Kernen Obbicht en Grevenbicht
Bestemmingsplan - Gemeente Sittard-Geleen
Vastgesteld op 07-10-2010 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 het plan:
het bestemmingsplan Kernen Obbicht en Grevenbicht van de gemeente Sittard - Geleen.
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1883.BPKernObbichtGrev-va01 met de bijbehorende regels en bijlagen;
1.3 aan huis gebonden bedrijf:
een bedrijf, gericht op het beroepsmatig verlenen van diensten en zorg of het uitoefenen van (ambachtelijke) bedrijvigheid door middel van handwerk, dat door de bewoner(s) van een woning in of vanuit die woning of een bijbehorend bijgebouw dan wel, in geval van een meergezinswoning of bovenwoning, vanuit de begane grondverdieping van een gebouw wordt uitgeoefend, waarbij de woning in hoofdzaak de woonfunctie behoudt;
1.4 aan huis gebonden beroep:
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, zakelijk, maatschappelijk, juridisch, (para)medisch, therapeutisch, lichaamsverzorgend, ontwerptechnisch of kunstzinnig of hiermee gelijk te stellen gebied, dat door de bewoner(s) van een woning in of vanuit die woning of een bijbehorend bijgebouw dan wel, in geval van een meergezinswoning of bovenwoning, vanuit de begane grondverdieping van een gebouw wordt uitgeoefend, waarbij de woning in hoofdzaak de woonfunctie behoudt, een kapsalon hieronder begrepen;
1.5 aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.6 afhankelijke woonruimte:
een bijgebouw dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de woning en waarin een gedeelte van de huishouding uit een oogpunt van mantelzorg gehuisvest is;
1.7 agrarisch bedrijf:
een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen of het houden van dieren;
1.8 ander-werk:
een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheid;
1.9 archeologische waarde:
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de kennis en studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden;
1.10 bebouwing:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
1.11 bebouwingspercentage:
de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen op een bouwperceel, dan wel binnen
een bestemmingsvlak of bouwvlak, zoals nader bepaald in deze regels, in procenten van de oppervlakte van dat bouwperceel, bestemmingsvlak respectievelijk bouwvlak;
1.12 bedrijf:
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis gebonden beroepen daaronder niet begrepen;
1.13 bestemmingsgrens:
de grens van een bestemmingsvlak;
1.14 bestemmingsvlak:
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
1.15 bijgebouw (inclusief aan- en uitbouw)
een al dan niet vrijstaand gebouw, dat door zijn constructie en/of afmetingen ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel staand hoofdgebouw;
1.16 bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
1.17 bouwgrens:
de grens van een bouwvlak;
1.18 bouwlaag:
een boven het peil gelegen en doorlopend gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;
1.19 bouwperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge deze regels een zelffstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
1.20 bouwvlak:
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
1.21 bouwwerk:
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
1.22 bovenwoning:
een woning, die zich geheel of nagenoeg geheel bevindt boven de begane grond verdieping van een gebouw;
1.23 bedrijfsvloeroppervlak:
de inpandige en overdekte ruimte die wordt benut in verband met de uitoefening van een bedrijf;
1.24 calamiteit:
een onvermijdelijk, eenmalig, buiten de schuld van de eigenaar en/of gebruiker van het bouwwerk veroorzaakt onheil; van een calamiteit is in ieder geval geen sprake bij tenietgaan (mede) door slecht onderhoud;
1.25 detailhandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of (af)leveren van goederen aan diegenen die deze goederen kopen voor gebruik en/of verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van beroeps- of bedrijfsactiviteiten;
1.26 dienstverlenend bedrijf/zakelijke dienstverlening:
een kantoor of een bedrijf met een publieksgerichte functie dat in hoofdzaak is gericht op het ter plaatse bedrijfsmatig verlenen van diensten aan of ten gerieve van bedrijven/personen, zoals een voorlichtings-, advies-, reis- en uitzendbureau, een makelaars- en/of verzekerinskantoor of bank;
1.27 dienstwoning/bedrijfswoning
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die kennelijk slechts is bedoeld voor de huisvesting van (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van de grond, noodzakelijk moet worden geacht;
1.28 eengezinswoning
een complex van ruimten dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van een huishouden;
1.29 erf:
een al of niet omheind stuk grond, in ruimtelijke opzicht direct behorende bij, in functioneel opzicht ten dienste van en in feitelijk opzicht direct aansluitend aan een woning of een ander gebouw, waarop ingevolge de regels van het plan geen hoofdbebouwing is toegestaan en dat in beginsel behoort tot de kavel(s) waarop de woning of het andere gebouw is geplaatst, zoals dat blijkt uit kadastrale gegevens;
1.30 erker:
een uitbreiding van het hoofdgebouw op de begane grond, geen afzonderlijke ruimte zijnde, waarvan de bestemming overeenkomt met de bestemming van het hoofdgebouw;
1.31 gebouw:
elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.32 hoofdgebouw:
een gebouw dat op een bouwperceel, door zijn constructie, bouwmassa, ruimtelijke uitstraling en/of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als het belangrijkste bouwwerk is aan te merken;
1.33 horeca:
het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse, waarbij het doen beluisteren van overwegend mechanische muziek en het gelegenheid geven tot dansen een wezenlijk onderdeel kunnen vormen, alsmede het bedrijfsmatig verstrekken van logies;
1.34 huishouden
de bewoning van een woning door:
- a. een persoon;
- b. meerdere personen in de vorm van een samenlevingsverband, niet zijnde kamerverhuur;
1.35 kampeermiddel:
- a. een tent, tentwagen, een kampeerauto of een caravan;
- b. enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelten daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde;
een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of gebouwd dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
1.36 kantoor:
een ruimte of een complex van ruimten welke is bestemd om te worden gebruikt voor administratieve werkzaamheden;
1.37 kunstuiting:
voortbrengsel van de beeldende kunsten; kunstwerk;
1.38 kwetsbaar object:
een (beperkt) kwetsbaar object, zoals bedoeld in artikel 1 van het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen;
1.39 maatschappelijke voorzieningen:
voorzieningen, bestemd voor medische en verzorgende, sociaal-culturele, religieuze, militaire, educatieve en openbare dienstverlenende instellingen;
1.40 mantelzorg:
het bieden van zorg aan een ieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband;
1.41 meergezinswoning of gestapelde woning:
een gebouw dat dient voor de huisvesting van meerdere huishoudens in afzonderlijke woonruimten;
1.42 onderbouw:
een gedeelte van een gebouw, dat wordt afgedekt door een vloer waarvan de
bovenkant minder dan 1,20 m boven het peil is gelegen;
1.43 ondergeschikte bouwdelen/bouwdelen van ondergeschikt belang:
bouwdelen van beperkte afmetingen, die buiten de hoofdmassa van het hoofdgebouw uitsteken, zoals schoorstenen, antennemasten, windvanen, vlaggenmasten, wolfseinden en andere ondergeschikte dakopbouwen;
1.44 ondergronds:
beneden het peil;
1.45 peil:
de gemiddelde hoogte van het aansluitende, afgewerkte terrein ter plaatse van het bouwperceel;
1.46 prostitutiebedrijf:
een inrichting of instelling gericht op het tegen betaling doen plaatsvinden van seksuele omgang met prostituees op een naar buiten toe kenbare wijze, zoals
een bordeel of escortservice;
1.47 seks- en of pornobedrijf:
een inrichting of instelling gericht op het doen plaatsvinden van voorstellingen en/of vertoningen van erotische en/of pornografische aard dan wel voor detailhandel in seks- en/of pornoartikelen, zoals een seksbioscoop, seksclub, seksautomaat of sekswinkel;
1.48 staat van bedrijfsactiviteiten:
een als bijlage bij deze regels behorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst van bedrijven en instellingen;
1.49 staat van horeca-activiteiten:
een als bijlage bij deze regels behorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst van horecabedrijven;
1.50 standplaats:
een kavel, bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten;
1.51 verharden van wegen:
het aanbrengen van een dichte deklaag in de vorm van bijvoorbeeld klinkers, asfalt of beton;
1.52 verkoopvloeroppervlak/nettovloeroppervlak:
het totale vloeroppervlak van een winkel/horecabedrijf, dat voor het winkelend/bezoekend publiek toegankelijk is;
1.53 voorste bouwgrens:
de naar het verkeers- of verblijfsgebied gekeerde bouwgrens;
1.54 wonen:
het gebruiken van een gebouw als woning;
1.55 woning:
een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de huisvesting van één huishouden;
1.56 woonwagen:
een voor bewoning bestemd gebouw dat is geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst;
In deze regels wordt mede verstaan onder:
1.57 gebruiken:
het doen gebruiken, laten gebruiken en in gebruik geven;
1.58 uitvoeren:
het doen uitvoeren, laten uitvoeren en in uitvoering geven.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.1 afstand van een bouwwerk tot de zijdelingse perceelsgrens:
tussen de zijdelingse grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is;
2.2 goothoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeiboord of een daaraan gelijk te stellen constructiedeel;
2.3 bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
2.4 inhoud van een bouwwerk
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
2.5 oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
2.6 horizontale diepte van een bouwwerk:
tussen het voorste en het achterste punt van het bouwwerk, gemeten tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of de harten van gemeenschappelijke scheidsmuren dan wel scheidslijnen en op het peil;
2.7 verticale diepte van een ondergronds bouwwerk:
van het peil tot aan de bovenzijde van de afgewerkte vloer van het ondergrondse (deel van het) bouwwerk.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Agrarisch" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. agrarisch grondgebruik;
alsmede voor:
- b. voet- en fietspaden;
- c. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- d. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
- e. bouwwerken, geen gebouw zijnde.
3.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 3.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. gebouwen zijn niet toegestaan;
- b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 2 m bedragen.
Artikel 4 Agrarisch - Agrarisch Bedrijf
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Agrarisch - Agrarisch bedrijf” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. de uitoefening van een agrarisch bedrijf;
- b. bestaande (inpandige) dienstwoningen, behorende bij het ter plaatse gevestigde bedrijf.
alsmede voor:
- c. erven;
- d. nutsvoorzieningen;
- e. parkeervoorzieningen;
- f. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- g. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
- h. gebouwen;
- i. bouwwerken, geen gebouwen zijnde die bij de bestemming passen.
4.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 1. omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende regels:
- a. hoofdgebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" worden gebouwd;
- b. de goothoogte en bouwhoogte van gebouwen alsmede de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen op een bouwvlak bedraagt maximaal de op de verbeelding aangegeven goothoogte, bouwhoogte respectievelijk bebouwingspercentage;
- c. dienstwoningen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding ‘bedrijfswoning’;
- d. per bouwvlak is één dienstwoning vrijstaand dan wel opgenomen in de bedrijfsbebouwing toegestaan, onder de volgende voorwaarden:
- 1. bij een vrijstaande dienstwoning zijn de volgende regels van toepassing:
- de inhoud van de woning mag niet meer bedragen dan 650 m3.
- de goothoogte mag niet meer bedragen dan 6 m.
- de (nok)hoogte mag niet meer bedragen dan 10 m.
- 2. bij een in de dienstbebouwing opgenomen dienstwoning zijn de volgende regels van toepassing:
- de inhoud van de woning mag niet meer bedragen dan 650 m3.
- de goot- en nokhoogte zoals toegestaan voor bedrijfsgebouwen, mag niet worden overschreden.
- e. de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag ten hoogste bedragen:
- 1. van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens 1 m;
- 2. van erfafscheidingen in of achter de voorste bouwgrens 2 m;
- 3. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 3 m.
- 1. bij een vrijstaande dienstwoning zijn de volgende regels van toepassing:
4.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van:
- a. de situering, de oppervlakte, de (goot)hoogte van bebouwing;
- b. de aard, de hoogte en de situering van erfafscheidingen;
- c. de aard, situering en oppervlakte van verhardingen;
- d. voorzieningen ter voorkoming van hemelwaterproblematiek in verband met de nieuwe bebouwing;
Een en ander op basis van een landschappelijk inpassingsplan (en / of stedenbouwkundig ontwerp).
4.4 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 4.2 onder e voor de realisatie van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens met een hoogte van maximaal 2 m.
4.5 Specifieke gebruiksregels
Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt tevens verstaan:
- a. het gebruik van (vrijstaande) bijgebouwen als zelfstandige woning en/of als afhankelijke woonruimte.
- b. het gebruik van gronden als kampeer- of caravanterrein.
- c. het gebruik van door splitsing van oorspronkelijke hoofdgebouwen ontstane meerdere zelfstandige woningen.
4.6 Ontheffing van de gebruiksregels
- a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 4.5. onder a voor het gebruik van een (vrijstaand) bijgebouw als afhankelijke woonruimte, mits:
- 1. een dergelijke bewoning plaatsvindt in het kader van mantelzorg;
- 2. het gebruik beperkt blijft tot de in lid 4.2 onder a en b genoemde bouwmogelijkheden voor bijgebouwen;
- 3. de belangen van de rechthebbenden op de aan het bouwperceel grenzende gronden niet onevenredig worden geschaad;
- 4. gebruik wordt gemaakt van het dichtst bij het hoofdgebouw gelegen bijgebouw, tenzij op grond van doelmatigheidsmotieven een ander op het perceel gelegen bijgebouw meer geschikt is;
- 5. de afhankelijke woonruimte wordt bewoond door degene(n) die zorg nodig heeft/hebben;
- 6. geen extra ontsluiting wordt toegevoegd;
- 7. het parkeren op eigen erf plaatsvindt.
- b. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 4.1 resp. lid 4.5 onder a voor het tijdelijk huisvesten van seizoensarbeiders mits:
- 1. een dergelijke huisvesting noodzakelijk is vanuit het oogpunt van de tijdelijke grote behoefte aan arbeiders in het betreffende bedrijf;
- 2. er elders onvoldoende structurele voorzieningen zijn voor de tijdelijke huisvesting;
- 3. uitsluitend werknemers gehuisvest worden die in het betreffende agrarisch bedrijf werkzaam zijn;
- 4. de huisvesting niet langer dan 6 maanden per kalenderjaar bedraagt;
- 5. de huisvesting plaats vindt in bestaande gebouwen of in maximaal een tot vijf units binnen het bestaande bouwkavel;
- 6. de gezamenlijke oppervlakte voor de tijdelijke huisvesting niet meer bedraagt dan 120 m²;
- 7. niet meer dan 20 tijdelijke werknemers op deze wijze gehuisvest mogen zijn;
- 8. de goothoogte van de units niet meer dan 3,00 m. mag bedragen;
- 9. het gebruik niet leidt tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkeling van de omliggende bedrijven;
- 10. het woon- en leefklimaat niet onevenredig wordt aangetast;
- 11. de afstand tussen kassen en boomgaarden van derden dient minstens 50 m. te bedragen;
- 12. voldaan is aan de bepalingen van de Wet geluidhinder;
- 13. er sprake is van een goede landschappelijke inpassing.
- c. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 4.1 resp. lid 4.5 onder b voor het plaatsen van niet meer dan 15 kampeermiddelen ten behoeve van seizoenskamperen, mits:
- 1. het recreatieve gebruik geen onevenredige schade toebrengt aan de nabijgelegen bestemmingen;
- 2. nabij gelegen bedrijven niet beperkt worden in hun bedrijfsvoering;
- 3. de kampeermiddelen op het bestemmingsvlak zodanig worden gesitueerd en dat sprake is van een goede stedenbouwkundige, cultuurhistorische en landschappelijke inpassing.
Artikel 5 Bedrijf
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Bedrijf" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. een bedrijf uit categorieën 1 en 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten ter plaatse van de aanduiding 'Bedrijf van categorie 1 en 2';
- b. een aannemersbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - aannemersbedrijf';
- c. een atelier ter plaatse van de aanduiding 'atelier';
- d. een autoschadebedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - autoschadebedrijf';
- e. een bakkerij ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bakkerij';
- f. een drukkerij ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - drukkerij';
- g. een bedrijf gericht op grafische afwerking ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - grafische afwerking';
- h. een garagebedrijf ter plaatse van de aanduiding 'garage';
- i. een garagebedrijf en fietsreparatie ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - garagebedrijf en fietsreparatie';
- j. een gevelrenovatiebedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - gevelrenovatie';
- k. een keukencentrum ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - keukencentrum';
- l. een polyesterverwerkingsbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - polyesterverwerking';
- m. een regioschoonmaak bedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - regioschoonmaak';
- n. een schildersbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - schildersbedrijf';
- o. een timmerbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - timmerbedrijf';
- p. een tandtechnisch laboratorium ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - tandtechnisch laboratorium';
- q. een transportbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - transportbedrijf';
- r. een verhuurbedrijf in feestartikelen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - verhuurbedrijf feestartikelen';
- s. een viskwekerij ter plaatse van de aanduiding 'viskwekerij';
alsmede voor:
- t. erven;
- u. nutsvoorzieningen;
- v. parkeervoorzieningen;
- w. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- x. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
- y. gebouwen;
- z. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
5.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 5.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. gebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' worden gebouwd;
- b. de goothoogte en bouwhoogte van gebouwen alsmede de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen op een bouwvlak bedraagt maximaal de op de verbeelding
- c. bedrijfswoningen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
- d. per bouwperceel is één bedrijfswoning vrijstaand dan wel opgenomen in de bedrijfsbebouwing toegestaan, onder de volgende voorwaarden:
- 1. Bij een vrijstaande woning zijn de volgende bepalingen van toepassing:
- De inhoud van de woning mag niet meer bedragen dan 650 m³.
- De goothoogte mag niet meer bedragen dan 6 m.
- De (nok)hoogte niet meer dan bedragen 10 m.
- 2. Bij een in de bedrijfsbebouwing opgenomen bedrijfswoning zijn de volgende bepalingen van toepassing:
- De inhoud van de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 650 m3;
- De goot- en (nok)hoogte zoals toegestaan voor bedrijfsgebouwen, mag niet worden overschreden.
- 1. Bij een vrijstaande woning zijn de volgende bepalingen van toepassing:
- e. de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag ten hoogste bedragen:
- 1. van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens 1 m;
- 2. van erfafscheidingen in of achter de voorste bouwgrens 2 m;
- 3. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 3 m.
- f. nutsvoorzieningen mogen binnen en buiten de op de verbeelding aangegeven bouwvlakken worden gebouwd, met dien verstande dat:
- 1. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 15 m²;
- 2. de hoogte niet meer bedraagt dan 3 m.
5.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 5.2 onder e voor de realisatie van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens met een hoogte van maximaal 2 m.
5.4 Specifieke gebruiksregels
- a. Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt tevens verstaan het gebruik van (gedeelten) van de gebouwen voor een aan huis gebonden beroep of een aan huis gebonden bedrijf, behoudens ter plaatse van de desbetreffende aanduiding.
- b. Ten aanzien van de in lid 5.1 genoemde functies gelden de volgende beperkingen:
- 1. sex- en/of pornobedrijven en/of prostitutiebedrijven zijn niet toegestaan;
- 2. detailhandel en zelfstandige kantoren zijn niet toegestaan, met uitzonderingen van detailhandel als genoemd in de staat van bedrijfsactiviteiten en/of ter plaatse van de desbetreffende aanduiding; bij het keukencentrum is een showroom toegestaan met een omvang vna maximaal 180 m2;
- 3. benzineservicestations met LPG-verkoop zijn niet toegestaan;
- 4. inrichtingen als bedoeld in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer zijn niet toegestaan;
- 5. het aantal bedrijven per bestemmingsvlak mag niet meer bedragen dan het op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van het plan bestaande aantal.
5.5 Ontheffing van de gebruiksregels
Artikel 6 Bedrijf - Nutsvoorziening
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Bedrijf - Nutsvoorziening" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. openbare nutsvoorzieningen;
alsmede voor:
- b. groenvoorzieningen en verhardingen;
- c. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
- d. gebouwen;
- e. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
6.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 6.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. gebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' worden gebouwd;
- b. de goothoogte en bouwhoogte van gebouwen mag ten hoogste 4 m bedragen;
- c. de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag ten hoogste bedragen voor:
- 1. erfafscheidingen 2 m;
- 2. overige bouwwerken, geen gebouw zijnde 3 m.
Artikel 7 Detailhandel
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Detailhandel" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. detailhandel;
alsmede voor:
- b. erven;
- c. nutsvoorzieningen;
- d. parkeervoorzieningen;
- e. water en voorzieningen ten behoeve de waterhuishouding;
- f. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
- g. hoofdgebouwen;
- h. bijgebouwen;
- i. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
7.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 7.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. gebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" worden gebouwd;
- b. de goothoogte en bouwhoogte van gebouwen alsmede de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" bedraagt maximaal de op de verbeelding aangegeven goothoogte, bouwhoogte respectievelijk bebouwingspercentage;
- c. bedrijfswoningen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
- d. per bouwperceel is één bedrijfswoning vrijstaand dan wel opgenomen in de bedrijfsbebouwing toegestaan, onder de volgende voorwaarden:
- 1. Bij een vrijstaande woning zijn de volgende bepalingen van toepassing:
- De inhoud van de woning mag niet meer bedragen dan 650 m³.
- De goothoogte mag niet meer bedragen dan 6 m.
- De (nok)hoogte niet meer dan bedragen 10 m.
- 2. Bij een in de bedrijfsbebouwing opgenomen bedrijfswoning zijn de volgende bepalingen van toepassing:
- De inhoud van de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 650 m3;
- De goot- en (nok)hoogte zoals toegestaan voor bedrijfsgebouwen, mag niet worden overschreden.
- 1. Bij een vrijstaande woning zijn de volgende bepalingen van toepassing:
- e. de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag ten hoogste bedragen:
- 1. van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens 1 m;
- 2. van erfafscheidingen in of achter de voorste bouwgrens 2 m;
- 3. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 3 m.
- f. nutsvoorzieningen mogen binnen en buiten de op de verbeelding aangegeven bouwvlakken worden gebouwd, met dien verstande dat:
- 1. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 15 m²;
- 2. de hoogte niet meer bedraagt dan 3 m.
7.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 7.2 onder e voor de realisatie van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens met een hoogte van maximaal 2 m.
Artikel 8 Dienstverlening
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Dienstverlening" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. dienstverlenende bedrijven, kantoren en instellingen op financieel, juridisch of (ontwerp)-technisch gebied dan wel op het gebied van communicatie, informatie en adviezen;
alsmede voor:
- b. erven;
- c. nutsvoorzieningen;
- d. parkeervoorzieningen;
- e. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- f. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
- g. hoofdgebouwen;
- h. bijgebouwen;
- i. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
8.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 8.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. gebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" worden gebouwd;
- b. de goothoogte en bouwhoogte van gebouwen alsmede de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" bedraagt maximaal de op de verbeelding aangegeven goothoogte, bouwhoogte respectievelijk bebouwingspercentage;
- c. de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag ten hoogste bedragen:
- 1. van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens 1 m;
- 2. van erfafscheidingen in of achter de voorste bouwgrens 2 m;
- 3. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 3 m.
- d. nutsvoorzieningen mogen binnen en buiten de op de verbeelding aangegeven bouwvlakken worden gebouwd, met dien verstande dat:
- 1. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 15 m²;
- 2. de hoogte niet meer bedraagt dan 3 m.
8.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 8.2 onder c voor de realisatie van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens met een hoogte van maximaal 2 m.
Artikel 9 Groen
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Groen" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. plantsoenen, groenstroken en overige aanplanten,
- b. behoud en bescherming van een grensheuvel ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van waarde - grafheuvel';
alsmede voor:
- c. voet- en fietspaden;
- d. speelvoorzieningen;
- e. kunstuitingen;
- f. nutsvoorzieningen;
- g. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
met bijbehorende:
- h. bouwwerken, geen gebouw zijnde;
9.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 9.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. gebouwen zijn niet toegestaan;
- b. de bouwhoogte van speelvoorzieningen en kunstuitingen mag ten hoogste 6 m bedragen;
- c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 2 m bedragen.
Artikel 10 Horeca
10.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Horeca" aangewezen gronden zijn bestemd voor horeca overeenkomstig de aanduiding:
- a. aan de detailhandelsfunctie verwante lichte horeca, als vermeld in de staat van horeca-activiteiten, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - categorie I';
- b. overige lichte horeca, als vermeld in de staat van horeca-activiteiten, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - categorie II;'
- c. middelzware horeca, als vermeld in de staat van horeca-activiteiten, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - categorie III';
- d. bescherming en behoud van de monumentale boom ter plaatse van de aanduiding 'monumentale boom';
alsmede voor:
- e. terrassen;
- f. erven;
- g. nutsvoorzieningen;
- h. parkeervoorzieningen;
- i. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- j. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:oofdgebouwen;
- k. hoofdgebouwen;
- l. bijgebouwen;
- m. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
10.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 10.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. gebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" worden gebouwd;
- b. ter plaatse van de aanduiding “dienstwoning toegestaan” is een dienstwoning toegestaan;
- c. de goothoogte en bouwhoogte van gebouwen alsmede de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" bedraagt maximaal de op de verbeelding aangegeven goothoogte, bouwhoogte respectievelijk bebouwingspercentage;
- d. bedrijfswoningen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
- e. per bouwperceel is één bedrijfswoning vrijstaand dan wel opgenomen in de bedrijfsbebouwing toegestaan, onder de volgende voorwaarden:
- 1. Bij een vrijstaande woning zijn de volgende bepalingen van toepassing:
- De inhoud van de woning mag niet meer bedragen dan 650 m³.
- De goothoogte mag niet meer bedragen dan 6 m.
- De (nok)hoogte niet meer dan bedragen 10 m.
- 2. Bij een in de bedrijfsbebouwing opgenomen bedrijfswoning zijn de volgende bepalingen van toepassing:
- De inhoud van de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 650 m3;
- De goot- en (nok)hoogte zoals toegestaan voor bedrijfsgebouwen, mag niet worden overschreden.
- 1. Bij een vrijstaande woning zijn de volgende bepalingen van toepassing:
- f. de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag ten hoogste bedragen:
- 1. van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens 1 m;
- 2. van erfafscheidingen in of achter de voorste bouwgrens 2 m;
- 3. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 3 m.
- g. nutsvoorzieningen mogen binnen en buiten de op de verbeelding aangegeven bouwvlakken worden gebouwd, met dien verstande dat:
- 1. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 15 m²;
- 2. de hoogte niet meer bedraagt dan 3 m.
10.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 10.2 onder f voor de realisatie van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens met een hoogte van maximaal 2 m.
10.4 Onthefffing van de gebruiksregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 10.1 voor:
- a. de vestiging van horecabedrijven in een lagere categorie dan op de verbeelding aangegeven;
- b. horeca-activiteiten die niet zijn vermeld in de staat van horeca-activiteiten, mits:
- 1. de horeca-activiteiten voor wat betreft de aard en omvang van de milieuhinder die zij veroorzaken, gelijk gesteld kunnen worden aan horeca-activiteiten behorende tot categorie I, II of III als vermeld in de staat van horeca-activiteiten;
- 2. de horeca-activiteiten niet leiden tot een onevenredige inbreuk op het woon- en leefklimaat in de omgeving.
Artikel 11 Maatschappelijk
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Maatschappelijk" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. instellingen en voorzieningen op medisch, sociaal-cultureel, educatief of religieus gebied dan wel op het gebied van sport en recreatie of openbaar bestuur, waaronder begrepen bejaarden- en verzorgingstehuizen;
- b. een begraafplaats,;
- c. behoud en bescherming van een grafheuvel ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van waarde - grafheuvel';
- d. bescherming en behoud van de monumentale boom ter plaatse van de aanduiding 'monumentale boom';
alsmede voor:
- e. ondergeschikte horeca en detailhandel ten dienste van de onder a genoemde doeleinden;
- f. erven;
- g. nutsvoorzieningen;
- h. parkeervoorzieningen;
- i. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- j. overige bijgehorende voorzieningen;
met bijbehorende
- k. gebouwen;
- l. bouwwerken, geen gebouw zijnde.
11.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 11.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. de gebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" worden opgericht;
- b. de goothoogte en bouwhoogte van gebouwen alsmede de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" bedraagt maximaal de op de verbeelding aangegeven goothoogte, bouwhoogte respectievelijk bebouwingspercentage;
- c. de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag ten hoogste bedragen:
- 1. van erfafscheidingen in of achter de voorste bouwgrens 2 m;
- 2. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 3 m.
- d. nutsvoorzieningen mogen binnen en buiten de op de verbeelding aangegeven bouwvlakken worden gebouwd, met dien verstande dat:
- 1. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 15 m²;
- 2. de hoogte niet meer bedraagt dan 3 m.
11.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 11.2 onder c voor de realisatie van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens met een hoogte van maximaal 2 m.
Artikel 12 Sport
12.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Sport" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. binnen- en buitensportbeoefening;
- b. een sporthal ter plaatse van de aanduiding 'sporthal';
alsmede voor:
- c. ondergeschikte horeca en detailhandel ten dienste van de onder a en b genoemde doeleinden;
- d. speelvoorzieningen;
- e. groenvoorzieningen;
- f. kunstuitingen;
- g. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- h. parkeervoorzieningen;
- i. nutsvoorzieningen;
- j. voorzieningen ten behoeve van de telecommunicatie;
- k. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
- l. gebouwen;
- m. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
12.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 12.1omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. gebouwen mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken worden gebouwd;
- b. de goothoogte en bouwhoogte van gebouwen bedraagt maximaal de op de verbeelding aangegeven goothoogte respectievelijk bouwhoogte;
- c. de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, bedraagt maximaal voor:
- 1. erfafscheidingen 2 m;
- 2. speelvoorzieningen en kunstuitingen 6 m;
- 3. lichtmasten 9 m;
- 4. masten t.b.v. de telecommunicatie 20 m;
- 5. overige bouwwerken, geen gebouw zijnde 3 m.
- d. nutsvoorzieningen mogen binnen en buiten de op de verbeelding aangegeven bouwvlakken worden gebouwd, met dien verstande dat:
- 1. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 15 m²;
- 2. de hoogte niet meer bedraagt dan 3 m.
Artikel 13 Tuin
13.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. tuin;
alsmede voor:
- b. water en voorzieingen ten behoeve van de waterhuishouding;
- c. nutsvoorzieningen';
- d. parkeervoorzieningen;
met de bijbehorende:
- a. bestaande bijgebouwen ten behoeve van de bestemming 'Wonen';
- b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
13.2 Bouwregels:
Bouwen is uitsluitend toegestaan:
- a. ten dienste van de in lid 13.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende regels:
- uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan, met dien verstande dat de bestaande bijgebouwen ter plaatse mogen worden gehandhaafd en herbouwd in maximaal de bestaande maatvoering;
- de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, ten hoogste mag bedragen:
- b. van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens 1 m;
- c. van erfafscheidingen in of achter de voorste bouwgrens 2 m;
- d. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 3 m.
- 1. ten dienste van de in artikel 17 lid 1, 18 lid 1 en 19 lid 1 omschreven doeleinden ten behoeve van tot gebouwen behorende stoepen, stoeptreden, trappen(huizen), galerijen, hellingbanen, funderingen, balkons, erkers, entreeportalen, veranda's en afdaken, mits:
- de overschrijding niet meer bedraagt dan 1,5 m;
- de hoogte van erkers, entreeportalen en veranda's niet meer bedragt dan de hoogte hoogte van de eerste bouwlaag van het betreffende gebouwen + 0,25 m;
- de breedte van erkers, entreeportalen en veranda's niet meer bedraagt dan 60% van de breedte van de betreffende gevel van het gebouw.
13.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 13.2 onder b voor de realisatie van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens met een hoogte van maximaal 2 m.
Artikel 14 Verkeer
14.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Verkeer" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wegen en voet- en fietspaden ten behoeve van doorgaand en overig verkeer;
alsmede voor:
- b. parkeervoorzieningen en andere openbare ruimten;
- c. groenvoorzieningen;
- d. kunstuitingen;
- e. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- f. nutsvoorzieningen;
- g. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
- h. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
14.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 14.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. gebouwen zijn niet toegestaan;
- b. de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag ten hoogste bedragen:
- 1. van verlichting 6 m;
- 2. van voorzieningen voor de verkeersgeleiding 10 m;
- 3. van kunstuitingen 12 m;
- 4. van overige bouwwerken, geen gebouw zijnde 2 m.
- c. nutsvoorzieningen mogen binnen en buiten een op de verbeelding aangegeven bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat:
- 1. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 15 m²;
- 2. de hoogte niet meer bedraagt dan 3 m;
Artikel 15 Verkeer - Verblijfsgebied
15.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Verkeer - Verblijfsgebied" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wegen, voet- en fietspaden;
- b. pleinen;
- c. parkeerterreinen en andere openbare ruimten;
met zowel een functie voor verblijf als voor verkeer gericht op aangrenzende en nabijgelegen bestemmingen,
alsmede voor:
- d. speelvoorzieningen;
- e. groenvoorzieningen;
- f. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- g. kunstuitingen;
- h. nutsvoorzieningen;
- i. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
- j. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
15.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 15.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. gebouwen zijn niet toegestaan;
- b. nutsvoorzieningen mogen worden gebouwd, met dien verstande dat:
- 1. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 15 m²;
- 2. de hoogte niet meer bedraagt dan 3 m.
- c. de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag ten hoogste bedragen:
- 1. van verlichting 6 m;
- 2. van speelvoorzieningen 6 m;
- 3. van kunstuitingen 12 m;
- 4. van overige bouwwerken, geen gebouw zijnde 2 m.
Artikel 16 Water
16.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Water” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. aan- en afvoer van water;
- b. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- c. waterberging;
alsmede voor:
- d. oevers en kaden;
- e. groenvoorzieningen;
- f. overige bijbehorende voorzieningen die bij de bestemming passen;
met bijbehorende:
- g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals bruggen, duikers en oeverbeschoeiingen.
16.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 16.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. gebouwen zijn niet toegestaan;
- b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 2 m. bedragen.
Artikel 17 Wonen
17.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Wonen" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen;
- b. bescherming en behoud van de monumentale boom ter plaatse van de aanduiding 'monumentale boom';
alsmede ter plaatse van de betreffende aanduiding voor bedrijvigheid overeenkomstig deze aanduiding:
- c. een assurantie- en administratiekantoor ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van kantoor - assurantie- en administratiekantoor';
- d. een adviesbureau ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van kantoor - adviesbureau';
- e. een bouwkostenadviesbureau ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van kantoor - bouwkostenadviesbureau';
- f. een electrobedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - electrobedrijf';
- g. een financieel adviesbureau ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van kantoor - financieel adviesbureau';
- h. een fiscaal - juridisch adviesbureau ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van kantoor - fiscaal - juridisch adviesbureau';
- i. een geluidsverhuurbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - geluidsverhuur'
- j. een hondentrimshop en dierenbenodigdhedenwinkel ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - hondentrimshop - dierenbenodigdheden';
- k. een hovenier ter plaatse van de aanduiding 'hovenier';
- l. een installatiebedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - intallatiebedrijf';
- m. een installatietechniekbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - installatietechniek';
- n. een installatie- en verwarmingsbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - installatie- en verwarmingsbedrijf';
- o. een installatiebedrijf rolluiken en zonweringen ter plaatse van de aanduiding 'specifiek vorm van bedrijf - installatiebedrijf rolluiken en zonweringen';
- p. een juridisch adviesbureau ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van kantoor - juridisch adviesbureau';
- q. een kleinschalig ambachtelijk bedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - kleinschalig ambachtelijk bedrijf';
- r. maatschappelijke doeleinden, uitsluitend op de begane grond ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk';
- s. een makelaarskantoor ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van kantoor - makelaarskantoor';
- t. een meubelmakerij en showroom ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - meubelmakerij en showroom';
- u. een montagebedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - montagebedrijf';
- v. een reclamebedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - reclamebedrijf';
- w. een reinigings- en schoonmaakbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - reinigings- en schoonmaakbedrijf';
- x. een taxatie- en makelaarskantoor ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van kantoor - taxatie- en makelaarskantoor';
- y. een vloerenleggersbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - vloerenleggersbedrijf';
- z. een verhuurbedrijf in feestartikelen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - verhuurbedrijf feestartikelen';
alsmede voor:
- aa. erven;
- ab. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- ac. nutsvoorzieningen;
met bijbehorende:
- ad. hoofdgebouwen;
- ae. bijgebouwen;
- af. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
17.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 17.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. hoofdgebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" worden gebouwd;
- b. de voorgevel van hoofdgebouwen mag uitsluitend in de voorste bouwgrens worden gebouwd;
- c. de horizontale diepte van het hoofdgebouw mag ten hoogste bedragen:
- 1. op de begane grond/eerste bouwlaag 15 m;
- 2. op de volgende bouwlagen 12,5 m,
met dien verstande dat de afstand van de achtergevel tot de achterste grens van het bouwperceel minimaal 5 m bedraagt;
- d. het gezamenlijk te bebouwen oppervlak van bijgebouwen mag per bouwperceel ten hoogste 50% bedragen van de gronden gelegen buiten de op de verbeelding aangegeven bouwvlakken, tot een oppervlakte van maximaal 70 m2, met dien verstande dat het oppervlak aan vrijstaande bijgebouwen maximaal 50 m2 mag bedragen.
In afwijking van de vorige alinea geldt ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - afwijkende maatvoering bijgebouwen' dat de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen mag worden gehandhaafd en dat bovendien maximaal 100 m2 aan bijgebouwen extra mag worden gebouwd, waarvan maximaal 50 m2vrijstaand mag worden uitgevoerd; - e. bijgebouwen mogen uitsluitend op een afstand van ten minste 2 m achter de voorste bouwgrens of de lijn in het verlengde daarvan worden gebouwd;
- f. de goot- en/of bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste bedragen:
goothoogte | bouwhoogte | |
van hoofdgebouwen | zie verbeelding | zie verbeelding |
van aangebouwde bijgebouwen | hoogte eerste bouwlaag hoofdgebouw + 0,25 m | goothoogte + afstand tot perceelsgrens, tot maximum van 5 m |
van vrijstaande bijgebouwen | 3 m | goothoogte + afstand tot perceelsgrens, tot maximum van 5 m |
van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens | - | 1 m |
van erfafscheidingen in of achter de voorste bouwgrens | - | 2 m |
van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | 3 m |
17.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 17.2 onder f voor de realisatie van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens met een hoogte van maximaal 2 m.
17.4 Specifieke gebruiksregels
Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt tevens verstaan het gebruik van (vrijstaande)bijgebouwen als zelfstandige woning en/of als afhankelijke woonruimte.
17.5 Ontheffing van de gebruiksregels
17.6 Aanlegvergunning
Artikel 18 Wonen - Wonen En Detailhandel
18.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Wonen - Wonen en detailhandel" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
op de begane grond en de verdieping:
- a. wonen;
uitsluitend op de begane grond:
- b. detailhandel;
alsmede voor:
- c. erven en tuinen;
- d. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- e. nutsvoorzieningen;
- f. parkeervoorzieningen;
- g. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
- h. hoofdgebouwen;
- i. bijgebouwen;
- j. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
18.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 18.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. hoofdgebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduidng "bouwvlak" worden gebouwd;
- b. de voorgevel van hoofdgebouwen mag uitsluitend in de voorste bouwgrens worden gebouwd;
- c. de horizontale diepte van het hoofdgebouw mag ten hoogste bedragen:
- 1. op de begane grond/eerste bouwlaag 15 m;
- 2. op de volgende bouwlagen 12,5 m,
met dien verstande dat de afstand van de achtergevel tot de achterste grens van het
bouwperceel minimaal 5 m bedraagt;
- d. het gezamenlijk te bebouwen oppervlak van bijgebouwen mag per bouwperceel ten hoogste 50% bedragen van de gronden gelegen buiten de op de verbeelding aangegeven bouwvlakken, tot een oppervlakte van maximaal 70 m2, met dien verstande dat het oppervlak aan vrijstaande bijgebouwen maximaal 50 m2 mag bedragen;
- e. bijgebouwen mogen uitsluitend op een afstand van ten minste 2 m achter de voorste bouwgrens of de lijn in het verlengde daarvan worden gebouwd;
- f. de goot- en/of bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste bedragen:
goothoogte | bouwhoogte | |
van hoofdgebouwen | zie verbeelding | zie verbeelding |
van aangebouwde bijgebouwen | hoogte eerste bouwlaag hoofdgebouw + 0,25 m | goothoogte + afstand tot perceelsgrens, tot maximum van 5 m |
van vrijstaande bijgebouwen | 3 m | goothoogte + afstand tot perceelsgrens, tot maximum van 5 m |
van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens | - | 1 m |
van erfafscheidingen in of achter de voorste bouwgrens | - | 2 m |
van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | 3 m |
18.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 18.2 onder f voor de realisatie van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens met een hoogte van maximaal 2 m.
18.4 Specifieke gebruiksregels
Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt tevens verstaan het gebruik van (vrijstaande)bijgebouwen als zelfstandige woning en/of als afhankelijke woonruimte.
18.5 Ontheffing van de gebruiksregels
Artikel 19 Wonen - Wonen En Zakelijke Dienstverlening
19.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Wonen - Wonen en zakelijke dienstverlening" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
op de begane grond en de verdieping:
- a. wonen;
uitsluitend op de begane grond:
- b. zakelijke dienstverlening;
alsmede voor:
- c. erven;
- d. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
- e. nutsvoorzieningen;
- f. parkeervoorzieningen;
- g. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
- h. hoofdgebouwen;
- i. bijgebouwen;
- j. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
19.2 Bouwregels
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 19.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a. hoofdgebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" worden gebouwd;
- b. de voorgevel van hoofdgebouwen mag uitsluitend in de voorste bouwgrens worden gebouwd;
- c. de horizontale diepte van het hoofdgebouw mag ten hoogste bedragen:
- 1. op de begane grond/eerste bouwlaag 15 m;
- 2. op de volgende bouwlagen 12,5 m,
met dien verstande dat de afstand van de achtergevel tot de achterste grens van het bouwperceel minimaal 5 m bedraagt;
- d. het gezamenlijk te bebouwen oppervlak van bijgebouwen mag per bouwperceel ten hoogste 50% bedragen van de gronden gelegen buiten de op de verbeelding aangegeven bouwvlakken, tot een oppervlakte van maximaal 70 m2, met dien verstande dat het oppervlak aan vrijstaande bijgebouwen maximaal 50 m2 mag bedragen;
- e. bijgebouwen mogen uitsluitend op een afstand van ten minste 2 m achter de voorste bouwgrens of de lijn in het verlengde daarvan worden gebouwd;
- f. de goot- en/of bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste bedragen:
goothoogte | bouwhoogte | |
van hoofdgebouwen | zie verbeelding | zie verbeelding |
van aangebouwde bijgebouwen | hoogte eerste bouwlaag hoofdgebouw + 0,25 m | goothoogte + afstand tot perceelsgrens, tot maximum van 5 m |
van vrijstaande bijgebouwen | 3 m | goothoogte + afstand tot perceelsgrens, tot maximum van 5 m |
van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens | - | 1 m |
van erfafscheidingen in of achter de voorste bouwgrens | - | 2 m |
van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | 3 m |
19.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 19.2 onder f voor de realisatie van erfafscheidingen voor de voorste bouwgrens met een hoogte van maximaal 2 m.
19.4 Specifieke gebruiksregels
Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt tevens verstaan het gebruik van (vrijstaande)bijgebouwen als zelfstandige woning en/of als afhankelijke woonruimte.
19.5 Ontheffing van de gebruiksregels
Artikel 20 Leiding - Gas
20.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Leiding - Gas" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- a. een ondergrondse aardgasleiding.
alsmede voor:
- b. binnen een afstand van 5 m ter weerszijde te weerszijde van de hartlijn van deze hogedruk gastransportleiding voor het beheer van de in sub a bedoelde leiding;
- c. de bescherming van het aangrenzende woon- en leefklimaat in verband met de in sub a bedoelde leiding;
- d. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
- e. gebouwen;
- f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
20.2 Bouwregels
Op of in de voor "Leiding - Gas" bestemde gronden is het verboden te bouwen.
20.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 20.2, ten behoeve van bebouwing als toegestaan ingevolge de ter plaatse geldende andere bestemmingen, indien door de bouw en situering van de betreffende bebouwing geen schade wordt of kan worden toegebracht aan de gastransportleiding.
Een ontheffing als bedoeld in lid 20.3 wordt niet verleend dan nadat burgemeester en wethouders daarover een advies hebben ingewonnen van de beheerder van de ondergrondse leiding.
20.4 Aanlegvergunning
Artikel 21 Waarde - Archeologie
21.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Waarde - Archeologie" aangegeven gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming van de aan de gronden eigen zijnde archeologische waarden en ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van waarde - grafheuvel' voor bescherming en behoud van de grafheuvel in het bijzonder.
21.2 Specifieke gebruiksregels
Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt tevens verstaan het gebruik van de op de verbeelding aangegeven 'specifieke vorm van waarde - grafheuvel' voor enige activiteit waardoor de bodem wordt geroerd dan wel gepenetreerd.
21.3 Aanlegvergunning
Artikel 22 Waterstaat - Waterbergend Rivierbed
22.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Waterstaat - Waterbergend rivierbed" aangegeven gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de berging en afvoer van water.
22.2 Bouwregels
Op of in de voor "Waterstaat - Waterbergend rivierbed" bestemde gronden is het verboden te bouwen, met uitzondering van die bouwwerken, geen gebouwen zijnde, welke qua afmetingen bij deze bestemming passen en noodzakelijk zijn voor het beheer en onderhoud van de waterkering, tot een hoogte van maximaal 2,00 m.
22.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 22.2 ten behoeve van bebouwing als toegestaan ingevolge de ter plaatse op de verbeelding aangewezen andere bestemmingen, indien door de bouw en situering van de betreffende bebouwing het veilig functioneren van het waterstaatswwerk niet in het gedrang komt, het waterbergend vermogen niet onevenredig wordt aangetast en er geen sprake is van een feitelijke belemmering voor vergroting van de afvoercapaciteit, gehoord Rijkswaterstaat.
Artikel 23 Waterstaat - Waterkering
23.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Waterstaat - Waterkering" aangegeven gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming, het beheer en het onderhoud van de waterkering, waarbij de op de verbeelding aangegeven profielen in acht worden genomen.
Voor deze gronden geldt voor zover van toepassing hoofdstuk II van de Keur van het Waterschap Roer en Overmaas.
23.2 Bouwregels
Op of in de voor "Waterstaat - Waterkering" bestemde gronden is het verboden te bouwen, met uitzondering van die bouwwerken, geen gebouwen zijnde, welke qua afmetingen bij deze bestemming passen en noodzakelijk zijn voor het beheer en onderhoud van de waterkering, tot een hoogte van maximaal 2,00 m.
23.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 23.2 ten behoeve van bebouwing als toegestaan ingevolge de ter plaatse op de verbeelding aangewezen andere bestemmingen, indien door de bouw en situering van de betreffende bebouwing geen onevenredige schade wordt of kan worden toegebracht aan de waterkering, gehoord de beheerder.
Artikel 24 Waterstaat - Waterlopen
24.1 Bestemmingsomschrijving
23.1.1. Bestemd voor
De voor "Waterstaat - Waterlopen" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en het onderhoud van de in deze zone gelegen dan wel daaraan grenzende watergang.
23.1.2. Keur waterschap
Op of in de voor "Waterstaat - Waterlopen" bestemde gronden geldt de Keur van het Waterschap Roer en Overmaas en het waterbeheerplan Roer en Overmaas 2004-2007.
24.2 Bouwregels
Op of in de voor "Waterstaat - Waterlopen" bestemde gronden is het verboden te bouwen.
24.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 24.2, ten behoeve van bebouwing als toegestaan ingevolge de ter plaatse geldende andere bestemmingen, indien door de bouw en situering van de betreffende bebouwing geen schade wordt of kan worden toegebracht aan de watergang.
Een ontheffing als bedoeld in lid 24.3 wordt slechts verleend, nadat ter zake advies is ingewonnen van de beheersinstantie van de in lid 24.1 bedoelde watergang; de beslissing met betrekking tot de ontheffing wordt aan de beheersinstantie meegedeeld.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 25 Anti-dubbeltelbepaling
Grond welke eenmaal in aanmerking is genomen bij het verlenen van een bouwvergunning en waaraan uitvoering is of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 26 Algemene Bouwregels
26.1 Percentageregeling
Een op de verbeelding of in de regels aangegeven percentage, geeft aan hoeveel van het bouwvlak van het desbetreffende bouwperceel ten hoogste mag worden bebouwd met gebouwen en overkappingen. Bij het ontbreken van een percentage mag het bouwvlak volledig worden bebouwd, tenzij in Hoofdstuk 2 anders is bepaald.
26.2 Bestaande afmetingen en afstanden en percentages
26.3 Ondergronds bouwen
26.4 Aantal woningen
Het aantal woningen mag niet meer bedragen dan het aantal dat:
- a. Op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van het plan reeds is gebouwd of waarvoor op de verbeelding een bouwvlak is opgenomen, waarbij het in het betreffende bouwvlak genoemde aantal woningen niet mag worden overschreden.
- b. Op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van het plan kan worden gebouwd op basis van een reeds verleende bouwvergunning.
Een en ander met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden'het op de verbeelding aangegeven maximum aantal woningen binnen het bouwvlak is toegestaan.
26.5 Monumenten
- a. Het gehele plangebied bevat bestaande bebouwing, die aangeduid is als 'specifieke bouwaanduiding - rijksmonument'. Ten aanzien van deze bebouwing geldt de Monumentenwet (Stb. 1988, 638).
- b. Op de gronden als bedoeld onder a mag slechts worden gebouwd indien en voor zover noodzakelijk voor de inrichting ten behoeve van de in de betreffende artikelen in de bestemmingsomschrijving opgenomen functies met inbegrip van het behoud en/of herstel van de bestaande bebouwing, met dien verstande dat:
- 1. geen wezenlijke verandering wordt aangebracht aan de karakteristieke bebouwing;
- 2. de gevels van de gebouwen in de op de verbeelding aangegeven bouwgrenzen moeten worden gehandhaafd;
- 3. de omgeving van de karakteristieke bebouwing zoveel mogelijk blijft gehandhaafd;
- 4. geen wezenlijke veranndering wordt aangebracht aan het stedenbouwkundige beeld en aan de ruimtelijke kwaliteit.
26.6 Straalpad
Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - straalpad' mag de hoogte van bouwwerken niet meer bedragen dan 20 m.
Artikel 27 Algemene Gebruiksregels
Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt in elk geval verstaan:
- a. een gebruik van gronden als stort- en/of opslagplaats van grond en/of afval, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud;
- b. een gebruik van gronden als stallings- en/of opslagplaats van één of meer aan het gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud;
- c. een gebruik van gronden en bouwwerken voor inrichtingen als bedoeld in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer;
- d. een gebruik van gronden en bouwwerken voor (detail)handel, met uitzondering van een zodanig gebruik dat uitdrukkelijk is toegestaan in of krachtens deze regels;
- e. een gebruik van gronden en bouwwerken voor straatprostitutie, een seks- of pornobedrijf dan wel een prostitutiebedrijf, met uitzondering van een zodanig gebruik dat uitdrukkelijk is toegestaan in of krachtens deze regels.
Artikel 28 Algemene Aanduidingsregels
Het is verboden om nieuwe geurgevoelige functies te realiseren binnen de gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - geurzone'.
Artikel 29 Algemene Ontheffingsregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in het plan voor:
- a. het afwijken van de voorgeschreven goothoogte, hoogte, oppervlakte, inhoud en afstand van bouwwerken, dan wel een voorgeschreven bebouwingspercentage, eventueel met overschrijding van de bouwgrenzen, mits de afwijking niet meer bedraagt dan 10% van de in deze regelsvoorgeschreven afmetingen en afstanden;
- b. het afwijken van bestemmingsgrenzen, bouwgrenzen en overige aanduidingen in het horizontale vlak op de verbeelding, indien en voor zover afwijking noodzakelijk is in verband met de uitmeting van het terrein en er geen dringende reden zijn die zich tegen de afwijking verzetten, mits de afwijking ten opzichte van hetgeen op de verbeelding is aangegeven niet meer dan 2,5 m bedraagt;
- c. het afwijken van bouwgrenzen en overige aanduidingen in het horizontale vlak op de verbeelding, niet zijnde bestemmingsgrenzen, indien en voor zover afwijking noodzakelijk is uit een oogpunt van doelmatig gebruik van de grond, mits de afwijking ten opzichte van hetgeen op de verbeelding is aangegeven niet meer dan 2,5 m bedraagt;
- d. het overschrijden van bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen door:
- 1. tot gebouwen behorende stoepen, stoeptreden, trappen(huizen), galerijen, hellingbanen, funderingen, balkons, erkers, entreeportalen, veranda's, afdaken en andere daarmee gelijk te stellen ondergeschikte delen van gebouwen, mits:
- de overschrijding niet meer bedraagt dan 1,5 m;
- de hoogte van erkers, entreeportalen en veranda's niet meer bedraagt dan de hoogte van de eerste bouwlaag van het betreffende gebouw + 0,25 m;
- de breedte van erkers, entreeportalen en veranda's niet meer bedraagt dan 60% van de breedte van de betreffende gevel van het gebouw;
- de afstand tot de bestemmingsgrens minimaal 2,5 m bedraagt, daar waar het bestemmingsvlak grenst aan een bestemming "Verkeer";
- 2. andere ondergeschikte onderdelen van gebouwen, mits de overschrijding niet meer bedraagt dan 1 m.
- 1. tot gebouwen behorende stoepen, stoeptreden, trappen(huizen), galerijen, hellingbanen, funderingen, balkons, erkers, entreeportalen, veranda's, afdaken en andere daarmee gelijk te stellen ondergeschikte delen van gebouwen, mits:
Artikel 30 Algemene Wijzigingsregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd:
- a. de bestemmingen te wijzigen ten aanzien van de plaats van de bestemmingsgrenzen, voor zover de afwijking van geringe aard is en ten aanzien van ondergeschikte punten, wanneer dit met het oog op de praktische uitvoering gerechtvaardigd is, respectievelijk indien de aanpassing aan de terreingesteldheid dit noodzakelijk maakt en de belangen van derden niet onevenredige worden geschaad.
- b. het plan te wijzigen en op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 1' en 'Wro-zone - wijzigingsgebied 3' 1 woning per wijzigingsgebied te bouwen en ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 2' 3 woningen te bouwen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- 1. op de verbeelding worden de bouwgrenzen ingetekend waarbinnen de gebouwen mogen wordenn opgericht;
- 2. de planregels behorende bij de bestemming 'Wonen' worden van toepassing verklaard met uitzondering van de regel dat de realisatie van nieuwe hoofdgebouwen niet is toegestaan ten behoeve van nieuwe zelfstandige woningen;
- 3. uit onderzoek blijkt dat de bodem geschikt is voor het betreffende gebruik;
- 4. indien voor de wijziging van de bestemming noodzakelijk, uit onderzoek blijkt dat voldaan wordt aan de wettelijke normen voor wat betreft geluid;
- 5. indien de betreffende locatie op de kaart "indicatieve archeologische waarden" van de provincie Limburg (1999) een middelhoge tot hoge archeologische verwachtingswaarde kent, dient voorafgaand aan nieuwe bouwontwikkelingen een archeologisch onderzoek te worden verricht om eventuele archeologische waarden in kaart te brengen, met dien verstande dat een archeologisch onderzoek niet noodzakelijk is indien:
- het plangebied kleiner is dan 2500 m2, en;
- het plangebied is gelegen op minimaal 50 m afstand van een archeologische vindplaats;
- 6. de ontwikkeling valt niet binnen een stankcirkel van een agrarisch bedrijf;
- 7. de onwikkeling levert geen onevenredige belemmering op voor de uitoefening van bestaande bedrijven en hun bedrijfsvoering;
- 8. de onwikkelingen passen in de omgeving en de parkeerbalans wordt niet onevenredig aangetast;
- 9. de woningen passen binnen de regionale afspraken over de verdeling van woningbouw;
- 10. er vindt overleg plaats met het waterschap in het kader van de watertoets;
- 11. de belangen van derden worden niet onevenredig aangetast.
Artikel 31 Algemene Procedureregels
Een besluit tot het verlenen van een ontheffing wordt niet genomen dan nadat belanghebbenden gedurende twee weken in de gelegenheid zijn gesteld schriftelijk of mondeling hun zienswijze kenbaar te maken aan burgemeester en wethouders.
Artikel 32 Overige Regels
32.1 Meerdere bestemmingen
Daar waar op de verbeelding aan gronden meerdere bestemmingen zijn gegeven, hebben de regels van de dubbelbestemming voorrang op de overige regels.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 33 Overgangsrecht
33.1 Overgangsrecht bouwwerken
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
- a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
33.2 Ontheffing
Burgemeester en Wethouders kunnen eenmalig ontheffing verlenen van lid 33.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10 %.
33.3 Uitzondering op het overgangsrecht bouwwerken
Lid 33.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
33.4 Overgangsrecht gebruik
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
33.5 Strijdig gebruik
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 33.4, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
33.6 Verboden gebruik
Indien het gebruik, bedoeld in het lid 33.4, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
33.7 Uitzondering op het overgangsrecht gebruik
Lid 33.4 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 34 Titel
Deze regels kunnen worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Kernen Obbicht en Grevenbicht.
Bijlage 1 Staat Van Bedrijfsactiviteiten Categorie 1 & 2
Staat van bedrijfsactiviteiten (categorie 1 t/m 6) | ||
SBI | omschrijving | Cat. |
01 | landbouw en dienstverlening t.b.v. de landbouw | |
0111, 0113 | akkerbouw en fruitteelt (bedrijfsgebouwen) | 2 |
tuinbouw: | ||
- bedrijfsgebouwen | 2 | |
- kassen zonder verwarming | 2 | |
- kassen met gasverwarming | 2 | |
- champignonkwekerijen (algemeen) | 2 | |
- champignonkwekerijen met mestfermentatie | 3b | |
- bloembollendroog- en prepareerbedrijven | 2 | |
0121 | fokken en houden van rundvee | 3b |
0122 | fokken en houden van overige graasdieren: | |
- paardenfokkerijen | 3a | |
- overige graasdieren | 3a | |
0123 | fokken en houden van varkens | 4b |
0124 | fokken en houden van pluimvee: | |
- legkippen | 4b | |
- opfokkippen en mestkuikens | 4b | |
- eenden en ganzen | 4b | |
- overig pluimvee | 3b | |
0125 | fokken en houden van overige dieren: | |
- nertsen en vossen | 4a | |
- konijnen | 3b | |
- huisdieren | 3a | |
- maden, wormen e.d. | 3b | |
- bijen | 2 | |
- overige dieren | 2 | |
014 | dienstverlening t.b.v. de landbouw | 3a |
0141.1 | hoveniersbedrijven | 1 |
0142 | KI-stations | 3a |
02 | bosbouw en dienstverlening t.b.v. bosbouw | |
020 | bosbouwbedrijven | 3a |
05 | visserij- en visteeltbedrijven | |
0501.1 | zeevisserijbedrijven | 3b |
0501.2 | binnenvisserijbedrijven | 3a |
0502 | vis- en schaaldierkwekerijen | |
- oester-, mossel- en schelpenteeltbedrijven | 3b | |
- visteeltbedrijven | 3a | |
10 | turfwinning | |
103 | turfwinningbedrijven | 3b |
11 | aardolie- en aardgaswinning | |
111 | aardolie- en aardgaswinning: | |
- aardoliewinputten | 4a | |
- aardgaswinning incl. gasbeh.inst.: < 100.000.000 n m3/d | 5 | |
- aardgaswinning incl. gasbeh.inst.: ³ 100.000.000 n m3/d | 5 | |
14 | winning van zand, grind, klei, zout, e.d. | |
1421 | steen-, grit- en krijtmalerijen (open lucht): | |
- algemeen | 4a | |
- steenbrekerijen | 5 | |
144 | zoutwinningbedrijven | 3b |
145 | mergel- en overige delfstoffenwinningbedrijven | 5 |
15 | vervaardiging van voedingsmiddelen en dranken | |
151 | slachterijen en overige vleesverwerking: | |
- slachterijen en pluimveeslachterijen | 3b | |
- vetsmelterijen | 5 | |
- bewerkingsinrichting van darmen en vleesafval | 4b | |
- vleeswaren- en vleesconservenfabrieken | 3b | |
- loonslachterijen | 3a | |
152 | visverwerkingsbedrijven: | |
- drogen | 5 | |
- conserveren | 4a | |
- roken | 4b | |
- verwerken anderszins | 4b | |
1531 | aardappelproducten fabrieken | 4b |
1532, 1533 | groente- en fruitconservenfabrieken: | |
- jam | 3b | |
- groente algemeen | 3b | |
- met koolsoorten | 4a | |
- met drogerijen | 4b | |
- met uienconservering (zoutinleggerij) | 4b | |
1541 | vervaardiging van ruwe plantaardige en dierlijke oliën en vetten: | |
- p.c. < 250.000 t/j | 4a | |
- p.c. ³ 250.000 t/j | 4b | |
1542 | raffinage van plantaardige en dierlijke oliën en vetten: | |
- p.c. < 250.000 t/j | 4a | |
- p.c. ³ 250.000 t/j | 4b | |
1543 | margarinefabrieken: | |
- p.c. < 250.000 t/j | 4a | |
- p.c. >= 250.000 t/j | 4b | |
1551 | zuivelproducten fabrieken: | |
- gedroogde producten, p.c. ³ 1,5 t/u | 5 | |
- geconcentreerde producten, verdamp. cap. ³ 20 t/u | 5 | |
- melkproducten fabrieken v.c. < 55.000 t/j | 3b | |
- melkproducten fabrieken v.c. ³ 55.000 t/j | 4b | |
- overige zuivelproducten fabrieken | 4b | |
1552 | consumptie-ijsfabrieken | 3b |
1561 | grutterswarenfabrieken | 4 |
1561 | meelfabrieken: | |
- p.c. < 500 t/u | 4a | |
- p.c. ³ 500 t/u | 4b | |
1562 | zetmeelfabrieken: | |
- p.c. < 10 t/u | 4a | |
- p.c. ³ 10 t/u | 4a | |
1571 | veevoerfabrieken: | |
- destructiebedrijven | 5 | |
- beender-, veren-, vis-, en vleesmeelfabriek | 5 | |
- drogerijen (gras, pulp, groenvoeder, veevoeder) cap. < 10 t/u water | 4b | |
- drogerijen (gras, pulp, groenvoeder, veevoeder) cap. >= 10 t/u water | 5 | |
- mengvoeder, p.c. < 100 t/u | 4a | |
- mengvoeder, p.c. ³ 100 t/u | 4b | |
1572 | vervaardiging van voer voor huisdieren | 4a |
1581 | broodfabrieken, brood- en banketbakkerijen: | |
- v.c. < 2500 kg meel/week | 2 | |
- brood- en beschuitfabrieken | 3b | |
1582 | banket, biscuit- en koekfabrieken | 3b |
1583 | suikerfabrieken: | |
- v.c. < 2.500 t/j | 5 | |
- v.c. ³ 2.500 t/j | 5 | |
1584 | verwerking cacaobonen en vervaardiging chocolade- en suikerwerk: | |
- cacao- en chocoladefabrieken | 5 | |
- suikerwerkfabrieken zonder suiker branden | 3b | |
- suikerwerkfabrieken met suiker branden | 4b | |
1585 | deegwarenfabrieken | 3 |
1586 | koffiebranderijen en theepakkerijen: | |
- koffiebranderijen | 5 | |
- theepakkerijen | 3b | |
1587 | vervaardiging van azijn, specerijen en kruiden | 4a |
1589 | vervaardiging van overige voedingsmiddelen | 4a |
1589.1 | bakkerijgrondstoffenfabrieken | 4a |
1589.2 | bakmeel- en puddingpoederfabrieken | 4a |
1589.2 | soep- en soeparomafabrieken: | |
- zonder poederdrogen | 3a | |
- met poederdrogen | 4b | |
1591 | destilleerderijen en likeurstokerijen | 4b |
1592 | vervaardiging van ethylalcohol door gisting: | |
- p.c. < 5.000 t/j | 4a | |
- p.c. ³ 5.000 t/j | 4b | |
1593 t/m 1595 | vervaardiging van wijn, cider en andere niet gedistilleerde, gegiste dranken | 2 |
1596 | bierbrouwerijen | 4b |
1597 | mouterijen | 4b |
1598 | mineraalwater- en frisdrankfabrieken | 3b |
16 | verwerking van tabak | |
160 | tabaksverwerkende industrie | 4a |
17 | vervaardiging van textiel | |
171 | bewerken en spinnen van textielvezels | 3b |
172 | weven van textiel: | |
- aantal weefgetouwen < 50 | 3b | |
- aantal weefgetouwen ³ 50 | 4b | |
173 | textielveredelingsbedrijven | 3a |
174, 175 | vervaardiging van textielwaren | 3a |
1751 | tapijt-, kokos- en vloermattenfabrieken | 4a |
176, 177 | vervaardiging van gebreide en gehaakte stoffen en artikelen | 3a |
18 | vervaardiging van kleding; bereiden en verven van bont | |
181 | vervaardiging kleding van leer | 3a |
182 | vervaardiging van kleding en -toebehoren (excl. van leer) | 2 |
183 | bereiden en verven van bont; vervaardiging van artikelen van bont | 3a |
19 | vervaardiging van leer en lederwaren (excl. kleding) | |
191 | lederfabrieken | 4b |
192 | lederwarenfabrieken (excl. kleding en schoeisel) | 3a |
193 | schoenenfabrieken | 3a |
20 | houtindustrie en vervaardiging artikelen van hout, riet, kurk e.d. | |
2010.1 | houtzagerijen | 3b |
2010.2 | houtconserveringsbedrijven: | |
- met creosootolie | 4b | |
- met zoutoplossingen | 3a | |
202 | fineer- en plaatmaterialenfabrieken | 3b |
203, 204 | timmerwerkfabrieken | 3b |
205 | kurkwaren-, riet- en vlechtwerkfabrieken | 2 |
21 | vervaardiging van papier, karton en papier- en kartonwaren | |
2111 | vervaardiging van pulp | 4a |
2112 | papier- en kartonfabrieken: | |
- p.c. < 3 t/u | 3a | |
- p.c. 3 - 15 t/u | 4a | |
- p.c. ³ 15 t/u | 4b | |
212 | papier- en kartonwarenfabrieken | 3b |
2121.2 | golfkartonfabrieken: | |
- p.c. < 3 t/u | 3b | |
- p.c. ³ 3 t/u | 4a | |
22 | uitgeverijen, drukkerijen en reproductie van opgenomen media | |
221 | uitgeverijen (kantoren) | 1 |
2221 | drukkerijen van dagbladen | 3b |
2222 | drukkerijen (vlak- en rotatie-diepdrukkerijen) | 3b |
2222.6 | kleine drukkerijen en kopieerinrichtingen | 2 |
2223 | grafische afwerking | 1 |
2223 | binderijen | 2 |
2224 | grafische reproductie en zetten | 2 |
2225 | overige grafische activiteiten | 2 |
223 | reproductiebedrijven opgenomen media | 1 |
23 | aardolie-/steenkoolverwerk. ind.; bewerking splijt-/kweekstoffen | |
231 | cokesfabrieken | 5 |
2320.1 | aardolieraffinaderijen | 6 |
2320.2 | smeeroliën- en vettenfabrieken | 3b |
2320.2 | recyclingbedrijven voor afgewerkte olie | 4b |
2320.2 | aardolieproductenfabrieken n.e.g. | 4b |
233 | splijt- en kweekstoffenbewerkingsbedrijven | 6 |
24 | vervaardiging van chemische producten | |
2411 | vervaardiging van industriële gassen: | |
- luchtscheidingsinstallatie v.c. ³ 10 t/d lucht | 5 | |
- overige gassenfabrieken, niet explosief | 5 | |
- overige gassenfabrieken, explosief | 5 | |
2412 | kleur- en verfstoffenfabrieken | 4a |
2413 | anorg. chemische grondstoffenfabrieken: | |
- niet vallend onder "post-seveso-richtlijn" | 4b | |
- vallend onder "post-seveso-richtlijn" | 5 | |
2414.1 | organ. chemische grondstoffenfabrieken: | |
- niet vallend onder "post-seveso-richtlijn" | 4b | |
- vallend onder "post-seveso-richtlijn" | 5 | |
2414.1 | methanolfabrieken: | |
- p.c. < 100.000 t/j | 4a | |
- p.c. ³ 100.000 t/j | 4b | |
2414.2 | vetzuren en alkanolenfabrieken (niet synth.): | |
- p.c. < 50.000 t/j | 4b | |
- p.c. ³ 50.000 t/j | 5 | |
2415 | kunstmeststoffenfabrieken | 5 |
2416 | kunstharsenfabrieken e.d. | 5 |
242 | landbouwchemicaliënfabrieken: | |
- fabricage | 5 | |
- formulering en afvullen | 5 | |
243 | verf, lak en vernisfabrieken | 4b |
2441 | farmaceutische grondstoffenfabrieken: | |
- p.c. < 1.000 t/j | 4b | |
- p.c. ³ 1.000 t/j | 5 | |
2442 | farmaceutische productenfabrieken: | |
- formulering en afvullen geneesmiddelen | 3a | |
- verbandmiddelenfabrieken | 2 | |
2451 | zeep-, was- en reinigingsmiddelenfabrieken | 4b |
2452 | parfumerie- en cosmeticafabrieken | 4b |
2461 | kruit-, vuurwerk-, en springstoffenfabrieken | 5 |
2462 | lijm- en plakmiddelenfabrieken: | |
- zonder dierlijke grondstoffen | 3b | |
- met dierlijke grondstoffen | 5 | |
2464 | fotochemische productenfabrieken | 3b |
2466 | chemische kantoorbenodigdhedenfabrieken | 3a |
2466 | overige chemische productenfabrieken n.e.g. | 4a |
247 | kunstmatige synthetische garen- en vezelfabrieken | 4b |
25 | vervaardiging van producten van rubber en kunststof | |
2511 | rubberbandenfabrieken | 4b |
2512 | loopvlakvernieuwingsbedrijven: | |
- vloeropp. < 100 m2 | 3a | |
- vloeropp. ³ 100 m2 | 4a | |
2513 | rubber-artikelenfabrieken | 3b |
252 | kunststofverwerkende bedrijven: | |
- zonder fenolharsen | 4a | |
- met fenolharsen | 4b | |
26 | vervaardiging van glas, aardewerk, cement-, kalk- en gipsproducten | |
261 | glasfabrieken: | |
- glas en glasproducten, p.c. < 5.000 t/j | 3b | |
- glas en glasproducten, p.c. ³ 5.000 t/j | 4b | |
- glaswol en glasvezels, p.c.< 5.000 t/j | 4b | |
- glaswol en glasvezels, p.c. ³ 5.000 t/j | 5 | |
2615 | glasbewerkingsbedrijven | 3a |
262, 263 | aardewerkfabrieken: | |
- vermogen elektrische ovens totaal < 40 kw | 3a | |
- vermogen elektrische ovens totaal ³ 40 kw | 3b | |
264 | baksteen en baksteenelementenfabrieken | 4a |
264 | dakpannenfabrieken | 4a |
2651 | cementfabrieken: | |
- p.c. < 100.000 t/j | 5 | |
- p.c. ³ 100.000 t/j | 5 | |
2652 | kalkfabrieken: | |
- p.c. < 100.000 t/j | 4a | |
- p.c. ³ 100.000 t/j | 5 | |
2653 | gipsfabrieken: | |
- p.c. < 100.000 t/j | 4a | |
- p.c. ³ 100.000 t/j | 5 | |
2661.1 | betonwarenfabrieken: | |
- zonder persen, triltafels en bekistingtriller | 4a | |
- met persen, triltafels of bekistingtrillers, p.c. < 100 t/d | 4b | |
- met persen, triltafels of bekistingtrillers, p.c >= 100 t/d | 5 | |
2661.2 | kalkzandsteenfabrieken: | |
- p.c. < 100.000 t/j | 3b | |
- p.c. ³ 100.000 t/j | 4b | |
2662 | mineraalgebonden bouwplatenfabrieken | 3b |
2663, 2664 | betonmortelcentrales: | |
- p.c. < 100 t/u | 3b | |
- p.c. ³ 100 t/u | 4b | |
2665, 2666 | vervaardiging van producten van beton, (vezel)cement en gips: | |
- p.c. < 100 t/d | 3b | |
- p.c. ³ 100 t/d | 4b | |
267 | natuursteenbewerkingsbedrijven: | |
- zonder breken, zeven en drogen | 3b | |
- met breken, zeven of drogen, v.c. < 100.000 t/j | 4b | |
- met breken, zeven of drogen, v.c. ³ 100.000 t/j | 5 | |
2681 | slijp- en polijstmiddelen fabrieken | 3a |
2682 | bitumineuze materialenfabrieken: | |
- p.c. < 100 t/u | 4b | |
- p.c. ³ 100 t/u | 5 | |
2682 | isolatiematerialenfabrieken (excl. glaswol): | |
- steenwol, p.c. ³ 5.000 t/j | 4b | |
- overige isolatiematerialen | 4a | |
2682 | minerale productenfabrieken n.e.g. | 3b |
2682 | asfaltcentrales | 4a |
27 | vervaardiging van metalen | |
271 | ruwijzer- en staalfabrieken: | |
- p.c. < 1.000 t/j | 5 | |
- p.c. ³ 1.000 t/j | 6 | |
272 | ijzeren- en stalenbuizenfabrieken: | |
- p.o. < 2.000 m2 | 5 | |
- p.o. ³ 2.000 m2 | 5 | |
273 | draadtrekkerijen, koudbandwalserijen en profielzetterijen: | |
- p.o. < 2.000 m2 | 4b | |
- p.o. ³ 2.000 m2 | 5 | |
274 | non-ferrometaalfabrieken: | |
- p.c. < 1.000 t/j | 4b | |
- p.c. ³ 1.000 t/j | 5 | |
274 | non-ferrometaalwalserijen, -trekkerijen e.d.: | |
- p.o. < 2.000 m2 | 5 | |
- p.o. ³ 2.000 m2 | 5 | |
2751, 2752 | ijzer- en staalgieterijen/ -smelterijen: | |
- p.c. < 4.000 t/j | 4b | |
- p.c. ³ 4.000 t/j | 5 | |
2753, 2754 | non-ferrometaalgieterijen/ -smelterijen: | |
- p.c. < 4.000 t/j | 4b | |
- p.c. ³ 4.000 t/j | 5 | |
28 | vervaard. van producten van metaal (excl. mach./transportmidd.) | |
281 | constructiewerkplaatsen: | |
- gesloten gebouw | 3b | |
- in open lucht, p.o. < 2.000 m2 | 4a | |
- in open lucht, p.o. ³ 2.000 m2 | 4b | |
2821 | tank- en reservoirbouwbedrijven: | |
- p.o. < 2.000 m2 | 4b | |
- p.o. ³ 2.000 m2 | 5 | |
2822, 2830 | vervaardiging van verwarmingsketels, radiatoren en stoomketels | 4a |
284 | stamp-, pers-, dieptrek- en forceerbedrijven | 4a |
284 | smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen e.d. | 3b |
2851 | metaaloppervlaktebehandelingsbedrijven: | |
- algemeen | 3b | |
- scoperen (opspuiten van zink) | 3b | |
- thermisch verzinken | 3b | |
- thermisch vertinnen | 3b | |
- mechanische oppervlaktebehandeling (slijpen, polijsten) | 3b | |
- anodiseren, eloxeren | 3b | |
- chemische oppervlaktebehandeling | 3b | |
- emailleren | 3b | |
- galvaniseren (vernikkelen, verchromen, verzinken, verkoperen ed) | 3b | |
- stralen | 4a | |
- metaalharden | 3b | |
- lakspuiten en moffelen | 3b | |
2852 | overige metaalbewerkende industrie | 3b |
287 | grofsmederijen, anker- en kettingfabrieken: | |
- p.o. < 2.000 m2 | 4a | |
- p.o. ³ 2.000 m2 | 5 | |
287 | overige metaalwarenfabrieken n.e.g. | 3b |
29 | vervaardiging van machines en apparaten | |
29 | machine- en apparatenfabrieken: | |
- p.o. < 2.000 m2 | 3b | |
- p.o. ³ 2.000 m2 | 4a | |
- met proefdraaien verbrandingsmotoren ³ 1 mw | 4b | |
30 | vervaardiging van kantoormachines en computers | |
30 | kantoormachines- en computerfabrieken | 3a |
31 | vervaardiging van overige elektrische machines, apparaten en benodigdheden | |
311 | elektromotoren- en generatorenfabrieken | 4a |
312 | schakel- en installatiemateriaalfabrieken | 4a |
313 | elektrische draad- en kabelfabrieken | 4a |
314 | accumulatoren- en batterijenfabrieken | 3b |
315 | lampenfabrieken | 4b |
316 | elektrotechnische industrie n.e.g. | 3a |
3162 | koolelektrodenfabrieken | 6 |
32 | vervaardiging van audio-, video-, telecom-apparaten en -benodigdh. | |
321 t/m 323 | vervaardiging van audio-, video- en telecom-apparatuur en benodigdheden | 3a |
3210 | fabrieken voor gedrukte bedrading | 3a |
33 | vervaardiging van medische en optische apparaten en instrumenten | |
33 | fabrieken voor medische apparaten en instrumenten, orthopedische artikelen, optische instrumenten en uurwerken. | 2 |
34 | vervaardiging van auto's, aanhangwagens en opleggers | |
341 | autofabrieken en assemblagebedrijven | |
- p.o. < 10.000 m2 | 4a | |
- p.o. ³ 10.000 m2 | 4b | |
3420.1 | carrosseriefabrieken | 4a |
3420.2 | aanhangwagen- en opleggerfabrieken | 4a |
343 | auto-onderdelenfabrieken | 3b |
35 | vervaardiging van transportmiddelen (excl. auto's, aanhangwagens en opleggers) | |
351 | scheepsbouw- en reparatiebedrijven: | |
- houten schepen | 3a | |
- kunststof schepen | 3b | |
- metalen schepen < 25 m | 4a | |
- metalen schepen ³ 25m en/of proefdraaien motoren ³ 1 mw | 5 | |
3511 | scheepssloperijen | 5 |
352 | wagonbouw- en spoorwegwerkplaatsen: | |
- algemeen | 3b | |
- met proefdraaien van verbrandingsmotoren ³ 1 mw | 4b | |
353 | vliegtuigbouw en -reparatiebedrijven: | |
- zonder proefdraaien motoren | 4a | |
- met proefdraaien motoren | 5 | |
354 | rijwiel- en motorrijwielfabrieken | 3b |
355 | transportmiddelenindustrie n.e.g. | 3b |
36 | vervaardiging van meubels; vervaardiging van overige goederen n.e.g. | |
361 | meubelfabrieken | 3b |
362 | fabricage van munten, sieraden e.d. | 2 |
363 | muziekinstrumentenfabrieken | 2 |
364 | sportartikelenfabrieken | 3a |
365 | speelgoedartikelenfabrieken | 3a |
366 | vervaardiging van overige goederen n.e.g. | 3a |
37 | voorbereiding tot recycling | |
371 | metaal- en autoshredders | 5 |
372 | puinbrekerijen en -malerijen: | |
- v.c. < 100.000 t/j | 4b | |
- v.c. ³ 100.000 t/j | 5 | |
372 | rubberregeneratiebedrijven | 4b |
372 | afvalscheidingsinstallaties | 4b |
40 | productie en distributie elektriciteit, aardgas, stoom en warm water | |
40 | elektriciteitsproductiebedrijven (vermogen ³ 50 mw) | |
- kolengestookt | 5 | |
- oliegestookt | 5 | |
- gasgestookt | 5 | |
- kerncentrales met koeltorens | 6 | |
- warmtekrachtinstallaties (gas) | 5 | |
40 | elektriciteitsdistributiebedrijven, met transformatorvermogen: | |
- < 10 mva | 2 | |
- 10 - 100 mva | 3a | |
- 100 - 200 mva | 3b | |
- 200 - 1000 mva | 4b | |
- ³ 1000 mva | 5 | |
40 | gasdistributiebedrijven: | |
- gascompressorstations vermogen < 100 mw | 4b | |
- gascompressorstations vermogen ³ 100 mw | 5 | |
- gasdrukregel- en meetruimten (kasten en gebouwen), cat. b en c | 2 | |
- gasontvang- en -verdeelstations, cat. d | 3b | |
40 | warmtevoorzieningsinstallaties, gasgestookt: | |
- stadsverwarming | 3b | |
- blokverwarming | 2 | |
41 | winning en distributie van water | |
41 | waterwinning-/ bereiding- bedrijven: | |
- met chloorgas | 5 | |
- bereiding met chloorbleekloog e.d. en/of straling | 3a | |
41 | waterdistributiebedrijven met pompvermogen: | |
- < 1 mw | 2 | |
- 1 - 15 mw | 3b | |
- ³ 15 mw | 4b | |
45 | bouwnijverheid | |
45 | bouwbedrijven en aannemersbedrijven met werkplaats | 3a |
50 | handel/reparatie van auto's, motorfietsen; benzineservicestations | |
501, 502, 504 | handel in auto's en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven | 2 |
5020.4 | autoplaatwerkerijen | 3b |
5020.4 | autobeklederijen | 1 |
5020.4 | autospuitinrichtingen | 3a |
5020.5 | autowasserijen | 2 |
503, 504 | handel in auto- en motorfietsonderdelen en -accessoires | 2 |
505 | benzineservicestations: | |
- met lpg | 3b | |
- zonder lpg | 2 | |
51 | groothandel en handelsbemiddeling | |
511 | handelsbemiddeling (kantoren) | 1 |
5121 | grth in akkerbouwproducten en veevoeders | 2 |
5122 | grth in bloemen en planten | 2 |
5123 | grth in levende dieren | 3b |
5124 | grth in huiden, vellen en leder | 3a |
5125, 5131 | grth in ruwe tabak, groenten, fruit en consumptie-aardappelen | 2 |
5132, 5133 | grth in vlees, vleeswaren, zuivelproducten, eieren, spijsoliën | 2 |
5134 | grth in dranken | 2 |
5135 | grth in tabaksproducten | 2 |
5136 | grth in suiker, chocolade en suikerwerk | 2 |
5137 | grth in koffie, thee, cacao en specerijen | 2 |
5138, 5139 | grth in overige voedings- en genotmiddelen | 2 |
514 | grth in overige consumentenartikelen | 2 |
5148.7 | grth in vuurwerk | |
- consumentenvuurwerk, verpakt, opslag tot 50 ton | 2 | |
- consumentenvuurwerk, onverpakt, opslag tot 2 ton | 2 | |
- consumentenvuurwerk, onverpakt, opslag 2-5 ton | 3a | |
- professioneel vuurwerk, opslag tot 6 ton | 5 | |
5151.1 | grth in vaste brandstoffen: | |
- klein, lokaal verzorgingsgebied | 3b | |
- kolenterminal, opslag opp. ³ 2.000 m2 | 5 | |
5151.2 | grth in vloeibare en gasvormige brandstoffen: | |
- vloeistoffen, o.c. < 100.000 m3 | 4a | |
- vloeistoffen, o.c. ³ 100.000 m3 | 5 | |
- tot vloeistof verdichte gassen | 4b | |
5151.3 | grth minerale olieproducten (excl. brandstoffen) | 3b |
5152.1 | grth in metaalertsen: | |
- opslag opp. < 2.000 m2 | 4b | |
- opslag opp. ³ 2.000 m2 | 5 | |
5152.2, 5152.3 | grth in metalen en -halffabrikaten | 3b |
5153 | grth in hout en bouwmaterialen | 3a |
5154 | grth in ijzer- en metaalwaren en verwarmingsapparatuur | 3a |
5155.1 | grth in chemische producten | 3b |
5156 | grth in overige intermediaire goederen | 2 |
5157 | autosloperijen | 3b |
5157.2, 5157.3 | overige groothandel in afval en schroot | 3b |
5162 | grth in machines en apparaten | 2 |
517 | overige grth (bedrijfsmeubels, emballage, vakbenodigdheden e.d. | 2 |
52 | detailhandel en reparatie t.b.v. particulieren | |
52 | detailhandel voor zover n.e.g. | 1 |
5211,5212,5246,5249 | supermarkten, warenhuizen, hypermarkten, bouwmarkten, tuincentra | 2(1) |
5222, 5223 | detailhandel vlees, wild, gevogelte, met roken, koken, bakken | 2 |
5224 | detailhandel brood en banket met bakken voor eigen winkel | 2 |
5231, 5232 | apotheken en drogisterijen | 1 |
5249 | detailhandel in vuurwerk | 1 |
527 | reparatie t.b.v. particulieren (excl. auto's en motorfietsen) | 1 |
55 | logies-, maaltijden- en drankenverstrekking | |
5511, 5512 | hotels en pensions met keuken | 2 |
552 | kampeerterreinen, vakantiecentra, e.d. (met keuken) | 3a |
553 | restaurants, cafetaria's, snackbars, viskramen e.d. | 2 |
554 | cafés, bars, discotheken | 3a |
5551 | kantines | 2 |
5552 | cateringbedrijven | 2 |
60 | vervoer over land | |
601 | spoorwegen: | |
- stations | 3b | |
- rangeerterreinen, overslagstations (zonder rangeerheuvel) | 4b | |
6021.1 | bus-, tram- en metrostations en -remises | 3b |
6022 | taxibedrijven, taxistandplaatsen | 2 |
6023 | touringcarbedrijven | 3b |
6024 | goederenwegvervoerbedrijven (zonder schoonmaken tanks) | 3b |
603 | pomp- en compressorstations van pijpleidingen | 3a |
61, 62 | vervoer over water / door de lucht | |
61, 62 | vervoersbedrijven (uitsluitend kantoren) | 1 |
63 | dienstverlening t.b.v. het vervoer | |
6311.1 | laad-, los- en overslagbedrijven t.b.v. zeeschepen: | |
- containers | 5 | |
- stukgoederen | 4b | |
- ertsen, mineralen e.d., opslagopp. ³ 2.000 m2 | 5 | |
- granen of meelsoorten, v.c. ³ 500 t/u | 5 | |
- steenkool, opslagopp. ³ 2.000 m2 | 5 | |
- olie, lpg, e.d. | 5 | |
- tankercleaning | 4b | |
6311.2 | laad-, los- en overslagbedrijven t.b.v. binnenvaart: | |
- containers | 4b | |
- stukgoederen | 3b | |
- ertsen, mineralen, e.d., opslagopp. < 2.000 m2 | 4b | |
- ertsen, mineralen, e.d., opslagopp. ³ 2.000 m2 | 5 | |
- granen of meelsoorten , v.c. < 500 t/u | 4b | |
- granen of meelsoorten, v.c. ³ 500 t/u | 5 | |
- steenkool, opslagopp. < 2.000 m2 | 4b | |
- steenkool, opslagopp. ³ 2.000 m2 | 5 | |
- olie, lpg, e.d. | 5 | |
- tankercleaning | 4b | |
6312 | veem- en pakhuisbedrijven, koelhuizen | 3a |
6321 | autoparkeerterreinen, parkeergarages | 2 |
6322, 6323 | overige dienstverlening t.b.v. vervoer (kantoren) | 1 |
6323 | luchthavens | 6 |
633 | reisorganisaties | 1 |
634 | expediteurs, cargadoors (kantoren) | 1 |
64 | post en telecommunicatie | |
641 | post- en koeriersdiensten | 2 |
642 | telecommunicatiebedrijven | 1 |
642 | tv- en radiozenders (zie ook tabel 2: zendinstallaties) | 2 |
65, 66, 67 | financiële instellingen en verzekeringswezen | |
65, 66, 67 | banken, verzekeringsbedrijven, beurzen | 2 |
70 | verhuur van en handel in onroerend goed | |
70 | verhuur van en handel in onroerend goed | 1 |
71 | verhuur van transportmiddelen, machines, andere roerende goederen | |
711 | personenautoverhuurbedrijven | 2 |
712 | verhuurbedrijven voor transportmiddelen (excl. personenauto's) | 3a |
713 | verhuurbedrijven voor machines en werktuigen | 3a |
714 | verhuurbedrijven voor roerende goederen n.e.g. | 2 |
72 | computerservice- en informatietechnologie | |
72 | computerservice- en informatietechnologie-bureau's e.d. | 1 |
73 | speur- en ontwikkelingswerk | |
731 | natuurwetenschappelijk speur- en ontwikkelingswerk | 2 |
732 | maatschappij- en geesteswetenschappelijk onderzoek | 1 |
74 | overige zakelijke dienstverlening | |
74 | overige zakelijke dienstverlening: kantoren | 1 |
747 | reinigingsbedrijven voor gebouwen | 3a |
7481.3 | foto- en filmontwikkelcentrales | 2 |
7484.3 | veilingen voor landbouw- en visserijproducten | 4a |
7484.4 | veilingen voor huisraad, kunst e.d. | 1 |
75 | openbaar bestuur, overheidsdiensten, verplichte sociale verzekeringen | |
75 | openbaar bestuur (kantoren e.d.) | 2 |
7522 | defensie-inrichtingen | 4a |
7525 | brandweerkazernes | 3a |
80 | onderwijs | |
801, 802 | scholen voor basis- en algemeen voortgezet onderwijs | 2 |
803, 804 | scholen voor beroeps-, hoger en overig onderwijs | 2 |
85 | gezondheids- en welzijnszorg | |
8511 | ziekenhuizen | 2 |
8512, 8513 | artsenpraktijken, klinieken en dagverblijven | 1 |
8514, 8515 | consultatiebureaus | 1 |
853 | verpleeghuizen | 2 |
90 | milieudienstverlening | |
9000.1 | rwzi's en gierverwerkingsinricht., met afdekking voorbezinktanks: | |
- < 100.000 i.e. | 4a | |
- 100.000 - 300.000 i.e. | 4b | |
- ³ 300.000 i.e. | 5 | |
9000.2 | vuilophaal-, straatreinigingsbedrijven e.d. | 3a |
9000.2 | gemeentewerven (afvalinzameldepots) | 3a |
9000.3 | afvalverwerkingsbedrijven: | |
- mestverwerking/korrelfabrieken | 5 | |
- kabelbranderijen | 3b | |
- verwerking radio-actief afval | 6 | |
- pathogeen afvalverbranding (voor ziekenhuizen) | 3a | |
- oplosmiddelterugwinning | 3b | |
- afvalverbrandingsinrichtingen, thermisch vermogen > 75 mw | 4b | |
- verwerking fotochemisch en galvano-afval | 2 | |
9000.3 | vuilstortplaatsen | 4b |
9000.3 | vuiloverslagstations | 4b |
9000.3 | composteerbedrijven: | |
- open | 5 | |
- gesloten | 3b | |
91 | diverse organisaties | |
9111 | bedrijfs- en werknemersorganisaties (kantoren) | 2 |
9131 | kerkgebouwen e.d. | 2 |
9133.1 | buurt- en clubhuizen | 3a |
9133.1 | hondendressuurterreinen | 3a |
92 | cultuur, sport en recreatie | |
921, 922 | studio's (film, tv, radio, geluid) | 2 |
9213 | bioscopen | 2 |
9232 | theaters, schouwburgen, concertgebouwen, evenementenhallen | 2 |
9233 | recreatiecentra, vaste kermis e.d. | 4b |
9234 | muziek- en balletscholen | 2 |
9234.1 | dansscholen | 2 |
9251, 9252 | bibliotheken, musea, ateliers, e.d. | 1 |
9253.1 | dierentuinen | 3b |
9261.1 | zwembaden: | |
- overdekt | 3a | |
- niet overdekt | 4a | |
9261.2 | sporthallen | 3a |
9261.2 | bowlingcentra | 2 |
9261.2 | overdekte kunstijsbanen | 3b |
9261.2 | stadions en openluchtijsbanen | 4b |
9261.2 | maneges | 3a |
9261.2 | tennisbanen (met verlichting) | 3a |
9261.2 | veldsportcomplex (met verlichting) | 3a |
9261.2 | golfbanen | 1 |
9261.2 | kunstskibanen | 2 |
9262 | schietinrichtingen: | |
- binnenbanen: geweer- en pistoolbanen | 4a | |
- binnenbanen: boogbanen | 1 | |
- vrije buitenbanen: kleiduiven | 4b | |
- vrije buitenbanen: schietbomen | 5 | |
- vrije buitenbanen: geweerbanen | 6 | |
- vrije buitenbanen: pistoolbanen | 6 | |
- vrije buitenbanen: boogbanen | 4a | |
- buitenbanen met voorzieningen: schietbomen | 5 | |
- buitenbanen met voorzieningen: geweerbanen | 6 | |
- buitenbanen met voorzieningen: pistoolbanen | 5 | |
- buitenbanen met voorzieningen: boogbanen | 2 | |
9262 | skelterbanen, < 8 uur/week in gebruik | 5 |
9262 | skelterbanen, ³8 uur/week in gebruik | 5 |
9262 | autocircuits, motorcrossterreinen e.d., < 8 uur/week in gebruik | 5 |
9262 | autocircuits, motorcrossterreinen e.d., ³ 8 uur/week in gebruik | 6 |
9262 | sportscholen, gymnastiekzalen | 2 |
9262 | jachthavens met diverse voorzieningen | 3a |
9271 | casino's | 2 |
9272.1 | amusementshallen | 2 |
9272.2 | modelvliegtuigvelden | 4b |
93 | overige dienstverlening | |
9301.1 | wasserijen en strijkinrichtingen | 3a |
9301.1 | tapijtreinigingsbedrijven | 3a |
9301.2 | chemische wasserijen en ververijen | 2 |
9301.3 | wasverzendinrichtingen | 2 |
9301.3 | wasserettes, wassalons | 1 |
9302 | kappersbedrijven en schoonheidsinstituten | 1 |
9303 | begrafenisondernemingen: | |
- uitvaartcentra | 1 | |
- begraafplaatsen | 1 | |
- crematoria | 3b | |
9304 | badhuizen en saunabaden | 2 |
9305 | dierenasiels en -pensions | 3b |
9305 | persoonlijke dienstverlening n.e.g. | 1 |
Bijlage 2 Staat Van Horeca-activiteiten
staat van horeca-activiteiten
categorie I: “aan de detailhandelsfunctie verwante lichte horeca”
- automatiek;
- broodjeszaak;
- cafetaria;
- croissanterie;
- koffiebar;
- lunchroom;
- ijssalon;
- snackbar;
- tearoom;
- traiteur.
categorie II: “overige lichte horeca”
- bistro;
- restaurant;
- hotel/pension.
categorie III: “middelzware horeca”
- bar;
- bierhuis;
- biljartcentrum;
- café;
- proeflokaal;
- dansschool;
- zalenverhuur (zonder regulier gebruik ten behoeve van feesten en muziek-/dansevenementen.
categorie IV: “zware horeca”
- dancing;
- discotheek;
- nachtclub;
- partycentrum (regulier gebruik ten behoeve van feesten en muziek- /dansevenementen.