in de vorm van een transformatorhuisje, een telefooncel, een abri en een gebouwtjes ten behoeve van de telecommunicatie, mits de oppervlakte van het gebouw niet groter is dan 20 m2 en de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3 m;
- b. het overschrijden van de bouwgrenzen tot een maximum van 3 m, mits de opzet van het plan gehandhaafd blijft;
- c. het oprichten van masten ten behoeve van een centraal antennesysteem en van zendinstallaties tot een maximale bouwhoogte van 25 m;
- d. het plaatsen en geplaatst houden van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in verband met de inzameling van afval dan wel goederen die na bewerking voor hergebruik in aanmerking komen zoals glas, papier, kleding en dergelijke, mits de situering geen afbreuk doet aan de verkeersveiligheid, landschappelijke, stedenbouwkundige en/of cultuurhistorische waarden.
25.2
Het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 25.1 sub a is niet mogelijk voor het bouwen van gasdrukregel- en gasdrukmeetstations met een grotere inhoud dan 8 m3 en van verkooppunten voor motorbrandstoffen.
Artikel 26 Algemene Procedureregels
Een beslissing omtrent het stellen van nadere eisen wordt niet genomen dan nadat belanghebbenden gedurende 2 weken in de gelegenheid zijn gesteld bij het College van burgemeester en wethouders schriftelijke bedenkingen naar voren te brengen tegen het stellen van nadere eisen.
Artikel 27 Algemene Nadere Eisen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ten behoeve van een goede ruimtelijke ontwikkeling nadere eisen te stellen met betrekking tot de situering van gebouwen en verkeersvoorzieningen zoals in- en uitritten teneinde te voorkomen dat:
- a. blijvende onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende terreinen en;
- b. verkeersonveilige situaties ontstaan.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 28 Overgangsrecht
28.1 Overgangsrecht bouwwerken
28.2 Overgangsrecht gebruik
Artikel 29 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Kern Rijssen 2010.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 13 december 2012.
De voorzitter, De griffier,
……………… …………..
Bijlage 1 Staat Van Bedrijfsactiviteiten (Categorie 1 T/m 2)
SBI-code | SBI-code 2008 | Nr. | Omschrijving | Cat. |
15 | 10, 11 | - | Vervaardiging van voedingsmiddelen en dranken | |
1552 | 1052 | 2 | Consumptie-ijsfabrieken: p.o. <= 200 m2 | 2 |
1581 | 1071 | 0 | Broodfabrieken, brood- en banketbakkerijen: | |
1581 | 1071 | 1 | - v.c. < 7500 kg meel/week, bij gebruik van charge-ovens | 2 |
1584 | 10821 | 0 | Verwerking cacaobonen en vervaardiging chocolade- en suikerwerk: | |
1584 | 10821 | 3 | - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. <= 200 m2 | 2 |
1584 | 10821 | 6 | - suikerwerkfabrieken zonder suiker branden: p.o. <= 200 m2 | 2 |
1593 t/m 1595 | 1102 t/m 1104 | Vervaardiging van wijn, cider e.d. | 2 | |
18 | 14 | - | Vervaardiging van kleding; bereiden en verven van bont | |
182 | 141 | Vervaardiging van kleding en -toebehoren (excl. van leer) | 2 | |
20 | 16 | - | Houtindustrie en vervaardiging artikelen van hout, riet, kurk e.d. | |
205 | 162902 | Kurkwaren-, riet- en vlechtwerkfabrieken | 2 | |
22 | 58 | - | Uitgeverijen, drukkerijen en reproductie van opgenomen media | |
2222.6 | 18129 | Kleine drukkerijen en kopieerinrichtingen | 2 | |
2223 | 1814 | A | Grafische afwerking | 1 |
2223 | 1814 | B | Binderijen | 2 |
2224 | 1813 | Grafische reproductie en zetten | 2 | |
2225 | 1814 | Overige grafische activiteiten | 2 | |
223 | 182 | Reproductiebedrijven opgenomen media | 1 | |
24 | 20 | - | Vervaardiging van chemische producten | |
2442 | 2120 | 0 | Farmaceutische productenfabrieken: | |
2442 | 2120 | 2 | - verbandmiddelenfabrieken | 2 |
26 | 23 | - | Vervaardiging van glas, aardewerk, cement-, kalk- en gipsproducten | |
262, 263 | 232, 234 | 0 | Aardewerkfabrieken: | |
262, 263 | 232, 234 | 1 | - vermogen elektrische ovens totaal < 40 kW | 2 |
30 | 26, 28, 33 | - | Vervaardiging van kantoormachines en computers | |
30 | 26, 28, 33 | A | Kantoormachines- en computerfabrieken incl. reparatie | 2 |
31 | 26, 27, 33 | - | Vervaardiging van over. elektr. machines, apparaten en benodigdh. | |
316 | 293 | Elektrotechnische industrie n.e.g. | 2 | |
33 | 26, 32, 33 | - | Vervaardiging van medische en optische apparaten en instrumenten | |
33 | 26, 32, 33 | A | Fabrieken voor medische en optische apparaten en instrumenten e.d. incl. reparatie | 2 |
36 | 31 | - | Vervaardiging van meubels en overige goederen n.e.g. | |
361 | 9524 | 2 | Meubelstoffeerderijen b.o. < 200 m2 | 1 |
362 | 321 | Fabricage van munten, sieraden e.d. | 2 | |
363 | 322 | Muziekinstrumentenfabrieken | 2 | |
3663.1 | 32991 | Sociale werkvoorziening | 2 | |
45 | 41, 42, 43 | - | Bouwnijverheid | |
45 | 41, 42, 43 | 3 | Aannemersbedrijven met werkplaats: b.o.< 1000 m2 | 2 |
50 | 45, 47 | - | Handel/reparatie van auto's, motorfietsen; benzineservicestations | |
501, 502, 504 | 451, 452, 454 | Handel in auto's en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven | 2 | |
5020.4 | 45204 | B | Autobeklederijen | 1 |
5020.5 | 45205 | Autowasserijen | 2 | |
503, 504 | 453 | Handel in auto- en motorfietsonderdelen en -accessoires | 2 | |
505 | 473 | 0 | Benzineservicestations: | |
505 | 473 | 3 | - zonder LPG | 2 |
51 | 46 | - | Groothandel en handelsbemiddeling | |
5122 | 4622 | Grth in bloemen en planten | 2 | |
5134 | 4634 | Grth in dranken | 2 | |
5135 | 4635 | Grth in tabaksproducten | 2 | |
5136 | 4636 | Grth in suiker, chocolade en suikerwerk | 2 | |
5137 | 4637 | Grth in koffie, thee, cacao en specerijen | 2 | |
5138, 5139 | 4638, 4639 | Grth in overige voedings- en genotmiddelen | 2 | |
514 | 464, 46733 | Grth in overige consumentenartikelen | 2 | |
5148.7 | 46499 | 0 | Grth in vuurwerk en munitie: | |
5148.7 | 46499 | 1 | - consumentenvuurwerk, verpakt, opslag < 10 ton | 2 |
5148.7 | 46499 | 5 | - munitie | 2 |
5153 | 4673 | 0 | Grth in hout en bouwmaterialen: | |
5153 | 4673 | 2 | - algemeen: b.o. <= 2000 m2 | 2 |
5153.4 | 46735 | 4 | Zand en grind: | |
5153.4 | 46735 | 6 | - algemeen: b.o. <= 200 m2 | 2 |
5154 | 4674 | 0 | Grth in ijzer- en metaalwaren en verwarmingsapparatuur: | |
5154 | 4674 | 2 | - algemeen: b.o. < = 2.000 m2 | 2 |
5155.2 | 46752 | Grth in kunstmeststoffen | 2 | |
5156 | 4676 | Grth in overige intermediaire goederen | 2 | |
519 | 466, 469 | Overige grth (bedrijfsmeubels, emballage, vakbenodigdheden e.d. | 2 | |
63 | 52 | - | Dienstverlening t.b.v. het vervoer | |
6312 | 52109 | B | Opslaggebouwen (verhuur opslagruimte) | 2 |
64 | 53 | - | Post en telecommunicatie | |
641 | 531, 532 | Post- en koeriersdiensten | 2 | |
71 | 77 | - | Verhuur van transportmiddelen, machines, andere roerende goederen | |
711 | 7711 | Personenautoverhuurbedrijven | 2 | |
714 | 772 | Verhuurbedrijven voor roerende goederen n.e.g. | 2 | |
72 | 62 | - | Computerservice- en informatietechnologie | |
72 | 58, 63 | B | Datacentra | 2 |
74 | 63, 69tm71, 73, 74, 77, 78, 80tm82 | - | Overige zakelijke dienstverlening | |
7481.3 | 74203 | Foto- en filmontwikkelcentrales | 2 | |
7484.4 | 82992 | Veilingen voor huisraad, kunst e.d. | 1 | |
90 | 37, 38, 39 | - | Milieudienstverlening | |
9002.2 | 382 | A0 | Afvalverwerkingsbedrijven: | |
9002.2 | 382 | A7 | - verwerking fotochemisch en galvano-afval | 2 |
93 | 96 | - | Overige dienstverlening | |
9301.2 | 96012 | Chemische wasserijen en ververijen | 2 | |
9301.3 | 96013 | A | Wasverzendinrichtingen | 2 |
Bijlage 2 Categorie-indeling Horecabedrijven
CATEGORIE 1:
zijn vormen van horeca:
- a. die wat betreft ruimtelijke uitstraling / functionele uitstraling (exploitatievorm) aansluiten bij winkelvoorzieningen en daarmee qua openingstijden nagenoeg sporen en waar naast kleinere etenswaren alsmede alcoholvrije dranken wordt verstrekt, zoals een lunchroom, koffiehuis, ijssalon, broodjeszaak, croissanterie patisserie of een crêperie;
- b. die wat betreft de ruimtelijke uitstraling / functionele uitstraling (exploitatievorm) behoren bij en ondergeschikt zijn aan een sociaal/culturele hoofdfunctie, zoals kerkelijke centra, sporthallen, kleinschalige horeca in buurtcentra;
mogelijke effecten: komen en gaan, parkeerdruk, afval op straat.
CATEGORIE 2:
zijn vormen van horeca die wat betreft ruimtelijke uitstraling / functionele uitstraling (exploitatievorm) aansluiten bij winkelvoorzieningen, maar qua openingstijden daarvan afwijken in die zin, dat ze ook in (een deel van) de avonduren geopend zijn:
- a. waar naast kleinere etenswaren in hoofdzaak alcoholvrije drank wordt verstrekt. Voorbeelden van dergelijke voorzieningen zijn een cafetaria, snackbar of een shoarmazaak;
- b. waar in hoofdzaak maaltijden worden verstrekt, die deels ter plaatse worden geconsumeerd maar voor een belangrijk deel ook elders, zoals pizzeria's of (afhaal)restaurants;
- c. waar in hoofdzaak maaltijden worden verstrekt, die ter plaatse worden geconsumeerd, zoals een restaurant, bistro, poffertjeszaak, pannenkoekenhuis, hotel-restaurant of pension;
mogelijke effecten: komen en gaan, parkeerdruk, stankoverlast, afval op straat, geluidsoverlast vertrekkende bezoekers.
CATEGORIE 3:
zijn vormen van horeca die wat betreft ruimtelijke uitstraling / functionele uitstraling (exploitatievorm) niet aansluiten bij winkelvoorzieningen en qua openingstijden daarvan afwijken in die zin, dat ze ook in (een deel van) de nachtelijke uren geopend zijn:
- a. waarin hoofdzaak al dan niet alcoholhoudende drank wordt verstrekt. Voorbeelden zijn een café, bar, eetcafé, pub of een café-restaurant;
- b. waar in hoofdzaak maaltijden worden verstrekt, die ter plaatse worden geconsumeerd, zoals een restaurant, bistro, poffertjeszaak, pannenkoekenhuis, hotel-restaurant of pension;
mogelijke effecten: komen en gaan, parkeerdruk, stankoverlast, afval op straat, geluidsoverlast vertrekkende bezoekers (ook in een deel van de nacht).
CATEGORIE 4:
zijn vormen van horeca waar zaalaccommodatie ter beschikking wordt gesteld;
- a. ten behoeve van het organiseren van bijeenkomsten en partijen, zoals onder meer in een partycentrum, zalencentrum en buurthuis;
- b. waar als nevenactiviteit wordt voorzien in het verstrekken van kleine etenswaren en al dan niet alcoholhoudende dranken;
mogelijke effecten: komen en gaan, parkeerdruk, stankoverlast, afval op straat, afvalopslag, geluidsoverlast (ook in een deel van de nacht).
Bijlage 1 Overlegreactie Vrom Inspectie
Bijlage 1 Overlegreactie VROM Inspectie
Bijlage 2 Overlegreactie Waterschap Rijn En Ijssel
Bijlage 2 Overlegreactie Waterschap Rijn en IJssel