Chw bestemmingsplan Wonen Rijssen, Opbroek Oost
Bestemmingsplan - Gemeente Rijssen-Holten
Vastgesteld op 25-05-2023 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan
het bestemmingsplan 'Chw bestemmingsplan Wonen Rijssen, Opbroek Oost' met identificatienummer NL.IMRO.1742.BPRW2022001-0401 van de gemeente Rijssen-Holten.
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
1.3 aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit
een beroeps- of bedrijfsactiviteit, uitgevoerd door (een van) de hoofdbewoner(s) van de woning, waarvan de activiteiten in hoofdzaak niet verkeersaantrekkend of milieuhinderlijk zijn en geen betrekking hebbend op detailhandel of horecagerelateerde activiteiten, die op kleine schaal in een woning en/of daarbij behorende bijbehorende bouwwerken wordt uitgeoefend, waarbij de desbetreffende activiteit een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie en de woonomgeving ter plaatse.
1.4 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
1.5 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
1.6 aaneengebouwde woning
een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van meer dan twee aaneengebouwde woningen, niet zijnde een gestapelde woning.
1.7 achtererfgebied
erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 m achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen. Als op een perceel meer gebouwen aanwezig zijn wordt als hoofdgebouw aangemerkt het gebouw dat noodzakelijk is voor het realiseren van de toegelaten functie of activiteit waarvan de voorkant het dichtst bij openbaar toegankelijk gebied is gelegen.
1.8 autobedrijf
een autoherstel- en uitdeukbedrijf.
1.9 bebouwing
een of meer gebouwen en/of bouwwerken.
1.10 bed en breakfast
het bieden van de, ten opzichte van de woonfunctie ondergeschikte, mogelijkheid tot recreatief nachtverblijf en ontbijt met maximaal drie kamers aan niet meer dan zes personen die hun hoofdverblijf elders hebben, mits dit geen onevenredige afbreuk doet aan de parkeersituatie. Hieronder wordt niet verstaan overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden, studie en/of arbeid of permanente kamerverhuur.
1.11 bestaande
- 1. het gebruik dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig is binnen het betreffende bouwperceel en/of bebouwing die op dat tijdstip aanwezig of in uitvoering is, dan wel kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning;
- 2. het onder 1 bedoelde geldt niet voor zover sprake was van strijd met het voorheen geldende bestemmingsplan, de voorheen geldende Beheersverordening, daaronder mede begrepen het overgangsrecht van het bestemmingsplan of de Beheersverordening, of een andere planologische toestemming.
1.12 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak.
1.13 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
1.14 bijbehorend bouwwerk
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
1.15 bijgebouw
een vrijstaand gebouw, behorende bij een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
1.16 bijzondere woonvorm
een woongebouw, waarin al dan niet zelfstandige woningen of zorgwoningen, zijn opgenomen met gemeenschappelijke voorzieningen ten behoeve van verzorgingsbehoevenden.
1.17 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
1.18 bouwgrens
de grens van een bouwvlak.
1.19 bouwperceel
het (toekomstige) kadastrale perceel waarop het bouwplan is voorzien, of na realisatie van de definitieve verkaveling: een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
1.20 bouwperceelgrens
de grens van een bouwperceel.
1.21 bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
1.22 bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
1.23 crossterrein
terrein gebruikt voor een wedstrijd of training met motorfietsen of een daarmee gelijk te stellen voertuig. Op het terrein is een parcours uitgezet met natuurlijke hindernissen.
1.24 dagrecreatie
ondergeschikt medegebruik van gronden voor niet-gemotoriseerde recreatieve of niet in wedstrijdverband georganiseerde sportieve activiteiten, zoals wandelen, hardlopen, nordic-walken, fietsen, mountainbiken, racefietsen, skaten, paardrijden, vissen, zwemmen en natuurobservatie of een naar de aard daarmee gelijk te stellen (mede)gebruik. De activiteiten dienen plaats te vinden tussen zonsopgang en zonsondergang, tenzij de grondeigenaar anders kenbaar maakt.
1.25 detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ter verkoop, verkopen en/of leveren van goederen, geen motorbrandstoffen zijnde, aan degenen die deze goederen kopen voor gebruik en/of verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van bedrijfs- of beroepsactiviteiten.
1.26 erker
een bouwkundig en visueel aan de woning uitgebouwd venster tot een gezamenlijke breedte van 2/3 van de breedte van de betreffende gevel van de woning.
1.27 functioneel ondergeschikt
een gebruik dat ondersteunend is aan de primaire woonfunctie, zoals een aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit, garage, berging, bijkeuken, atelier, tuinhuisje, fietsenberging of hobbyruimte.
1.28 gebouw
elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
1.29 geliberaliseerde woning voor middenhuur
huurwoning zoals beschreven in de 'Verordening doelgroepen woningbouw gemeente Rijssen-Holten 2021', waarbij de instandhouding voor de in een gemeentelijke verordening omschreven doelgroep in de gelijknamige gemeentelijke verordening is verzekerd.
1.30 gestapelde woning
boven dan wel beneden en/of naast elkaar gesitueerde woningen waarbij per woning een zelfstandige toegankelijkheid, al dan niet direct vanaf het voetgangersniveau, gewaarborgd is.
1.31 hoofdgebouw
een gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
1.32 kampeermiddel
een tent, vouwwagen, caravan, of kampeerwagen, niet zijnde een niet-plaatsgebonden recreatieverblijf. Een bijzettentje wordt niet als zelfstandig kampeermiddel gezien.
1.33 landschappelijke inpassing
een plan waarmee inzichtelijk wordt gemaakt hoe een nieuwe ontwikkeling zich verhoudt tot de bestaande bebouwing en bestaande omgeving. In het plan moet in elk geval de erfinrichting en (erf)beplanting worden opgenomen en hoe deze zich verhouden tot de omgeving.
1.34 lichtmast
een vrijstaande constructie waaraan één of meerdere lampen zijn opgehangen.
1.35 lokale weg - verhard
een weg, bestaande uit klinkers, tegels, asfalt of beton, die niet als een rijksweg of provinciale weg is aangemerkt maar wel op de wegenlegger staat.
1.36 lokale weg - onverhard
een weg, bestaande uit zand, die niet als rijksweg of provinciale weg is aangemerkt maar wel op de wegenlegger staat. Ook een half verharde weg, bestaande uit menggranulaat of grind, wordt aangemerkt als een onverharde weg.
1.37 mantelzorg
intensieve zorg of ondersteuning, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie, rechtstreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die de gebruikelijke hulp van huisgenoten voor elkaar overstijgt, en waarvan de behoefte met een verklaring van een huisarts, wijkverpleegkundige of andere door de gemeente aangewezen sociaal-medisch adviseur kan worden aangetoond.
1.38 maatschappelijke voorzieningen
sociale, educatieve, (sociaal-)medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorzieningen, kinderopvang, voorzieningen ten behoeve van sport en sportieve recreatie alsook ondergeschikte horeca ten dienste van deze voorzieningen, met uitzondering van voorzieningen ten behoeve van gemotoriseerde en gemechaniseerde sporten.
1.39 opslagtank
een opslagtank is een opslagvoorziening voor gas met een inhoud van ten minste 150 liter. Met een opslagtank wordt het geheel van een tank, leidingwerk en appendages bedoeld.
1.40 overkapping
een bouwwerk in de vorm van een constructie bestaande uit maximaal drie wanden waarvan maximaal twee tot de constructie zelf behoren.
1.41 paardrijbak
buitenrijbaan ten behoeve van paardrijactiviteiten, voorzien van een zandbed en al dan niet voorzien van een omheining.
1.42 peil
- a. voor gebouwen waarvan de hoofdingang onmiddellijk aan een weg of pad grenst: de hoogte van die weg of dat pad ter plaatse van de hoofdtoegang;
- b. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende, afgewerkte terrein ter plaatse.
1.43 permanente bewoning
er is sprake van permanente bewoning als een recreatiewoning, een stacaravan of ander kampeermiddel het hoofdverblijf voor de gebruiker is of voor bewoning anders dan in het kader van recreatief verblijf wordt gebruikt.
1.44 provinciale weg
een weg, bestaande uit asfalt of vergelijkbare materialen, die als provinciale weg is aangemerkt en op de wegenlegger staat.
1.45 recreatief verblijf
verblijf dat plaatsvindt in het kader van verblijfsrecreatie en dat enkel gericht is op ontspanning of vrijetijdsbesteding, niet zijnde zelfstandige kortdurende recreatieve activiteiten.
1.46 recreatiewoning
verblijfsobject bestemd voor het recreatieve verblijf van recreanten die hun hoofdverblijf elders hebben en waar permanente bewoning en zelfstandige kortdurende recreatieve activiteiten zijn uitgesloten.
1.47 rijksweg
een weg, bestaande uit asfalt of vergelijkbare materialen, die als rijksweg is aangemerkt en op de wegenlegger staat.
1.48 seksinrichting
een inrichting, bestaande uit één of meer voor publiek toegankelijke, besloten ruimten, waarin bedrijfsmatig of op een daarmee vergelijkbare wijze seksuele handelingen worden verricht; onder een hiervoor bedoelde inrichting wordt in elk geval verstaan een bordeel.
1.49 sociale huurwoning
huurwoning zoals beschreven in de 'Verordening doelgroepen woningbouw gemeente Rijssen-Holten 2021', waarbij de instandhouding voor de in een gemeentelijke verordening omschreven doelgroep in de gelijknamige gemeentelijke verordening is verzekerd.
1.50 sociale koopwoning
koopwoning zoals beschreven in de 'Verordening doelgroepen woningbouw gemeente Rijssen-Holten 2021', waarbij de instandhouding voor de in een gemeentelijke verordening omschreven doelgroep in de gelijknamige gemeentelijke verordening is verzekerd.
1.51 twee-aaneengebouwde woning
een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van twee aaneengebouwde woningen.
1.52 vrijstaande lichtmast
een vrijstaande mast of paal waar één of meerdere lichtarmaturen aan zijn bevestigd;
1.53 vrijstaande woning
een woning waarvan het hoofdgebouw niet direct is verbonden met het hoofdgebouw van een andere woning.
1.54 wegbeheerder
bevoegd gezag welke de wettelijke onderhoudsplicht van een weg heeft.
1.55 woongebouw
een gebouw of een gedeelte van een gebouw, in welk gebouw of welk gedeelte twee of meer woningen zijn gelegen die zijn te bereiken door een of meer gemeenschappelijke verkeersruimten.
1.56 woning
een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de huisvesting van één huishouden, zijnde de samenlevingsvorm van één gezin of een met een gezin gelijk te stellen samenlevingsverband, waaronder mede wordt begrepen de inwoning van één ander huishouden met eigen voorzieningen.
1.57 zorgwoning
een woning of zelfstandig gedeelte van een gebouw dat bedoeld is voor de huisvesting van personen die niet zelfstandig kunnen wonen en die geestelijke en/of lichamelijke verzorging behoeven.
Artikel 2 Wijze Van Meten
2.1 Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.2 Ondergeschikte bouwdelen
- Bij het meten en het bepalen van het oppervlak van bouwwerken worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilaster, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijving niet meer dan 0,5 m bedraagt.
- Voor ondergeschikte bouwdelen groter dan 0,5 m, maar kleiner dan 0,75 m wordt een oppervlak van maximaal 4 m2 niet meegerekend tot het toegelaten oppervlak. Het eventuele resterende oppervlak wordt tot het oppervlak van het bouwwerk gerekend.
- Bouwdelen groter dan 0,75 m zijn niet ondergeschikt en worden altijd tot het oppervlak van het bouwwerk gerekend.
2.3 Maatvoering
Alle maten zijn tenzij anders aangegeven:
- a. voor lengten in meters (m);
- b. voor oppervlakten in vierkante meters (m2);
- c. voor inhoudsmaten in kubieke meters (m3);
- d. voor verhoudingen in procenten (%);
- e. voor hoeken/hellingen in graden (º).
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Groen
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. groen- en speelvoorzieningen;
- b. water, waaronder afvoer, tijdelijke berging en infiltratie van hemelwater;
- c. weidegronden;
- d. voet- en fietspaden, alsmede toegangspaden en inritten naar omliggende bestemmingen, met dien verstande dat dit uitsluitend in de vorm van halfverharding, grasbeton of daarmee gelijk te stellen materialen is toegestaan;
- e. ruiterpaden, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - ruiterpad', met dien verstande dat dit uitsluitend onverhard dan wel in de vorm van halfverharding, grasbeton of daarmee gelijk te stellen materialen is toegestaan;
- f. openbare nutsvoorzieningen;
- g. ontsluitingsvoorzieningen naar omliggende bestemmingen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting' met een maximale breedte van 6 m én maximaal drie ontsluitingsvoorzieningen per aanduidingsvlak;
- h. gebiedsontsluitingswegen, met gebruikelijke voorzieningen, zoals bermbeplanting, bushaltes en dergelijke, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'verkeer' met een maximale wegbreedte van 6 m;
- i. ter plaatse van de aanduiding 'langzaam verkeer' zijn uitsluitend voet- en fietspaden, alsmede toegangspaden en inritten naar omliggende bestemmingen toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'verkeer' tevens gebiedsontsluitingswegen, met gebruikelijke voorzieningen, zoals bedoeld onder h, zijn toegestaan;
- j. het opwekken van energie door middel van het omzetten van zonlicht in elektriciteit en/of warmte met gebruik van zonnepanelen, met de daarbij behorende voorzieningen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - zonnepanelen', met dien verstande dat het grondoppervlak met zonnepanelen maximaal 500 m2 mag bedragen en deze landschappelijk wordt ingepast door middel van een haag overeenkomstig bijlage 5 van de Handreiking natuurinclusief bouwen (bijlage 2 bij deze regels).
3.2 Bouwregels
Artikel 4 Wonen - Buitengebied
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - Buitengebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het wonen in bestaande woningen met daarbij behorende:
- 1. gebouwen;
- 2. bouwwerken, geen gebouw zijnde;
- 3. werken, geen bouwwerk zijnde;
- b. voorzieningen zoals:
- 1. in- en uitritten, parkeerplaatsen, paden en wegen;
- 2. groen, landschappelijke inpassing zoals tuinen of erfbeplanting;
- 3. speelvoorzieningen;
- 4. water;
- c. bed & breakfast in de woning, mits:
- 1. niet meer dan drie kamers worden verhuurd;
- 2. de bed & breakfast ondergeschikt is aan de woonfunctie;
- d. de mogelijkheid tot het opwekken van duurzame energie:
- 1. met gebruik van zonnepanelen in veldopstelling met de daarbij behorende voorzieningen of;
- 2. met gebruik van windturbines op het dak van de woning met de daarbij behorende voorzieningen;
- e. bestaande mestopslag, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - voormalige agrarische bedrijfsbebouwing';
- f. een aan huis gebonden beroep- of bedrijfsactiviteit, met inachtneming van het bepaalde in artikel 4.4.2;
- g. een bestaande boerderijwinkel, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - voormalige agrarische bedrijfsbebouwing';
- h. recreatiewoningen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning', met inachtneming van het bepaalde in artikel 4.4.3;
- i. inwoning, met inachtneming van het bepaalde in artikel 4.4.4;
- j. hobbymatig agrarisch grondgebruik, waaronder mede begrepen het hobbymatig houden van dieren, anders dan ten behoeve van een agrarisch bedrijf;
- k. het weiden van vee.
4.2 Bouwregels
4.3 Afwijken van de bouwregels
4.4 Specifieke gebruiksregels
4.5 Afwijken van de gebruiksregels
4.6 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat gronden ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingzone - wijzigingsgebied' worden gewijzigd in de bestemming 'Woongebied - 2', met inachtneming van de volgende regels:
- a. de aanwezige bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingzone - wijzigingsgebied' dient volledig gesloopt te worden;
- b. maximaal 3 vrijstaande woningen zijn toegestaan;
- c. het bepaalde in Artikel 6 is overeenkomstig van toepassing;
- d. de uitvoerbaarheid van het wijzigingsplan moet zijn gewaarborgd, in verband waarmee in elk geval aangetoond moet worden:
- 1. dat het wijzigingsplan voldoet aan een goede ruimtelijke ordening;
- 2. dat het wijzigingsplan in lijn is met het geldende gemeentelijk woonbeleid;
- 3. dat het wijzigingsplan in lijn is met het geldende gemeentelijk parkeerbeleid;
- 4. dat het wijzigingsplan financieel uitvoerbaar is;
- e. er wordt geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:
- 1. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- 2. de milieusituatie;
- 3. het bebouwingsbeeld;
- 4. de verkeersveiligheid.
Artikel 5 Woongebied - 1
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Woongebied - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen, in vrijstaande woningen met bijbehorende tuinen, erven en met:
- 1. aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit in hoofdgebouwen en onderling toegankelijke aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
- 2. bed en breakfast in hoofdgebouwen en onderling toegankelijke aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
- b. water;
- c. groenvoorzieningen.
5.2 Bouwregels
5.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:
- a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- b. het straat- en bebouwingsbeeld;
- c. de verkeersveiligheid;
nadere eisen stellen aan:
- 1. de plaats en oriëntatie van gebouwen in die zin dat de voorste voorgevel van hoofdgebouwen in de naar de weg gekeerde bouwgrens moeten worden gebouwd;
- 2. de grootte en inhoud van de zelfstandige woonruimte noodzakelijk vanuit een oogpunt van de mantelzorg.
5.4 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen:
- a. het in stand houden van bouwwerken in afwijking van de beeldkwaliteitseisen zoals opgenomen in bijlage 1 van de regels;
- b. het in stand houden van bouwwerken zonder voldoende en duurzaam in stand gehouden maatregelen wat betreft natuurinclusief bouwen zoals bedoeld in artikel 5.2.1 g, overeenkomstig bijlage 2 Natuurinclusief bouwen.
Artikel 6 Woongebied - 2
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Woongebied - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. woningen met bijbehorende tuinen en erven en met:
- 1. aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit in hoofdgebouwen en onderling toegankelijke aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
- 2. bed en breakfast in hoofdgebouwen en onderling toegankelijke aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
- b. bijzondere woonvormen met bijbehorende tuinen en erven, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'zorgwoning';
- c. maatschappelijke voorzieningen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk';
- d. erfontsluitingswegen met een functie voor de ontsluiting van aanliggende gronden met gebruikelijke voorzieningen, zoals bermbeplanting, bushaltes en dergelijke;
- e. gebiedsontsluitingswegen met gebruikelijke voorzieningen, zoals bermbeplanting, bushaltes en dergelijke, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'verkeer' uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'verkeer' met een maximale wegbreedte van 6 m;
- f. ter plaatse van de aanduiding 'langzaam verkeer' zijn uitsluitend voet- en fietspaden, alsmede toegangspaden en inritten naar omliggende bestemmingen toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'verkeer' tevens gebiedsontsluitingswegen, met gebruikelijke voorzieningen, zoals bedoeld onder e, zijn toegestaan;
- g. pleinen en parkeerterreinen;
- h. fiets- en voetpaden, alsmede toegangspaden en inritten naar omliggende bestemmingen;
- i. groen- en speelvoorzieningen;
- j. water, waaronder afvoer, tijdelijke berging en infiltratie van hemelwater.
6.2 Bouwregels
6.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:
- a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- b. het straat- en bebouwingsbeeld;
- c. de verkeersveiligheid;
nadere eisen stellen aan:
- 1. de plaats en oriëntatie van gebouwen in die zin dat de voorste voorgevel van hoofdgebouwen in de naar de weg gekeerde bouwgrens moeten worden gebouwd;
- 2. de grootte en inhoud van de zelfstandige woonruimte noodzakelijk vanuit een oogpunt van de mantelzorg.
6.4 Afwijken van de bouwregels
6.5 Specifieke gebruiksregels
6.6 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 6.5.1 ten behoeve van de vestiging van bijzondere woonvormen, waaronder verpleging en verzorging, al dan niet in samenhang met gezamenlijke voorzieningen, mits geen onevenredige aantasting plaats vindt van:
- a. het straat- en bebouwingsbeeld;
- b. de verkeersveiligheid;
- c. de milieusituatie.
Artikel 7 Leiding - Gas
7.1 Bestemmingsomschrijving
- a. De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor een aardgastransportleiding.
- b. De belangen van de in artikel 7.1 sub a bedoelde dubbelbestemming zijn primair ten opzichte van de belangen van de andere daar voorkomende bestemmingen.
7.2 Bouwregels
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 7.1 mogen, in afwijking van het bepaalde ten aanzien van de andere bestemmingen, uitsluitend bouwwerken ten behoeve van de betreffende leiding worden gebouwd, waaronder begrepen gebouwen met elk een oppervlakte van ten hoogste 100 m2 en een bouwhoogte van ten hoogste 3 m.
7.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 7.2 ten behoeve van het bouwen overeenkomstig de betreffende andere bestemming van deze gronden, mits:
- a. hierdoor geen blijvend afbreuk wordt gedaan aan de belangen van en de veiligheidssituatie rond de betreffende leiding;
- b. ter zake daarvan vooraf schriftelijk advies bij de leidingbeheerder is ingewonnen.
7.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 8 Waarde - Archeologie
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor bescherming van aanwezige of naar verwachting aanwezige archeologische waarden.
8.2 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
8.3 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd betreffende de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie' het plan te wijzigen zodanig dat deze dubbelbestemming naar ligging wordt verschoven of naar omvang wordt vergroot of verkleind en in voorkomend geval uit het plan wordt verwijderd, voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na beëindiging van opgravingen, daartoe aanleiding geeft.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 9 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 10 Algemene Gebruiksregels
10.1 Algemeen strijdig gebruik
Onder strijdig gebruik wordt in elk geval begrepen:
- a. het gebruik van de onbebouwde grond als stort- en/of opslagplaats van aan het gebruik onttrokken goederen en materialen, anders dan als tijdelijke opslag ten behoeve van het normale gebruik en onderhoud;
- b. het gebruik of het laten gebruiken van gronden als stalling- en/of opslagplaats van een of meer aan het gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik of onderhoud;
- c. het gebruik van gronden en bebouwing als of ten behoeve van een seksinrichting of prostitutiebedrijf.
10.2 Strijdig gebruik woningen
10.3 Risicobronnen in de vorm van opslagtanks
Artikel 11 Algemene Aanduidingsregels
11.1 Geluidzone - hogere grenswaarden
11.2 Milieuzone - geurzone 1
11.3 Milieuzone - geurzone 2
11.4 Vrijwaringszone
Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone' blijven de geldende onderliggende agrarische bestemmingen (uit de bestemmingsplannen 'Chw omgevingsplan buitengebied Rijssen-Holten', 'Wonen Rijssen, Oosterhof en Verenland' en 'Buitengebied Rijssen-Holten') met de bestaande mogelijkheden onverkort van kracht, met uitzondering van met akkerbouw en vollegrondstuinbouw samenhangende gewasbescherming.
11.5 Wetgevingzone - kostenverhaal
11.6 Wetgevingzone - exploitatiegebied
- a. de kosten van de grondexploitatie worden verhaald ten laste van de gronden gelegen binnen het exploitatiegebied waarop aangewezen bouwplannen zijn voorzien;
- b. het exploitatiegebied is met de aanduiding 'wetgevingzone - exploitatiegebied' zodanig aangewezen op de verbeelding;
- c. een exploitatieplan kan, in afwijking van artikel 6.12 eerste en derde lid Wet ruimtelijke ordening, worden vastgesteld bij een omgevingsvergunning voor het bouwen.
Artikel 12 Algemene Afwijkingsregels
12.1 Afwijkingsbevoegdheid
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken:
- a. indien en voor zover afwijkingen ten aanzien van de ligging van bouw- en aanduidingsgrenzen, mits die afwijkingen ten opzichte van hetgeen is aangegeven niet meer dan 5 m bedragen.
12.2 Afwegingskader
De onder artikel 12.1 bedoelde omgevingsvergunning mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van:
- a. het straat- en bebouwingsbeeld;
- b. de stedenbouwkundige structuur;
- c. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en/of bouwwerken;
- d. de verkeersveiligheid;
- e. de fysieke veiligheid;
- f. landschappelijke en natuurlijke waarden;
- g. de milieusituatie;
- h. de externe veiligheid.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 13 Overgangsrecht
13.1 Overgangsrecht bouwwerken
13.2 Overgangsrecht gebruik
Artikel 14 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het 'Chw bestemmingsplan Wonen Rijssen, Opbroek Oost'.
Bijlage 1 Beeldkwaliteit
Bijlage 2 Handreiking Natuurinclusief Bouwen
Bijlage 2 Handreiking natuurinclusief bouwen
Bijlage 1 Toets Ladder Voor Duurzame Verstedelijking
Bijlage 1 Toets Ladder voor duurzame verstedelijking
Bijlage 2 Vormvrije M.e.r.-beoordeling
Bijlage 2 Vormvrije m.e.r.-beoordeling
Bijlage 3 Vooronderzoek Bodem
Bijlage 4 Verkennend Asbestbodemonderzoek
Bijlage 4 Verkennend asbestbodemonderzoek
Bijlage 5 Quick Scan Bedrijven En Milieuzonering
Bijlage 5 Quick scan bedrijven en milieuzonering
Bijlage 6 Geuronderzoek
Bijlage 7 Akoestisch Onderzoek Wegverkeerslawaai
Bijlage 7 Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai
Bijlage 8 Onderzoek Externe Veiligheid
Bijlage 8 Onderzoek externe veiligheid
Bijlage 9 Quick Scan Luchtkwaliteit
Bijlage 9 Quick scan luchtkwaliteit
Bijlage 10 Natuurtoets
Bijlage 11 Activiteitenplan
Bijlage 12 Onderzoek Stikstofdepositie
Bijlage 12 Onderzoek stikstofdepositie
Bijlage 13 Watertoets
Bijlage 14 Archeologisch Onderzoek
Bijlage 14 Archeologisch onderzoek