Bestemmingsplan Bedrijventerreinen
Bestemmingsplan - gemeente Peel en Maas
Vastgesteld op 25-06-2013 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 plan:
het bestemmingsplan 'Bedrijventerreinen Peel en Maas' van de gemeente Peel en Maas.
1.2 bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1894.BPL0066-VG01 met bijbehorende regels (en eventuele bijlagen).
1.3 aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
1.4 aanduidingsgrens:
grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
1.5 achtererfgebied:
erf aan de achterkant en de niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde zijkant, op meer dan 1,00 meter van de voorkant van het hoofdgebouw.
1.6 achtergevel:
de gevel achter de voorgevel zoals deze oorspronkelijk bij de bouw is gerealiseerd.
1.7 ambacht(elijk):
het bedrijfsmatig, geheel of overwegend door middel van handwerk vervaardigen, ver-/bewerken, herstellen of installeren van goederen, alsook het verkopen en/of leveren, als ondergeschikte activiteit, van goederen die ter plaatse worden vervaardigd, ver- of bewerkt, ondergeschikt aan de woonfunctie. Wanneer deze activiteit in een woning en bijbehorende bouwwerken plaatsvindt, dient de omvang van de activiteit zodanig te zijn dat de woonfunctie in overwegende mate wordt gehandhaafd.
1.8 archeologisch monument:
terrein dat op basis van de Monumentenwet 1988 is aangewezen als beschermd archeologisch monument.
1.9 archeologisch onderzoek:
onderzoek verricht door een dienst, bedrijf of instelling, beschikkend over een opgravingsvergunning ex artikel 45 van de Monumentenwet (of voor de betreffende werkzaamheden een vergunning heeft van de minister van OCW) en werkend volgens de kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie (KNA).
1.10 archeologische verwachting:
de aan een gebied toegekende verwachting in verband met de kans op het voorkomen van archeologische relicten (resten uit het verleden).
1.11 archeologische waarde:
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende archeologische relicten (resten uit het verleden).
1.12 bebouwing:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouw zijnde.
1.13 bebouwingspercentage:
een in de regels of op de verbeelding aangegeven percentage, dat de grootte van het bouwvlak aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd.
1.14 bedrijf:
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis verbonden beroepen daaronder niet begrepen en niet zijnde een seksinrichting.
1.15 bedrijf aan huis:
het bedrijfsmatig verlenen van diensten cq. het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid, in tegenstelling tot de beroepsmatige activiteiten, geheel of overwegend door middel van handwerk, dat op kleine schaal in een woning of bijbehorende bouwwerken wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de bedrijfsuitoefening een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie ter plaatse welke zijn opgenomen in bijlage 3 'Overzicht beroep of bedrijf aan huis'.
1.16 bedrijfsvloeroppervlak:
de totale vloeroppervlakte van kantoren, winkels of bedrijven met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten.
1.17 bedrijfswoning:
een woning in of bij een bedrijfsgebouw of op dan wel bij een terrein, dienend voor de huisvesting van een persoon (en diens huishouden), wiens huisvesting ter plaatse, gelet op de bedrijfsvoering, noodzakelijk is.
1.18 beroep aan huis:
een dienstverlenend beroep dat op kleine schaal in een woning of bijbehorende bouwwerken wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de beroepsuitoefening een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie ter plaatse, welk zijn opgenomen in bijlage 3 'Overzicht beroep of bedrijf aan huis'.
1.19 bestaand:
situatie ten tijde van inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
1.20 bestemmingsgrens:
de grens van een bestemmingsvlak.
1.21 bestemmingsvlak:
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
1.22 bevoegd gezag:
bevoegd gezag als bedoeld in artikel 2.4 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
1.23 bijbehorend bouwwerk:
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
1.24 bodemingreep:
werken of werkzaamheden die een bodemverstorende werking kunnen hebben op het aanwezige (archeologisch) bodemarchief.
1.25 bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
1.26 bouwgrens:
de grens van een bouwvlak.
1.27 bouwlaag:
een boven het peil gelegen en doorlopend gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen binnenwerks is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van de kelder en de zolder.
1.28 bouwperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
1.29 bouwperceelsgrens:
de grens van een bouwperceel.
1.30 bouwvlak:
een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, zijn toegelaten.
1.31 bouwwerk:
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
1.32 buitenopslag:
het buiten de bebouwing opslaan van goederen, grondstoffen, andere stoffen en materialen.
1.33 deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg:
een door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van archeologie. Deze dient in ieder geval te voldoen aan de in de KNA gestelde kwalificaties van senior archeoloog.
1.34 detailhandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die de goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, met uitzondering van een internetwinkel en/of horeca.
1.35 dienstverlening:
het bedrijfsmatig verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen.
1.36 diepte bodemingreep:
de diepte van de bodemverstorende ingreep, gemeten ten opzichte van het maaiveld ter plaatse (straat- of terreinniveau).
1.37 erf:
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw en voor zover het bestemmingsplan die inrichting niet verbiedt.
1.38 erfafscheiding:
afscheiding welke op een grens tussen twee erven is geplaatst.
1.39 evenement:
een publiekgerichte activiteit die een bijdrage levert aan het culturele, sociale en/of sportieve leven.
1.40 gebouw:
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
1.41 geluidzoneringsplichtige inrichting:
een inrichting, bij welke ingevolge de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een zone moet worden vastgesteld.
1.42 gevellijn:
de als zodanig aangegeven lijn waar de voorgevel van het hoofdgebouw op moet zijn georiënteerd, behoudens voor zover uitdrukkelijk anders bepaald in deze regels.
1.43 glastuinbouw:
een bedrijf met een in hoofdzaak niet-grondgebonden agrarische bedrijfsvoering in de vorm van het telen van gewassen, waarbij de productie in glazen (schuur)kassen, kasschuren, bollentrekkassen en/of warenhuizen plaatsvindt.
1.44 groothandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, het verkopen en/of leveren van goederen aan wederverkopers, dan wel aan instellingen of personen ter aanwending in een andere bedrijfsactiviteit.
1.45 hartlijn:
het midden van een leiding.
1.46 hoofdgebouw:
een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie of afmetingen als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
1.47 horeca:
het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken, het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodaties en/of het bedrijfsmatig verstrekken van nachtverblijf.
1.48 horeca van categorie 1:
een horecabedrijf, dat qua exploitatievorm aansluit bij winkelvoorzieningen en waar, naast overwegend niet ter plaatse bereide kleinere etenswaren, in hoofdzaak alcoholvrije drank wordt verstrekt.
1.49 horeca van categorie 2:
een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het verstrekken van maaltijden of etenswaren die ter plaatse dienen of kunnen worden genuttigd, waaronder:
- a. cafetaria/snackbar;
- b. fastfood en broodjeszaken;
- c. lunchroom;
- d. konditorei;
- e. ijssalon/-winkel;
- f. koffie- en/of theeschenkerij;
- g. afhaalcentrum;
- h. eetwinkels;
- i. restaurant.
1.50 horeca van categorie 3:
een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het verstrekken van (alcoholische) dranken voor consumptie ter plaatse, alsmede het verstrekken van maaltijden of etenswaren die ter plaatse genuttigd plegen te worden, alsmede de gelegenheid kan bieden tot dansen, waaronder:
- a. café;
- b. bar;
- c. grand-café;
- d. eetcafé;
- e. danscafé;
- f. pubs.
1.51 horeca van categorie 4:
een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het bieden van vermaak en ontspanning (niet zijnde een recreatieve voorziening) en/of het geven van gelegenheid tot de dansbeoefening, al dan niet met live muziek en al dan niet met de verstrekking van dranken en kleine etenswaren, waaronder:
- a. discotheek/dancing;
- b. nacht-café;
- c. zalencentrum (met nachtvergunning).
1.52 horeca van categorie 5:
een inrichting die geheel of in overwegende mate is gericht op het verstrekken van nachtverblijf, waaronder:
- a. hotel;
- b. motel;
- c. pension;
- d. overige logiesverstrekkers.
1.53 huishouden:
een alleenstaande dan wel twee of meer personen die een duurzame gemeenschappelijke huishouding voeren.
1.54 inrichting:
een op grond van de Wet milieubeheer als volgt gedefinieerd begrip: "elk door de mens bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, ondernomen bedrijvigheid die binnen een zekere begrenzing pleegt te worden verricht".
1.55 inwoning:
het bewonen van een gedeelte van een woning welke door een ander huishouden in gebruik is genomen.
1.56 kamerverhuur:
het bedrijfsmatig (nacht)verblijf aanbieden, waarbij de kamerverhuurder ter plaatse het hoofdverblijf heeft.
1.57 kampeermiddel:
- a. een tent, tentwagen, een kampeerauto, toercaravan, vouwwagen, camper of huifkar;
- b. enig ander onderkomen of enig ander voertuig, gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde, waarvoor ingevolge artikel 2.1 lid 1a van de Wabo een omgevingsvergunning voor het bouwen vereist is, een en ander voor zover genoemde onderkomens of voertuigen geheel of gedeeltelijk blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtgebruik.
1.58 kantoor:
het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
1.59 kelder:
een ruimte in een gebouw die geheel of gedeeltelijk ondergronds gelegen is.
1.60 logies:
het bedrijfsmatig (nacht)verblijf aanbieden, waarbij de betreffende persoon het hoofdverblijf elders heeft.
1.61 maatschappelijk:
het uitoefenen van activiteiten gericht op de sociale, maatschappelijke, educatieve en openbare dienstverlening, waaronder:
- a. asielzoekerscentra;
- b. begraafplaatsen;
- c. bibliotheken;
- d. crematoria;
- e. dierenasiel;
- f. dierenpension;
- g. drugsopvang;
- h. gezondheidszorg;
- i. jeugdopvang;
- j. gemeenschapshuizen
- k. justitiële inrichtingen;
- l. kazerne;
- m. militair oefenterrein;
- n. militaire zaken;
- o. naschoolse opvang;
- p. onderwijs;
- q. openbare dienstverlening;
- r. praktijkruimten;
- s. religieuze voorzieningen;
- t. uitvaartcentra;
- u. verenigingsleven;
- v. welzijnsinstellingen;
- w. zorgboerderijen;
- x. zorginstellingen.
1.62 mantelzorg:
langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende door personen uit diens directe omgeving en waarbij de zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt.
1.63 nutsvoorziening:
voorzieningen voor op het openbare net aangesloten voorzieningen van algemeen nut, het telecommunicatieverkeer, het openbaar vervoer en/of het wegverkeer, alsmede containers voor glas, kleding, plastic etc.
1.64 omgevingsvergunning:
omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 of 2.2 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
1.65 ondergeschikt:
een functie die qua omvang en uitstraling ten dienste staat van een op dezelfde plaats voorkomende (hoofd)functie.
1.66 ondergronds bouwen:
bouwen beneden peil.
1.67 ondergronds bouwwerk:
een (gedeelte van) een bouwwerk, waarvan de bovenkant van de vloer is gelegen op ten minste 1,75 meter beneden peil.
1.68 overkapping:
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, omsloten door maximaal één wand en voorzien van een gesloten dak, waaronder begrepen een carport en een luifel.
1.69 peil:
- a. voor gebouwen waarvan de toegang onmiddellijk aan de weg grenst: de hoogte van de kruin van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
- b. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het bestaande aansluitende afgewerkte maaiveld.
1.70 permanente bewoning:
bewoning van een ruimte als hoofdverblijf door eenzelfde persoon of een zelfde groep personen die niet elders over een hoofdverblijf beschikken en waardoor die ruimte als reguliere woning is aan te merken.
1.71 perifere detailhandel:
een detailhandelsbedrijf te onderscheiden in de volgende categorieën:
- a. detailhandel in volumineuze goederen, zoals auto's, boten, motoren, caravans, brommers, fietsen, keukens, sanitair, landbouwwerktuigen en grove bouwmaterialen en daarmee rechtstreeks samenhangende artikelen, zoals accessoires, onderhoudsmiddelen, onderdelen en/of materialen;
- b. grootschalige meubelbedrijven inclusief in ondergeschikte mate woninginrichting en stoffering;
- c. tuincentra en detailhandel in bulk-dierenbenodigdheden/hobby artikelen;
- d. bouwmarkten.
1.72 productiegebonden detailhandel:
detailhandel in goederen die ter plaatse worden vervaardigd, gerepareerd en/of toegepast in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de productiefunctie.
1.73 prostitutie:
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.
1.74 recreatief medegebruik:
het gebruik waarbij de recreatieve activiteiten ondergeschikt dienen te zijn aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan en voor zover de overige functies van de gronden dit toelaten.
1.75 risicovolle inrichting:
een inrichting waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde, een richtwaarde voor het risico dan wel een risico-afstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten als bedoeld in genoemd Besluit.
1.76 schutterij:
een vereniging ten behoeve van de traditionele limburgse scheitsport, waarbij gebruik wordt gemaakt van schietbomen en kogelvangers.
1.77 seksinrichting:
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden, waaronder:
- a. bordeel;
- b. erotische-massagesalon;
- c. parenclub;
- d. prostitutiebedrijf;
- e. seksautomatenhal;
- f. seksbioscoop;
- g. sekssauna/seksinrichting;
- h. sekstheater.
1.78 supermarkt:
een zelfbedieningszaak in goederen met hoofdzakelijk een grote verscheidenheid aan levens- en genotsmiddelen.
1.79 voorgevel:
gevel aan de voorzijde van een gebouw gerelateerd aan de grens van het bouwvlak die is gericht naar de weg en waarop de bebouwing is georiënteerd.
1.80 voorgevelrooilijn:
denkbeeldige lijn die strak loopt langs de voorgevel van een gebouw tot aan de perceelsgrenzen.
1.81 voorkant van een hoofdgebouw:
staat gelijk aan de voorgevel, met uitzondering van erkers, luifels, overkappingen en dergelijke ondergeschikte bouwdelen.
1.82 weg:
een voor het openbaar rij- of ander verkeer bestemde weg of pad, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de weg of pad behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de weg liggende en als zodanig aangeduide parkeerplaatsen.
1.83 wet / wettelijke regelingen:
indien en voor zover in deze regels wordt verwezen naar wettelijke regelingen c.q. verordeningen e.d., dienen deze regelingen te worden gelezen zoals deze gelden op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
1.84 wonen:
wonen in een woning, zijnde een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden of maximaal vier personen die geen huishouden vormen.
1.85 woning:
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden of maximaal vier personen die geen huishouden vormen.
1.86 zolder:
ruimte(n) onder een kap, voor zover de hoogte van de borstwering ter plaatse van de omtrekmuren minder dan 80 cm boven de vloer is gelegen.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.1 de dakhelling:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
2.2 de goothoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
2.3 de inhoud van een bouwwerk:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
2.4 de bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van onderschikte bouwonderdelen als bedoeld in artikel 28.2.
2.5 de oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
2.6 de oppervlakte van een bodemingreep:
het gebied (zone) waarbinnen bodemingrepen plaatsvinden die een verstorende werking kunnen hebben op het (archeologisch) bodemarchief.
2.7 de afstand tot de bouwperceelsgrens:
tussen de grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is.
2.8 de ondergrondse bouwdiepte van een bouwwerk:
vanaf het bouwkundig peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
2.9 de verkoopvloeroppervlakte:
de voor winkelend publiek toegankelijke verkoopruimte van een detailhandelsbedrijf.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. agrarisch grondgebruik, waaronder begrepen het gebruik als hobbydieren-weide;
met daaraan ondergeschikt:
- b. extensief dagrecreatief medegebruik;
- c. groenvoorzieningen;
- d. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
- e. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
3.2 Bouwregels
3.3 Specifieke gebruiksregels
3.4 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 4 Agrarisch - Glastuinbouw
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch - Glastuinbouw' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. agrarisch bedrijfsmatig gebruik in de vorm van een glastuinbouwbedrijf, al dan niet met als nevenactiveit een grondgebonden bedrijfstak;
met daaraan ondergeschikt:
- b. wonen in een bedrijfswoning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' al dan niet in combinatie met de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis overeenkomstig het bepaalde in artikel 4.3.3;
- c. verkoop van zelfvoortgebrachte of streekeigen producten, overeenkomstig het bepaalde in artikel 4.3.4;
- d. evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 4.3.2;
- e. tuinen, erven en terreinen;
- f. groenvoorzieningen;
- g. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
- h. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen;
- i. teeltondersteunende voorzieningen.
4.2 Bouwregels
4.3 Specifieke gebruiksregels
4.4 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 5 Bedrijf
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. bedrijven en/of het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten welke zijn opgenomen in milieucategorie 1 t/m 2 van de Lijst vanbedrijfsactiviteiten Bedrijventerrein - 1 (bijlage 1 bij de regels), en/of daarmee naar aard, omvang en invloed op de omgeving gelijk te stellen bedrijven en/of bedrijfsactiviteiten;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - transportbedrijf', uitsluitend een transportbedrijf en ondergeschikte detailhandel in zand, grind en aarde;
- c. (detail)handel in auto- en motorfietsonderdelen en -accessoires, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in automaterialen';
- d. een activiteitencentrum voor sociale, culturele en recreatieve doeleinden voor kinderen en gehandicapten, waaronder dagbesteding, atelier met expositie-, workshop en verkoopruimte, kookstudio, kinderspeeltuin, muziekstudio, leesruimte, internetcafe, (verkeers)educatiecentrum al dan niet met aan de maatschappelijke functie gerelateerde ondergeschikte horeca van categorie 1 en 2, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk';
- e. een verkooppunt voor motorbrandstoffen met lpg, autoreparatiebedrijf, autowasserette en detailhandel in de vorm van een serviceshop met een oppervlakte van maximaal 50 m2, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg';
- f. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening', uitsluitend nutsvoorzieningen;
met daaraan ondergeschikt:
- g. wonen in een bedrijfswoning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', al dan niet in combinatie met de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis overeenkomstig het bepaalde in artikel 5.4.3;
- h. productiegebonden detailhandel, overeenkomstig het bepaalde in artikel 5.4.4;
- i. evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 5.4.2;
- j. nutsvoorzieningen;
- k. tuinen, erven en terreinen;
- l. groenvoorzieningen;
- m. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
- n. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
5.2 Bouwregels
5.3 Afwijken van de bouwregels
5.4 Specifieke gebruiksregels
5.5 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 6 Bedrijventerrein - 1
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijventerrein - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. bedrijven en/of het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten welke zijn opgenomen in milieucategorie 1 t/m 2 van de 'Lijst van bedrijfsactiviteiten' (bijlage 1 bij de regels), groothandelsbedrijven, en/of daarmee naar aard, omvang en invloed op de omgeving gelijk te stellen bedrijven en/of bedrijfsactiviteiten;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 3', uitsluitend bedrijven en/of het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten welke zijn opgenomen in milieucategorie 1 t/m 3 van de 'Lijst van bedrijfsactiviteiten' (bijlage 1 bij de regels), groothandelsbedrijven, en/of daarmee naar aard, omvang en invloed op de omgeving gelijk te stellen bedrijven en/of bedrijfsactiviteiten;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'antennemast' uitsluitend een antennemast;
- d. verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg';
- e. opslag, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'opslag';
- f. verkoop, (detail)handel en reparatie van auto's, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - autohandel';
- g. een bouwbedrijf, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bouwbedrijf';
- h. een bouwmarkt, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bouwmarkt';
- i. detailhandel in bruidsmode, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bruidsmodewinkel';
- j. een groothandel in machines, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - groothandel in machines´;
- k. (detail)handel in automaterialen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in automaterialen;
- l. (detail)handel in bouwmaterialen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in bouwmaterialen;
- m. (detail)handel en reparatie van motorvoertuigen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in motorvoertuigen;
- n. groothandel in land- en tuinbouwmachines, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - handel in land- en tuinbouwmachines';
- o. (detail)handel in tuinartikelen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in tuinartikelen';
- p. (detail)handel in zwembaden en whirpools, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in zwembaden en whirlpools';
- q. een kringloopcentrum, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - kringloopcentrum';
- r. een installatiebedrijf, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - installatiebedrijf';
- s. reparatie van auto's, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - reparatie van autos';
- t. (detail)handel in keukens en sanitair en showroom in keukens en sanitair, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in keukens en sanitair';
- u. transportbedrijf, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - transportbedrijf';
- v. vervaardiging en verkoop van aluminium kozijnen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - vervaardiging aluminium kozijnen';
- w. vuurwerkopslag, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - vuurwerkopslag';
- x. een binnen en buitenspeeltuin, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - binnen- en buitenspeeltuin';
- y. een polikliniek, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - polikliniek';
met daaraan ondergeschikt:
- z. wonen in een bedrijfswoning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', al dan niet in combinatie met de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis overeenkomstig het bepaalde in artikel 6.4.3;
- aa. productiegebonden detailhandel overeenkomstig het bepaalde in artikel 6.4.4;
- ab. buitenstalling van ter plaatse vervaardigde of verhandelde producten, overeenkomstig het bepaalde in artikel 6.4.5;
- ac. buitenopslag overeenkomstig het bepaalde in artikel 6.4.6;
- ad. horeca van categorie 1 en 2 ondergeschikt aan de functie;
- ae. evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 6.4.2;
- af. nutsvoorzieningen;
- ag. tuinen, erven en terreinen;
- ah. groenvoorzieningen;
- ai. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
- aj. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
6.2 Bouwregels
6.3 Afwijken van de bouwregels
6.4 Specifieke gebruiksregels
6.5 Afwijken van de gebruiksregels
6.6 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 7 Bedrijventerrein - 2
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijventerrein - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. bedrijven en/of het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten welke zijn opgenomen in milieucategorie 1 t/m 2 van de 'Lijst van bedrijfsactiviteiten' (bijlage 2 bij de regels), en/of daarmee naar aard, omvang en invloed op de omgeving gelijk te stellen bedrijven en/of bedrijfsactiviteiten;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 3', uitsluitend bedrijven en/of het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten welke zijn opgenomen in milieucategorie 1 t/m 3 van de 'Lijst van bedrijfsactiviteiten' (bijlage 2 bij de regels), en/of daarmee naar aard, omvang en invloed op de omgeving gelijk te stellen bedrijven en/of bedrijfsactiviteiten;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 4', uitsluitend bedrijven en/of het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten welke zijn opgenomen in milieucategorie 1 t/m 4 van de 'Lijst van bedrijfsactiviteiten' (bijlage 2 bij de regels), en/of daarmee naar aard, omvang en invloed op de omgeving gelijk te stellen bedrijven en/of bedrijfsactiviteiten;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 5', uitsluitend bedrijven en/of het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten welke zijn opgenomen in milieucategorie 1 t/m 5 van de 'Lijst van bedrijfsactiviteiten' (bijlage 2 bij de regels), en/of daarmee naar aard, omvang en invloed op de omgeving gelijk te stellen bedrijven en/of bedrijfsactiviteiten;
- e. (detail)handel en reparatie van auto's, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - autohandel';
- f. groothandel in machines, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - groothandel in machines';
- g. (detail)handel in bouwmaterialen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in bouwmaterialen';
- h. (detail)handel in keukens en sanitair, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in keukens en sanitair';
- i. (detail)handel en reparatie van vrachtwagens, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding '(detail)handel/reparatie 2e hands vrachtwagens';
met daaraan ondergeschikt:
- j. wonen in een bedrijfswoning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', al dan niet in combinatie met de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis overeenkomstig het bepaalde in artikel 7.4.3;
- k. productiegebonden detailhandel overeenkomstig het bepaalde in artikel 7.4.4;
- l. buitenstalling van ter plaatse vervaardigde of verhandelde producten overeenkomstig het bepaalde in artikel 7.4.5;
- m. buitenopslag overeenkomstig het bepaalde in artikel 7.4.6;
- n. horeca van categorie 1 en 2 ondergeschikt aan de functie;
- o. evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 7.4.2;
- p. nutsvoorzieningen;
- q. tuinen, erven en terreinen;
- r. groenvoorzieningen;
- s. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
- t. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
7.2 Bouwregels
7.3 Afwijken van de bouwregels
7.4 Specifieke gebruiksregels
7.5 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 8 Detailhandel
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - handel in vrijetijdsartikelen', uitsluitend detailhandel in tuin-, sportvisserij-, vrijetijds/kampeerartikelen en vuurwerk en een gasflessen vulstation;
met daaraan ondergeschikt:
- b. wonen in een bedrijfswoning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' al dan niet in combinatie met de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis overeenkomstig het bepaalde in artikel 8.3.3;
- c. evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 8.3.4;
- d. tuinen, erven en terreinen;
- e. groenvoorzieningen;
- f. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
- g. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
8.2 Bouwregels
8.3 Specifieke gebruiksregels
8.4 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 9 Groen
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. groenvoorzieningen;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - landschappelijke inpassing', landschappelijke inpassing;
- c. bermen en beplanting;
- d. paden;
- e. speelvoorzieningen;
- f. nutsvoorzieningen;
- g. kunstwerken;
- h. evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 9.3.2;
- i. waterlopen en waterpartijen, waaronder wadi's;
- j. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
9.2 Bouwregels
9.3 Specifieke gebruiksregels
9.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 10 Horeca
10.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. horeca van categorie 1 en 2, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'horeca tot en met horecacategorie 2';
- b. horeca van categorie 1 tot en met 3, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'horeca tot en met horecacategorie 3';
met daaraan ondergeschikt:
- c. wonen in een bedrijfswoning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' al dan niet in combinatie met de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis overeenkomstig het bepaalde in artikel 10.3.3;
- d. evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 10.3.4;
- e. terrassen;
- f. tuinen, erven en terreinen;
- g. groenvoorzieningen;
- h. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
- i. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
10.2 Bouwregels
10.3 Specifieke gebruiksregels
10.4 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 11 Kantoor
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. kantoren;
met daaraan ondergeschikt:
- b. evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 11.3.3;
- c. tuinen, erven en terreinen;
- d. groenvoorzieningen;
- e. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
- f. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
11.2 Bouwregels
11.3 Specifieke gebruiksregels
Artikel 12 Natuur
12.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van de aanwezige natuurlijke-, cultuurhistorische- en landschappelijke waarden;
- b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - landschappelijke inpassing', landschappelijke inpassing;
- c. de verbetering van het milieu voor de natuurlijke levensgemeenschappen;
- d. beperkt recreatief medegebruik;
- e. groenvoorzieningen;
- f. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
12.2 Bouwregels
12.3 Specifieke gebruiksregels
12.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 13 Sport
13.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. een schutterij, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - schutterij';
- b. een container voor de opslag van schroot/oud ijzer met bijbehorende overkapping, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'opslag';
- c. ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' een parkeerterrein met 19 parkeerplaatsen;
- d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - schietboom' uitsluitend 5 schietbomen met de bijbehorende kogelvangers en wattenbakken;
met daaraan ondergeschikt:
- e. horeca van categorie 1 en 2 ten dienste van de sportfunctie;
- f. groenvoorzieningen;
- g. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
- h. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
13.2 Bouwregels
13.3 Specifieke gebruiksregels
Artikel 14 Verkeer
14.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wegen, straten en paden met hoofdzakelijk een verkeersfunctie;
- b. voet- en rijwielpaden;
- c. parkeervoorzieningen;
- d. groenvoorzieningen, waaronder bermen en beplanting;
- e. nutsvoorzieningen;
- f. kunstwerken;
- g. waterlopen en waterpartijen, waaronder wadi's;
- h. vervoersvoorzieningen, zoals bushokjes/abri's;
- i. evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 14.3.2;
- j. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
14.2 Bouwregels
14.3 Specifieke gebruiksregels
Artikel 15 Water
15.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. waterberging;
- b. waterhuishouding en ecologische en natuurwaarden;
- c. waterlopen en de daarbij behorende oevervoorzieningen;
- d. kruisingen en overbruggingen ten behoeve van verkeersdoeleinden;
- e. beheer- en onderhoudsstroken;
- f. kunstwerken;
- g. bermen en taluds;
- h. nutsvoorzieningen.
15.2 Bouwregels
Artikel 16 Wonen
16.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen;
met daaraan ondergeschikt:
- b. een beroep of bedrijf aan huis, overeenkomstig het bepaalde in artikel 16.3.3;
- c. evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 16.3.2;
- d. tuinen en erven;
- e. groenvoorzieningen;
- f. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
- g. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
16.2 Bouwregels
16.3 Specifieke gebruiksregels
16.4 Afwijken van de bouwregels
Artikel 17 Leiding - Gas
17.1 Bestemmingsomschrijving
17.2 Bouwregels
17.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in artikel 17.2.1 ten behoeve van het bouwen van gebouwen, mits:
- a. geen aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de leiding;
- b. geen schade aan de andere aan de gronden gegeven bestemmingen wordt of kan worden toegebracht;
- c. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de desbetreffende leidingbeheerder.
17.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 18 Leiding - Hoogspanning
18.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor: de aanleg, het beheer en het onderhoud van een bovengrondse hoogspanningsverbinding, met dien verstande dat:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - hoogspanning' de hartlijn van de hoogspanningsleiding is gelegen.
18.2 Bouwregels
18.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in artikel 18.2.1 ten behoeve van het bouwen van gebouwen, mits:
- a. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de leiding;
- b. geen onevenredige schade aan de andere aan de gronden gegeven bestemmingen wordt of kan worden toegebracht;
- c. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de desbetreffende leidingbeheerder.
18.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 19 Leiding - Riool
19.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor een rioolleiding, met dien verstande dat:
- a. ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - riool' de hartlijn van de leiding voor riooltransport is gelegen.
19.2 Bouwregels
19.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in artikel 19.2.1 ten behoeve van het bouwen van gebouwen, mits:
- a. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de leiding;
- b. geen onevenredige schade aan de andere aan de gronden gegeven bestemmingen wordt of kan worden toegebracht;
- c. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de desbetreffende leidingbeheerder.
19.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Artikel 20 Waarde - Archeologie 2
20.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- a. de instandhouding en bescherming van de archeologische waarden en oudheidkundige waardevolle elementen, in het bijzonder gebieden met een zeer hoge archeologische verwachtingswaarde.
20.2 Bouwregels
20.3 Afwijken van de bouwregels
20.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
20.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Waarde - Archeologie 2' ten behoeve van de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden wijzigen zodanig dat de bestemming geheel of gedeeltelijk van de verbeelding wordt verwijderd, indien:
- a. uit nader archeologisch onderzoek is gebleken, dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn of zich op een andere plaats bevinden;
- b. het op grond van nader archeologisch onderzoek niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarde voorziet.
Artikel 21 Waarde - Archeologie 3
21.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- a. de instandhouding en bescherming van de archeologische waarden en oudheidkundige waardevolle elementen, in het bijzonder voor gebieden met een hoge archeologische verwachtingswaarde en AMK-terreinen met een (hoge) archeologische verwachtingswaarde.
21.2 Bouwregels
21.3 Afwijken van de bouwregels
21.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
21.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Waarde - Archeologie 3' ten behoeve van de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden wijzigen zodanig dat de bestemming geheel of gedeeltelijk van de verbeelding wordt verwijderd, indien:
- a. uit nader archeologisch onderzoek is gebleken, dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn of zich op een andere plaats bevinden;
- b. het op grond van nader archeologisch onderzoek niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarde voorziet.
Artikel 22 Waarde - Archeologie 4
22.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- a. de instandhouding en bescherming van de archeologische waarden en oudheidkundige waardevolle elementen, in het bijzonder voor gebieden met een hoge archeologische verwachtingswaarde.
22.2 Bouwregels
22.3 Afwijken van de bouwregels
22.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
22.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Waarde - Archeologie 4' ten behoeve van de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden wijzigen zodanig dat de bestemming geheel of gedeeltelijk van de verbeelding wordt verwijderd, indien:
- a. uit nader archeologisch onderzoek is gebleken, dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn of zich op een andere plaats bevinden;
- b. het op grond van nader archeologisch onderzoek niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologischew aarde voorziet.
Artikel 23 Waarde - Archeologie 5
23.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 5' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- a. de instandhouding en bescherming van de archeologische waarden en oudheidkundige waardevolle elementen, in het bijzonder voor gebieden met een middelhoge archeologische verwachtingswaarde.
23.2 Bouwregels
23.3 Afwijken van de bouwregels
23.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
23.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Waarde - Archeologie 5' ten behoeve van de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden wijzigen zodanig dat de bestemming geheel of gedeeltelijk van de verbeelding wordt verwijderd, indien:
- a. uit nader archeologisch onderzoek is gebleken, dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn of zich op een andere plaats bevinden;
- b. het op grond van nader archeologisch onderzoek niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologischew aarde voorziet.
Artikel 24 Waarde - Archeologie 6
24.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 6' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- a. de instandhouding en bescherming van de archeologische waarden en oudheidkundige waardevolle elementen, in het bijzonder voor gebieden met een hoge archeologische verwachtingswaarde waar een diepere grondbewerking heeft plaatsgevonden.
24.2 Bouwregels
24.3 Afwijken van de bouwregels
24.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
24.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Waarde - Archeologie 6' ten behoeve van de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden wijzigen zodanig dat de bestemming geheel of gedeeltelijk van de verbeelding wordt verwijderd, indien:
- a. uit nader archeologisch onderzoek is gebleken, dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn of zich op een andere plaats bevinden;
- b. het op grond van nader archeologisch onderzoek niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarde voorziet.
Artikel 25 Waarde - Archeologie 7
25.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 7' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- a. de instandhouding en bescherming van de archeologische waarden en oudheidkundige waardevolle elementen, in het bijzonder voor gebieden met een middelhoge archeologische verwachtingswaarde waar een diepere grondbewerking heeft plaatsgevonden.
25.2 Bouwregels
25.3 Afwijken van de bouwregels
25.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
25.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Waarde - Archeologie 7' ten behoeve van de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden wijzigen zodanig dat de bestemming geheel of gedeeltelijk van de verbeelding wordt verwijderd, indien:
- a. uit nader archeologisch onderzoek is gebleken, dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn of zich op een andere plaats bevinden;
- b. het op grond van nader archeologisch onderzoek niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologischew aarde voorziet.
Artikel 26 Waterstaat - Waterlopen
26.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waterstaat - Waterlopen' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor de bescherming en het beheer van de waterloop met inachtneming van de Keur van het Waterschap.
26.2 Bouwregels
26.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in artikel 26.2 ten behoeve van het bouwen van gebouwen en bouwwerken geen gebouw zijnde, mits:
- a. de veiligheid en het functioneren van de watergang niet wordt geschaad;
- b. voldaan wordt aan regels behorende bij de ter plaatse geldende andere bestemming(en);
- c. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij het Waterschap.
26.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 27 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 28 Algemene Bouwregels
28.1 Ondergronds bouwen
28.2 Ondergeschikte bouwdelen
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, liftschachten, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw-, c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 meter bedraagt.
28.3 Algemene regel over bestaande afstanden en andere maten
Artikel 29 Algemene Gebruiksregels
29.1 Algemeen gebruiksverbod
Het is verboden de gronden en bouwwerken in dit bestemmingsplan te gebruiken en/of te doen en/of laten gebruiken en/of in gebruik te geven op een wijze of tot een doel strijdig met de gegeven bestemming(en).
29.2 Strijdig gebruik
Onder gebruiken of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
- a. een seksinrichting of een daarmee vergelijkbaar bedrijf;
- b. een coffeeshop, growshop, smartshop of een daarmee vergelijkbaar bedrijf;
- c. straatprostitutie;
- d. als opslag-, stort-, lozing- of bergplaats van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke bestemming onttrokken voorwerpen en materialen, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden.
Artikel 30 Algemene Aanduidingsregels
30.1 geluidzone - industrie
30.2 veiligheidzone - lpg
30.3 veiligheidszone - propaan
30.4 'wro-zone - ontheffingsgebied 1'
Ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 1' kan het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan ten behoeve van het toestaan van een bedrijf in milieucategorie 3 van de 'Lijst vanbedrijfsactiviteiten Bedrijventerrein - 1' (bijlage 1 bij de regels), mits:
- a. wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein. Indien niet op eigen terrein in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien, dient te worden aangetoond dat elders in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien.
- b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. de verkeersveiligheid;
- 2. het woon- en leefklimaat;
- 3. de milieusituatie;
- 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
30.5 'wro-zone - ontheffingsgebied 2'
Ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 2' kan het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan ten behoeve van het toestaan van een bedrijf in milieucategorie 4 van de Lijst vanbedrijfsactiviteiten Bedrijventerrein - 1 (bijlage 1 bij de regels), mits:
- a. wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein. Indien niet op eigen terrein in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien, dient te worden aangetoond dat elders in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien.
- b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. de verkeersveiligheid;
- 2. het woon- en leefklimaat;
- 3. de milieusituatie;
- 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
30.6 'wro-zone - ontheffingsgebied 3'
Ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 3' kan het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan ten behoeve van het toestaan van een bedrijf in milieucategorie 5 van de Lijst vanbedrijfsactiviteiten Bedrijventerrein - 1 (bijlage 1 bij de regels), mits:
- a. wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein. Indien niet op eigen terrein in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien, dient te worden aangetoond dat elders in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien.
- b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. de verkeersveiligheid;
- 2. het woon- en leefklimaat;
- 3. de milieusituatie;
- 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
30.7 'wro-zone - ontheffingsgebied 4'
Ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 4' kan het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan ten behoeve van het toestaan van een grotere bouwhoogte van bedrijfsgebouwen, mits:
- a. de bouwhoogte maximaal 15 meter bedraagt;
- b. de afstand tot de dichtsbijzijnde woning maximaal 50 meter bedraagt;
- c. de hoogte vanuit bedrijfs- of milieutechnische overwegingen noodzakelijk is.
30.8 'wro-zone - ontheffingsgebied 5'
Ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 5' kan het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan ten behoeve van het toestaan van een grotere oppervlakte van een bouwperceel, mits:
- a. de oppervlakte maximaal 10.000 m2 bedraagt;
- b. de functie van het bedrijventerrein als regionaal verzamelterrein niet wordt aangetast;
- c. sprake is van een substantiële bijdrage aan de werkgelegenheid en/of verplaatsing van een bedrijf uit de regio:
- d. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- 1. de verkeersveiligheid;
- 2. het woon- en leefklimaat;
- 3. de milieusituatie;
- 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
30.9 'wro-zone - ontheffingsgebied 7'
Ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 7' kan het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan ten behoeve van het toestaan van een hogere bouwhoogte voor schoorstenen, silo's, mits:
- a. de bouwhoogte maximaal 25 meter bedraagt.
30.10 'wro-zone - ontheffingsgebied 8'
Ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 8' kan het bevoegd gezag door middel van een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan ten behoeve van het verhogen van de hoogte voor buitenopslag tot maximaal 25 meter, met dien verstande dat:
- a. aangetoond wordt dat dit noodzakelijk is ten behoeve van de bedrijfsvoering;
- b. de opslag fysiek en visueel voldoende is afgeschermd;
- c. de buitenopslag zodanig is gesitueerd dat ten alle tijde een vrije doorgang van minimaal 3 meter op het perceel achter de bebouwing is gegarandeerd;
- d. de buitenopslag is gelegen op minimaal 3,5 meter van de zijdelingse perceelsgrens.
Artikel 31 Algemene Wijzigingsregels
31.1 Algemene wijzigingen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de in het plan opgenomen bestemmingen te wijzigen voor:
- a. het overschrijden van bestemmingsgrenzen, voor zover dit van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover dit noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijding mag echter niet meer bedragen dan 3 meter en het bestemmingsvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot;
- b. het wijzigen van de lijst van bedrijfsactiviteiten, indien technologische ontwikkelingen of vernieuwde inzichten hiertoe aanleiding geven;
- c. het aanpassen van opgenomen regels in de voorafgaande artikelen, waarbij verwezen wordt naar bepalingen in wettelijke regelingen, indien deze wettelijke regelingen na het tijdstip van de tervisielegging van het ontwerpplan worden gewijzigd.
Artikel 32 Overige Regels
32.1 Wetten/wettelijke regelingen
Indien en voor zover in deze regels wordt verwezen naar wettelijke regelingen c.q. verordeningen en dergelijke, dienen deze regelingen te worden gelezen, zoals deze luiden op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 33 Overgangsrecht
33.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. een bouwwerk, dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan;
- b. het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van het bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
- c. het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken, die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
33.2 Overgangsrecht gebruik
- a. het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;
- b. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;
- c. indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;
- d. het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik, dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
33.3 Hardheidsclausule
Indien toepassing van het overeenkomstig artikel 33.2 in het plan opgenomen overgangsrecht gebruik zou kunnen leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard voor een of meer natuurlijke personen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan grond en opstallen gebruikten in strijd met het voordien geldende bestemmingsplan, kan het bevoegd gezag middels een omgevingsvergunning ten behoeve van die persoon of personen van dat overgangsrecht afwijken.
Artikel 34 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Bedrijventerreinen Peel en Maas'.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van
………………………
De voorzitter, De griffier,
………. ………
Bijlage 1 Lijst Van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerrein - 1
Bijlage 1 Lijst van bedrijfsactiviteiten Bedrijventerrein - 1
Bijlage 2 Lijst Van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerrein - 2
Bijlage 2 Lijst van bedrijfsactiviteiten Bedrijventerrein - 2
Bijlage 3 Overzicht Beroep Of Bedrijf Aan Huis
Bijlage 3 Overzicht beroep of bedrijf aan huis
Bijlage 1 Beeldkwaliteitsplan
Bijlage 2 Nota Vooroverleg En Inspraak
Bijlage 2 Nota vooroverleg en inspraak